Communicatiedomeinen Examennummer: 68495 Datum: 10 december 2011 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur



Vergelijkbare documenten
Heeft u minimaal 28 vragen correct beantwoord, dan heeft u een voldoende behaald.

Communicatie in de praktijk Examennummer: Datum: 5 februari 2011 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur

Communicatiedomeinen Examennummer: Datum: 22 juni 2013 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur

- Concept van geïntegreerde communicatie - Inzicht in het concept van geïntegreerde communicatie 55% rekening houdend met de kansscore

Public relations en mediarelaties Examennummer: Datum: 28 juni 2014 Tijd: 10:00 uur - 11:30 uur

Exameneisen Marketingcommunicatie-A Vooraf

Dossier: Marketing, communicatie en evenementen Examen: KE3 Communicatie

Crossmedia communicatie Examennummer: Datum: 28 juni 2014 Tijd: 10:00 uur - 11:30 uur

Inhoudsopgave. 1 Marketing en communicatie Consumentengedrag 55

1. Drie uitgangssituaties

Inhoudsopgave beknopt

Marketingmix instrumenten Marketingcommunicatie

Wilcox, D.L. en Cameron, G.T. (2013). Public Relations strategies and tactics. Amsterdam: Pearson Education. ISBN:

Communicatie in organisaties Examennummer: Datum: 25 juni 2011 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur

MARKETING / 11A. HBO Marketing / Marketing management. Raymond Reinhardt 3R Business Development. 3R COMMUNICATIEBELEID

Oefenmateriaal Basiskennis Communicatie

Management van overheid en non-profit Examennummer: Datum: 14 december 2013 Tijd: 10:00 uur - 11:30 uur

NIMA B EXAMEN MARKETINGCOMMUNICATIE ONDERDEEL B JUNI 2014

Media en communicatie Examennummer: Datum: 23 november 2013 Tijd: 10:00 uur - 11:30 uur

Antwoordmodel. Meerkeuzevragen (20 punten)

FULL SERVICE RECLAME- EN DESIGNBUREAU

Het stelselmatig bevorderen van het wederzijds begrip tussen een organisatie en haar publieksgroepen.

Informatiemanagement Examennummer: Datum: 8 december 2012 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur

HOOFDSTUK 6: MARKETINGPROGRAMMA S OM MERKMEERWAARDE OP TE BOUWEN

ICT-strategie Examennummer: Datum: 30 juni 2012 Tijd: 10:00 uur -11:30 uur

Communicatiebeleidsplan Politiezone Schelde-Leie

Communicatie in de praktijk - Examennummer februari Meerkeuzevragen (20 punten)

Hoorcollege Crossmedia

E-Business Examennummer: Datum: 28 juni 2014 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur

Bedrijfseconomische aspecten Examennummer: Datum: 17 september 2011 Tijd: 10:00 uur - 11:30 uur

Bestuurlijke informatievoorziening Examennummer: Datum: 25 juni 2011 Tijd: 10:00 uur - 11:30 uur

Als bij een vraag een motivatie of berekening vereist is, worden aan het antwoord geen punten toegekend als deze motivatie of berekening ontbreekt.

Zakelijke kredieten Examennummer: Datum: 30 juni 2012 Tijd: 10:00 uur - 11:30 uur

Zakelijke kredieten Examennummer: Datum: 17 november 2012 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur

NIMA B EXAMEN MARKETINGCOMMUNICATIE ONDERDEEL B JUNI 2014

Hoofdstuk 15 Geïntegreerde marketingcommunicatiestrategie

Marcomplan ZZPPS Merkant. Communicatie. Het Marcomplan. Wat, waarom en hoe

Consumentengedrag. H7 Marketingcommunicatiedoelstellingen Floor en van Raaij. maandag 25 februari 13

1 rubriek + 10 trefwoorden. 1 categorie +

Bestuurlijke informatievoorziening Examennummer: Datum: 28 juni 2014 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur

GELOOFWAARDIGHEID is de sleutel tot succesvolle interne communicatie. April Concrete tips voor effectieve interne communicatie

Online Communicatie Examennummer: Datum: 29 maart 2014 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur

Marketing. De basisprincipes. Acco Leuven / Den Haag. Katheline De Lembre

4 Wat is een concerncommunicatie-discipline? A Direct Marketing. B Sponsoring. C Persoonlijke verkoop. D Klachtenbehandeling

BLOGGIN. De relatie tussen MKB-moderetailers en modebloggers - succes ligt op de loer

Corporate Communicatie. COM2, hoorcollege 1 14 mei 2007

Financiële analyse en rapportage Examennummer: Datum: 2 februari 2013 Tijd: 10:00 uur - 11:30 uur

Managementcontrol Examennummer: Datum: 10 december 2011 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur

Geschiedenis van leidinggevende stijlen

INTERNE COMMUNICATIE -Doelstelling -

Hoorcollege Crossmedia

Eigenlijk kan het niet vaak genoeg worden herhaald: doel en doelgroep zijn het belangrijkste onderdeel van het Internet Project Plan.

detaillistenpromotie onderdelen promotiemix Hand-out detaillistenpromotie, paragraaf 9.1 promotie gepland Retailmarketing hoofdstuk 9, paragraaf 9.

Interne Communicatie. Blok 2 jr. 2 INTERNE COMMUNICATIE COLLEGE 01 SHEET 1

Welkom bij ITCH CREATIVE STUDIO

BROCHURE Workshop Coachend Leidinggeven. Coachend Leidinggeven. Sales Force Consulting

De marketing van duurzaamheid

1. Een nieuw communicatiemodel

Bedrijfseconomie. DC methode Omzet:... Variabele kosten...+ Dekkingsbijdrage... Constante kosten...-- Resultaat

Inleiding rechten Examennummer: Datum: 17 november 2012 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur

VWEC: kritische reflectie Alex Van Leeuwen Social Media Monitoring

SRM Opleidingen en trainingen. Exameneisen Communicatiemedewerker BNP niveau 2 (A)

Informatiemanagement Examennummer: Datum: 30 juni 2012 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur

Management. Auteur: Mitchell Janssen Vakgebied: Management Beschrijving

Communicatie: klanten aantrekken én behouden

ONDERZOEKSRAPPORT CONTENT MARKETING EEN ONDERZOEK NAAR DE BEHOEFTE VAN HET MKB IN REGIO TWENTE AAN HET TOEPASSEN VAN CONTENT MARKETING

Praktijkinstructie Reclame en promotie 4 (CCA09.4/CREBO:50116)

Welkom. Dag van de Orde Zeist, 30 oktober Workshop. Is uw Schijf van Vijf in balans? Test het Organisatie Verandervermogen. Drs.

Bestuurlijke informatievoorziening Examennummer: Datum: 29 juni 2013 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur

Financiële rekenkunde Examennummer: Datum: 29 maart 2014 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur

Geïntegreerde communicatie In dit hoofdstuk zul je het volgende leren:

Wat is marketing. Hoe wordt marketing gebruikt in de praktijk. Product. Prijs

College 6. Terugblik: H 14 Prijs (20 min) Video Kotler (20 min) Bespreken video (15 min) Vragen vooraf (15 min) Theorie H 15 communicatie (60 min)

Ondernemingsrecht Examennummer: Datum: 27 maart 2010 Tijd: 10:00 uur - 11:30 uur

Vijf creatieve voorstellen om KLT onder de aandacht te brengen bij potentiële opdrachtgevers.

2 De organisatie wil een intranet

Consumentengedrag. H5 onderzoek naar consument, product en concurrentie (Floor en van Raaij)

Zakelijke kredieten Examennummer: Datum: 29 juni 2013 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur

Together is better Talent.Samenwerking.Ontwikkeling.Toewijding.

Individualiteit en zelfstandigheid voorop

Smals Bureau voor Communicatie

10 onmisbare vaardigheden voor. de ambtenaar van de toekomst. 10 vaardigheden. Netwerken. Presenteren. Argumenteren 10. Verbinden.

Zakelijke kredieten Examennummer: Datum: 22 september 2012 Tijd: 12:30 uur - 14:00 uur

NIMA B EXAMEN MARKETINGCOMMUNICATIE EXAMENMODULE B1 24 JANUARI 2017 EXAMEN NIMA B MARKETINGCOMMUNICATIE ONDERDEEL 2

Het Wie, Wat en Hoe vanwelzorg in 2012

Procesmanagement Examennummer: Datum: 30 juni 2012 Tijd: 10:00 uur - 11:30 uur

Online communicatie Examennummer: Datum: 28 juni 2014 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur

5 Redenen waarom Retargeting essentieel is voor UW bedrijf.

Hoe ouder, hoe trouwer Switchen & behouden in de 50-plusmarkt

INTERENE COMMUNICATIE

NIMA Communicatie-A. Inhoudsopgave. Les 1. Les 3. Les 2. Les 4. Over communicatie. Communicatie en de externe omgeving

Inleiding rechten Examennummer: Datum: 28 juni 2014 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur

Dit bestand niet correct? Meld misbruik op Saxionstudent.nl Blok1

Ondernemingsrecht Examennummer: Datum: 26 maart 2011 Tijd: 10:00 uur - 11:30 uur

DRIVING BUSINESS. Werkplaats orders genereren met Social Media

baken in roerige tijden

Competentieprofiel. Maatschappelijk werker

BROCHURE Cursus Coachend Leidinggeven. Coachend Leidinggeven. Sales Force Consulting

Do s & Don ts Social Media

Transcriptie:

Communicatiedomeinen Examennummer: 68495 Datum: 10 december 2011 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur Dit examen bestaat uit 8 pagina s. De opbouw van het examen is als volgt: - 40 meerkeuzevragen (maximaal 40 punten) Heeft u minimaal 28 vragen correct beantwoord, dan heeft u een voldoende behaald. De antwoorden dienen ingevuld te worden op bijgevoegd examenpapier. Schrijf duidelijk leesbaar. Toegestane hulpmiddelen - Geen Wij wensen u veel succes!

Meerkeuzevragen (40 punten) De antwoorden dienen ingevuld te worden op bijgevoegd examenpapier. Voor een correct antwoord: 1 punt. 1. Wat is een mission statement van een organisatie? a. Een afgeleide van de identiteit van een organisatie b. Een afgeleide van de visie van een organisatie c. Een afgeleide van het imago van een organisatie 2. Accountantskantoor WTCC heeft laten onderzoeken hoe zijn klanten aankijken tegen de organisatie. Wat heeft WTCC precies laten onderzoeken? a. De feitelijke identiteit b. Het feitelijke, bewust gedragen imago c. Het feitelijke, onbewust gedragen imago 3. Tijdens het WK start opticien Het zicht een ludieke reclamecampagne. Bij elk doelpunt van het Nederlands elftal krijgt de klant 10,- korting op een brilmontuur. Hoe heet deze vorm van adverteren? a. Corporate financial advertising b. Corporate image advertising c. Corporate issue advertising 4. Wat heeft een organisatie aan de transparantieladder van managementadviesbureau Berenschot? a. Het kan een organisatie helpen om haar reputatie op basis van zes reputatiedrivers in kaart te brengen. b. Het kan een organisatie helpen om permanent aan (cultuur)verbetering te werken. c. Het kan houvast bieden om de communicatie over maatschappelijk verantwoord ondernemen in stappen op te bouwen. NCOI Opleidingsgroep 1

5. Wat houdt de term prosumer in? a. Mensen die nieuwe producten ontwikkelen voor consumenten. b. Mensen die vooroplopen in hun sociale netwerk. c. Mensen die weinig invloed hebben op het aankoopgedrag van hun omgeving. 6. Waarom is interne communicatie erg belangrijk voor effectieve organisaties? a. Omdat medewerkers dan bijvoorbeeld in een personeelsblad geïnformeerd kunnen worden over de efficiëntie van de organisatie. b. Omdat medewerkers informatie nodig hebben om efficiënt te kunnen werken. c. Omdat medewerkers met deze informatie bij kunnen dragen aan een positief imago van de organisatie. 7. Interne communicatie kent vier hoofdfuncties binnen een organisatie. Welke twee functies dragen vooral bij aan de productiviteit van een organisatie? a. Motiveren van medewerkers en beleidsinformatie b. Kennismanagement en beleidsinformatie c. Taakinformatie en kennismanagement 8. Boekhandel Van A tot Z gaat fuseren met kantoorboekhandel Van Bekkum. De fusie heeft nogal wat gevolgen voor alle medewerkers: sommige medewerkers moeten andere taken gaan uitvoeren. Een aantal medewerkers is zelfs overtollig! De directeur van Boekhandel Van A tot Z heeft zijn medewerkers geïnformeerd over de vele veranderingen. Twee medewerkers kon hij niet informeren; die zijn op dit moment met zwangerschapsverlof. De directeur besluit hen via een brief te informeren over de situatie en de gevolgen ervan. Is een brief een geschikt medium om deze medewerkers te informeren over de fusie? a. Ja, want een brief is erg mediarijk. b. Ja, want voor complex nieuws is een arm medium erg geschikt. c. Nee, want voor complex nieuws is een rijk medium geschikter. 9. Geeske werkt voor een project samen met collega s van andere afdelingen in een multidisciplinair team. Een leidinggevende van de andere afdeling stuurt het multidisciplinaire team aan. Hoe heet deze vorm van communicatie? a. Diagonale communicatie b. Horizontale communicatie c. Parallelle communicatie NCOI Opleidingsgroep 2

10. Een organisatie voert intranet in. Wat kan een nadeel van intranet zijn? a. De communicatie in de lijn verloopt minder. b. De gebruiker weet niet altijd of de informatie recent is. c. Intranet leidt tot meer grenzen binnen de organisatie. 11. Fiona werkt sinds kort bij een bedrijf waar nauwelijks bazen of ondergeschikten zijn. Ze merkt dat er in dat bedrijf dan ook weinig aandacht aan interne communicatie wordt besteed. Zo wordt er via de hiërarchische lijn weinig gecommuniceerd. De leiding beperkt zich tot het aannemen van nieuw personeel en tot het sturen op werkresultaten op de lange termijn. De horizontale communicatie beperkt zich tot afspraken over de taakverdeling. In welk type organisatie volgens Minzberg werkt Fiona? a. Adhocratie b. Machinebureaucratie c. Ondernemende structuur 12. In een bedrijf in Frankrijk is men gevoelig voor hiërarchie en accepteren de medewerkers over het algemeen duidelijke regels die gelden voor interne communicatie. De medewerkers zullen de regels waarschijnlijk goed naleven. Wat zegt dat over de dimensies van machtsafstand en onzekerheidsvermijding die Hofstede onderscheidt? a. Het bedrijf kent een redelijk grote machtsafstand en een redelijk kleine onzekerheidsvermijding. b. Het bedrijf kent een redelijk grote machtsafstand en een redelijk sterke onzekerheidsvermijding. c. Het bedrijf kent een redelijk kleine machtsafstand en een redelijk zwakke onzekerheidsvermijding. 13. llse werkt sinds kort op een uitzendbureau. Ze is erg blij met haar baas Sigrid. Sigrid geeft op een coachende manier leiding. Ze probeert samen met haar medewerkers vragen op te lossen en is daarbij taakgericht; samen met de medewerkers zoekt Sigrid naar de beste oplossingen. Dat vindt Ilse fijn; ze voelt zich gesteund door Sigrid, maar ook door haar andere collega s. Bovendien vindt Ilse het fijn dat de sfeer erg open is: conflicten worden meteen uitgesproken. Welke leiderschapsstijl past Sigrid toe volgens Hersey en Blanchard? a. Delegerende stijl b. Onderhandelende stijl c. Participatieve stijl 3 NCOI Opleidingsgroep

14. Bij het opstellen van een goede structuur voor de interne communicatie kan de communicatie onderverdeeld worden in een basispakket en een aanvullend pakket. Welke stelling over een goede interne communicatie is correct? a. Het basispakket is bestemd voor het uitwisselen van verschillende soorten informatie. b. Het basispakket is uitsluitend geschikt voor top-down- en bottom-upcommunicatie. c. In het basispakket zitten onder meer bulletins, sites en presentaties voor interne projecten. 15. Het opstellen van een basisstructuur voor de interne communicatie verloopt volgens een aantal stappen. Wat is de juiste volgorde van deze stappen? a. huidige kanalen en middelen opstellen knelpunten en mogelijkheden vaststellen wensen en informatiebehoefte doelgroepen vaststellen nieuwe communicatiestructuur uitwerken b. huidige kanalen en middelen opstellen wensen en informatiebehoefte doelgroepen vaststellen knelpunten en mogelijkheden vaststellen nieuwe communicatiestructuur uitwerken c. knelpunten en mogelijkheden vaststellen huidige kanalen en middelen opstellen wensen en informatiebehoefte doelgroepen vaststellen nieuwe communicatiestructuur uitwerken 16. De wijze waarop een organisatie haar interne communicatie inricht, hangt af van haar visie op communicatie. Wat is een expliciete basis voor de visie van een bedrijf op communicatie? a. De missie van de organisatie. b. Het beeld dat het bedrijf heeft van mensen. c. Het beeld dat het bedrijf heeft van organisaties. 17. Myrna stelt een nieuwe interne communicatiestructuur op voor haar organisatie. Myrna is een groot voorstander van zo veel mogelijk segmentatie. Haar baas is echter minder enthousiast over segmentatie. Welk voordeel van segmentatie kan Myrna noemen om haar baas te overtuigen? a. De informatiebehoefte verschilt per doelgroep. b. Iedereen heeft recht op dezelfde informatie. c. Segmentatie voorkomt dat de leiding bepaalt wat goed voor medewerkers is. NCOI Opleidingsgroep 4

18. Een voordeel van intranet is dat een bedrijf via intranet informatie beschikbaar kan stellen voor medewerkers met dezelfde gemeenschappelijk interesse. Hoe heet deze vorm van informatievoorziening via intranet? a. Broadcasting b. Narrowcasting c. Webcasting 19. Voor welk type communicatie leent een weblog of blog zich goed in een bedrijf? a. Horizontale communicatie b. Parallelle communicatie c. Top-downcommunicatie 20. Wiebe stelt een knipselkrant op voor zijn organisatie. Wat is het doel van zo n knipselkrant? a. Op de hoogte blijven van belangrijke ontwikkelingen in de branche. b. Op de hoogte blijven van belangrijke ontwikkelingen in de eigen organisatie. c. Op de hoogte blijven van de manier waarop de organisatie over de buitenwereld bericht. 21. Wat is een belangrijke functie van een merk voor een bedrijf? a. Gemak bij het kopen b. Gemakkelijkere productintroducties c. Psychosociale functie 22. De consumentenmarkt en de zakelijke markt verschillen van elkaar. Welke typering van beide markten is juist? a. In de consumentenmarkt is de duur van het aankoopproces kort, in de zakelijke markt lang. b. In de consumentenmarkt is de informatiebehoefte groot, in de zakelijke markt klein. c. In de consumentenmarkt is het aantal potentiële afnemers klein, in de zakelijke markt groot. 23. Het cosmeticabedrijf Ultimo heeft een nieuw damesparfum ontwikkeld. Het nieuwe parfum is alleen verkrijgbaar in een aantal chique parfumerieën en warenhuizen. Hoe heet deze vorm van distributie? a. Exclusieve distributie b. Intensieve distributie c. Selectieve distributie 5 NCOI Opleidingsgroep

24. Sigarenfabrikant Sigaro zorgt vooral via persoonlijke verkoop en handelspromoties dat detaillisten zijn sigaren verkopen aan de consument. Welke strategie past Sigaro toe? a. Mediastrategie b. Pull-strategie c. Push-strategie 25. Eline koopt deodorant in een drogisterij. Ze ziet dat de deodorant van het merk Puur in de aanbieding is: drie deorollers voor de prijs van twee. Eline gaat met drie deorollers Puur naar huis. Wat voor soort marketingcommunicatie past het merk Puur toe? a. Actiecommunicatie b. Pleitcommunicatie c. Thematische communicatie 26. Wat is het verschil tussen propaganda en reclame? a. Propaganda heeft een commerciële doelstelling; reclame bevordert stelselmatig wederzijds begrip tussen een organisatie en haar publieksgroepen. b. Propaganda heeft een ideële doelstelling; reclame een commerciële. c. Propaganda is een tijdelijke verbetering van de prijs-waardeverhouding van een product; reclame een permanente. 27. Evita werkt voor een levensmiddelenketen. Ze wil voor haar bedrijf een marketingcommunicatie-instrument inzetten dat kortdurend is, en dat inspeelt op de kennis en attitude van haar consumenten. Voor welk marketingcommunicatie-instrument kan Evita het beste kiezen? a. Marketing-pr b. Reclame c. Winkelcommunicatie 28. Waarom is het verstandig om bij de uitwerking van een marketingcommunicatieplan de communicatie-inspanningen op een kleine doelgroep te richten? a. Omdat dat goedkoper is. b. Omdat de boodschap dan specifiek op de doelgroep afgestemd kan worden. c. Omdat iedereen zich dan aangesproken voelt door de boodschap. 29. Jasmijn wil het effect van de reclamecampagne van haar bedrijf vaststellen. Wat is een voorwaarde voor een evaluatie van de campagne? a. Nauwkeurig geformuleerde doelgroep b. Nauwkeurig geformuleerde doelstellingen c. Nauwkeurig geformuleerde strategie NCOI Opleidingsgroep 6

30. Bij de creatieve ontwikkeling van een marketingcommunicatiecampagne gaat het erom wat er gezegd wordt over een product, en hoe. Hoe wordt dat wat ook wel aangeduid (in vaktermen)? a. Brand stature b. Concept c. Propositie 31. Waarop is de positionering van een merk gericht? a. Op de attitude van een consument b. Op de cognitie van een consument c. Op de perceptie van een consument 32. Wat is een gesloten propositie? a. De doelstelling dat een consument een product frequenter gebruikt. b. De doelstelling dat een consument een product of dienst aankoopt. c. De doelstelling dat een consument informatie opvraagt. 33. Tariq werkt op de afdeling Communicatie van een bedrijf dat gereedschap maakt. Hij stelt de gebruiksaanwijzing op van een zaagmachine. Tariq begint de gebruiksaanwijzing met de aanhef: Geachte koper, gefeliciteerd met uw aankoop van zaagmachine ZA423! Van welke functie van marketingcommunicatie is deze aanhef een voorbeeld? a. Bevestigende functie b. Informerende functie c. Structurerende functie 34. Bedrijven willen graag weten wat de merkattitude van de consument is ten opzichte van hun merk. Om dit te weten te komen, meten bedrijven onder meer de vitaliteit van een merk. Waarop is deze vitaliteit gebaseerd? a. Relevantie b. Vertrouwdheid c. Waardering 35. Welke marketingcommunicatie-instrumenten maken vaak gebruik van het mediumtype reclameartikelen? a. Public relations en sponsoring b. Reclame en beurzen c. Tentoonstellingen en public relations 7 NCOI Opleidingsgroep

36. Een fototoestellenfabrikant wil zijn nieuwste type fototoestel bij een groot publiek onder de aandacht brengen. Tv-reclame lijkt de fabrikant het beste middel, bij voorkeur in de vorm van branded content. De fabrikant mikt met zijn fototoestel op een jong, hip publiek. Hij wil daarom graag dat zijn product gebruikt wordt door personages in een populaire soap. De kijkers van deze soap zijn precies zijn doelgroep. Als zij zien dat hun tv-helden dat fototoestel gebruiken, dan gaan zij dat vast ook doen. Hoe heet deze vorm van televisiesponsoring? a. Inscript sponsoring b. Product placement c. Programmaparticipatie 37. Miranda wil weten hoe laat het vliegtuig van haar zoon landt op Schiphol. Ze kijkt daarvoor op teletekst. Hoe heet deze vorm van informatieopslag? a. Allocutie b. Consultatie c. Conversatie 38. Sing Lee werkt voor een aannemersbedrijf. Hij wil via retentiemarketing een aantal marketingcommunicatie-instrumenten inzetten. Eerst wil hij prospects werven uit de doelgroep (1), daarna wil hij van de prospects klanten maken (2). Tot slot wil hij zijn bestaande klanten behouden (3). In welke volgorde kan hij de volgende marketingcommunicatie-instrumenten het beste inzetten om dit te bereiken? a. Cross-selling (1) Gouden Gids (2) telemarketing (3) b. Gouden Gids (1) telemarketing (2) cross-selling (3) c. Telemarketing (1) cross-selling (2) Gouden Gids (3) 39. Fietsenfabriek Cyclo is sinds kort gefuseerd met fietsenfabriek Rapido. Het nieuwe bedrijf, CycloRapido, heeft laten onderzoeken hoe het gesteld is met de corporate identiteit en het imago van het bedrijf. Uit de onderzoeksresultaten blijkt dat het imago (nog) negatiever is dan de identiteit. Wat kan CycloRapido het beste doen om dit te veranderen? a. Eerst het imago verbeteren en vervolgens indien nodig de identiteit b. Indien nodig eerst de identiteit verbeteren en dan het imago c. Tegelijkertijd het imago en de identiteit verbeteren 40. Als een bedrijf samenwerkt met een communicatieadviesbureau, dan kan dat via verschillende modellen gebeuren. Welk model heeft vaak de voorkeur van middelgrote en grote organisaties? a. Coördinatie door de opdrachtgever b. Coördinatie door één bureau c. Coördinatie door één bureaugroep NCOI Opleidingsgroep 8