A. Wat is er nieuw in FWG 3.0?

Transcriptie

1 6 content fwg A

2 A. Wat is er nieuw in FWG 3.0? Resultaten functieonderzoek De content van FWG 3.0 editie is ten opzichte van editie op basis van ons functieonderzoek op een aantal onderdelen aangepast. Het functieonderzoek richtte zich dit onderzoeksjaar op de functiecategorieën Primair Proces (14 kernfuncties), Administratie, Automatisering en Staf (4 kernfuncties) en Facilitair bedrijf (4 kernfuncties). Twee kernfuncties zijn gesplitst en twee kernfuncties zijn samengevoegd. Daarnaast is één nieuwe kernfunctie toegevoegd. In totaal zijn vijf nieuwe ijkfuncties opgenomen, vierendertig ijkfuncties in aangepaste vorm behouden en vier ijkfuncties vervallen. Alle wijzigingen zijn unaniem geaccordeerd in de paritaire adviesgroep (PAG) en het gezamenlijk overleg FWG (GO). In deel B van deze publicatie vindt u de normteksten met aangepaste voorbeelden. In dit deel lichten we de wijzigingen in kaderteksten en ijkfuncties toe. Samenstelling ijkfunctiebestand De keuze voor het aantal ijkfuncties en het niveau van de ijkfuncties per kernfunctie hangt onder meer samen met de samenstelling van het totale ijkfunctiebestand. We streven zowel een spreiding over de niveaus na, als een variatie in functieeisenpatronen. Een wijziging in de functiegroep van ijkfuncties ten opzichte van vorig jaar is dus niet per definitie een indicatie voor een ontwikkeling binnen een zekere (kern)functie. Subscores van ijkfuncties bij Overige functie-eisen en Inconveniënten Bij ijkfuncties in FWG 3.0 ziet u alleen de totaalscore op Overige functie-eisen en Inconveniënten en niet de scores op de verschillende subonderdelen ervan. Deze kunt u zelf indien gewenst toevoegen bij het overzicht ijkfuncties. Op de Servicepagina in FWG 3.0 vindt u onder de knop Instructiefilmpjes een link naar ons YouTube kanaal waar u de video over de subaspecten kunt vinden. FWG-begrippen Bij de FWG-begrippen wordt nu een onderscheid aangegeven tussen ADL-activiteiten en ADL-werkzaamheden. In deel C vindt u een compleet overzicht van FWG- begrippen. Ontwikkelingen rondom kernfuncties Hierna geven we van kernfuncties schematisch de spreiding van ijkfuncties in functiegroepen weer, zoals deze in FWG 3.0/ voorkomen. Aan de binnenzijde van de kaft vindt u overzichten van de ijkfuncties die nieuw, gewijzigd of vervallen zijn. 9 content fwg

3 Toelichting tabellen De groene blokjes geven aan op welke niveaus er een kadertekst is. De cijfers staan voor het aantal ijkfuncties op dit niveau. Niet op ieder kadertekstniveau is er een ijkfunctie. Onder de tabel staat een opsomming van de ijkfuncties. Nieuwe ijkfuncties zijn vetgedrukt. primair proces Trajectbegeleider Sinds 1 januari 2015 is de participatiewet van kracht ter bevordering van de arbeidsparticipatie van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Veelal stellen gemeenten bij aanbestedingen eisen met betrekking tot Social Return. Bij Social Return gaat het erom dat een investering die de gemeente doet, naast het gewone rendement ook een concrete sociale winst oplevert bijvoorbeeld door het creëren van werk- en ervaringsplaatsen voor werkzoekenden. Er is in dit verband meer focus op het aan het werk krijgen - betaald of onbetaald - van cliënten en de rol van een arbeidscoach is daardoor belangrijker geworden. Daarnaast zorgen wijzigingen in de financiering ervoor dat de arbeidscoach meer bedrijfsmatig moet gaan werken, meer resultaat moet halen en bewust moet zijn van hoeveel budget er per traject is. Deze ontwikkelingen zijn vertaald naar aanpassingen in de kadertekst en ijkfunctie. Trajectbegeleider Jobcoach Ambulant begeleider thuiszorg en Pedagogisch medewerker Uit het onderzoek komt naar voren dat het onderscheid tussen thuisbegeleiding en pedagogische gezinsbegeleiding in de praktijk niet scherp is. We zien dat de functie thuisbegeleider steeds minder gericht is op gedragsaanpassing. Met name bij de doelgroep ouderen ligt het accent steeds meer op zo lang mogelijk thuis wonen en preventie. Ook wordt de thuisbegeleider steeds breder ingezet bij verschillende doelgroepen, bijvoorbeeld ook bij gezinnen en bij jongeren met aanvullende verstandelijke of psychiatrische problematiek. De kernfunctie Thuisbegeleider is daarom samen met het deel van de kernfunctie Pedagogisch medewerker dat betrekking heeft op gezins begeleiding omgevormd tot de nieuwe kernfunctie Ambulant begeleider thuiszorg. Ook de ijkfunctie Gezinsbegeleider (FG 50) is overgeheveld naar de Ambulant begeleider thuiszorg, waarbij de ijkfunctienaam is aangepast naar Gezinscoach. De scope van de kernfunctie Pedagogisch medewerker is aangepast naar de intramurale setting; deze functie komt met name binnen ziekenhuizen voor. Ambulant begeleider thuiszorg Ambulant begeleider thuiszorg 40 Thuisbegeleider 50 Gezinscoach Pedagogisch medewerker Opsplitsing kernfunctie Maatschappelijk werkende/reclasseringswerker Ter verbetering van de leesbaarheid is de kernfunctie gesplitst in de kernfuncties Maatschappelijk werkende en Reclasseringswerker. Met betrekking tot de Maatschappelijk werkende komt uit het onderzoek naar voren dat er bij organisaties steeds meer bewustzijn komt voor financiële gevolgen van ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid. Er is een toenemende aandacht voor arbeidsomstandigheden, welzijn en psychosociale arbeidsbelasting (PSA) van de werknemers. Dat zien we terug in een toenemend aantal organisaties met de functie van bedrijfsmaatschappelijk werkende Pedagogisch medewerker Pedagogisch medewerker De werkzaamheden van de maatschappelijk werkende liggen, in relatie tot de FWG-begripsbepalingen, veelal op het grensvlak van begeleiden en behandelen. Uit het functieonderzoek blijkt dat van behandelen vrijwel nooit meer sprake is. Veelal is nu sprake van het begeleiden/bieden van hulpverlening/ondersteunen van cliënten bij het omgaan met sociale en psychische problemen, bijvoorbeeld bij acceptatie en verwerking van ziekte en verlies, opvoedings-, relatie- en/of financiële problemen. Voor het uitvoeren van behandelingen, met als doel het op methodische wijze beïnvloeden van het gedrag, wordt door verwezen naar andere behandelaren, bijvoorbeeld een psycholoog of vaktherapeut. Een uitzondering hierop zijn de functies waarin systeemtherapie tot de taken behoort en waarbij een aanvullende opleiding op dit gebied wordt vereist. In deze functies is wel sprake van behandelen. In de aangepaste kadertekst en ijkfuncties is dit aangescherpt. Ziekenhuizen gaan zich meer richten op echte cure en maatschappelijke hulpverlening verschuift meer naar de eerste lijn. De medisch maatschappelijk werkende wordt minder aangetroffen en wordt meer een regelfunctie. Binnen de wijk-, jeugd- en gezinszorg zien we dat de maatschappelijk werkende vanuit de behoefte aan één centraal aanspreek- en coördinatiepunt een rol krijgt in het coördineren van de zorg- en hulpverlening. De ijkfunctie Medisch maatschappelijk werker (FG 55) is daarom vervangen door een nieuwe ijkfunctie Gezinsmaatschappelijk werker (FG 55) waarin deze coördinatierol is uitgewerkt. 10 content fwg content fwg

4 Maatschappelijk werkende Maatschappelijk werkende Verpleegkundige algemene Bij deze kernfunctie is een nieuw kadertekstniveau 50 toegevoegd. Als voorbeeld van een functie op niveau 50 is een extra praktijkvoorbeeld van Obstetrieverpleegkundige (FG 50) beschikbaar via het klantportaal van onze website 50 Maatschappelijk werkende 55 Gezinsmaatschappelijk werker Verpleegkundige algemene Reclasseringswerker 40 Verpleegkundige 45 Senior verpleegkundige Reclasseringswerker Reclasseringswerker Verpleegkundig consulent Als voorbeeld van een functie op niveau 50 is een extra praktijkvoorbeeld van Verpleegkundig consulent palliatieve zorg (FG 50) beschikbaar via het klantportaal van onze website Ontwikkelingen bij de verpleegkundige ziekenhuisfuncties Mede aanleiding voor het doen van onderzoek naar alle verpleegkundige reeksen binnen de is de ontwikkeling binnen organisaties om een bewuster onderscheid te (gaan) maken tussen de inzet van mbo-verpleegkundigen en hbo-verpleegkundigen. Het functieonderzoek heeft aangetoond dat dit thema speelt bij nagenoeg alle ziekenhuizen, maar nog slechts bij een paar ziekenhuizen heeft dit ook geleid tot een breed doorgevoerde functiedifferentiatie. Veel ziekenhuizen bevinden zich nog in de fase van het voorbereiden op of het verrichten van pilots door middel van het inrichten van proeftuinen op enkele afdelingen. De ervaringen met deze proeftuinen zijn erg wisselend (ook binnen één organisatie). Binnen de NVZ-profielen mbo-hbo wordt er onder andere een onderscheid gemaakt in meer voorspelbare zorg en minder voorspelbare zorg. Dit onderscheid lijkt een keuze die mogelijk goed aansluit bij de profielen en de invulling van de (toekomstige) opleidingen. Dit onderscheid is echter nog niet aangetroffen in het veld. Wel is aangetroffen dat bij hbo-verpleegkundigen vaker taken op het gebied van kwaliteitszorg, educatie en innovatie worden belegd. Een andere ontwikkeling is de opkomst van specifieke centra binnen ziekenhuizen zoals een oncologisch centrum, een centrum palliatieve zorg of een centrum moeder en kind. Binnen dergelijke centra wordt de gehele zorg (klinisch, poliklinisch, acuut en langdurig) aan deze doelgroep gecombineerd. In deze centra wordt ook de spoedeisende hulp aan deze doelgroepen verleend. Verpleegkundig consulent Verpleegkundige stomazorg 45 Lactatiekundige Verpleegkundige bewaking De ijkfunctienaam IC/CC-verpleegkundige (FG 50) Verpleegkundige bewaking is aangepast in IC-verpleegkundige omdat IC en CCU bijna niet meer in combinatie voorkomen Verpleegkundige verkoeverkamer 50 IC-verpleegkundige 55 Verpleegkundige IC brandwonden 12 content fwg content fwg

5 Verpleegkundige spoedeisende Verpleegkundige spoedeisende opleiding tot Verpleegkundig specialist GGZ. Voor de verpleegkundig specialist in overige branches is er de opleiding masteropleiding Advanced Nursing Practice met vooralsnog vier verschillende uitstroomrichtingen (er zijn signalen om deze vier weer samen te voegen tot één brede opleiding). Daarnaast komt uit het onderzoek naar voren dat verpleegkundig specialisten steeds meer worden ingezet binnen de huisartsenzorg. Zij worden ingezet op de veelvoorkomende klachten en hebben een eigen spreekuur, waarbij er terugvalmogelijkheid is op de huisarts. 50 SEH-verpleegkundige Afdelingsassistent Uit het onderzoek komt naar voren dat het onderscheid tussen de kernfuncties Medewerker zorg en Afdelingsassistent vervaagt. Taken op het gebied van huishouding, ADL, maaltijdbereiding en -verstrekking en ondersteuning bij welzijnsactiviteiten komen in verschillende combinaties in functies voor. Om een oplossing te bieden voor het indelen van deze functies zonder verschillende kernfuncties te hoeven raadplegen, zijn de kernfuncties Afdelingsassistent en Medewerker zorg samengevoegd tot de kernfunctie Afdelingsassistent. Om de herkenbaarheid te behouden voor de verschillende settings is ervoor gekozen aparte kernfuncties te behouden voor het indelen van intramurale en ambulante functies. De ambulante functies zijn opgenomen in de kernfunctie Huishoudelijk medewerker thuiszorg en zijn daarom niet meegenomen in deze samenvoeging. Ook bij de Afdelingsassistent komt uit het onderzoek naar voren dat er steeds meer aandacht komt voor het welzijn en de eigen regie van de patiënt/cliënt. Verpleegkundig specialist De ijkfunctie Verpleegkundig specialist CVA (FG 55) is vervangen door een nieuwe ijkfunctie Verpleegkundig specialist ouderenzorg (FG 55). Er is bij deze kernfunctie geen ijkfunctie Verpleegkundig specialist Verpleegkundig specialist ouderenzorg Verpleegkundig specialist GGZ Ter illustratie van het nieuwe kadertekstniveau is opgenomen vanuit de ziekenhuisbranche. Hiervoor wordt verwezen naar de kernfunctie Physician assistant waar een ijkfunctie vanuit de ziekenhuisbranche is opgenomen en waar het ook gaat om het uitvoeren van geprotocolleerde medische zorg. een nieuwe ijkfunctie Verpleegkundig specialist GGZ (regiebehandelaar) (FG 65) opgenomen. Afdelingsassistent Afdelingsassistent 15 Groepsassistent 20 Voedingsassistent 20 Verzorgingsassistent 25 Helpende Verpleegkundig specialist GGZ 60 Verpleegkundig specialist forensische psychiatrie 65 Verpleegkundig specialist GGZ (regiebehandelaar) Opsplitsing Verpleegkundig specialist en Verpleegkundig specialist GGZ De kernfunctie Verpleegkundig specialist is gesplitst in Verpleegkundig specialist op niveau 55 t/m 60 en Verpleegkundig specialist GGZ op niveau 55 t/m 65. Er is voor gekozen de kernfunctie te splitsen om duidelijk te maken dat niveau 65 alleen binnen de GGZ aan de orde is. Niveau 65 is een nieuw kadertekstniveau als gevolg van de verandering dat sinds januari 2017 verpleegkundig specialisten GGZ ook als regi ebehandelaar mogen worden ingezet. Ook de opleidingen voor Verpleegkundig specialist en Verpleegkundig specialist GGZ zijn verschillend; voor de GGZ is er een aparte Physician assistant Ondanks de verwachting zijn er bij deze kernfunctie (nog) geen functies aangetroffen op Physician assistant Physician assistant orthopedie niveau 65, wel hoog in de bandbreedte van niveau 60. Het komend onderzoeksjaar zal aanvullend onderzoek gedaan worden. 14 content fwg content fwg

6 administratie, automatisering en staf Opleidingsfunctionaris Bij deze kernfunctie spelen de volgende ontwikkelingen: er wordt steeds meer gebruik gemaakt van e-learning. Modules voor e-learning worden ingekocht of door de organisatie zelf ontwikkeld. Daarnaast zien we in steeds meer organisaties de komst van een platform dat ondersteuning biedt bij het selecteren, volgen en geven van opleidingen; het Leermanagementsysteem (LMS). Ook maken steeds meer organisaties gebruik van een skillslab waar medewerkers de verpleegtechnische vaardigheden kunnen oefenen, uitvoeren en toetsen; daarnaast betekent de schaarste op de arbeidsmarkt dat er inventief naar oplossingen gezocht moet worden voor het (door)ontwikkelen van medewerkers buiten de gebaande paden en eigen organisatie. Door de hierboven beschreven ontwikkelingen moet de opleidingsfunctionaris de blik naar buiten richten en alert zijn op ontwikkelingen die van invloed kunnen zijn op de wijze van opleiden binnen de organisatie. Uit het onderzoek blijkt dat opleidingsfunctionarissen meestal onderdeel van de staf zijn, vaak een onderdeel van de afdeling P&O. Veelal bestaat de functie uit coördinerende, ondersteunende en/of beleidsmatige taken. Soms worden er ook lessen/ trainingen zelf gegeven. Ook zijn er functies waarbij het geven van lessen/trainingen de hoofdtaak is (functie van trainer). In de kadertekst is een duidelijker onderscheid gemaakt tussen deze verschillende soorten functies. De ijkfunctienaam Praktijkopleider (FG 45) is aangepast in Coördinator beroepspraktijkvorming. De ijkfunctienaam Opleidingsfunctionaris (FG 50) is aangepast in Opleidingscoördinator. Accountmanager De laatste jaren is het strategisch belang van zorgverkoop en -contracteren aanzienlijk toe genomen. De realisatie van organisatiedoelstellingen is meer en meer afhankelijk geworden van de financiering. Zorgverkoopprocessen en -plannen dienen bedrijfsmatig te kloppen en aan te sluiten bij in- en externe ontwikkelingen. Daarbij is er meer aandacht voor waardegerichte financiering (zie FWG Trendrapport, hoofdstuk 3). Bij organisaties komen steeds meer functies voor op het gebied van relatiebeheer, accountmanagement en zorgverkoop en een deel van deze functionarissen krijgt een grotere rol in het ontwikkelen of mede bepalen van een verkoopstrategie voor de organisatie. Zij hebben te maken met veel partijen die betrokken zijn bij de zorgfinanciering. Met name door de wijziging van een deel van de financiering naar gemeenten (WMO) zijn er veel meer partijen betrokken bij het zorgverkoopproces. Daarnaast heeft de zorgfinanciering voortdurend te maken met wijzigingen in wet- en regelgeving en aanbestedingscriteria. De scope van de kernfunctie Relatiebeheerder is uitgebreid op het gebied van zorgverkoop en een nieuw niveau 60 is toegevoegd. De kern functienaam is voor de herkenbaarheid aangepast in Accountmanager. Accountmanager Relatiebeheerder 60 Regisseur zorgverkoop Opleidingsfunctionaris Coördinator beroepspraktijkvorming 50 Opleidingscoördinator Leidinggevende opleidingen Bij veelal grotere organisaties worden steeds vaker medische en/of gedragskundige opleidingen aangeboden (als erkende opleidingsorganisatie). De manager opleidingen binnen dit soort organisaties heeft een meer strategische rol en maakt ook regelmatig deel uit van het managementteam van de organisatie. Dit heeft ertoe geleid dat een nieuw niveau (FG 65) is toegevoegd. Leidinggevende opleidingen 1 60 Hoofd opleidingen Staffunctionaris/leidinggevende kwaliteit/klachtenfunctionaris Mede aanleiding voor het onderzoek naar deze kernfunctie is de invoering van de wet Kwaliteit Klachten en Geschillen Zorg (Wkkgz) per In deze wet is bepaald dat iedere zorgorganisatie een klachtenfunctionaris en een klachtenreglement moet hebben per waarvoor instemming vereist is van de cliëntenraad. De functie klachtenfunctionaris heeft een bemiddelende en adviserende rol met name gericht op de kwaliteit van zorg. In eerste instantie is overwogen om van deze functie een separate kernfunctie te maken. Gezien het takenpakket kan deze functie echter ook goed gekoppeld worden aan de kernfunctie staffunctionaris/ leidin ggevende kwaliteit, hetgeen ook bij veel organisaties is gebeurd. Er is daarom gekozen om de functie klachtenfunctionaris op te nemen in de kernfunctie Staffunctionaris/leidinggevende kwaliteit. Daarbij is tevens het signaal meegenomen dat binnen organisaties meer ondersteunende functies op het gebied van kwaliteit in het functiehuis ontstaan (conform staffunctionaris P&O en staffunctionaris communicatie). Dit heeft geleid tot het opnemen van een extra kadertekstniveau op niveau 45. Een andere ontwikkeling is die van risicomanagement (Compliance & risk officer). Er ontstaan functies die risico s signaleren op velerlei gebied. Dit kunnen risico s zijn op het gebied van financieel beheer, op het gebied van het voldoen aan kwaliteitswetten of het voldoen aan wetten op het gebied van bescherming persoonsgegevens. Binnen enkele functies is een dergelijke rol deels ook weggelegd bij de klachtenfunctionaris. 16 content fwg content fwg

7 Staffunctionaris/leidinggevende kwaliteit/klachtenfunctionaris 1 Medewerker was- en linnenvoorziening Medewerker was- en linnenvoorziening Kwaliteitsfunctionaris facilitair bedrijf Opsplitsing Medewerker huishouding in verschillende facilitaire kernfuncties Ter verbetering van de overzichtelijkheid is de kernfunctie gesplitst in de kernfuncties Medewerker schoonmaak, Medewerker was- en linnenvoorziening en Operationeel leidinggevende schoonmaak en linnenvoorziening. Er is voor gekozen een aparte reeks te maken voor de operationeel leidinggevende functies omdat in het geval van de Medewerker schoonmaak geen aansluitende reeks te maken is van uitvoerende en operationeel leidinggevende functies. Functies op het gebied van beddencentrale zijn niet meer aangetroffen. Veelal worden taken op Medewerker schoonmaak Operationeel leidinggevende schoonmaak en linnenvoorziening Staffunctionaris/leidinggevende kwaliteit 05 Medewerker kantoorschoonmaak 05 Medewerker afwas 15 Medewerker schoonmaak het gebied van beddenschoonmaak en -transport gecombineerd met andere transporttaken en deze functies kunnen worden ingedeeld met behulp van de kernfunctie Medewerker transport. De ijkfunctie Medewerker beddencentrale (FG 10) is vervallen. Binnen de scope van Medewerker huishouding zien we aparte functies op de verschillende aandachtsgebieden, dus een medewerker schoonmaak en een medewerker linnenvoorziening. Wel komen we nu ook functies tegen waarin sprake is van een combinatie van diverse facilitaire taken, zoals receptie, catering, huishouding en linnenvoorziening. Volgend jaar zal er een nieuwe kernfunctie op het gebied van allround medewerker facilitair worden opgepakt in het functieonderzoek Medewerker linnenkamer 20 Medewerker linnenvoorziening Operationeel leidinggevende schoonmaak en linnenvoorziening 30 Eerste medewerker huishouding Nieuwe kernfunctie Woonconsulent Veranderingen zoals het scheiden van wonen en zorg en de verplaatsing van zorg naar gemeenten (sociaal domein) zorgen ervoor dat inwoners met een zorgvraag langer zelfstandig thuis blijven wonen. Dat vraagt mogelijk om een ander type woningen of andere inrichting van de woonomgeving en daarmee om een andere invulling van het woonbeleid. Ontwikkelingen op het gebied van wonen en zorg leiden tot nieuwe staf-/beleidsfuncties op het gebied van bouw en vastgoed. Daarnaast zien we functies zoals woonconsulent, gericht op het regelen van de verhuur van woningen (in-, dooren uitstroom). Deze woningen kunnen eigendom zijn van de zorgorganisatie en/of eigendom van een woningbouwcorporatie, waarbij een aantal woningen gebruikt wordt door de zorgorganisatie, de zorgorganisatie de verhuur regelt en er afspraken zijn over gebruik/huurprijs. Het onderzoek naar staf-/beleidsfuncties op het gebied van bouw en vastgoed zal komend onderzoeksjaar gecombineerd worden met het onderzoek naar de kernfunctie Projectleider/ leidinggevende bouw en vastgoed. Naast de woonconsulent zijn er ook functies aangetroffen gericht op het regelen van zowel de verhuur van woningen als de zorgverlening. Als voorbeeld van zo n gecombineerde functie is een extra praktijkvoorbeeld beschikbaar van Woonzorgconsulent (FG 45) via het klantportaal van onze website Woonconsulent Woonconsulent 18 content fwg content fwg