Burgerenquête gemeente Moerdijk. Terugblik op het jaar 2012. Rapportage



Vergelijkbare documenten
Burgerenquête gemeente Moerdijk. Terugblik op het jaar Rapportage

Burgerenquête gemeente Moerdijk. Terugblik op het jaar Rapportage

Burgerenquête gemeente Moerdijk. Terugblik op het jaar 2011

De gegevens die worden gebruikt door de benchmark worden door de gemeente zelf aangeleverd. De burgerpeiling levert een deel van deze gegevens aan.

Stadsenquête Leiden 2004

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Stadsenquête Leiden 2003

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Gescheiden gft inzameling Nesselande

Resultaten Burgerenquête Moerdijk 2010

BURGERPANEL MOERDIJK OVER LEVENDIGE CENTRA

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Integrale veiligheid. resultaten burgerpanelonderzoek maart 2007

Openbare ruimte in beeld Onderzoek naar de kwaliteit van de openbare ruimte

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten

Uitgevoerd door Dimensus Afvalinzameling Renswoude 2016

Waar staat je gemeente. Gemeente Enschede

Grafiek 15.1a Bekendheid met en bezoek aan kringloopwinkel Het Warenhuis, in procenten 47% 57% 0% 25% 50% 75% 100%

Hoofdstuk 6. Netheid eigen wijk

Resultaten USP-Bewonersscan, meting 2015

Hoofdstuk 24 Financiële situatie

Bijlage bij persbericht Hoe prettig is het wonen in Borger-Odoorn? Korte samenvatting van de resultaten uit het Leefbaarheidsonderzoek

Empel. Wijk- en buurtmonitor 2016

Hoofdstuk 9. Gemeentelijke website

Resultaten bewonersonderzoek, meting 2013

Hoofdstuk 4. Contact en beoordeling gemeente

Veiligheidsmonitor Hengelo Wijkrapport Buitengebied Augustus 2010

koopzondagen 2012 def KOOPZONDAGEN EN KOOPAVONDEN DE MENING VAN DE BURGER

Hoofdstuk 17. Afval en milieu

Hoofdstuk 9. Trendvragen financiële situatie Hoofdstuk 10. Financiële situatie

Veiligheidsmonitor Hengelo Wijkrapport Woolde Augustus 2010

Stadsenquête Leiden 2001

Hoofdstuk 4. Contact en beoordeling gemeente

Weinig mensen sociaal aan de kant

Hoe beoordelen Almeerders de leefbaarheid en veiligheid in hun buurt?

Hoofdstuk 43. Financiële situatie

Hoofdstuk 7. Financiële situatie

Gemeente Houten Onderzoek plastic afvalinzameling, straatmuzikanten. Den Dolder, 20 oktober2008 Ir. Martine van Doornmalen Drs.

Hoofdstuk 5. Leefbaarheid in eigen wijk

Hoofdstuk 5. Trendvragen financiële situatie

Hoofdstuk 10. Financiële situatie

Stadswerven Zuid 2014 Een jaar na opening van het Energiehuis

Sociale kracht in Houten Burgerpeiling 2014

3.5 Voorzieningen in de buurt

Burgerpeiling Hoeksche Waard 2015

Gemeente Breda. Proef met LED-verlichting. SSC Onderzoek en Informatie. Achtervang, Bijvang en Uitvang

Grafiek 12.1a Soorten vervoermiddelen waar Leidenaren over beschikken, in procenten van alle Leidenaren 0% 25% 50% 75% 100%

Leefbaarheid en veiligheid

Hoofdstuk 8 Binnenstad van Leiden

Hoofdstuk 14. Afval en milieu

Hoofdstuk 21. Warenmarkten

De mening van de inwoners gepeild. Leefbaarheid 2015

BEWONERSCONSULTATIE T.B.V. HET REGIONAAL AFVALBELEIDSPLAN

Wijk- en buurtmonitor 2018 De Groote Wielen

Kritische Prestatie Indicatoren Tevredenheidsindicatoren

Hoofdstuk 19. Financiële situatie

7,5 50,4 7,2. Gemeente Enkhuizen, Leefbaarheid. Overlast in de buurt Enkhuizen. Veiligheidsbeleving Enkhuizen

Resultaten enquête evenementen Oosterpark 2012

Grafiek 20.1a Belangrijkste aspecten die Leidenaren prettig vinden aan de eigen buurt, * (meer antwoorden mogelijk) 16% 15% 10% 10%

Hoofdstuk 14. Afval en milieu

Hoofdstuk 23. Afval en milieu

Burgerpanel Capelle aan den IJssel

Waardering van voorzieningen, vervoer en werk

Toelichting bij "Tabellenboek", van Dimensus Monitor Veiligheid en Leefomgeving, 2014 IJsselstein 26 Juni 2014

Belevingsonderzoek luchtkwaliteit. geluidsbelasting gemeente Woensdrecht

Onderzoek Zondagopenstelling Gemeente Borger-Odoorn

Resultaten Inwonerenquête Moerdijk 2008

Gemeentelijke Dienstverlening. Omnibus 2009

Hoofdstuk 10. Trendvragen financiële situatie Hoofdstuk 11. Financiële situatie

Hoofdstuk 4. Contact en beoordeling gemeente

Veiligheidsmonitor 2011 Gemeente Woerden

Hoofdstuk 4. Contact en beoordeling gemeente

Monitor Leefbaarheid en Veiligheid 2013 Samenvatting

53% 47% 51% 54% 54% 53% 49% 0% 25% 50% 75% 100% zeer moeilijk moeilijk komt net rond gemakkelijk zeer gemakkelijk

WINKELOPENINGSTIJDEN OP ZONDAG IN PURMEREND

Resultaten gemeentebeleidsmonitor Veiligheid en leefbaarheid

Bewonersscan T.b.v. Waardwonen. Karima Chafia. Presentatie. Klantlogo aanpassen in diamodel

Buurtenquête hostel Leidsche Maan

Engelen. Wijk- en buurtmonitor 2016

Wijk- en buurtmonitor 2016 De Groote Wielen

Overlast park Lepelenburg

BURGERPANEL EEMNES PEILING BESTUURLIJKE TOEKOMST II

Betrokkenheid van buurtbewoners. Uitgevoerd door Dimensus in opdracht van gemeenten Leiden, Leiderdorp en Oegstgeest Vergelijking gemeenten 2015

Hoofdstuk 15 Onderhoud en netheid van de eigen buurt

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017

Gemeente Breda. Waardering LED-verlichting. SSC Onderzoek en Informatie. Verschuurstraat en Rochussenstraat

Hoofdstuk 14. Gemeentelijke website

ONDERZOEK VEILIGHEID. Inwonerpanel Gemeente Dongen Onderzoek 9 Mei GfK 2014 Gemeente Dongen Onderzoek Veiligheid Mei

De vragen gaan over uw eigen situatie binnen de gemeente waarin u woont.

Elektronische dienstverlening

Hoofdstuk 22 Vrijwilligerswerk

Hoofdstuk 8. Openbare Bibliotheek

Eindrapportage Huurderstevredenheidonderzoek 2015 uitsplitsing naar kernen. Van goed naar beter

Leefbaarheidsonderzoek

KTO Het Nieuwe Inzamelen Overvecht

LEEFBAARHEIDSMONITOR EDE 2015 EN TRENDS WIJKEN/BUURTEN

Omgekeerd Inzamelen. Datum: 11 augustus Versie 3.0. drs. S. Buitinga & de heer R. Sival, BSc. Mevr M. Stam

Engelen. Wijk- en buurtmonitor 2018

Transcriptie:

Burgerenquête gemeente Moerdijk Terugblik op het jaar 2012 Rapportage 29 maart 2013 1

2

INHOUD SAMENVATTING 5 1 INLEIDING 10 2. PROFIEL VOLWASSEN INWONER MOERDIJK 11 2.1 Aantal volwassen inwoners Moerdijk 11 2.2 Sekse 11 2.3 Leeftijd 12 2.4 Opleidingsniveau 12 2.5 Inkomensniveau 12 3. BEELD VAN GEMEENTE MOERDIJK 13 3.1 Trots om inwoner van Moerdijk te zijn 13 3.2 Typering van gemeente Moerdijk 13 3.3 Houding ten opzichte van gemeente Moerdijk naar doelgroep 14 BELEIDSREACTIE 14 4. WONEN EN WOONOMGEVING 15 4.1 Beoordeling eigen woning, woonomgeving, leefbaarheid en veiligheid 15 4.2 Voorzieningenniveau eigen woonkern 16 4.3 Prettig wonen in eigen buurt (sociale cohesie) 18 4.4 Buurtparticipatie 19 4.5 Tevredenheid over ontwikkeling van de woonkern en het beheer en onderhoud 20 4.6 Mate van overlast van verschillende aspecten 20 4.7 Veiligheid 22 4.8 Aanpak leefbaarheid en veiligheid gemeente 23 4.9 Politie 24 BELEIDSREACTIE 25 5. GEMEENTELIJKE DIENSTVERLENING 27 5.1 Voorkeur wijze contact met de gemeente 27 5.2 Alle contacten met de gemeente in 2011 28 5.3 Reden laatste contact 28 5.4 Beoordeling contacten 29 5.5 Bezoek gemeentehuis 30 5.6 Telefonisch contact 32 5.7 Website 33 5.8 E-mail contact 35 5.9 Schriftelijk contact 35 5.10 Melding openbare ruimte 36 BELEIDSREACTIE 37 6. GEBRUIK EN BEOORDELING GEMEENTELIJKE VOORZIENINGEN 39 6.1 Gebruik gemeentelijke voorzieningen 39 6.2 Beoordeling gemeentelijke voorzieningen 40 BELEIDSREACTIE 41 7. BOODSCHAPPEN EN WINKELEN 42 7.1 Aankoop dagelijkse boodschappen 42 7.2 Aankoop niet-dagelijkse boodschappen 42 7.3 Beoordeling winkelcentra in de gemeente Moerdijk 44 BELEIDSREACTIE 44 3

8. MAATSCHAPPELIJKE PARTICIPATIE 45 8.1 Belang sociale contacten 45 8.2 Vrijwilligerswerk 46 8.3 Lidmaatschap verenigingen 46 8.4 Sportdeelname 47 8.5 Cultuurbeoefening 48 8.6 Bezoek buurt-, dorps- en gemeenschapshuizen 49 BELEIDSREACTIE 51 9. BETROKKENHEID BIJ GEMEENTELIJK BESTUUR 52 9.1 Vertrouwen in de gemeente 52 9.2 Invloed burger via gemeenteraadsverkiezingen 52 9.3 Politieke betrokkenheid 53 9.4 Mate dat burgers betrokken worden bij gemeentelijke plannen 54 9.5 Beoordeling gemeentebestuur 55 9.6 Beoordeling gemeentelijke informatie 56 9.7 Gemeentelijke regels 57 9.8 Krijgt de inwoner waar voor zijn/haar belastinggeld 58 9.9 Beoordeling gemeentelijke organisatie 58 BELEIDSREACTIE 59 10. MILIEU: AFVALSCHEIDING EN ENERGIEBESPARING 60 10.1 Openingstijden Milieustraat 60 10.2 Klantvriendelijkheid medewerkers afvalverwerking 60 10.3 Gebruik en beoordeling mogelijkheden afvalinzameling 61 10.4 Scheiden van plastic verpakkingsafval 62 10.5 Scheiden van GFT 63 10.6 Groene stroom 65 10.7 Energiebesparende maatregelen in afgelopen jaar 65 10.8 Zonnepanelen 66 10.9 Windturbines 66 10.10 Elektrische auto 67 10.11 Energiecoöperatie Energiek Moerdijk 67 10.12 Natuurvriendelijke tuin 68 BELEIDSREACTIE 69 11. KEUZE VERVOERMIDDEL NAAR REISMOTIEF 70 11.1 Gemaakte reizen 70 11.2 Keuze vervoermiddel 70 BELEIDSREACTIE 71 12. WERKENDEN EN WOON-WERK VERKEER 72 12.1 Hoofdbezigheid 72 12.2 Aard dienstverband en aantal uren van mensen in loondienst 73 12.3 Werk en reizen 74 BELEIDSREACTIE 74 BIJLAGE 1: BEREKENING SCHAALSCORES 75 BIJLAGE 2: BURGERINDICATOREN OP EEN RIJ 77 4

SAMENVATTING Vanaf 2008 wordt in de gemeente Moerdijk jaarlijks een grootschalige enquête onder bewoners gehouden: de Burgerenquête. De gemeente gebruikt de resultaten van de enquête voor het voorbereiden, uitvoeren en evalueren van haar beleid. Daarnaast dienen de uitkomsten ook voor de jaarrekening en de begroting. Onder de naam terugblik op het jaar 2012 hebben in januari en februari 2013 in totaal 1478 inwoners van Moerdijk aan de Burgerenquête deelgenomen. Hier volgt een samenvatting van de resultaten: H2. Profiel volwassen inwoners Moerdijk De gemeente Moerdijk telt op 1 januari 2012 bijna 37.000 inwoners, waarvan 28.887 inwoners 18 jaar en ouder zijn en zelfstandig wonen. Van de volwassen inwoners van Moerdijk heeft vier op de tien een lagere opleiding (LBO, VMBO), eenderde een middelbare (MBO, VWO) en een kwart een hogere opleiding (HBO, WO). Eenderde van de huishoudens heeft een netto maandelijks huishoudinkomen van meer dan twee keer modaal ( 3.100, en meer per maand), ruim eenderde zit tussen modaal en tweemaal modaal ( 1800 tot 3100 per maand) en drie op de tien huishoudens heeft inkomen beneden modaal (lager dan 1800,- per maand). Van alle bewoners van 18 tot 65 jaar heeft driekwart werk (63% in loondienst, 11% als zelfstandige). Acht op de tien mannen van 18 tot 65 jaar werkt en bij de vrouwen is dat twee op de drie. Bijna vier op de tien werkenden werkt in Moerdijk, 18% werkt in de regio Dordrecht/Rotterdam en 8% in de omgeving van Breda. Zeven op de tien werkenden gaat met de auto naar hun werk. Vier op de tien is binnen een kwartier op het werk, eenderde doet er 20 tot 30 minuten over en bijna drie op de tien reist drie kwartier of langer. Al deze cijfers over werken komen vrijwel overeen met die van 2011. H3 Beeld van gemeente Moerdijk Het overgrote deel van de inwoners van de gemeente Moerdijk is er (enigszins) trots op inwoner van Moerdijk te zijn en 7% van de bevolking is dat niet. De mate van trots op de eigen gemeente is duidelijk hoger dan in de jaren 2009-2011. Dat blijkt ook uit de typeringen van bewoners over hun gemeente: meer positieve en minder negatieve typeringen van de gemeente. Zes op de tien typeringen is positief, een kwart negatief en de rest neutraal. Veel genoemde positieve omschrijvingen zijn: goed, gemoedelijk, gezellig, landelijk, rustig en ruimtelijk. Minder positief zijn: weinig te doen, samenraapsel, behoudend. H4. Wonen en woonomgeving Om een algemeen beeld te krijgen over het wonen in de gemeente Moerdijk geven de respondenten sinds 2008 rapportcijfers voor zowel de eigen woning, de woonomgeving, de leefbaarheid als de veiligheid in de eigen woonkern. De beoordeling van de vier onderwerpen is globaal vergelijkbaar met eerdere jaren en ligt tussen de 7 en 8. Voorzieningen De bewoners zijn ook zeer tevreden over het voorzieningenniveau in hun buurt. Over het geheel genomen liggen de scores in lijn met de beoordelingen van 2011. De inwoners van Moerdijk zijn het meest positief over de bereikbaarheid van hun buurt met de auto (7,9), de inzameling van het huisvuil (7,7), de straatverlichting (7,5) en het basisonderwijs (7,5). Het minst tevreden zijn de inwoners over de voorzieningen voor jongeren (5,5). Vanaf 2009 is de beoordeling van het Openbaar Vervoer elk jaar met 0,2 punt of meer toegenomen. 5

Sociale cohesie en buurtparticipatie Bewoners zijn zelf verantwoordelijk voor de sfeer en sociale cohesie in hun buurt. Tweederde van de mensen geeft aan graag in hun buurt te blijven wonen en prettig met elkaar om te gaan. Bijna niemand vindt het vervelend om in hun huidige buurt te wonen. Van de inwoners van de gemeente Moerdijk voelt 85% zich medeverantwoordelijk voor de leefbaarheid in hun buurt, eenderde is actief in het lokale verenigingsleven en twee op de tien geeft aan afgelopen jaar zelf actief te zijn geweest om de buurt te verbeteren. Tevredenheid beheer en onderhoud openbare ruimte Bijna driekwart van de inwoners van Moerdijk is tevreden met het beheer en onderhoud van het openbaar gebied in de eigen woonomgeving en ruim een kwart is hier niet tevreden over. De gemiddelde waardering voor het beheer en onderhoud in de eigen woonbuurt is 6,8. In woonbuurten komt overlast van hondenpoep en/of loslopende honden en zwerfvuil het vaakst voor. Van alle vormen van geluids- en geuroverlast wordt de meeste hinder ondervonden van het geluid van wegverkeer, zoals vrachtauto s, personenauto s en bromfietsen/scooters en de geur van industrie en landbouw. De overlast van het geluid van personenauto s lijkt iets te zijn afgenomen, de overige voorgelegde vormen van overlast liggen op een vergelijkbaar niveau met 2011. Veiligheid De inwoners uit Moerdijk geven gemiddeld een 7,2 voor de veiligheid bij hen in de buurt. Van alle Moerdijkers voelt, vergelijkbaar aan eerdere jaren, 20% zich wel eens onveilig. De gemeentelijk aanpak van de leefbaarheid en veiligheid in de woonbuurten scoort net als in de voorgaande jaren 5,9. De bereikbaarheid voor meldingen en klachten wordt het meest gewaardeerd. Het rapportcijfer voor de inzet van de politie is met een 6,2 vergelijkbaar met voorgaande jaren. H5 Gemeentelijke dienstverlening Burgers hebben op veel manieren contact met de gemeente. Net als voorgaande jaren gaat bijna de helft van de inwoners van Moerdijk het liefst naar de balie in het gemeentehuis, drie op de tien regelt het bij voorkeur via internet, een op de zes geeft de voorkeur aan telefonisch contact en 6% kiest voor schriftelijk contact. Vergeleken met voorgaande jaren valt op dat dit jaar de voorkeur voor internet en schriftelijk contact is toegenomen ten koste van het telefonisch contact. Contact met de gemeente Driekwart van de respondenten heeft in het afgelopen jaar het gemeentehuis bezocht, zes op de tien heeft de website bezocht, vier op de tien heeft gebeld met de gemeente, 16% heeft een e-mail gestuurd en 9% heeft een brief geschreven. De resultaten liggen in lijn met de voorgaande jaren. Mensen met een hoger inkomen en 45-minners maken vaker gebruik van internet en e-mail. Beoordeling contacten Van de vijf onderscheiden soorten contact met de gemeente wordt de behandeling in het gemeentehuis met een 7,7 het hoogst gewaardeerd en de behandeling van de e-mailcontracten met een 6,0 het laagst. De beoordeling van de persoonlijke en telefonische dienstverlening en de website lijkt over de jaren iets toe te nemen. De beoordeling van de e-mailcontacten scoren over de jaren nog wisselvallig. H6. Gebruik en beoordeling gemeentelijke voorzieningen Voor elf gemeentelijke voorzieningen is de inwoners gevraagd of ze hier gebruik van maken. De inwoners van Moerdijk maken het meest gebruik van recreatieve wandel- en fietsroutes en het minst van het Centrum voor Kunsten en het Toeristen- en Arrangementenbureau. Er zijn nagenoeg geen verschillen in gebruik met 2011. 6

Beoordeling gemeentelijke voorzieningen Vervolgens is de inwoners gevraagd naar de tevredenheid over 18 (andere) gemeentelijke voorzieningen. De sportvoorzieningen worden het hoogst beoordeeld en voorzieningen voor jongeren het laagst. Gemiddeld krijgen de 18 gemeentelijke voorzieningen, evenals in 2011, een 6,5. Bij geen van de 18 voorzieningen is het verschil met vorig jaar groter dan 0,2 punt. H7. Boodschappen en winkelen Dagelijkse boodschappen, zoals levensmiddelen, worden meestal in de eigen woonbuurt / kern gekocht. Ruim de helft van alle dagelijkse boodschappen wordt in Zevenbergen gekocht. De supermarkten en speciaalzaken in de kernen Fijnaart en Klundert trekken elk circa 15% van de inwoners en de winkels in Willemstad ongeveer 4%. Voor niet-dagelijkse boodschappen zijn de Moerdijkers bereid verder te reizen. Drogisterij- en Doehet-zelf-artikelen worden vrijwel altijd in de eigen gemeente gekocht. Voor meubelen en woninginrichting bezoekt men meestal andere gemeenten, ook als men voor de gezelligheid gaat winkelen. Breda en in mindere mate Roosendaal zijn de belangrijkste concurrenten van Moerdijk voor de aankoop van kleding, schoenen en om voor de gezelligheid te winkelen. Opvallend is de toenemende kracht van internet op het gebied van de aankoop van boeken en cd s. Ouderen en inwoners met een lager huishoudinkomen kopen vaker hun winkelartikelen in de eigen gemeente en jongeren en mensen met een hoger huishoudinkomen relatief minder vaak. De gemeente Moerdijk kent drie winkelcentra. Een groter in de kern Zevenbergen en twee kleinere in Fijnaart en Klundert. Zevenbergen, met de meeste winkels, scoort het hoogst op winkelaanbod en aanbod van horecagelegenheden. H8. Maatschappelijke participatie Mensen hebben op allerlei manieren contact met elkaar. Contact met familie en het eigen gezin wordt door (bijna) iedereen belangrijk gevonden, gevolgd door contacten met mensen in de buurt en met collega s op het werk. Vrijwilligerswerk Vrijwilligerswerk is in dit onderzoek gedefinieerd als werk dat bij een vereniging, organisatie of stichting wordt verricht, onverplicht en onbetaald ten behoeve van anderen of de samenleving. Volgens deze definitie doet eenderde (iets minder dan in 2011 toen 37% gemeten is) van de Moerdijkers vrijwilligerswerk, meestal voor een paar uur of minder per week. Jongeren en de lagere inkomens doen relatief minder vaak vrijwilligerswerk. De meeste vrijwilligers zijn werkzaam binnen de sportverenigingen, kerkelijke en levensbeschouwelijke en/of culturele organisaties. Lidmaatschap verenigingen Van alle volwassen Moerdijkers is 60% lid van een vereniging. Vier op de tien is lid van een sportvereniging, ruim een op de tien van een culturele organisatie, 10% van een ouderenorganisatie, 2% van een jongeren- of kinderenorganisatie en 13% van een andere vereniging. Sportparticipatie Voor het landelijk kengetal "sportparticipatie" (Richtlijn Sport Onderzoek) dient men minimaal 12x per jaar een sport te beoefenen. Evenals in 2011 voldoet ruim de helft van de volwassen Moerdijkers aan deze definitie. De meesten sporten één of meer keer per week. Inwoners met een hoger inkomen sporten relatief meer en 65-plussers, lagere inkomens sporten relatief minder. Van alle sporters beoefent negen op de tien hun sport (ook) in Moerdijk. 7

Cultuurbeoefening Bij cultuurbeoefening gaat het om kunstzinnige activiteiten zoals tekenen, schilderen, beeldhouwen, zingen, muziek maken, toneel, dans, fotografie/film/video, dichten en verhalen schrijven. Evenals in 2011 doet een kwart van de volwassen Moerdijkers aan een of meer kunstzinnige activiteiten. Een op de tien doet dit wekelijks of vaker. Van alle cultuurbeoefenaars doet driekwart dit (ook) in Moerdijk. Bezoek buurt-, dorps- en gemeenschapshuizen De gemeente Moerdijk heeft diverse buurt-, dorps- en gemeenschapshuizen. Evenals in 2011 is drie op de tien volwassen Moerdijkers hier in het afgelopen jaar geweest. De meesten komen hier incidenteel. Ouderen bezoeken relatief vaker een buurt-, dorps- of gemeenschapshuis. Meestal gaat men naar het dichtstbijzijnde buurt-, dorps- en gemeenschapshuis. Men gaat vaak naar buurt-, dorps- en gemeenschapshuizen voor vergaderingen en voor verenigingsactiviteiten, sporten en bewegen, cultuurbeoefening en op feestdagen. H9. Betrokkenheid bij gemeentelijk bestuur Tweederde van de inwoners van de gemeente Moerdijk zegt vertrouwen te hebben in de gemeente, waarmee het college, de gemeenteraad en de ambtenaren bedoeld worden. Eenderde van de inwoners heeft weinig of geen vertrouwen. De inwoners van de gemeente Moerdijk geven de gemeentelijke organisatie, waarmee het college en de ambtenaren worden bedoeld, als rapportcijfer een 6,3. Ook hebben de inwoners het gemeentebestuur beoordeeld op vijf onderwerpen. De gemeentelijke informatie scoort net als voorgaande jaren het hoogst. Ruim eenderde van de inwoners van Moerdijk volgt de lokale politieke ontwikkelingen altijd of meestal en vier op de tien soms. Ruim twee op de tien volgt dit (bijna) nooit. Stemmers bij verkiezingen voor de gemeenteraad volgen de lokale politiek vaker dan niet-stemmers. Weekblad de Moerdijkse Bode en dagblad BN/DeStem zijn net als eerdere jaren de belangrijkste informatiebronnen voor de lokale politiek. H10. Milieu: afvalscheiding en energiebesparing De Milieustraat van de gemeente Moerdijk is geopend van maandag tot en met zaterdag van 9.30 tot 16.00 uur. Ruim acht op de tien inwoners van Moerdijk is tevreden over deze openingstijden. De klantvriendelijkheid van de medewerkers van de Milieustraat wordt gemiddeld iets hoger beoordeeld dan in 2011: nu wordt een 7,5 gegeven, in 2011 een 7,3. De klantvriendelijkheid van de vuilnismannen scoort evenals in 2011 gemiddeld een 7,2. Gebruik en waardering mogelijkheden afvalinzameling Bijna alle huishoudens maken gebruik van de afvalinzameling via duobakken/minicontainers en van papiercontainers. Plastic en glas wordt door ruim acht op de tien respondenten (wel eens) apart ingezameld en textiel door ruim zes op de tien. Acht op de tien Moerdijkers is één of meer keer naar de Milieustraat geweest. Van het op afroep ophalen van afval en van de ondergrondse voorzieningen voor restafval wordt minder gebruik gemaakt, met percentages tussen de 8% en 15%. Van de onderscheiden inzamelingsmogelijkheden van afval wordt inzameling via papiercontainers met een 7,8 het hoogst gewaardeerd en het op afroep laten ophalen van snoeihout met een 6,7 het laagst. Scheiden plastic afval en GFT Negen op de tien respondenten geeft aan GFT te scheiden en 84% hun plastic verpakkingsafval. De meesten doen dit meestal tot (vrijwel) altijd. Van het GFT-afval worden planten-, tuin- en bloemenafval het best gescheiden en koffiefilters en theezakjes het minst. 8

Voor het scheiden van plastic afval zijn speciale zakken beschikbaar. De mensen die hun plastic scheiden beoordelen de verkrijgbaarheid van deze zakken gemiddeld met een 7,5. Groene stroom, energiebesparende maatregelen en zonnepanelen Van de inwoners van Moerdijk maakt, evenals in 2011, 45% gebruik van groene stroom van het energiebedrijf. Eenderde van de bewoners heeft het afgelopen jaar energiebesparende maatregelen aangebracht aan hun woning, zoals dubbel glas, zonnepanelen, energiezuinige verwarmingsketel of isolatie van muren of dak. Op dit moment geeft ongeveer 2% van de inwoners zonnepanelen op hun dak, gemiddeld gaat het ongeveer om 20m 2. Drie op de tien huishoudens heeft interesse in energiebesparende maatregelen als zonnepanelen, isolatie, HR++/energiezuiniger glas en andere maatregelen. Windturbines Bijna de helft van de respondenten is voorstander van windturbines in de gemeente Moerdijk, een kwart is tegen en ruim een kwart heeft hier geen mening over. De voorstanders van windturbines in de gemeente Moerdijk vinden dat deze het best geplaatst kunnen worden langs de snelwegen, in de polders en op bedrijventerreinen. De tegenstanders van de windturbines vinden met name dat windturbines het landschap aantasten, lelijk zijn, hinder veroorzaken (geluid, slagschaduw, te hoog) en zeggen dat windenergie niet rendabel is. Elektrische auto Veruit de meeste Moerdijkers rijden nog niet in een elektrische auto. Zij vinden een elektrische auto met name te duur, hebben geen interesse voor elektrisch autorijden, noemen de beperkte actieradius van een elektrische auto en het gebrek aan oplaadpunten in de gemeente Moerdijk. Energiecoöperatie Energiek Moerdijk Een op de zes inwoners van Moerdijk heeft wel eens gehoord van Energiecoöperatie Energiek Moerdijk, 1% is hier lid van en 5% overweegt dit. 22% wist niet van het bestaan en zou hier wel meer over willen weten. Natuurvriendelijke tuin Ruim vier op de tien Moerdijkers geeft aan een natuurvriendelijke tuin te hebben. Dit zijn relatief vaker meerpersoonshuishoudens, 50-plussers en de hogere inkomens. Daarnaast geeft ruim eenderde aan geen natuurvriendelijke tuin te hebben en twee op de tien weet het niet. De mensen die geen natuurvriendelijke tuin hebben geven hiervoor voornamelijk als reden dat ze geen tuin hebben, een onderhoudsvrije tuin willen of geen natuurvriendelijke tuin willen. H11. Vervoermiddel binnen Moerdijk Voor een achttal bestemmingen binnen de gemeente Moerdijk is gekeken naar het meest gebruikte vervoermiddel. Vrijwel alle inwoners doen hun dagelijkse en wekelijkse boodschappen in Moerdijk, negen op de tien winkelt en bezoekt wel eens familie/kennissen in de gemeente Moerdijk, acht op de tien doet aan vrijetijdsbesteding, vier op de tien inwoners gaat naar hun werk en drie op de tien brengt kinderen naar de (basis)school in Moerdijk. Voor de wekelijkse boodschappen en om naar hun werk in Moerdijk te gaan, gebruiken inwoners meestal de auto. Kinderen naar school te brengen doet men meestentijds met de fiets of te voet. 9

1. INLEIDING Achtergrond Vanaf 2008 wordt in de gemeente Moerdijk jaarlijks een grootschalige enquête onder bewoners gehouden: de Burgerenquête. De gemeente gebruikt de resultaten van de enquête voor het voorbereiden, uitvoeren en evalueren van haar beleid. Daarnaast dienen de uitkomsten ook voor de jaarrekening en de begroting. De inhoudelijke doelstellingen van de Burgerenquête zijn: Het verkrijgen van inzicht in meningen, ervaringen, wensen en waardering van Moerdijkse burgers met betrekking tot hun woon- en leefklimaat, gemeentelijke dienstverlening en het imago van de gemeente 1. Het genereren van informatie voor het voorbereiden, uitvoeren en evalueren van beleid op het terrein van aantrekkelijkheid winkelaanbod, afvalscheiding, afvalinzameling, energiebesparing, milieu/duurzaamheid, maatschappelijke participatie, vervoermiddelkeuze per reismotief, werken en woon-werkverkeer. Aangezien er dit jaar voor de vijfde keer een enquête onder burgers wordt gehouden, bestaat de mogelijkheid om veranderingen door de jaren heen te meten. Dit geldt voor onderwerpen waarover onderzoeksvragen in eerdere enquêtes zijn gesteld. Naast de vragen uit eerder gehouden burgerenquêtes (2008-2011) hebben afdelingen van Gemeente Moerdijk nieuwe (beleids-) onderwerpen aangedragen voor vragen aan bewoners van Moerdijk: aantrekkelijkheid winkelaanbod, afvalinzameling, milieu/duurzaamheid en vervoermiddelkeuze per reismotief. Onderzoeksverantwoording De Burgerenquête heeft in januari en februari 2013 plaatsgevonden onder de naam terugblik op het jaar 2012. De enquête is een gecombineerde internet-schriftelijke enquête onder een representatieve steekproef van zelfstandig wonende inwoners van Moerdijk van 18 jaar en ouder. Aan de geselecteerde inwoners is een vragenlijst gezonden met een brief van het college van burgemeester en wethouders waarin om hun medewerking is gevraagd, waarbij ze zowel de mogelijkheid kregen om de vragenlijst digitaal als schriftelijk in te vullen. Vanwege het groot aantal onderwerpen zijn de vragen opgenomen in 2 delen. Het onderzoek is zodanig opgezet dat betrouwbare resultaten zijn verkregen voor de hele gemeente Moerdijk. Uitgaande van een verwachte respons van 33% zijn 4.000 vragenlijsten verstuurd. In totaal hebben 1478 inwoners de vragenlijst ingevuld, waarvan bijna tweederde digitaal. De respons is daarmee op 37% uitgekomen. Doordat zoveel inwoners hebben deelgenomen, kunnen de uitkomsten van de Burgerenquête voor de gemeente Moerdijk als nauwkeurig worden omschreven. Om uitspraken voor de hele gemeente te kunnen doen, heeft een weging naar het aantal bewoners geslacht en leeftijd plaatsgevonden. In dit rapport zijn uitsluitend de resultaten na weging opgenomen. Verder worden in dit rapport veelal de resultaten exclusief weet niet/geen antwoord weergegeven, tenzij anders aangegeven. 1 Met een enquête worden de meningen en ervaringen van inwoners in beeld gebracht. Opgemerkt kan worden dat met een burgerenquête informatie wordt verkregen over de subjectieve beleving van bewoners. Die beleving zal vaak overeenkomen met objectieve informatie over een beleidsveld of beleidsaspect, maar dat hoeft niet altijd het geval te zijn. 10

2. PROFIEL VOLWASSEN INWONERS MOERDIJK In dit hoofdstuk wordt een kort profiel gegeven van de inwoners van de gemeente Moerdijk, gebaseerd op kerncijfers van de gemeente en de Burgerenquête 2012. De cijfers uit de Burgerenquête zijn gebaseerd op 1.478 respondenten. In dit hoofdstuk komen achtereenvolgens aan de orde: het aantal volwassen inwoners per woonkern, de bevolking naar sekse en leeftijd, het opleidingsniveau en het huishoudinkomen. 2.1 Aantal volwassen inwoners Moerdijk De gemeente Moerdijk telt op 1 januari 2012 bijna 37.000 inwoners, waarvan 28.887 inwoners 18 jaar en ouder zijn en zelfstandig wonen. Het aantal volwassenen van 18 jaar en ouder is het afgelopen jaar met 264 toegenomen. De gemeente Moerdijk bestaat uit elf kernen, waarvan Zevenbergen de grootste is. Grafiek 2.1: Aantal volwassenen inwoners (18+) per woonkern (bron: GBA Moerdijk, stand 1-1-2012) Zevenbergen Klundert Fijnaart Willemstad Standdaarbuiten Zevenbergschen Hoek Moerdijk Noordhoek Heijningen Langeweg Helwijk 1972 1973 1755 1785 1266 1269 927 940 850 862 806 811 673 669 649 642 4506 4527 4308 4460 10911 10949 2011 2012 2.2 Sekse Van de volwassen inwoners van Moerdijk is 14.400 man en 14.487 vrouw. Zoals te verwachten valt, zijn er hierbij nagenoeg geen verschillen tussen de woonkernen. Grafiek 2.2: Sekse inwoners (18+) per woonkern (bron: GBA Moerdijk, stand 1-1-2012 Totaal gemeente Moerdijk 50% 50% Zevenbergen Klundert Fijnaart Willemstad Standdaarbuiten Zevenbergschen Hoek Moerdijk Noordhoek Heijningen Langeweg Helwijk 49% 49% 50% 50% 49% 52% 51% 52% 51% 54% 51% 51% 51% 50% 50% 51% 48% 49% 48% 49% 46% 49% 0% 25% 50% 75% 100% man vrouw 11

2.3 Leeftijd Onderstaande tabel geeft de leeftijdsverdeling van de bevolking van 18 jaar en ouder. Willemstad heeft relatief de meeste 50-plussers, Langeweg en Standdaarbuiten hebben relatief meer 50-minners. Grafiek 2.3 Leeftijd inwoners per woonkern (bron: GBA Moerdijk, stand 1-1-2012) Totaal gemeente Moerdijk 21% 29% 28% 22% Zevenbergen 21% 28% 27% 24% Klundert 23% 28% 28% 21% Fijnaart 21% 29% 25% 25% Willemstad 18% 29% 30% 24% Standdaarbuiten 20% 31% 31% 18% Zevenbergschen Hoek 21% 29% 30% 21% Moerdijk 20% 30% 27% 23% Noordhoek 22% 28% 32% 18% Heijningen 18% 30% 34% 17% Langeweg 19% 35% 31% 15% Helwijk 20% 30% 31% 19% 0% 25% 50% 75% 100% 18-34 35-49 50-64 65+ 2.4 Opleidingsniveau Van de volwassen inwoners van Moerdijk heeft 41% een lagere opleiding (LBO, VMBO), 34% een middelbare (MBO, VWO) en een kwart een hogere opleiding (HBO, WO). Het gemiddelde opleidingsniveau van de inwoners is redelijk stabiel en verandert jaarlijks slechts beperkt. Tabel 2.4: Opleidingsniveau inwoners (bron: Burgerenquête Moerdijk 2008-2012) 2008 2009 2010 2011 2012 Lager 43% 42% 41% 40% 41% Middelbaar 34% 35% 36% 35% 34% Hoger 23% 23% 23% 25% 25% N=1478 100% 100% 100% 100% 100% 2.5 Inkomensniveau Van de ondervraagde huishoudens in de Burgerenquête heeft drie op de tien een netto maandelijks huishoudinkomen van meer dan 3.100, bijna vier op de tien zit tussen de 1800 en 3100 en drie op de tien huishoudens heeft een huishoudinkomen dat lager is dan 1800. Tabel 2.5: Netto maandelijks huishoudinkomen (bron: Burgerenquête Moerdijk 2012) 2011 2012 Minder dan 1.050, - per maand 6% 5% 1.050, - tot 1.400, - per maand 9% 9% 1.400, - tot 1.800, - per maand 15% 16% 1.800, - tot 3.100, - per maand 37% 38% 3.100, - per maand of meer 33% 31% n=1478 100% 100% 12

3. BEELD VAN GEMEENTE MOERDIJK In dit hoofdstuk wordt gekeken naar het beeld dat de inwoners van de gemeente Moerdijk hebben van hun eigen gemeente. Hiervoor is in de Burgerenquête gevraagd in hoeverre inwoners trots zijn om inwoners van de gemeente te zijn en de welke typering men geeft aan hun gemeente. In de derde paragraaf wordt de beoordeling bekeken naar de verschillende doelgroepen binnen Moerdijk. 3.1 Trots om inwoner van Moerdijk te zijn Vier op de tien inwoners van de gemeente Moerdijk zegt trots te zijn om inwoner van Moerdijk te zijn, iets meer dan de helft zegt hier enigszins trots op te zijn. Dit is hoger dan in voorgaande jaren. Op basis van de mate van trots is een schaalscore berekend (zie bijlage 1). Die score bedraagt voor 2012 7,3. Dit is hoger dan in de laatste drie jaar toen deze score steeds een 6,8 bedroeg. Grafiek 3.1: Bent u er trots op om inwoner te zijn van gemeente Moerdijk (n=707) 2008 (7,0) 38% 50% 12% 2009 (6,8) 34% 53% 13% 2010 (6,8) 34% 53% 13% 2011 (6,8) 32% 56% 12% 2012 (7,3) 40% 53% 7% 0% 25% 50% 75% 100% Helemaal Enigszins Helemaal niet 3.2 Typering van gemeente Moerdijk Als de inwoners gevraagd wordt hun gemeente met een woord te omschrijven geeft ruim de helft een positieve omschrijving en een kwart een negatieve omschrijving. Vaak genoemde positieve omschrijvingen zijn: goed/zo doorgaan, gemoedelijk, landelijk, ruimtelijk, groot en rustig. De meest genoemde negatieve omschrijvingen zijn: weinig te doen, versnipperd, gemakzuchtig, behoudend, afstandelijk en lastig. Een overzicht van alle omschrijvingen staat in het tabellenboek. Op basis van deze typering is een schaalscore berekend (zie bijlage 1). De score is een 7,3 2. Tabel 3.2: Typering gemeente Moerdijk Woord met positieve lading 52% 58% Woord met neutrale lading 17% 17% Woord met negatieve lading 31% 25% N=707 2011 2012 Toelichting 2012 100% 100% Goed, zo doorgaan, geweldig (109x), gemoedelijk, gezellig, vriendelijk, sociaal (52x), plattelandsgemeente, landelijk, dorp(s) (27x), uitgebreid, ruimtelijk, groot (25x), rustig (25x) Voldoende, redelijk (21x), heel gewoon, normaal (17x), industrie (12x), matig (11x), werk/industrie dorp (10x), Zevenbergen (9x) Weinig te doen, saai (27x), warrig, versnipperd, samenraapsel (21x), laks, gemakzuchtig (12x),geen vooruitgang, behoudend (11x), negatief (9x), te afstandelijk, vervreemd van burgers (6x), moeilijk, lastig (6x) 2 Het berust op toeval dat de schaalscores van trots ( 3.1) en typering ( 3.2) zowel in 2011 als 2012 gelijk zijn 13

3.3 Houding ten opzichte van gemeente Moerdijk naar doelgroep Het beeld van de gemeente Moerdijk is bij vrouwen, 65-plussers en alleenstaanden vaker positief. Mannen en mensen met kinderen zijn voor wat betreft hun beeld van de gemeente kritischer. Tabel 3.3: Houding t.o.v. gemeente Moerdijk op basis van gemiddelde schaalscores trots en typering Totaal Naar gezinssamenstelling 2011 6,8 Alleenstaand 8,1 2012 7,3 Samenwonend (zonder kind) 7,4 Gezin (met kinderen) 7,1 Naar sekse Man 7,2 Naar opleiding Vrouw 7,4 Lager 7,6 Middelbaar 7,1 Naar leeftijd Hoger 7,3 18-34 7,2 35-49 7,1 Naar inkomen 50-64 7,3 1800 7,7 65+ 7,7 1801-3100 7,5 >3100 7,1 N=707 BELEIDSREACTIE Over het beeld dat de inwoners hebben van hun eigen gemeente zijn in de Burgerenquête 2012 vragen gesteld over twee aspecten: 1. trots om inwoner van Moerdijk te zijn; 2. typering van de gemeente Moerdijk. De bevindingen laten over het algemeen een positief beeld zien. Vier jaar lang was de schaalscore voor trots een 6,8. In 2012 is dit een 7,3. Vier op de tien inwoners van de gemeente Moerdijk zegt trots te zijn om inwoner van Moerdijk te zijn, dit is hoger dan in voorgaand jaren. De helft van de burgers heeft een uitgesproken positief beeld van de gemeente. De gemeente Moerdijk wordt gekarakteriseerd als landelijk, ruimtelijk en groot. Het sociale en gemoedelijk karakter wordt bijzonder gewaardeerd. Ook worden classificaties als goed en geweldig met regelmaat genoemd. Een vierde deel van de bevolking beschrijft de gemeente in negatieve zin en noemt termen als saai en versnipperd. Het blijkt dat het beeld van de gemeente Moerdijk bij gezinnen en inwoners met een hoger inkomen wat kritischer wordt benaderd. De beïnvloeding van de beleving van deze aspecten is voor de gemeente gering. 14

4. WONEN EN WOONOMGEVING In dit hoofdstuk 4 wordt de gemeente Moerdijk op de verschillende woon- en leefbaarheidsfactoren beoordeeld en met elkaar vergeleken. Achtereenvolgens worden besproken: vier burgerindicatoren, het voorzieningenniveau, de sociale cohesie, de buurtparticipatie, de tevredenheid over de ontwikkeling van de woonkern en het beheer en onderhoud, de overlast van een aantal voorvallen en het veiligheidsgevoel. In de laatste twee paragrafen wordt gekeken naar de beoordeling van de gemeente en de politie als het gaat om leefbaarheid en veiligheid. 4.1 Beoordeling eigen woning, woonomgeving, leefbaarheid en veiligheid (4 burgerindicatoren) Om een beeld te krijgen van de tevredenheid over het wonen in de eigen woonkern hebben de respondenten rapportcijfers gegeven voor zowel de eigen woning, de woonomgeving, de leefbaarheid als de veiligheid in de eigen woonkern. Deze vier rapportcijfers zijn burgerindicatoren waarop het beleid wordt getoetst. Van de vier onderwerpen beoordelen de inwoners hun eigen woning het hoogst met een 7,8. Grafiek 4.1a: Rapportcijfer woning, woonomgeving, leefbaarheid en veiligheid (n= 771) Eigen woning (7,8) 9% 24% 67% Woonomgeving (7,0) 25% 40% 35% Leefbaarheid (7,2) 16% 46% 38% Veiligheid (7,2) 18% 42% 40% 0% 20% 40% 60% 80% 100% 6 of lager 7 8 of hoger Onderstaande tabel geeft een vergelijking met eerdere jaren. De beoordeling van de vier onderwerpen is nagenoeg gelijk aan die van eerdere jaren. Tabel 4.1b: Beoordeling woning, woonomgeving, leefbaarheid en veiligheid naar woonkern 2008 2009 2010 2011 2012 Gemiddelde 4 cijfers - 7,3 7,4 7,4 7,3 Woning 7,9 7,8 7,7 7,8 7,8 Woonomgeving 7,0 7,1 7,2 7,1 7,0 Leefbaarheid # 7,2 7,4 7,3 7,2 Veiligheid 7,0 7,2 7,3 7,3 7,2 N= 771; # niet gevraagd 15

4.2 Voorzieningenniveau eigen woonkern De tevredenheid over met de eigen buurt wordt onder andere bepaald door het voorzieningenniveau in de eigen buurt. Hierbij kan het gaan om de aanwezigheid van bepaalde voorzieningen, als ook om het onderhoud van wegen en groen (schoon en heel) en bijvoorbeeld de bereikbaarheid met auto en OV. Het voorzieningenniveau wordt al vier jaar in de Burgerenquête behandeld door middel van de beoordeling van een aantal voorzieningen en stellingen. De resultaten worden hieronder naar tevredenheid / mate van eens zijn gepresenteerd en zijn omgerekend naar scores (zie bijlage 1). De inwoners van Moerdijk zijn het meest positief over de autobereikbaarheid van hun buurt, de inzameling van het huisvuil, het basisonderwijs en de straatverlichting. Het minst tevreden zijn de inwoners over de voorzieningen voor jongeren en het onderhoud van de wegen/paden/pleintjes bij hen in de buurt. Grafiek 4.2a: Tevredenheid over zeven voorzieningen en het eens zijn met negen stellingen in de eigen woonkern (n=771) Buurt met auto goed bereikbaar (7,9) 88% 8% 4% Inzamelen huisvuil (7,8) 86% 10% 4% Basisonderwijs (7,5) 73% 24% 3% Onze straat wordt goed verlicht (7,4) 78% 13% 9% Buurt goed toegankelijk voor mensen met beperking (7,0) 62% 25% 13% Voldoende perken/plantsoenen/parken (6,9) 61% 21% 18% Peuterspeelzaal/BSO (6,8) 45% 47% 8% Winkels voor dagelijkse boodsch (6,8) 64% 12% 24% Riool in buurt kan regenwater goed aan (6,5) 57% 18% 25% Perken/plantsoenen/parken goed onderhouden (6,4) 48% 28% 24% Buurt goed schoongehouden (6,4) 46% 33% 21% Parkeergelegenheid (6,4) 50% 21% 29% OV (6,4) 43% 34% 23% Verkeersveiligheid (6,3) 44% 31% 25% In de buurt goede voorzieningen voor kinderen (6,0) 37% 31% 32% Wegen/paden/pleintjes worden goed onderhouden (5,9) 38% 27% 35% Voorzieningen voor jongeren (5,5) 17% 48% 35% 0% 25% 50% 75% 100% (zeer) tevreden/mee eens neutraal (zeer) ontevreden/oneens 16

Ontwikkeling waardering voorzieningenniveau eigen woonkern In onderstaande tabel zijn de scores van de zeventien aspecten vergeleken met eerdere jaren. Over het geheel genomen liggen de scores in lijn met de beoordelingen van 2011. De winkels voor dagelijkse boodschappen worden wat hoger beoordeeld, de peuterspeelzalen/bso iets lager, maar ook daar zijn de verschillen beperkt. Als gekeken wordt naar de trend vanaf 2009 is de beoordeling van het Openbaar Vervoer elk jaar met 0,2 punt of meer toegenomen. Tabel 4.2b: Beoordeling voorzieningenniveau in de eigen buurt naar woonkern (n=771) Burgerindicator 2008 2009 2010 2011 2012 Totaal 17 (15) aspecten eigen buurt 6,5 6,6 6,7 6,6 6,7 Bereikbaarheid met auto (v) V 7,7 7,9 7,9 7,9 7,9 Inzamelen huisvuil (v) V 7,6 7,4 7,6 7,7 7,8 Basisonderwijs (v) V 7,7 6,9 7,4 7,5 7,5 Straatverlichting (b&o) B 7,4 7,6 7,4 7,5 7,4 Toegankelijkh. mensen met beperking (b&o) B 6,3 6,1 7,0 7,0 7,0 Hoeveelheid groen (b&o) B 7 7,1 7,1 6,8 6,9 Peuterspeelzaal/BSO (v) V # # # 7,1 6,8 Winkels voor dagelijkse boodschappen (v) V # 6,3 6,3 6,5 6,8 Riolering (b&o) B 6,3 6,8 6,4 6,3 6,5 Onderhoud groen (b&o) B 5,9 6,7 6,5 6,3 6,4 Schoonhouden buurt (b&o) B 6,1 6,6 6,5 6,3 6,4 Parkeergelegenheid (v) V 6,6 6,8 6,5 6,2 6,4 OV (v) V 5,8 5,5 6,0 6,2 6,4 Verkeersveiligheid 6,1 6,6 6,5 6,3 6,3 Voorzieningen voor kinderen (v) V # # # 6,0 6,0 Onderhoud verharding (b&o) B 5,4 6,0 6,0 5,8 5,9 Voorzieningen voor jongeren (v) V 4,8 4,4 5,4 5,4 5,5 N=771, kleuren: d.blauw: > 7; m.blauw: 5,5-7; l.blauw: < 5,5; # t/m 2010: niet of anders gevraagd /gepresenteerd 17

4.3 Prettig wonen in eigen buurt (sociale cohesie) Buurtbewoners hebben zelf een belangrijke invloed op de sfeer in hun buurt. Als mensen prettig met elkaar omgaan, dan is het fijner wonen in de buurt en hebben mensen minder de neiging te willen verhuizen. Voor negen sfeerbepalende aspecten is gevraagd of deze van toepassing zijn bij hen in de buurt. Tweederde van de respondenten geeft aan dat mensen graag in hun buurt blijven wonen, 30% reageert neutraal en slechts 4% is het niet met deze stelling eens. Grafiek 4.3a: Prettig wonen in eigen buurt, negen aspecten 3 (n=771) Het is niet vervelend om in deze buurt te wonen (9,1)* 86% 11% 3% Als het even kan, blijf ik in deze buurt wonen (8,7)* 81% 11% 8% Mensen blijven hier graag wonen (8,1) 66% 30% 4% Mensen gaan op een prettige manier met elkaar om (7,7) 62% 30% 8% Iedereen die hier wil wonen, is welkom (7,4) 57% 34% 9% Als in deze buurt woont, goed getroffen (7,2) 52% 40% 8% Ik voel mij thuis bij de mensen in deze buurt (7,2) 53% 39% 8% Mensen kennen elkaar in deze buurt aardig goed (6,8)* 54% 29% 17% Woon in gezellige buurt, met veel saamhorigheid (5,6) 31% 51% 18% 0% 25% 50% 75% 100% mee eens neutraal oneens De resultaten zijn globaal vergelijkbaar met eerdere jaren. Tabel 4.3b: Beoordeling negen aspecten Prettig wonen in eigen buurt naar woonkern 2010 herberek. 4 2011 2012 Gemiddelde van de 9 aspecten 7,5 7,5 7,6 Het is niet vervelend om in deze buurt te wonen 9,1 9,1 9,1 Als het even kan, blijf ik in deze buurt wonen 8,8 8,5 8,7 Mensen blijven hier graag wonen 7,9 7,7 8,1 Mensen gaan op een prettige manier met elkaar om 7,7 7,6 7,7 Iedereen die hier wil wonen, is welkom 7,2 7,4 7,4 Ik voel mij thuis bij de mensen in deze buurt 7,4 7,3 7,2 Als in deze buurt woont, goed getroffen 7,4 7,1 7,2 Mensen kennen elkaar in deze buurt aardig goed 6,8 6,8 6,8 Woon in gezellige buurt, met veel saamhorigheid 5,9 5,6 5,6 N=771, kleuren: d.blauw: > 7; m.blauw: 5,5 7; l.blauw: < 5,5 3 Drie aspecten (sterretjes) die in een negatieve stelling zijn voorgelegd, zijn in de grafiek in een positieve stelling weergegeven 4 In 2010 werd de score op een andere manier berekend. De scores zijn in deze tabel herberekend op dezelfde wijze als 2011. 18

4.4 Buurtparticipatie Vervolgens wordt gekeken naar de mate waarin mensen zich betrokken voelen bij hun buurt en hier daadwerkelijk actief zijn. Van de inwoners van de gemeente Moerdijk voelt 85% zich medeverantwoordelijk voor de leefbaarheid in hun buurt, eenderde is actief in het lokale verenigingsleven en twee op de tien geeft aan afgelopen jaar zelf actief te zijn geweest om de buurt te verbeteren. Grafiek 4.4a: Buurtparticipatie 5 (n=771) Medeverantwoordelijk voelen voor leefbaarheid buurt 85% 15% Actief in lokale verenigingsleven 33% 67% Betrokken voelen bij de stads/dorpsraad in buurt 20% 80% Zelf actief geweest om buurt te verbeteren 18% 82% 0% 25% 50% 75% 100% ja nee De cijfers van de buurtparticipatie schommelen met de jaren en liggen nu iets lager dan in 2011. Tabel 4.4b: Buurtparticipatie naar woonkern 2010 2011 2012 Voelt zich medeverantwoordelijk voor buurt 72% 89% 85% Actief in lokale verenigingsleven 37% 38% 33% Voelt zich betrokken bij stads/dorpsraad in buurt 22% 22% 20% Actief geweest om buurt te verbeteren 18% 20% 18% N=771 5 Het % inwoners dat actief is in lokale verenigingsleven is hier net als in eerdere jaren exclusief neutraal gepresenteerd. 19

4.5 Tevredenheid over ontwikkeling van de woonkern en het beheer en onderhoud In paragraaf 4.1 was te zien was dat de beoordelingen voor de woonomgeving en de leefbaarheid vergeleken met eerdere jaren nagenoeg onveranderd zijn. Toch blijkt de perceptie van de inwoners van Moerdijk dat ze per saldo jaarlijks een (lichte) achteruitgang zien van het uiterlijk en de sfeer bij hen in de woonkern. Tabel 4.5a: Ontwikkeling uiterlijk en sfeer in de eigen woonkern 2008 2009 2010 2011 2012 Uiterlijk Sfeer Verbeterd 19% 17% 13% 12% 11% 14% 7% Niet veranderd 51% 60% 70% 67% 70% 64% 77% Verslechterd 24% 23% 17% 22% 20% 23% 16% Totaal 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% N=771 Zeven op de tien inwoners van Moerdijk is tevreden met het beheer en onderhoud van het openbaar gebied in de eigen woonomgeving en drie op de tien is hier ontevreden over. Voor dit cijfer is ook een schaalscore berekend (zie bijlage 1). Tabel 4.5b: Tevredenheid beheer en onderhoud 2010 2011 2012 Schaalscore 7,0 6,8 6,8 Zeer tevreden 2% 3% 2% Tevreden 76% 70% 69% Ontevreden 20% 24% 26% Zeer ontevreden 2% 3% 3% N=771 100% 100% 100% 4.6 Mate van overlast van verschillende aspecten De inwoners van Moerdijk is gevraagd in hoeverre ze vaak, soms of geen overlast hebben van hondenpoep en/of zwerfvuil. Bijna zeven op de tien inwoners heeft soms/vaak overlast van hondenpoep en/of loslopende honden. Zes op de tien inwoners van Moerdijk ervaart vaak/soms overlast van zwerfvuil in de eigen buurt. Beide percentages zijn vergelijkbaar met 2011. Tabel 4.6a: Mate van overlast hondenpoep en zwerfvuil (in eigen buurt) naar woonkern 2011 2012 Hondenpoep Ja, vaak 31% 30% Ja, soms 38% 38% Nooit/zelden 31% 32% 100% 100% Zwerfvuil Ja, vaak 17% 14% Ja, soms 39% 45% Nooit/zelden 44% 41% 100% 100% N=771 20

Als gekeken wordt naar het percentage overlast die vaak voorkomt dan wordt de meeste overlast ondervonden van vrachtauto s, personenauto s en bromfietsers/scooters. Ook hebben relatief veel inwoners soms overlast van de geur van industrie- en landbouwbedrijven. Van licht van reclameborden/ sportvelden/ bedrijven/ kassen wordt de minste overlast ondervonden. Grafiek 4.6b: Frequentie overlast aspecten (n=771) Geluid vrachtauto's Geluid personenauto's Geluid bromfietsen/scooters Geur industrie/bedrijven 13% 10% 8% 8% 20% 25% 30% 30% Trillingen Geluid buren Geur landbouw Stof/ rook/ roet 8% 6% 5% 4% 12% 18% 30% 16% Geur wegverkeer Geluid evenementen Geluid industrie/bedrijven Geluid horecazaken/bezoekers Geluid vliegtuigen Geluid treinen 3% 13% 2% 14% 2% 12% 2% 10% 2% 9% 2% 7% Licht v bedrijven 2% 3% 67% 65% 62% 62% 80% 76% 65% 80% 84% 84% 86% 88% 89% 91% 95% 0% 20% 40% 60% 80% 100% ja, vaak ja, soms nooit/zelden Last van 15 aspecten ivm 2011 Als de overlast van de 15 geluids- en geuraspecten vergeleken wordt met 2011 blijkt de overlast over het algemeen vergelijkbaar. Van slechts één aspect is de overlast met 3% of meer veranderd, te weten de geluidsoverlast van personenauto s. Tabel 4.6c: % inwoners dat vaak last ondervindt 2011 2012 Geluid vrachtauto's 13% 13% 2012 vs 2011 Geluid personenauto's 13% 10% - Geluid bromfietsen/scooters 9% 8% Geur industrie/bedrijven 8% 8% Trillingen 7% 8% Geluid buren 7% 6% Geur landbouw 4% 5% Stof/ rook/ roet 4% 4% Geur wegverkeer 4% 3% Geluid evenementen 1% 2% Geluid industrie/bedrijven 4% 2% Geluid horecazaken/bezoekers 4% 2% Geluid vliegtuigen 2% 2% Geluid treinen 4% 2% Licht van reclameborden/velden/bedrijven 2% 2% N=771 (+/- bij een verschil van minimaal 3%) 21

4.7 Veiligheid In paragraaf 4.1 was te zien dat de inwoners uit Moerdijk gemiddeld een 7,2 geven voor de veiligheid bij hen in de buurt. In het onderzoek is hier iets dieper op ingegaan. Van alle Moerdijkers voelt 20% zich wel eens onveilig. Voor acht meer specifieke situaties is gevraagd naar het veiligheidsgevoel. Bijna de helft van de inwoners van Moerdijk doet s avonds of s nachts wel eens niet open als er wordt aangebeld en drie op de tien voelt zich wel eens onveilig in de gemeente. Grafiek 4.7a: Wanneer en waar onveilig voelen (n=771) 's Avonds of 's nachts niet open doet 14% 32% 54% Zich onveilig voelen in de gemeente 2% 28% 70% Bepaalde plekken in de gemeente mijden 3% 26% 71% Kind(eren) weggaan verbieden vanwege onveiligheid 5% 19% 76% s Avonds op straat in buurt onveilig voelen 3% 20% 77% 's Avonds alleen thuis niet op gemak 2% 15% 83% Zich onveilig voelen in eigen woonbuurt Omlopen/omrijden om onveilige plekken te vermijden 2% 13% 2% 7% 85% 91% 0% 20% 40% 60% 80% 100% vaak soms (bijna) nooit Onderstaande tabel geeft een vergelijking van de veiligheidsaspecten met eerdere jaren. Te zien is dat de verschillen in veiligheidsgevoel over de jaren beperkt zijn. Tabel 4.7b: Aspecten veiligheid naar woonkern 2008 2009 2010 2011 2012 Rapportcijfer veiligheid woonbuurt (zie 4.1) 7,0 7,2 7,3 7,3 7,2 Onveilig voelen (% ja) 18% 15% 17% 17% 20% Aspecten (% vaak+soms) 's Avonds of 's nachts niet open doet 40% 36% 40% 43% 46% Bepaalde plekken in de gemeente mijden # # ~ 32% 29% Zich onveilig voelen in de gemeente # # 26% 28% 30% Kind weggaan verbieden door onveiligheid 35% 28% 30% 25% 24% s Avonds op straat in buurt onveilig voelen 24% 15% 23% 24% 23% Zich onveilig voelen in eigen woonbuurt # # # 17% 15% 's Avonds alleen thuis niet op gemak # # # 17% 17% Omlopen/rijden om onveilige plek te mijden 17% 8% 10% 11% 9% N=771; # niet bekend of niet gevraagd 22

4.8 Aanpak leefbaarheid en veiligheid gemeente De aanpak van de leefbaarheid en veiligheid in de woonbuurten is beoordeeld aan de hand van zes stellingen. Om jaren te kunnen vergelijken, is ook hiervoor een schaalscore berekend (zie bijlage 1). Gemiddeld scoort de aanpak van de gemeente op leefbaarheid en veiligheid een 5,9. Van de aspecten wordt de bereikbaarheid voor meldingen/klachten relatief het hoogst gewaardeerd, doen wat ze zeggen en de informatievoorziening over de aanpak van de leefbaarheid en veiligheid in de buurt worden wat lager gewaardeerd. De zes stellingen worden steeds door ongeveer de helft met neutraal beantwoord, wat aangeeft dat deze stellingen voor veel mensen moeilijk te beantwoorden zijn. Grafiek 4.8a: Stellingen over aanpak leefbaarheid en veiligheid in buurt. De gemeente (n=771) is bereikbaar voor meldingen/klachten (6,5) 45% 40% 16% reageert op meldingen en klachten (6,0) 30% 44% 25% heeft aandacht voor verbeteren l+v (5,9) 24% 52% 24% informeert over aanpak l+v (5,6) 23% 44% 33% doet wat ze zegt bij het verbeteren l+v (5,6) 16% 56% 28% betrekt de buurt bij aanpak l+v (5,6) 20% 44% 36% 0% 20% 40% 60% 80% 100% (zeer) mee eens neutraal (zeer) mee oneens De aanpak van de leefbaarheid en veiligheid in de buurten/dorpen door de gemeente scoort overall redelijk vergelijkbaar aan 2011. Tabel 4.8b: Beoordeling aanpak leefbaarheid en veiligheid naar woonkern* 2008 2009 2010 2011 2012 Oordeel over aanpak gemeente van L+V in de buurt 5,9 5,8 5,8 5,8 5,9 Stellingen: De gemeente is bereikbaar voor meldingen/klachten 6,7 6,3 6,4 6,4 6,5 reageert op meldingen en klachten 6,0 6,3 5,7 5,9 6,0 heeft aandacht voor verbeteren l+v 6,0 5,8 5,9 5,9 5,9 informeert over aanpak l+v 5,6 5,7 5,6 5,7 5,6 doet wat ze zegt bij het verbeteren l+v 5,7 5,4 5,5 5,6 5,6 betrekt de buurt bij aanpak l+v 6,6 5,4 5,5 5,4 5,6 N=771, Kleuren: d.blauw: > 7; m.blauw: 5,5 7; l.blauw: < 5,5 23

Tabel 4.9a: Contact met politie in afgelopen jaar 6 2011 2012 4.9 Politie Een kwart van de respondenten geeft aan in het afgelopen jaar contact te hebben gehad met de politie. Het contact was meestal telefonisch. Ja, politie gebeld 13% 13% Ja, bezoek politiebalie 2% 1% Ja, wijkagent gesproken 4% 5% Ja, digitaal aangifte 4% 6% Nee 77% 75% N=771 100% 100% Van de mensen die contact hebben gehad met de politie is 57% hier tevreden over en 43% is ontevreden. De contacten met de wijkagent verlopen het meest naar tevredenheid, de digitale aangifte relatief wat minder. Tabel 4.9b: % mensen die contact hebben gehad met de politie dat tevreden 2011 2012 Totaal van alle contacten 53% 57% Politie gebeld 54% 58% Wijkagent gesproken 51% 62% Digitaal aangifte 35% 49% N=190 Rapportcijfer politie inzet in het algemeen De respondenten is gevraagd om de inzet van de politie in het algemeen te waarderen. De inzet wordt net als in 2011 beoordeeld met het rapportcijfer 6,2. Van de respondenten geeft ruim de helft een zes of lager, bijna de helft een 7 of hoger. Tabel 4.9c: Rapportcijfer inzet politie 2011 2012 Gemiddeld 6,2 6,2 5 of lager 23% 23% 6 30% 29% 7 34% 35% 8 12% 10% 9 of hoger 2% 2% N=771 100% 100% Het rapportcijfer voor de inzet van de politie is vergelijkbaar met voorgaande jaren. Tabel 4.9d: Rapportcijfer inzet politie 2008 2009 2010 2011 2012 Man Vrouw 18-34 35-49 50-64 65+ Lagere opl. Middelb. opl. Hogere opl. Rapportcijfer inzet politie 6,0 6,1 6,3 6,2 6,2 6,1 6,3 6,1 6,1 6,3 6,2 6,2 6,2 6,1 N=771 6 bij meerdere contacten in het afgelopen jaar is gevraagd naar het laatste contact 24

BELEIDSREACTIE Inzameling huisvuil In Moerdijk worden veel stromen huishoudelijk afval ingezameld. Burgers hebben veel mogelijkheden om hun afval af te (laten) voeren. Deze voorziening wordt positief beoordeeld. Voorzieningen Alle kindercentra hebben te maken met een terugloop van kinderen op de groepen omdat het Rijk bezuinigd op de tegemoetkoming in de kosten voor ouders. Dat heeft als gevolg dat enkele bso's zijn gesloten, ook zijn de bezuinigingsmaatregelen voelbaar op de kinderdagverblijven. Daarnaast is er een gemeentelijke bezuiniging op het peuterspeelzaalwerk, alle zalen worden omgevormd tot peuteropvang of voorschoolgroep. Dit traject is in 2012 ingezet en leidde tot onrust onder ouders met kinderen op de zalen waar de veranderingen plaatsvonden. Dit is een mogelijke verklaring voor de daling van de tevredenheid over kinderopvang (peuterspeelzaal/bso) van 7,1 naar 6,8. Voorzieningen voor kinderen en vooral voor jongeren blijven laag scoren. Aan de kwaliteit en spreiding van voorzieningen wordt continu aandacht besteed met onder andere het speelruimtebeleid als grondlegger. De acties worden bepaald naar aanleiding van de vraag; dat wil zeggen het aantal kinderen met een bepaalde leeftijdscategorie dat in de (directe) omgeving woont. Met name voor jongeren is het onhaalbaar aan het voorzieningenniveau van een stad te voldoen. De inschatting is dan ook dat de mate van tevredenheid laag zal blijven, ondanks het voldoende aanbod voor deze gemeente. Prettig wonen (sociale cohesie) Tweederde ervaart de buurt als prettig om te wonen en waar mensen goed met elkaar omgaan. Elkaar aardig goed kennen en saamhorigheid ervaren scoort een stuk lager. Deze aspecten zijn van belang bij opstellen van de paraplunota maatschappij, onder andere naar aanleiding van de overheveling van rijkstaken naar de gemeente, waarbij een groter beroep wordt gedaan op de lokale samenleving en versterking van de sociale structuur benodigd is. Buurtparticipatie Heel positief is dat het overgrote deel van de inwoners zich mede verantwoordelijk voelt voor de leefbaarheid in de buurt. Dit vertaalt zich echter nog niet genoeg in concrete zin, door actief te zijn in het verenigingsleven of het verbeteren van de buurt. Stimulering van het omzetten van het mede verantwoordelijkheidsgevoel naar concrete activiteiten is een aandachtspunt bij de ontwikkeling van de gebiedsplannen en bij opstellen van de paraplunota maatschappij.(zie ook 4.3). Buurt goed schoongehouden Straatreiniging vindt plaats op basis van beeldkwaliteit. Voor de woonomgeving heeft de raad een standaard kwaliteitsniveau vastgesteld. Met schouwen, waaronder burgerschouwen, wordt deze standaard gecontroleerd. Het resultaat van de jongeren- en burgerschouw 2012 geeft gemiddeld een zelfde beeld, met uitschieters naar boven (Willemstad 8,4 en) en naar beneden (Heijningen 5,1). 25