AVENTUS APELDOORN / DEVENTER / ZUTPHEN STUDIEWIJZER

Transcriptie

1 OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER / ZUTPHEN STUDIEWIJZER Zorg en technologie - keuzedeel K Cohort 2016 e.v kwartiel 8, 9, 10 en Algemene informatie D1: Zorg en technologie Studielast: 480 sbu Certificaten: Ja Regeling Minister OCW d.d MBO Gekoppeld aan kwalificaties: Binnen Verzorgende-IG en Maatschappelijke Zorg Aventus - Begeleider gehandicaptenzorg crebo Begeleider specifieke doelgroepen crebo Verzorgende-IG crebo Overige koppelingen: - Zie bijlage op TOELICHTING: De inhoud van dit keuzedeel is een verdieping en verbreding ten opzichte van het kwalificatiedossier. Hieronder volgt een toelichting. In het kwalificatiedossier Verzorgende-IG wordt vooral ingegaan op het toepassen van technologie in de zorg. De volgende kennis en vaardigheden m.b.t. zorg en technologie komen in het kwalificatiedossier Verzorgende-IG aan bod: - kan kennis van technologie toepassen: e-health en domotica - kan technologische hulpmiddelen en instrumenten gebruiken - kan op de computer werken met zorginformatiesystemen - kan ondersteuning bieden bij de omgang met sociale media en internet - zorgt ervoor op de hoogte te blijven van maatschappelijke, technologische en vakinhoudelijke ontwikkelingen. In het kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg, niveau 3, wordt vooral ingegaan op het toepassen van technologie in zorg en welzijn. De volgende kennis en vaardigheden m.b.t. zorg en technologie komen in het kwalificatiedossier Maatschappelijke zorg, niveau 3 aan bod: - kan technologische toepassingen op het gebied van communicatie, media en domotica voor een goede werkuitvoering - kan technologische hulpmiddelen en instrumenten gebruiken - kan ondersteuning bieden bij de omgang met sociale media en internet - kan duidelijke adviezen geven aan de cliënt m.b.t. de omgang met sociale media en internet (niv. 3 GHZ) 1

2 - zorgt ervoor op de hoogte te blijven van maatschappelijke, technologische en vakinhoudelijke ontwikkelingen. In het keuzedeel is de verdieping en verbreding beschreven aan de hand van de volgende onderwerpen: - Technologie en visie en beleid - Technologie en ethiek - Technologie en kwaliteit van leven - Technologie en voorlichting en communicatie met gebruikers/cliënten - Technologie en multidisciplinair samenwerken Relevantie van het keuzedeel Zorgprofessionals spelen een belangrijke rol bij de implementatie van zorginnovaties. Een verdieping op het gebied van technologie heeft daarom meerwaarde voor het werkveld. Door het volgen van dit keuzedeel zijn beginnende beroepsbeoefenaren beter in staat om in de zorg technologische hulpmiddelen te hanteren. Beschrijving van het keuzedeel In dit keuzedeel wordt aandacht besteed aan het werken met nieuwe technologische hulpmiddelen. In het keuzedeel zijn de volgende onderwerpen opgenomen: - Bijdragen aan de deskundige inzet van nieuwe technologische hulpmiddelen; - Technologie toepassen op een ethisch verantwoorde manier; - Het gebruik van technologische hulpmiddelen bespreken met de cliënt; - Stabiliseren en/of verbeteren van de kwaliteit van leven; Branchevereisten Aard van keuzedeel Nee Verdiepend 2. Uitwerking Kerntaken en werkprocessen: D1-K1: Bijdragen aan een deskundige inzet van technologische hulpmiddelen Complexiteit: De beginnend beroepsbeoefenaar werkt regelmatig alleen in complexe situaties en moet kunnen inspelen op wisselende en onverwachte omstandigheden. Zij beschikt over kennis en vaardigheden om technologische hulpmiddelen* op deskundige wijze int e kunnen zetten. Haar werkzaamheden kunnen wisselen van aard en ze moet haar handelen dan ook snel kunnen aanpassen en zo nodig doelgericht veranderingen kunnen doorvoeren. * De term technologische hulpmiddel wordt gebruikt voor alle technische methoden en technieken die ingezet kunnen worden als hulpmiddel op het gebied van wonen, zorg en welzijn in de gezondheidszorg en welzijnssector, zowel voor zorgprofessionals als voor cliënten. Verantwoordelijkheid en zelfstandigheid: De beginnend beroepsbeoefenaar werkt zelfstandig of in teamverband. Zij is verantwoordelijk voor haar eigen werkzaamheden. Zij signaleert veranderende behoeften en wensen van cliënten* m.b.t. het gebruik van technologische hulpmiddelen en geeft deze door aan haar leidinggevende of het (multi)disciplinair team. Zij werkt bij de uitvoering van haar werkzaamheden onder regie en eindverantwoordelijkheid van het (multidisciplinaire) team of van een leidinggevende. In complexe (probleem)situaties moet zij terug kunnen vallen op collega s. * De term cliënt wordt gebruikt voor zorgvrager, patiënt, naastbetrokkenen, mantelzorgers, vrijwilligers, ouders, verzorgers, familie, vrienden, wettelijke vertegenwoordigers, het cliëntsysteem en directe naasten. 2

3 Vakkennis en vaardigheden: De beginnend beroepsbeoefenaar: heeft kennis van de mogelijkheden en risico s van technologische hulpmiddelen heeft kennis van de mogelijkheden en risico's van social media en internet heeft kennis van ethische dilemma s bij het gebruik van technologische hulpmiddelen kan ethisch redeneren t.a.v. technologie in de zorg toepassen kan handelen volgens de visie en het beleid van de instelling bij het gebruiken van technologische hulpmiddelen kan protocollen en wet- en regelgeving m.b.t. technologische hulpmiddelen hanteren kan technologische hulpmiddelen op het gebied van wonen, zorg en welzijn hanteren kan zorg op afstand bieden Werkprocessen: D1-K1-W1: Levert een bijdrage aan de deskundige inzet van nieuwe technologische hulpmiddelen D1-K1-W2: Past technologie op een ethisch verantwoorde manier toe D1-K1-W3: Bespreekt het gebruik van technologische hulpmiddelen met de cliënt D1-K1-W4: Stabiliseren en/of verbeteren van de kwaliteit van leven D1-K1-W5: Geeft voorlichting en advies aan cliënten over technologische hulpmiddelen D1-K1-W6: Werkt multidisciplinair samen m.b.t. de inzet van technologische hulpmiddelen voor gedetailleerde uitwerking zie: 3FResultaatType%3DKeuzedeel%26AardKeuzedeel%3D% 26SBU% 3 D%26Niveau%3D%26Wettelijkeberoepsvereisten% 3D% 26Cohort%3D%26Schooljaar% 3D% 26Certificaat%3D%26Trefwoorden %3Dzorg%2Ben%2Btechnologie bron: sbb INSTROOMVEREISTEN: Om aan dit keuzedeel te mogen deelnemen dient de student te voldoen aan de volgende voorwaarden: - Toelaatbaar tot kwartiel 7 en 8 volgens de voortgangseisen van de opleiding. DOELSTELLINGEN: Aan het einde van dit keuzedeel: - heeft kennis van de mogelijkheden en risico s van technologische hulpmiddelen - heeft kennis van de mogelijkheden en risico's van social media en internet - heeft kennis van ethische dilemma s bij het gebruik van technologische hulpmiddelen - kan ethisch redeneren t.a.v. technologie in de zorg toepassen - kan handelen volgens de visie en het beleid van de instelling bij het gebruiken van technologische hulpmiddelen - kan protocollen en wet- en regelgeving m.b.t. technologische hulpmiddelen hanteren - kan technologische hulpmiddelen op het gebied van wonen, zorg en welzijn hanteren - kan zorg op afstand bieden als beginnend beroepsbeoefenaar. LESUREN: - Kwartiel 08: 9 weken à 4,0 uur = 36,0 uren - Kwartiel 09: 9 weken à 4,0 uur = 36,0 uren - Kwartiel 10: 9 weken à 4,0 uur = 36,0 uren - Kwartiel 11: 9 weken à 4,0 uur = 36,0 uren 3

4 BENODIGDE LITERATUUR, LICENTIES EN/OF ANDERE MATERIALEN: - Keuzedeel Zorg en technologie Leerwerkboek Uitgeverij ThiemeMeulenhoff BV ISBN AFRONDINGSVORM: Dit keuzedeel wordt afgerond met het Examen Keuzedeel Zorg en technologie. VOORWAARDE TOT DEELNAME AAN HET AFRONDEND EXAMEN: De student mag uitsluitend aan het examen deelnemen als hij/zij tijdig de verplichte opdrachten gebundeld in een mapje bij de docent(en) heeft ingeleverd. Dit mapje heeft een voorblad en is voorzien van: - Naam student - Klas - Vak - Inhoudsopgave AFRONDINGSCRITERIA: Het keuzedeel is voldoende afgerond als het eindcijfer tenminste een 6 (afgerond zonder decimaal) bedraagt. HERKANSINGSMOGELIJKHEID: - In bufferweek kwartiel 11 SLAAG-ZAK BESLISSING: Voorlopig heeft het resultaat van dit keuzedeel (nog) geen invloed op de slaag-zak beslissing. ORGANISATIE VAN HET KEUZEDEEL: Uitgangspunt bij de ontwikkeling van dit keuzedeel vormt de zelfstandigheid van de student. In deze studiewijzer tref je alle zaken aan die bestudeerd en/of uitgewerkt moeten worden voordat aan een examen kan worden deelgenomen. De volgorde van de onderdelen bepaalt de student zelf. Ook het tempo waarmee de student de verschillende onderdelen aanpakt, kan de student zelf bepalen. Uitsluitend het examen is op een vast tijdstip geprogrammeerd. De hieronder weergegeven planning is een indicatie, geen verplichting. Natuurlijk dienen alle oefeningen, opdrachten te zijn afgerond, ingeleverd en beoordeeld alvorens de student aan het examen kan/mag deelnemen. De planning van de kwartielen voor dit programma zijn opgedeeld aan de hand van de thema s (werkprocessen) van dit keuzedeel. Ieder kwartiel wordt afgesloten met het inleveren van een beoordelingsportfolio. Dit beoordelingsportfolio moet beoordeeld worden met minimaal een 6 (zie afrondingscriteria). Aan het einde van het programma in kwartiel 11 levert de student een reflectieverslag in waarin het reflecteert op het eigen (leer)proces, de aanpak etc. Let op: Een deel van de te maken opdrachten betreft praktijkopdrachten die studenten in de praktijk moeten uitvoeren. Deze opdrachten dienen tijdig gepland en voorbereid te worden om niet in de knel te raken met de tijd. Deze opdrachten mogen op de eigen stage of werkplek uitgevoerd worden of, indien dit niet mogelijk is, op een andere locatie of instelling. Student is zelf verantwoordelijk voor het juist inschatten van de geschiktheid van de locatie en/of cliënt voor de desbetreffende opdracht. Hij kan daarbij wel de praktijkopleider en/of begeleidend docent om advies vragen. 4

5 PLANNING KWARTIEL 8: Lesinhoud, zelfstudie en zelfwerkzaamheid: - Zelfstandig bestuderen: STUDIEWIJZER KEUZEDEEL ZORG EN TECHNOLOGIE K0137 Les 1 - Bestuderen: o Kerntaak en omschrijving werkprocessen, resultaat en gedrag (ter voorbereiding op het examen): zie Zoeken op Keuzedeel Zorg en technologie. o Indien mogelijk: bestuderen van het examen - nog niet mogelijk!! - o Instructie reflectieverslag o Boek: Leerwerkboek niveau 3, Zorg en Technologie (ThiemeMeulenhoff) o Praktijkopdrachten A t/m F (zie de bijlagen van deze studiewijzer) o Website - Aan begeleidend docent evt. concrete vragen n.a.v. deze bestudering voorleggen. - Je maakt een start met de studieactiviteiten zoals genoemd bij les 2 t/m 9 Inhoud van kwartiel 8: Les 2 t/m les 8 Zelfstandig werken en zelfstudie: - Bekijk zelfstandig de video van Thema 01 en Thema 02 op de website en maak een individueel verslag van de bijbehorende vragen. - Bereid praktijkopdracht A + B voor. Maak een stappenplan en planning voor de lesweken. - Lees van het boek: Leerwerkboek niveau 3; Zorg en Technologie (ThiemeMeulenhoff) o Hoofdstuk 1: Inleiding technologie in de zorg o Hoofdstuk 2: Visie en Beleid - Maak zelfstandig ALLE opdrachten behorende bij hoofdstuk 1 en 2 van het leerwerkboek. - Voer Praktijkopdrachten A + B uit in de praktijk. Afronding kwartiel 8: Les 9 Individueel inleveren van beoordelingsportfolio voorzien van: Naam: Klas: Vak: Voorwoord: Inhoudsopgave: Inleiding: In dit portfolio bevindt zich de uitwerking van de hieronder vermelde opdrachten in hieronder aangeven volgorde: o Verslag opdrachten Thema 01 en 02 van Sofies Leerreis o Opdrachten Hoofdstuk 1 en 2 uit het leerwerkboek o Verslag(en) praktijkopdracht A o Beoordelingsformulier praktijkopdracht A o Verslag(en) praktijkopdracht B o Beoordelingsformulier B (Deze afronding kan ook eerder worden gemaakt) 5

6 PLANNING KWARTIEL 9: Inhoud van kwartiel 9: Les 1 t/m les 8 Zelfstandig werken en zelfstudie: - Bekijk zelfstandig de video van Thema 03 en Thema 04 op de website en maak een individueel verslag van de bijbehorende vragen. - Bereid praktijkopdracht C + D voor. Maak een stappenplan en planning voor de lesweken. - Lees van het boek: Leerwerkboek niveau 3; Zorg en Technologie (ThiemeMeulenhoff) o Hoofdstuk 3: Ethiek o Hoofdstuk 4: Kwaliteit van leven - Maak zelfstandig ALLE opdrachten behorende bij hoofdstuk 3 en 4 van het leerwerkboek. - Voer Praktijkopdrachten C + D uit in de praktijk Afronding kwartiel 9: Les 9 Individueel inleveren van beoordelingsportfolio voorzien van: Naam: Klas: Vak: Voorwoord: Inhoudsopgave: Inleiding: In dit portfolio bevindt zich de uitwerking van de hieronder vermelde opdrachten in hieronder aangeven volgorde: o Verslag opdrachten Thema 03 en 04 van Sofies Leerreis o Opdrachten Hoofdstuk 3 en 4 uit het leerwerkboek o Verslag(en) praktijkopdracht C o Beoordelingsformulier praktijkopdracht C o Verslag(en) praktijkopdracht D o Beoordelingsformulier D (Deze afronding kan ook eerder worden gemaakt) PLANNING KWARTIEL 10 Inhoud van kwartiel 10: :Les 1 t/m les 8 Zelfstandig werken en zelfstudie: - Bekijk zelfstandig de video van Thema 05 en Thema 06 op de website en maak een individueel verslag van de bijbehorende vragen. - Bereid praktijkopdracht E + F voor. Maak een stappenplan en planning voor de lesweken. - Lees van het boek: Leerwerkboek niveau 3; Zorg en Technologie (ThiemeMeulenhoff) o Hoofdstuk 5: Voorlichting en communicatie met gebruikers o Hoofdstuk 6: Multidisciplinair handelen - Maak zelfstandig ALLE opdrachten behorende bij hoofdstuk 5 en 6 van het leerwerkboek. - Voer Praktijkopdrachten E + F uit in de praktijk. 6

7 Afronding kwartiel 10: Les 9 Individueel inleveren van beoordelingsportfolio voorzien van: Naam: Klas: Vak: Voorwoord: Inhoudsopgave: Inleiding: In dit portfolio bevindt zich de uitwerking van de hieronder vermelde opdrachten in hieronder aangeven volgorde: o Verslag opdrachten Thema 05 en 06 van Sofies Leerreis o Opdrachten Hoofdstuk 5 en 6 uit het leerwerkboek o Verslag(en) praktijkopdracht E o Beoordelingsformulier praktijkopdracht E o Verslag(en) praktijkopdracht F o Beoordelingsformulier F (Deze afronding kan ook eerder worden gemaakt) PLANNING KWARTIEL 11: Les 1 t/m Les 7 Inhoud van kwartiel 11: - Uitloop opdrachten of herkansingen - Reflectieverslag - Examen + voorbereiden Les 8 en les 9 EXAMEN KEUZEDEEL ZORG EN TECHNOLOGIE Hieronder vind je de praktijkopdrachten en bijbehorende beoordelingsformulieren. 7

8 Inhoud Opbouw van de kerntaken en werkprocessen... 9 Schema uit te voeren Praktijkopdrachten... 9 Uitwerking praktijkopdrachten niveau Praktijkopdracht A...10 Praktijkopdracht B...11 Praktijkopdracht C...12 Praktijkopdracht D...13 Praktijkopdracht E...14 Praktijkopdracht F...15 Beoordelingsformulieren praktijkopdrachten niveau Beoordelingsformulier praktijkopdracht A...16 Beoordelingsformulier praktijkopdracht B...18 Beoordelingsformulier praktijkopdracht C...20 Beoordelingsformulier praktijkopdracht D...22 Beoordelingsformulier praktijkopdracht E...24 Beoordelingsformulier praktijkopdracht F

9 Opbouw van de kerntaken en werkprocessen Het keuzedeel is opgebouwd in zes thema s (gekoppeld aan de werkprocessen van kerntaak 1) met bijbehorende opdrachten. Thema s Werkproces Thema 1: Bijdragen aan deskundige inzet van nieuwe technologische hulpmiddelen K1. Wp1 Thema 2: Technologie toepassen op een ethisch verantwoorde manier K1. Wp 2 Thema 3: Bespreken van technologische hulpmiddelen met de cliënt K1. Wp 3 Thema 4: Stabiliseren en/of verbeteren van kwaliteit van leven K1. Wp 4 Thema 5: Voorlichting geven aan cliënten over technologische hulpmiddelen K1. Wp 5 Thema 6: Multidisciplinaire samenwerking met betrekking tot de inzet van K1. Wp 6 technologische hulpmiddelen Schema uit te voeren Praktijkopdrachten Hieronder volgt een overzicht van alle opdrachten die je gaat uitvoeren in de praktijk. Kerntaak en Praktijkopdracht Omschrijving resultaat Te beoordelen door: werkprocessen K1 wp 1 Opdracht A Verslag over deskundige inzet van Werkbegeleider nieuwe technologische hulpmiddelen Discussiebijeenkomst met collega s Beoordelingsformulier opdracht A K1 wp 2 Opdracht B Uitgewerkt ethisch stappenplan Werkbegeleider Gesprek met de cliënt en/of vertegenwoordiger Beoordelingsformulier opdracht B K1 wp 3 Opdracht C Een mindmap Werkbegeleider Gesprek met een cliënt Beoordelingsformulier opdracht C K1 wp 4 Opdracht D Begeleiding van een cliënt bij het Werkbegeleider gebruik van een technologisch hulpmiddel Beoordelingsformulier opdracht D K1 wp 5 Opdracht E Instructie van een nieuw Werkbegeleider technologisch hulpmiddel Beoordelingsformulier opdracht E K1 wp 6 Opdracht F Verslag over multidisciplinaire Werkbegeleider samenwerking Beoordelingsformulier opdracht F 9

10 Uitwerking praktijkopdrachten niveau 3 In de schema s hieronder vind je een beschrijving van de opdrachten. Praktijkopdracht A Bijdragen aan de deskundige inzet van nieuwe technologische hulpmiddelen. Context Opdracht A Kerntaak 1 Werkproces 1 Je wordt opgeleid voor een beroep in de maatschappelijke zorg en levert een bijdrage aan de inzet van nieuwe technologische hulpmiddelen. Voorbereiding: Verdiep je in de visie op zorg en beleidstukken die gaan over inzet van nieuwe technologische hulpmiddelen in de zorg. Verdiep je in verplichtingen vanuit wet- en regelgeving ten aanzien van het invoeren van nieuwe technologische hulpmiddelen binnen de zorg. Overleg met je praktijkbeoordelaar wanneer je een discussiebijeenkomst kan laten plaatsvinden over deskundige inzet van nieuwe technologische hulpmiddelen. Opdracht: Beschrijf in hoeverre je werk of stageplaats voldoet aan jouw visie op de inzet van nieuwe technologische hulpmiddelen. Beschrijf in hoeverre je werk- of stageplaats voldoet aan verplichtingen die wet- en regelgeving met zich meebrengen in relatie tot het gebruik van nieuwe technologische hulpmiddelen. Formuleer een stelling over de inzet van nieuwe technologische hulpmiddelen binnen de instelling waar je werkt of stageloopt. Bereid een discussiebijeenkomst met je collega s voor. Neem inhoudelijk en actief deel aan de discussie met jouw collega s. Beschrijf hoe de discussie verlopen is, vermeld verkregen feedback van je praktijkbeoordelaar, en geef aan hoe de inbreng van je collega s jouw visie op het gebruik van nieuwe technologische hulpmiddelen hebben beïnvloed. Beoordeling: Je wordt beoordeeld op basis van de criteria in beoordelingsformulier A. Vraag je werkbegeleider jou tijdens de discussie te beoordelen op de beoordelingscriteria uit beoordelingsformulier A. Maak een verslag van de onderdelen die je binnen deze opdracht moet beschrijven en laat dit door je werkbegeleider voorzien van feedback. Voeg beoordelingsformulier opdracht A samen met het verslag toe aan jouw beoordelingsportfolio. Resultaat Verslag over deskundige inzet van nieuwe technologische hulpmiddelen. Discussiebijeenkomst met collega s Beoordelingsformulier opdracht A 10

11 Praktijkopdracht B Past technologie op een ethisch verantwoorde manier toe. Context Opdracht B Kerntaak 1 Werkproces 2 Je wordt opgeleid voor een beroep in de maatschappelijke zorg en onderzoekt of de inzet van technologische hulpmiddelen gewenst is en/of noodzakelijk is. Voorbereiding: Kies in overleg met je werkbegeleider een cliënt uit, waarvan jij je afvraagt of de inzet van een bepaald technologisch hulpmiddel wel ethisch verantwoorde is. Formuleer het ethische dilemma dat jij signaleert bij de toepassing van een bepaald technologisch hulpmiddel. Zoek op het internet naar een ethisch stappenplan dat jij wilt gebruiken voor deze opdracht. Opdracht: Je bespreekt het ethische dilemma en afwegingen met betrekking tot het al dan niet inzetten van een technologisch hulpmiddel voor een cliënt met je collega s en overige betrokkenen en onderbouwt je standpunt. Je maakt, waar mogelijk samen met de cliënt en/of vertegenwoordiger, een afweging tussen de winst in zorgkwaliteit versus de beperking van de vrijheid en privacy van de cliënt. Je verwerkt de verkregen inzichten schriftelijk uit in het ethisch stappenplan. Plan samen met je werkbegeleider een gesprek met de cliënt en/of vertegenwoordiger, om jouw afwegingen m.b.t. het dilemma met hen te delen. Beoordeling: Je wordt beoordeeld op basis van de criteria in beoordelingsformulier B. Vraag je werkbegeleider het uitgewerkte stappenplan en het gesprek te beoordelen op basis van de beoordelingscriteria uit beoordelingsformulier B. Voeg beoordelingsformulier B samen met het uitgewerkte stappenplan toe aan je beoordelingsportfolio. Resultaat Uitgewerkt ethisch stappenplan Gesprek met de cliënt en/of vertegenwoordiger Beoordelingsformulier opdracht B. 11

12 Praktijkopdracht C Bespreekt het gebruik van technologische hulpmiddelen met de cliënt. Context Opdracht C Kerntaak 1 Werkproces 3 Je wordt opgeleid voor een beroep in de maatschappelijke zorg en bespreekt met de cliënt diens wensen, behoeften en mogelijkheden met betrekking tot het gebruik van technologische hulpmiddelen. Voorbereiding: Kies in overleg met je werkbegeleider een cliënt uit, waarbij je wensen en behoeften wilt vertalen naar mogelijkheden tot het gebruik van technologische hulpmiddelen. Opdracht: Bespreek met de cliënt diens wensen, behoeften en mogelijkheden met betrekking tot het gebruik van technologische hulpmiddelen. Samen met de cliënt ga je na hoe de organisatie bij diens wensen en behoeften kan aansluiten. Met de cliënt bespreek je de voor- en nadelen van het al dan niet gebruiken van de technologische hulpmiddelen en vraagt hem wat hij vindt van de diverse mogelijkheden. Je beslist samen met de cliënt welke technologische hulpmiddelen worden ingezet en neemt hierbij de wensen van de cliënt, eventuele aandachtspunten van collega s en/of deskundigen en mogelijkheden van de organisatie mee. Maak een mindmap waarin je een duidelijke relatie legt tussen de wensen en behoefte van de cliënt en de technologische hulpmiddelen die hierbij passen. Maak een kopie van de mindmap en bespreek deze na met de cliënt om te achterhalen of je zijn wensen en behoeften voldoende hebt vertaald naar mogelijkheden met betrekking tot het gebruik van hulpmiddelen. Beoordeling: Je wordt beoordeeld op basis van de criteria in beoordelingsformulier C. Vraag je werkbegeleider de uitgewerkte mindmap te beoordelen op basis van de beoordelingscriteria uit beoordelingsformulier C. Zorg ervoor dat je praktijkbeoordelaar op de hoogte is van de feedback van de cliënt i.r.t. het resultaat van de mindmap. Voeg beoordelingsformulier opdracht C samen met het origineel van de mindmap toe aan je beoordelingsportfolio. Resultaat Een mindmap Gesprek met cliënt Beoordelingsformulier opdracht C. 12

13 Praktijkopdracht D Stabiliseren en/of verbeteren van de kwaliteit van leven. Context Opdracht D Kerntaak 1 Werkproces 4 Je wordt opgeleid voor een beroep in de maatschappelijke zorg en probeert gegeven de situatie het maximaal mogelijke welzijn te bereiken bij de cliënt. Voorbereiding: Kies in overleg met je werkbegeleider een cliënt uit, waarbij je de zelfstandigheid, gevoel van veiligheid en zelfbeschikkingsmogelijkheden met behulp van een technologisch hulpmiddel wilt vergroten. Overleg met je werkbegeleider op welke momenten jij het beste geobserveerd kan worden om alle onderstaande onderdelen beoordeeld te krijgen. De werkzaamheden kunnen over meerdere momenten worden verdeeld of in combinatie met elkaar voorkomen. Zie ze niet als losse opdrachten, maar als onderdelen geïntegreerd in je dagelijkse werkzaamheden. Lees goed het beoordelingsformulier om te zien waarop je beoordeeld wordt. Opdracht: Je maakt afspraken met de cliënt over welke hulpmiddelen ingezet zullen worden en informeert betrokkenen hierover. Begeleid de cliënt meerdere dagen bij het uitvoeren van handelingen en/of activiteiten waarbij een technologisch hulpmiddel wordt gebruikt. Je informeert je cliënt over het gebruik van het hulpmiddel en geeft aan wat de doelen zijn t.a.v. de handelingen en activiteiten. Je motiveert en activeert de cliënt, zodat de cliënt zelfvertrouwen krijgt om zijn zelfstandigheid te vergroten en beter te kunnen functioneren. Tijdens deze begeleiding toon je respect en geduld, zodat er een goede basis is voor de begeleiding bij zelfredzaamheid, veiligheid en autonomie. Bij dit alles houd je rekening met de mogelijkheden van de cliënt. Je bewaakt de kwaliteit van leven van de cliënt en past het gebruik van technologische hulpmiddelen zo nodig aan. Je evalueert de verleende ondersteuning regelmatig met de cliënt en andere betrokkenen. Beoordeling: Je wordt beoordeeld op basis van de criteria in beoordelingsformulier D. Je werkbegeleider observeert jou op de bovenstaande onderwerpen op afgesproken momenten. Voeg beoordelingsformulier opdracht D toe aan je beoordelingsportfolio. Resultaat Begeleiden van een cliënt bij het gebruik van een technologisch hulpmiddel Beoordelingsformulier opdracht D. 13

14 Praktijkopdracht E Geeft voorlichting en advies aan cliënten over technologische hulpmiddelen. Context Opdracht E Kerntaak 1 Werkproces 5 Je wordt opgeleid voor een beroep in de maatschappelijke zorg en geeft voorlichting aan de cliënt over het gebruik van technologische hulpmiddelen en past hierbij maatwerk toe. Voorbereiding: Kies in overleg met je werkbegeleider een cliënt uit, waarbij je informatie geeft over het gebruik van een nieuw technologisch hulpmiddel en laat de cliënt zien hoe je het hulpmiddel kunt gebruiken. Overleg met je praktijkopleider op welk moment je de instructie aan de cliënt kunt uitvoeren en laten beoordelen. Lees goed het beoordelingsformulier om te zien waarop je beoordeeld wordt. Opdracht: Je bereidt voorlichting aan de cliënt over het gebruik van technologische hulpmiddelen voor en past hierbij maatwerk toe. Je maakt een plan van aanpak en laat deze vooraf goedkeuren door je werkbegeleider. Je geeft informatie en laat zien hoe je het hulpmiddel kunt gebruiken. Je maakt hierbij gebruik van informatiemateriaal en verduidelijkt waar nodig. Je beantwoordt vragen en checkt of jouw informatie begrepen wordt. Als vragen je deskundigheid te boven gaan, zoek je het antwoord op of schakel je een deskundige in. Beoordeling: Je wordt beoordeeld op basis van de criteria in beoordelingsformulier E. Je werkbegeleider beoordeelt je plan van aanpak en observeert het instructiemoment bij de cliënt op het afgesproken moment Voeg beoordelingsformulier opdracht E toe aan je beoordelingsportfolio. Resultaat Instructie van een nieuw technologisch hulpmiddel aan een cliënt. Beoordelingsformulier opdracht E. 14

15 Praktijkopdracht F Context Opdracht F Kerntaak 1 Werkproces 6 Je wordt opgeleid voor een beroep in de maatschappelijke zorg en stemt de inzet van technologische hulpmiddelen af met interne en externe collega s/deskundigen, de leidinggevende en (aanverwante) bedrijven/instellingen/ketenpartners. Voorbereiding: Kies minimaal één interne, minimaal één externe partij, je leidinggevende en minimaal één (aanverwant) bedrijf/instelling/ketenpartner, waarmee je de inzet van een technologisch hulpmiddel gaat afstemmen. Opdracht: Je stemt de inzet van een technologisch hulpmiddel af met de vooraf uitgekozen interne en externe collega s/deskundigen, de leidinggevende en (aanverwante) bedrijven/instellingen/ketenpartners. Je bespreekt de verdeling van de taken en houdt hierbij rekening met de mogelijkheden, eisen, prioriteiten en verwachtingen van betrokkenen. Je geeft advies aan interne en/of externe collega s/deskundigen over het gebruik van een technologisch hulpmiddel. Met behulp van de uitgewisselde informatie, vorm je een compleet beeld met betrekking tot de inzet en het gebruik van het technologisch hulpmiddel. Je bespreekt eventuele knelpunten in de samenwerking en zoekt naar oplossingen. Je maakt een verslag waarin je verantwoord welke mogelijkheden, eisen, prioriteiten en verwachtingen de geraadpleegde partijen aangaven. Je beschrijft in het verslag hoe benoemde knelpunten opgelost kunnen worden. Beoordeling: Je wordt beoordeeld op basis van de criteria in beoordelingsformulier F. Je wordt beoordeeld op je verslag over multidisciplinaire samenwerking. Voeg beoordelingsformulier opdracht F en het verslag toe aan je beoordelingsportfolio. Resultaat Verslag over multidisciplinaire samenwerking. Beoordelingsformulier opdracht F 15

16 Beoordelingsformulieren praktijkopdrachten niveau 3 Beoordelingsformulier Zorg en technologie - praktijkopdracht A Kerntaak 1: Bijdragen aan deskundige inzet van technologische hulpmiddelen. Werkproces 1: Levert een bijdrage aan de deskundige inzet van technologische hulpmiddelen. Inleiding: Je wordt opgeleid in de maatschappelijke zorg en levert een bijdrage aan de inzet van nieuwe technologische hulpmiddelen. Beoordelingscriteria praktijkopdracht A Beoordeling werkbegeleider De student: O V Voorbereiding: 1. *Heeft zich verdiept in de visie op zorg en beleidsstukken die gaan over inzet van nieuwe technologische hulpmiddelen in de zorg. 2. *Heeft zich verdiept in verplichtingen vanuit wet- en regelgeving ten aanzien van het invoeren van nieuwe technologische hulpmiddelen binnen de zorg. 3. Heeft overlegd met de praktijkbeoordelaar wanneer de discussiebijeenkomst kan plaatsvinden over deskundige inzet van nieuwe technologische hulpmiddelen. De opdracht: 4. *Heeft beschreven in hoeverre het werk of de stageplaats voldoet aan zijn/haar visie op de inzet van nieuwe technologische hulpmiddelen. 5. *Heeft beschreven in hoeverre werk of stageplaats voldoet aan verplichtingen die wet- en regelgeving met zich meebrengen in relatie tot het gebruik van nieuwe technologische hulpmiddelen. 6. *Heeft een stelling geformuleerd over de inzet van nieuwe technologische hulpmiddelen binnen de instelling waar je werkt of stageloopt. 7. *Heeft een discussiebijeenkomst met collega s voorbereidt. 8. *Heeft inhoudelijk en actief deelgenomen aan de discussie met collega s. 9. *Heeft beschreven hoe de discussie verlopen is. 10. Heeft verkregen feedback van de praktijkbeoordelaar beschreven. 11. Heeft beschreven hoe de inbreng van collega s zijn/haar visie op het gebruik van nieuwe technologische hulpmiddelen hebben beïnvloed. 12. Heeft een verslag van alle onderdelen die je binnen deze opdracht moet beschrijven gemaakt. 13. Heeft het verslag door de praktijkbeoordelaar laten voorzien van feedback. Resultaat: Werkproces 1 is op het gewenste beheersingsniveau aangetoond wanneer 75% van alle criteria zijn behaald (10). Concreet betekent dit: Alle criteria die gemerkt zijn met een * (8) 2 overige criteria Als de student 90% (=11) of meer behaald dan scoort zij een goed. Z.o.z. 16

17 Beoordeling praktijkopdracht A goed/voldoende/onvoldoende Datum: Naam beoordelaar: Handtekening: Naam student: Handtekening: 17

18 Beoordelingsformulier Zorg en technologie - praktijkopdracht B Kerntaak 1: Bijdragen aan deskundige inzet van technologische hulpmiddelen. Werkproces 2: Past technologie op een ethisch verantwoorde manier toe. Inleiding: Je wordt opgeleid in de maatschappelijke zorg en levert een bijdrage aan de inzet van nieuwe technologische hulpmiddelen. Beoordelingscriteria praktijkopdracht B Beoordeling werkbegeleider De student: O V Voorbereiding: 1. Heeft in overleg met de werkbegeleider een cliënt uitgekozen, waarvan hij/zij zich afvraagt of de inzet van een bepaald technologisch hulpmiddel wet ethisch verantwoord is. 2. *Heeft een ethisch dilemma geformuleerd dat hij/zij signaleert bij de toepassing van een bepaald technologisch hulpmiddel. 3. Heeft op het internet gezocht naar een ethisch stappenplan dat hij wilt gebruiken voor deze opdracht. De opdracht: 4. *Heeft het ethische dilemma en afwegingen met betrekking tot het al dan niet inzetten van een technologisch hulpmiddel besproken voor een cliënt met de collega s en overige betrokkenen. 5. *Heeft zijn/haar standpunt met betrekking tot het inzetten van het technologisch hulpmiddel onderbouwt. 6. *Heeft waar mogelijk samen met de cliënt en/of vertegenwoordiger, een afweging tussen de winst in zorgkwaliteit versus de beperking van de vrijheid en privacy van de cliënt gemaakt. 7. *Heeft de verkregen inzichten schriftelijk uitgewerkt in het ethisch stappenplan. 8. Heeft samen met de praktijkbeoordelaar een gesprek met de cliënt en/of vertegenwoordiger, om de afwegingen m.b.t. het dilemma met hen te delen. 9. Heeft de praktijkbeoordelaar gevraagd het uitgewerkte stappenplan en het gesprek met de cliënt/vertegenwoordiger te beoordelen. Resultaat: Werkproces 2 is op het gewenste beheersingsniveau aangetoond wanneer 75% van alle criteria zijn behaald (7). Concreet betekent dit: Alle criteria die gemerkt zijn met een * (5) 2 overige criteria Als de student 90% (=8) of meer behaald dan scoort zij een goed. Z.o.z. 18

19 Beoordeling praktijkopdracht B goed/voldoende/onvoldoende Datum: Naam beoordelaar: Handtekening: Naam student: Handtekening: 19

20 Beoordelingsformulier Zorg en technologie - praktijkopdracht C Kerntaak 1: Bijdragen aan deskundige inzet van technologische hulpmiddelen. Werkproces 3: Bespreekt het gebruik van technologische hulpmiddelen met de cliënt. Inleiding: Je wordt opgeleid in de maatschappelijke zorg en levert een bijdrage aan de inzet van nieuwe technologische hulpmiddelen. Beoordelingscriteria praktijkopdracht C Beoordeling werkbegeleider De student: O V Voorbereiding: 1. Heeft in overleg met de werkbegeleider een cliënt uitgekozen, waarbij de wensen en behoeften vertaald worden naar mogelijkheden tot het gebruik van technologische hulpmiddelen. De opdracht: 2. *Heeft met de cliënt diens wensen, behoeften en mogelijkheden met betrekking tot het gebruik van technologische hulpmiddelen besproken. 3. Heeft samen met de cliënt onderzocht hoe de organisatie bij diens wensen en behoeften kan aansluiten. 4. *Heeft met de cliënt de voor- en nadelen besproken van het al dan niet gebruiken van de technologische hulpmiddelen. 5. *Heeft de mening gevraagd van de cliënt over wat hij vindt van de diverse mogelijkheden. 6. Heeft samen met de cliënt beslist welke technologische hulpmiddelen worden ingezet. 7. *Neemt hierbij de wensen van de cliënt, eventuele aandachtspunten van collega s en/of deskundigen en mogelijkheden van de organisatie mee. 8. *Heeft een mindmap gemaakt waarin een duidelijke relatie gelegd is tussen de wensen en behoefte van de cliënt en de technologische hulpmiddelen die hierbij passen. 9. *Heeft een kopie van de mindmap gemaakt en bespreekt deze na met de cliënt om te achterhalen of zijn wensen en behoeften voldoende zijn vertaald naar mogelijkheden met betrekking tot het gebruik van technologische hulpmiddelen. 10. Heeft de praktijkbeoordelaar de mindmap laten beoordelen. Resultaat: Werkproces 3 is op het gewenste beheersingsniveau aangetoond wanneer 75% van alle criteria zijn behaald (8). Concreet betekent dit: Alle criteria die gemerkt zijn met een * (6) 2 overige criteria Als de student 90% (=9) of meer behaald dan scoort zij een goed. Z.o.z. 20

21 Beoordeling praktijkopdracht C goed/voldoende/onvoldoende Datum: Naam beoordelaar: Handtekening: Naam student: Handtekening: 21

22 Beoordelingsformulier Zorg en technologie - praktijkopdracht D Kerntaak 1: Bijdragen aan deskundige inzet van technologische hulpmiddelen. Werkproces 4: Stabiliseren en/of verbeteren van kwaliteit van leven. Inleiding: Je wordt opgeleid in de maatschappelijke zorg en levert een bijdrage aan de inzet van nieuwe technologische hulpmiddelen. Beoordelingscriteria praktijkopdracht D Beoordeling werkbegeleider De student: O V Voorbereiding: 1. Heeft in overleg met de werkbegeleider een cliënt uitgekozen, waarbij de zelfstandigheid, gevoel van veiligheid en zelfbeschikkingsmogelijkheden met behulp van een technologisch hulpmiddel vergroot wordt. 2. Heeft in overleg met de praktijkbeoordelaar gekozen op welke momenten het beste geobserveerd kan worden om alle onderstaande onderdelen beoordeeld te krijgen. 3. Heeft de werkzaamheden over meerdere momenten verdeeld of in combinatie met elkaar uitgevoerd. 4. Heeft de opdrachten als onderdelen geïntegreerd in je dagelijkse werkzaamheden. De opdracht: 5. *Heeft afspraken gemaakt met de cliënt over welke hulpmiddelen ingezet zullen worden en informeert betrokkenen hierover. 6. *Heeft de cliënt meerdere dagen begeleid bij het uitvoeren van handelingen en/of activiteiten waarbij een technologisch hulpmiddel wordt gebruikt. 7. *Heeft de cliënt geïnformeerd over het gebruik van het hulpmiddel en aangegeven wat de doelen zijn t.a.v. de handelingen en activiteiten. 8. *Heeft de cliënt gemotiveerd en geactiveerd, zodat de cliënt zelfvertrouwen krijgt om zijn zelfstandigheid te vergroten en beter te kunnen functioneren. 9. *Heeft tijdens deze begeleiding respect en geduld getoond, zodat er een goede basis is voor de begeleiding bij de zelfredzaamheid, veiligheid en autonomie. 10. *Heeft rekening gehouden met de mogelijkheden van de cliënt. 11. *Heeft de kwaliteit van leven van de cliënt bewaakt en past het gebruik van technologische hulpmiddelen zo nodig aan. 12. Heeft de verleende ondersteuning regelmatig geëvalueerd met de cliënt en andere betrokkenen. Resultaat: Werkproces 4 is op het gewenste beheersingsniveau aangetoond wanneer 75% van alle criteria zijn behaald (9). Concreet betekent dit: Alle criteria die gemerkt zijn met een * (7) 2 overige criteria Als de student 90% (=11) of meer behaald dan scoort zij een goed. Z.o.z. 22

23 Beoordeling praktijkopdracht D goed/voldoende/onvoldoende Datum: Naam beoordelaar: Handtekening: Naam student: Handtekening: 23

24 Beoordelingsformulier Zorg en technologie - praktijkopdracht E Kerntaak 1: Bijdragen aan deskundige inzet van technologische hulpmiddelen. Werkproces 5: Geeft voorlichting en advies aan cliënten over technologische hulpmiddelen. Inleiding: Je wordt opgeleid in de maatschappelijke zorg en levert een bijdrage aan de inzet van nieuwe technologische hulpmiddelen. Beoordelingscriteria praktijkopdracht E Beoordeling werkbegeleider De student: O V Voorbereiding: 1. Heeft in overleg met de werkbegeleider een cliënt uitgezocht die geïnformeerd wordt over het gebruik van een nieuw technologisch hulpmiddel en aan wie wordt getoond hoe het hulpmiddel ingezet kan worden. 2. Heeft overlegd met de praktijkbeoordelaar op welk moment de instructie uitgevoerd kan worden. 3. *Heeft den plan van aanpak geschreven. 4. *Heeft het plan van aanpak laten goedkeuren. De opdracht: 5. *Heeft de voorlichting over het gebruik van technologische hulpmiddelen voorbereid en laat dit zien. 6. *Heeft de voorlichting aangepast aan de situatie van de cliënt. 7. *Heeft de voorlichting geven. 8. *Heeft getoond hoe het hulpmiddel gebruikt kan worden. 9. *Heeft gebruik gemaakt van informatiemateriaal en heeft waar nodig verduidelijkt. 10. Heeft de vragen van de cliënt beantwoord en/of gecheckt of de geven informatie begrepen is. 11. Heeft desgewenst een deskundige ingeschakeld. 12. Heeft gewerkt aan de hand van het plan van aanpak. Resultaat: Werkproces 5 is op het gewenste beheersingsniveau aangetoond wanneer 75% van alle criteria zijn behaald (9). Concreet betekent dit: Alle criteria die gemerkt zijn met een * (7) 2 overige criteria Als de student 90% (=11) of meer behaald dan scoort zij een goed. Beoordeling praktijkopdracht E goed/voldoende/onvoldoende Datum: Naam beoordelaar: Handtekening: Naam student: Handtekening: 24

25 Beoordelingsformulier Zorg en technologie - praktijkopdracht F Kerntaak 1: Bijdragen aan deskundige inzet van technologische hulpmiddelen. Werkproces 6: Werkt multidisciplinair samen m.b.t. de inzet van technologische hulpmiddelen. Inleiding: Je wordt opgeleid in de maatschappelijke zorg en levert een bijdrage aan de inzet van nieuwe technologische hulpmiddelen. Beoordelingscriteria praktijkopdracht F Beoordeling werkbegeleider De student: O V Voorbereiding: 1. Heeft 1 interne partij, 1 externe partij, de leidinggevende en 1 bedrijf/instelling/ketenpartner gekozen waarmee hij de inzet van een technologisch hulpmiddel heeft afgestemd. De opdracht: 2. *Heeft de inzet van een technologisch hulpmiddel afgestemd met de vooraf uitgekozen interne en externe collega s/deskundigen, de leidinggevende en (aanverwante) bedrijven/instellingen/ketenpartners. 3. *Heeft de verdeling van taken besproken en heeft hierbij reking gehouden met de mogelijkheden, eisen, prioriteiten en verwachtingen van betrokkenen. 4. Heeft advies gegeven aan interne en/of externe collega s/deskundigen over het gebruik van een technologisch hulpmiddel. 5. *Heeft met behulp van de uitgewisselde informatie zich een compleet beeld gevormd met betrekking tot de inzet en het gebruik van het technologisch hulpmiddel. 6. *Heeft eventuele knelpunten in de samenwerking besproken. 7. Heeft bij knelpunten gezocht naar oplossingen. 8. *Heeft een verslag gemaakt waarin hij verantwoord welke mogelijkheden, eisen, prioriteiten en verwachtingen de geraadpleegde partijen aangaven. 9. Heeft in het verslag beschreven hoe genoemde knelpunten opgelost zijn. Resultaat: Werkproces 6 is op het gewenste beheersingsniveau aangetoond wanneer 75% van alle criteria zijn behaald (7). Concreet betekent dit: Alle criteria die gemerkt zijn met een * (5) 2 overige criteria Als de student 90% (=8) of meer behaald dan scoort zij een goed. Beoordeling praktijkopdracht F goed/voldoende/onvoldoende Datum: Naam beoordelaar: Handtekening: Naam student: Handtekening: 25