Wat leert mijn kind op de Jorisschool? Op de Jorisschool vinden we een aantal zaken erg belangrijk. Dat is op de eerste plaats de persoonlijkheidsontwikkeling van kinderen en het leren omgaan met elkaar en met verschillen. Wij werken aan het opbouwen en versterken van een posi ef zel eeld bij kinderen. Hoe we dit doen vertellen we in hoofdstuk 5. Met dit als basis proberen we kinderen zoveel mogelijk kennis en vaardigheden mee te geven op een manier die aansluit bij het niveau en de ontwikkeling van kinderen en volgens de principes van Helen Parkhurst. Hierbij vormen de tussen- en einddoelen, zoals die door het ministerie zijn geformuleerd, de uitgangspunten. We s muleren de kinderen zelfstandig, maar wel onder begeleiding, keuzes te maken. Dat betekent een rela eve vrijheid in hun keus van opdrachten, onderwerpen en materialen. We streven ernaar, binnen de mogelijkheden van de school, de groep en de leerkracht, aan te sluiten bij de eigenheid van ieder kind. Daarnaast is leren samenwerken een belangrijk uitgangspunt op onze school. Naast de individuele ontwikkeling is het leren rekening te houden met elkaar en met elkaars mogelijkheden belangrijk. 18

Groepen 1 en 2 We starten in augustus 2015 met twee kleutergroepen. De kinderen komen hier spelenderwijs in aanraking met de Daltonbeginselen, waarbij met name samenwerken erg belangrijk is. Elkaar helpen en ondersteunen maakt dat kinderen zich verantwoordelijk leren voelen voor elkaar en a ankelijk durven te zijn. We leren hen samen problemen op te lossen in plaats van direct voor hulp naar de leerkracht te stappen. Bij de jongste kleuters ligt de nadruk op het wennen aan het naar school gaan. Er is veel aandacht voor gewoontevorming en regelmaat. Dit gebeurt d.m.v. de weekwijzer, het planbord en de klok. De kinderen leren al spelend de wereld om zich heen te ontdekken. In de kleutergroepen bestaat er een grote vrijheid in keus, toch is hier ook sprake van sturing. De leerkracht biedt in toenemende mate (rekening houdend met verschillen) werk aan als voorbereiding op groep 3. Er worden meerdere hulpmiddelen ingezet om kinderen zelfstandig te leren werken, b.v. met een klok. De leerkracht hee dan de handen vrij om kinderen individueel of in groepjes extra hulp te bieden. In het Daltonboek, dat terug te vinden is op onze website, is hier meer over te lezen. De kleuters beginnen de dag met een inloop. Dit betekent dat kinderen bij binnenkomst kiezen wat zij gaan doen. Soms wordt deze keus samen met de leerkracht gemaakt. De leerkracht neemt jdens deze inloop vaak enkele kinderen apart, om hen spelenderwijs vaardigheden of kennis bij te brengen. In de groepen 1 en 2 werken wij met een grote en een kleine kring. Aan de grote kring nemen alle kinderen deel. De kleine kring speelt in op interesse of niveau. Daarnaast wordt gespeeld en gewerkt aan de tafels, in de hoeken, op de gang, in de speelzaal en op het schoolplein. Er wordt thema sch gewerkt vanuit het beredeneerd aanbod Weleduca ef (gebaseerd op de SLO doelen). Een rijke leeromgeving die aansluit bij de belevingswereld van het jonge kind staat hierbij centraal. 19

Ieder kind ontwikkelt zich op zijn of haar eigen wijze maar er zijn lijnen waarlangs de ontwikkeling loopt. Door middel van doelgerichte ac viteiten s muleren wij de naaste ontwikkeling van het kind. Onze school maakt hierbij gebruik van de methode Schatkist. Deze methode is opgebouwd uit verschillende thema s aansluitend bij de seizoenen. Om de kinderen voor te bereiden op het leesonderwijs, bieden wij doelgerichte spelac viteiten aan vanuit de map fonemisch bewustzijn. Wij gebruiken hierbij de cyclische benadering. Ook brengt de le erkikker regelma g een bezoek aan de kinderen vaan deze groepen. Met de door onszelf ontwikkelde rekenkast vanuit het boek Spelend rekenen met Peuters en Kleuters, geven wij het rekenonderwijs meer gestalte. Via een jaarplanning komen alle Rekenwiskundige rou nes voor de rekendomeinen tellen/getalbegrip, meten en meetkunde spelenderwijs aan de orde. Langzaamaan wordt de vertaalslag gemaakt van handelend werken met concreet materiaal naar abstracte opdrachten op papier. Wij streven ernaar dat de kinderen in de groepen 1 en 2 op deze wijze geprikkeld worden door de aangeboden ac viteiten en dat dit een posi ef effect hee op hun totale ontwikkeling. 20

Herfstkinderen De meeste kleuters zi9en ongeveer 2 tot 2,5 jaar in de kleutergroepen. Dit is a*ankelijk van hun ontwikkeling. Kinderen die vanaf oktober tot januari instromen (de zogenaamde herfstkinderen) gaan na de zomervakan e door naar groep 2. Tenzij wij als school (uiteraard in afstemming met de desbetreffende ouders) tot de conclusie komen dat het kind er meer bij gebaat is om na de zomervakan e naar groep 1 te gaan. Tijdens de spreek-/ouderavonden worden ouders door de leerkracht op de hoogte gehouden van de ontwikkeling van hun kind. Bij twijfel over welke groep het beste zou aansluiten bij de ontwikkeling van het kind, hanteren wij het protocol dat is vastgelegd in het schoolplan 20112015. Bij gesprekken met ouders hierover zal al jd de IB-er aansluiten. Bij twijfel zal de leerkracht de herfstkinderen extra volgen d.m.v.: observa es het volgen van de cogni eve ontwikkeling het volgen van de sociaal-emo onele ontwikkeling het volgen van de motorische ontwikkeling het afnemen van de CITO Taal voor kleuters en CITO Rekenen voor kleuters Na intern overleg met IB-er en direc e zal het schoolstandpunt t.a.v. de overgang van het kind in mei/juni besproken worden met de ouders. Dit schoolstandpunt is bindend. In het kennismakingsgesprek met de leerkracht worden ouders van kinderen voor wie het bovenstaande van toepassing is hierover geïnformeerd. 21

Groepen 3 t/m 8 Vanaf groep 3 gaan we zoveel mogelijk door met de manier van werken zoals de kinderen die gewend waren in de kleutergroepen. In de groepen 3 t/m 8 kennen we ook de inloop voor de kinderen. De kinderen van groep 3 maken eerst nog gebruik van het planbord. In de tweede hel0 van het schooljaar wordt gebruik gemaakt van de taakbrief. Ook in de groepen 4 t/m 8 wordt gewerkt met de taakbrief. Op deze brief kunnen kinderen d.m.v. pictogrammen zien wat de dagen weekopdrachten zijn. De taakbrief gee0 houvast en kan kinderen helpen bij het kiezen. Hierin hebben ze een zekere mate van verantwoordelijkheid/vrijheid. Als een taak af is wordt deze in de kleur van de dag op de taakbrief ingekleurd. In de prak jk is het zo, dat kinderen in de groepen 3 en 4, de taken die voor een bepaalde dag staan gepland, die dag ook maken. In de groepen 5 t/m 8 plannen kinderen de taken zelfstandig in en maken deze jdens de taakbrief momenten. Hierbij houden ze rekening met instruc emomenten. Kinderen leren om te gaan met uitgestelde aandacht door middel van pictogrammen en andere hulpmiddelen. Ook in deze groepen biedt de leerkracht dan aan kinderen individueel of in groepjes extra hulp. De manier van werken kenmerkt zich verder door een korte uitleg of instruc e waarna kinderen aan het werk gaan. Voor kinderen die meer uitleg nodig hebben volgt een verlengde instruc e aan de instruc etafel. 22

De kracht van Daltononderwijs in de prak jk Kinderen kunnen zelf ontdekkend bezig zijn. De vrijheid van werktempo maakt dat een kind sneller kan werken aan taken die hij/zij gemakkelijk vindt en meer jd kan besteden aan werk waar hij/zij moeite mee hee. Voor de snelle werkers biedt dit de mogelijkheid om dieper op de stof in te gaan. Kinderen worden aangemoedigd ini a even te ontwikkelen. Kinderen leren plannen doordat zij hun werk zelf mogen indelen. Kinderen leren verantwoordelijkheid te dragen. De rela e tussen leerkracht en kind wordt verbeterd. Er is sprake van wederzijds vertrouwen en respect. Door te werken met de Daltonkernwaarden leren kinderen rekening houden met elkaar. De band tussen kinderen onderling wordt hechter, doordat ze elkaar helpen. Bv. maatjeswerk. Door het werken met taken hee de leerkracht meer jd en ruimte om kinderen tegemoet te komen aan hun onderwijsbehoe en. Doordat kinderen, waar mogelijk, zelf hun werk mogen nakijken en corrigeren, hebben ze direct zicht op de kwaliteit van hun werk en leren ze verantwoordelijk te zijn voor wat ze doen. Voor kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong biedt de school de gelegenheid om, zich in de leerstof te verdiepen. Kinderen hebben de vrijheid hun eigen oplossingsmethoden te bepalen. Ze mogen kiezen welke aanwezige hulpmiddelen ze gebruiken bij het oplossen van de problemen. Kinderen die geleerd hebben met vrijheid om te gaan kunnen effec ef hun jd indelen. Ook in het voortgezet onderwijs hebben ze hier profijt van. De rol van de leerkracht wordt steeds meer: het begeleiden bij het maken van keuzes door kinderen het s muleren van diverse samenwerkingsvormen het toezien op de ontwikkeling van de zelfstandigheid van kinderen Wij verwijzen weer naar het Daltonboek op onze website. 23