RICHTLIJN SLIKPROBLEMEN STICHTING VILENTE VERPLEEGHUIS PIETER PAUW



Vergelijkbare documenten
Slikken of stikken?! Symposium (On)zichtbare hinder in het dagelijks leven door hersenletsel

1. Voorbereidende fase In deze fase vindt het afhappen, kauwen en het verzamelen van het voedsel op de tong plaats.

RICHTRLIJN DIEETBEHANDELING STICHTING VILENTE PIETER PAUW

PATIËNTENINFORMATIE. LOGOPEDIE BIJ SLIKPROBLEMEN Dysfagie en Aerofagie

SLIKSTOORNISSEN DYSFAGIE. - Patiëntinformatie -

Door medicijnen Deze kunnen bijvoorbeeld sufheid, verminderde spierkracht of een droge mond veroorzaken.

Als slikken moeilijk gaat

Slikproblemen bij volwassenen

1 Wat is dysfagie? Kenmerken van dysfagie Gevolgen van dysfagie Behandeling van dysfagie... 4

> Dysfagie (slikstoornissen)

Slikproblemen. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee!

PATIËNTEN INFORMATIE SLIKPROBLEMEN

Slikstoornissen bij een beroerte

Over slikken... en verslikken WELKOM BIJ HET H. HARTZIEKENHUIS MOL

Dysfagie. Logopedie. Beter voor elkaar

Slikproblemen bij NMA/ALS. Nicole Frielink, logopedist

3. De aanzet tot de slikbeweging vindt plaats en het voedsel komt in de keel. 4. De slokdarm verplaatst het voedsel in de richting van de maag.

Moeite met slikken van medicijnen

Dienst geriatrie Slikproblemen bij ouderen. Informatiebrochure voor de patiënt en de familie

Slikproblemen Logopedie & diëtetiek.

Slikproblemen. Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op

Slikproblemen. Patiënteninformatie

Hoe verloopt het slikproces?

De logopedist behandelt problemen op het gebied van: taal spraak gezicht adem stem eten / drinken / slikken

Workshop slikproblemen opsporen en interventies

Informatiebrochure Dysfagie. UZ Leuven 1

Logopedie na een beroerte

Werkwijze en gebruik Richtlijn aangepaste consistenties

Kauw- en slikproblemen

Wat u moet weten over slikstoornissen

Inspiratiesessie Slikstoornissen bij dementie: wat kun je ermee? Maris van Sluijs, kerndocent logopedie Hogeschool Rotterdam

Logopedie. Patiënteninformatie. Problemen met slikken. Slingeland Ziekenhuis

Een operatie in het hoofd-halsgebied die tijdelijk hinder kan veroorzaken tijdens het eten en drinken.

Logopedie slikproblemen

MOEITE MET SLIKKEN VAN MEDICIJNEN

In de bijlage van deze folder leest u meer over het ontstaan en verhelpen van slikproblemen.

LOGOPEDIE. Slikproblemen. Bij opgenomen patiënten

Gezonde en aangepaste voeding bij het ouder worden. Kimberly Feys Diëtiste Liesbeth De Meyer Logopediste

Patiënteninformatie Lage luchtweginfecties

Hulp bij maaltijden bij patiënten met slikstoornissen na een beroerte

Logopedie en Myotone Dystrofie de ziekte van Steinert

Afasie Vereniging Nederland Bakenbergseweg ME Arnhem Tel (werkdagen van uur) Fax

GIRO Voor meer informatie:

Slikproblemen. Informatiebrochure patiënten

Slikproblemen. Patiënteninformatie. Algemeen Ziekenhuis Diest Statiestraat Diest t f post@azdiest.be

Begeleiden van een zorgvrager met eten en drinken

Slikproblemen. Eenheid voor beroertezorg Neurologie. Verpleegeenheid

SLIKPROBLEMEN Dysfagie

Zenker divertikel. Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op

HANDREIKING VOOR CLIËNTENRADEN behorend bij de Multidisciplinaire richtlijn verantwoorde vochten voedselvoorziening voor verpleeghuisgeïndiceerden 1

Stoornissen van het bewegingssysteem Bradykinesie Trager / kleinere bewegingsuitslag Verstoring in de timing Hypokinesie Minder automatische

Paramedische begeleiding bij Multiple Sclerose. Neurologie

DYSARTHRIE, VERBALE APRAXIE EN DYSFAGIE

Voeding bij chronische longziekten

Verschijnselen van droge mond

Logopedie bij slikproblemen

Adviezen bij slikproblemen

UITLEG INSPIRATIESESSIE SLIKPROBLEMEN BIJ MENSEN MET DEMENTIE

Slikstoornis. Dysfagie INFORMATIEBROCHURE VOOR PATIËNTEN

Hulp bieden bij eten en drinken bij platligging of halfzittende houding

Normale ontwikkeling van de mondfuncties

De ziekte van Parkinson Wat kan Amaris Theodotion u bieden?

Dieet bij COPD. Informatie voor patiënten. Medisch Centrum Haaglanden

hoofd, hals en zenuwstelsel info voor patiënten Slikstoornissen na een CVA

Coby Wijnen diëtist VSN

PROBLEEMGEBIED ETEN EN DRINKEN. ZORGPLANNEN INDELING SENSOMOTORIEK Mond Hoofd / Romp Arm / Hand Cognitief

Kennisclip Signaleren van ondervoeding bij dementie. Kathleen Paal, diëtist MoveDis, voedings- en bewegingspraktijk

Nederlandse Richtlijn Slikstoornissen bij de ziekte van Huntington Auteur: mw. dr. A (Anne-Wil) Heemskerk

Parkinsoncafe Breda

Als eten een opgave wordt..

Instructies voor het invullen van de SWAL-QoL (NL)-vragenlijst

Informatiebundel Eten en drinken

Daarbij kan er sprake zijn van minder eten door bijvoorbeeld: toenemende vermoeidheid; kortademigheid; minder beweging; angst; depressie.

Zorgen voor een naaste met slikproblemen

Paramedische begeleiding bij de ziekte van Parkinson. Neurologie

Kauw- en slikproblemen

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation

Afasie. Doel voorlichting. Voorbeeld 2. Voorbeeld 1. Inhoud Voorlichting RST Zorgverleners. Spraak- en taalproblemen bij ouderen

ROL VAN DE DIËTISTE IN HET ONCOLOGISCH PROCES. Gebracht door Nadieh Verhoest

De Eetpoli Diagnostisch Centrum Voedingsproblemen

Slikproblemen. Informatiebrochure patiënten

RICHTLIJN ETEN EN DRINKEN STICHTING VILENTE VERPLEEGHUIS PIETER PAUW

Introductie. Inleiding

Richtlijn voeding bij de ziekte van Parkinson

Wegwijs in afasie voor beginnend personeel bij neurologie Inhoudelijke aspecten van afasie

Logopedie bij Parkinson. Maril van Kimmenade, logopedist MUMC+ 14 juni 2016

Kennisclip Praktische tips voor goede voeding bij dementie. Kathleen Paal, diëtist MoveDis, voedings- en bewegingspraktijk

Paramedische begeleiding bij de ziekte van Parkinson. Neurologie

OC ENGELBEWAARDER AARTRIJKE VOEDINGS- EN SLIKPROBLEMEN VISIE EN LEIDRAAD

Informatiebrochure Dysartrie. [Geef tekst op] Pagina 1

PATIËNTEN INFORMATIE. Logopedie bij een neurologische aandoening

Mondgezondheid en Voeding betekent. iets met Eten en Drinken?!

Voedingsadvies bij een Nissen fundoplicatie

Behandeling van overmatig speekselverlies met Glycopyrronium

Zorg om voeding bij dementie Droom en werkelijkheid. Monique Mertens Diëtist Orbis-thuis

PATIËNTEN INFORMATIE. Logopedie bij een neurologische aandoening Afasie Communicatieproblematiek bij rechterhemisfeerletsel Dysartrie Dysfagie

Dienst geriatrie Gevecht tegen ondervoeding. Informatiebrochure voor de patiënt en de familie

De rol van voeding bij darmkanker

Voedingsadviezen bij slikproblemen Slik 1 Imeldaziekenhuis

ALS team REVALIDATIE. Revalidatie bij ALS en PSMA. Inleiding

Transcriptie:

RICHTLIJN SLIKPROBLEMEN STICHTING VILENTE VERPLEEGHUIS PIETER PAUW Inleiding Bij bewoners van verpleeghuizen komen problemen met het doorslikken van voedsel en dranken vrij vaak voor. Het is van belang dat zulke problemen in een vroeg stadium worden herkend. Ook is het van belang dat alle betrokkenen op de hoogte zijn van de ondersteuning en therapie die voor deze problemen gegeven kan worden. Doel De richtlijn is bedoeld om bewoners en betrokkenen informatie te geven over slikproblemen, en om aan te geven wat alle betrokkenen kunnen bijdragen om het eten en drinken van de bewoner zo veilig mogelijk te laten verlopen.. Gebruikers Alle personen die mogelijk betrokken kunnen zijn bij slikproblemen, d.w.z. VHA, contactverzorgende, logopedist, diëtist, ergotherapeut, activiteitenbegeleider, overige verzorgenden, familie en vrijwilligers. Definitie Begrippen In deze richtlijn worden de volgende begrippen gehanteerd: Slikproblemen: de bewoner heeft klachten voor,tijdens of na het slikproces of heeft verschijnselen, die waarschijnlijk veroorzaakt worden door een onderliggende slikstoornis. Slikstoornis: ook wel dysfagie genoemd; het transport van vloeibaar of vast voedsel via de mond, keel, slokdarm tot in de maag is gestoord. Dit hoeft niet met klachten gepaard te gaan. Onder slikstoornissen worden in deze richtlijn dus zowel stoornissen in de keel- als in de slokdarmfase verstaan. Stoornissen in de slokdarmfase worden ook vaak passagestoornissen genoemd. Aspiratie: Door een slikstoornis kan voedsel of speeksel in de luchtwegen terecht komen. Dit kan ook gebeuren door het omhoogkomen van maaginhoud. Als dit leidt tot een longontsteking spreekt men van een aspiratiepneumonie. Aspiratie kan ongemerkt verlopen: de zogenaamde stille aspiratie. Verslikken: een acuut slikprobleem waarbij zoveel vloeibaar of vast voedsel in de luchtwegen is gekomen dat de bewoner gaat hoesten of zelfs benauwd wordt. Dit kan gebeuren bij bewoners met of zonder een bekend slikprobleem. Slikproces Eten en drinken spelen over het algemeen een belangrijke rol in ons leven. Het slikken hierbij is een onbewuste bezigheid. Normaal slikken we ongeveer 580 keer per dag. Behalve slikken bij eten en drinken ook wegslikken van speeksel in rust of tijdens spreken. Het slikken zal pas bewust verlopen als het slikken moeilijk gaat. Slikken is een zeer complex proces. Slikken gebeurt globaal in vier fasen: Voorbereidende fase: afhappen, kauwen en verzamelen van voedsel op de tong. Mondfase: vervoer van de voedselbrok naar de keel door een golvende beweging van de tong door de tongspieren. Het zachte gehemelte sluit de neusweg af en de slikreactie volgt. Keelfase: het voedsel vervolgt zijn weg door de keel. De kans op verslikken (voedsel in de luchtpijp) wordt verkleind doordat het strottenklepje naar beneden wordt geduwd en de luchtpijp bijna afsluit. Ook de stembanden helpen mee door te sluiten. Richtlijn Slikproblemen Vilente, Zorg voor Beter / Vilente, augustus 2007 1

Slokdarmfase: de voedselbrok gaat over van keel naar slokdarm en vervolgens naar de maag. Mogelijke oorzaken van slikproblemen Ouderdom Neurologische aandoeningen Bijwerkingen medicijnen. Kenmerken van slikproblemen eten blijft in de mondholte achter eten en drinken loopt uit de mond er wordt gehoest tijdens de slik of erna de stem klinkt pruttelig pogingen op te hoesten klinken krachteloos langzaam eten aangeven van pijn bij kauwen en slikken snelle vermoeidheid bij eten en drinken slikangst, men durft bepaalde voedingsmiddelen niet te eten gewichtsverlies Mogelijke gevolgen van slikstoornissen - vermindering van kwaliteit van leven (men geniet minder van eten en drinken, sociale isolatie, schaamte) - aspiratie en longontsteking - verlaging vochtinname, met als mogelijk gevolg uitdroging - verlaging voedingsinname, met als gevolg gewichtsverlies en een slechte voedingstoestand;complicaties hiervan kunnen zijn: o verslechtering van het algemeen welbevinden o verandering van het gedrag/gemoedstoestand, depressie o o vermindering van de spierkracht door spierafbraak daling van de afweer en daardoor verhoogd risico op het krijgen van infecties Werkwijze Wanneer een bewoner slikproblemen heeft, wordt dit gesignaleerd door de familie, de verzorgenden, of door de bewoner zelf. Het probleem wordt door de signaleerder besproken met de contactverzorgende. De contactverzorgende schakelt een verpleeghuisarts in. Naast eigen onderzoek kan de verpleeghuisarts een aanvraag schrijven voor de verschillende disciplines. Als eerste wordt de logopedist ingeschakeld. Wanneer duidelijk is dat ook andere disciplines ingeschakeld moeten worden kan de VHA deze ook meteen inschakelen. Totdat de logopedist onderzoek heeft gedaan worden alle dranken tot vla-dikte verdikt. De logopedist kan zowel een eetobservatie als een functioneel slikonderzoek doen. De logopedist bespreekt de bevindingen uit het onderzoek met de contactverzorgende zodat de contactverzorgende eventuele aanpassingen of adviezen door kan spelen naar de overige verzorgenden. Wanneer de voedselconsistentie moet worden veranderd wordt dit doorgegeven aan de verzorgenden. Bij veranderingen in de voedselconsistenties wordt zo nodig door de VHA de diëtist ingeschakeld. Zij bekijkt de voedingsmogelijkheden en bewaakt de voedingstoestand van de bewoner. Wanneer de houding aangepast moet worden of wanneer er aangepast bestek nodig is, kan de VHA de ergotherapeut inschakelen. De ergotherapeut beoordeelt aan de hand van observatie welke aanpassingen, hulpmiddelen of andere adviezen en instructies nodig zijn om het verslikken zoveel mogelijk te voorkomen. Na het onderzoek rapporteert de logopedist aan de arts, welke diagnose er gesteld is, en/of er behandeling gaat plaatsvinden, en/of welke adviezen er gegeven zijn. Naast de rapportage worden de adviezen ook in het zorgdossier geschreven, zodat hier altijd door alle leden van het multidisciplinaire team naar teruggekeken kan worden. Naast de direct betrokken disciplines is het belangrijk dat ook de familie betrokken wordt bij hun familielid met slikproblemen. De contactverzorgende informeert de familie mondeling en middels de folder Slikproblemen, informatie voor bewoners en familie. Ook in MBB s en familie/bewonersgesprekken komen de slikproblemen aan bod. Richtlijn Slikproblemen Vilente, Zorg voor Beter / Vilente, augustus 2007 2

In bijlage 1 is deze werkwijze in een stroomschema weergegeven. Behandeling Behandeling van de onderliggende oorzaak van het slikprobleem; indien mogelijk. Compenserende en preventieve maatregelen De verpleeghuisarts bekijkt met het multidisciplinair team welke maatregelen getroffen moeten worden ter compensatie van de slikstoornis en ter preventie van complicaties. Deze maatregelen betreffen onder meer: de wijze van vocht- en voedingsinname de hulp die geboden moet worden en wie deze mag bieden de lichaamshouding tijdens en na maaltijd het gebruik van hulpmiddelen de consistentie en samenstelling van de voeding de mondverzorging de wijze waarop de medicatie wordt toegediend inzetten herkenbaarheidssystematiek (zie protocol herkenbaarheidssystematiek bij slikproblemen) Functionele behandeling door de logopedist De functionele behandeling van een slikprobleem ligt op het terrein van de logopedist. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan individuele spiertraining, bevorderen van de naslik, subglottische drukopbouw en koudestimulatie ter verbetering van sensibiliteit. Voor oefentherapie zijn een redelijk intact functioneren en een goede motivatie noodzakelijk. Toedienen van sondevoeding Toedienen van sondevoeding, kan plaatsvinden na zorgvuldig overleg binnen het multidisciplinair team, passend binnen het zorgplan en in overleg met bewoner of vertegenwoordiger. Bij starten van sondevoeding moet de verpleeghuisarts afspraken maken over de behandeltermijn en over een evaluatiedatum. Daarnaast schakelt de verpleeghuisarts de diëtist in voor het bepalen van het type sondevoeding en de hoeveelheid hiervan. Behandeling van acuut verslikken Bij ernstig verslikken direct de heimlichmanouvre uitvoeren en AVV bellen. Als de heimlichmanouvre geen effect heeft dan direct de VHA bellen. Indien gereanimeerd moet worden (dit is afhankelijk van afgesproken medisch beleid per bewoner, zie individueel zorgplan) direct een ambulance bellen. Evaluatie Als het beleid is ingezet, wordt dit bij aanvang per maand en daarna ieder MBB geëvalueerd. Het doel van de evaluatie is te bepalen of de behandeldoelen gehaald zijn en of de probleemdefinitie (in het zorgplan) nog juist is. Belangrijke gegevens voor evaluatie zijn: Het vastgestelde medische beleid de uitlatingen van de bewoner over het beloop de mate van verzet tegen de behandeling het voorkomen van het (aantal) slikaccidenten het aantal doorgemaakte luchtweginfecties de vocht- en voedingstoestand het gewicht Aandachtspunten Bij een chronisch slikprobleem of bij een progressief verlopend slikprobleem bespreekt de verpleeghuisarts met de bewoner en/of diens vertegenwoordiger de prognose van het probleem en de onderliggende ziekten, de risico's van de slikproblemen en het medisch beleid bij complicaties. Bij de beslissing hoe te behandelen spelen het te verwachten effect van de behandeling, de Richtlijn Slikproblemen Vilente, Zorg voor Beter / Vilente, augustus 2007 3

(veronderstelde) wens van de bewoner en de proportionaliteit (het gebruikte middel moet in relatie tot het doel staan) van de behandeling mee. De verpleeghuisarts stelt bij progressieve slikproblemen expliciet de vraag aan de orde hoe lang met de behandeling wordt doorgegaan, of al dan niet wordt overgegaan op sondevoeding en hoe wordt gehandeld als de bewoner de behandeling weigert. De verpleeghuisarts legt de afspraken met de bewoner of diens vertegenwoordiger vast in het zorgdossier en verwerkt dit op het medisch beleid blad in het zorgplan. Indien het risico op verslikken en/of aspiratie groot is, mag de voeding alleen gegeven worden door hiertoe bevoegde personen. Dit zijn verpleegkundigen, verzorgenden en contactverzorgenden. Indien een bewoner in een aangepaste houding wel goed kan eten en drinken mag ook een zorgassistent ondersteunen. Vrijwilligers en familie zijn niet bevoegd. Indien een familielid toch graag ondersteuning biedt wordt deze geïnstrueerd en op de risico s gewezen. De verpleeghuisarts ziet er op toe dat dit in het zorgplan wordt vastgelegd. Bij een bewoner met slikproblemen is er binnen 1 á 2 dagen duidelijkheid over het wel/niet veilig slikken en wat een bewoner veilig kan eten/drinken. Dit houdt voor de logopedie in, dat er bij een aanvraag over slikken meteen gereageerd dient te worden.. Dit kan gebeuren door het uitvoeren van een functioneel slikonderzoek of door het observeren van een maaltijd. Bij afwezigheid van de logopedie wordt waargenomen door de VHA. Alle verslaglegging moet zo optimaal mogelijk zijn. Onderzoeksbevindingen en adviezen moeten zowel schriftelijk als mondeling gegeven worden. Een verslag met de diagnose, adviezen of behandelmogelijkheden komt in het zorgdossier. Verantwoordelijkheden en taken Verpleeghuisarts Correcte diagnostiek,uitvoeren lichamelijk onderzoek inschakelen andere disciplines (indien noodzakelijk) Behandeling en evaluatie, informeren bewoner en familie, rapportage. Eindverantwoordelijk voor de behandeling. Logopedist Diëtist onderzoek naar en observatie van het slikken, logopedische therapie geven, aangeven van de consistentie van de maaltijden en tussenmaaltijden, adviezen geven m.b.t. de eetsituatie: deze worden besproken met het verzorgend personeel, daarnaast worden ze schriftelijk doorgegeven aan de VHA en in het zorgdossier gedaan, scholing omtrent slikstoornissen en mogelijke handelingen geven aan het verzorgend personeel,overleg met diëtist, verzorgend personeel en arts, inzetten herkenbaarheidssystematiek. zorgt voor een volwaardige voeding volgens richtlijnen Goede Voeding, om de voedingstoestand te verbeteren / handhaven, geeft i.o.m. de logopediste de consistentie aan van de maaltijden en tussenmaaltijden, informeert de verzorgende over de consistentie van de maaltijden en dranken, evalueert met de verzorgende, contactverzorgende, logopedist en arts. Ergotherapeut observeren en analyseren van het eet- en drinkprobleem, geven van adviezen aan de verzorging t.b.v. begeleiden van eten en drinken, aanpassen van de omgeving, door bijv. andere tafelindeling, verlichtingskeuze, kleurnuances,etc., beoordelen van zithouding Richtlijn Slikproblemen Vilente, Zorg voor Beter / Vilente, augustus 2007 4

en adviezen om situatie te verbeteren, bevorderen van zelfstandigheid van bewoner door gebruik van hulpmidddelen, zoals aangepast bestek etc., rapporteren, evalueren en controleren van bevindingen en adviezen, Contactverzorgende observeert en signaleert slikproblemen bij een bewoner; geeft slikproblemen door aan de arts; ontvangt van de logopedist, diëtist en ergotherapeut adviezen, hoe de eet- en drinksituatie zo optimaal en veilig mogelijk is; werkt de adviezen van de betreffende therapeuten uit in het zorgdossier en verwerkt ze ook op de zorgkaart; bespreekt de adviezen mondeling met de overige collega's van de verzorging tijdens overleg, zodat iedereen op de hoogte is van de mogelijke adviezen en hierop kunnen inspelen; licht zowel de bewoner als de familie in over de genomen acties rondom het eten en drinken; evalueert de gang van zaken met de verpleeghuisarts en de desbetreffende therapeut, hierin neemt de contactverzorgende zelf het initiatief als er grote veranderingen optreden of als de contactverzorgende dat anderszins nodig acht; laat de slikproblemen tijdens het MBB aan bod komen. Verzorgende is verantwoordelijk voor het aanbieden van eten en drinken; is verantwoordelijk voor het stimuleren van eten en drinken, zodat de bewoner voldoende eet en drinkt; moet op de hoogte zijn wat de bewoner heeft geleerd bij de logopedie; voert de geadviseerde houdingsadviezen zorgvuldig uit; voert de geadviseerde slikadviezen zorgvuldig uit; draagt er zorg voor, dat de bewoner bij behandeling van slikproblemen de juiste consistentie van eten en drinken krijgt aangeboden; is verantwoordelijk voor het mondeling en schriftelijk rapporteren aan de VHA en contactverzorgende, als er verandering optreedt in eet- en drinkproblemen; rapporteert aan de VHA en contactverzorgende bij signaleren van verslikken of andere moeilijkheden bij eten en drinken; rapporteert de eventuele vooruitgang van een bewoner aan VHA en contactverzorgende; voert bij acuut verslikken de heimlichmanouvre uit of schakelt direct de AVV er in. Bij slikproblemen is het belangrijk dat de verzorgende op de hoogte is van: de juiste omstandigheden waarin veilig gegeten en gedronken kan worden: een rustige en veilige omgeving waarin de bewoner voldoende tijd heeft om te eten en te drinken; de juiste zithouding om veilig te kunnen slikken: zoveel mogelijk rechtop, op bed de bedsteun op juiste hoogte, zodat de bewoner zoveel mogelijk rechtop in zithouding geholpen kan worden; de hulpmiddelen (zithulpmiddelen, serviesgoed en bestek), die de bewoner nodig heeft om zo zelfstandig mogelijk te kunnen eten en drinken; de juiste voeding: wat veilig kan worden gegeten en gedronken. Hierbij moet worden gelet op de voedingsvoorschriften, zoals opgesteld door de logopedist en diëtist; Consistentie: Hoe groot de stukjes voeding mogen zijn, hoe klein de hapjes moeten zijn, hoe klein de slokjes moeten zijn, hoeveel de vloeistof verdikt moet worden. Richtlijn Slikproblemen Vilente, Zorg voor Beter / Vilente, augustus 2007 5

Toetsing Een maal per twee jaar Referentie met andere documenten Herkenbaarheidssystematiek Richtlijn Slikproblemen verpleeghuisbewoners, 2001 AVVV Richtlijn Vocht en Voeding Beleidsnotitie Vocht en Voeding Protocol MIC Richtlijn dieetbehandeling Richtlijn Slikproblemen Vilente, Zorg voor Beter / Vilente, augustus 2007 6

Bijlage 1: Stroomschema Slikstoornissen In onderstaand schema staat schematisch vermeld welke stappen er genomen moeten worden bij bewoners met slikproblemen. Slikproblemen kunnen ook bij opname al aanwezig zijn. De zorg voor de bewoner staat in dit schema centraal. Verzorgende/contactverzorgende/familie/bewoner (signaleren van slikprobleem, uitvoeren informatie watersliktest, doorspelen naar informatie Contactverzorgende. doorspelen naar Bij Contact verslikken verzorgende. Bij verslikken Bij wordt verslikken het MIC wordt = Melding het MIC Incidenten = Melding Cliënten Incidenten formulier Cliënten ingevuld) formulier ingevuld) Contactverzorgende (melden van slikprobleem aan verpleeghuisarts) Verpleeghuisarts (inventariseert het slikprobleem, doet zelf onderzoek, vraagt afhankelijk van het probleem overige disciplines aan voor onderzoek en advisering) Diëtist (onderzoek voeding) Logopedist (slikonderzoek/eetobservatie) Ergotherapeut (onderzoek hulpmiddelen en houding) Diëtist, ergotherapeut en logopedist (stemmen adviezen op op elkaar af af. en Communicatie betrekken elkaar verloopt onderling altijd ook via de waar VHA, nodig, nemen nemen contact contact op op met Contactverzorgende met en zorgen voor zorgen duidelijke voor duidelijke rapportage rapportage in zorgdossier) in zorgdossier) Contactverzorgende (bespreken met diëtist, ergotherapeut en/of logopedist de adviezen en aanpassingen, dragen informatie over aan overige verzorgenden, voeren adviezen uit, zodat aan de bewoner zorg op maat wordt geleverd) Verpleeghuisarts (ontvangt terugrapportage van de verschillende disciplines over de genomen stappen en gegeven adviezen) Richtlijn Slikproblemen Vilente, Zorg voor Beter / Vilente, augustus 2007 7

Bijlage 2: Oorzaken van slikstoornissen bij ouderen Orofaryngeale (keelgebied) oorzaken 1 Neuromusculair: CVA Parkinson(isme) Hersenstamtumoren Multiple sclerose Amyotrofische lateraalsclerose Chorea van Huntington Perifere neuropathie Bulbaire poliomyelitis en post-poliosyndroom Idiopathisch 2 Musculair: Inflammatoire myopathieën: polymyositis en dermatomyositis Spierdystrofieën: myotone dystrofie en oculofaryngeale dystrofie Myasthenia gravis Metabole myopathieën: hyper-, hypothyreoïdie, steroid-myopathie Functieverlies van de spieren post-operatief/na ziekte. 3 Mechanisch obstructief: Infecties, abcessen Tumoren Uitwendige compressie: schildkliervergroting, lymfadenopathie, vertebrale osteofyten Post-operatieve veranderingen: bijvoorbeeld na laryngectomie 4 Motiliteitsstoornissen: Zenkers divertikel 5 Xerostomie: Geneesmiddelen Ziekte van Sjögren Na radiotherapie 6 Dentitieproblemen 7 Disfunctioneren wat betreft bewustzijn, cognitie en stemming: Alzheimer-dementie Depressie Sufheid Richtlijn Slikproblemen Vilente, Zorg voor Beter / Vilente, augustus 2007 8

Oesofageale(slokdarm) oorzaken 1 Mechanisch obstructief: In oesofagus: Complicaties van gastro-oesofageale reflux : motiliteitsstoornissen, oesofagitis, strictuur, Barrett s oesofagus Ring in onderste oesofagussegment webs Divertikels Tumoren Medicamenteus geïnduceerd letsel Buiten oesofagus: Tumoren Compressie door aneurysma aortae thoracalis Cardiomegalie Mediastinale lymfadenopathie Postoperatieve veranderingen 2 Motiliteitsstoornissen: Achalasie van de onderste sfincter Diffuse oesofagusspasmen Diabetes mellitus Sclerodermie en andere bindweefselziekten Richtlijn Slikproblemen Vilente, Zorg voor Beter / Vilente, augustus 2007 9

Bijlage 3: Ernstschaal Dysfagie 5. ZEER ERNSTIGE DYSFAGIE Duidelijke aanwijzigingen voor aspiratie van voeding Patiënt heeft geen hoestreflex en kan geregeld endotracheaal uitzuigen nodig hebben Afwezigheid van boluscontrole, afwezigheid van orale en/of faryngeale slikactiviteit Slikproblemen vaak samenhangend met cognitieve stoornissen. Nil per os -beleid (geen orale voeding) Sondevoeding of parenterale voeding is noodzakelijk 4. ERNSTIGE DYSFAGIE Grote kans op aspiratie Inadequate of inconsistente slikreflex Beperkte orale motoriek, afwezigheid van boluscontrole Nil per os -beleid (geen orale voeding) Er is wel de mogelijkheid om te oefenen met aangepaste consistenties en compensatoire technieken, hiervoor is echter behandeling en verzorging door goed geïnstrueerd en ervaren personeel nodig.sondevoeding of parenterale voeding is noodzakelijk. 3. ERNSTIGE TOT MATIGE DYSFAGIE Kans op aspiratie Hoest- en slikreflex zijn aanwezig, maar abnormaal of vertraagd Ongecoördineerde orale motoriek Beperkte orale intake. Patiënt is in staat om te oefenen met aangepaste consistenties en compensatoire technieken, wel blijft behandeling en verzorging door goed geïnstrueerd en ervaren personeel nodig. Voedingssupplementen en eventueel sondevoeding om orale intake aan te vullen. 2. MATIGE DYSFAGIE Kans op incidentele aspiratie Slik- en hoestreflex aanwezig Orale motoriek kan matig zijn Alle voeding per os is mogelijk. Aangepaste consistenties en eventueel voedingssupplementen met behulp van compensatoire technieken blijven noodzakelijk Patiënt heeft enige hulp nodig en/of eet erg langzaam. 1. GERINGE OROFARYNGEALE DYSFAGIE Geen aanwijzingen voor aspiratie Slik- en hoestreflex aanwezig Minimale stoornissen in de orale motoriek Vrijwel normale voeding per os, zonder hulp. Op basis van logopedisch onderzoek worden bepaalde soorten voeding of eetsituaties vermeden. 0. GEEN AANWIJZINGEN VOOR DYSFAGIE Geen aanwijzingen voor aspiratie Slik- en hoestreflex aanwezig Ongestoorde orale motoriek Geen voedingsaanpassingen Bron: Enderby P. Therapy Outcome Measures (TOM) speech-language pathologie. San Diego-Londen: Singular Publishing; 1997 Richtlijn Slikproblemen Vilente, Zorg voor Beter / Vilente, augustus 2007 10

Bijlage 4: Neveneffecten van medicatie op de slikfunctie Medicijn Antidepressiva Anticholinergica Antihyoertensiva Diuretica Opiaten Antipsychotica Antiemetica Spierverslappers Antihistaminica Theophylline Nitraten Calcium antagonisten Anticholinergica Diazepam Morfine Antibiotica Ascorbine zuur ASA/NSAIDS Ijzersulfaat Prednison Kaliumchloride Quinidine Theophylline Antipsychotica Metoclopramide Prochloorperazine Neveneffect Xerostomie (droge mond) Verminderde sluiting distale oesofageale sfincter (ontstaan van reflux) Beschadigingen aan oesofagus Extra-pyramidale effecten (o.a. verminderde spierfunctie in orofarynx en oesofagus) Bron: Sokolof L, Pavlakovic R. Neuroleptic Induced Dysphagia. Dysphagia 1997;12:177-9 Richtlijn Slikproblemen Vilente, Zorg voor Beter / Vilente, augustus 2007 11

Bijlage 5 Werkinstructie verdikken van dranken 1. Maak gebruik van Nutilis bij het verdikken van dranken 2. Maak gebruik van de speciale lepel (in het blik) 3. Strijk de lepel met een mes af 4. Maak gebruik van de shakebeker bij het verdikken, met uitzondering van warme dranken! 5. Voeg het verdikkingsmiddel toe volgens onderstaande tabel en advies van de logopedist (dikte 1,2 of 3) 6. Geen lepeltje in het kopje, het glas of de beker laten staan. Als de bewoner de lepel in zijn/haar mond neemt en vervolgens weer terugzet, kan de vloeistof dunner worden door het speeksel 7. Neem contact op met de logopedie, wanneer je het idee hebt dat het verdikken niet goed gaat. Bij afwezigheid van de logopedie kan je contact opnemen met de AVV er of contactverzorgende Kopje koffie 100 ml (met/zonder melk) (karnemelk/chocomelkdikte) *** (yoghurtdikte) *** (vladikte) *** 1 schepje 1,5 schepje 2 schepjes Kopje thee * 100 ml 1 schepje (1,5) schepje (2) schepjes Sinaasappelsap ** 150 ml 1,5 schepje 2 schepjes 2,5 schepjes Appelsap ** 150 ml 1,5 schepje 2 schepjes 2,5 schepjes Nutridrink **** 200 ml (dikte van de substantie) 3 schepjes 5 schepjes Fortimel **** 200 ml (dikte van de substantie) 3 schepjes 5 schepjes Cubitan **** 200 ml (dikte van de substantie) 3 schepjes 5 schepjes N.B. * Verdikken van thee. Zorg voor wat sterkere thee, eventueel smaakjesthee en/of suiker. Bij dikte 2 en 3 gaat de smaak van de thee verloren ** Verdikken van appelsap en sinaasappelsap. Wanneer de bewoner dikte 3 nodig heeft, gaat de voorkeur qua smaak uit naar appelmoes of vruchtenmoes *** Melkproducten zijn niet goed smakelijk te verdikken. Beter kan je de bewoner het volgende geven; Dikte 1; karnemelk of chocolademelk Dikte 2; yoghurt (eventueel met suiker) Dikte 3; vla **** Bijvoeding is niet goed smakelijk te verdikken. Indien een bewoner bijvoeding nodig heeft én het advies heeft gekregen verdikte dranken te drinken, neem dan contact op met de logopedie Richtlijn Slikproblemen Vilente, Zorg voor Beter / Vilente, augustus 2007 12

Werkinstructie verdikken van dranken Koude dranken 1. Schenk 50 ml vloeistof in de shakebeker 2. Voeg de gewenste hoeveelheid nutilis geleidelijk toe 3. Meng dit goed met een vork of garde tot er een gladde oplossing is gevormd 4. Voeg geleidelijk de overige vloeistof toe 5. Plaats het deksel op de shakebeker en schud goed tot er een gladde oplossing is gevormd 6. Laat de oplossing zo n 3 minuten staan 7. Schenk de verdikte drank in een glas/beker/kopje Warme dranken 1. Schenk 50 ml vloeistof in een beker, kopje of glas 2. Voeg de gewenste hoeveelheid nutilis geleidelijk toe 3. Meng dit goed met een vork of garde tot er een gladde oplossing is gevormd 4. Voeg geleidelijk de overige vloeistof toe 5. Roer het geheel goed door tot er een gladde oplossing is gevormd 6. Laat de oplossing zo n 3 minuten staan Richtlijn Slikproblemen Vilente, Zorg voor Beter / Vilente, augustus 2007 13