MediCal QAWeb Agent. Gebruikershandleiding



Vergelijkbare documenten
MediCal QAWeb Agent. Gebruikershandleiding

Voor alle printers moeten de volgende voorbereidende stappen worden genomen: Stappen voor snelle installatie vanaf cd-rom

Handleiding voor de update naar TouchSpeak 10 op Windows XP

Fiery Command WorkStation 5.8 met Fiery Extended Applications 4.4

ASI. BeAnywhere. Remote Access. Quick Start

1 INTRODUCTIE SYSTEEMVEREISTEN Minimum Vereisten Aanbevolen Vereisten...7

Van Dale Elektronisch groot woordenboek versie 4.5 activeren en licenties beheren

Nero AG SecurDisc Viewer

Installatiegids Command WorkStation 5.6 met Fiery Extended Applications 4.2

Windows 98 en Windows ME

Gebruikershandleiding Brother Software Licence Management Tool

MEDIA NAV navigatiesysteem Handleiding voor het downloaden van content via internet

2 mei Remote Scan

U krijgt de melding dat uw browser geen cookies aanvaardt? Volg dan onderstaande weg om ze wel te accepteren.

Gids Instelling Verzenden

Resusci Anne Skills Station

Handleiding InCD Reader

Gids Instelling Verzenden

Handleiding voor het downloaden en installeren van

MEDIA NAV. Handleiding voor het online downloaden van content

Installeer de C54PSERVU in Windows Vista

Handleiding Certificaat RDW

Installatie handleiding TiC Narrow Casting Player. (voor intern gebruik)

Installatiehandleiding TiC Narrow Casting Manager

Installeren van het stuurprogramma USB-Audiostuurprogramma Installatiehandleiding (Windows)

BEKNOPTE HANDLEIDING INHOUD. voor Windows Vista

Gebruikershandleiding Bi-LINK Version 1.0

Fiery Remote Scan. Fiery Remote Scan openen. Postvakken

1. Laad de software voor de camera van op het menu

Installatiegids Command WorkStation 5.5 met Fiery Extended Applications 4.1

Handleiding Sportlink Club

INSTALLATIE HANDLEIDING

Fiery Remote Scan. Verbinden met Fiery servers. Verbinding maken met een Fiery server bij het eerste gebruik

Installatie King Task Centre

LCD MONITOR SHARP INFORMATION DISPLAY GEBRUIKSAANWIJZING

Uw TOSHIBA Windows -pc of tablet upgraden naar Windows 10

CycloAgent v2 Handleiding

Gebruiksaanwijzing voor de DS150E. Dangerfield March. 2009V3.0 Delphi PSS

Er zijn diverse andere software platformen en providers die werken met SIP, maar in dit voorbeeld gaan we uit van de volgende software:

Standaard Asta Powerproject Client Versie 13 Installatiedocument v1

INSTALLATIE VAN DE BelD KAARTLEZER

Installatiehandleiding Windows XP / Vista / Windows 7

Nederlands Italiano Español

Installatie van sqlserver

1. Inloggen op Everyware

AS/Web. Installatiehandleiding

Standaard Asta Powerproject Client Versie 12 Installatiedocument v1

Versienotities voor de klant Xerox EX Print Server, Powered by Fiery voor de Xerox Color 800/1000 Press, versie 1.3

Handleiding Inloggen met SSL VPN

HANDLEIDING VIEW DESKTOP. Handleiding VIEW Desktop. P. de Gooijer. Datum: Versie: 1.3

HANDLEIDING VAN DATARECORDER SOFTWARE (FOR WS-9010)

Zakelijk Veiligheidspakket van InterNLnet Handleiding voor de installatie van Windows besturingssystemen.

Norman Ad-Aware SE Plus versie 1.06 Snelle gebruikersgids

Werking van de Office Connector, en het oplossen van fouten.

(2) Handleiding Computer Configuratie voor USB ADSL modem

Handleiding voor Windows besturingsystemen

De nieuwste editie van dit document is altijd online beschikbaar: Activeren en beheren licenties

INSTALLATIE-INSTRUCTIES VIDA VIDA ON WEB

Windows Custom PostScript- of PCL-printerstuurprogramma installeren

System Updates Gebruikersbijlage

Handleiding Telewerken met Windows. Inleiding. Systeemvereisten. Inhoudsopgave

Installatie handleiding Reinder.NET.Optac

Van Dale Groot woordenboek van de Nederlandse taal 14 activeren

Installatie SQL: Server 2008R2

Handleiding Certificaat RDW

Handleiding installatie Rental Dynamics

Fiery Driver Configurator

Softphone Installatie Handleiding

Handleiding voor snelle installatie

Handleiding Internet Veiligheidspakket Windows & Mac Versie april 2014

Externe toegang met ESET Secure Authentication. Daxis Versie 2.0

INSTALLATIE-INSTRUCTIES VIDA VIDA ON WEB

knfbreader Mobile kreader Mobile

Cloud Backup Handleiding

Installatiehandleiding Belfius Cardreader Connector

Ariba Supplier Self-Registation

1. Inleiding. 1. Inleiding Installatieprocedure De installatie van LisCAD Licentieprocedure...

cbox UW BESTANDEN GAAN MOBIEL! WEBINTERFACE GEBRUIKERSHANDLEIDING

Nero ControlCenter Handleiding

mobile PhoneTools Gebruikershandleiding

Shell Card Online e-invoicing Service Gebruikershandleiding. Versie 2.8

Handleiding Office 2013 en Office 365. voor thuisgebruik

De Fiery-software installeren voor Windows en Macintosh

Quickstart handleiding

CoZo handleiding. voor de huisarts

Handleiding voor de overdracht Overstappen van Norman Endpoint Protection op Avast Business Antivirus Pro Plus

Handleiding voor aansluitingen

Intramed OnLine instellen en gebruiken. Voor Android tablet of telefoon

TOUCH DISPLAY DOWNLOADER GEBRUIKSAANWIJZING

Met deze module heeft u de mogelijkheid om gemakkelijk, snel en efficiënt uw documenten als naslag in Unit 4 Multivers te koppelen.

Installatie Epson TM-T88III/TM-T88IV t.b.v. OnlineKassa.nl

Zeg gewoon JA. Lees verder.

ZorgMail Secure

Uw gebruiksaanwijzing. HP proliant ml310 g4 server

// Mamut Business Software

Handleiding. Act! SnelStart Connect Pro. handleiding. Act! SnelStartConnect Pro. Versie

Om gebruik te maken van het draadloze netwerk Eduroam, zal het programma SecureW2 geïnstalleerd moeten worden.

Spirometry PC Software. Gebruikshandleiding

Handleiding. Act! SnelStart Connect. handleiding. Act! SnelStart Connect. Versie

Transcriptie:

MediCal QAWeb Agent Gebruikershandleiding

2 (This page intentionally left blank.)

Inleiding Inleiding Minimale systeemvereisten MediCal QAWeb Agent wordt ondersteund door de volgende besturingssystemen: MS Windows 7: 32 bit en 64 bit MS Windows 7: 32 bit en 64 bit Service Pack 1 MS Windows 8: 32 bit en 64 bit MS Windows 8.1: 32 bit en 64 bit Note: Vanaf MediCal QAWeb Agent versie 1.13.00 wordt Windows XP niet meer ondersteund. Als u een versie van Medical QAWeb Agent nodig hebt die compatibel is met Windows XP, gebruik dan versie 1.12.06. Deze versie kan gedownload worden via de ondersteuningswebsite van Barco of geïnstalleerd vanaf de systeem-cd die bij uw Barco beeldschermsysteem meegeleverd werd. Gebruik een van de volgende webbrowsers: Microsoft Internet Explorer, versie 8.0 of recenter Mozilla Firefox, versie 17.0 of recenter Google Chrome, versie 23 of recenter Pre-installatievoorwaarden Om MediCal QAWeb Agent te installeren, dient u over beheerdersrechten te beschikken. Als u een verbinding met de MediCal QAWeb Server nodig hebt, stelt u een permanente verbinding in tussen het werkstation en de QAWeb Relay (resp. poort 80 en poort 443). Ondersteunde externe optische sensoren De volgende optische sensoren worden ondersteund voor beeldschermkalibratie: Barco-lcd-sensor** Barco-lcd-sensor New Generation*** 3

Inleiding Wellhofer LXPlus (serieel)*/** Wellhofer LXCan (USB)* Minolta LS-100*/** Minolta CA-210 (serieel, 9.600 baud) Minolta CA-310 (serieel, 9.600 baud) VeriLUM CPOD (serieel en USB)** Gossen MAVO-SPOT 2 (USB)*/** Gossen Mavomonitor (USB)*/** Pehamed CD Lux (USB)*/** Pehamed CD Lux Plus (USB)*/** Pehamed CDmon (USB)*/** RaySafe Solo Light (serieel en USB)* Unfors Luxi (serieel en USB)* * Grijswaardensensor. Kan niet gebruikt worden voor kalibratie van kleurbeeldschermen. ** Gebruik deze sensor niet wanneer de beeldschermluminantie 1000 cd/m² of meer bedraagt. *** Gebruik deze sensor niet wanneer de beeldschermluminantie 1.200 cd/m² of meer bedraagt. Systeemvaktoepassing Na de installatie van MediCal QAWeb Agent wordt een systeemvaktoepassing geïnstalleerd die u op een snelle manier toelaat: de status van het werkstation te bekijken; QAWeb Agent te starten; QAWeb Server te starten. Raadpleeg "Opstarten via systeemvaktoepassing" op pagina 10 voor meer informatie. 4

Inleiding MediCal QAWeb MediCal QAWeb is een client-server QA-concept. Een complete installatie bestaat uit verschillende componenten. MediCal QAWeb Agent MediCal QAWeb Agent is de toepassing voor de client die op elk PACSwerkstation draait. De toepassing voorziet een aantal acties die lokaal kunnen worden gerealiseerd op de werkstations, zoals het automatisch kalibreren van de beeldschermen of het bekijken van testpatronen. Bovendien geeft MediCal QAWeb Agent veel nuttige informatie weer over het werkstation en de bijbehorende componenten. Indien MediCal QAWeb Agent niet verbonden is met MediCal QAWeb Server (zie hieronder), kunt u een beperkt QA-beleid toepassen op het lokale werkstation. MediCal QAWeb Server Afhankelijk van de licentieovereenkomst kan MediCal QAWeb Agent verbonden worden met en geregistreerd worden op de MediCal QAWeb Server. QA-managers kunnen verbinding maken met de QAWeb Server via een beveiligde internetverbinding en kunnen de prestaties van de verbonden werkstations controleren vanaf eender welke locatie en op eender welk tijdstip. Als MediCal QAWeb Agent verbonden is met MediCal QAWeb Server, dan wordt het QA-beleid volledig gedefinieerd op de servertoepassing. QA-beleid Een QA-beleid definieert de instellingen die gebruikt worden voor een beeldschermkalibratie en bevat een aantal soft copy QA-instellingen en -tests voor elk beeldscherm in een configuratie. Het QA-beleid definieert welke acties moeten worden uitgevoerd en met welke instellingen en frequentie dit moet gebeuren. 5

Inleiding MediCal QAWeb Relay Een set verbonden werkstations (bv. alle werkstations in een ziekenhuis) kunnen verbonden worden met MediCal QAWeb Server. In dit geval zijn de werkstations verbonden met de server via een QAWeb Relay. De QAWeb Relay doet dienst als een toegangspoort om alle QAWeb Agents in een afdeling of faciliteit met de QAWeb Server te verbinden aan de hand van een beveiligde internetlijn. Indien er geen QAWeb Relay geïnstalleerd is, is een verbinding met de QAWeb Server niet mogelijk. Raadpleeg de webpagina www.barco.com/en/healthcare/qa/ voor meer informatie over hoe verbinding te maken met de QAWeb Server en hoe de centrale kwaliteitsgarantie te activeren op uw beeldschermen. 6

Installatie Installatie Installatieprocedure Als u een Barco-beeldschermsysteem installeert, wordt de installatie van MediCal QAWeb Agent automatisch opgestart na het installeren van de stuurprogramma's. In geval van een autonome installatie van MediCal QAWeb Agent, opent u de installatiemap (op de cd-rom of op uw harde schijf) en dubbelklikt u op setup.exe. Als de wizard InstallShield start, volgt u de instructies op het scherm om succesvol de installatie van MediCal QAWeb Agent te voltooien. Speciaal geval: installatie van een aangepast QA-beleid Afhankelijk van de contractuele akkoorden is het mogelijk dat Barco een aangepaste QA-beleid verstrekt. Dit beleid wordt geleverd als een xml-bestand dat samen met MediCal QAWeb Agent geïnstalleerd moet worden. Voorbeelden van aangepaste beleiden zijn onder meer specifieke regionale QA-tests en tests voor mammografische beeldschermen (bv. MQSA-conformiteitstest). Opgelet: gebruik uitsluitend aangepaste beleidsbestanden die gemaakt en verstrekt zijn door Barco. Probeer de aangepaste beleidsbestanden niet te wijzigen of er zelf één te schrijven; dit kan de QA-acties doen mislukken. 7

Installatie MediCal QAWeb Agent installeren met een aangepast beleid: 1. Kopieer het aangepaste beleidsbestand naar de installatiemap. 2. Open een opdrachtvenster. 3. Verander de huidige map naar de installatiemap door middel van de opdracht "cd". 4. Voer de opdrachtlijn in: setup /v"custompolicy=custompolicyfile.xml", waarvan "custompolicyfile.xml" de naam van het zelf gedefinieerde beleidsbestand is. 5. Op die manier zal de installatie op dezelfde manier als bij een standaardinstallatie worden uitgevoerd. Als u na de installatie MediCal QAWeb Agent opent, zal het aangepaste beleid geïnstalleerd zijn tussen de acties. Opgelet: als MediCal QAWeb Agent met een aangepast beleidsbestand geïnstalleerd is op een werkstation en het werkstation geregistreerd wordt bij een QAWeb Server, zal het 8

Installatie aangepaste beleidsbestand altijd overschreven worden door het beleid dat gedefinieerd is in de QAWeb Server-omgeving. Als de registratie van het werkstation daarna verwijderd wordt bij de QAWeb Server, zal QAWeb Agent volledig opnieuw geïnstalleerd moeten worden om het aangepaste beleidsbestand te vervangen. Raadpleeg "De registratiestatus en de verbindingsstatus met de server bekijken" op pagina 34 voor meer informatie over de verbindingsstatus met de server. 9

Opstarten Opstarten Opstarten via de knop Start Start MediCal QAWeb Agent op door Alle programma's>barco>medical QAWeb Agent te selecteren in het menu Start. Opstarten via systeemvaktoepassing Na het installeren van MediCal QAWeb Agent wordt er een toepassing geïnstalleerd in het systeemvak. Het pictogram varieert naargelang de status van het werkstation: : de status van het werkstation is OK : de status van het werkstation is Not OK Door te zweven met de muisaanwijzer over het systeemvakpictogram, krijgt u meer informatie over de status van het werkstation. Om MediCal QAWeb Agent te starten, dubbelklikt u op het systeemvakpictogram. U kunt eveneens met de rechtermuisknop op het pictogram klikken en Start QAWeb Agent selecteren. Automatische opstarttaken Als het programma start, zal het de volgende taken automatisch uitvoeren: Nagaan welke medische beeldschermen en grafische kaarten van Barco geïnstalleerd zijn op het werkstation (zie opmerking hieronder); Een automatische snelle kalibratie uitvoeren op de achtergrond voor alle medische beeldschermen van Barco (zie opmerking hieronder); 10

Opstarten Bij alle Coronis- en New Coronis-beeldschermen: een conformiteitscheck op de achtergrond uitvoeren. Zolang MediCal QAWeb Agent geopend is, zullen geen geplande acties worden uitgevoerd. Note: Automatische snelle kalibratie en automatische opsporing van geïnstalleerde beeldschermen worden enkel ondersteund op medische beeldschermen van Barco. Deze acties worden niet ondersteund voor beeldschermen van een ander merk. Aangesloten beeldschermen van een ander merk dan Barco moeten manueel toegevoegd worden in MediCal QAWeb Agent. Raadpleeg "Beeldschermen handmatig toevoegen aan de configuratie" op pagina 40 voor meer informatie. Voor meer informatie over hoe de kalibratie in zijn werk gaat voor beeldschermen van een ander merk dan Barco, raadpleegt u "Een ander type beeldscherm kalibreren:" op pagina 65. 11

Hoofdmenu Hoofdmenu Overzicht Als de automatische opstarttaken voltooid zijn, verschijnt het hoofdmenu. Dit menu bevat de volgende koppelingen en knoppen: Switch User: klik hier om naar een Advancedgebruikersaccount te gaan. Het standaardwachtwoord voor het overschakelen naar een geavanceerde gebruiker is advanced. Raadpleeg "Gebruikersaccounts" op pagina 14 voor meer informatie over de gebruikersaccounts. Options: klik hier om het venster Options te openen. Hier kan een geavanceerde gebruiker de standaardtaal veranderen, de verschillende gebruikerswachtwoorden aanpassen, configureren welke sensortypes gebruikt moeten worden bij het zoeken naar een externe sensor en het verbindingsbeleid voor beeldscherm(en) selecteren. Help: klik hier om de toepassing Help te openen (alleen in het Engels). About: klik hier om informatie te bekijken over MediCal QAWeb Agent. 12

Hoofdmenu Exit: klik hier om MediCal QAWeb Agent te sluiten. Status: het Status-pictogram toont aan of de QA-status van het werkstation al dan niet OK is. Een groen vinkje in het pictogram geeft aan dat het werkstation conform het QAbeleid is. Een rood kruis geeft aan dat het werkstation niet conform het QA-beleid is. Een uitroepteken geeft aan dat er iets mis is met de QAWeb Server-verbinding. Klik op de knop Status om acties uit te voeren of te annuleren, de actiestatus en actie-informatie te bekijken en om de verbindingsstatus van de QAWeb Server te raadplegen. Raadpleeg "De status van het werkstation bekijken" op pagina 22 voor meer informatie over het venster Status. Configuration: klik hier voor nuttige informatie over de componenten van het werkstation en het aanpassen van bepaalde beeldscherminstellingen. Raadpleeg "Informatie over de componenten van het werkstation bekijken" op pagina 44 voor meer informatie over het venster Configuration. Test Patterns: klik hier om de testpatronen te bekijken. Raadpleeg "De QA-conformiteit verifiëren aan de hand van testpatronen" op pagina 74 voor meer informatie over het venster Test Patterns. Service Level: klik hier om de huidige service levelinstellingen te raadplegen of het service level te upgraden. Deze functie werkt alleen als MediCal QAWeb Agent verbonden is met een QAWeb Server. Raadpleeg "Service en ondersteuning" op pagina 77 voor meer informatie over het venster Service. 13

Gebruikersaccounts Gebruikersaccounts Over gebruikersaccounts MediCal QAWeb Agent voorziet 6 niveaus met gebruikersmachtigingen: Guest, Advanced, Service technician, DIN compliance tester, JESRA acceptance tester en JESRA constancy tester. De standaardgebruikersaccount bij het opstarten van het programma is "Guest". Terwijl het programma geactiveerd is, kunt u naar de gebruikersaccount "Advanced" overschakelen om toegang te krijgen tot geavanceerde functies. Een geavanceerde gebruiker kan bovendien het wachtwoord voor de geavanceerde gebruiker veranderen. Note: De accounts Service Technician, DIN en JESRA zijn voorbehouden voor gekwalificeerd en opgeleid onderhoudspersoneel. Aanmelden als geavanceerde gebruiker 1. Klik op Switch User in het hoofdmenu. 2. Een dialoogvenster verschijnt voor het invoeren van een wachtwoord. Voer het wachtwoord advanced in (hoofdlettergevoelig). U bent nu aangemeld als geavanceerde gebruiker. Note: Als een "Guest"-gebruiker een functie probeert te openen die machtigingen op het niveau "Advanced" vereist, opent het programma automatisch het aanmelddialoogvenster waar u zich kunt aanmelden als "Advanced"-gebruiker. 14

Gebruikersaccounts Het wachtwoord voor de geavanceerde gebruiker veranderen: 1. Meld u aan als geavanceerde gebruiker. 2. Klik op Options in het hoofdmenu Het venster Options wordt weergegeven. Selecteer het tabblad Users. 3. Klik op Change Password naast "Advanced" in de gebruikerslijst. 4. Geef in het dialoogvenster Change Password het huidig wachtwoord, het nieuwe wachtwoord en nogmaals het nieuwe wachtwoord ter bevestiging in. Klik vervolgens op OK. Het wachtwoord van de geavanceerde gebruiker is veranderd. 15

Internationale ondersteuning Internationale ondersteuning Ondersteunde talen MediCal QAWeb Agent is beschikbaar in de volgende talen: Engels (VS) Spaans Frans Duits Nederlands Japans Zweeds Chinees De standaardtaal veranderen: 1. Meld u aan als geavanceerde gebruiker (zie "Aanmelden als geavanceerde gebruiker" op pagina 14). 2. Klik op Options in het hoofdmenu Het venster Options wordt weergegeven. Selecteer het tabblad Language. 16

Internationale ondersteuning 3. Klik op de gewenste standaardtaal. Opgelet: na het veranderen van de standaardtaal, moet u MediCal QAWeb Agent herstarten om de veranderingen door te voeren. 17

Zoekvolgorde van externe sensoren Zoekvolgorde van externe sensoren Zoeken naar externe sensoren Telkens als MediCal QAWeb Agent een externe sensor nodig heeft (bv. tijdens beeldschermkalibratie, conformiteitstests, het meten van testpatronen, serviceacties enz.), zoekt het programma naar een aangesloten externe sensor. MediCal QAWeb Agent zoekt standaard naar alle ondersteunde sensortypes. De eerst gevonden aangesloten sensor wordt gebruikt. U kunt instellen naar welke sensortypes er gezocht moet worden en in welke volgorde dit dient te gebeuren. De zoekvolgorde van de externe sensoren wijzigen: 1. Meld u aan als geavanceerde gebruiker (zie "Aanmelden als geavanceerde gebruiker" op pagina 14). 2. Klik op Options in het hoofdmenu Het venster Options wordt weergegeven. Selecteer het tabblad Sensors. 3. MediCal QAWeb Agent zoekt alleen naar de sensortypes die weergegeven worden in de kolom "Search for". De sensortypes die weergegeven worden in de kolom "Don t search for" worden overgeslagen. Klik op een sensortype en gebruik de pijltoetsen om het betreffende type van de ene naar de andere kolom te verplaatsen. Note: Om de tijd die MediCal QAWeb Agent nodig heeft om uw sensor te vinden te minimaliseren, raden wij u aan alle sensortypes die u niet gebruikt te verplaatsen naar de kolom "Don t search for". 4. Om de volgorde waarin de sensortypes gezocht worden te wijzigen, klikt u op een sensortype in de kolom "Search for" en 18

Zoekvolgorde van externe sensoren gebruikt u de toetsen omhoog en omlaag om de zoekvolgorde te wijzigen. Note: Om de tijd die MediCal QAWeb Agent nodig heeft om uw sensor te vinden te minimaliseren, raden wij u aan de frequentst gebruikte sensortypes boven aan de lijst te plaatsen. 19

Verbindingsbeleid beeldschermen Verbindingsbeleid beeldschermen Over het verbindingsbeleid beeldschermen Wanneer MediCal QAWeb Agent communiceert met de beeldschermen die verbonden zijn met het werkstation, kunnen twee verschillende kanalen worden gebruikt: DDC en USB. Note: Niet alle beeldschermen ondersteunen USBcommunicatie. In de gebruikershandleiding van het beeldscherm kunt u dit controleren. U kunt bepalen welk communicatiekanaal standaard op uw werkstation moet worden gebruikt en of een ander kanaal moet worden gebruikt wanneer er zich communicatieproblemen voordoen via het standaardkanaal. Deze instelling is van invloed op alle Barco-beeldschermen die met het werkstation verbonden zijn. Er wordt geen rekening gehouden met algemene (niet-barco) beeldschermen. Opgelet: Het is niet aan te bevelen het standaard verbindingsbeleid voor beeldschermen te wijzigen. Dit mag enkel gebeuren wanneer de communicatie verstoord is of om problemen op te lossen. Het verbindingsbeleid voor beeldschermen wijzigen 1. Meld u aan als geavanceerde gebruiker (zie "Aanmelden als geavanceerde gebruiker" op pagina 14). 2. Klik op Options in het hoofdmenu Het venster Options wordt weergegeven. Selecteer het tabblad Displays. 3. Selecteer het gewenste communicatiekanaal. Sommige opties voorzien meerdere kanalen. In dit geval bepaalt de volgorde de prioriteit: het tweede kanaal wordt alleen gebruikt als de communicatie via het eerste kanaal mislukt of onbetrouwbaar is. 20

Verbindingsbeleid beeldschermen 4. Bevestig uw keuze door op de knop Refresh configuration te klikken. 21

Status en acties Status en acties De status van het werkstation bekijken De status van het werkstation bekijken: 1. Klik op de knop Status in het hoofdmenu van MediCal QAWeb Agent. 2. Het venster Status wordt weergegeven. In het bovenste gedeelte kunt u zien welke acties bezig zijn. In het middelste gedeelte kunt u de QA-status van het werkstation, de geplande en de uit te voeren acties zien. U kunt ook acties doorvoeren, actieschema's veranderen en informatie raadplegen over de laatste resultaten van de actie. In het laatste gedeelte kunt u de verbindingsstatus met de QAWeb Server bekijken. De pictogrammen in het venster Status geven aan of de status al dan niet OK is. 22

Status en acties De acties die bezig zijn bekijken Acties die bezig zijn Het bovenste gedeelte van het venster Status somt de acties op die op dat moment op het werkstation uitgevoerd worden. Een actie kan een test, kalibratie enz. zijn. Het aantal beschikbare acties hangt af van de aanwezigheid van een verbinding tussen MediCal QAWeb Agent en een QAWeb Server: Als er geen verbinding is, zijn de beschikbare acties: Auto-calibration Compliance test Visual test Note: Als het programma geïnstalleerd werd met een aangepast QA-beleid, kunnen er andere acties beschikbaar zijn. Als er een verbinding is, kan de QA-administrator andere acties toevoegen, verwijderen of uitvoeren via de QAWeb Server. Note: Voor beeldschermen die uitgerust zijn met de functie I- Luminate en/of een tekstmodus, worden alle geautomatiseerde en externe acties uitgesteld zolang een van deze functies geactiveerd is op het beeldscherm. Daarnaast is het niet mogelijk om I-Luminate of de tekstmodus te activeren terwijl de autokalibratie en conformiteitstest worden uitgevoerd. 23

Status en acties Weergeven van de QA-status, geplande, regionale QA en uit te voeren acties Status Het middelste gedeelte in het venster Status toont of het werkstation op dat moment conform het gedefinieerde QA-beleid is. Het QA-beleid wordt normaal gezien gedefinieerd door de QAWeb Server. Indien MediCal QAWeb Agent niet verbonden is met een QAWeb Server, wordt er een standaard-qa-beleid gedefinieerd. U hebt beperkte mogelijkheden om dit beleid te wijzigen. Geplande en uit te voeren acties Dit gedeelte somt ook de geplande en uit te voeren acties op dit werkstation op. Geplande acties vereisen geen gebruikersinteractie terwijl uit te voeren acties dit wel doen. De acties die kunnen worden gepland op het werkstation hangen af van het feit of er al dan niet een verbinding is met de QAWeb Server en van het service level voor de beeldschermen. Het service level dat standaard wordt gebruikt, is "Essential". Dit level voorziet dezelfde functionaliteit als een installatie van MediCal QAWeb Agent zonder verbinding met de QAWeb Server. Hieronder vindt u een korte beschrijving van de mogelijke taken volgens het service level. De "Essential"-taken worden standaard samen met MediCal QAWeb Agent geïnstalleerd; de andere taken moeten extern via de QAWeb Server geïnstalleerd worden. Als er een verbinding is met QAWeb Server, worden de resultaten van de actie verzonden naar de server. Essential service level Auto-calibration 24

Status en acties Deze actie kalibreert automatisch alle beeldschermen in de configuratie. Op Barco Coronis- en Nio-beeldschermen is dit standaard een snelle kalibratie, waarbij er geen gebruikersinteractie vereist is. De gebruiker kan deze kalibratie veranderen naar een volledige kalibratie (zie verder). Op andere Barco-beeldschermen en beeldschermen van andere merken is dit altijd een volledige kalibratie. Er is een externe lichtsensor en enige gebruikersinteractie vereist. Een snelle kalibratie verloopt snel en is voldoende nauwkeurig om de beeldschermen gekalibreerd te houden. Een volledige kalibratie (Zie Beeldschermen kalibreren met behulp van de knop Calibrate, op pagina 57.) is nauwkeuriger maar duurt langer. Deze moet door een QA-verantwoordelijke worden uitgevoerd. Voor Barco Coronis- en Nio-beeldschermen kunt u de autokalibratie naar een volledige kalibratie veranderen door te klikken op Info naast het item Auto-calibration in het gedeelte Scheduled Actions in het venster Status. Compliance test Deze actie meet de beeldschermcurve en gaat na of deze conform de doelspecificatie is. Indien er een verbinding is met de QAWeb Server, worden de resultaten naar de server verzonden. Visual test Deze actie voert een reeks visuele tests uit aan de hand van testpatronen met bijbehorende vragen. In het onderdeel Modify van deze test kunt u een voorgedefinieerde visuele test of een aangepast bestand selecteren. Het aangepaste bestand moet een xml-document zijn dat de reeks testpatronen en de bijbehorende vragen definieert. Als u een aangepast bestand wenst, neemt u contact op met de ondersteuningsafdeling van Barco. 25

Status en acties Premium service level Dezelfde acties als hierboven, plus: Display test Deze actie gaat na of de achtergrondverlichting van het beeldscherm en de witluminantie zich nog altijd binnen de gedefinieerde marges bevinden. Ambient light test Deze actie gaat op regelmatige basis na of het omgevingslicht (het licht in de ruimte rondom de beeldschermen) nog altijd binnen de toegelaten limieten valt. Deze limieten worden bepaald door de Leesruimte die geselecteerd werd tijdens de kalibratie (Zie Kalibratie in een autonome toepassing, op pagina 59.). Indien de gemeten omgevingslichtwaarde te hoog is voor de geselecteerde Reading Room, zult u maatregelen moeten nemen om het omgevingslicht in de zaal te veranderen of om een herkalibratie te doen met een andere Reading Roominstelling. Note: Deze actie werkt enkel op de New Coronisbeeldschermen (kleur of grijswaarden) van Barco. Visual confidence test Hiermee worden een aantal verschillende vormen met kleine contrastverschillen ten opzichte van de achtergrond getoond. In het onderdeel Modify van deze test kunt u een van de voorgedefinieerde visuele vertrouwenstests selecteren of een aangepast bestand definiëren. Het aangepaste bestand moet een xml-document zijn dat de reeks testpatronen, de testmodus, de contrastniveaus, de timeouts enz. definieert. Als u een aangepast bestand wilt krijgen of schrijven, neemt u contact op met de ondersteuningsafdeling van Barco. Note: De visuele vertrouwenstest kan ook afzonderlijk worden aangeschaft, als aanvullende "locatielicentie" op het essentiële service level. Contacteer hiervoor uw Barco-verkooppunt. 26

Status en acties Regionale QA-acties Enkele regionale QA-tests (bv. DIN compliance test) zijn beschikbaar voor gebruikers die een extra licentie hebben. Om de tests te kunnen uitvoeren, moet u aangemeld zijn als de betreffende gebruiker. Om de DIN compliance test uit te voeren, moet u bijvoorbeeld aangemeld zijn als een DIN compliance tester. De DIN6868-57 compliance test moet afzonderlijk besteld en aangekocht worden. Contacteer hiervoor uw Barco-verkooppunt. Zie hieronder voor meer informatie over het verkrijgen en activeren van deze optie. Een licentiecode voor regionale QA-tests verkrijgen Indien u de regionale testoptie DIN6868-57 wenst, gaat u als volgt te werk: 1. Bestel de optie via uw Barco-verkooppunt. 2. Na het bestellen zal het Barco-verkooppunt u een e-mail sturen met daarin een bestelnummer en een internetadres waar u zich dient te registreren. 3. Open de website http://www.barco.com/en/healthcare/ medreg/ en vul het formulier in (u zult het bestelnummer nodig hebben dat u via e-mail hebt ontvangen). Voltooi de registratie door te klikken op Register. 4. U zult nog een e-mail ontvangen met daarin de activeringssleutel die u nodig hebt om de optie in MediCal QAWeb Agent te activeren. De regionale QA-tests activeren Voor u de regionale QA-tests kunt uitvoeren, moet u deze activeren. 1. Meld u aan als de betreffende gebruiker volgens de regionale QA-test (bv. DIN compliance tester). 2. In het hoofdmenu klikt u op Status om het venster Status te openen. 27

Status en acties 3. Om een regionale QA-test te activeren, klikt u op Activate naast de naam van de test. 4. Indien dit gevraagd wordt, voert u de licentiecode in die u ontvangen hebt. Zie hieronder voor meer details. De acties die overeenstemmen met de QA-test worden weergegeven. Een regionale QA-test uitvoeren 1. De regionale test bevat tests met een externe sensor. Zorg ervoor dat u de sensor verbindt en kalibreert indien nodig. 2. In het venster Status klikt u op Run naast de naam van de test die u wilt uitvoeren. 3. Selecteer het tabblad Basic of Advanced naargelang uw voorkeur (zie verder voor meer informatie). 4. Volg de instructies op het scherm en vul de nodige gegevens in in de verschillende formulieren. Note: Als de regionale QA-test mislukt, betekent dit niet dat de beeldschermstatus wijzigt naar Not OK. Manieren om een regionale QA-test uit te voeren: Basic of Advanced De regionale QA-tests verlopen stapsgewijs. Iedere stap bestaat uit een aantal formulieren die ingevuld moeten worden met gegevens (meetgegevens of algemene gegevens). Basic houdt in dat u een wizard verkrijgt die u stapsgewijs door alle formulieren begeleidt. Bij Advanced krijgt u één pagina per stap te zien. Op die pagina kunt u snel alle formulieren selecteren die tot dezelfde stap behoren vooraleer u naar de volgende stap gaat. Basic gaat het trager maar biedt u meer begeleiding en informatie. Deze manier is bedoeld voor de beginnende gebruiker, terwijl Advanced bedoeld is voor ervaren gebruikers. Op eender welk moment in het proces kunt u van Basic naar Advanced schakelen en vice versa. 28

Status en acties Algemene testgegevens Tijdens de test moeten steeds bepaalde algemene test- en gebruikersgegevens ingevuld worden. U kunt de algemene gegevens importeren en exporteren zodat u deze bij de volgende uitvoering van de test niet opnieuw hoeft in te geven. De algemene gegevens worden opgeslagen op het werkstation na de voltooiing van de test. Bekijken en afdrukken van regionale QA-rapporten 1. Klik op Info naast de test waarvan u het rapport wenst te bekijken. 2. Selecteer in het venster met de geschiedenis en rapporten het beeldscherm waarop het testrapport van toepassing is. 3. Selecteer in de lijst met rapporten het rapport dat u wenst te bekijken. 4. Om het rapport te bekijken (PDF-formaat), klikt u op View. Om het rapport rechtstreeks af te drukken, klikt u op Print. 29

Status en acties Informatie en resultaat van de actie bekijken Informatie over een actie bekijken: Klik op Info naast de actienaam. Het programma geeft specifieke actie-informatie weer. Voorbeelden hiervan: Het resultaat van de actie. Het tijdstip van de laatste uitvoering. Het tijdstip van de volgende uitvoering. De uitvoeringsfrequentie. Het gedetailleerde resultaat van de actie. 30

Status en acties Details te bekijken over het laatste resultaat van de actie: Klik op View Detailed Result in het venster Info van de actie. Note: Deze optie is niet beschikbaar voor alle acties. Voor sommige acties (bv. conformiteitstest) betreft het een grafiek, voor andere een gegevenslijst. Hierboven vindt u een voorbeeld van een gedetailleerd resultaat van een conformiteitstest. U kunt de grafiek afdrukken of u kunt deze opslaan als PDF-document. Acties uitvoeren Een actie onmiddellijk uitvoeren: Klik op Run naast de actienaam in het venster Status. U moet als geavanceerde gebruiker aangemeld zijn om de actie Auto- Calibration te kunnen uitvoeren. 31

Status en acties Acties wijzigen De actieparameters veranderen: Klik op Info naast de actienaam. Klik op Modify naast een van de aanpasbare parameters in het venster Info van de actie. Indien u nog niet bent aangemeld als geavanceerde gebruiker, zal het programma het aanmelddialoogvenster weergeven. U moet als geavanceerde gebruiker aangemeld zijn om de parameters te kunnen veranderen. Raadpleeg "Aanmelden als geavanceerde gebruiker" op pagina 14 voor meer informatie over het aanmelden. De geschiedenis van alles acties en resultaten bekijken De geschiedenis van de acties raadplegen: 1. Klik op de koppeling View history of all actions on this workstation in het venster Status. 32

Status en acties 2. Het venster met de geschiedenis van de acties wordt weergegeven. Hierin worden alle acties opgesomd die op dit werkstation uitgevoerd werden gedurende de geselecteerde periode. U kunt de resultaten van een bepaalde periode bekijken door de datums From en To te selecteren. 33

Status en acties Details bekijken van het resultaat van een actie: Klik op het actieresultaat (OK of NOT OK) om een rapport van de betreffende actie te bekijken. Hierboven vindt u een voorbeeld van een gedetailleerd resultaat van een beeldschermgelijkstelling. U kunt de grafiek afdrukken of u kunt deze opslaan als PDF-document. De registratiestatus en de verbindingsstatus met de server bekijken Het laatste gedeelte in het venster Status geeft de registratiestatus en de verbindingsstatus met de QAWeb Server weer. 34

Status en acties Not Registered Dit is de standaardregistratiestatus als er geen QAWeb Relayverbinding gevonden werd bij het opstarten van MediCal QAWeb Agent. Klik op de koppeling Register this workstation on the QAWeb Server om op zoek te gaan naar een beschikbare QAWeb Relay of om handmatig een QAWeb Relay-hostnaam of -IP-adres in te geven. Als dit goed verloopt, verandert de registratiestatus naar 'Waiting for Acceptance' (zie verder). Waiting for Acceptance Dit is de standaardstatus wanneer MediCal QAWeb Agent een QAWeb Relay-verbinding gevonden heeft maar het werkstation nog niet aanvaard werd op de QAWeb Server. Uw QA-administrator dient uw werkstation op de QAWeb Server te aanvaarden. U kunt de relevante pagina op de server openen door te klikken op de koppeling Consult the QAWeb Server en u aan te melden op de server. Zodra uw werkstation aanvaard is op de QAWeb Server, verandert de registratiestatus naar 'Registered' (zie verder). Als u klikt op de koppeling Register this workstation on the QAWeb Server, wordt de registratieprocedure herstart en verschijnt een 35

Status en acties nieuw probleem 'Workstation not registered' op de relevante pagina op de QAWeb Server. 36

Status en acties Registered De registratiestatus verandert naar 'Registered' indien MediCal QAWeb Agent een QAWeb Relay-verbinding gevonden heeft en indien de registratie van het werkstation aanvaard is op de QAWeb Server. De prestaties van het werkstation zijn nu volledig controleerbaar via de QAWeb Server en het QA-beleid is nu volledig gedefinieerd op de servertoepassing. Als u op de koppeling Consult the QAWeb Server klikt, verschijnt de QAWeb Server-aanmeldpagina. Als u zich aanmeldt, verschijnt de betreffende pagina op de server. Inactive Connection De verbindingsstatus zal wijzigen van 'Active' naar 'Inactive' als MediCal QAWeb Agent zijn verbinding met de QAWeb Relay verliest in de registratiestatus 'Waiting for Acceptance' of 'Registered'. Dit kan door verschillende verbindingsproblemen veroorzaakt worden. U kunt zelf de verbinding proberen te herstellen door te klikken op de koppeling Restore or check connection. Deze zal de QAWeb Relayverbinding trachten te herstellen of zal u toelaten de hostnaam of het 37

Status en acties IP-adres van QAWeb Relay zelf in te geven indien deze onbereikbaar is. Als deze methode de inactieve verbinding niet oplost, controleert u de verbinding en de beschikbaarheid van de QAWeb Relay of raadpleegt u uw QA-administrator. 38

Status en acties 39

Beeldschermen toevoegen en verwijderen Beeldschermen toevoegen en verwijderen Barco-beeldschermen Barco Coronis-, New Coronis-, Nio- en New Nio-beeldschermen zijn automatisch aan de configuratie toegevoegd als MediCal QAWeb Agent opstart. U hoeft geen extra actie te ondernemen om deze beeldschermen toe te voegen. Deze verschijnen automatisch in het venster Configuration. Voor andere types van Barco-beeldschermen is het echter zo dat deze niet automatisch opgespoord en toegevoegd worden aan de configuratie. U moet deze de eerste keer dat MediCal QAWeb Agent opstart na het installeren van de beeldschermen handmatig toevoegen. Zie hieronder voor meer informatie. Generic displays Beeldschermen van een ander merk dan Barco worden niet automatisch gedetecteerd en toegevoegd aan de configuratie. U moet deze de eerste keer dat MediCal QAWeb Agent opstart na het installeren van de beeldschermen handmatig toevoegen. Zie hieronder voor meer informatie. Beeldschermen handmatig toevoegen aan de configuratie Om beeldschermen handmatig toe te voegen, moet u aangemeld zijn als geavanceerde gebruiker. Zie Aanmelden als geavanceerde gebruiker, op pagina 14. Note: Vooraleer u beeldschermen toevoegt aan de configuratie, dient u na te gaan of deze wel degelijk geïnstalleerd zijn in het configuratiescherm met beeldschermeigenschappen (juiste resolutie enz.). Handmatig toegevoegde beeldschermen verdwijnen uit de configuratie na het herverdelen van de connectoren van de grafische kaart in Windows. Beeldschermen toevoegen: 40

Beeldschermen toevoegen en verwijderen 1. Klik op de knop Configuration in het hoofdmenu van MediCal QAWeb Agent. 2. Het venster Configuration wordt weergegeven. Een of meer beeldschermpictogrammen bevatten een vraagteken (?) 3. Klik op het pictogram dat het beeldscherm dat u wenst toe te voegen weergeeft. Indien u niet zeker bent welk beeldscherm dat is, klikt u op de knop Identify. 4. Klik op Add display. Het dialoogvenster Add new display wordt weergegeven. 5. Vul de beeldschermgegevens in: merk, type, serienummer en kleurtype (kleur of grijswaarden). Klik vervolgens op Add. Het nieuwe beeldscherm verschijnt nu in het venster Configuration. 41

Beeldschermen toevoegen en verwijderen Beeldscherminformatie bewerken Als u een beeldscherm handmatig hebt toegevoegd, kunt u de identificatie-informatie ervan bewerken. Beeldscherminformatie in MediCal QAWeb Agent bewerken: 1. Klik op de knop Configuration in het hoofdmenu van MediCal QAWeb Agent. 2. Klik op het pictogram van het beeldscherm dat u wilt bewerken. Indien u niet zeker bent welk beeldscherm dat is, klikt u op de knop Identify. 3. Klik op Edit display. De beeldscherminformatie wordt weergegeven. 4. Bewerk de informatie en klik op Save. Beeldschermen verwijderen uit de QAWeb-configuratie Om een Barco Coronis-, New Coronis-, Nio- of New Niobeeldscherm te verwijderen, koppelt u het beeldscherm los van het werkstation en herstart u MediCal QAWeb Agent. Het beeldscherm wordt automatisch verwijderd uit de configuratie. 42

Beeldschermen toevoegen en verwijderen Beeldschermen van een ander merk of andere types van Barco-beeldschermen moeten handmatig verwijderd worden. Om beeldschermen handmatig te verwijderen, moet u aangemeld zijn als geavanceerde gebruiker. Zie Aanmelden als geavanceerde gebruiker, op pagina 14. Beeldschermen handmatig verwijderen: 1. Klik op de knop Configuration in het hoofdmenu van MediCal QAWeb Agent. 2. Klik op het pictogram van het beeldscherm dat u wenst te verwijderen. Indien u niet zeker bent welk beeldscherm dat is, klikt u op de knop Identify. 3. Klik op Remove display. Een boodschap verschijnt om te vragen of u zeker bent van het verwijderen van het beeldscherm uit de configuratie. 4. Klik op Yes om het beeldscherm te verwijderen. Het beeldscherm is nu verwijderd en de beeldkwaliteit ervan wordt niet langer door MediCal QAWeb Agent gecontroleerd. 43

Informatie over de componenten van het werkstation bekijken Informatie over de componenten van het werkstation bekijken Informatie over de componenten van het werkstation bekijken: 1. Klik op de knop Configuration in het hoofdmenu van MediCal QAWeb Agent. 2. Het venster Configuration wordt weergegeven. Dit venster toont een grafische weergave van de huidige configuratie: de verbonden beeldschermen en de grafische kaarten. De configuratie wordt automatisch gedetecteerd als MediCal QAWeb Agent opstart. Note: Als u beeldschermen verbindt of loskoppelt terwijl het programma bezig is, zult u de MediCal QAWeb Agent moeten heropstarten om de configuratiewijzigingen op te sporen. 44

Informatie over de componenten van het werkstation bekijken Klik op het tabblad Displays om de beeldschermen in de configuratie en de verschillende toepassingsfuncties op de beeldschermen weer te geven. Klik op het gepaste beeldschermpictogram om specifieke beeldscherminformatie weer te geven of om acties toe te passen op het beeldscherm. Klik op het tabblad Graphic Boards om de grafische kaarten in de configuratie weer te geven. Klik op het pictogram van de gewenste grafische kaart om specifieke informatie over de grafische kaart weer te geven. Beeldscherminformatie en -instellingen bekijken en veranderen General (displays) Om algemene informatie over een beeldscherm te bekijken, klikt u op het tabblad Displays in het venster Configuration. Selecteer het beeldscherm waarover u informatie wilt bekijken en klik op het tabblad General. 45

Informatie over de componenten van het werkstation bekijken Dit tabblad bevat de volgende informatie: Kalibratie Merk Het merk van het geselecteerde beeldscherm Type Het beeldschermtype Serienummer Het serienummer van het geselecteerde beeldscherm Kleurtype Het kleurtype van het geselecteerde beeldscherm: kleur of grijswaarden Resolutie (TBC) De native LCD panel resolutie Oriëntatie (TBC) De huidige beeldschermoriëntatie: landschap of portret Fysieke grootte De fysieke grootte van het beeldscherm Om kalibratie-informatie over een beeldscherm te bekijken, klikt u op het tabblad Displays in het venster Configuration. Selecteer het 46

Informatie over de componenten van het werkstation bekijken beeldscherm waarover u informatie wilt bekijken en klik op het tabblad Calibration. Note: Voor Barco Coronis- en Nio-beeldschermen is er meer informatie beschikbaar dan voor andere beeldschermen. Dit tabblad geeft de volgende informatie weer over het geselecteerde beeldscherm: Kalibratiestatus Duidt aan of het beeldscherm gekalibreerd is of niet. Indien het gekalibreerd is, toont dit item ook de datum en het tijdstip van de laatste kalibratie. Weergavefunctie De weergavefunctie voor dewelke het beeldscherm gekalibreerd is. Luminantie De luminantie-instelling voor dewelke het beeldscherm gekalibreerd is. 47

Informatie over de componenten van het werkstation bekijken Chroma De chroma-instelling voor dewelke het beeldscherm gekalibreerd is (enkel voor kleurbeeldschermen). U kunt de chroma definiëren in Kelvin (K) of in coördinaten (x, y). Zwartluminantie De zwartluminantie-instelling tot dewelke het beeldscherm gekalibreerd is. Leeszaal De leeszaalselectie volgens dewelke het beeldscherm gekalibreerd is. Weergavefunctie voor kleurenstandaard Of de weergavefunctie voor kleurenstandaard wel of niet ingeschakeld is. Technologie voor luminantie-uniformiteit of de technologie voor luminantie-uniformiteit wel of niet ingeschakeld is. Kalibratiemethode De methode gebruikt voor kalibratie (als het beeldscherm al vroeger werd gekalibreerd). U kunt de kalibratie-instellingen veranderen als u een kalibratieactie start. Raadpleeg Zie Handmatig invoeren van kalibratieinstellingen, op pagina 71. voor meer informatie. Uitgebreid Het tabblad Extended is alleen beschikbaar als u aangemeld bent als geavanceerde gebruiker. Zie Aanmelden als geavanceerde gebruiker, op pagina 14.. Om meer informatie te zien over een beeldscherm, klikt u op het tabblad Displays in het venster Configuration. Selecteer het 48

Informatie over de componenten van het werkstation bekijken beeldscherm waarover u informatie wilt bekijken en klik op het tabblad Extended. Dit tabblad bevat de volgende informatie: Note: Voor Barco Coronis- en Nio-beeldschermen is er meer informatie beschikbaar dan voor andere beeldschermen. Firmware versie De versie van de interne beeldschermsoftware (firmware) Bedrijfstijd beeldscherm Geeft de totale tijd aan dat het beeldscherm in werking was, inclusief de stand-by tijd. Bedrijfstijd backlight Geeft de totale tijd aan dat het beeldscherm in werking was, exclusief de stand-by tijd. Dit is de totale tijd dat de achtergrondverlichting van het beeldscherm geactiveerd was. DPMS Of het stroomsparen van het beeldscherm aan of uit staat. 49

Informatie over de componenten van het werkstation bekijken Interne temperatuur De intern gemeten temperatuur in graden Celsius en in Fahrenheit. LED Power Het LED-lampje geeft aan of het beeldscherm aan of uit staat. Afhankelijk van de beeldschermversie kunt u het ledlampje activeren of desactiveren in MediCal QAWeb Agent of in QAWeb Server als dit werkstation geregistreerd is bij de server. Stabilisatie Of de I-Guard stabilisatie aan of uit staat. Bedieningsknoppen U kunt de bedieningsknoppen vooraan het beeldscherm activeren of desactiveren in de MediCal QAWeb Agent of in de QAWeb Server als dit werkstation geregistreerd is op de Server. Als dit gedesactiveerd is, kan de gebruiker het beeldschermmenu niet gebruiken (OSD). Power Off knop Bij sommige beeldschermtypes kunt u de Power-Off activeren of desactiveren in de MediCal QAWeb Agent of in de QAWeb Server als dit werkstation geregistreerd is op de Server. Gamma Deze optie is alleen beschikbaar op MDRC-2124 beeldschermen en biedt de mogelijkheid de gammakleurenruimte te wijzigen van Wide naar srgb of QAWeb (nog niet ondersteund). Een breed gamma biedt een ruimer bereik aan kleurwaarden dan srgb, waardoor de kleuren meer verzadigd zijn. 50

Informatie over de componenten van het werkstation bekijken Informatie over de grafische kaart bekijken General (Graphic boards) Om algemene informatie te bekijken over een grafische kaart, klikt u op het tabblad Graphic Boards in het venster Configuration. Selecteer de kaart waarover u informatie wilt bekijken en klik op het tabblad General Info. Dit tabblad bevat de volgende informatie: Naam Het grafische kaarttype Serienummer Het serienummer van de geselecteerde grafische kaart (enkel beschikbaar voor BarcoMed kaarten) Aantal connectoren (TBC) Het aantal video outputs die de geselecteerde kaart bevat Firmware versie De firmware versie van de kaart 51

Informatie over de componenten van het werkstation bekijken Head x Driver versie De versie van de driver van de grafische kaart geïnstalleerd op dit werkstation PC Om informatie te bekijken over de connectoren van de grafische kaart, klikt u op het tabblad Graphic Boards in het venster Configuration. Selecteer de kaart waarover u informatie wilt bekijken en raadpleeg het tabblad Head. Dit tabblad bevat de volgende informatie: Locatie De coördinaten van de locatie van de connector zoals die getoond worden in de beeldschermeigenschappen van het configuratiescherm Resolutie De resolutie op dewelke de connector loopt Gamma tabel Of de connector een gamma tabel bevat of niet 52

Informatie over de componenten van het werkstation bekijken Note: Sommige items zijn enkel beschikbaar voor BarcoMed of kleur BarcoMed grafische kaarten. 53

Beeldschermen kalibreren Beeldschermen kalibreren Barco Coronis-, New Coronis-, Nio- of New Niobeeldschermen Verschillende manieren om beeldschermen te kalibreren MediCal QAWeb Agent biedt 2 manieren om Coronis- en Niobeeldschermen te kalibreren: a) Het standaard-qa-beleid van MediCal QAWeb Agent bevat de actie Automatic Calibration. Voor meer informatie, Zie Auto-calibration, op pagina 24. b) Het venster Configuration bevat een knop Calibrate voor beeldschermen. Met behulp van deze functie kunt u ook kalibratie-instellingen veranderen, wat niet mogelijk is met de actie Automatic Calibration. Indien de configuratie verschillende beeldschermen van hetzelfde type bevat, zullen zij samen worden gekalibreerd, gebruik makende van dezelfde kalibratieinstellingen. Voor Coronis- en Nio-beeldschermen is de standaardautokalibratie een snelle kalibratie. Voor Coronis- en Nio-beeldschermen kan deze echter als volgt gewijzigd worden naar een volledige kalibratie: 1. Meld u aan als geavanceerde gebruiker. 2. Klik in het hoofdmenu op Status om het venster Status te openen. 3. Klik op Info naast Auto-calibration in het gedeelte Scheduled Actions. 4. Klik op Modify naast Calibration Method in het venster Autocalibration. 5. Selecteer Full Calibration als kalibratiemethode. 54

Beeldschermen kalibreren 6. Klik op OK. Een snelle kalibratie verloopt snel en is voldoende nauwkeurig om de beeldschermen gekalibreerd te houden. Een volledige kalibratie is nauwkeuriger maar duurt langer. Indien een volledige kalibratie uitgevoerd wordt als autokalibratie, loopt deze automatisch en is er geen gebruikersinteractie vereist. Indien een volledige kalibratie uitgevoerd wordt als handmatige kalibratie (door de knop Calibrate te gebruiken), is er gebruikersinteractie vereist op Nio-beeldschermen. Deze moet door een QA-verantwoordelijke worden uitgevoerd. Beeldschermen kalibreren met behulp van Automatic Calibration Ondersteunde beeldschermen Deze functie wordt ondersteund op Barco Coronis-, New Coronis-, Nioen New Nio-beeldschermen. De functie wordt niet ondersteund op beeldschermen van een ander merk of op andere Barco-beeldschermtypes. De actie Automatic Calibration gebruiken: 1. Klik op Status in het hoofdmenu. 55

Beeldschermen kalibreren 2. Klik op Run naast Automatic Calibration onder Scheduled Actions in het venster Status. Alle ondersteunde medische beeldschermen van Barco in de configuratie zullen automatisch gekalibreerd worden. Wanneer de automatische kalibratie voltooid is, verschijnt er een gedetailleerd rapport. 56

Beeldschermen kalibreren U kunt dit rapport afdrukken of opslaan als PDF-bestand. Beeldschermen kalibreren met behulp van de knop Calibrate Een geselecteerd beeldscherm kalibreren met behulp van de knop Calibrate: 1. Indien u een externe optische sensor gebruikt voor de kalibratie, dient u ervoor te zorgen dat deze aangesloten is. 2. Klik op Configuration in het hoofdmenu van MediCal QAWeb Agent. 3. Selecteer op het tabblad Displays het pictogram van het beeldscherm dat u wenst te kalibreren. 4. Klik op het tabblad Calibration. 57

Beeldschermen kalibreren 5. Klik op Calibrate. U moet als geavanceerde gebruiker aangemeld zijn om te kunnen kalibreren. Zie Aanmelden als geavanceerde gebruiker, op pagina 14. Er is een verschil in de kalibratieprocedure tussen autonome toepassingen en toepassingen verbonden met de MediCal QAWeb Server: a) Als er geen verbinding is met de QAWeb Server, wordt het dialoogvenster Calibration weergegeven. Hier kunt u de instellingen veranderen voor het uitvoeren van de kalibratie. Zie verder. b) Als er een verbinding is met de QAWeb Server, worden de kalibratie-instellingen bepaald op de server. De MediCal QAWeb Agent laat u echter toe te experimenteren met de kalibratie-instellingen. Zie hieronder. 58

Beeldschermen kalibreren Kalibratie in een autonome toepassing Vooraleer de kalibratie te starten, kunt u de geschikte kalibratieinstellingen selecteren. U kunt de volgende beeldschermfuncties selecteren: DICOM GSDF Selecteer een DICOM-beeldschermfunctie voor het merendeel van de medische beeldvormingsapplicaties. De DICOM-functie zorgt voor meer zichtbare grijswaarden in de beelden. Dynamic Gamma 2.47/2.2/1.8 Dit zijn gammafuncties die opgeschoven worden om rekening te houden met de restluminantie van een lcd-scherm bij een "zwart" signaal. Deze zijn bijzonder nuttig in CT-toepassingen om de perceptie van de lage Hounsfield-waarden te verbeteren. Gamma 2.2/1.8 Selecteer een van deze beeldschermfuncties als het beeldscherm een CRT-beeldscherm vervangt met een gamma van respectievelijk 1.8 of 2.2. cie Deze weergavefunctie komt overeen met de lichtheidsfunctie die gedefinieerd is in de CIELAB-kleurruimte. srgb Dit is de weergavefunctie zoals gedefinieerd in de srgbspecificatie. Ze lijkt sterk op Gamma 2.2. 59

Beeldschermen kalibreren U kunt de volgende luminantie-instellingen selecteren: Maximize lifetime Bij deze instelling is de luminantie ingesteld op de standaardwaarde. De levensduur van het lcd-scherm is gemaximaliseerd. Maximize luminance Bij deze instelling is de luminantie ingesteld op de maximumwaarde. Als gevolg hiervan zal de luminantie zo hoog mogelijk zijn, wat de levensduur negatief beïnvloedt. U kunt de volgende chroma-instellingen selecteren (enkel kleurbeeldschermen): Clearbase Simulatie van de clearbase-kleurtemperatuur Bluebase Simulatie van de bluebase-kleurtemperatuur Native white De natuurlijke, ongewijzigde kleurtemperatuur van het lcdscherm. De instelling Reading Room maakt het u mogelijk een leeszaaltype te selecteren dat overeen moet stemmen met het omgevingslicht in de ruimte waarin het werkstation geplaatst is. Bij deze instelling wordt 60

Beeldschermen kalibreren er tijdens de kalibratie rekening gehouden met de invloed van het omgevingslicht in dit type ruimte. U kunt de volgende leeszaalinstellingen selecteren: X-Ray Diagnostic Reading Room Stemt overeen met het licht in zalen voor het stellen van diagnoses voor computergestuurde radiologie, digitale radiologie of mammografie. Deze instelling geeft het laagste maximale omgevingslicht weer (0->10 lux). CT/MR/NM Reading Room Stemt overeen met het licht in zalen voor het stellen van diagnose voor precieze tomografie, magnetische resonantie of nucleaire medische scans (10->60 lux). Kantoor personeelsleden Stemt overeen met het licht in kantoorruimtes (60->180 lux). Klinische weergaveruimte Stemt overeen met het licht in diagnostische leeszalen voor klinische beeldvorming (180->250 lux). ER Room Stemt overeen met het licht op eerstehulpafdelingen (250- >300 lux). OR Room Stemt overeen met het licht in operatiekamers. Deze instelling geeft het hoogst maximale omgevingslicht weer (300- >400 lux). 61

Beeldschermen kalibreren Klik op Advanced om de geavanceerde instellingen te openen: 62

Beeldschermen kalibreren De volgende geavanceerde instellingen zijn beschikbaar: Absolute luminance U kunt hier de luminantiedoelwaarde handmatig bepalen. U kunt de luminantie bepalen in cd/m². Black luminance U kunt hier de zwartluminantie veranderen. Geef hiervoor een contrastverhouding tussen 50 en 1.500 in. Hoe hoger het cijfer, hoe donkerder de zwartluminantie zal zijn. U kunt ook "Equalize with displays of the same type" selecteren. In het laatste geval zullen alle beeldschermen van hetzelfde type dezelfde zwartluminantie krijgen. Custom chroma (enkel kleurbeeldschermen) U kunt hier de chroma of de kleurtemperatuur handmatig bepalen. U kunt de chroma in Kelvin of in x,y-coördinaten uitdrukken. Volledige kalibratie Als deze optie geselecteerd is, is de kalibratie een volledige kalibratie. De kalibratie is nauwkeuriger maar duurt langer. No ambient light compensation Selecteer deze optie als er geen omgevingslicht in de ruimte is. ULT Dit afvinkhokje laat toe om het Uniform Luminance Technology systeem aan of uit te zetten. Dit systeem compenseert de verschillen in uniformiteit over de volledige schermoppervlakken en voorziet een uniforme luminantie voor het volledige scherm. Zie ook de onderstaande opmerking. Deze optie is niet beschikbaar op sommige beeldschermtypes. CSDF (Color Standard Display Function) Verdeling van de kleuren op een perceptueel voordelige manier. Klik op Calibrate om de kalibratie met de geselecteerde instellingen 63

Beeldschermen kalibreren te starten. Over ULT (Uniform Luminance Technology) en PPU (Per Pixel Uniformity) Bij het stellen van een diagnose is het cruciaal de kleinste en meest subtiele beelddetails te onderscheiden. Minimale percentages van luminantieverschillen die zich op de rand bevinden van wat een menselijk oog zou kunnen onderscheiden, geven relevante diagnostische informatie weer. Daarom zijn Barco's meest geavanceerde beeldschermen uitgerust met de unieke technologie ULT op New Coronis-beeldschermen en PPU op Coronis-beeldschermen voor mammografie. Deze eigen technologie meet en stelt de luminantie bij en zorgt hierbij voor DICOM-conformiteit over het hele scherm. Kalibratie als er een verbinding is met de MediCal QAWeb Server Als u de kalibratie start, kunt u kiezen voor de kalibratie van het geselecteerde beeldscherm volgens het QA-beleid gedefinieerd op de QAWeb Server of kunt u beslissen om te experimenteren met de kalibratie-instellingen. Selecteer Calibrate to the central QA policy om de kalibratie uit te voeren volgens de gedefinieerde instellingen op de QAWeb Server. In dit geval kunt u de kalibratie-instellingen niet lokaal veranderen. Selecteer Calibrate to a temporary QA policy om te experimenteren met de kalibratie-instellingen. In dit geval kunt u de kalibratieinstellingen veranderen zoals u dit wenst. Raadpleeg "Kalibratie in 64

Beeldschermen kalibreren een autonome toepassing" op pagina 59 voor meer informatie over de kalibratie-instellingen. Als de kalibratie voltooid is, biedt MediCal QAWeb Agent u de volgende opties: Selecteer Test patterns om de kalibratie te evalueren volgens de veranderde instellingen. Selecteer Apply the local policy permanently to QAWeb Server om de veranderde instellingen toe te passen op het QA-beleid op de QAWeb Server. De veranderde instellingen moeten handmatig aanvaard worden op de server. Selecteer Retry the calibration with a different temporary policy om de kalibratie te negeren en opnieuw te proberen met andere kalibratie-instellingen. Selecteer Restore the calibration with the central QA policy om de veranderingen van de tijdelijke kalibratie ongedaan te maken. Andere beeldschermen (MFCD 1218, MFCD 1219, MDRC en andere merken) Een ander type beeldscherm kalibreren: U moet als geavanceerde gebruiker aangemeld zijn om te kunnen kalibreren. Zie Aanmelden als geavanceerde gebruiker, op pagina 14. 1. Zorg ervoor dat de externe optische sensor aangesloten is. 65

Beeldschermen kalibreren 2. Klik op Configuration in het hoofdmenu van MediCal QAWeb Agent. 3. Selecteer op het tabblad Displays het pictogram van het beeldscherm dat u wenst te kalibreren. 4. Klik op het tabblad Calibration. 5. Klik op Calibrate. Het dialoogvenster Calibrate wordt weergegeven; hier kunt u de geschikte kalibratie-instellingen selecteren. 66

Beeldschermen kalibreren U kunt de volgende beeldschermfuncties selecteren: DICOM GSDF Selecteer een DICOM-beeldschermfunctie voor het merendeel van de medische beeldvormingstoepassingen. De DICOM-functie zorgt voor meer zichtbare grijswaarden in de beelden. Dynamic Gamma 2.47/2.2/1.8 Dit zijn gammafuncties die opgeschoven worden om rekening te houden met de restluminantie van een lcd-scherm bij een "zwart" signaal. Deze zijn bijzonder nuttig in CT-toepassingen om de perceptie van de lage Hounsfield-waarden te verbeteren. Gamma 2.2/1.8 Selecteer een van deze beeldschermfuncties als het beeldscherm een CRT-beeldscherm vervangt met een gamma van respectievelijk 1.8 of 2.2. cie Deze weergavefunctie komt overeen met de lichtheidsfunctie die gedefinieerd is in de CIELAB-kleurruimte. srgb Dit is de weergavefunctie zoals gedefinieerd in de srgbspecificatie. Ze lijkt sterk op Gamma 2.2. U kunt de volgende luminantie-instellingen selecteren: Current luminance In deze instelling wordt het beeldscherm gekalibreerd volgend de huidige luminantie. U kunt de volgende chroma-instellingen selecteren (enkel 67

Beeldschermen kalibreren kleurbeeldschermen): Clearbase Simulatie van de clearbase-kleurtemperatuur Bluebase Simulatie van de bluebase-kleurtemperatuur Native white De natuurlijke, ongewijzigde kleurtemperatuur van het lcdscherm. De instelling Reading Room maakt het u mogelijk een leeszaaltype te selecteren dat overeen moet stemmen met het omgevingslicht in de ruimte waarin het werkstation geplaatst is. Bij deze instelling wordt er tijdens de kalibratie rekening gehouden met de invloed van het omgevingslicht in dit type ruimte. U kunt de volgende leeszaalinstellingen selecteren: X-Ray Diagnostic Reading Room Stemt overeen met het licht in zalen voor het stellen van diagnoses voor computergestuurde radiologie, digitale radiologie of mammografie. Deze instelling geeft het laagste maximale omgevingslicht weer (0->10 lux). CT/MR/NM Reading Room Stemt overeen met het licht in zalen voor het stellen van diagnose voor precieze tomografie, magnetische resonantie of nucleaire medische scans (10->60 lux). Kantoor personeelsleden Stemt overeen met het licht in kantoorruimtes (60->180 lux). Klinische weergaveruimte Stemt overeen met het licht in diagnostische leeszalen voor klinische beeldvorming (180->250 lux). 68

Beeldschermen kalibreren ER Room Stemt overeen met het licht op eerstehulpafdelingen (250- >300 lux). OR Room Stemt overeen met het licht in operatiekamers. Deze instelling geeft het hoogst maximale omgevingslicht weer (300- >400 lux). 69

Beeldschermen kalibreren Klik op Advanced om de geavanceerde instellingen te openen: De volgende geavanceerde instellingen zijn beschikbaar: Absolute luminance U kunt hier de luminantiedoelwaarde handmatig bepalen. U kunt de luminantie bepalen in cd/m² of in footlambert-eenheden. Black luminance U kunt hier de zwartluminantie veranderen. Geef hiervoor een contrastverhouding tussen 50 en 1.500 in. Hoe hoger het cijfer, hoe donkerder de zwartluminantie zal zijn. U kunt ook "Equalize with displays of the same type" selecteren. In het laatste geval zullen alle beeldschermen van hetzelfde type dezelfde zwartluminantie krijgen. Custom chroma (enkel kleurbeeldschermen) U kunt hier de chroma of de kleurtemperatuur handmatig bepalen. U kunt de chroma in Kelvin of in x,y-coördinaten uitdrukken. 70

Beeldschermen kalibreren Volledige kalibratie Als deze optie geselecteerd is, is de kalibratie een volledige kalibratie. De kalibratie is nauwkeuriger maar duurt langer. No ambient light compensation Selecteer deze optie als er geen omgevingslicht in de ruimte is. Klik op Calibrate om de kalibratie met de geselecteerde instellingen te starten. Handmatig invoeren van kalibratie-instellingen Als het beeldscherm gekalibreerd werd met behulp van een eigen (DICOM uit de verpakking) of een andere tool (bv. een andere kalibratiesoftware), selecteert u External Tool. In dat geval dient u ook de Display Function en de instellingen voor het omgevingslicht (Reading Room) die gebruikt moeten worden voor het kalibreren van het beeldscherm in te stellen. Op die manier wordt het beeldscherm niet gekalibreerd door QAWeb Agent. U kunt echter wel de conformiteitstest gebruiken om de conformiteit met de geselecteerde 71

Beeldschermen kalibreren Display Function na te gaan in het onderstaande venster Change Settings. Als er een verbinding is met de QAWeb Server, wordt de informatie naar de QAWeb Server verzonden. Klik op Change settings op het tabblad Calibration om de instellingen in te voeren. U kunt de volgende instellingen invoeren: Calibration tool Klik op het keuzemenu en selecteer External tool. De overige instellingen zijn nu ook beschikbaar. Weergavefunctie Selecteer de beeldschermfunctie die gebruikt wordt voor het kalibreren van het beeldscherm. Reading Room Selecteer het leeszaaltype dat gebruikt wordt voor het kalibreren van het beeldscherm. 72

Beeldschermen kalibreren Geavanceerde instellingen: Klik op de knop Advanced om de geavanceerde instellingen weer te geven. De volgende geavanceerde instellingen zijn beschikbaar: No ambient light compensation Selecteer deze optie als het beeldscherm al gekalibreerd werd zonder compensatie van het omgevingslicht. Klik op Save na het invoeren van de kalibratie-instellingen. 73

De QA-conformiteit verifiëren aan de hand van testpatronen De QA-conformiteit verifiëren aan de hand van testpatronen De QA-conformiteit verifiëren aan de hand van testpatronen: 1. Klik op de knop Test Patterns in het hoofdmenu van MediCal QAWeb Agent. 2. Het venster Test Patterns wordt weergegeven. In dit venster kunt u verschillende testpatronen selecteren om een QA-check door te voeren. Sommige testpatronen worden gebruikt voor visuele controles, andere voor het uitvoeren van optische metingen. In dit laatste geval kunt u een optische sensor aansluiten. Het testpatroon RapidFrame is een dynamisch patroon dat gebruikt kan worden voor Barco-beeldschermen die de functie RapidFrame ondersteunen. Note: Voor het testpatroon RapidFrame is een specifieke DirectX-functionaliteit vereist die mogelijk niet standaard geïnstalleerd is op uw Windows-besturingssysteem. Als MediCal 74

De QA-conformiteit verifiëren aan de hand van testpatronen QAWeb Agent detecteert dat de vereiste DirectX-functionaliteit ontbreekt, verschijnt er een foutmelding op het scherm. Installeer in dit geval de recentste DirectX End-User Runtime (deze kunt u verkrijgen via de ondersteuningsdienst van Barco of de Microsoft-website). Klik gewoon op de linkermuisknop om het actieve testpatroon te sluiten. De lijst met testpatronen in het venster Test patterns filteren: 1. Klik op Filter Disabled om het dialoogvenster van de testpatroonfilter te openen. 2. Vink de selectievakjes aan van de testpatrooncategorieën die u wilt bekijken. 3. Klik op OK om de filter toe te passen. Testpatronen van beeldbestanden Naast een set van vooringestelde testpatronen kunt u ook uw eigen persoonlijke testpatronen van beeldbestanden gebruiken. Deze moeten.gif-,.png-,.jpg- of.bmp-bestanden zijn. U dient deze op te slaan in de map Images in de installatiemap van MediCal QAWeb Agent. Note: De map Images in de installatiemap van MediCal QAWeb Agent bevat ook een aantal standaard Barcobeeldbestanden. Een testpatroon van een beeldbestand weergeven: 1. Selecteer Image File in het venster Test patterns. Het dialoogvenster Select image wordt weergegeven. 75