SCHOOLPLAN 2011-2015



Vergelijkbare documenten
RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL BISSCHOP ERNST

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE OPENBARE BASISSCHOOL NOORDHOVE

Uitslagen. School. Quick Scan 2011 team School met de Bijbel. School met de Bijbel

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL DEN DIJK

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL 'SINT JOZEF'

DEFINITIEF RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET ONDERWIJSVERSLAG OP RKBS HOEKSTEEN

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Basisschool t Kwekkeveld

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL HERVORMDE SCHOOL

ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP O.B.S. DE BONGERD

RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK BIJ

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL ALBERT SCHWEITZER

RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET ONDERWIJSVERSLAG FINLANDIA

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE C.B.S. H.H. SIMONIDESSCHOOL

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL 'PATER VAN DER GELD'

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE R.K. BASISSCHOOL KLAVERTJE VIER

Jaarverslag DE DELTA

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL ''T STOOFJE'

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE DE CHRISTELIJKE BASISSCHOOL DE ONTMOETING

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL 'DE TOUWLADDER'

RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET ONDERWIJSVERSLAG BASISSCHOOL DE BONGERD

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. R.K. basisschool De Talenten

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE O.B.S. DE VRIJHEID, LOCATIE 1

KWALITEITSONDERZOEK IN HET KADER VAN HET ONDERWIJSVERSLAG 2007/2008

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE PCBS DE DUIF. BRIN-nummer : 08WB Onderzoeksnummer : 94572

RAPPORT VAN BEVINDINGEN

Toezicht in het praktijkonderwijs

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE CBS DE KAMELEON. : CBS De Kameleon : 's-gravenzande BRIN-nummer : 13IK Onderzoeksnummer : 95095

Onderwijskundig Jaarplan ( OKJP) OnderwijsKundig JaarVerslag ( OKJV)

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. : Kallenkote

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE KATHOLIEKE BASISSCHOOL WILLIBRORD

RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP BASISSCHOOL 'T MÊÊTJE

KWALITEITSONDERZOEK IN HET KADER VAN HET ONDERWIJSVERSLAG 2007/2008 BASISSCHOOL DE HORST

De Vogelveste. speciale school voor basisonderwijs

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL 'T LOO

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL DE KRULLEVAAR. : basisschool De Krullevaar : 's-gravenhage BRIN-nummer : 13TA Onderzoeksnummer : 94147

RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP CHRISTELIJKE BASISSCHOOL DE POORT

4?^ ' \/ Lr- Ö RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL BERG EN BOS. Basisschool Berg en Bos Apeldoorn 17NG 94718

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE PC BASISSCHOOL DE REGENBOOG

Heikamperweg AZ Asten-Heusden

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL ST. CHRISTOFFEL

Achtergrond. Missie Onze missie op basis van deze situatie luidt:

Schoolplan

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE O.B.S. DE KAMELEON

KWALITEITSONDERZOEK IN HET KADER VAN HET ONDERWIJSVERSLAG 2007/2008

DEFINITIEF RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP OBS MOLENBEEK

RAPPORT PERIODIEK KWALITEITSONDERZOEK RKBS 'VAN DOORN'

ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP BASISSCHOOL ROALD DAHL

RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP REHOBOTHSCHOOL

RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP BASISSCHOOL PATER VAN DER GELD

OPBRENGSTEN LEERLINGENZORG

RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP DE HORIZON

RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET ONDERWIJSVERSLAG DE DR. J.A. GERTH VAN WIJKSCHOOL

RAPPORT VAN BEVINDINGEN

& Sociale Integratie. Beleidsstuk ACTIEF BURGERSCHAP. Actief burgerschap & Sociale integratie. Het Palet MeerderWeert 1

RAPPORT PERIODIEK KWALITEITSONDERZOEK PC BASISSCHOOL DE REGENBOOG

RAPPORT PERIODIEK KWALITEITSONDERZOEK BASISSCHOOL ANNE FRANK

Vragenlijst Team 2015

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE KARDINAAL ALFRINKSCHOOL

lp o INSPECTIE hetonderwijs RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK BIJ n.b.b.s. Het Blokland

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL DUBBELDEKKER

ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP BASISSCHOOL JOHANNES PAULUS

Toezicht op scholen en voorzieningen voor nieuwkomers

Moderne onderwijskundige concepten

RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP BASISSCHOOL DE VLIER

RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP OBS OVER DE SLINGE

KWALITEITSONDERZOEK IN HET KADER VAN HET ONDERWIJSVERSLAG 2007/2008 BASISSCHOOL BERG EN BEEK

SCHOOLPLAN LB

RAPPORT PERIODIEK KWALITEITSONDERZOEK BASISSCHOOL BEATRIX

Quickscan voor personeel

Schoolprofiel. Algemene Schoolbeschrijving

Inhoudsopgave Schoolplan

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL 'DE KAJUIT'

2. Waar staat de school voor?

RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK BIJ. CSG Het Noordik, locatie Vriezenveen

RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP DE WENNEPE

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. Basisschool De Broekhof

RAPPORT PERIODIEK KWALITEITSONDERZOEK OBS 'PIET MONDRIAAN'

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL DE HAREN. : basisschool de Haren : 's-hertogenbosch BRIN-nummer : 12TH Onderzoeksnummer : 95042

JAARPLAN Samen werken aan de toekomst! Bekkampstraat AH Hengevelde

Onderwijskundig jaarplan GBS Het Talent 1

Evaluatie plan van aanpak cbs de Wâlikker schooljaar EVALUATIE. plan van aanpak schooljaar team Wâlikker Pagina 1

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE OBS HET KOMPAS

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE OBS DE ZOEKER

Jaarplan Hellevoetsluis. Datum: 14 november

RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP OBS DE HORN

Omdat elk kind telt en groeit met plezier ; dat is de titel van het strategisch beleidsplan van onze Stichting Proo.

Onderzoek naar de kwaliteitsverbetering bij. Christelijke Speciale basisschool De Branding

RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET ONDERWIJSVERSLAG BASISSCHOOL HET KLOKHUIS

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. obs De Akker

RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET ONDERWIJSVERSLAG MONTESSORISCHOOL WAALSDORP

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. obs De Meridiaan

KWALITEITSONDERZOEK IN HET KADER VAN HET ONDERWIJSVERSLAG 2007/2008 BASISSCHOOL BEISTERVELD

RAPPORT PERIODIEK KWALITEITSONDERZOEK C.B.S. DE WEGWIJZER

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Onderzoek naar de kwaliteitsverbetering bij. Basisschool De Achtbaan

Plaats BRIN-nummer Onderzoeksnummer Datum schoolbezoek Rapport vastgesteld te Utrecht op

ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP BASISSCHOOL DE BORNE

RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING BIJ DE DIJSSELBLOEM

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL KONINGIN EMMA

DEFINITIEF RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP BASISSCHOOL DE PIONIER

Onderwijskundig jaarplan GBS Het Talent 1

Transcriptie:

SCHOOLPLAN 2011-2015 O.B.S. Beatrixschool Middenweg 4 8332 CZ STEENWIJK Tel. 0521-514198 e-mail directie@obsbeatrixschool www.obsbeatrixschool.nl

Inhoudsopgave Schoolplan 2011-2015 Naam Inhoud 0 Voorwoord Relatie met WMK: beleidsterreinen en competenties 1 Inleiding 1.1 Doelen en functie van het schoolplan 1.2 Procedures opstellen en vaststellen van het schoolplan 1.3 Verwijzingen 2 Schoolbeschrijving 2.1 Kenmerken school 2.2 Kenmerken directie en leraren 2.3 Kenmerken leerlingen 2.4 Kenmerken ouders en omgeving 2.5 Prognoses: interne en externe ontwikkelingen 2.6 Referentiekaders Taal en Rekenen per 1-8-2010 3 Onderwijskundig beleid 3.1 Missie + mission statement + streefbeelden 3.2 Visie(s): algemeen en specifiek Cultuureducatie 3.3 Levensbeschouwelijke identiteit Sport en bewegen 3.4 Leerstofaanbod + Toetsinstrumenten Wetenschap en techniek 3.5 Taalleesonderwijs 3.6 Rekenen en Wiskunde 3.7 Sociaal-emotionele ontwikkeling 3.8 Actief Burgerschap en sociale cohesie 3.9 ICT 3.10 Leertijd 3.11 Pedagogisch Klimaat 3.12 Didactisch Handelen 3.13 Actieve rol van de leerlingen 3.14 Zorg en begeleiding 3.15 Passend onderwijs Afstemming 3.16 Opbrengstgericht werken 3.17 Opbrengsten 4 Personeelsbeleid 4.1 Organisatorische doelen 4.2 Schoolleiding 4.3 Beroepshouding 4.4 Integraal Personeelsbeleid Professionalisering 4.5 Instrumenten voor personeelsbeleid 4.6 Verzuimbeleid 5 Organisatie & beleid 5.1 Structuur (organogram) schoolorganisatie + besturingsfilosofie 5.2 Structuur (groeperingsvorm) 5.3 Schoolklimaat (incl. Sociale Veiligheid en Risico-Inventarisatie 5.4 Communicatie (intern) 5.5 Communicatie (met externe instanties) 5.6 Communicatie (met ouders) 5.7 Voor- en vroegschoolse educatie 6 Financieel beleid Materieel beleid 5.8 Buitenschoolse opvang (voor-, tussen- en naschools) 6.1 Lumpsum financiering 6.2 Externe geldstromen 6.3 Baten van derden 6.4 Huisvestingsbeleid 7 Kwaliteitsbeleid 7.1 Kwaliteitszorg + toelichting op indicatoren 7.2 Wet-en regelgeving 7.3 Terugblik Schoolplan 2007-2011 ( evaluatie ) 7.4 Strategisch beleid 7.5 Analyse inspectierapport(en) 7.6 Uitslagen Quick Scan en analyse 7.7 Kwaliteitszorg en ouders + Analyse oudervragenlijst 7.8 Kwaliteitszorg en leerlingen + Analyse leerlingenvragenlijst 7.9 Kwaliteitszorg en leraren + Analyse lerarenvragenlijst 7.10 Het evaluatieplan 7.11 Kwaliteitsprofiel (sterkte/zwakte-analyse) 7.12 Plan van Aanpak (2011-2012) 7.13 Plan van Aanpak (2012-2013) 7.14 Plan van Aanpak (2013-2014) 7.15 Plan van Aanpak (2014-2015) 2

Voorwoord De indeling van het schoolplan 2011-2015 is afgestemd op het strategisch beleidsplan 2011-2015 van Op Kop en de beleidsterreinen die wij relevant vinden voor onze schoolontwikkeling. Deze beleidsterreinen vormen de focus voor onze kwaliteitszorg (zie hoofdstuk 7). Dit betekent, dat wij deze beleidsterreinen: 1.Beschrijven 2.Periodiek (laten) beoordelen 3.Borgen of verbeteren Wat beloven we? Zie schoolplan. Doen wij wat we beloven? Zie hoofdstuk 7.9 Wat moeten wij borgen? Wat verbeteren? Ziehoofdstuk 7.10 t/m 7.14. De onderscheiden beleidsterreinen komen (deels overeen) met de kwaliteitsaspecten die de Inspectie van het Onderwijs onderscheidt in haar toezichtskader. Tevens beschrijven wij in deze inleiding de competenties (in de geest van de wet Beroepen in het onderwijs) die wij hanteren voor de persoonlijke ontwikkeling van onze werknemers. Deze competenties vormen de rode draad in ons integraal personeelsbeleid (zie hoofdstuk 4). De beleidsterreinen en de competenties zijn logisch gekoppeld (zie schema) en afgeleid van de zeven bekwaamheidseisen in de wet Bio. Onze beleidsterreinen (kwaliteitszorg) Onze competenties (integraal Afgeleid van de Wet BIO personeelsbeleid) Levensbeschouwelijke identiteit (3.3.) Vakinhoudelijk competent (3) Leerstofaanbod (3.4) Vakmatige beheersing Vakinhoudelijk competent (3) Taalleesonderwijs (3.5) Vakinhoudelijk competent (3) Rekenen en Wiskunde (3.6) Vakinhoudelijk competent (3) Sociaal-emotionele ontwikkeling (3.7) Vakinhoudelijk competent (3) Actief Burgerschap (3.8) Vakinhoudelijk competent (3) ICT (3.9) Vakinhoudelijk competent (3) Leertijd (3.10) Gebruik leertijd Organisatorisch competent (4) Pedagogisch klimaat (3.11) Pedagogisch handelen Pedagogisch competent (2) Interpersoonlijk competent (1) Didactisch handelen (3.12) Didactisch handelen Didactisch en vakinhoudelijk competent (3) Organisatorisch competent (4) Actieve rol leerlingen (3.13) Didactisch handelen Schoolklimaat (5.3) Interpersoonlijk competent (1) Zorg en begeleiding (3.14) Zorg voor leerlingen Vakinhoudelijk competent (3) Passend onderwijs/afstemming (3.15) Opbrengstgericht werken (3.16) Opbrengstgerichtheid Opbrengsten (3.17) Opbrengstgerichtheid Schoolleiding (4.2) NSA Beroepshouding (4.3) Competent in samenwerken (omgeving) (6) Professionalisering (4.4) Integraal Personeelsbeleid Professionele instelling Competent in samenwerken (collegae) (5) Competent in reflectie en ontwikkeling (7) Interne communicatie (5.4) Communicatie Competent in samenwerken (collegae) (5) Externe contacten (5.5.) Communicatie Competent in samenwerken (omgeving) (6) Contacten met ouders (5.6) Communicatie Competent in samenwerken (omgeving) (6) Voor- en vroegschoolse educatie (5.7) Kwaliteitszorg (7.1) Gerichtheid op kwaliteit Competent in reflectie en ontwikkeling (7) Wet-en regelgeving (7.2) In het schoolplan zijn hoofdstukken opgenomen (zie inhoudsopgave) die nader ingaan op de doelen die we stellen ten aanzien van de genoemde beleidsterreinen. In hoofdstuk 4, Integraal Personeelsbeleid, gaan we nader in op de rol en de functie van de onderscheiden competenties. 3

Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1. Doelen en functie van het schoolplan Ons schoolplan beschrijft - binnen de kaders van het Strategisch beleidsplan van de Stichting Op Kop - in de eerste plaats onze kwaliteit: onze missie, onze visie en de daaraan gekoppelde doelen. Wij spreken in dit geval van ambities (fase to plan). Op basis van de huidige situatie hebben we diverse instrumenten ingezet om grip te krijgen op onze sterke en zwakke punten, en daarmee op onze verbeterdoelen (fase to check) voor de komende vier jaar. Het schoolplan functioneert daardoor als verantwoordingsdocument (wat beloven we?) naar de overheid, het bevoegd gezag en de ouders, en als planningsdocument (wat willen we wanneer verbeteren?) voor de planperiode 2011-2015. Op basis van ons vierjarige Plan van Aanpak (zie hoofdstuk 7) willen we jaarlijks een uitgewerkt schooljaarplan opstellen. Op deze wijze geven we vorm aan een cyclus van plannen, uitvoeren en evalueren. 1.1.1. Procedures voor het opstellen, vaststellen en levend houden van het schoolplan Alvorens het schoolplan vast te stellen is er eerst een strategisch beleidsplan voor Op Kop vastgesteld. Dit strategisch beleidsplan is opgesteld na twee studiedagen met de directeuren van Op Kop, de beleidsmedewerkers en de algemeen directeur. Het strategisch beleidsplan is de basis voor alle schoolplannen van Op Kop. Vervolgens is het schoolplan door de directie opgesteld samen met het team. De teamleden hebben meegedacht over de invulling van de verschillende hoofdstukken, en tevens conceptteksten aangeleverd. De komende vier jaar zullen we planmatig hoofdstukken van ons schoolplan met elkaar bespreken. Daarnaast wordt er aan het einde van ieder schooljaar een schooljaarplan opgesteld. In het schooljaarplan worden de opbrengsten verzameld, geanalyseerd en geëvalueerd. Naar aanleiding hiervan wordt het verbeterplan voor het volgend schooljaar opgesteld of bijgesteld. Het schooljaarplan wordt door de directeur besproken met het team, de MR en de algemeen directeur. De directeur legt ook een koppeling van het schoolplan naar de gesprekkencyclus. 1.2. Verwijzingen Ons schoolplan is een rompplan. Daarom verwijzen we naar de volgende beleidsstukken: Schoolgids Zorgplan school Zorgplan SWV WSNS Strategisch beleid Stichting Op Kop 2011-2015 Schooljaarplan Functieboek Veiligheidsplan Integraal Personeelsbeleid Protocol gescheiden ouders Protocol medicijnverstrekking Handboek gesprekkencyclus Stagebeleid Meerjarenplanning Leermiddelen Document Opbrengstgericht werken op de Beatrixschool Document Actief Burgerschap en Sociale Integratie [visie, doelen en aanbod] Document Taal-/leesonderwijs op de Beatrixschool [visie, doelen en aanbod] Document Reken-/wiskundeonderwijs op de Beatrixschool [visie, doelen en aanbod] Beleidsstuk Organisatiestructuur van de Beatrixschool Analyses en verbeterplannen WMK-onderdelen Document Kwaliteitszorg Beatrixschool 4

Hoofdstuk 2 Schoolbeschrijving 2.1. Kenmerken school Onze school valt onder stichting Op Kop samen met nog 21 locaties voor openbaar basisonderwijs en 1 school voor speciaal basisonderwijs. De scholen staan in de gemeenten Steenwijkerland en Zwartewaterland. De grootte van de scholen varieert van 23 tot bijna 400 leerlingen. De scholen hebben samen bijna 2300 leerlingen en er zijn ongeveer 250 personeelsleden in dienst. Gegevens: Stichting Op Kop Bezoekadres: Eendrachtsplein 1 8355 DL Giethoorn Postadres: Postbus 2225 8355 ZJ Giethoorn Telefoon: 0521-362520 E-mail: info@stichtingopkop.nl Website: www.stichtingopkop.nl Gegevens: Openbare basisschool Beatrixschool Bezoekadres: Middenweg 4 8332 CZ STEENWIJK Telefoon: 0521-514198 E-mail: directie@obsbeatrixschool Website: www.obsbeatrixschool.nl 2.2. Kenmerken directie en leraren De directie van de school bestaat uit een directeur en een adjunct-directeur. Beiden beschikken over het diploma Directeur Primair Onderwijs. De directie van de school wordt bijgestaan door twee bouwcoördinatoren (OB-BB). Samen vormen de directie en de bouwcoördinatoren het MT van de school. De staf bestaat uit de IB-er, ICT-er en de reken-/taalcoördinator. Het aantal leerkrachten, IB-er en vakleerkracht gymnastiek is 25: 5 in voltijd en 20 in deeltijd. Het team bestaat verder uit een administratief medewerker. De school beschikt daarnaast over twee gedetacheerde conciërges in deeltijd (zie Beleidsstuk Organisatiestructuur van de Beatrixschool). Er zijn 5 personeelsleden eveneens werkzaam op onze zelfstandige nevenvestiging OBS Kallenkote (2 leerkrachten, die alleen daar werkzaam zijn, zijn niet meegeteld in de aantallen). De leeftijdsopbouw wordt gegeven in onderstaand schema (stand van zaken per 1-9-2011). Het ziekteverzuim is behoorlijk hoog: het gemiddelde percentage over de jaren 2007-2011 is 8,73%. Per ( ) MT OP OOP Ouder dan 50 jaar 1 11 1 Tussen 40 en 50 jaar 2 3 Tussen 30 en 40 jaar 1 6 Tussen 20 en 30 jaar 5 Jonger dan 20 jaar Totaal 4 25 1 2.3. Kenmerken leerlingen Onze school (die in schoolgroep 1 valt) wordt bezocht door 370 kinderen (stand van zaken 1-10- 2010). Slechts 11,35% van de leerlingen kent een gewicht (n=42). Onderstaand schema geeft de aantallen leerlingen per groep en het percentage gewogen leerlingen (1-10-2010): Groep Aantal Gewicht in % Aantal Groep 1/2a 24 8,33 2 Groep 1/2b 23 8,7 2 Groep 1/2c 22 13,64 3 5

Groep 3a 25 4 1 Groep 3b 26 11,54 3 Groep 4a 25 4 1 Groep 4b 22 13,64 3 Groep 5a 24 16,66 4 Groep 5b 24 16,66 4 Groep 6a 24 12,5 3 Groep 6b 26 11,54 3 Groep 7a 29 10,34 3 Groep 7b 28 7,14 2 Groep 8a 22 4,55 1 Groep 8b 26 26,92 7 Totaal 370 11,35% 42 De conclusie is, dat het aantal gewogen leerlingen afneemt en dat de school te maken krijgt met een terugloop van het leerlingenaantal. Per groep hebben we de specifieke kenmerken in beeld gebracht (bijlage) en consequenties getrokken uit gewicht en kenmerken. In alle groepen willen we flink investeren op taal- en rekengebied. We gaan met groepsplannen werken i.c.m. opbrengst gericht werken. 2.4. Kenmerken ouders en omgeving Onze school staat in een licht vergrijzende wijk, wat consequenties heeft voor de instroom (zie ook hoofdstuk 2.3). Het opleidingsniveau van de ouders wordt gegeven in onderstaand schema (gerelateerd aan het gewicht). De kengetallen laten zien, dat onze school te maken heeft met een HBO+ en MBO-populatie. De nieuwe instroom in de wijk verschilt weinig van de zittende bevolking; dat is te zien aan de afname van leerlingen met een gewicht. De ouderpopulatie laat geen directe gevolgen zien voor ons beleid m.b.t. actief burgerschap en sociale cohesie. Groep Aantal 0,0 0,3 1,2 HBO+ MBO < MBO Verzor ger: 1 2 1 2 1 2 Groep 1/2a 24 22 0 2 7 6 11 16 6 2 Groep 1/2b 23 21 1 1 7 6 14 15 2 2 Groep 1/2c 22 19 3 0 10 11 6 8 4 5 Groep 3a 25 24 1 0 10 7 8 15 7 3 Groep 3b 26 23 3 0 4 5 18 17 4 4 Groep 4a 25 24 1 0 10 5 11 19 4 1 Groep 4b 22 19 1 2 6 7 8 11 8 4 Groep 5a 24 20 4 0 7 6 12 14 5 4 Groep 5b 24 20 4 0 3 1 16 16 5 7 Groep 6a 24 21 2 1 9 7 11 12 4 5 Groep 6b 26 23 3 0 5 4 17 19 4 3 Groep 7a 29 26 3 0 6 7 15 16 8 6 Groep 7b 28 26 1 1 4 4 16 21 8 3 Groep 8a 22 21 1 0 6 6 11 12 5 4 Groep 8b 26 16 6 1 4 5 14 12 8 9 Totaal 370 328 34 8 98 87 188 223 82 62 2.5. Prognoses: interne en externe ontwikkelingen Diverse ontwikkelingen binnen en buiten onze stichting maken dat wij niet kunnen stilzitten. Deze invloeden leiden tot voortdurende veranderingen binnen de organisatie en de omgeving waarin Op Kop participeert. De belangrijkste externe en interne ontwikkelingen voor Op Kop worden kort beschreven. 6

Externe invloeden: Wij beschrijven hier de invloeden die van buiten op ons af komen. Invloeden waar we niet of nauwelijks invloed op uit kunnen oefen en waar we gewoon rekening mee dienen te houden. De verschillende aspecten kunnen onderverdeeld worden in kansen en bedreigingen. Puntsgewijs noemen wij het volgende: Kansen De nieuwe regering hecht veel waarde aan de kwaliteit van het onderwijs. Zij wil de komende jaren tot de internationale top 5 gaan behoren; 1 Kwalitatief goed onderwijs staat hoog op de agenda. Enkele thema s die hierbij genoemd worden zijn opbrengstgericht werken, taal- en rekenontwikkeling en passend onderwijs; 2 Scholen moeten voldoen aan de gestelde referentieniveaus vanuit het Ministerie van OCW; 3 Aandacht is er voor de scheiding tussen goed onderwijs en goed bestuur (code goed bestuur); 4 Veel waarde wordt gehecht aan de doorlopende leerlijn en in relatie hiermee de voor- en naschoolse opvang. Om de gewenste externe oriëntatie te ondersteunen is onder andere de OKÉ wetgeving geformuleerd; 5 Er is een toename van de autonomie van schoolbesturen; 6 Er is een groeiende aandacht voor diverse ICT ontwikkelingen. 7 Steeds meer nadruk wordt gelegd op de financiële huishouding van de schoolbesturen. De commissie DON is hier een goed voorbeeld van. Bedreigingen 1 Geconstateerd moet worden dat er een beleidsarme Rijksbegroting is. Gekort wordt onder andere op Passend Onderwijs, de Enveloppenmiddelen en de Kinderopvangtoeslag; 2 Door krimp en schaarste loopt het aantal leerlingen terug. Naast de terugloop van het aantal leerlingen wordt op de landelijke arbeidsmarkt een tekort aan leerkrachten en schoolleiders verwacht; 3 Sterke positie van het bijzonder onderwijs; 4 De gemeentelijke overheden zullen de komende jaren bezuinigingen doorvoeren. Deze kunnen voelbaar zijn in de huisvestingsthematiek. Interne invloeden: Bij het formuleren van doelstellingen voor Op Kop is rekening gehouden met de belangrijkste sterktes en zwaktes van de stichting. Deze randvoorwaarden zijn: Sterktes 1 De onderwijsopbrengsten op alle scholen zijn goed; 2 De stichting kenmerkt zich door openheid, kleinschaligheid en transparantie; 3 Er is sprake van duidelijke planvorming op alle scholen; 4 Directeuren kunnen elkaar meer ondersteunen; 5 De financiën van de stichting zijn op orde; 6 Binnen het directieteam is sprake van een diversiteit aan competenties; 7 Er wordt geïnvesteerd in innovatie. Zwaktes 1 Het marktaandeel ten opzichte van het PC bestuur is dalend; 2 Op Kop is onbekend bij veel inwoners van Steenwijkerland en Zwartewaterland; 3 De sluitende keten tussen primair onderwijs en voor- en naschoolse opvang ontbreekt; 4 De mobiliteit bij de personeelsleden is onvoldoende; 5 Het klantgericht werken bij de personeelsleden is nog niet voldoende ontwikkeld; 6 Personeelsleden reageren nog te weinig op de continu veranderende omgeving; 7 Op het materiële terrein (huisvesting) zijn overschrijdingen aanwezig. In het kader van ons nieuwe schoolplan zien we voor de komende vier jaren een aantal kansen (intern en extern) en bedreigingen (intern en extern) voor wat betreft de school, het personeel en de leerlingen. We willen daarmee nadrukkelijk rekening houden in ons beleid en onze beleidskeuzen 7

INTERN KANSEN Goede opbrengsten Opbrengstgericht en planmatig werken Kwaliteitsverhoging van leraren Reken-/taalleescoördinator Invoer passend onderwijs Uitbreiding buitenschoolse opvang met dagopvang en peuterspeelzaal Aandacht PR ETERN Gebruik mogelijkheden sportvoorzieningen Groene Long / sporthal met overdekt zwembad Kind in de Kern Combinatiefuncties sport/cultuur Samenwerking instellingen als BJZ, GGD, Kinderopvangorganisatie, buurthuis De Oerthe BEDREIGINGEN Minder inschrijvingen van 4-jarigen uit de schoolomgeving Vormen van combinatiegroepen Concurrentie/marktaandeel Clausschool Bevolkingskrimp Bezuinigingen van de lokale en landelijke overheid (o.a. op passend onderwijs) Bezuinigingen Op Kop ivm leerlingendaling 2.6. Referentiekaders Taal en Rekenen per 1-8-2010 De directie en de leerkrachten gaan zich oriënteren op / kennis hebben van de rol, betekenis, functie en inhoud (zowel in 2010-2011 en 2011-2012). De bovenbouwcoördinator heeft als taak om zich op de hoogte te blijven stellen van de ontwikkelingen. Voor het onderwijs van basisschool tot hoger onderwijs is vastgelegd wat leerlingen moeten kennen en kunnen als het gaat om taal en rekenen/wiskunde. Het gaat om basiskennis en - vaardigheden die voor alle leerlingen van belang zijn. Het doel van de invoering van een referentiekader voor deze basiskennis en -vaardigheden is een algemene niveauverhoging. Het aanleren van de basiskennis en -vaardigheden is een kerntaak van het onderwijs. Basiskennis en - vaardigheden kunnen leerlingen op verschillende niveaus beheersen. Voor taal zijn er in totaal vier niveaus beschreven en voor rekenen/wiskunde drie. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen een fundamenteel niveau (F) en een streefniveau (S). Het niveau 2F heeft iedereen nodig om te kunnen participeren in de maatschappij. Er zijn leerlingen die minder snel of sneller dan gemiddeld de leerstof beheersen. Al deze leerlingen willen we uitdagen. De ene groep door wat meer dan voorheen van ze te vragen om zo veel mogelijk een fundamenteel niveau te behalen. De tweede groep door ze wat extra s te bieden: een streefniveau. Bij taal betekent dit dat je deze leerlingen de stof op een direct volgend fundamenteel niveau aanbiedt. Voor taal zijn per niveau de volgende domeinen beschreven: mondelinge taalvaardigheid, lezen, schrijven, begrippenlijst en taalverzorging. Bij rekenen/wiskunde gaat het om een apart beschreven, abstracter, niveau. Voor rekenen gaat het om de volgende domeinen: getallen, verhoudingen, meten/meetkunde en verbanden. Het referentiekader zorgt voor efficiëntere en effectievere onderwijsprogramma s. De programma s van de verschillende schooltypen sluiten beter op elkaar aan waardoor herhalingen of hiaten voorkomen worden. Er is duidelijk omschreven wat uw leerling moet kennen en kunnen als het om de basiskennis en -vaardigheden gaat. U kunt dus heel gericht gaan werken. De referentieniveaus zullen nog (wettelijk) worden toegewezen aan de verschillende schooltypen. In het primair onderwijs zullen leerlijnen, tussendoelen, leerlingvolgsystemen en de verschillende toetsen moeten gaan overeenstemmen met het referentiekader. 8

Hoofdstuk 3 Het onderwijskundig beleid 3.1. De missie van de school 3.1.1. Missie van onze school Onze school is een openbare basisschool voor kinderen van 4 t/m 12 jaar. Wij hanteren het leerstofjaarklassensysteem, met veel aandacht voor het individuele kind en we gaan daarbij uit van het concept passend onderwijs. Onze school staat open voor alle leerlingen, ongeacht afkomst, geloof of levensovertuiging, die aangemeld worden door hun ouders/verzorgers. Er zijn situaties, waarbij een toelatingsgesprek wordt gevoerd of volgens het protocol LGF wordt gehandeld (zie schoolgids betr. toelatingsbeleid). Het is ons doel om leerlingen cognitief en sociaal te ontwikkelen, zodat ze kunnen doorstromen naar een passende vorm van vervolgonderwijs. Gelet op het eerste vinden we m.n. de vakken Taal en Rekenen van belang, gezien het tweede besteden we veel aandacht aan het (mede) opvoeden van de leerlingen tot volwaardige en respectvolle burgers in een open en pluriforme samenleving. Onze school conformeert zich aan de uitgangspunten van Op Kop. Waar staan we voor en waar gaan we voor zijn twee belangrijke vragen die binnen Op Kop beantwoord moeten worden. Het antwoord op deze vragen is opgenomen in de kernwaarden en visie. De volgende kernwaarden vindt Op Kop belangrijk om uit te dragen: 1. Kwaliteit 2. Betrokkenheid 3. Trots 4. Efficiënt 5. Proactief 6. Communicatie 7. Enthousiasme Op Kop staat midden in de samenleving en werkt samen met verschillende partners. Denk aan de leerlingen, de ouders, de personeelsleden, de buurt, het dorp, de kinderopvang, de peuterspeelzaal, het voortgezet onderwijs enz. De slogan van Op Kop is dan ook SAMEN OP KOP. De missie van de stichting is als volgt verwoord: Op Kop biedt een diversiteit van basisonderwijs in bijna alle woonkernen van de gemeenten Steenwijkerland en Zwartewaterland. Deze openbare scholen zijn toegankelijk voor alle kinderen zonder onderscheid van godsdienst of levensbeschouwing en het onderwijs wordt gegeven met eerbiediging voor ieders godsdienst of levensbeschouwing. Kinderen op onze scholen kunnen rekenen op een veilige plek. Op Kop staat garant voor kwalitatief goed onderwijs. Hierbij staat het kind centraal en krijgt het de mogelijkheden om zich optimaal te kunnen ontwikkelen waarbij rekening gehouden wordt met verschillen tussen kinderen. Leerlingen van het Op Kop worden voorbereid op een zelfstandig functioneren in de maatschappij. 3.1.2. Visie van onze school Onze visie is: We streven naar een onderwijsleersituatie waarbij de kinderen een continue ontwikkelingsproces doorlopen. Er wordt rekening gehouden met hun verschillen in ontwikkeling, begaafdheid, belangstelling en motivatie. De kinderen kunnen zich pas optimaal ontwikkelen wanneer aan de basisbehoeften: relatie, competentie en autonomie, wordt voldaan. In ons onderwijs komen we tegemoet aan verschillen tussen kinderen. Kinderen die meer aandacht vragen i.v.m. gedrags- en/of leerproblemen en kinderen die meer dan de gemiddelde leerstof aankunnen. Als school bieden we de kinderen duidelijkheid door middel van een vaste structuur en regels. 9

3.1.3. Streefbeelden Voor de komende vier jaar zijn de volgende richtinggevende uitspraken van belang voor onze activiteiten en prioritering: 1. Op onze school wordt systematisch (gestructureerd) aandacht geschonken aan de sociaalemotionele ontwikkeling 2. Op onze school is er sprake van passend onderwijs 3. Alle medewerkers werken (samen) aan hun persoonlijke ontwikkeling gerelateerd aan de schoolontwikkeling 4. Op onze school werken leerlingen coöperatief samen 5. Op onze school wordt opbrengstgericht gewerkt 6. Op onze school wordt gewerkt met actuele methoden 7. Onze school ontwikkelt en profileert zich tot een brede school De komende vier jaar wordt i.v.m. profilering ingezet op: 1. een optimale afstemming tussen onderwijs en opvang, zodat er rust komt in de dagindeling van kinderen en hun ouders. Inhoudelijk en pedagogisch wordt een verbinding gelegd. Samen zorgen de partners voor stabiliteit, veiligheid en continuïteit. Alle talenten van de kinderen worden aangesproken en de ontwikkelingskansen vergroot. Er worden mogelijkheden gecreëerd voor samenwerking met meer partners (bijv. peuterspeelzaal). 2. een gefaseerde invoer van aangepaste schooltijden, zodat een optimale dagindeling mogelijk kan worden voor kinderen en ouders. Kinderen krijgen een dagindeling die past bij structuur, rust en veiligheid zodat het opbrengstgericht werken optimale kansen krijgt. Tevens krijgen kinderen de kans om verschillende talenten te ontdekken en te ontwikkelen. Ouders zijn dan in staat maatschappelijk mee te doen in arbeid, sport, verzorging, huishouden en sociale netwerken. We verwijzen naar hoofdstuk 7: Kwaliteitsbeleid. 3.1.4. Missiebeleid Het beleid om de missie van onze school levend te houden is de missie, visie en kernwaarden jaarlijks te bespreken in een plenaire teamvergadering. De missie en visie zijn opgenomen in onze schoolgids en op onze website. Stichtingsbreed zal er in de komende schooljaren verder beleid geformuleerd en uitgevoerd gaan worden met betrekking tot meerpresterende (en hoogbegaafde) leerlingen. Omdat deze leerlingen specifieke onderwijsbehoeften hebben, zal het beleid er op gericht zijn om ook voor deze leerlingen passend onderwijs te realiseren op de scholen van OP KOP. Voor de schoolplanperiode 2011-2015 worden de volgende activiteiten ingezet die voor alle scholen gelden: - Schooljaar 2011 2012: o keuze van een signaleringsinstrument voor alle scholen o screening van alle leerlingen o scholing IB ers (of kartrekkers) m.b.t. vroegtijdig signaleren - Schooljaar 2012 2013: o Start jaarlijkse screening o Vervolgscholing IB ers (of kartrekkers) o Scholen werken met plan van aanpak voor meerbegaafde leerlingen o Beleid bovenschools is vastgesteld - Schooljaar 2013 2014: o Volledige implementatie beleid meerpresteerders op schoolniveau Vanuit Kwaliteit in Beweging zal er op groepsniveau op alle scholen van OP KOP gewerkt gaan worden met groepsjaarplannen. Dit groepsjaarplan is het werkplan voor de leerkracht waarin in ieder geval het volgende staat vermeld: - De beginsituatie van de groep - De leerlingresultaten (trendanalyses van de groep) 10

- De doelstellingen voor de groep in het betreffende schooljaar - De didactische groepsoverzichten voor het leesonderwijs en rekenen - De groepsplannen voor het leesonderwijs en rekenen - Het groepssignaleringsoverzicht - De evaluaties (minimaal 2 x per schooljaar) Het groepsjaarplan is tevens het overdrachtsinstrument voor de volgende jaargroep. Alle scholen moeten het groepsjaarplan uiterlijk in het schooljaar 2013 2014 hebben ingevoerd. 3.2. De visies van de school 3.2.1. Algemeen Waar gaan we voor? De visie, missie en ambitie van Op Kop hebben betekenis voor het onderwijs, het personeel, de middelen, de organisatie en communicatie. Onderwijs Op Kop heeft de ambitie de opbrengsten te verhogen. Het onderwijs is dusdanig ingericht dat het beste uit kinderen gehaald wordt. Op Kop houdt daarbij wel rekening met de verschillen tussen kinderen. Kinderen wordt, indien noodzakelijk, een individueel ontwikkelingsperspectief geboden. Op Kop heeft het ontwikkelen van basisvaardigheden en het halen van goede opbrengsten hoog in het vaandel staan. Het gaat daarbij om de cognitieve en om de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen. Door zelfstandig werken, een gedifferentieerde instructie en een goed leerlingvolgsysteem wordt op alle scholen gestructureerd gewerkt. Samenwerkingsvormen tussen kinderen onderling worden bevorderd. Personeel Op Kop biedt haar personeelsleden een professionele cultuur waarbij gestreefd wordt naar een hoge mate van deskundigheid. Persoonlijke ontwikkeling, scholingsbereidheid en betrokkenheid zijn hierbij de uitgangspunten. Bij Op Kop werken bevlogen, enthousiaste en gemotiveerde mensen. Middelen Op Kop besteedt aandacht aan de schoolgebouwen en streeft naar moderne, uitdagende, sfeervolle en vooral veilige scholen. Alle scholen hebben de beschikking over een up-to-date ICTnetwerk. Personeelsleden en leerlingen gaan op alle scholen zuinig om met energie. Dit om aan de ene kant het bewustzijn ten opzichte van energie te vergroten en aan de andere kant de kosten binnen de perken te houden. Op de scholen wordt gewerkt met eigentijdse methoden en materialen. Binnen de begroting wordt voldoende geld vrijgemaakt voor de aanschaf van methoden en materialen. Op Kop streeft naar een gezonde financiële balans met voldoende middelen voor de lange termijn. 3.2.1.1. Levensbeschouwelijke identiteit Onze school is een openbare basisschool. De aandacht voor levensbeschouwelijke vorming is verweven in het onderwijs. Wel besteden we structureel en expliciet aandacht aan geestelijke stromingen. We zien een sterke relatie zien tussen levensbeschouwelijke vorming, sociaalemotionele ontwikkeling (o.a. omgaan met de ander en de omgeving, ontwikkeling sociale vaardigheden) en actief burgerschap en sociale cohesie. We vinden het belangrijk, dat leerlingen op een goede wijze met elkaar omgaan en dat ze respect hebben voor de mening en visie van anderen. In relatie met de leerlingenpopulatie besteedt de school beperkt aandacht aan specifieke feesten die gerelateerd kunnen worden aan een bepaalde levensbeschouwing. 3.2.1.2. Lesgeven (pedagogisch-didactisch handelen) Het lesgeven is de kern van ons werk. We onderscheiden pedagogisch en didactisch handelen, hoewel beide facetten van ons werk feitelijk onscheidbaar zijn. Van belang daarbij is: oog hebben voor het individu, een open houding, wederzijds respect en een goede relatie waarin het kind zich gekend weet. 11

Belangrijke pedagogische waarden zijn: zelfstandigheid, eigen verantwoordelijkheid, kritische zin, reflecterend vermogen en samenwerking. Gelet op de didactiek vinden we de volgende zaken van groot belang: interactief lesgeven; de leerlingen betrekken bij het onderwijs onderwijs op maat geven: differentiëren gevarieerde werkvormen hanteren (variatie = motiverend) een kwaliteitsvolle instructie verzorgen kinderen zelfstandig (samen) laten werken 3.2.1.3. Zorg en begeleiding Onze school besteedt veel aandacht aan de zorg en begeleiding van de leerlingen. De ontwikkeling van de leerlingen wordt gevolgd met behulp van Cito-toetsen (cognitief) en Viseon (sociaal-emotioneel). De zorg richt zich op het wegwerken of verkleinen van onderwijsachterstanden (leerprestaties) en het verbeteren van de sociaal-emotionele ontwikkeling. De toetsresultaten beschouwen we als indicatief. Het totaalbeeld van de leerling - zoals dat in het gesprek tussen IB-er en leraar aan de orde komt - bepaalt de onderwijsbehoefte van de leerling. De laatste jaren zijn we overgegaan op handelingsgericht werken. Daar waar mogelijk proberen we leerlingen te clusteren en wordt er gewerkt met groepsplannen. Binnen de groepsplannen houden we oog voor het individuele kind. Wat ons betreft richt de zorg zich op meerdere typen leerlingen. In de eerste plaats focust de zorg zich op de D- en E-leerlingen en daarnaast besteden we bij de zorg en begeleiding aandacht aan de meer begaafde leerlingen. 3.2.2. Onze onderwijskundige speerpunten Onze school heeft een aantal principes vastgesteld voor kwalitatief goed onderwijs. Ten aanzien van ons onderwijs (effectief onderwijs) zoeken we naar een goede balans tussen de aandacht voor de cognitieve ontwikkeling en de sociaal/emotionele ontwikkeling van de kinderen. Van belang zijn de volgende aspecten: 1. De leertijd wordt effectief besteed 2. Het leren van de leerlingen staat centraal 3. De leerkrachten hebben hoge verwachtingen van de leerlingen en laten dat merken 4. Leerlingen die dat nodig hebben krijgen extra aandacht 5. Er wordt gewerkt met het BHV-model (basisstof, herhalingsstof, verrijkingsstof) 6. De leraren passen hun onderwijs aan gelet op de kwaliteiten van een kind, een groepje of de groep als geheel 7. De leraren werken opbrengstgericht (vanuit heldere doelstellingen) 8. Leerkrachten zorgen voor een ordelijk en gestructureerd klimaat dat geschikt is voor leren en onderwijzen 9. De communicatie (interactie) tussen de leerkracht en de leerlingen en de leerlingen onderling verloopt geordend 10. Het belang van de (bege)leidende en sturende rol van de leerkracht wordt onderkend 11. De leraren zetten waar mogelijk aan tot het werken met (behulp van) ICT-middelen 12. De zorg en begeleiding is een onderdeel van het handelen van de leraren 3.3 Levensbeschouwelijke identiteit Onze school is een openbare basisschool. De aandacht voor levensbeschouwelijke vorming is verweven in het onderwijs. Wel besteden we structureel en expliciet aandacht aan geestelijke stromingen. We zien een sterke relatie tussen levensbeschouwelijke vorming, sociaal-emotionele ontwikkeling (o.a. omgaan met de ander en de omgeving, ontwikkeling sociale vaardigheden) en actief burgerschap en sociale cohesie. In de groepen 6 en 7 kunnen de leerlingen facultatief deelnemen aan een wekelijkse les Humanistisch Vormingsonderwijs of Godsdienstonderwijs. We vinden het belangrijk, dat leerlingen op een goede wijze met elkaar omgaan en dat ze respect hebben voor de mening en visie van anderen. In relatie met de leerlingenpopulatie besteedt de school beperkt aandacht aan specifieke feesten die gerelateerd kunnen worden aan een bepaalde levensbeschouwing. Onze ambities zijn: 1. De leraren kennen en respecteren de identiteit van de school 12

2. De school verbindt haar identiteit aan een pedagogische visie 3. De leraren werken zo veel mogelijk vanuit de identiteit van de school 4. De leraren besteden gericht aandacht aan de sociaal-emotionele ontwikkeling (waarbij het accent ligt op omgaan met jezelf, de ander en de omgeving) 5. De leraren besteden in hun lessen expliciet aandacht aan normen en waarden 6. De leraren houden in hun onderwijs rekening met de uniciteit van het kind 7. De school besteedt aandacht aan vieringen 8. De leraren besteden gericht aandacht aan actief burgerschap en sociale cohesie (zie hoofdstuk 3.8) 9. De leraren besteden expliciet aandacht aan geestelijke stromingen Beoordeling (zie hoofdstuk 7.10) De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door de directie en het team (m.b.v. Quick Scan) Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.11) Geen verbeterpunten vanuit de Quick Scan 2009-2010 3.4. Leerstofaanbod Op onze school gebruiken we eigentijdse methodes die voldoen aan de kerndoelen. De methodes worden bij de hoofdvakken integraal gebruikt door de leraren. Voor de toetsing van de leerstof maken we gebruik van methode-onafhankelijke en methodegebonden toetsen. Ten aanzien van leerstofaanbod hebben we de volgende ambities vastgesteld 1. De aangeboden leerinhouden omvatten alle wettelijk voorgeschreven leer- en vormingsgebieden 2. Onze methodes voldoen aan de kerndoelen (zie overzicht) 3. De leerinhouden vertonen een doorgaande lijn en worden aangeboden tot en met het niveau van leerjaar 8 4. De leerinhouden voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde zijn afgestemd op de onderwijsbehoeften van individuele leerlingen 5. We gebruiken voor Taal en Rekenen methodegebonden toetsen (zie overzicht) 6. Het leerstofaanbod voorziet in de ondersteuning van de sociaal-emotionele ontwikkeling 7. De school besteedt aandacht aan actief (goed) burgerschap 8. Het leerstofaanbod voorziet in het gebruik leren maken van ICT 9. In het aanbod wordt een relatie gelegd met belangrijke maatschappelijke en actuele thema s 10. Het leerstofaanbod bereidt leerlingen voor op het vervolgonderwijs Beoordeling (zie hoofdstuk 7.10) De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door de directie en het team (dmv Quick Scan). Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.11) Geen verbeterpunten vanuit de Quick Scan 2007-2008 Schema Vakken Methodes Toetsinstrumenten Vak Methodes Toetsinstrumenten Vervangen in: Taal / Lezen Schatkist (gr 1/2) Veilig Leren Lezen Lezen (Estafette, Goed Gelezen, CITO-Taal voor kleuters (groep1/2) CITO-DMT (groep 3-8) CITO-Leestechniek en leestempo (groep 4-6) Zie evt overzicht methode vernieuwing Nieuwsbegrip) Taal Op Maat (incl. spelling) CITO-Begrijpend lezen (groep 4-8) CITO-Spelling (groep 3-8) CITO-Woordenschat (groep 3-8) Schrijven Schrijfdans (gr 1/2) Schrijftaal (gr 3-8) 2011-2012 Engels Real English (gr7-8) 2012-2013 Rekenen en wiskunde 2012-2015 Schatkist Met Sprongen Vooruit CITO Rekenen (groep 1/2) CITO Rekenen/Wiskunde (groep 3-8) 13

De Wereld in Getallen Wereldoriëntatie (groep 1 t/m 4) Vier seizoenenboek Aardrijkskunde Hier en Daar 2017-2018 (groep 5 t/m 8) Geschiedenis Wijzer door de tijd 2011-2012 (groep 5 t/m 8) Natuur (groep 3 t/m Natuurlijk 2014-2015 8) Verkeer (groep 3 t/m 8) Veilig Verkeer (VVN) Schriftelijk en praktisch verkeersexamen Act.burgerschap en soc.integratie Zie methode zaakvakken en soc. em. ontwikkeling Soc.em.ontwikkeling Leefstijl CITO-Viseon 2016-2017 Techniek Techniektorens Tekenen en Beeldend werken handvaardigheid Beweging Planmatig bewegingsonderwijs Drama CD Benny Vreden Musical groep 8 Muziek Vier muziek met! 2015-2016 Levensbeschouwing Zie methode zaakvakken en soc. em. ontwikkeling CITO-Entreetoets (groep 7) CITO-Eindtoets (groep 8) Zie verder De Meerjarenplanning Leermiddelen Zie Meerjarenbegroting 3.5. Taalleesonderwijs Het vakgebied Nederlandse taal krijgt op basis van de leerlingenpopulatie- veel aandacht in ons curriculum. We leren de kinderen taal om goed met anderen om te kunnen gaan en om effectief te kunnen communiceren. Om de wereld om je heen goed te kunnen begrijpen is het nodig om de taal adequaat te leren gebruiken. Ook bij veel andere vakken heb je taal nodig. Het is belangrijk dat kinderen snel goed kunnen lezen, omdat ze daardoor de informatie bij de andere vakken sneller kunnen begrijpen en gebruiken. Vanaf groep 1 (feitelijk vanaf de peuterspeelzaal of kinderdagopvang) werken we met actuele methodes (zie Leerstofaanbod). Het leesplezier van de leerlingen wordt bevorderd door de klassenbibliotheek en het voorlezen. Vanaf groep 5 worden de mondelinge en schriftelijke taalvaardigheid verder ontwikkeld door het houden van spreekbeurten en het maken van werkstukken. Onze ambities zijn : 1. De school is sterk gericht op de taalleesontwikkeling van de leerlingen (zie taalleesbeleidsplan) 2. Onze school beschikt over een gekwalificeerde taalcoördinator 3. De school beschikt over actuele methodes voor taal, begrijpend lezen en technisch lezen die voldoen aan de kerndoelen 4. In de groepen 1 en 2 wordt veel aandacht besteed aan geletterdheid, mondelinge taalvaardigheid en woordenschatonderwijs dmv Schatkist 5. In de groepen 1 en 2 werken de leraren methodisch (gestructureerd) aan de taalontwikkeling 6. In de groepen 1 en 2 wordt gericht aandacht besteed aan klanken en letters 7. In de groepen 1 en 2 zijn de leraren gericht op het ontdekken van leesproblemen 8. In groep 3 wordt een goede methode voor aanvankelijk lezen gebruikt 9. De leraren van groep 3 signaleren en interveniëren tijdig 10. De school volgt de taalleesontwikkeling van de leerlingen met adequate middelen 11. Het onderwijs in technisch lezen wordt gegeven tot en met groep 8 12. De leraren combineren leestechniek, leesbegrip en leesplezier 14

13. De leraren besteden veel aandacht aan woordenschatonderwijs 14. De leraren zorgen voor differentiatie bij taal en lezen 15. De taalleesontwikkeling wordt gevolgd op individueel, groeps- en schoolniveau dmv CITO- LOVS toetsen 16. Het rooster verheldert voldoende welke taalonderdelen wanneer aan bod komen 17. De leraren beschikken over voldoende expertise op het gebied van taal en lezen 18. Het pedagogisch-didactisch handelen van de leraren ondersteunt een goede taalleesontwikkeling 19. De school beschikt over een leesprotocol en een protocol Dyslexiebeleid Beoordeling (zie hoofdstuk 7.10) De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door de directie en het team (dmv Quick Scan 2008-2009). Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.11) In de groepen 1 en 2 zijn de leraren gericht op het ontdekken van leesproblemen Het onderwijs in technisch lezen wordt gegeven tot en met groep 8 3.6. Rekenen en wiskunde Rekenen en wiskunde vinden we een belangrijk vak. Het rooster borgt dat we expliciet aandacht besteden aan rekenen en wiskunde en aan het automatiseren van het geleerde. We constateren dat rekenen in toenemende mate taliger is geworden, en dat dit bij steeds meer leerlingen leidt tot problemen. Daarom richt het automatiseren zich op kale sommen (om de basisvaardigheden goed in te slijpen). We gebruiken actuele methodes vanaf groep 1 en Cito-toetsen om de ontwikkeling van de leerlingen te volgen. De leraren hebben zich verdiept m.b.t. het werken met compacten. Onze ambities zijn: 1. De school is sterk gericht op de rekenontwikkeling van de leerlingen (zie rekenbeleidsplan) 2. Onze school beschikt over een gekwalificeerde rekencoördinator 3. Het leerstofaanbod Rekenen en wiskunde wordt gegeven met actuele methoden en is dekkend voor de kerndoelen 4. In groep 1 en 2 wordt er les gegeven aan de hand van leerlijnen 5. De school heeft voldoende tijd geroosterd voor rekenen en wiskunde 6. Het didactisch handelen (m.n. automatiseren) bij rekenen en wiskunde is van goede kwaliteit 7. De leraren zorgen voor een stimulerend leerklimaat en betrokkenheid van de leerlingen 8. De leraren zorgen voor een efficiënt klassenmanagement 9. De leraren stemmen de instructie af op verschillen 10. De leraren leren de leerlingen strategieën aan 11. We volgen de ontwikkeling van de leerlingen m.b.v. methodegebonden toetsen en het Cito- LOVS Beoordeling (zie hoofdstuk 7.10) De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door de directie en het team (dmv Quick Scan 2008-2009). Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.11) De school is sterk gericht op de rekenontwikkeling van de leerlingen (zie rekenbeleidsplan) 3.7. Sociaal-emotionele ontwikkeling Het sociaal-emotionele welbevinden van de leerlingen heeft veel invloed op hun totale functioneren. Onze school besteedt daarom structureel en systematisch aandacht aan de sociaalemotionele ontwikkeling van de kinderen. We doen dit omdat we onze kinderen willen opvoeden tot verantwoorde burgers. Ze moeten goed voor zichzelf kunnen zorgen en goed kunnen omgaan met de mensen en de wereld om hen heen (dichtbij en verder weg). De ontwikkeling van de groep en de individuele leerlingen wordt tijdens de groeps (leerling) bespreking besproken (leerkracht en 15

IB er). In deze gesprekken worden ook mogelijke aanpakken voor een groep of voor een individuele leerling besproken. Onze ambities zijn: 1. Onze school besteedt structureel en systematisch aandacht aan de sociaal-emotionele ontwikkeling dmv de methode Leefstijl (zie rooster) 2. De leerkrachten kennen de visie en de doelen van de school m.b.t. de sociaal-emotionele ontwikkeling 3. De school gebruikt een leerlingvolgsysteem voor sociaal-emotionele ontwikkeling (Kleuterobservatielijst en Viseon) 4. De school analyseert regelmatig de resultaten m.b.v. het LOVS voor sociaal-emotionele 5. We beschikken over normen: als meer dan 25% van de leerlingen uitvalt op een aspect (D/E), dan volgt er actie (groepsplan) 6. We houden bij hoeveel IHP s en GHP s er per jaar in een groep uitgevoerd worden 7. Het rapport geeft waarderingen voor de sociaal-emotionele ontwikkeling 8. De sociaal emotionele ontwikkeling komt aan bod tijdens de leerlingenbespreking 9. De leerlingen vullen vanaf groep 6 tweejaarlijks een vragenlijst in 10. In de schoolgids staat beschreven hoe wij omgaan met de sociaal-emotinele ontwikkeling 11. De leerkrachten kunnen, op basis van het geschreven handelingsplan, leerlingen met (specifieke) gedragsproblemen begeleiden 12. De leerkrachten betrekken de ouders in een vroeg stadium bij gesignaleerde gedragsproblemen bij een kind Beoordeling (zie hoofdstuk 7.10) De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door de directie en het team (dmv Quick Scan 2010-2011). Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.11) De leerkrachten kennen de visie en de doelen van de school m.b.t. de sociaal-emotionele ontwikkeling Onze school besteedt structureel en systematisch aandacht dmv de methode Leefstijl aan de sociaal-emotionele ontwikkeling (zie rooster) 3.8. Actief burgerschap en sociale cohesie Ten aanzien van Actief Burgerschap en Sociale cohesie hebben we allereerst de risico s van de omgeving in kaart gebracht. Op basis van de risico s hebben we vervolgens onze visie, onze doelen (ambities) en ons aanbod vastgesteld. Leerlingen groeien op in een steeds complexere, pluriforme maatschappij. Onze school vindt het van belang om haar leerlingen op een goede manier hierop voor te bereiden. Leerlingen maken ook nu al deel uit van de samenleving. Allereerst is kennis van belang, maar daar blijft het wat ons betreft niet bij. Vanuit onze openbare identiteit vinden wij het belangrijk dat leerlingen op een bewuste manier in het leven staan, waarbij ze niet alleen respect hebben voor anderen, maar ook naar anderen omzien. In de school leren wij leerlingen daarom goed samen te leven en samen te werken met anderen. Wij willen leerlingen brede kennis over en verantwoordelijkheidsbesef meegeven voor de samenleving. Onze ambities zijn: 1. De school heeft een visie op de bevordering van burgerschap en integratie (zie beleidsplan Actief Burgerschap en Sociale Integratie) 2. De school stemt haar aanbod af op specifieke omstandigheden in en rond de school 3. De school besteedt aandacht aan de bevordering van sociale competenties 4. De school bevordert deelname aan en betrokkenheid op de samenleving 5. De school bevordert basiswaarden die nodig zijn voor participatie in de democratische rechtsstaat 6. De school bevordert kennis, houdingen en vaardigheden die nodig zijn voor participatie in de democratische rechtsstaat 7. De school brengt burgerschap en integratie zelf in de praktijk 8. De school besteedt structureel aandacht aan de aan burgerschap en integratie gerelateerde kerndoelen 9. De school laat leerlingen kennismaken met en draagt kennis over van de pluriformiteit in de samenleving 16

10. De school biedt de hoofdzaken aan de draagt kennis over betreffende de Nederlandse en Europese staatsinrichting 11. De school is een oefenplaats voor burgerschap en integratie 12. De leraren geeft het goede voorbeeld m.b.t. burgerschap en integratie 13. De leerlingen leren zich te gedragen vanuit respect voor algemeen aanvaarde waarden en normen 14. De leerlingen leren de hoofdzaken over geestelijke stromingen die in de Nederlandse samenleving een rol spelen) 15. De leerlingen leren respectvol om te gaan met verschillen in opvattingen 16. De leerlingen leren zorg te dragen voor de lichamelijke gezondheid van henzelf en anderen 17. De leerlingen leren zorg te dragen voor de psychische gezondheid van henzelf en anderen 18. De leerlingen leren met zorg om te gaan met het milieu 19. De school draagt zorg voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op bevordering van burgerschap en integratie 20. De school evalueert of de beoogde doelen voor burgerschap en integratie worden gerealiseerd Per ambitie (doel) hebben we een longitudinaal aanbod geformuleerd. Onze ambities (doelen) en het daarbij passende aanbod staat vermeld in ons beleidsplan Actief Burgerschap en Sociale Integratie. Onze pijlers zijn de basiswaarden, te weten: vrijheid van meningsuiting gelijkwaardigheid begrip voor anderen verdraagzaamheid autonomie afwijzen van onverdraagzaamheid afwijzen van discriminatie Beoordeling (zie hoofdstuk 7.10) De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door de directie en het team (mbt de vragenlijst 2010). Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.11) Onze school heeft inzicht in de vorderingen van de leerlingen m.b.t. burgerschap en integratie Het beleidsterrein burgerschap en integratie wordt regelmatig geëvalueerd 3.9. ICT ICT neemt in ons onderwijs een steeds belangrijkere plaats in. De maatschappij van nu vraagt van onze leerlingen ICT-kennis en vaardigheden, daarom leren we onze leerlingen planmatig om te gaan met ICT-middelen. De leraren gebruiken ICT in hun lessen en borgen, dat de leerlingen aan de slag (kunnen) gaan met de computer(s), de ICT-programma s en de bijbehorende software. Onze ambities zijn: 1. De ICT-doelen maken deel uit van een samenhangende visie op leren en onderwijzen (kwaliteitszorg) 2. De school heeft toetsbare doelen voor de inzet van ICT geformuleerd (kwaliteitszorg) 3. De school werkt planmatig aan de realisering van de ICT-doelen (kwaliteitszorg) 4. De school evalueert systematisch de effecten van de inzet van ICT (kwaliteitszorg) 5. De schoolleiding gebruikt ICT voor een effectieve interne en externe communicatie (kwaliteitszorg) 6. De school beschikt over een Internetprotocol (kwalitietszorg) 7. De leraren beschikken over voldoende ICT-kennis en vaardigheden (kwaliteitszorg) 8. Het ICT-aanbod is dekkend voor de kerndoelen en algemene informatievaardigheden (aanbod) 9. Het ICT-aanbod is gedifferentieerd en afgestemd op de onderwijsbehoeften van de individuele leerlingen (aanbod) 10. Het ICT-aanbod vertoont samenhang (doorgaande lijn) (aanbod) 11. De inzet van ICT bevordert een efficiënt gebruik van de onderwijstijd (onderwijsleerproces) 12. De leerlingen gebruiken ICT in voorkomend gevallen om in een betekenisvolle context te werken (actief leren) 17

13. De leerlingen gebruiken ICT om in toenemende mate de verantwoordelijkheid voor hun eigen leerproces te krijgen (actief leren) 14. De school volgt de prestaties (en eventueel de ontwikkeling) van leerlingen met behulp van ICT (leerlingbegeleiding) 15. De school gebruikt ICT voor het signaleren en analyseren van hulpvragen (leerlingbegeleiding) 16. De school gebruikt ICT voor het bieden van specifieke hulp bij leerachterstanden of leermoeilijkheden (leerlingbegeleiding) 17. De school beschikt over technisch en inhoudelijk goede hard- en software (o.a. digibord) (infrastructuur) Beoordeling (zie hoofdstuk 7.10) De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door de directie en het team (dmv Quick Scan 2010-2011). Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.11) De school heeft toetsbare doelen voor de inzet van ICT geformuleerd (kwaliteitszorg) De school werkt planmatig aan de realisering van de ICT-doelen (kwaliteitszorg) De school evalueert systematisch de effecten van de inzet van ICT (kwaliteitszorg) 3.10. Leertijd Op onze school willen we de leertijd effectief besteden, omdat we beseffen dat leertijd een belangrijke factor is voor het leren van onze leerlingen. We proberen daarom verlies van leertijd te voorkomen. Ook willen we ze voldoende leertijd geven om zich het leerstofaanbod eigen te maken. In principe trachten we zo alle leerlingen in acht jaar de einddoelen basisonderwijs te laten halen. Onze ambities zijn: 1. De leraren maken efficiënt gebruik van de geplande onderwijstijd 2. De school stemt de hoeveelheid tijd voor leren en onderwijzen bij Nederlandse taal en rekenen en wiskunde af op de onderwijsbehoeften van de leerlingen 3. Het ongeoorloofd verzuim van leerlingen blijft beperkt 4. De klas ziet er opgeruimd uit - geen overbodige zaken 5. Het rooster is zichtbaar voor de leerlingen - ze weten wat en wanneer 6. De leraren werken doelgericht - ze weten wat ze willen bereiken 7. De leerlingen weten wat ze moeten doen als ze klaar zijn 8. De materialen zijn goed bereikbaar - bij voorkeur gecodeerd 9. De lesovergangen lopen vlot 10. De leraren beschikken over een schriftelijke voorbereiding met activiteiten en tijden (ook voor zorgleerlingen) 11. De leraren werken planmatig Beoordeling (zie hoofdstuk 7.10) De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door de directie en het team (dmv de Quick Scan 2009-2010). Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.11) Het rooster is zichtbaar voor de leerlingen - ze weten wat en wanneer De leraren beschikken over een schriftelijke voorbereiding met activiteiten en tijden (ook voor zorgleerlingen) De school stemt de hoeveelheid tijd voor leren en onderwijzen bij Nederlandse taal en rekenen en wiskunde af op de onderwijsbehoeften van de leerlingen 3.11. Pedagogisch klimaat Onze leraren zijn van cruciaal belang. Zij hebben (onder meer) een vormende (opvoedende) taak: hun leerlingen op te voeden tot goede burgers. Daarom vinden we het belangrijk, dat leerlingen goed met zichzelf en met anderen (dichtbij en ver weg) kunnen omgaan. Leraren creëren daartoe een veilig en gestructureerd klimaat waarin kinderen zich gewaardeerd en gerespecteerd voelen. Kernwoorden zijn: relatie, competentie en autonomie. Wij hechten veel waarde aan een positieve 18

en motiverende leraar, een begeleider die ervoor zorgt, dat de leerlingen het werk zelfstandig (samen met anderen) kunnen doen. Daarbij hanteren we duidelijke regels en ambities 1. De leraren zorgen in de groepen voor structuur en duidelijke regels 2. De leraren zorgen voor veiligheid in de groep 3. De leraren zorgen voor een uitdagende leeromgeving 4. De leraren bevorderen het onderlinge respect bij leerlingen 5. De leraren geven de leerlingen positieve persoonlijke aandacht 6. De leraren tonen in gedrag en taalgebruik voor alle leerlingen respect 7. De leraren kunnen omgaan met verschillen in de groep 8. De leraren stimuleren bij de leerlingen zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid Beoordeling (zie hoofdstuk 7.10) De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door directie en team (dmv de Quick Scan 2008) Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.11) De leraren stimuleren bij de leerlingen zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid 3.12. Didactisch handelen Op onze school geven de leraren op een effectieve wijze gestalte aan adaptief onderwijs. We geven onderwijs op maat, en daarom differentiëren we bij de instructie (directe instructie) en de verwerking (zowel naar inhoud als naar tempo). Omdat we veel waarde hechten aan de zelfstandigheid van de leerlingen, laten we leerlingen waar mogelijk samenwerken. Onze ambities zijn: 1. De leraren besteden veel aandacht aan de basisvaardigheden 2. De leraren zorgen voor veel structuur in de groep en in hun lesgeven 3. De leraren laten de leerlingen zelf plannen, zelf (in overleg) bepalen: wat - wanneer hoe 4. De leraren geven instructie met behulp van het model directe instructie 5. De leraren motiveren de leerlingen voor hun werk 6. De leraren besteden de lestijd effectief 7. De leraren begeleiden het proces: voorspelbaarheid - vaste ronde 8. De leraren besteden aandacht aan meerdere strategieën 9. De leraren hebben een centrale rol: voeren de regie 10. De leraren zorgen voor een ordelijke en functionele leeromgeving 11. De leraren laten de leerlingen actief leren 12. De leraren besteden aandacht aan evaluatie en reflectie 13. De leraren besteden aandacht aan leren (aan hoe je dingen leert) 14. De leraren ondersteunen de instructie met materialen (visualiseren) 15. De leraren zorgen waar nodig voor pre-teaching en extra instructie 16. De leraren zorgen voor een goed werksfeer, voor taakgerichtheid Beoordeling (zie hoofdstuk 7.10) De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door directie en team (dmv de Quick Scan 2008-2009) Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.11) De leraren laten de leerlingen zelf plannen, zelf (in overleg) bepalen: wat - wanneer hoe De leraren besteden de lestijd effectief De leraren besteden aandacht aan evaluatie en reflectie 3.13. Actieve en zelfstandige rol van de leerlingen Op onze school hechten we veel waarde aan de zelfstandigheid en het zelfstandig werken van de leerlingen. Kernwoorden daarbij zijn: zelf (samen) ontdekken, zelf (samen) kiezen, zelf (samen) doen. Naast zelfstandigheid vinden we het belangrijk om de eigen verantwoordelijkheid te ontwikkelen. Het is vanzelfsprekend dat autonomie en eigen verantwoordelijkheid niet betekent, dat de leraren de leerlingen te snel en te gemakkelijk loslaten. Leraren begeleiden de 19

leerprocessen en doen dat op maat : leerlingen die (wat) meer sturing nodig hebben, krijgen die ook. Onze ambities zijn: 1. De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten 2. De leerlingen hebben verantwoordelijkheid voor de organisatie van hun eigen leerproces die past bij hun ontwikkelingsniveau 3. De leerlingen passen hun opgedane kennis actief toe in andere situaties 4. De leerlingen leren op doelmatige wijze samen te werken 5. De leraren zorgen dat elke dag zelfstandig werken plaats vindt in de groep 6. Leerlingen leren plannen dmv een dagtaak 7. De leraren gebruiken de instructietafel elke dag 8. Leerlingen leren om samen te werken 9. Leerlingen leren om zelf na te kijken 10. De leraren passen ICT toe bij instructie en verwerking 11. Leraren werken aan teamontwikkeling Beoordeling (zie hoofdstuk 7.10) De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door directie en team (dmv de Quick Scan 2010-2011 en een schooldiagnose 2010-2011) Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.11) De leerlingen hebben verantwoordelijkheid voor de organisatie van hun eigen leerproces die past bij hun ontwikkelingsniveau De leerlingen passen hun opgedane kennis actief toe in andere situaties De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten De leerlingen leren op doelmatige wijze samen te werken 3.14. Zorg en begeleiding We streven ernaar dat iedere leerling zich ononderbroken kan ontwikkelen en ontplooien. Om dat te kunnen realiseren zijn er afspraken, protocollen en procedures gemaakt en vastgelegd. Deze zijn terug te vinden in het schoolzorgplan. Het geeft de kaders aan in welke mate de school in staat is om bepaalde zorg wel / niet te kunnen verlenen. De kaders zijn opgebouwd met de volgende uitgangspunten: - er wordt handelingsgericht en planmatig omgegaan met verschillen in onderwijsbehoeften tussen leerlingen - er is sprake van vroegtijdig signaleren van leerlingen die extra aandacht nodig hebben (preventie) en het proactief signaleren welke leerlingen extra instructie en begeleiding nodig hebben bij de cruciale leermomenten in de leerlijn - de zorgstructuur in de school is transparant met leerkrachten die verantwoordelijk zijn voor het onderwijs en de zorg aan leerlingen in hun groep, met een intern begeleider en met een schoolleider die de kwaliteit van de zorg in school bewaakt en aanstuurt op een schoolcultuur waarin het gewoon is om met verschillen in onderwijsbehoeften tussen leerling om te gaan - er is aandacht voor goede overgangen van de peuterspeelzaal/kinderdagverblijf naar groep 1, jaarovergangen in de school en van leerlingen uit groep 8 naar het voortgezet onderwijs - de resultaten worden op school-, groeps- en individueel niveau systematisch in kaart gebracht en geanalyseerd met als doel het verbeteren van de kwaliteit van het onderwijs en de zorg (bv. het verbeteren van leerlijnen, reflectie op leerkracht handelen en op differentiatievormen in de school) - de samenwerking tussen allen die bovenschools bij de zorg aan kinderen betrokken zijn wordt gestimuleerd Onze ambities zijn: 1. De leraren kennen hun leerlingen en geven blijk van hoge verwachtingen van hun leerlingen 2. De leraren signaleren vroegtijdig welke leerlingen zorg nodig hebben 3. Ouders worden betrokken bij de (extra) zorg voor hun kind 4. Externe partners worden indien noodzakelijk- betrokken bij de zorg voor leerlingen 20