Samengevat hebben de volgende overwegingen een belangrijke rol gespeeld bij onderstaand advies:

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Samengevat hebben de volgende overwegingen een belangrijke rol gespeeld bij onderstaand advies:"

Transcriptie

1 stadsregio Rotterdam t.a.v. mevr. mr. M.C. Jansen MPA Postbus AB ROTTERDAM Rotterdam, 11 oktober 2013 Onze referentie: Geaclite mevrouw Jansen, Op 11 juli 2013 heeft de ondernemingsraad van de stadsregio Rotterdam (hierna te noemen: OR) het ontwerp-liquidatieplan ter advisering ontvangen. U heeft de OR gevraagd advies uit te brengen over het ontwerp-liquidatieplan. Naar aanleiding van uw adviesaanvraag heeft de OR op 4 september 2013 per brief om aanvullende informatie gevraagd om met name de personele consequenties beter in beeld te krijgen. Op 12 september jl. hebben wij uw schriftelijke reactie daarop ontvangen. Samengevat hebben de volgende overwegingen een belangrijke rol gespeeld bij onderstaand advies: 1. Het ontwerp-liquidatieplan loopt vooruit op het wetgevingsproces en op de oprichting van de metropoolregio; 2. Het ontwerp-liquidatieplan is teveel gebaseerd op onzekere verwachtingen en aannames; 3. De scheiding tussen het proces van liquidatie van de stadsregio en oprichting van de metropoolregio, waaronder de vervoersautoriteit, is onhoudbaar en getuigt zowel bestuurlijk als in de uitvoering van slecht werkgeverschap; 4. Onze vragen over onduidelijkheden en gebreken in het voorgenomen besluit zijn niet afdoende beantwoord. Dat maakt het onmogelijk om een kwalitatief goed advies uit te brengen; 5. Er is ten onrechte geen sociaal plan opgesteld voor de liquidatie van de stadsregio, waarin ten aanzien van personeelsleden een bestemmingsbeslissing is opgenomen. De relevante artikelen uit de in 2004 met de gemeente Rotterdam gesloten ontvlechtingsovereenkomst zijn onverkort van toepassing; 6. De rol van het georganiseerd overleg is miskend; 7. Het vigerende sociaal statuut Rotterdam 2013 is onvoldoende toegerust op dit liquidatieproces en doet afbreuk aan de positie van de medewerkers. Dientengevolge dient een aanvullend sociaal plan te worden opgesteld;

2 8. De OR is niet of onvoldoende betrokken geweest bij de totstandkoming van het ontwerpliquidatieplan, onder meer waar het gaat om het adviesrecht m.b.t. het inschakelen van externe deskundigen en de klaarblijkelijk reeds gemaakte keuzes voor VOIL en CMC; 9. Er is tot nu toe geen inzicht gegeven in de concrete inrichting van het van werk naar werktraject van herplaatsingskandidaten en de faciliteiten in dit kader; 10. Het mens volgt taak-principe wordt door u op ontoelaatbare wijze uitgehold; 11. De medezeggenschap moet na de beoogde liquidatiedatum blijven voortbestaan; 12. De medezeggenschapsrechten van de OR blijven onverkort van kracht. Onder meer dient elke wijziging van het voorgenomen besluit vooraf ex artikel 25 lid 1 WOR ter advies- dan wel instemmingsverlening aan de OR te worden voorgelegd. Ook in het kader van de oprichting van de metropoolregio, waaronder de vervoersautoriteit, komt de OR een rol toe. De OR kan dan ook niet anders dan een negatief advies uitbrengen over het voorgelegde ontwerp-liquidatieplan. Ter verdere toelichting op dit advies treft u onderstaand ons gedetailleerd commentaar aan. Voorgenomen besluit prematuur, onvoldoende concreet en onvoldoende duideliik Uit artikel 25 lid 1 WOR en artikel 25 lid 3 WOR volgt dat een voorgenomen besluit voldoende concreet moet zijn en dat een overzicht moet worden verstrekt van de beweegredenen voor het besluit, alsmede de gevolgen die het besluit voor de in de onderneming werkzame personen zal hebben en de naar aanleiding daarvan voorgenomen maatregelen. Aan deze vereisten voldoet het voorgenomen besluit niet. Wetgevingsproces Op basis van artikel 110 van de huidige Wet Gemeenschappelijke Regelingen, kan opheffing van de plusregio slechts bij wet gebeuren. Inmiddels is er een wetsvoorstel daartoe bij de Tweede Kamer ingediend. Het kabinet streeft er naar om de wet per 1 januari 2015 in werking te laten treden. Uiterlijk op 1 januari 2016 moeten, naar actuele verwachtingen, de plusregio's zijn opgeheven. Het besluitvormingstraject hiervoor in de Tweede en Eerste Kamer moet echter nog volledig worden doorlopen en zal op basis van de actuele verwachtingen eerst kort voor het zomerreces van de beide Kamers in 2014 zijn afgerond. De uitkomst daarvan is ongewis, mede gezien de ingewikkelde discussie rond de herijking van het binnenlands bestuur en het ontbreken van een positief advies vanuit de Raad van State. Het is nog volstrekt onduidelijk welke aanpassingen het wetsvoorstel zal ondervinden en of het wetsvoorstel überhaupt zal worden aangenomen. Het voorgenomen besluit loopt daarmee vooruit op het wetgevingsproces en de landelijke politieke besluitvorming. U geeft dan ook in uw voorgenomen besluit aan dat het ontwerp-liquidatieplan zal worden aangepast als er zich in het wetgevingsproces veranderingen voordoen die van belang voor het liquidatieplan. U geeft bovendien aan dat het voorlopige liquidatieplan de onderwerpen op fioofdiijnen regelt. Hiermee geeft u al aan dat het voorgenomen besluit onvoldoende is geconcretiseerd en ondeugdelijk is onderbouwd. In het voorliggende plan ontbreekt ook een goede onderbouwing van de beslissing om nu al (ruim een jaar vóór de voorgenomen liquidatiedatum) het bestuurlijke vaststellingstraject in te gaan. Het is immers op zijn minst opmerkelijk, dat het besluitvormingsproces ter zake binnen de stadsregio Rotterdam vooruitloopt op de landelijke politieke besluitvorming. De OR zet grote vraagtekens bij het nemen van het besluit voordat het wetgevingsproces is afgerond. Onder het personeel bestaat bovendien hierdoor veel (onnodige) onrust.

3 I^etropooivorming Daarnaast is nog maar zeer beperkt duidelijk of en zo ja, hoe en in welke mate en onder welke voorwaarden de overgang van de medewerkers naar de metropoolregio/vervoersautoriteit wordt ingevuld en welke werkzaamheden daadwerkelijk worden beëindigd dan wel worden overgenomen door de metropoolregio dan wel andere overheden. De wetgever heeft dan ook nog niet besloten welke wettelijke taken komen te vervallen en welke wettelijke taken worden herverdeeld. Het voorgenomen besluit maakt geen duidelijk onderscheid tussen de wettelijke en niet-wettelijke taken. Het is nog onbekend welke taken de gemeenten precies naar de metropoolregio willen overhevelen. Slechts ten aanzien van de vervoersautoriteit bestaat er enige mate van helderheid omtrent taken en personele bezetting. Maar ook hieromtrent is het proces nog in volle gang. Het is immers aan de gemeenten om (als de stadsregio bij wet is opgeheven) te bepalen op welke wijze zij vorm willen geven aan de uitvoering van taken. Bovendien geldt dat een dergelijke vervoersautoriteit nog geen enkele grondslag heeft. Immers, het wetsvoorstel geeft aan dat de verkeers- en vervoerstaken naar de provincies gaan. Voor de Vervoersautoriteit kan een uitzondering worden gemaakt via een Algemene Maatregel van Bestuur (hierna te noemen: AMvB). De wijziging van de Wet Gemeenschappelijke Regelingen staat nog volop ter discussie, laat staan dat er op korte termijn een AMvB ontstaat. Desalniettemin gaat het voorgenomen besluit er vanuit dat een deel van het personeel van de stadsregio over zal gaan naar de vervoersautoriteit. Er wordt voor deze groep dan ook geen rekening gehouden met frictiekosten, die anders aanzienlijk hoger zullen zijn. Voorts buigen de gemeenten zich op dit moment nog over de oprichting van de metropoolregio. Een gemeenschappelijke regeling is nog niet tot stand gekomen. Sctieiding proces iiquidatie stadsregio en oprichting metropoolregio onhoudbaar De nadrukkelijke scheiding tussen liquidatie van de stadsregio Rotterdam en de inrichting van de metropoolregio/vervoersautoriteit wordt in de praktijk naar believen geïnterpreteerd en uitgevoerd. De processen kunnen dan ook niet los van elkaar worden gezien. Dit blijkt onder meer uit de volgende omstandigheden. De bestuurders van de stadsregio Rotterdam en stadsgewest Haaglanden hebben namens de stadsregio respectievelijk het stadsgewest op 6 april 2011 een intentieverklaring getekend tot oprichting van de vervoersautoriteit; De voorzitters van de stadsregio en het stadsgewest hebben (in die hoedanigheid) bij brief van 1 mei 2012 het zienswijzedocument Metropoolregio Rotterdam-Den Haag aan de gemeenten aangeboden; Inrichtingskosten van de vervoersautoriteit worden uit de Brede Doeluitkering Verkeer en Vervoer bekostigd en mede als gevolg daarvan door de stadsregio Rotterdam en het stadsgewest Haaglanden gesanctioneerd (bv. de externe ondersteuning voor de inrichting van het functiegebouw en de financiële functie door resp. bureau Leeuwendaal en Ernst & Young); Twee afdelingshoofden van de stadsregio maken onderdeel uit van het kwartiermakerteam van de Vervoersautoriteit; Er is afgesproken dat een deel van het personeel van de stadsregio wordt geplaatst bij de vervoersautoriteit. Daarbij speelt het sociaal statuut Rotterdam een rol; De vervoersautoriteit wordt gepresenteerd als rechtsopvolger voor wat betreft de verkeeren vervoerstaken van de stadsregio en het stadsgewest. Conform het ingediende wetsontwerp geeft u dan ook in uw brief van 12 september 2013 aan dat "de vervoersautoriteit de taken, bevoegdheden en middelen overneemt"; De metropoolregio zal volgens uw van 17 juli 2013 in de plaats treden van de stadsregio's in het samenwerkingsverband Zuidvleugel, voor zover dat past binnen de nog vast te stellen taken van de metropoolregio;

4 Volgens uw van 27 februari 2013 is niet uitgesloten dat bestuurders en medewerkers van de stadsregio meewerken en -denken aan de opbouw van de Metropoolregio. "Wat daar wordt opgebouwd heeft immers consequenties voor onze afbouw"; In uw van 17 juli 2013 geeft u aan dat de MRDH/VA-organisatie uiterlijk 1 juli 2014 operationeel moet zijn. "Indien de afschaffingswet dan nog niet in werking is getreden, wordt begonnen met de MRDH/VA-organisatie onder de vigeur van de stadsregio's". De scheiding tussen de liquidatie van de stadsregio en de inrichting van de metropoolregio/vervoersautoriteit kan derhalve geen stand houden. De OR heeft u daar, onder meer bij brief van 24 september 2012, al op gewezen. De OR heeft toen aangegeven dat de activiteiten van de nieuw te vormen metropoolregio voor een groot deel zullen bestaan uit het samenvoegen van de werkzaamheden/activiteiten van de huidige stadsregio's. Daarmee is sprake van een reorganisatie c.q. fusie c.q. overdracht van activiteiten. Het baart ons zorgen dat het inzetten van menskracht vanuit de stadsregio bij de nieuw te vormen Metropoolregio voor een groot deel buiten beeld blijft. Dit terwijl de medewerkers van de stadregio's kennis en expertise hebben in regionale samenwerking. Gemeenten hebben daar herhaaldelijk hun tevredenheid over uitgesproken. De OR acht het daarom van groot belang dat er bij een nieuw te vormen metropoolregio maximaal ingezet wordt op overdracht van het personeel van de stadsregio naar de nieuw te vormen organisatie. Zeker nu het nota bene ook nog hun eigen werkzaamheden betreffen. U blijft daarentegen proberen de processen van de af- en opbouw nadrukkelijk te scheiden. Deze kunstmatige scheiding veroorzaakt hogere liquidatie- en opbouwkosten dan nodig. Immers, het ontslag van het personeel van de stadsregio leidt tot hoge frictiekosten die kunnen worden voorkomen door plaatsing in de metropoolregio en/of bij de onderliggende gemeenten. De kennis van het personeel van de stadsregio wordt voorts vooralsnog maar zeer beperkt en selectief ingezet ten behoeve van de oprichting van de metropoolregio. De OR constateert veel afbreukrisico's in het proces, er lijken geen terugvalopties te bestaan. Er wordt nu al sterk ingezet op liquidatie terwijl er nog geen nieuwe gemeenschappelijke regeling tot stand is gekomen. Bovendien brengt de nadrukkelijke scheiding veel onnodige onzekerheid met zich mee over de gevolgen voor het personeel van de stadsregio Rotterdam. Dat getuigt zowel bestuurlijk als in de uitvoering van slecht werkgeverschap dan wel slecht ondernemerschap. Daarenboven is de OR van mening dat het personeel zijn werk moet volgen. Dit is in de geest van zowel hetgeen gebruikelijk is in overheidsland alsook de doelstellingen van het sociaal flankerend beleid. Kortom, het voorgenomen besluit is gebaseerd op aannames, onduidelijkheden en een onhoudbare scheiding tussen de liquidatie van de stadsregio en de oprichting van de metropoolregio. In het liquidatieplan staat bv. dat het ontwerp-liquidatieplan "de onderwerpen regelt op hoofdlijnen". Dientengevolge zijn essentiële onderdelen daarin gebaseerd op aannames. Terecht wordt dan ook aangegeven, dat het plan waarschijnlijk nog zal worden aangepast. In uw brief van 12 september jl. geeft u zelf in uw reactie onder punt 2 een opsomming van een aantal onzekere factoren. Naar ons oordeel is het voorliggende ontwerp-liquidatieplan teveel gebaseerd op onzekere verwachtingen en aannames. De OR kan op basis van onzekerheden en onduidelijkheden onmogelijk tot een kwalitatief goed advies komen. Bovendien acht de OR de scheiding tussen de verschillende processen kunstmatig en niet houdbaar. Recht op informatie geschonden Uit de WOR volgt dat een voorgenomen besluit moet worden gemotiveerd en onderbouwd om de OR in staat te stellen het besluit te kunnen beoordelen en een advies te kunnen geven. Hiertoe dient de OR te beschikken over alle informatie die hij nodig acht. Ondanks hier herhaaldelijk om te hebben gevraagd, beschikt de OR op dit moment niet over alle benodigde informatie om een gedegen advies uit te brengen.

5 De OR verkeert in het ongewisse omtrent de volgende aspecten: U geeft aan dat de stadsregio voornemens is om binnen de geldende regelgeving faciliteiten aan te bieden. Het gaat dan om een praktische invulling van de maatregelen van artikel 25 lid 3 WOR. Het is de OR onbekend wat dit voornemen concreet inhoudt; Ondanks ons schriftelijk verzoek heeft de OR nog geen gedetailleerde uitwerking van de frictiekosten ontvangen, alsmede een duidelijke onderbouwing van de daarin gevolgde aannames en concrete berekeningen van realistische varianten (waarvan enkele concrete voorbeelden zijn gegeven). Deze informatie achten wij noodzakelijk om te komen tot een gedegen advies; Er is volgens u een afspraak dat de helft van de formatieplaatsen in de vervoersautoriteit en de metropoolregio in beginsel beschikbaar is voor het personeel van de stadsregio. Wij vragen ons nog steeds af tussen wie deze afspraak is gemaakt en hoe deze precies luidt. Bovendien, waarom kunnen afspraken worden gemaakt terwijl intussen wordt aangegeven dat het liquideren van de stadsregio en de oprichting van de metropoolregio gescheiden processen zijn? Hoe wordt het mens volgt taak-principe geborgd? De OR heeft geen informatie over VOIL en eventuele alternatieven ontvangen; De OR heeft geen informatie gekregen over werkafspraken met CMC en over de verplichting van medewerkers om tijdelijke klussen te aanvaarden. Wij vragen ons af of er overwogen is om anderen partijen dan CMC in te schakelen en waarom daar niet voor gekozen is. Verder is onduidelijk wat de werkwijze van CMC is, aan welke voorwaarden de herplaatsingskandidaten moeten voldoen en of CMC de belangen van de herplaatsingskandidaten van de stadsregio Rotterdam wel afdoende kan waarborgen? CMC moet namelijk gelijktijdig een groot aantal Rotterdamse herplaatsingskandidaten bedienen. Wij hebben tot nu toe geen andere informatie dan de uitvoeringsbepalingen in artikel 7.1 sub c van het SSR en de toelichting daarop, alsmede de wel zeer summiere gegevens op de door u aangehaalde eigen webpagina van CMC op het intranet Sjaan van de gemeente Rotterdam. Hoe dan ook is duidelijk, dat ondanks ons uitdrukkelijk verzoek daartoe tot op heden ons geen regeling is verschaft die duidelijk maakt aan welke concrete voorwaarden herplaatsingskandidaten (onder meer in geval van al dan niet tijdelijke detachering) moeten voldoen; Het is de OR onbekend welke gevolgen een informele ambtelijke start van de vervoersautoriteit heeft voor het personeel. In uw van 17 juli 2013 geeft u immers aan dat de MRDH/VA-organisatie uiterlijk 1 juli 2014 operationeel moet zijn. Indien de afschaffingswet dan nog niet in werking is getreden, wordt begonnen met de MRDH/VAorganisatie onder de vigeur van de stadsregio's. Wat betekent dit concreet? Welke personele gevolgen brengt dit met zich mee? Welke personele maatregelen zijn er getroffen? Kortom, de OR is in het ongewisse gelaten over wezenlijke zaken betreffende de voorgenomen liquidatie. De motivering van de adviesaanvraag, de onderbouwing van het voorgenomen besluit en het verduidelijken van de gevolgen van de liquidatie zijn te summier. Aan de in de WOR genoemde verplichtingen heeft u daarmee niet voldaan. Een OR die in het ongewisse wordt gelaten kan een positief advies niet richting zijn achterban verantwoorden. Personele gevolgen en -maatregelen onvoldoende Sociaal plan vereist Artikel 4.1 van de ontvlechtingsovereenkomst schrijft voor dat bij een ontbinding van de stadsregio een sociaal plan dient te worden opgesteld. "Hierin wordt ten aanzien van de personeelsleden een bestemmingsbeslissing opgenomen". In 2012 is met de vakbonden overeengekomen dat een eigenstandig sociaal plan voor de afbouw van de stadsregio zou worden opgesteld. Daartoe is een concept sociaal plan tot stand gekomen.

6 De preambule daarvan bevat onder meer de volgende passage: "Afbouw van een openbaar lichaam is een unieke gebeurtenis. Partijen hebben geconstateerd dat, hoewel krachtens artikel 42, eerste lid van de gemeenschappelijke regeling stadsregio Rotterdam op de medewerkers van de stadsregio Rotterdam de arbeidsvoorwaarden- en rechtspositieregelingen van de gemeente Rotterdam van toepassing zijn, het vigerende Sociaal Statuut Rotterdam 2010 niet voorziet in de gevolgen van de algehele afbouw van een organisatie (...). Voorts geeft de gemeenschappelijke regeling stadsregio Rotterdam in artikel 54, derde lid aan het algemeen bestuur de ruimte om in geval van opheffing af te wijken van de bepalingen van de regeling. Partijen hebben besloten een eigenhandig sociaal plan afbouw stadsregio Rotterdam op te stellen dat regelingen bevat die passend zijn voor de afbouw van de Stadsregio". Het concept sociaal plan bevat onder meer de verplichting voor de stadsregio om met de werknemersdelegatie in het georganiseerd overleg (hierna te noemen: GO) over de personele gevolgen te overleggen, de verplichting voor de stadsregio om zich in te spannen de medewerker van werk naar werk te begeleiden, de verplichting voor de stadsregio om de status van de medewerker als interne sollicitant bij vacatures bij de deelnemende gemeenten te bevorderen, een regeling omtrent studiefaciliteiten ter bevordering van de mobiliteit, een tegemoetkoming in reiskosten en een vertrekpremie. Na inwerkingtreding van het Sociaal Statuut Rotterdam 2013 (hierna te noemen: SSR) gaf u plotseling, in afwijking van hetgeen overeengekomen, aan geen reden meer te zien om een sociaal plan op te stellen voor de liquidatie van de stadsregio. De vakbonden hebben zich op het standpunt gesteld dat een sociaal plan, althans een 'plus' op het huidige sociaal plan, vereist is. Wij delen dit standpunt. Het SSR is namelijk geschreven voor organisatiewijzigingen, maar ziet niet toe op liquidatie. De toelichting geeft dan ook aan dat bij ingrijpender besluiten (als voorbeeld wordt verzelfstandiging genoemd) aanvullende afspraken tussen partijen op zijn plaats zijn. Bovendien schrijft de ontvlechtingsovereenkomst voor dat een sociaal plan dient te worden opgesteld ingeval van liquidatie. Wij stellen vast dat u in uw brief van 23 september 2013 aan de vakbonden inhoudelijk niet ingaat op de argumentatie van de vakbonden betreffende de gevolgen van het vervallen artikel 108 van de Wet Gemeenschappelijke Regelingen en de daaraan verbonden toepasselijkheid van relevante bepalingen in de ontvlechtingsovereenkomst met de gemeente Rotterdam. In dit kader wijst de OR er op dat bij u een discretionaire bevoegdheid ligt om af te wijken van het SSR. Immers, voordat het huidige SSR bestond, heeft u nog een concept sociaal plan opgesteld dat afweek van het toenmalige Sociaal Statuut Rotterdam Voorts komt het GO een rol toe bij het opstellen van een sociaal plan. Zowel op grond van het Ambtenarenreglement Rotterdam als de CAR-UWO dient overleg met het GO plaats te vinden over de liquidatie en de personele gevolgen daarvan en dient dit te resulteren in overeenstemming met het GO. In dit geval heeft er tot op heden geen vruchtbaar overleg met het GO op het niveau van de stadsregio plaatsgevonden. Reeds vanwege het feit dat u ten onrechte geen sociaal plan heeft opgesteld dat ziet op de liquidatie van de stadsregio, is de OR genoodzaakt negatief te adviseren. Sociaal statuut voldoet niet U bent van mening dat het SSR voldoende is om de personele gevolgen van liquidatie van de stadsregio op te vangen. Samen met de vakbonden delen wij deze mening volstrekt niet. Uw reactie naar de vakbonden bij brief van 23 september jl. doet daaraan niets af. Het sociaal statuut is immers geschreven voor organisatiewijzigingen, niet voor opheffing van de stadsregio. In dit geval leidt toepassing van het sociaal statuut er nota bene toe dat de medewerkers van de stadsregio zelfs een ongunstiger positie hebben dan ingeval er slechts sprake zou zijn van een organisatiewijziging. Immers, enkele artikelen uit het sociaal plan kunnen geen doel treffen. Inmiddels is bijvoorbeeld duidelijk dat de artikelen 5 en 6 van het SSR in uw beleving bij liquidatie van de stadsregio Rotterdam nagenoeg geheel zonder betekenis zijn (zie uw brief van 12 september jl. bij punt 16). Volgens die bepalingen dient onder meer een plan van aanpak (in uw visie het liquidatieplan) en een plaatsingsplan te worden vastgesteld. De OR komt op grond van

7 (o.a.) het statuut adviesrecht toe. Zowel plaatsing als niet-plaatsing moeten met een plaatsingsplan worden ingevuld. Er moet een plaatsingsadviescommissie worden ingesteld. Ook moet er dan een adviescommissie bedenkingen zijn. In het plan van aanpak (zoals benoemd in het SSR) dient een overzicht van de mens volgt taak-functies, van eventuele nieuwe functies (bij zowel Metropoolregio/Vervoersautoriteit als gemeenten en provincie), de rechtspositionele aspecten bij overgang naar een nieuwe functie en de nieuwe organisatiestructuur te bevatten. Het ontwerp-liquidatieplan bevat deze informatie echter niet. In uw brief van 12 september 2013 betoogt u dat het maken van een plaatsingsplan, een plan van aanpak en het instellen van een plaatsings- en bedenkingencommissie geen doel treft. Daarmee geeft u feitelijk al aan dat het SSR niet passend is voor een liquidatie en dat een aanvullend sociaal plan noodzakelijk is. U bent echter niet bereid om het SSR van een "plus' te voorzien. Naar de mening van de OR laat u daardoor het personeel van de stadsregio in de kou staan en er wordt niet voldaan aan de eisen die aan een voorgenomen besluit mogen worden gesteld. VOIL en CMC Bovendien heeft u niet kenbaar gemaakt aan de OR waarom voor het VOIL en het CMC wordt gekozen en welke alternatieven er zijn. Het is de OR volstrekt onbekend welke afspraken met het VOIL en CMC worden/zijn gemaakt. Deze overeenkomsten worden vooraf ter advisering aan de OR voorgelegd, zo heeft u toegezegd in het voorgenomen besluit. Hoe de VOIL en CMC gaan werken en welke afspraken in dit kader worden/zijn gemaakt, is echter van zeer groot belang voor de invulling van het VWNW-traject. Deze informatie betreft de personele gevolgen en maatregelen van het voorgenomen besluit. Op basis van artikel 25 lid 3 WOR dient deze informatie in het kader van het onderhavige adviestraject aan de OR te worden verstrekt. U heeft geen reden gegeven waarom dit niet mogelijk zou zijn. Op onze vragen hierover, heeft u slechts een gedeeltelijke (en te summiere) beantwoording gegeven. Het voorgenomen besluit is derhalve onvoldoende onderbouwd en onvoldoende duidelijk. Bovendien constateert de OR dat er al voor het VOIL en het CMC lijkt te zijn gekozen. Het is voor de OR daarom niet mogelijk om nog wezenlijke invloed hierover uit te oefenen. De waarborg van artikel 25 lid 2 WOR is geschonden. Wij wijzen er op dat in dezen geen primaat van de politiek geldt daar dit de personele gevolgen en -maatregelen van het besluit betreft (artikel 46d WOR). Verhouding liquidatie en opbouw metropool/vervoersautoriteit Volgens het SSR is het principe mens volgt taak van toepassing. Tevens is in uw brief van 27 april 2012 aangegeven dat het mens volgt werk principe onverkort van toepassing is. Deze brief bevat de volgende passage: "U wijst terecht op het principe "mens volgt werk". Voor zover de taken van de stadsregio Rotterdam worden overgenomen door de toekomstige metropoolregio geldt deze afspraak inderdaad. Met daarbij wel de kanttekening dat met het stadsgewest Haaglanden de afspraak is gemaakt dat zij net zoveel personeel inbrengen bij een eventuele overlap in taken tussen de huidige regio's en de metropoolregio, als de stadsregio Rotterdam". In tegenstelling tot het voorgaande geeft u in het voorgenomen besluit en de brief van 12 september 2013 geeft u aan dat slechts voor het taakveld verkeer en vervoer het "mens volgt taak" principe in principe wordt gevolgd, voor zover dat binnen de bevoegdheid van de stadsregio Rotterdam ligt. Tegelijkertijd geeft u aan dat het aan de metropoolregio/vervoersautoriteit, gemeenten en provincie zelf is om te beslissen of en wie zij in dienst nemen. Dit ligt naar eigen zeggen niet in uw handen. Er bestaat voorts naar uw zeggen geen afspraak hierover, maar het is een aanname. Het op deze manier voorbij gaan aan het mens volgt taak-principe acht de OR een ontoelaatbare uitholling van het SSR. De OR is van mening dat het mens volgt taak-principe ruimhartig moet worden toegepast en dat vanuit het goed werkgeverschap wel degelijk inzet buiten uw formele bevoegdheid mag worden verwacht om de uitgangspositie van medewerkers van de stadsregio bij

8 de invulling van de metropoolorganisatie te versterken. Dit zal bovendien bijdragen aan het verlagen van de frictiekosten, welke doelstelling binnen uw bestuurlijke opdracht past. De OR heeft voorts vernomen dat over het mens volgt taak-principe voor wat betreft de vervoersautoriteit wel degelijk een afspraak is gemaakt. Het is ons nog steeds onduidelijk tussen wie deze afspraak is gemaakt, wat de inhoud en vooral de status van deze afspraak is. Bovendien constateren wij dat een deel van de formatie van de vervoersautoriteit wordt ingezet als flexibele schil. Wij vragen ons af welke gevolgen dit voor het personeel met zich meebrengt en hoe het mens volgt taak principe in dit opzicht wordt ingekleurd. Aangezien deze aangelegenheden consequenties hebben voor zowel het personeel als de omvang van de frictiekosten, is duidelijkheid nodig om tot een goed onderbouwd advies te komen. Bij dit alles mag niet worden vergeten dat bestuursleden van de stadsregio ook deelnemen aan de nieuw te vormen metropoolregio. De enkele opvatting dat hierop geen invloed kan worden uitgeoefend is dan ook onjuist. Daarbij komt dat ook niet is aangetoond dat überhaupt enige inspanningen zijn gedaan om dit wel te bereiken. Bij punt 12 van uw brief van 12 september 2013 wordt voorts gesteld, dat de invulling van die formatieplaatsen via een selectie- en plaatsingsproces plaats zal vinden. De OR is van mening dat het niet vanzelf spreekt dat de medewerkers van de stadsregio zouden moeten solliciteren op vacatures bij de metropoolregio of vervoersautoriteit. De plaatsingscriteria conform artikel 6.3. van het SSR dienen van toepassing te zijn. Alleen op leidinggevende functies moet worden gesolliciteerd overeenkomstig artikel 6.5 van het SSR. De OR is tevens van mening dat de medewerkers van de stadsregio een voorrangspositie behoren te krijgen bij de vervulling van vacatures van de deelnemende gemeenten (voor zover er al geen sprake is van plaatsing op basis van het mens volgt taak-principe). Overig Het is de OR onduidelijk wat er met het personeel gebeurt gedurende de herplaatsingsperiode. Zij worden volgens het voorgenomen besluit mogelijk ingezet bij de stadsregio om "de deur dicht te doen" of worden op een andere manier bij tijdelijke klussen ingezet. Het Is ons onbekend hoe dit zich verhoudt met het begrip "passende functie". Het is bovendien onbekend of en in hoeverre herplaatsingskandidaten hieraan moeten meewerken en onder welke voorwaarden de herplaatsingskandidaten in dat geval werken. In het voorgenomen ontwerp-liquidatieplan wordt voorts uitgegaan van ontslag na afloop van het Van werk naar werk-traject (hierna te noemen: VWNW) na twee jaar, terwijl in het geheel niet wordt ingegaan op de bepaling in artikel 7.1 sub d van het SSR dat "het college zich verbindt om de voormalige medewerker na ontslag intensief te blijven begeleiden bij het zoeken naar ander werk" (zoals het er staat dus voor onbepaalde tijd!!) en de mogelijkheden voor verlenging van het VWNW-traject. Ook constateren wij dat u in het voorgenomen besluit uitgaat van de aanname dat de kans gering is dat 60-plussers een andere functie vinden voordat ze met pensioen gaan. De OR acht het wenselijk dat voor deze groep een ruimhartige regeling wordt getroffen. Tenslotte hebt u aangegeven, dat de stadsregio Rotterdam voornemens is om binnen de geldende regelgeving faciliteiten aan te bieden. Het gaat dan om een praktische invulling van de maatregelen van artikel 25 lid 3 van de WOR. Het is ons onduidelijk wat dit voornemen inhoudt, aan welke faciliteiten wij moeten denken en waarom deze faciliteiten niet zijn opgenomen in het voorgenomen besluit. Deze horen namelijk onderdeel uit te maken van het onderhavige adviestraject.

9 Kortom, de personele gevolgen en de personele maatregelen zijn onvoldoende duidelijk en onvoldoende onderbouwd. Er wordt niet voldaan aan de vereisten van artikel 25 lid 1 en lid 3 en artikel 31 lid 1 WOR. De OR mist voorts een 'plus' op het huidige SSR. Wij denken in dit kader aan onder andere een pre-vertrekpremie voor medewerkers die zelf een baan vinden voordat zij boventallig zijn verklaard, een blijf-premie voor medewerkers die moeten blijven werken om zaken af te handelen, een voorrangspositie bij vacaturevervulling, het bieden van scholings- en opleidingsmogelijkheden voordat medewerkers herplaatsingskandidaat zijn, het begrip "diensttijd" ruimhartig toepassen, een ruimhartige seniorenregeling, het faciliteren van detacheringsmogelijkheden, het behoud van de OV-vergoeding en fietsenregeling voor de duur van het VWNW-traject en een passende invulling van het begrip terugkeergarantie. Positie OR Het voorgenomen besluit laat zich in het geheel niet uit over de medezeggenschap na liquidatie. Onze vraag daarover heeft u voor u uitgeschoven. De medezeggenschap is daarmee, als onderdeel van de personele gevolgen en -maatregelen, niet geregeld. Na liquidatie dient de medezeggenschap door te blijven gaan. Er bestaat immers nog steeds een onderneming, een ondernemer en (voor de herplaatsingskandidaten) een werkgever. Voorts stelt u zich op het standpunt dat alleen indien er een belangrijke wijziging van het voorliggende ontwerp-liquidatieplan plaatsvindt, aan de OR wederom advies zal worden gevraagd. Wat ons betreft laat dit teveel ruimte voor interpretatieverschillen. De OR dient tijdig en volledig te worden geïnformeerd over alle (voorgenomen) wijzigingen en daar advies over uit te brengen of daarmee in te stemmen. Elke wijziging van het voorgenomen besluit dient met de OR te worden afgestemd. Bovendien geldt dat de OR, zoals aangegeven, van mening is dat de processen van liquidatie en oprichting van de metropoolregio slechts kunstmatig gescheiden zijn. In praktijk blijkt dat u wel degelijk een (grote) vinger in de pap heeft t.a.v. de oprichting. De OR wijst u er op dat het vestigen van een onderneming, het aangaan van een duurzame samenwerking met een andere onderneming, het aangaan van een belangrijke financiële deelneming ten behoeve van een dergelijke onderneming, het verplaatsen van (een deel van) de werkzaamheden van de onderneming volgens artikel 25 lid 1 WOR adviesplichtig zijn. Ook een informele ambtelijke start valt in dit kader onder het adviesrecht van de OR. Geschonden adviesrecht Ingevolge artikel 25 lid 1 sub c en n van de WOR heeft de OR adviesrecht als het gaat om het verstrekken en formuleren van adviesopdrachten aan deskundigen buiten de onderneming. In uw brief van 12 september jl. geeft u aan diverse externe deskundigen te hebben ingeschakeld bij het opstellen van het liquidatieplan. De OR is hier echter ten onrechte niet bij betrokken, de medezeggenschapsrechten in dezen zijn geschonden. Geschonden instemmingsrecht Het SSR is niet alleen een adviesplichtig besluit (artikel 25 lid 3 WOR), maar ook instemmingsplichtig ex artikel 27 lid 1 sub c WOR. Het ziet immers op het ontslagbeleid. Ten onrechte is het SSR niet tevens ter instemming aan de OR aangeboden.

10 Conclusie Op grond van het bovenstaande, alles op zichzelf beschouwd alsmede in onderling verband gezien moet de OR overgaan tot het uitbrengen van een negatief advies. De op de eerste en tweede pagina genoemde overwegingen spelen daarbij een belangrijke rol. In dit verband geldt voorts dat een OR die in het ongewisse wordt gelaten een positief advies niet richting zijn achterban kan verantwoorden. In het te nemen besluit zult u op alle aspecten die hierboven zijn gesteld gemotiveerd moeten afwijken. Daarnaast zult u de uitvoering van het besluit voor de duur van tenminste een maand op dienen te schorten. De OR verwacht dat u dit advies deelt met het dagelijks en algemeen bestuur. Wij vernemen graag schriftelijk het definitieve besluit waarin u aangeeft of en in hoeverre u het advies van de OR overneemt. Vanzelfsprekend blijft de OR beschikbaar voor het voeren van constructief overleg. Wij zullen dit schrijven dienovereenkomstig communiceren met de achterban. Uw reactie zien wij met belangstelling tegemoet. Met vriendelijke groet, namens de OR van de stadsregio Rotterdam ]an den Toom, voorzitter anda Weijdt, secretaris 10

Reorganisatieprocedure in een notendop

Reorganisatieprocedure in een notendop Reorganisatieprocedure in een notendop Typen reorganisaties Geen reorganisatie (type 1 en 2), voorbeelden: Kleine wijzigingen in de organisaties, zoals een individuele aanpassing van de functieomvang.

Nadere informatie

Kennedy Van der Laan. Geachte heer, mevrouw,

Kennedy Van der Laan. Geachte heer, mevrouw, Memo Kennedy Van der Laan aan Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen van Chris Nekeman en Inge de Laat inzake NVZ / advies WOR datum 29 september 2014 referentie 15123/CNE/cza/ 1340988/0.6 Geachte heer,

Nadere informatie

Model plaatsingsprocedure EUR. 1. Inleiding

Model plaatsingsprocedure EUR. 1. Inleiding Model plaatsingsprocedure EUR 1. Inleiding Als onderdeel van het reorganisatieplan wordt in het formatie plan beschreven uit welke en hoeveel functies de nieuwe organisatie zal bestaan. Op basis daarvan

Nadere informatie

Zowel de werknemersdelegatie als de werkgeversdelegatie zijn gehoord tijdens een zitting van de LAAC, gehouden op maandag 24 maart 2014 te Utrecht. De

Zowel de werknemersdelegatie als de werkgeversdelegatie zijn gehoord tijdens een zitting van de LAAC, gehouden op maandag 24 maart 2014 te Utrecht. De Advies inzake een geschil tussen de werkgeversdelegatie en de werknemersdelegatie van de commissie voor georganiseerd overleg van de Stadsregio Rotterdam Bij brief van 24 februari 2014 heeft de werknemersdelegatie

Nadere informatie

Landelijke geschillencommissie LPR - GGZ Nederland

Landelijke geschillencommissie LPR - GGZ Nederland 1 Geanonimiseerde versie Landelijke geschillencommissie LPR - GGZ Nederland --------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- -

Nadere informatie

FUSIE CONVENANT ADDENDUM BIJ DOORLOPEND SOCIAAL PLAN ORGANISATIEONTWIKKELING KWINTES. Inzake fusie Kwintes en Stichting Iks

FUSIE CONVENANT ADDENDUM BIJ DOORLOPEND SOCIAAL PLAN ORGANISATIEONTWIKKELING KWINTES. Inzake fusie Kwintes en Stichting Iks FUSIE CONVENANT ADDENDUM BIJ DOORLOPEND SOCIAAL PLAN ORGANISATIEONTWIKKELING KWINTES Inzake fusie Kwintes en Stichting Iks Fusie convenant 1 van 7 INLEIDING Het fusie convenant bestaat uit: - het doorlopend

Nadere informatie

PREAMBULE. INTENTIEVERKLARING REGIOGEMEENTE t.a.v. PERSONEEL VAN DE STADSREGIO ROTTERDAM

PREAMBULE. INTENTIEVERKLARING REGIOGEMEENTE t.a.v. PERSONEEL VAN DE STADSREGIO ROTTERDAM PREAMBULE INTENTIEVERKLARING REGIOGEMEENTE t.a.v. PERSONEEL VAN DE STADSREGIO ROTTERDAM Na aanname door de Tweede en Eerste Kamer van het wetsvoorstel Wet afschaffing plusregio's komt de wettelijke grondslag

Nadere informatie

Vastgesteld in CvB-vergadering d.d. 8 juli 2014, na instemming OR d.d. 4 juli Reorganisatieprocedure TU Delft

Vastgesteld in CvB-vergadering d.d. 8 juli 2014, na instemming OR d.d. 4 juli Reorganisatieprocedure TU Delft Reorganisatieprocedure TU Delft Inleiding De continuïteit van de bedrijfsvoering van de TU Delft wordt voor een niet onbelangrijk deel bepaald door de wendbaarheid en flexibiliteit van de organisatie.

Nadere informatie

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus 20017 2500 EA DEN HAAG Wetgeving en Juridische Zaken Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500

Nadere informatie

OR PAUW Bedrijven. T.a.v. de voorzitter E. Jas De Corridor ZB Breukelen. Nieuwegein, 30 augustus Geachte leden van de OR PAUW Bedrijven,

OR PAUW Bedrijven. T.a.v. de voorzitter E. Jas De Corridor ZB Breukelen. Nieuwegein, 30 augustus Geachte leden van de OR PAUW Bedrijven, OR PAUW Bedrijven T.a.v. de voorzitter E. Jas De Corridor 8 3621 ZB Breukelen Nieuwegein, 30 augustus 2017 Geachte leden van de OR PAUW Bedrijven, Op 3 augustus ontvingen wij van De Voort Advocaten een

Nadere informatie

de Medezeggenschapscommissie van de SDDC 598th Transportation Brigade.(hierna: de MC)

de Medezeggenschapscommissie van de SDDC 598th Transportation Brigade.(hierna: de MC) ADVIES Advies van het College voor geschillen medezeggenschap defensie aan de Commandant van de Landstrijdkrachten naar aanleiding van een verzoek om advies inzake een tussen: de Medezeggenschapscommissie

Nadere informatie

SOCIAAL STATUUT MEDEWERKERS CENTRUM VOOR MUZIEK EN DANS WAALWIJK - HEUSDEN

SOCIAAL STATUUT MEDEWERKERS CENTRUM VOOR MUZIEK EN DANS WAALWIJK - HEUSDEN SOCIAAL STATUUT MEDEWERKERS CENTRUM VOOR MUZIEK EN DANS WAALWIJK - HEUSDEN Het Algemeen Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Centrum voor Muziek en Dans ; overwegende dat besloten is tot opheffing

Nadere informatie

BINDEND ADVIES VASTE COMMISSIE CAO VOOR HET OMROEPPERSONEEL. Inzake: tegen: 1. Taak en samenstelling van de Vaste Comissie

BINDEND ADVIES VASTE COMMISSIE CAO VOOR HET OMROEPPERSONEEL. Inzake: tegen: 1. Taak en samenstelling van de Vaste Comissie BINDEND ADVIES VASTE COMMISSIE CAO VOOR HET OMROEPPERSONEEL Inzake: (WERKNEMER) Verzoeker tegen: (OMROEPWERKGEVER) Verweerster 1. Taak en samenstelling van de Vaste Comissie 1.1. Krachtens artikel 49 lid

Nadere informatie

Reorganiseren doe je zo

Reorganiseren doe je zo Reorganiseren doe je zo mr. J.L. (Janka) Sintemaartensdijk 7 juni 2018 Uniface-beschikking (OK 10 oktober 2017) Overdracht aandelen Uniface (zeggenschap, art. 25 lid 1 sub a WOR) 26 April 2017: Signing

Nadere informatie

Personeelsplan. Samenwerking Leiden - Leiderdorp

Personeelsplan. Samenwerking Leiden - Leiderdorp Bijlage behorend bij de Gemeenschappelijke Regeling sociale diensten gemeenten Leiden en Leiderdorp, 2006 Personeelsplan Samenwerking Leiden - Leiderdorp 1 van 5 01. Inleiding. Het besluit van de gemeente

Nadere informatie

Uitspraak Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden

Uitspraak Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden Uitspraak Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden Uitspraaknr. : 09-02 Datum : 24 juni 2009 Partijen : (de zorgaanbieder), vertegenwoordigd door de secretaris van de raad van bestuur, de heer (naam),

Nadere informatie

Uitspraak Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden

Uitspraak Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden Uitspraak Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden Uitspraaknr. : 07-06 Datum : 13 november 2007 Partijen : de cliëntenraad , vertegenwoordigd door zijn voorzitter, ,

Nadere informatie

A. De opheffing en de liquidatie van de Gemeenschappelijke Regeling Regionale Sociale Dienst en Kredietbank Alblasserwaard/Vijfheerenlanden.

A. De opheffing en de liquidatie van de Gemeenschappelijke Regeling Regionale Sociale Dienst en Kredietbank Alblasserwaard/Vijfheerenlanden. A. De opheffing en de liquidatie van de Gemeenschappelijke Regeling Regionale Sociale Dienst en Kredietbank Alblasserwaard/Vijfheerenlanden. Bepalingen van belang: Artikel 1 Wgr. 1. De raden, de colleges

Nadere informatie

Samenwerkingsovereenkomst tijdelijke projectorganisatie ter uitvoering van de strategische agenda van de Metropoolregio Rotterdam Den Haag.

Samenwerkingsovereenkomst tijdelijke projectorganisatie ter uitvoering van de strategische agenda van de Metropoolregio Rotterdam Den Haag. Versie 7 augustus 2014 Samenwerkingsovereenkomst tijdelijke projectorganisatie ter uitvoering van de strategische agenda van de Metropoolregio Rotterdam Den Haag. Preambule De afgelopen periode is er hard

Nadere informatie

Sluiting dislocatie valt onder organisatiebeleid en op die grond heeft de MR adviesrecht; PO

Sluiting dislocatie valt onder organisatiebeleid en op die grond heeft de MR adviesrecht; PO 106770-15.06 Sluiting dislocatie valt onder organisatiebeleid en op die grond heeft de MR adviesrecht; PO in het geding tussen: UITSPRAAK de medezeggenschapsraad van de rooms-katholieke basisschool A te

Nadere informatie

A. De opheffing en de liquidatie van de Gemeenschappelijke Regeling Regionale Sociale Dienst en Kredietbank Alblasserwaard/Vijfheerenlanden.

A. De opheffing en de liquidatie van de Gemeenschappelijke Regeling Regionale Sociale Dienst en Kredietbank Alblasserwaard/Vijfheerenlanden. A. De opheffing en de liquidatie van de Gemeenschappelijke Regeling Regionale Sociale Dienst en Kredietbank Alblasserwaard/Vijfheerenlanden. Bepalingen van belang: Artikel 1 Wgr. 1. De raden, de colleges

Nadere informatie

Medezeggenschapsstatuut (vastgesteld door CvB d.d. 11-12-2013, na verkregen instemming GMR d.d. 6-12-2013)

Medezeggenschapsstatuut (vastgesteld door CvB d.d. 11-12-2013, na verkregen instemming GMR d.d. 6-12-2013) Medezeggenschapsstatuut (vastgesteld door CvB d.d. 11-12-2013, na verkregen instemming GMR d.d. 6-12-2013) Inhoudsopgave Preambule Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen 1. Begripsbepalingen 2. Aard en werkingsduur

Nadere informatie

AFSPRAKEN MET DE MEDEZEGGENSCHAP OVER DE DOORONTWlKKELING VAN DE ORGANISATIE II

AFSPRAKEN MET DE MEDEZEGGENSCHAP OVER DE DOORONTWlKKELING VAN DE ORGANISATIE II Papier van verantwoorda herkornst /ÿ,,..,ÿ FSCÿ MIX C018958 Kenmerk: 794060 AFSPRAKEN MET DE MEDEZEGGENSCHAP OVER DE DOORONTWlKKELING VAN DE ORGANISATIE II De gemeente Gouda, vertegenwoordigd door de bestuurder

Nadere informatie

College voor geschillen medezeggenschap defensie

College voor geschillen medezeggenschap defensie ADVIES Dossiernr: Advies van het College voor geschillen medezeggenschap defensie aan de Bevelhebber der Zeestrijdkrachten naar aanleiding van een verzoek om advies inzake een tussen: de Commandant Maritieme

Nadere informatie

Regeling Begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties

Regeling Begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties Regeling Begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties Pre-ambule In de cao provincies 2012-2015 zijn uit oogpunt van goed werkgeverschap afspraken gemaakt over een sectorale regeling Van Werk Naar

Nadere informatie

BIJLAGE 1, BEDOELD IN ARTIKEL B.8 VAN DE COLLECTIEVE AR- BEIDSVOORWAARDENREGELING PROVINCIES (Spelregels en flankerend beleid bij reorganisaties)

BIJLAGE 1, BEDOELD IN ARTIKEL B.8 VAN DE COLLECTIEVE AR- BEIDSVOORWAARDENREGELING PROVINCIES (Spelregels en flankerend beleid bij reorganisaties) BIJLAGE 1, BEDOELD IN ARTIKEL B.8 VAN DE COLLECTIEVE AR- BEIDSVOORWAARDENREGELING PROVINCIES (Spelregels en flankerend beleid bij reorganisaties) A. PROCEDURELE KADERS BIJ REORGANISATIES 1. De provincie

Nadere informatie

Bedrijfscommissiekamer voor de Overheid voor Lagere Publiekrechtelijke Lichamen

Bedrijfscommissiekamer voor de Overheid voor Lagere Publiekrechtelijke Lichamen de Overheid voor Lagere Publiekrechtelijke Lichamen Advies Rolnummer: LPL. 137 DE BEDRIJFSCOMMISSIEKAMER VOOR LAGERE PUBLIEKRECHTELIJKE LICHAMEN, ADVISERENDE NAAR AANLEIDING VAN EEN VERZOEK OM BEMIDDELING

Nadere informatie

26 maart 2015 Coos Rijsdijk

26 maart 2015 Coos Rijsdijk Raadsvoorstel Datum Raad Portefeuillehouder 26 maart 2015 Coos Rijsdijk Registratienummer BR1500017 Preventief toezicht van toepassing Nee Onderwerp Liquidatieplan Stadsregio Rotterdam Gevraagde beslissing

Nadere informatie

BEHANDELINGSFORMULIER AB

BEHANDELINGSFORMULIER AB BEHANDELINGSFORMULIER AB Onderwerp Portefeuillehouder Beleidstaak Voorgesteld besluit Vergadering 29-10-2014 Agendapunt 7 Voorgenomen besluit opheffing gemeenschappelijke regeling Stadsgewest Haaglanden

Nadere informatie

Oplegvel Collegebesluit

Oplegvel Collegebesluit Onderwerp Klokkenluiders gemeente Haarlem 2008 Oplegvel Collegebesluit Portefeuille C. van Velzen Auteur Mevr. M.J.M. Verberne Telefoon 5114680 E-mail: mverberne@haarlem.nl MS/OCR Reg.nr. 2008/227702 Bijlage

Nadere informatie

Arbitrale uitspraak inzake een geschil tussen de werkgeversdelegatie en de. werknemersdelegatie van de commissie voor georganiseerd overleg van

Arbitrale uitspraak inzake een geschil tussen de werkgeversdelegatie en de. werknemersdelegatie van de commissie voor georganiseerd overleg van Arbitrale uitspraak inzake een geschil tussen de werkgeversdelegatie en de werknemersdelegatie van de commissie voor georganiseerd overleg van de gemeente Borne Op 25 maart 2013 hebben de werkgeversdelegatie

Nadere informatie

22 REGELS BIJ REORGANISATIE

22 REGELS BIJ REORGANISATIE 22 REGELS BIJ REORGANISATIE Inhoudsopgave Onderwerp Artikel ========= ===== * Begripsomschrijvingen 22:1:1 * Werkingssfeer 22:1:2 * Mogelijke besluiten bij reorganisatie ten aanzien van de ambtenaar 22:1:3

Nadere informatie

Statuut medezeggenschap bestuur met meerdere scholen in het primair onderwijs

Statuut medezeggenschap bestuur met meerdere scholen in het primair onderwijs Bijlage 1, bestuursvergadering 28 januari 2008. Statuut medezeggenschap bestuur met meerdere scholen in het primair onderwijs Medezeggenschapsstatuut van de stichting Sint Christoffel te Boxtel. Preambule

Nadere informatie

METROPOOLREGIO ROTTERDAM DEN HAAG

METROPOOLREGIO ROTTERDAM DEN HAAG METROPOOLREGIO ROTTERDAM DEN HAAG Retouradres: Postbus 12600,2500 DJ Den Haag Colleges van B&W in de Metropoolregio Rotterdam Den Haag U w brief van U w k enmer k Ons kenmerk Burgemees ter/2013. aanbiedingvoor

Nadere informatie

1. Inleiding. 2. Geldigheidsduur van het sociaal statuut. 3. Medezeggenschap

1. Inleiding. 2. Geldigheidsduur van het sociaal statuut. 3. Medezeggenschap Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Geldigheidsduur van het sociaal statuut 3. Medezeggenschap 4. Vakorganisaties en sociaal statuut 4.1 in welke gevallen moet er overleg met de vakorganisaties worden gevoerd?

Nadere informatie

Gezamenlijk stimuleringsprogramma medezeggenschap cliënten. De veldpartijen: ActiZ, BTN, FO, GGZ Nederland, LOC, LSR, NFU, en NVZ

Gezamenlijk stimuleringsprogramma medezeggenschap cliënten. De veldpartijen: ActiZ, BTN, FO, GGZ Nederland, LOC, LSR, NFU, en NVZ Gezamenlijk stimuleringsprogramma medezeggenschap cliënten Uitkomst van overleg De veldpartijen: ActiZ, BTN, FO, GGZ Nederland, LOC, LSR, NFU, en NVZ overwegende dat zij gehoor hebben gegeven aan het verzoek

Nadere informatie

Reglement Cliëntenraad Stichting Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant

Reglement Cliëntenraad Stichting Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant Reglement Cliëntenraad Stichting Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant 1 oktober 2011 Reglement Cliëntenraad van Stichting Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant Stichting Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant stelt conform

Nadere informatie

memo De Clercq Advocaten Notariaat

memo De Clercq Advocaten Notariaat De Clercq Advocaten Notariaat Aan: Avalex: Jack Kuin, Teun van Genderen Van: Ernst van Win, Renée van der Zwan CC: Datum: 3/24/2017 Betreft: De positie en de bevoegdheden van de OR-bestuurder binnen Avalex

Nadere informatie

Medezeggenschapsstatuut van de Samenwerkingsstichting voor Voortgezet Onderwijs Uden te Uden 2011

Medezeggenschapsstatuut van de Samenwerkingsstichting voor Voortgezet Onderwijs Uden te Uden 2011 1 Diro Besproken 2010-2011 MR Instemming 20-06-2011 Bestuur Vastgesteld 21-06-2011 Medezeggenschapsstatuut van de Samenwerkingsstichting voor Voortgezet Onderwijs Uden te Uden 2011 2 Inhoud Preambule 3

Nadere informatie

3. Invulling functie Procescoördinator

3. Invulling functie Procescoördinator Resultaat personele gevolgen bij herinrichting van de afdeling Operatie Klantbegeleiding en het samenvoegen van de afdelingen Klantbegeleiding en Reisinformatie Afspraken over personele gevolgen bij de

Nadere informatie

Het adviesrecht van de or

Het adviesrecht van de or FNV Bondgenoten Het adviesrecht van de or Een korte toelichting Wat is het adviesrecht? Voor een aantal belangrijke besluiten op financieel-economisch en organisatorisch terrein is de ondernemer verplicht

Nadere informatie

STATENVOORDRACHT. Haarlem,.. augustus Onderwerp:Wet op de Ondernemingsraden. Bijlagen : 2. 1.Inleiding

STATENVOORDRACHT. Haarlem,.. augustus Onderwerp:Wet op de Ondernemingsraden. Bijlagen : 2. 1.Inleiding STATENVOORDRACHT Haarlem,.. augustus 1996 Onderwerp:Wet op de Ondernemingsraden Bijlagen : 2 1.Inleiding De Wet op de ondernemingsraden (WOR) is op 5 mei 1995 van kracht geworden voor de overheid. Er is

Nadere informatie

Raadsvoorstel. : ontbinding Stichting OnderwijsPLEIN. Voorstel:

Raadsvoorstel. : ontbinding Stichting OnderwijsPLEIN. Voorstel: Raadsvoorstel Vergadering : 1 maart 2006 Nummer : Raad 2006/022 Datum voorstel : 7 februari 2006 Portefeuillehouder Primaathouder Onderwerp : J. de Gruijter 078 69 21 313 j.de.gruijter@alblasserdam.nl

Nadere informatie

LANDELIJK SOCIAAL BELEIDSKADER REGIONALE UITVOERINGSDIENSTEN OMGEVINGSRECHT

LANDELIJK SOCIAAL BELEIDSKADER REGIONALE UITVOERINGSDIENSTEN OMGEVINGSRECHT LANDELIJK SOCIAAL BELEIDSKADER REGIONALE UITVOERINGSDIENSTEN OMGEVINGSRECHT Artikel 1 Begripsbepalingen In deze overeenkomst wordt verstaan onder: a. SBK: het Landelijk Sociaal Beleidskader regionale uitvoeringsdiensten

Nadere informatie

1. Onderwerp van de klacht schending van wetenschappelijke integriteit bij uitbrengen deskundigenbericht aan rechtbank

1. Onderwerp van de klacht schending van wetenschappelijke integriteit bij uitbrengen deskundigenbericht aan rechtbank 2011 1. Onderwerp van de klacht schending van wetenschappelijke integriteit bij uitbrengen deskundigenbericht aan rechtbank 2. Advies Commissie Wetenschappelijke Integriteit KLACHT Bij brief van 2010,

Nadere informatie

Gemeente Albrendsuuaard

Gemeente Albrendsuuaard Gemeente Albrendsuuaard Aan Stadsgewest Haaglanden t.a.v. de heer J.J. van Aartsen, voorzitter Postbus 66 2501 CB 's-gravenhage Datum Betreft Contactpersoon Doorkiesnummer Email Bijlage(n) Ons kenmerk

Nadere informatie

Aan Provinciale Staten van Overijssel

Aan Provinciale Staten van Overijssel www.prv-overijssel.nl Aan Provinciale Staten van Overijssel Postadres Provincie Overijssel Postbus 10078 8000 GB Zwolle Telefoon 038 425 25 25 Telefax 038 425 48 52 Uw kenmerk Uw brief Ons kenmerk Datum

Nadere informatie

Samen aan de IJssel Inleiding

Samen aan de IJssel Inleiding Samen aan de IJssel Samenwerking tussen de gemeenten Capelle aan den IJssel en Krimpen aan den IJssel, kaders voor een intentieverklaring en voor een onderzoek. Inleiding De Nederlandse gemeenten bevinden

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 34 494 Wijziging van de Wet op de ondernemingsraden in verband met de bevoegdheden van de ondernemingsraad inzake de beloningen van bestuurders

Nadere informatie

1. te besluiten tot opheffing van de gemeenschappelijke regeling (GR) LANDER per 1 januari 2016.

1. te besluiten tot opheffing van de gemeenschappelijke regeling (GR) LANDER per 1 januari 2016. Aan : de resp. gemeenteraden, de colleges van burgemeester en wethouders, de burgemeesters, ieder voor zo ver daartoe bevoegd, van de in de GR deelnemende gemeenten Van : het algemeen bestuur van Datum

Nadere informatie

REGLEMENT GEZAMENLIJKE VERGADERING VAN DE ONDERNEMINGSRAAD EN DE STUDENTENRAAD VAN DE TECHNISCHE UNIVERSITEIT DELFT

REGLEMENT GEZAMENLIJKE VERGADERING VAN DE ONDERNEMINGSRAAD EN DE STUDENTENRAAD VAN DE TECHNISCHE UNIVERSITEIT DELFT REGLEMENT GEZAMENLIJKE VERGADERING VAN DE ONDERNEMINGSRAAD EN DE STUDENTENRAAD VAN DE TECHNISCHE UNIVERSITEIT DELFT HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1.1 Begripsbepalingen In dit reglement wordt

Nadere informatie

Wijzigingen per 1 juli 2015: van ketenregeling, ontslagrecht, WW en overige

Wijzigingen per 1 juli 2015: van ketenregeling, ontslagrecht, WW en overige Wet werk en zekerheid: Wijzigingen per 1 juli 2015: van ketenregeling, ontslagrecht, WW en overige Door Mr. Patrice Hoogeveen Inleiding Met datum d.d. 10 juni 2014 heeft de Eerste Kamer het wetsvoorstel

Nadere informatie

Statuut medezeggenschap bestuur met meerdere scholen in het primair onderwijs

Statuut medezeggenschap bestuur met meerdere scholen in het primair onderwijs Statuut medezeggenschap bestuur met meerdere scholen in het primair onderwijs Medezeggenschapsstatuut van De Vereniging tot het verstrekken van Basisonderwijs op Gereformeerde Grondslag te Scherpenzeel.

Nadere informatie

Voor de toepassing van de sociale leidraad wordt verstaan onder:

Voor de toepassing van de sociale leidraad wordt verstaan onder: CVDR Officiële uitgave van Heerhugowaard. Nr. CVDR130831_1 7 mei 2019 Sociale Leidraad Sociale leidraad 2012 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsomschrijving Voor de toepassing van de sociale leidraad

Nadere informatie

Van werk naar werk. Sociaal Plan reorganisatie Groot Salland

Van werk naar werk. Sociaal Plan reorganisatie Groot Salland Sociaal Plan reorganisatie Groot Salland Van werk naar werk Het Waterschap Groot Salland gaat reorganiseren met als doel een effectievere en efficiëntere organisatie. Dit vraagt om veranderingen op het

Nadere informatie

Bedrijfscommissiekamer voor de Overheid voor Rijk en Politie

Bedrijfscommissiekamer voor de Overheid voor Rijk en Politie Bedrijfscommissiekamer voor de Overheid voor Rijk en Politie Rolnummer: RP98.041 DE BEDRIJFSCOMMISSIEKAMER VOOR RIJK EN POLITIE, ADVISERENDE NAAR AANLEIDING VAN EEN VERZOEK OM BEMIDDELING INZAKE EEN GESCHIL

Nadere informatie

MEDEZEGGENSCHAPSSTATUUT

MEDEZEGGENSCHAPSSTATUUT MEDEZEGGENSCHAPSSTATUUT Pagina 1 van 5 Medezeggenschapsstatuut van Openbare Stichting SG Reigersbos te Amsterdam. Preambule Het college van bestuur van de Openbare Stichting SG Reigersbos en de medezeggenschapsraad,

Nadere informatie

Medezeggenschapsstatuut van stichting Onderwijsgroep Galilei te Spijkenisse.

Medezeggenschapsstatuut van stichting Onderwijsgroep Galilei te Spijkenisse. Medezeggenschapsstatuut van stichting Onderwijsgroep Galilei te Spijkenisse. Dit statuut betreft de volgende scholen die onder hetzelfde bevoegd gezag staan: OSG de Eilanden te Spijkenisse, OSG de Ring

Nadere informatie

het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. B.J. van Hees

het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. B.J. van Hees 106796 - Beroep tegen ontslag wegens opheffing van de betrekking gegrond omdat de werkgever een onjuiste afvloeiingssystematiek hanteert; BVE in het geding tussen: UITSPRAAK de heer A, wonende te B, appellant,

Nadere informatie

Sociaal Statuut voor de samenwerking Gemeenten Boxmeer en Sint Anthonis

Sociaal Statuut voor de samenwerking Gemeenten Boxmeer en Sint Anthonis Sociaal Statuut voor de samenwerking Gemeenten Boxmeer en Sint Anthonis Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1:1 Definities (alfabetisch) In dit Sociaal Statuut wordt verstaan onder: ambtenaar: de ambtenaar

Nadere informatie

OR dag toekomstige samenwerking in ziekenhuizen

OR dag toekomstige samenwerking in ziekenhuizen OR dag toekomstige samenwerking in ziekenhuizen Workshop 2 Suzanne Broens s.broens@sprengers.nl www.sprengersadvocaten.nl Donderdag 14 november 2013 OR en Professionalisering bij trajecten van samenwerking

Nadere informatie

De conclusies uit het overleg tussen bedrijfsleiding en groepscommissie, alsmede de achterliggende beweegredenen worden schriftelijk vastgelegd.

De conclusies uit het overleg tussen bedrijfsleiding en groepscommissie, alsmede de achterliggende beweegredenen worden schriftelijk vastgelegd. Roosterconvenant Partijen hebben in het kader van het programma Transform 2015- Securing Our Future geconcludeerd dat het adequaat toepassen van de roosterregeling binnen KLM kan leiden tot de verlaging

Nadere informatie

Medezeggenschapsstatuut van stichting Scholengroep Spinoza te Voorburg.

Medezeggenschapsstatuut van stichting Scholengroep Spinoza te Voorburg. Medezeggenschapsstatuut van stichting Scholengroep Spinoza te Voorburg. Dit statuut betreft de volgende scholen die onder hetzelfde bevoegd gezag staan: - Sint Maartenscollege - Sgm Dalton-Vatel - Veurs

Nadere informatie

Vragen uit informatiebijeenkomsten AIAD

Vragen uit informatiebijeenkomsten AIAD Vragen uit informatiebijeenkomsten AIAD Wat betekent de aanstelling in algemene dienst voor de medewerkers? De aanstelling in algemene dienst heeft geen directe consequenties voor medewerkers. In artikel

Nadere informatie

Datum 2 mei 2013 Betreft Kamervragen van het lid Omtzigt (CDA) over medezeggenschap bij PPI

Datum 2 mei 2013 Betreft Kamervragen van het lid Omtzigt (CDA) over medezeggenschap bij PPI > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4

Nadere informatie

Organisatiewijziging. Wat betekent dit voor uw personeel? 22 november 2018 / Dymphy Schuurman & Sylvia Witkamp

Organisatiewijziging. Wat betekent dit voor uw personeel? 22 november 2018 / Dymphy Schuurman & Sylvia Witkamp Organisatiewijziging Wat betekent dit voor uw personeel? 22 november 2018 / Dymphy Schuurman & Sylvia Witkamp Programma Organisatiewijziging: - rol van de ondernemingsraad - rol van de vakorganisaties

Nadere informatie

Uitspraak Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden

Uitspraak Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden Uitspraak Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden Uitspraaknr. : 04-05 (geanonimiseerd) Datum : 5 juli 2004 Partijen : de cliëntenraad van te , vertegenwoordigd door

Nadere informatie

Medezeggenschapsstatuut van de Stichting Openbaar Onderwijs a/d Amstel

Medezeggenschapsstatuut van de Stichting Openbaar Onderwijs a/d Amstel Openbaar Onderwijs aan de Amstel Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad van de Stichting Openbaar Onderwijs a/d Amstel Stichting Openbaar Onderwijs a/d Amstel 1 van de Stichting openbaar basisonderwijs

Nadere informatie

Wijziging van de Experimentenwet Kiezen op Afstand in verband met de verlenging van de werkingsduur van die wet.

Wijziging van de Experimentenwet Kiezen op Afstand in verband met de verlenging van de werkingsduur van die wet. Hieronder het antwoord van de staatssecretaris van BZK op vragen uit de Kamer over de voorgestelde verlenging van de Experimentenwet Kiezen op Afstand. Van deze tekst zijn twee versies in omloop geweest

Nadere informatie

een faculteit of dienst. Bij een reorganisatie van de Universiteit Twente als geheel geldt de UT als eenheid.

een faculteit of dienst. Bij een reorganisatie van de Universiteit Twente als geheel geldt de UT als eenheid. óa REORGANISATIECODE peejs~!e~!sjea!un BEGRIPPENLIJST Werkgever: Beheerder: Eenheid: het College van Bestuur de decaan van een faculteit of de directeur van een dienst. Bij een reorganisatie van de Universiteit

Nadere informatie

BIJLAGE 5: SOCIAAL STATUUT VAN DE GEMEENTE HARDERWIJK

BIJLAGE 5: SOCIAAL STATUUT VAN DE GEMEENTE HARDERWIJK BIJLAGE 5: SOCIAAL STATUUT VAN DE GEMEENTE HARDERWIJK Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1:1 Definities In dit sociaal statuut wordt verstaan onder: ambtenaar: hij die door of vanwege de gemeente

Nadere informatie

Regeling Geschillen- en Bezwarencommissie Orionis Walcheren WSW

Regeling Geschillen- en Bezwarencommissie Orionis Walcheren WSW Regeling Geschillen- en Bezwarencommissie Orionis Walcheren WSW Het Algemeen Bestuur van Orionis Walcheren, hierna te noemen Orionis Walcheren, te Vlissingen gehoord de Ondernemingsraad gelet op de bepalingen

Nadere informatie

A.1 Is het aantal werknemersvertegenwoordigers ten minste gelijk aan het aantal werkgeversvertegenwoordigers in het bestuur?

A.1 Is het aantal werknemersvertegenwoordigers ten minste gelijk aan het aantal werkgeversvertegenwoordigers in het bestuur? Stroomschema medezeggenschap in een ondernemingspensioenfonds De Stichting van de Arbeid (hierna STAR) en het Coördinatieorgaan Samenwerkende Ouderenorganisaties (hierna CSO) hebben een medezeggenschapsconvenant

Nadere informatie

Statuut Medezeggenschap Openbare ScholenGroep Schoonoord

Statuut Medezeggenschap Openbare ScholenGroep Schoonoord Bezoekadres Blikkenburgerlaan 2 3703 CV Zeist Postadres Postbus 16 3700 AA Zeist T 030 698 21 40 F 030 698 21 80 www.osgs.nl info@osgs.nl KvK 30250155 Datum Onderwerp Statuut GMR Contactpersoon A. Juli,

Nadere informatie

OR en geheimhouding COMMISSIE BEVORDERING MEDEZEGGENSCHAP. SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD Bezuidenhoutseweg 60 Postbus LK Den Haag

OR en geheimhouding COMMISSIE BEVORDERING MEDEZEGGENSCHAP. SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD Bezuidenhoutseweg 60 Postbus LK Den Haag COMMISSIE BEVORDERING MEDEZEGGENSCHAP OR en geheimhouding SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD Bezuidenhoutseweg 60 Postbus 90405 2509 LK Den Haag T 070 3499 499 E communicatie@ser.nl www.ser.nl Oktober 2014, Sociaal-Economische

Nadere informatie

Statuut medezeggenschap bestuur met diverse scholen in het Primair Onderwijs

Statuut medezeggenschap bestuur met diverse scholen in het Primair Onderwijs September 2011 Statuut medezeggenschap bestuur met diverse scholen in het Primair Onderwijs Medezeggenschapsstatuut van de Stichting ROOS te Rijssen Preambule Het Bestuur van de Stichting ROOS en de gemeenschappelijke

Nadere informatie

1 dat op 5 mei 1995 in werking is getreden de Wet houdende regeling van de medezeggenschap van het overheidspersoneel (Staatsblad 1995, 231);

1 dat op 5 mei 1995 in werking is getreden de Wet houdende regeling van de medezeggenschap van het overheidspersoneel (Staatsblad 1995, 231); Convenant afstemming en afbakening taken en bevoegdheden medezeggenschap (de vijf sectorale Ondernemingsraden en de Groepsondernemingsraad) en georganiseerd overleg (de commissie voor Georganiseerd Overleg)

Nadere informatie

Reorganisatiecode Universiteit Leiden

Reorganisatiecode Universiteit Leiden Reorganisatiecode Universiteit Leiden 1. Voorbereidingsfase 2. Aankondiging 3. Uitwerkingsfase 4. Centraal overleg 5. Uitvoeringsfase 1. Voorbereidingsfase De voorgenomen reorganisatie wordt door de decentrale

Nadere informatie

Nieuwsbrief van het Expertisecentrum Pensioenrecht van de Vrije Universiteit Amsterdam ter ondersteuning van de Leergang Pensioenrecht.

Nieuwsbrief van het Expertisecentrum Pensioenrecht van de Vrije Universiteit Amsterdam ter ondersteuning van de Leergang Pensioenrecht. Nieuwsbrief van het Expertisecentrum Pensioenrecht van de Vrije Universiteit Amsterdam ter ondersteuning van de Leergang Pensioenrecht. Editie 2013/9 Kamervragen Instemmingsrecht Ondernemingsraad bij PPI

Nadere informatie

Medezeggenschapsstatuut van LMC-VO te Rotterdam

Medezeggenschapsstatuut van LMC-VO te Rotterdam Bestand : lmcr/cvb/12/660 Voorgenomen besluit CvB : 18 juni 2012 Instemming GMR : 21 juni 2012 Definitief besluit CvB : 21 juni 2012 Medezeggenschapsstatuut van LMC-VO te Rotterdam Dit statuut betreft

Nadere informatie

een faculteit of dienst. Bij een reorganisatie van de Universiteit Twente als geheel geldt de UT als eenheid.

een faculteit of dienst. Bij een reorganisatie van de Universiteit Twente als geheel geldt de UT als eenheid. REORGANISATIECODE BEGRIPPENLIJST Werkgever: Beheerder: Eenheid: OPUT: Lokaal overleg: Universiteitsraad: het College van Bestuur de decaan van een faculteit of de directeur van een dienst. Bij een reorganisatie

Nadere informatie

OR en bestuurder Wat is overleg eigenlijk? Overleg buiten de gebaande paden, omzeil de WOR. 7 juni 2018 JOhan Berends, OR-coach

OR en bestuurder Wat is overleg eigenlijk? Overleg buiten de gebaande paden, omzeil de WOR. 7 juni 2018 JOhan Berends, OR-coach OR en bestuurder Overleg buiten de gebaande paden, omzeil de WOR 7 juni 2018 JOhan Berends, ORcoach Wat is overleg eigenlijk? Overleg is een term die aangeeft dat personen of groeperingen van gedachten

Nadere informatie

Bedrijfscommissiekamer voor de Overheid voor Rijk en Politie

Bedrijfscommissiekamer voor de Overheid voor Rijk en Politie Bedrijfscommissiekamer voor de Overheid voor Rijk en Politie ADVIES Rolnummer: RP98.038 DE BEDRIJFSCOMMISSIEKAMER VOOR RIJK EN POLITIE, ADVISERENDE NAAR AANLEIDING VAN EEN VERZOEK OM BEMIDDELING INZAKE

Nadere informatie

KK Advies prijsstijging 2009 / 201. Opvangvorm Kinderdagverblijf. Betreft adviesrecht. Inleiding

KK Advies prijsstijging 2009 / 201. Opvangvorm Kinderdagverblijf. Betreft adviesrecht. Inleiding KK 09-16 Advies prijsstijging 2009 / 201 Opvangvorm Kinderdagverblijf Betreft adviesrecht Inleiding De klacht De oudercommissie klaagt er over dat houder onvoldoende heeft gemotiveerd waarom hij afwijkt

Nadere informatie

Verzoek om medewerking bij opheffing Stichting GMK en wijziging Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Midden- en West Brabant

Verzoek om medewerking bij opheffing Stichting GMK en wijziging Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Midden- en West Brabant Aan de Raad Made, 9 oktober 2006 Raadsvergadering: 14 december 2006 Nummer raadsnota: 13 Onderwerp: Verzoek om medewerking bij opheffing Stichting GMK en wijziging Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio

Nadere informatie

Advies inzake het concept wetsvoorstel tot Wijziging van de Algemene wet bestuursrecht en enkele andere wetten

Advies inzake het concept wetsvoorstel tot Wijziging van de Algemene wet bestuursrecht en enkele andere wetten Advies inzake het concept wetsvoorstel tot Wijziging van de Algemene wet bestuursrecht en enkele andere wetten In verband met het nieuwe omgevingsrecht en het nieuwe nadeelcompensatierecht Dit document

Nadere informatie

SAMENVATTING UITSPRAAK

SAMENVATTING UITSPRAAK SAMENVATTING 105659 - Beroep tegen ontslag wegens opheffing betrekking/gewichtige reden; De werknemer kan na een periode van detachering niet terugkeren in zijn oude functie van manager bedrijfsvoering.

Nadere informatie

Regeling Geschillen- en Bezwarencommissie Orionis Walcheren WSW

Regeling Geschillen- en Bezwarencommissie Orionis Walcheren WSW Regeling Geschillen- en Bezwarencommissie Orionis Walcheren WSW Het Algemeen Bestuur van Orionis Walcheren, hierna te noemen Orionis Walcheren, te Vlissingen gehoord de Ondernemingsraad gelet op de bepalingen

Nadere informatie

Personele gevolgen De voorgenomen reorganisatie brengt een wijziging in de

Personele gevolgen De voorgenomen reorganisatie brengt een wijziging in de ADVIESCOMMISSIE MELDING VOORGENOMEN REORGANISATIE Advies 2010/06 Aan: De leden van de CGOP, d.t.v. CAOP t.a.v. mw. drs. C.L.D. van Agten Postbus 556 2501 CN Den Haag 1/5 Ter behandeling in het overleg

Nadere informatie

"^&& groningen 1/) CC UJ 2 5 MEI 2011. Aan Provinciale Staten. Datum Briefnummer Zaaknummer Behandeld door Telefoonnummer E-mail Antwoord op

^&& groningen 1/) CC UJ 2 5 MEI 2011. Aan Provinciale Staten. Datum Briefnummer Zaaknummer Behandeld door Telefoonnummer E-mail Antwoord op "^&& groningen bezoekadres: Martinikerkhof 12 Aan Provinciale Staten postadres: Postbus 610 9700 AP Groningen algemeen telefoonnr: 050 316 49 II algemeen faxnr.: 050 316 49 33 www.provinciegroningen.nl

Nadere informatie

Advies aan Dagelijks Bestuur

Advies aan Dagelijks Bestuur Advies aan Dagelijks Bestuur Adviseur : Jos Saes/Peter Schrijvers Datum : 30 maart 2015 Onderwerp/Verzoek : voorgenomen opheffing van de GR Pentasz Mergelland Algemeen Bestuur : ja, besluitvorming Publiceren

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 34 378 Wijziging van de Wet op de ondernemingsraden en de Pensioenwet in verband met de bevoegdheden van de ondernemingsraad inzake de arbeidsvoorwaarde

Nadere informatie

Regeling melden vermoeden van een misstand in de sector VO

Regeling melden vermoeden van een misstand in de sector VO Regeling melden vermoeden van een misstand in de sector VO Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 1. In deze regeling wordt verstaan onder: a. bestuur: de natuurlijke persoon/personen of het orgaan

Nadere informatie

or-opleidingen ADVIES EN OPLEIDINGEN IN ARBEIDSRECHT

or-opleidingen ADVIES EN OPLEIDINGEN IN ARBEIDSRECHT or-opleidingen ADVIES EN OPLEIDINGEN IN ARBEIDSRECHT INHOUDSOPGAVE 2Work Arbeidsjuristen Organisatie...1 Docenten...1 Aanbod Vast programma...2 Op maat...2 Extra s...2 Opleidingen (vast programma) OR &

Nadere informatie

V & A s n.a.v. Wet versterking bestuur pensioenfondsen d.d. 24 januari 2014

V & A s n.a.v. Wet versterking bestuur pensioenfondsen d.d. 24 januari 2014 V & A s n.a.v. Wet versterking bestuur pensioenfondsen d.d. 24 januari 2014 Inleiding Zoals bekend treedt de Wet versterking bestuur pensioenfonds op 1 juli 2014 in werking. Deze wet leidt tot aanpassing

Nadere informatie

Verordening schade-advisering ruimtelijke ordening Flevoland

Verordening schade-advisering ruimtelijke ordening Flevoland Verordening schade-advisering ruimtelijke ordening Flevoland Artikel 1: Begripsbepalingen In deze verordening wordt verstaan onder : aanvraag : adviseur: commissie: Besluit: deskundige belanghebbende:

Nadere informatie

Actualiteiten Medezeggenschap

Actualiteiten Medezeggenschap #trainiac Actualiteiten Medezeggenschap 17 februari 2014, Den Haag Over Trainiac Training & Advies 2008 Maatwerk Onafhankelijk Specialisten in medezeggenschap Nieuws Facts Wijzigingen WOR: Geen kopie van

Nadere informatie

Statuut medezeggenschap

Statuut medezeggenschap Statuut medezeggenschap Actualisatie: oktober 2016 secretariaat: Pastoor Jansenplein 21-5504 BS Veldhoven telefoon: 040-2531201 e-mail: info@skozok.nl website: www.skozok.nl Rabobank: NL 93 RABO 01034.18.229

Nadere informatie

REGLEMENT COLLEGE VAN BESTUUR

REGLEMENT COLLEGE VAN BESTUUR Stichting Talent Westerveld Drift 1A 7991 AA DWINGELOO Tel. 0521 59 49 44 Email: info@talentwesterveld.nl Website: www.talentwesterveld.nl REGLEMENT COLLEGE VAN BESTUUR Werkveld: Organisatie Beleidslijn:

Nadere informatie

UITSPRAAK. de medezeggenschapsraad van [de school], te [vestigingsplaats], verzoeker, hierna te noemen de MR

UITSPRAAK. de medezeggenschapsraad van [de school], te [vestigingsplaats], verzoeker, hierna te noemen de MR 108719 - Adviesgeschil over benoeming directeur. Het bevoegd gezag heeft de MR ten onrechte niet in de gelegenheid gesteld vooraf advies te geven; ook als MR-leden deelnemen in de BAC, moet het bevoegd

Nadere informatie