JAARVERSLAG PENSIOENFONDS PGB



Vergelijkbare documenten
Pensioenactualiteiten en ontwikkelingen bij PGB

Informatiebijeenkomst Pensioenfonds KPN Pensioengerechtigden. Oktober 2013

VERLAGING PENSIOENEN NIET NODIG

Een overzicht van de kerncijfers vindt u op <pagina 8 en 9> van het volledige jaarverslag.

Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016

2013 verkort in beeld. Ontwikkelingen. Pensioenen Beleggingen Organogram

Wet versterking bestuur pensioenfondsen

PGB actueel door Arnold Verplancke

Bestuur. Deelnemers: 2 Pensioengerechtigden:3 Werkgevers 2. Verantwoording en medezeggenschap

KWARTAALBERICHT PENSIOENFONDS PGB

JAARVERSLAG 2012 PENSIOENFONDS VOOR DE GRAFISCHE BEDRIJVEN

Beschrijving Pension Fund Governance Stichting Bedrijfspensioenfonds voor het Bakkersbedrijf

Informatiebijeenkomst Pensioenen: actueler dan ooit. Oktober 2013

stichting pensioenfonds wonen

Het jaarverslag 2012 in vogelvlucht

Terugblik 2011 in cijfers

Krimp grafimedia en groei PGB

Pensioenfonds Robeco. Populair Jaarverslag 2014

Pensioenactualiteiten en strategische keuzes bij PGB

Deelnemersbijeenkomst

Brochure. Pensioenfonds DSM Nederland

2009: een actief jaar met interessante ontwikkelingen

Functieprofiel lid bestuur met portefeuille vermogensbeheer en risicomanagement van Stichting Notarieel Pensioenfonds

VERKORT JAARVERSLAG 2017

Stichting Pensioenfonds NEG Nederland Huishoudelijk Reglement

TRANSPARANTIEDOCUMENT

Stichting Pensioenfonds SMIT. Bestuursreglement V120620

FUNCTIEPROFIEL VOOR: BESTUURSLID NAMENS DEELNEMERS EN LID GOVERNANCECOMMISSIE STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 22 MEI 2015

Najaarsbijeenkomst Vereniging Senioren ING Regio Rotterdam/Zeeland

Stichting Voorzieningsfonds Getronics 5 februari Stand van zaken SVG. 1 van 20

Nieuws. Gezond maar alert. Pensioenfonds IN DIT NUMMER: Verkort jaarverslag. De financiële situatie van het pensioenfonds verbeterde in 2017.

2010: jaar van herstel

PROFIELSCHETS. Philips Pensioenfonds NIET UITVOEREND BESTUURDER 1/5. Stichting Philips Pensioenfonds

Functieprofielen Algemeen Bestuur Stichting Pensioenfonds ING. Algemeen functieprofiel Bestuur Stichting Pensioenfonds ING

Veel veranderingen in druk pensioenjaar 2015

PROFIELSCHETS LID VERANTWOORDINGSORGAAN Vastgesteld 28 maart 2019.

Verkort jaarverslag 2013

Strengere regels voor pensioenfondsen

Reglement bestuur Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot

Taakopdracht, bevoegdheden en samenstelling commissies. van het Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf

FUNCTIEPROFIEL VOOR: BESTUURSLID NAMENS DEELNEMERS STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 8 DECEMBER 2016

Stichting Norit Pensioenfonds

Verkort jaarverslag PHI 2010

delta lloyd pensioenfonds Over het jaar 2012

HERSTEL DEKKINGSGRAAD IN DERDE KWARTAAL

Pensioenfonds DSM Nederland. Versie

Stichting Pensioenfonds Hoogovens (SPH) Update voor ledenvergadering VHP Tata Steel

Goed jaar Metro Pensioenfonds, toch geen verhoging pensioenen

Profiel voor (kandidaat)leden van het Verantwoordingsorgaan PMT

JAARVERSLAG 2011 STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DE GRAFISCHE BEDRIJVEN

Reservetekort weggewerkt, pensioenen verhoogd

Verkort jaarverslag PHI 2011

Jaarbericht Financiële positie Pensioenfonds Forbo in cijfers 5. Wijzigingen in de pensioenregeling 7

FUNCTIEPROFIEL VOOR: BESTUURSLID NAMENS PENSIOENGERECHTIGDEN STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 8 SEPTEMBER 2016

PROFIELSCHETS LEDEN VERANTWOORDINGSORGAAN (2014) 1. HET PENSIOENFONDS TNO EN ZIJN BESTUUR

VERKORT JAARVERSLAG 2016

Bijzondere Deelnemersvergadering 24 april 2014

2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG

voor de beleggingscommissie van Stichting Pensioenfonds voor Verloskundigen (hierna: SPV).

WAT SPEELT ER ROND UW PENSIOEN BIJ SPUN?

Geef pensioen de aandacht die het verdient. Jaarbericht Stichting Pensioenfonds

Competentievisie verantwoordingsorgaan. Juli 2014

Persbericht. Kwartaalbericht: vierde kwartaal 2011

Profielschets voor lid verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds DuPont Nederland

Stichting Voorzieningsfonds Getronics 11 februari Stand van zaken SVG. 1 van 19

Verkort jaarverslag

Stichting IKEA Pensioenfonds. Reglement Verantwoordingsorgaan

Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot

De pensioenleeftijd zal omhoog gaan

Profielschets lid Raad van Toezicht. 20 mei 2019

W erkboek PREVIEW. Op weg naar een. nieuw bestuursmodel. P e r s o o n l i j k. en interactief

Welkom namens. Stichting Pensioenfonds van de KAS BANK. AMSTERDAM, 26 juni 2014

Datum Briefnummer Behandeld door Doorkiesnummer N.W. Dijkhuizen 630

Transparantiedocument organisatie van Stichting Pensioenfonds Wonen

Profielschets lid Raad van Toezicht. 6 maart 2018

Stichting Pensioenfonds. voor. Verloskundigen

KWARTAALBERICHT PENSIOENFONDS PGB

POPULAIR JAARVERSLAG 2013

Stichting Pensioenfonds SABIC Innovative Plastics. Verkort Jaarverslag 2009

Informatiebijeenkomst

SPNG. veranderingen. was voor. een jaar van grote. Verkort jaarverslag 2013 >

Reglement van het verantwoordingsorgaan

Reglement Verantwoordingsorgaan

Dit jaarbericht is een verkorte en eenvoudiger te lezen versie van het jaarverslag Met het jaarbericht willen we u de gelegenheid bieden om

Verslag Verantwoordingsorgaan 2016

De dekkingsgraad van het Pensioenfonds is bijna elke maand anders. Dat komt vooral door de rentestand en onze beleggingsopbrengsten.

1e kwartaal 2017 Den Haag, april 2017

Huishoudelijk reglement

HOOFDLIJNEN HERSTELPLAN PGB MAART 2009 PENSIOENFONDS VOOR DE GRAFISCHE BEDRIJVEN

Stichting Pensioenfonds Wolters Kluwer Nederland. Reglement intern toezicht. In werking

Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan

Deelnemersbijeenkomst Stichting Jan Huysman Wz fonds 27 September 2016

VERKLARING INZAKE BELEGGINGSBEGINSELEN STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR HET BEROEPSVERVOER OVER DE WEG

Verkort jaarverslag SBZ 2011

In de Pensioenwet is vastgelegd dat wanneer een pensioenfonds niet langer voldoet aan de gestelde eisen ten aanzien van:

Transparantiedocument organisatie van Bedrijfstakpensioenfonds voor de Banden- en Wielenbranche

Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland

Kwartaalbericht. 4e kwartaal 2014 Den Haag, 30 januari Samenvatting cijfers per 31 december 2014

In september 2016 werd het contract met Syntrus Achmea Pensioenbeheer opgezegd. In 2017 werd een nieuwe pensioenuitvoeringsorganisatie

Pensioeninformatiebijeenkomst over herstelplan 2009

Transcriptie:

JAARVERSLAG 2013 PENSIOENFONDS PGB

PENSIOENFONDS PGB

STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DE GRAFISCHE BEDRIJVEN JAARVERSLAG 2013 61e BOEKJAAR A.J. ERNSTSTRAAT 595-H 1082 LD AMSTERDAM 020 7532950 WWW.PENSIOENFONDSPGB.NL

PGB is in beweging. Van een pensioenfonds voor de grafische sector veranderen we in een multi-sectoraal pensioenfonds. We hebben er voor gekozen om ons open te stellen en zo het solidaire collectief uit te breiden. Om samen te zorgen voor een goed pensioen in de toekomst. Van onze oorsprong in 1929 tot het PGB van nu gaat het daarbij om betrokkenheid, solidariteit, verbondenheid en perspectief. Lees verder op pagina s 16-17, 26-27, 38-39, 50-51, 62-63, 74-75 en 88-89. Foto s: Patricia Wolf Fotografie

INHOUD Algemeen 5 Kerncijfers 6 Fondsorganen en hun samenstelling 9 Voorwoord Verslag van het bestuur 11 Hoofdlijnen 2013 13 Pension Fund Governance : over organisatie en besturing 21 Pensioenbeheer 21 Ontwikkeling pensioenregeling 22 Ontwikkeling in pensioenadministratie en werkgevers- en deelnemersbestand 25 Ontwikkeling communicatie 29 Financiële zaken 35 Balans- en vermogensbeheer 37 Beleggingsresultaten in 2013 41 Risicobeheer 43 Kosten pensioenfonds 45 Toekomstverkenning Jaarrekening 2013 49 Balans per 31 december 2013 52 Staat van baten en lasten over 2013 53 Kasstroomoverzicht over 2013 55 Toelichting behorende tot de jaarrekening 2013 Overige gegevens 95 Statutaire regeling omtrent de bestemming van het saldo van baten en lasten 96 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant 97 Verklaring van de actuaris 98 Verslag van het Verantwoordingsorgaan Bijlagen 101 Bijlage 1: Profiel 103 Bijlage 2: Nieuwe aansluitingen 104 Bijlage 3: Statuten- en reglementswijzigingen 105 Bijlage 4: Pensioencommunicatie in brochures, digitale nieuwsbrieven en magazines 106 Bijlage 5: Begrippenlijst 3

ALGEMEEN

ALGEMEEN KERNCIJFERS Aan het einde van respectievelijk over de jaren 2009 t/m 2013. Alle bedragen van de kerncijfers zijn afgerond op miljoenen euro s met uitzondering van de pensioenuitvoeringskosten per deelnemer. De percentages zijn berekend op basis van de niet-afgeronde bedragen. 2013 2012 2011 2010 2009 Aantal werkgevers Aangesloten werkgevers 2.131 2.221 2.186 2.361 2.485 Aantal verzekerden Premiebetalende verzekerden 41.408 41.024 35.697 37.920 38.578 Verzekerden met toerekening wegens arbeidsongeschiktheid 3.945 4.168 4.490 4.563 4.786 Premievrije verzekerden 124.076 122.803 105.359 111.026 153.442 Totaal 169.429 167.995 145.546 153.509 196.806 Aantal pensioenen Ingegane ouderdomspensioenen 37.610 34.256 28.979 26.871 24.582 Ingegane partnerpensioenen 16.607 15.757 13.826 13.625 12.902 Ingegane wezenpensioenen 668 716 608 620 564 Totaal 54.885 50.729 43.413 41.116 38.048 Pensioenuitvoering Premieloon (pensioengrondslag) 1.072 986 854 900 903 Premiebijdragen 251 202 167 167 188 Pensioenuitvoeringskosten 22 15 12 10 8 Reguliere kosten pensioenbeheer per deelnemer 135 136 126 118 116 Incidentele 1 kosten pensioenbeheer per deelnemer 82 19 Uitkeringen 451 407 374 383 305 Beleggingen Balanswaarde beleggingen 2 14.713 14.145 11.740 11.077 11.459 Totale waarde beleggingsportefeuille 14.544 14.093 11.440 10.962 9.291 Beleggingsopbrengst risico fonds 227 1.543 685 1.047 1.166 Beleggingsopbrengst risico deelnemers 2 2 1 1 1 Totaal rendement in % 1,7 13,0 6,6 10,7 14,5 Z-score 0,31 0,05 0,19 0,35 0,90 Performancetoets 2,08 1,49 1,51 1,51 1,66 Kosten vermogensbeheer in % gemiddeld belegd vermogen 0,35 0,40 n.b. n.b. n.b. Vermogenssituatie en solvabiliteit Voorziening pensioenverplichtingen 13.695 13.646 11.500 10.128 8.491 Vereist eigen vermogen 2.092 1.967 1.700 1.840 1.339 Vereiste reserve 15.787 15.613 13.200 11.968 9.830 Aanwezig pensioenvermogen 14.350 13.717 11.431 10.945 9.322 Vrije reserve (+)/reservetekort (-) 1.437 1.896 1.769 1.023 508 Minimaal vereist eigen vermogen 561 559 552 471 395 Aanvulllend vereist eigen vermogen 1.531 1.408 1.148 1.369 944 Eigen vermogen 655 71 69 817 831 Marktrente in % 2,73 2,42 2,74 3,47 3,88 Aanwezige dekkingsgraad FTK in % 104,8 100,5 99,4 108,1 109,8 Vereiste dekkingsgraad FTK in % 115,3 114,4 114,8 117,8 115,8 Verhoging ingegane pensioenen en aanspraken per 1 januari in % Toeslag 1 De incidentele kosten bij de uitvoeringsorganisatie namen met 6,0 miljoen toe. De aanstaande wijzigingen in wet- en regelgeving vragen om grootscheepse aanpassingen in processen en systemen. 2 De lopende interest op vastrentende waarden, derivaten en deposito s en de overige vorderingen en schulden inzake beleggingstransacties zijn met ingang van het verslagjaar 2013 onder de beleggingsportefeuille gepresenteerd. De vergelijkende cijfers over 2012 zijn aangepast. De vergelijkende cijfers over eerdere verslagjaren zijn niet aangepast. 5

ALGEMEEN FONDSORGANEN EN HUN SAMENSTELLING Bestuur Statutair bestaat het bestuur uit maximaal tien leden (vijf namens de werkgeversorganisatie en eveneens vijf namens de werknemersorganisaties). Bestuurders worden voor vier jaar benoemd. Het bestuur bestaat momenteel uit negen leden. Werkgevers- en werknemersorganisaties dragen kandidaatbestuursleden voor. Het bestuur beoordeelt de voordracht op basis van de functieprofielen. Het bestuur wordt ondersteund door een bestuursbureau. Directeur is mr. I.J. van Vliet. Het bestuur wordt op het gebied van balansmanagement ondersteund door twee vaste externe adviseurs te weten drs. M.J.M. Jochems en drs. J.L.M.J. Klijnen. De bestuursvergaderingen worden voorgezeten door een uit het bestuur gekozen voorzitter; tevens kiest het bestuur een plaatsvervangend voorzitter. Het bestuur werkt volgens een model waarbij de leden gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor de besturing van PGB. Ieder bestuurslid is daarnaast portefeuille houder met een eigen aandachtsgebied en een tweede aandachtsgebied om de continuïteit en de kwaliteit van de besluitvorming te waarborgen. Het bestuur vergadert in beginsel eens in de 14 dagen. Het bestuur kwam in 2013 29 keer bijeen. Het gemiddelde aanwezigheidspercentage van bestuursleden bedroeg bijna 90 procent. De samenstelling van het bestuur is ultimo 2013 als volgt: Bestuurder Functie Portefeuille Aanwijzende Aftreden volgens organisatie* rooster drs. L. Coenradie RA lid 1e: financiële en actuariële zaken KVGO ultimo 2016 2e: pensioeninhoudelijke zaken drs. R. Degenhardt voorzitter 1e: bestuurlijke zaken/voorzitterschap KVGO ultimo 2014 2e: uitbesteding H.A. Elzerman lid 1e: communicatie NVJ ultimo 2015 2e: relatiebeheer/medezeggenschap F. de Haan plv. voorzitter 1e: pensioeninhoudelijke zaken FNV KIEM ultimo 2014 2e: bestuurlijke zaken/voorzitterschap drs. R.W.J. Heerkens lid 1e: balansmanagement FNV KIEM april 2015 2e: risicomanagement mr. M.M. Jansen lid 1e: juridische zaken/compliance KVGO april 2015 2e: financiële en actuariële zaken mw. drs. H. Kapteijn RA lid 1e: risicomanagement KVGO mei 2016 2e: balansmanagement mw. mr. N. Poelgeest lid 1e: uitbesteding CNV Media ultimo 2014 2e: juridische zaken/compliance drs. A.M. Verplancke lid 1e: relatiebeheer/medezeggenschap FNV KIEM juli 2014 2e: communicatie Vacature lid KVGO * werkgeversorganisatie: Koninklijk Verbond van Grafische Ondernemingen (KVGO); werknemersorganisaties: FNV Kunsten Informatie en Media (FNV KIEM), CNV Media, Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ). 6

ALGEMEEN Deelnemersraad (DR) De raad bestaat uit tien leden. De deelnemers en pensioengerechtigden zijn in de raad evenredig op basis van onderlinge getalsverhoudingen vertegenwoordigd. De leden worden volgens een rooster van aftreden voor vier jaar aangewezen en zijn telkens nadien terstond herbenoembaar. Ultimo 2013 waren er in de deelnemersraad twee vacatures. Tijdens het verslagjaar trad de heer Dubbeling af, die tevens voorzitter was. Wij danken de heer Dubbeling voor de wijze waarop hij zijn functie binnen de deelnemersraad vervuld heeft. De raad oefent de wettelijk aan hem toegekende bevoegd - heden uit als medezeggenschapsorgaan. Zo heeft de deel - nemersraad een advies-, beroeps- en informatierecht. Deze bevoegdheden zijn vastgelegd in een afzonderlijk reglement. Jaarlijks worden er ten minste drie reguliere vergaderingen van de raad gehouden, waarvoor ook het bestuur wordt uitgenodigd. De deelnemersraad kwam in het verslagjaar totaal twaalf maal bijeen. Twee bijeenkomsten waren gewijd aan opleiding. Verantwoordingsorgaan (VO) Het verantwoordingsorgaan telt achttien leden en kent een tripartiete verdeling: 1/3 actieve deelnemers, 1/3 pensioen - gerechtigden en 1/3 werkgevers. De leden worden volgens een rooster van aftreden voor vier jaar aangewezen en zijn telkens nadien terstond herbenoembaar. Ultimo 2013 waren er in het verantwoordingsorgaan drie vacatures. Tijdens het verslagjaar traden mevrouw Kamp en de heer Dubbeling terug. Wij danken de teruggetrokken leden voor de wijze waarop zij hun functie hebben vervuld. Dit college heeft als taak een algemeen oordeel te geven over het handelen van het bestuur, het door het bestuur uitgevoerde beleid en de beleidskeuzes voor de toekomst. Daartoe heeft het verantwoordingsorgaan een recht op informatie en overleg, een adviesrecht en enquêterecht. Jaarlijks worden er ten minste drie reguliere vergaderingen van het verantwoordingsorgaan gehouden, waarvoor ook het bestuur wordt uitgenodigd. Het verantwoordingsorgaan kwam in het verslagjaar in totaal acht keer bijeen. Twee bijeenkomsten waren gewijd aan opleiding. De samenstelling van de deelnemersraad is ultimo 2013 als volgt: Bestuurder Functie Groep Aanwijzende organisatie * Aftreden volgens rooster I.J. Akkerman lid werknemer FNV KIEM april 2015 drs. J.H.M. Brader plv voorzitter gepensioneerd CNV Media medio 2014 M. van den Brink lid gepensioneerd CSO maart 2014 F.P.M. Haselaar lid gepensioneerd FNV KIEM ultimo 2015 C.A.M. Hoendervangers lid werknemer FNV KIEM april 2015 H. Jansen voorzitter gepensioneerd FNV KIEM april 2015 W.J. Monsieurs lid werknemer NVJ april 2015 P. Verhorst lid werknemer CNV Media ultimo 2014 Vacature werknemer Unie Vacature werknemer FNV KIEM * FNV Kunsten Informatie en Media (FNV KIEM), CNV Media, Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ), Unie, vakbond voor industrie en dienstverlening (Unie). Ouderenorganisatie: Coördinatieorgaan voor Samenwerkende Ouderenorganisaties (CSO). De samenstelling van het verantwoordingsorgaan is ultimo 2013 als volgt: Bestuurder Functie Groep Aanwijzende organisatie Aftreden volgens rooster I.J. Akkerman voorzitter werknemer FNV KIEM april 2015 A.F.A.H. Bergmans lid gepensioneerd FNV KIEM juli 2016 drs. J.H.M. Brader lid gepensioneerd CNV Media medio 2014 R. de Bree lid werkgever KVGO april 2015 M. van den Brink lid gepensioneerd CSO maart 2014 drs. L. Dijkema plv voorzitter werkgever KVGO ultimo 2015 A. Emmink lid werkgever KVGO ultimo 2015 F.P.M. Haselaar lid gepensioneerd FNV KIEM ultimo 2015 B. Hoekstra lid werkgever KVGO april 2015 C.A.M. Hoendervangers lid werknemer FNV KIEM april 2015 H. Jansen lid gepensioneerd FNV KIEM april 2015 K.J.M. Langen lid gepensioneerd FNV KIEM juli 2016 W.J. Monsieurs lid werknemer NVJ april 2015 P. Verhorst lid werknemer CNV Media ultimo 2014 R. Warnar lid werkgever KVGO ultimo 2014 Vacature werknemer Unie Vacature werknemer FNV KIEM Vacature werkgever KVGO 7

ALGEMEEN Klachtencommissie PGB kent een klachtencommissie bestaande uit twee bestuursleden, waarvan één van werkgeverszijde en één van werknemerszijde. Deze commissie neemt besluiten over schriftelijke bezwaren van belanghebbenden tegen de wijze waarop de klantenbehandeling heeft plaatsgevonden. De bevoegdheden van de commissie en de procedure voor het indienen van een klacht zijn vastgelegd in een afzonderlijk reglement. De samenstelling van de klachtencommissie is ultimo 2013 als volgt: Naam Functie Aanwijzende organisatie mr. M.M. Jansen fungerend voorzitter KVGO in 2014 drs. A.M. Verplancke fungerend voorzitter FNV KIEM in 2013 Commissie van bezwaar PGB kent een onafhankelijke commissie van bezwaar. Belanghebbenden die het niet eens zijn met een beslissing van het bestuur over de toepassing van de pensioenregeling kunnen zich tot die commissie wenden. De bevoegdheden van de commissie en de procedure voor het indienen van een bezwaar zijn geregeld in een afzonderlijk reglement. De samenstelling van de commissie van bezwaar is ultimo 2013 als volgt: Naam Functie Aanwijzende organisatie R.E. van Kesteren fungerend voorzitter CNV Media in 2013 J. Spaargaren lid FNV KIEM T. van Veen lid KVGO B. Wals fungerend voorzitter KVGO in 2014 Bezwaren kunnen worden ingediend bij het secretariaat van de commissie: Advocatenkantoor Kennedy Van der Laan mw. mr. S.J. Schijf Postbus 58188 1040 HD AMSTERDAM Adviescommissie Audit & Risk De commissie heeft een adviserende taak ten aanzien van de opzet en werking van het control framework en de externe financiële verslaggeving van PGB. Zij voert een integrale beoordeling uit van de beheersing van alle belangrijke risico s van het pensioenfonds en verzorgt de voorbereiding van de financiële verslaglegging van het fonds. Commissie Balansmanagement De commissie adviseert het bestuur bij het balansmanagement. Ze bereidt de besluitvorming voor over onder meer beleggingsen overlaystrategieën, actief en passief beheerde mandaten en het jaarlijkse beleggingsplan. In het verslagjaar heeft het bestuur de adviescommissie gemandateerd, om binnen de afgesproken bandbreedte van het strategisch beleggingsplan, ook beleggingsbesluiten te nemen voor zover het bestaande beleggingscategorieën en bestaande mandaten betreft. Adviescommissie Juridische Zaken en Compliance Het bestuur heeft in het verslagjaar een commissie voor Juridische Zaken en Compliance ingesteld. De commissie adviseert het bestuur bij de voorbereiding van juridische zaken en bewaakt of het beleid in overeenstemming is met de geldende wet- en regelgeving. Tot de taken behoren onder meer het beoordelen en actueel houden van juridische documentatie zoals de statuten, het pensioen-, uitvoerings - reglement en de overeenkomsten en contracten op het gebied van uitbesteding en vermogensbeheer. Tevens zorgt de commissie ervoor dat het bestuur werkt volgens een gedragscode en een integriteitsbeleid. De uitvoerings - organisatie monitort of de belangrijkste uitbestedingspartijen van PGB aan het beleid voldoen. Naast voornoemde drie (advies)commissies met een permanent karakter, kan het bestuur ook commissies met een tijdelijk karakter instellen. Ook voor die commissies geldt dat deze vooral adviserend zijn. Certificerend Actuaris R. Westhoff AAG van Towers Watson Netherlands Accountant W. Teeuwissen RA van KPMG Accountants N.V. Uitvoeringsorganisatie Het pensioenfonds PGB heeft het pensioenbeheer en balansmanagement uitbesteed aan Timeos bv. Timeos is per 1 oktober 2013 een bv geworden met PGB als enige aandeelhouder. Tot die datum was de uitvoeringsorganisatie van PGB een onafhankelijke stichting. Timeos is gevestigd te: Zwaansvliet 3 1081 AP Amsterdam Postbus 7855 1008 CA Amsterdam Telefoon: 020 7024000 Kantoor pensioenfonds PGB is gevestigd te: A.J. Ernststraat 595-H (kantoorgebouw De Gelder ) 1082 LD Amsterdam Telefoon: 020 7532950 Website: www.pensioenfondspgb.nl 8

ALGEMEEN VOORWOORD Het goede nieuws is dat PGB de pensioenen niet hoeft te korten. Niet in 2013 en niet in 2014. Onze dekkingsgraad is vorig jaar gestegen van 100,5 naar 104,8 procent. Daarmee zijn we boven het minimale niveau gekomen dat de wetgever van ons eist. Nu staat PGB voor de uitdaging voldoende buffers op te bouwen om eventuele nieuwe tegenslagen te kunnen opvangen en ook weer aan toeslagverlening te kunnen gaan denken. Dat we de pensioenen niet hoeven te verlagen is niet alleen goed nieuws voor onze pensioengerechtigden. Verlaging zou ook al onze actieve en gewezen deelnemers treffen. Dat vergeten mensen wel eens. De opgebouwde pensioen - aanspraken zouden in dezelfde mate worden verlaagd als de ingegane pensioenen. In 2014 staat PGB voor meerdere uitdagingen. Natuurlijk doorgaan met een verantwoord financieel beleid om het vermogen (ruim 14 miljard euro) als een goed huisvader (m/v) te beheren. Grote risico s vermijden, maar wel kansen op extra rendement benutten. Tegelijkertijd is er veel gaande in de pensioensector. Evenals alle fondsen moet PGB vóór 1 juli 2014 zijn bestuursstructuur hebben aangepast aan de nieuwe Wet Versterking Bestuur Pensioenfondsen. Dat betekent onder meer vertegenwoor - digers van gepensioneerden in het bestuur, stroomlijning van de medezeggenschap en de installatie van een Raad van Toezicht. PGB kan voortborduren op de professionele bestuurlijke basis die er al ligt. Daar waar nodig zijn in het verslagjaar, na overleg met sociale partners, sectorcommissies, de vereniging van gepensioneerden en fondsorganen, voorbereidingen getroffen om de structuur tijdig in lijn te brengen met de wetgeving. We liggen wat dat betreft goed op koers. Ook moeten we ons voorbereiden op vernieuwing van alle pensioencontracten, samen met sociale partners en aan - gesloten bedrijven. Een nieuwe wet, waarvan de inhoud helaas nog niet bekend is, zal dat gaan afdwingen. Via een nieuw Financieel Toetsingskader gaat de wetgever strengere regels stellen. PGB heeft daarvoor inmiddels een blauwdruk klaar liggen. Het wachten is nu op de overheid. Diezelfde overheid is bezig via fiscale regels de opbouw van de pensioenen te verlagen en de pensioencommunicatie op een andere leest te schoeien. Bovendien heeft de staatssecretaris aangekondigd daarna een (nog) fundamentelere discussie te willen beginnen over het hele Nederlandse pensioenstelsel. Onze opdrachtgevers kunnen erop rekenen dat we op al die ontwikkelingen vakkundig en proactief blijven inspelen. In het belang van de pensioenperspectieven van onze deelnemers, pensioengerechtigden en hun (gewezen) partners. En dat wij al onze belanghebbenden daarvan op de hoogte houden. Ruud Degenhardt bestuursvoorzitter 9

VERSLAG VAN HET BESTUUR

VERSLAG VAN HET BESTUUR HOOFDLIJNEN 2013 De risicometer, die de kans op verlaging van de pensioenen weergeeft, stond het hele jaar diep in het rood. Omdat het einde van het kortetermijnherstelplan op 31 december 2013 lag en de dekkingsgraad maar langzaam herstelde, moest pensioenfonds PGB eind september nog een verlagingskans van 50 procent naar zijn deelnemers communiceren. Licht herstel van de economie lijkt zich, na jaren van krimp, aan te dienen. De dekkingsgraad (die de verhouding weergeeft tussen wat het fonds werkelijk aan pensioenvermogen heeft en wat het volgens de huidige rekenregels zou moeten hebben) steeg uiteindelijk in het verslagjaar van 100,5 naar 104,8 procent. Het was voldoende om de pensioenen van onze deelnemers volledig te kunnen blijven uitkeren. Het was helaas niet voldoende om de pensioenen ook te kunnen compenseren voor de stijging van de prijzen in 2013. Financiële positie en ontwikkeling pensioen Het beeld van de conjunctuur is in de loop van het jaar niet fundamenteel gewijzigd. De Europese en Amerikaanse economie lijken er wat florissanter bij te liggen, maar de gevaren en risico s zijn de wereld niet uit. De euroschulden - crisis, Amerikaanse begrotingsproblematiek en lokale schulden - groei in China en andere opkomende landen hebben een grote invloed op wereldwijde economische groei en inflatie. In dit economisch klimaat heeft PGB in 2013 op zijn beleggings - portefeuille een bescheiden rendement gemaakt van 1,7 procent (inclusief het effect van de afdekkings instrumenten). Het pensioenvermogen steeg door de beleggingsresultaten en nieuwe aansluitingen van 13,7 miljard naar 14,4 miljard euro. De verplichtingen stegen van 13,6 miljard naar 13,7 miljard euro. Het fonds hoefde minder te reserveren voor toekomstige uitkeringen omdat de rente, op basis waarvan de verplich - tingen worden vastgesteld, steeg. De gewogen gemiddelde rente liep geleidelijk op van 2,4 procent eind 2012 naar 2,7 procent eind 2013. Herstelplan Sinds 2008 had PGB, net zoals veel andere pensioenfondsen, een financieel tekort. Als gevolg van de kredietcrisis zakte de dekkingsgraad onder het wettelijk vereiste niveau van circa 104 procent. In een herstelplan was aangegeven met welke maatregelen het fonds weer op het vereiste niveau wilde komen. Het kortetermijnherstelplan liep eind 2013 af. De dekkingsgraad van 104,8 procent lag toen boven het minimum vereiste niveau van 104,1 procent. PGB hoefde de opgebouwde en ingegane pensioenen van deelnemers en pensioengerechtigden daarom niet te verlagen. Het fonds komt met ingang van 2014 in een volgende herstelfase terecht, namelijk die van het langetermijnherstelplan. Daarin is aangegeven hoe het fonds met de genomen herstelmaat - regelen binnen 10 jaar minimaal het niveau van het Vereist Eigen Vermogen (ongeveer 115 procent) denkt te bereiken. Geen toeslag Op grond van de financiële situatie van het fonds besloot het bestuur de pensioenen niet te verhogen. Zolang het fonds niet uit herstel is, blijft toeslagverlening achterwege. Per 1 januari 2013 en per 1 januari 2014 zijn de pensioenuitkeringen en de opgebouwde aanspraken dus niet geïndexeerd. Besturing In het verslagjaar is de Wet versterking bestuur pensioen - fondsen van kracht geworden. De wet beoogt de deskundig - heid van het bestuur en het interne toezicht te versterken en de taken en bevoegdheden van bestaande fondsorganen te stroomlijnen. PGB had zijn werkwijze in 2010 al geprofessio - naliseerd en kon daardoor voortborduren op de basis die er lag. Het bestuur nam, na overleg met belanghebbende organisaties, het besluit om het paritaire model te handhaven. Namens pensioengerechtigden zitten straks twee vertegen - woordigers in het bestuur. Verder zal er een Raad van Toezicht worden geïnstalleerd en gaan de Deelnemersraad en het Verantwoordingsorgaan op in een Verantwoordingsorgaan nieuwe stijl. PGB zal het besturingsmodel voor de wettelijke datum van 1 juli 2014 hebben aangepast. Bedrijfsvoering Als richtsnoer voor het strategisch beleggingsbeleid gelden zowel koopkrachtbehoud als het beperken van eventuele kortingen. Het bestuur streeft ernaar de koopkracht van de pensioenen over 15 jaar gemeten, bij een normale ontwikkeling van de financiële markten, minimaal te laten uitkomen op 90 procent van een volledig geïndexeerd pensioen. Voor deze langetermijnambitie moet het pensioen - fonds beleggingsrisico nemen. De kans op het korten van pensioenen was echter groter dan bedoeld (1,5 procent over een periode van drie jaar) doordat de crisis langer duurde en de economische ontwikkelingen achterbleven bij de verwachtingen. De koopkrachtmeter laat de verwachte koopkracht zien. (zie volgende pagina) Ontwikkeling beleggingsbeleid en risicomanagement Om een redelijke koopkracht op lange termijn te kunnen realiseren, heeft het bestuur in het verslagjaar het (defensieve) beleggingsprofiel gehandhaafd. Ook het beleid om 55 procent van het renterisico af te dekken in plaats van 60 procent, is voortgezet. Het valutarisico werd vrijwel volledig met derivaten afgedekt. Het fonds belegt een deel van het vermogen in nieteuro valuta. Omdat de uitkeringen in euro s worden uitbetaald, loopt het fonds valutarisico. Ontwikkeling pensioenregeling en premie In de pensioenregelingen die PGB uitvoert, zijn vanaf 1 januari 2013 de pensioenrichtleeftijd en de standaardingangsdatum (ook wel pensioendatum genoemd) veranderd. De pensioen - 11

VERSLAG VAN HET BESTUUR KOOPKRACHTMETER Verwachte koopkracht ontwikkeling (eind 2013) Bij een gelijkmatige ontwikkeling van de economie en op basis van het huidige financiële beleid kunnen de pensioenen bij PGB de komende 15 jaar onge veer 94,7 procent van hun koopkracht behouden. Deze berekening is gebaseerd op de dekkingsgraad van 31 december 2013. Een jaar eerder lag de verwachte koopkracht nog op circa 90 procent. De koopkrachtverwachting is verbeterd door de hogere premie die wordt gevraagd, de verschuiving van de pensioenrichtleeftijd van 65 jaar naar 67 voor de opbouw vanaf 2013 en de hogere dekkingsgraad. Als de prijzen gemiddeld de komende 15 jaar met 2 procent stijgen, waar in de actuariële verkenningen vanuit wordt gegaan, verleent het fonds gemiddeld ongeveer 1,6 procent per jaar aan toeslag. Per jaar daalt de koopkracht in deze verwachting dus met 0,4 procent. De eerste jaren zal volgens de berekeningen geen of minder toeslag worden verleend. Daarna kan naar verwachting weer meer dan het verwachte gemiddelde aan toeslag worden verleend. Risico van korting PGB hanteert voor kwantificering van het risico op korten een risicometer. Die geeft de kans weer dat de pensioenen bij PGB moeten worden verlaagd. Als het pensioenfonds in 2014 onder het wettelijk vereiste minimum van circa 104% uitkomt, hoeft het niet opnieuw een kortetermijnherstelplan in te dienen. De overheid wil de herziening van de pensioenregeling afwachten. De kans op een verlaging van de pensioenen na 2014 is verder ook afhankelijk van de ambitie voor wat betreft toeslagverlening die sociale partners met elkaar afspreken. De risicometer wordt daarom tijdelijk niet gebruikt. richtleeftijd is de leeftijd die wordt aangehouden in de berekening van de jaarlijkse pensioenopbouw. Die is voor de nieuwe opbouw verschoven van 65 jaar naar 67 jaar. De standaardingangsdatum van het PGB-pensioen schuift voortaan mee met de AOW-leeftijd. PGB heeft de premie voor de basispensioenregeling moeten verhogen van 17,5 procent in 2012 naar 19,5 procent in 2013. De premie bleek niet meer kostendekkend als gevolg van de gestegen levensverwachting en de lage rentestand. Pensioenfondsen krijgen vanaf 2015 te maken met een herziening van het pensioencontract. Hoe dat er precies uit komt te zien, is nog niet duidelijk. Het kabinetsvoorstel dat eind 2013 voor behandeling naar de Tweede Kamer zou worden verstuurd, is vertraagd. PGB trof in het verslagjaar voorbereidingen door sociale partners en opdrachtgevers via een pensioeninformatiebijeenkomst bij te praten, door deel - nemers op de hoogte te houden, door het uitvoeren van een onderzoek naar risicobereidheid en door het opstellen van een transitieplan. Met het invullen van het pensioencontract wordt gewacht tot de contouren van het wetsvoorstel duidelijk zijn. Ontwikkeling deelnemerskring In 2013 brachten meerdere bedrijven en ondernemings - pensioenfondsen hun pensioen bij PGB onder. Ten opzichte van eind 2012 steeg het totaal aantal deelnemers en pensioenontvangers met 4,5 procent van 95.921 naar 100.238. Door nieuwe aansluitingen zal het fonds met ingang van 2014 een verdere beheerste groei laten zien. 12

VERSLAG VAN HET BESTUUR PENSION FUND GOVERNANCE OVER ORGANISATIE EN BESTURING Het bestuur is verantwoordelijk voor de uitvoering van de pensioenregelingen die sociale partners en andere opdrachtgevers bij PGB hebben ondergebracht en voor de evenwichtige belangenbehartiging van (gewezen) deelnemers, pensioengerechtigden en werkgevers. Tegelijk is het bestuur ervoor verantwoordelijk dat de financiële doelstellingen worden gehaald en dat het belegde vermogen goed wordt beheerd. Bestuurders moeten professioneel zijn en handelen volgens de in de Pensioenwet vastgelegde principes van goed pensioenfondsbestuur (Pension Fund Governance). De principes voor bestuurlijk handelen, intern toezicht en verantwoording worden in 2014 vervangen door de normen uit de Code Pensioenfondsen. Voor verslagjaar 2013 zijn de principes van goed pensioenfondsbestuur als uitgangspunt gebruikt. Over de besturing van het pensioenfonds Het pensioenfonds wordt bestuurd als een financiële instelling met een maatschappelijk doel. De bestuursleden zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor het fonds, maar ieder bestuurslid is ook portefeuillehouder met een eigen aandachtsgebied en een tweede aandachtsgebied om de continuïteit en de kwaliteit van de besluitvorming te waar - borgen. De bestuursleden en hun aandachtsgebieden zijn opgenomen in het hoofdstuk samenstelling fondsorganen. De werklast voor bestuurders komt uit op anderhalf tot drie dagen per week, afhankelijk van de zwaarte van de portefeuille. Voor de werving, selectie en beoordeling van bestuurders zijn functieprofielen opgesteld. Bestuurders worden voor vier jaar benoemd. De organisatie van het pensioenfonds en de besturing worden in schema 1 weergegeven. Sectorcommissies PGB biedt sectoren waarvoor het fonds de pensioenregeling verzorgt, de mogelijkheid tot het instellen van sectorcommissies. Ze zijn een platform voor overleg over de ontwikkeling en inhoud van de pensioenregeling in de betreffende sector en voor informatie-uitwisseling met het bestuur van PGB. De commissie kan bestaan uit vertegenwoordigers van werkgevers- en werknemersorganisaties of uit een delegatie van opdrachtgevers. De commissie vergadert twee tot vier keer per jaar waarvan minimaal twee keer met het bestuur. Het fonds faciliteert vergaderingen van de sectorcommissie en overlegvergaderingen met het bestuur. Het gaat thans om sectorcommissies in de grafimedia, voor het kartonnage- en flexibele verpakkingenbedrijf, de verf- en drukinktindustrie en het uitgeverijbedrijf. Evaluatie bestuurlijk functioneren Het bestuur beschikt over een deskundigheidsplan waarin is Schema 1: Besturing pensioenfonds in verslagjaar Toelichting positie: het bestuur, dat wordt ondersteund door het bestuurs - bureau en adviseurs, overlegt met de Visitatiecommissie (intern toezicht), de Deelnemersraad (medezeggenschap), het Verantwoordingsorgaan (verant - woording) en de uitvoeringsorganisatie. Het bestuur heeft verschillende adviescommissies ingesteld die het bestuur op de toegewezen terreinen adviseren, het beleid voorbereiden en de uitvoering volgen. De uitvoerings - organisatie werkt onder verantwoordelijkheid van het pensioenfonds. Ze registreert de gegevens van werkgevers en deelnemers, int en belegt de premie, keert de pensioenen uit en draagt er zorg voor dat werkgevers en deelnemers tijdig en begrijpelijk worden geïnformeerd. Het pensioenfonds staat onder financieel toezicht van De Nederlandsche Bank. De Autoriteit Financiële Markten houdt toezicht op de communicatie-uitingen en marktverhoudingen tussen pensioenuitvoerders. Voor controle van de jaarrekening heeft het bestuur te maken met de onafhankelijke accountant en voor de actuariële verklaring van de jaarcijfers met de extern actuaris. Een klantenpanel toetst en adviseert over de begrijpelijkheid van de pensioencommunicatie. KVGO, de werkgeversorganisatie voor grafimedia en reprografie draagt namens werkgevers kandidaat-bestuurders voor en leden van het verantwoordingsorgaan. De vakbonden FNV KIEM, NVJ en CNV Media doen dat namens werknemers en pensioengerechtigden. PGB biedt sectoren waarvoor het de pensioenregeling verzorgt, de mogelijkheid tot het instellen van een sectorcommissie. Ze zijn een platform voor overleg over de ontwikkeling en inhoud van de pensioenregeling in de betreffende sector en voor informatie-uitwisseling met het bestuur van PGB. De relaties tussen het fonds en externe organisaties zijn in het overzicht weer - gegeven met een stippellijn. De relaties binnen het fonds, interne commissies, fondsorganen en uitvoeringsorganisatie zijn weergegeven door middel van een ononderbroken lijn. Als gevolg van de Wet versterking bestuur pensioenfondsen zal het besturingsmodel in 2014 wijzigingen ondergaan. vastgelegd aan welke eisen individuele bestuursleden moeten voldoen en over welke kwalificaties het bestuur als collectief moet beschikken. Het plan is gebaseerd op het Plan van Aanpak Deskundigheidsbevordering van de Pensioenfederatie. Jaarlijks wordt het functioneren van het bestuur besproken door de twee voorzitters met alle bestuursleden individueel en het functioneren van de voorzitters door twee andere bestuursleden met hen. Daarbij wordt ook de opleidings - behoefte in kaart gebracht. Het opleidingsplan wordt jaarlijks aangepast. In 2013 zijn in het kader van deskundigheids - bevordering diverse workshops georganiseerd en bezocht. In het verslagjaar heeft het bestuur onder leiding van externe deskundigen op het gebied van Pensionfund Governance 13

VERSLAG VAN HET BESTUUR tijdens een bestuursdag het functioneren van het bestuur als geheel geëvalueerd. Daarbij is een sterkte-zwakteanalyse opgesteld en is er op basis van recente pensioenontwikke - lingen gekeken naar witte vlekken in de besturing. Dat heeft geleid tot het instellen van enkele werkgroepen (onder meer voor Pensionfund Governance en het nieuwe Financieel Toetsingskader), en tot bijstelling van de portefeuilleverdeling binnen het bestuur. Door een accentverschuiving bij één portefeuille is als eerste aandachtsgebied relatiebeheer gecreëerd. Dat wordt belangrijker naarmate PGB meerdere bedrijfstakken en sectoren bedient. Daarnaast is als nieuw aandachtsgebied informatietechnologie geïdentificeerd en als vacature aangemerkt voor de tiende statutaire bestuurs - portefeuille. Crisisplan Het bestuur beschikt over een crisisplan. Er is sprake van een crisissituatie als het fonds niet meer in staat is om binnen de wettelijk beschikbaar gestelde tijd aan zijn verplichtingen te voldoen. In het crisisplan staat hoe het bestuur dat wil voorkomen en welke maatregelen het kan nemen als het toch in een crisissituatie raakt of dreigt te geraken. Het crisisplan is als bijlage opgenomen in de Actuariële en Bedrijfstechnische Nota. Uitbestedingsbeleid Het bestuur heeft een uitbestedingsbeleid opgesteld. Voor de implementatie van het beleid is in het verslagjaar een plan van aanpak verder uitgewerkt. Alle uitbestedingsrelaties, waaronder de uitvoeringsorganisatie, moeten waar mogelijk aan dit beleid voldoen. De taken en verantwoordelijkheden van de uitvoerings - organisatie zijn vastgelegd in een uitbestedingsovereenkomst (UBO). In de UBO zijn afspraken op hoofdlijnen gemaakt over de dienstverlening. Voor het fiduciair en vermogensbeheer en de pensioenadministratie zijn separate overeenkomsten opgesteld. De serviceniveaus zijn vastgelegd in serviceovereenkomsten. Jaarlijks wordt een budget voor de pensioen - uitvoering vastgesteld. De uitvoeringsorganisatie legt periodiek verantwoording af in rapportages. Het bestuur toetst of de uitvoeringsorganisatie aan de afspraken voldoet en stuurt daar waar nodig bij. De uitvoeringsorganisatie verstrekt jaarlijks een rapport conform de richtlijnen van ISAE (International Standard on Assurance Engagements). Deze verklaring is een internationaal geaccepteerde standaard die organisaties in staat stelt uniforme informatie over de organisatie en de risico- en controleprocessen aan haar opdrachtgever te verstrekken. Ook bij de uitbesteding van het beheer van het belegd vermogen resp. de uitbesteding van de beleggingsadministratie worden de uitbestedingsrichtlijnen in acht genomen. Gedragscode en integriteit PGB heeft voor de aan het fonds verbonden personen (bestuursleden en adviseurs) een gedragscode opgesteld. Die code is gebaseerd op de modelgedragscode die door de Pensioenfederatie is opgesteld. Doel is dat er regels en richtlijnen gelden voor zogeheten verbonden personen en insiders om belangenconflicten en misbruik van vertrouwelijke informatie te voorkomen. Het beleid strekt zich uit naar de uitvoeringsorganisatie en alle andere belangrijke uitbestedings - relaties. Het fonds bewaakt dit via een adviescommissie Audit en Risk. PGB laat de rol van compliance officer extern vervullen. Noodzakelijke aanpassing van processen en systemen Het huidige informatiesysteem voor de pensioenadministratie kan voor de bestaande bedrijfsvoering nog enige tijd worden gebruikt, maar is door allerlei ontwikkelingen aan vervanging toe. Dat heeft te maken met de verschuiving van de AOWleeftijd en van de standaardingangsdatum van het PGBpensioen, de verhoging van de pensioenrichtleeftijd en de aanstaande invoering van het nieuwe pensioencontract. In het verslagjaar is een programma gestart om de benodigde aanpassingen in processen en systemen door te voeren. Uitgangspunt is een bestaand pensioensysteem, waarbinnen maatwerk mogelijk is voor de aangesloten branches en bedrijven. In het nieuwe systeem kunnen werkgevers en deelnemers zelfstandiger zaken regelen. Met meer zelfservice kan de dienstverlening aan kwaliteit winnen. Alvorens te beslissen over de toekomstige inrichting van de pensioenadministratie en de daarvoor benodigde uitgaven, heeft het bestuur verschillende scenario s onderzocht. PGB heeft uiteindelijk gekozen voor een eigen uitvoerings - organisatie en zal de kosten dragen van de noodzakelijke verbeteringen van processen en systemen. De implementatie vergt naar verwachting ongeveer 15 miljoen euro. Uitvoeringsorganisatie dochter van PGB Tegelijkertijd is besloten de samenwerkingsverhouding tussen het pensioenfonds en de uitvoeringsorganisatie aan te passen. De rechtsvorm van Timeos (stichting) is omgezet naar een bv met PGB als enig aandeelhouder. De structuur en werkwijze van beide organisaties zijn op de gezamenlijke strategie aangepast. Met de herautomatisering en de organisatorische wijzigingen wil PGB ook zijn relatieve kostenpositie op termijn verbeteren. Medezeggenschap en toezicht Verantwoordingsorgaan Over het gevoerde beleid legt het bestuur verantwoording af aan het verantwoordingsorgaan. In 2013 kwamen het verantwoordingsorgaan en het bestuur acht keer bijeen en werden er twee opleidingsdagen georganiseerd. Het bestuur verstrekte het verantwoordingsorgaan uitgebreid informatie over de actuele ontwikkelingen (waaronder het budget voor pensioenuitvoering, een nieuw besturingsmodel en het beleid inzake maatschappelijk verantwoord beleggen) en vroeg advies over onder meer het risicobereidheidsonderzoek en het communicatieplan. Buiten de vergaderingen om krijgen de 14

VERSLAG VAN HET BESTUUR leden periodieke informatiebulletins. De verklaring van het verantwoordingsorgaan over het in 2013 gevoerde beleid is opgenomen onder Overige gegevens elders in het jaarverslag evenals de reactie op de verklaring door het bestuur. Deelnemersraad In het kader van medezeggenschap overlegt het bestuur periodiek met de deelnemersraad. In 2013 kwamen de raad en het bestuur tien keer bijeen. Er werden twee opleidings - dagen georganiseerd. De raad kreeg uitgebreide informatie over actuele ontwikkelingen en gaf het bestuur advies over de Actuariële en Bedrijfstechnische Nota, het jaarverslag, voor genomen wijzigingen in de statuten en reglementen waar onder de uitbreiding van de werkingssfeer, nieuwe aansluitingen, vervangingsvoorstel van een pensioenadmini - stratie systeem, de wijziging van de zeggenschapverhouding tussen pensioenfonds en uitvoeringsorganisatie en de wijziging van het besturingsmodel. Buiten de vergaderingen om wordt ook de deelnemersraad op de hoogte gehouden door de periodieke informatiebulletins. De leden van de deelnemersraad en het verantwoordings - orgaan zijn in 2013 overgestapt op papierloos vergaderen. De uitnodiging, de agenda en de vergaderstukken worden digitaal beschikbaar gesteld. De samenstelling van de organen en de agenda s voor de vergaderingen staan op de website zodat deelnemers daarvan kennis kunnen nemen. Visitatiecommissie PGB kent tot nu toe een visitatiecommissie als vorm van intern toezicht op de bedrijfsvoering. Die commissie dient minstens eens per drie jaar in actie te komen. Het bestuur besloot na overleg met het verantwoordingsorgaan over 2013 geen visitatie te laten uitvoeren. Dat was in 2012 reeds gebeurd en het verslagjaar kenmerkte zich door vele langlopende en daardoor nog niet afgeronde ontwikkelingen en projecten, zoals de besturing van het fonds, het nieuwe pensioencontract en automatisering van de pensioenuitvoering. Toezichthouders DNB en AFM PGB staat onder toezicht van De Nederlandsche Bank (DNB) en de Autoriteit Financiële Markten (AFM). Het financieel toezicht vanuit DNB richt zich op de financiële soliditeit van het fonds en de stabiliteit van de sector. Het gedragstoezicht door de AFM heeft betrekking op transparante communicatie en de marktverhouding tussen pensioenuitvoerders. Het pensioenfonds informeert de toezichthouder DNB regelmatig over de gang van zaken bij het pensioenfonds. Daarbij komen onder meer aan de orde de wijzigingen in statuten en reglementen, de ABTN en ontwikkelingen met betrekking tot de dekkingsgraad, het herstelplan en het premiebeleid. DNB is bij een aantal pensioenfondsen waaronder PGB de uitbesteding van het vermogensbeheer nagegaan. Er is gekeken hoe de ambitie van het fonds naar het strategisch beleggingsbeleid en de opdrachten naar vermogensbeheerders was vertaald en welke beleggingslimieten werden gehanteerd. Daarnaast onderzocht de toezichthouder de beheersing van het renterisico van het fonds. Over beide onderzoeken had het fonds een positieve dialoog met de toezichthouder. Het bestuur zal op onderdelen zijn beleid en processen aanscherpen. Klachten en geschillen PGB kent een klachten- en een geschillenregeling. Een klacht gaat over de manier waarop deelnemers of werkgevers door de uitvoeringsorganisatie zijn behandeld en een geschil heeft betrekking op de manier waarop de pensioenregeling wordt toegepast. In 2013 werden er 17 (2012: 22) klachten in ontvangst genomen. Het gaat vooral om klachten over de schriftelijke of mondelinge communicatie, het verstrekken van onjuiste informatie, achterblijvende service of trage reacties op ingediende verzoeken. De klachten konden tijdig worden afgehandeld zonder dat er klachten werden voorgelegd aan de klachtencommissie. Het bestuur beschouwt dit beperkte aantal klachten ten opzichte van het transactievolume als een graadmeter voor de kwaliteit van de uitvoering van de pensioenregeling. Uit benchmarkonderzoek blijkt dat PGB zich positief onder - scheidt ten opzichte van andere pensioenfondsen die aan het onderzoek meedoen. De gemiddelde waardering van deel - nemers en pensioengerechtigden voor het pensioenfonds kwam in het laatst gehouden onderzoek (2013/2014) voor PGB uit op 7,2. De benchmark lag gemiddeld op 6,8. Geschillen In 2013 zijn er zes deelnemers geweest die een geschil over de manier waarop de pensioenregeling wordt toegepast, hebben voorgelegd aan het bestuur. Eén deelnemer diende een bezwaarschrift in bij de onafhankelijke Commissie van Bezwaar. De commissie heeft in 2013 uitspraak gedaan: het bezwaar van de deelnemer werd ongegrond verklaard. Werkgroepen Werkgroep Pension Fund Governance Het bestuur heeft in het verslagjaar de werkgroep Pension Fund Goverance ingesteld. De werkgroep bereidt de versterking van het besturingsmodel voor. In augustus 2013 is de Wet versterking bestuur pensioenfondsen in werking getreden. De wet heeft tot doel de deskundigheid van het bestuur en het interne toezicht te versterken en de taken en bevoegdheden van bestaande fondsorganen te stroomlijnen. Voor bestuurders zijn de eisen voor geschiktheid en beschik - baarheid flink opgeschroefd. Naast bewezen expertise zullen ze voortaan, voor fondsen zoals PGB, minimaal twee dagen per week beschikbaar moeten zijn en de voorzitter minimaal drie dagen per week. 15

Verantwoordelijk

WAAR KOMEN WE VANDAAN? De bakermat van pensioenfonds PGB ligt aan het begin van de vorige eeuw. Concurrentie tussen drukkerijen en een dreigende wereldcrisis vormen een ideaal klimaat voor samenwerking tussen werk - gevers en werknemers. In plaats van de gebruikelijke controverses tussen patroons en arbeiders ontstaat nu een gevoel van verantwoordelijkheid voor elkaar. Het leidt in 1929 tot één van de eerste bedrijfstak - pensioenfondsen in Nederland, het Pensioenfonds voor de Grafische Vakken. Na een fusie met fondsen voor de boekbinders en de illustratoren, ontstaat in 1953 het Pensioenfonds voor de Grafische Bedrijven, of kortweg PGB.

VERSLAG VAN HET BESTUUR PGB kiest ervoor om het paritaire bestuursmodel te continueren. Ook het aantal statutaire bestuurszetels (tien) verandert niet. Wat wel wijzigt, is de zetelverdeling. Die wordt 4-4 - 2 in plaats van 5-5. Naast werkgevers en werknemers komen gepensioneerden in de nieuwe structuur met twee vertegenwoordigers in het bestuur. Alle belanghebbende groepen zijn daarmee in het bestuur vertegenwoordigd. Dat moet de evenwichtige afweging van de verschillende belangen ten goede komen. In de nieuwe bestuursstructuur zijn er vier zetels ingeruimd voor vertegenwoordigers van werkgevers. De nieuwe Werkgeversraad PGB, een vertegenwoordiging van werkgevers die hun pensioenregeling bij PGB hebben ondergebracht, draagt de bestuurders voor. Het bestuur benoemt ze. Voor de vier zetels van werknemers verwacht het bestuur één voordracht van het CNV en drie van het FNV. Voor de twee zetels namens pensioengerechtigden zullen verkiezingen worden gehouden als er meer kandidaten per zetel zijn. Het bestuur heeft voor die twee vacatures twee functie - profielen (portefeuille Relatie/medezeggenschap en portefeuille Informatietechnologie) opgesteld. Kandidaten kunnen worden gesteld door de vakbonden en de Vereniging van Gepensioneerden (VVG PGB). Gepensioneerden konden zichzelf ook kandidaat stellen of een kandidaat voordragen. In dat geval moet worden aangetoond dat men over draagvlak beschikt. Waarom het paritaire model? Bestuur en belanghebbenden konden op grond van de Wet versterking bestuur pensioenfondsen kiezen uit verschillende bestuursmodellen. Variërend van het beschreven paritaire model, tot een model met onafhankelijke beroepsbestuurders of een gemengd model. Het bestuur heeft mede op basis van de ontvangen adviezen van werkgevers- en werknemers - organisaties, sectorcommissies en de Vereniging van Gepen - sioneerden van PGB besloten de bestaande praktijk voort te zetten. Het had zijn besturingsmodel in 2010 geprofessiona - liseerd. De bedrijfsvoering verschoof toen van het paritair uitvoeren van een pensioenregeling naar het actief besturen van een financiële instelling met een maatschappelijk doel. In het bestuur zijn daarvoor onder andere bestuurders met expertise op het gebied van vermogensbeheer en risico - management aangetrokken. Aan de eisen van geschiktheid en beschikbaarheid wordt voldaan. Daarnaast is een bestuurs - bureau ingericht. Dat verzorgt het bestuurssecretariaat, de bestuursagenda, de beleidsvoorbereiding en de monitoring van de uitvoeringsorganisatie. De belangrijkste reden om te kiezen voor het paritaire model ligt in het draagvlak bij de sociale partners en aangesloten bedrijven. Werkgeversorganisaties, vakbonden en aangesloten bedrijven zijn nauw betrokken bij het pensioenfonds. Ze hebben laten weten direct bestuurlijk betrokken te willen blijven bij de uitvoering van de pensioenovereenkomst. Ze verwachten ook in de toekomst de gewenste deskundigheid te kunnen leveren. Daar waar nodig, zullen ze net zoals nu het geval is, expert-bestuurders voor specialistische beleidsterreinen aantrekken. Het huidige model heeft zich bewezen en is uitgerust voor de toekomst. Intern toezicht versterkt Ook het intern toezicht en de medezeggenschap veranderen. Er komt een permanente raad van toezicht met drie onafhankelijke deskundige leden. De raad vervangt de visitatiecommissie, die de ontwikkelingen bij het fonds minimaal eens per drie jaar beoordeelde. De raad houdt toezicht op het beleid van het bestuur en de algemene gang van zaken binnen het pensioenfonds en heeft daarnaast het recht een aantal belangrijke bestuursbesluiten goed te keuren zoals het jaarverslag, het functieprofiel van bestuurders, het beloningsbeleid en de overname van pensioenrechten van andere fondsen. De raad is ook betrokken bij benoeming en ontslag van bestuurders. Verantwoordingsorgaan nieuwe stijl De medezeggenschap krijgt een andere vorm. Er komt één raad (een verantwoordingsorgaan) in plaats van het huidige verantwoordingsorgaan en de deelnemersraad. Het nieuwe verantwoordingsorgaan zal uit achttien leden bestaan in een verdeling 6-6 - 6 (werkgevers, werknemers en pensioen - gerechtigden). De zes zetels voor werkgevers worden ingevuld door de Werkgeversraad PGB. Van de zes zetels van de werknemers kunnen er vijf worden ingevuld door FNV en één door CNV. Van de zes zetels namens pensioengerechtigden kunnen er drie gaan naar FNV, één naar CNV en twee naar de Vereniging van Gepensioneerden PGB, tenzij de aantallen gepensioneerden die deze organisaties blijken te vertegen - woordigen tot een andere zetelverdeling aanleiding geven. Er komt geen aparte zeteltoewijzing voor slapers. Slapers kunnen in elk van de drie afvaardigingen echter wel een plaats hebben. Het verantwoordingsorgaan nieuwe stijl heeft recht op overleg met het bestuur en de raad van toezicht. Verder heeft het orgaan onder meer adviesrecht bij overnames en liquidatie, inrichting intern toezicht, beloningsbeleid, communicatiebeleid en de klachten- en geschillenprocedure. Bij PGB kan het verantwoordingsorgaan, het bestuur en de raad van toezicht straks ook gevraagd en ongevraagd aanbevelingen doen over andere onderwerpen dan in de wet geregeld. De veranderingen moeten voor 1 juli 2014 hun beslag krijgen. De huidige deelnemersraad zal uiterlijk 30 juni 2014 worden opgeheven. Werkgroep herziening pensioencontract De toekomstbestendigheid van ons Nederlandse pensioensysteem staat onder druk. Het kraakt als gevolg van de financiële crisis, de lage rente en de stijgende levens - verwachting van deelnemers. De overheid werkt aan een nieuw Financieel Toetsingskader. Met het nieuwe financiële kader wil de overheid een stabielere toetsing voor pensioenfondsen creëren zodat de afhankelijkheid van dagkoersen vermindert en langetermijnbeleidsbeslissingen worden ondersteund. Deze aanpassing is één van de pijlers om 18

VERSLAG VAN HET BESTUUR de toekomstbestendigheid van het Nederlandse pensioenstelsel te versterken. Met het bestaande pensioensysteem kunnen pensioenfondsen hun doelstelling de toegezegde pensioenen uitkeren en indien mogelijk laten meestijgen met de prijzen onvoldoende waarmaken. Om de regeling duurzamer te maken, moeten er maatregelen worden genomen. Het bestuur heeft een werk - groep ingericht die de transitie van het huidige naar het nieuwe pensioencontract voorbereidt. Wetsvoorstel Het kabinet komt naar verwachting in 2014 met een wets - voorstel waarin de regels voor de nieuwe pensioen regeling worden vastgelegd. Men werkt aan een nieuw financieel toetsingskader met één pensioencontract. Sociale partners en pensioenfondsen leken aanvankelijk te moeten kiezen uit een zogeheten nominaal contract of een reëel contract. Het nominale contract stuurde op een zeker pensioen. Het afgesproken pensioenbedrag zou in principe worden uitbetaald. Om de zekerheid over de hoogte van het pensioen te kunnen geven, moest het pensioenfonds veilig(er) beleggen. Dat betekende dat de kans op verhoging van de pensioenen veel kleiner zou zijn dan nu het geval is. In een reëel contract daarentegen zouden de pensioenen verplicht worden verhoogd met de prijsstijging. Dat betekende dat er dus meer risico genomen kan worden. En meer risico nemen betekent kans op een hoger rendement, maar ook kans op een lager rendement. In dat geval zouden de pensioenen direct moeten worden verlaagd. De Pensioenfederatie die de belangen van de pensioenfondsen in Den Haag vertegenwoordigt, is met een alternatief gekomen. Een nominaal contract waarbij pensioenfondsen ook kunnen kiezen voor koopkrachtbehoud. Een tussenvariant dus waarbij in het beleggingsbeleid verantwoord risico kan worden genomen. Belangrijk in die plannen is ook het uitgangspunt dat er stabiliteit ontstaat in de premie, de uitkeringen en de verplichtingen. Om stabiliteit in de uitkeringen te krijgen wordt voorgesteld om in het geval van een verlaging van het pensioen niet te kiezen voor een abrupte korting in één keer maar om de verlaging uit te smeren over meerdere jaren. Het kabinet heeft aangegeven waarschijnlijk een dergelijke tussenvariant uit te werken. Voorbereiding transitie: pensioenmiddag De werkgroep heeft ter voorbereiding van de transitie in het verslagjaar een pensioeninformatiemiddag georganiseerd voor sociale partners, sectorcommissies, vrijwillig aangesloten werkgevers, voorzitters van ondernemingsraden en fondsorganen. De bijeenkomst was erop gericht om informatie uit te wisselen over de actuele ontwikkelingen rond het pensioencontract. Daarnaast om te discussiëren over de pensioenregeling van de toekomst, beslissers mee te nemen in het besluitvormingsproces en het bestuur aanknopingspunten aan te reiken voor het vervolgtraject. Voorbereiding transitie: onderzoek risicobereidheid Ter voorbereiding op de keuzes die sociale partners moeten maken is eind vorig jaar een onderzoek uitgevoerd naar de risicobereidheid van deelnemers, gewezen deelnemers en pensioengerechtigden. Met het onderzoek wilde PGB achterhalen hoeveel risico de deelnemer wil nemen voor zijn pensioen. Daarnaast is onderzoek gedaan naar de voorkeuren ten aanzien van onderdelen van de nieuwe pensioenregeling. Uit het onderzoek, dat door ruim 8.400 deelnemers online volledig werd ingevuld, blijkt dat een grote meerderheid ermee akkoord gaat dat PGB in aandelen belegt. Gepensioneerden vinden zelfs vaker dan jongeren dat het fonds risico s moet nemen, hoewel jongeren objectief gezien meer kans hebben eventuele tegenvallers te compenseren in de loop van de tijd. Er is dus draagvlak voor het uitvoeren van een pensioen - regeling met meer risico. In diagram 1 is de opinie van de deelnemerskring weergegeven. Diagram 1: Instemming met het beleggen in aandelen 100 80 60 40 20 0 74% 26% Actief (n=2407) 86% 14% Gepensioneerd (n=3632) Slapers (n=2369) Daar ben ik het mee eens Toelichting: op de vraag of deelnemers het ermee eens zijn dat PGB ook in aandelen belegt, antwoordde 74 procent van de ondervraagde werknemers instemmend, 26 procent wil niet dat pensioengeld in aandelen wordt belegd. Bij gewezen deelnemers is dit respectievelijk 70 procent en 30 procent. Opvallend is dat van de pensioengerechtigden 86 procent risico wil nemen door in aandelen te beleggen. Gemiddeld over de drie groepen is 73 procent het ermee eens dat PGB in aandelen belegt. Op basis van de uitkomsten van het onderzoek kan worden gesteld dat er onder deelnemers steun is voor het nu gevoerde strategisch beleggingsbeleid bij PGB waarbij met 50 procent van de portefeuille meer risico wordt gelopen en met 50 procent van de portefeuille minder risico. PGB zou afgezet tegen de opvattingen van de meerderheid van de deelnemers zelfs iets meer risico in de portefeuille kunnen inbouwen. Diagram 2 (op de volgende pagina) laat dat voor de pensioen - opbouwende deelnemers zien. 70% 30% Daar ben ik het niet mee eens 19