CONNEXION - COMMUNICATOR



Vergelijkbare documenten
Efficiency in dienst van veiligheid. Met het Kamstrup inspectiesysteem voor gasstations

Condition monitoring in optima forma. Het Kamstrup inspectiesysteem voor gasstations

1. Inleiding. 1. Inleiding Installatieprocedure De installatie van LisCAD Licentieprocedure...

Installatie- en gebruikshandleiding Risicoverevening. 11 april 2007 ZorgTTP

SBGuidance Perceel Manager. SBGuidance Perceel Manager. Versie 2.6. Handleiding. 19 augustus 2010

HANDLEIDING INFOGRAPHIC SOFTWARE Versie 2.3 / jan 2014

15 July Betaalopdrachten web applicatie gebruikers handleiding

15 July Betaalopdrachten web applicatie beheerders handleiding

Met deze module heeft u de mogelijkheid om gemakkelijk, snel en efficiënt uw documenten als naslag in Unit 4 Multivers te koppelen.

DOWNLOADEN EN INSTALLEREN VAN PEUGEOT ALERT ZONE OP. WIP Nav/Connect Nav. Vereisten

Gebruiksaanwijzing WTW PC-software

Softwarehandleiding voor OSID

Upgrade naar People Inc 3.5.0

Met deze module heeft u de mogelijkheid om gemakkelijk, snel en efficiënt uw documenten als naslag in Unit 4 Multivers te koppelen.

AFO 142 Titel Aanwinsten Geschiedenis

Handleiding Job voor gebruikers

Technische nota AbiFire5 Rapporten maken via ODBC

SBGuidance Machine Manager. SBGuidance Machine Manager. Versie 2.0. Handleiding. 24 november 2009

Symbol for Windows BlissEditor

TVB, 05/02/2014. Qbus Cloud Activatie

Installatiehandleiding. Facto minifmis

INSTALLATIEHANDLEIDING

Table of contents 2 / 15

d-basics b.v. Tinstraat AA Breda Tel Fax verzamelen, bewerken en versturen van informatie

Desktopversie voor medewerkers

Handleiding AIRTOCHECK website & app

Eenvoudig een backup van je bestanden maken. G.v.Eijndhoven ( )

Handleiding Opslag Online Client voor Windows. Versie maart 2015

De ontwikkelaar heeft het recht om af te zien van verdere ontwikkeling en/of ondersteuning van dit pakket.

Gebruikershandleiding People Inc. en Microloon

cbox UW BESTANDEN GAAN MOBIEL! VOOR LAPTOPS EN DESKTOPS MET WINDOWS PRO GEBRUIKERSHANDLEIDING

Handleiding. Documentbeheer. PlanCare 2. elektronisch cliënten dossier. G2 Paramedici het EPD voor paramedici. Handleiding. Declareren. Versie

Installatie Mplus Touch Screen Kassa

Getting-started tutorial. Versie 1.0

Inrichting Systeem: Locaties & Toegang

Installatie NemaDecide en eerste gebruik

Overige transacties 1 (Excel2007 en 2010)

Nieuwe ICF-module. Nb. Huidige berichten hoeven niet eerst volledig verwerkt te worden om te kunnen overstappen op deze nieuwe module.

Installatiehandleiding TiC Narrow Casting Manager

Handleiding VirtualBox

Installatiehandleiding Cane Webservices.nl Integratie

Mill7. homepage: support: whitepapers:

Elbo Technology BV Versie 1.1 Juni Gebruikershandleiding PassanSoft

UNIFORM-Pocket PC Handleiding

ACT! link XL voor SnelStart handleiding

NACSPORT TAG&GO HANDLEIDING Eigenschappen knop

Handleiding Sonus Communicator voor Rion NL-22 - NL-32

Sharpdesk Mobile V1.1 Gebruikershandleiding

Installatie Avalanche Windows

1. Inhoudsopgave Vooraf Stap 1: Functie aanvragen Stap 2: Certificaat installeren Stap 3: URL registreren...

Handleiding Reinder.NET.Tasks.SQL versie 2

Handmatig je lokale mailbox migreren

DYKA e-shop. ICM-Handleiding

Nero AG SecurDisc Viewer

Installatie handleiding Reinder.NET.Optac

NIS Notarieel Informatie Systeem

Nieuwe- en bijkomende functionaliteiten app V5.0

Installatiehandleiding Business Assistent

Veelgestelde vragen voor Eee Pad TF201

Installatie- en gebruikshandleiding Privacy & Verzend Module ten behoeve van Risicoverevening (RVE) & Genees- en hulpmiddelen Informatie Project (GIP)

Urenregistratie MKB. Installatiehandleiding

HTA Software - Klachten Registratie Manager Gebruikershandleiding

Handleiding Pétanque Competitie Beheer. (versie 1.1) April 2014

Overige transacties 1 (Excel 2002 en 2003)

e-uur en UBplus Gebruikershandleiding Versie: 1.05

mymanualsolarapp - What s Your Solar Power Today?

Act! PostcodeCheck voor Act! Handleiding

Opladen Opmerkingen Vragen?... 11

Pictogrammenuitleg. Aliro IP-toegangscontrole zonder complicaties.

Webservice voor data-uitwisseling tussen FysioRoadmap en MRS Software

Aan de slag met AdminView

Installatie Excel Controller (Office 64 bits) voor Exact Online

ALL-CRM Installatie handleiding

Handleiding Icespy MR software

Installatiehandleiding Business Assistent

Installatie Handleiding TechControl

Handleiding Zermelo. roosterwijzigingen gaat importeren. Allereerst wordt u gevraagd of u de wijzigingen wilt importeren. U kiest hier voor Ja.

ZorgMail Secure

SERVER MONITOR SMS SERVER

Handleiding XL Food. Installatie patch

Gebruikershandleiding MJK Link 2.15 Index

Gebruikshandleiding Devoteam PGB XML tool

Bijlage Inlezen nieuwe tarieven per verzekeraar

Gebruikershandleiding Bi-LINK Version 1.0

GEBRUIKERSHANDLEIDING AREX DIGICOMM

Handleiding Installatie en Gebruik Privacy -en Verzend Module Netwerk Acute Zorg Zwolle

Deze verkorte handleiding helpt u om aan de slag te gaan met de IRIScan TM Mouse Executive 2.

Handleiding ESS na de upgrade People Inc. versie 3.5.0


Gebruikershandleiding scannen personeelsdossiers (PaXS)

Copernica Koppeling Umbraco

RIAXION DOSSIER HANDLEIDING

Handleiding. Opslag Online. voor Windows. Versie februari 2014

Voor de koppeling is door Paxton gebruik gemaakt van een Barcode/QR code scanner type QSCAN- 0G000 van het merk Interbar.

Sharpdesk Mobile V1.1 Gebruikershandleiding

Compleet Boekhouden PRO

Mamut Business Software. Introductie. Mamut Enterprise Travel CRM

Transcriptie:

Kamstrup b.v. P.O. Box 109 NL-6980 AC DOESBURG Leigraafseweg 4 NL-6983 BP DOESBURG T: +31 (0) 313-47 19 98 F: +31 (0) 313-47 32 90 kamstrup@kamstrup.nl www.kamstrup.nl

2 CONNEXION COMMUNICATOR DDO2110GHNL / 10.2009 / Rev. 03

Woord vooraf...4 1 Inleiding...5 1.1 Het CONNEXION softwarepakket...5 1.2 De module MANAGER...5 1.3 De module INSPECTOR...6 1.4 De module DIAGNOSTICS...7 1.5 De module COMMUNICATOR...8 1.6 Systeemintegratie met bedrijfsmanagementsystemen...8 2 Begrippen...9 3 Leveringsomvang, identificatie...10 4 COMMUNICATOR...11 4.1 Schermopbouw...11 5 Synchronisatie...13 6 Bestanden...14 6.1 Stationsgegevensbestand XML...14 6.2 Stationsgegevensbestand Microsoft Access...15 6.3 Resultaten bijwerken...15 6.3.1 Van INSPECTOR PDA naar PC in XML-formaat...15 6.3.2 Van INSPECTOR PDA naar PC in Microsoft Access formaat...15 6.3.3 Van PC naar INSPECTOR PDA in XML-formaat...15 6.3.4 Van PC naar INSPECTOR PDA in Microsoft Access formaat...15 CONNEXION COMMUNICATOR DDO2110GHNL / 10.2009 / Rev. 03 3

Woord vooraf In deze handleiding wordt belangrijke informatie verstrekt over het gebruik van het CONNEXION - softwarepakket. Lees deze handleiding zorgvuldig. In deze handleiding zijn diverse opmerkingen en waarschuwingen met behulp van symbolen gemarkeerd. Lees deze zorgvuldig en neem, indien noodzakelijk maatregelen. De gebruikte symbolen hebben de volgende betekenis: OPMERKING Suggesties en adviezen om taken gemakkelijker uit te voeren. LET OP Een opmerking maakt de gebruiker attent op mogelijke problemen. WAARSCHUWING Indien de handeling niet correct wordt uitgevoerd kunnen er gegevens verloren gaan. 4 CONNEXION COMMUNICATOR DDO2110GHNL / 10.2009 / Rev. 03

1 Inleiding 1.1 Het CONNEXION softwarepakket Het Kamstrup inspectiesysteem voor gasstations bestaat uit twee hoofdbestanddelen: Het draagbare PLEXOR -testapparaat en het CONNEXION softwarepakket. Met het draagbare en eenvoudig te bedienen PLEXOR -testapparaat worden de hoofdcomponenten van een gasstation zorgvuldig getest op functioneren. Daarbij worden betrouwbare kwantitatieve inspectieresultaten verkregen. Het aansluiten van het PLEXOR -testapparaat op het gasstation gebeurt met behulp van speciaal voor dit doel ontworpen beveiligde meet- en diagnose-aansluitingen, die permanent in de gasstations zijn geïnstalleerd. De inspectieresultaten, verkregen uit de bovengenoemde functionele inspectie van het gasstation worden automatisch en zonder tussenkomst van de inspecteur opgeslagen in een handzame personal computer (PDA). De uitkomsten van de visuele inspectie worden handmatig ingevoerd. Op deze manier wordt de toestand van de installatie nauwkeurig vastgelegd. In het CONNEXION softwarepakket kunnen de bedrijfsspecifieke procedures, die het energiebedrijf hanteert voor het uitvoeren van A en B inspecties, worden ingevoerd. Het volledige CONNEXION softwarepakket bestaat uit vier complementaire modules: MANAGER, INSPECTOR, COMMUNICATOR en DIAGNOSTICS. De module DIAGNOSTICS wordt standaard als demo versie geleverd. Hoofdkenmerken: Is ontwikkeld om te worden gebruikt in combinatie met het PLEXOR -testapparaat. Voert inspecties verregaand geautomatiseerd uit op basis van reeds door het energiebedrijf gehanteerde procedures. Verschaft een hoge mate van uniformiteit en efficiëntie bij het uitvoeren van inspecties. Is geschikt voor het uitvoeren van functionele inspecties van componenten. De identiteit en overige gegevens van componenten kunnen worden geregistreerd. Kent een handelinggeoriënteerde (en geen componentgeoriënteerde) structuur waardoor de integratie met bestaande bedrijfsmanagementsystemen probleemloos verloopt. 1.2 De module MANAGER MANAGER is bedoeld voor het inrichten van het softwarepakket CONNEXION en voor het beheren van inspectieprocedures, gasstationsgegevens en afkeurgrenzen. Hoofdkenmerken: Er kunnen bedrijfsspecifieke inspectieprocedures en methodieken worden ingebracht. Heeft voldoende capaciteit om tientallen eenheden van de module INSPECTOR aan te sturen. Beheert de essentiële gegevens van de PLEXOR -testapparaten, zoals serienummer, Bluetooth-adres en kalibratiedatum. Beheert de bestandlocaties voor het uitwisselen van de gegevens door de module COMMUNICATOR tussen INSPECTOR, MANAGER en eventueel een bedrijfsmanagementsysteem. CONNEXION COMMUNICATOR DDO2110GHNL / 10.2009 / Rev. 03 5

1.3 De module INSPECTOR INSPECTOR is bedoeld voor gebruik door de inspecteur in het veld. De software leidt de inspecteur op de voorgeschreven manier door de uit te voeren procedures. De tijdens de test verkregen meetdata worden real-time op het scherm getoond. Hoofdkenmerken: Leidt de inspecteur op een eenduidige manier door de inspectieprocedure. Als gevolg hiervan zijn de inspecties volledig reproduceerbaar. Assisteert de inspecteur bij het uitvoeren van de inspectieprocedure door middel van hulpteksten. Het energiebedrijf kan per type gasstation een inspectieprocedure instellen. Geeft de status van inspecties weer in de lijst gasstations en regelstraten. Eenduidige invoer door gebruik te maken van conditiecodes, optie- en controlelijsten. Eenvoudige gebruikersinterface en een aanraakscherm voor het bedienen van INSPECTOR. De inspectieresultaten verkregen uit de inspectie van een regelstraat worden automatisch en zonder tussenkomst van de inspecteur opgeslagen. De inspecteur hoeft uitsluitend de resultaten van de visuele controle handmatig, door middel van het toetsenbord, in te voeren. Metingen die worden uitgevoerd tijdens tests met het PLEXOR -testapparaat, worden geïnitieerd door INSPECTOR. Hierdoor wordt het uitvoeren van een inspectie sterk vereenvoudigd. De actuele gasdruk wordt real-time in het scherm weergegeven. Data worden door INSPECTOR op een SD-kaart opgeslagen. De inspectieresultaten worden voorzien van een tijd- en datumregistratie. De inspectieresultaten worden voorzien van de identiteit van het PLEXOR -testapparaat en de digitale manometer(s) waarmee de resultaten zijn verkregen (traceerbaarheid). Weergave van de inspectieresultaten van de vorige en huidige inspecties is mogelijk. Inspectieresultaten worden vergeleken met de ingebrachte afkeurgrenzen. Bij afkeuring volgt een melding en de inspectie kan, na het beëindigen van de inspectieprocedure, worden herhaald. De inrichting van de software, de inspectieprocedures, de gasstationsgegevens en de afkeurgrenzen kunnen met INSPECTOR niet worden gewijzigd. Dit kan met behulp van de module MANAGER. 6 CONNEXION COMMUNICATOR DDO2110GHNL / 10.2009 / Rev. 03

1.4 De module DIAGNOSTICS Met behulp van DIAGNOSTICS kunnen selecties uit de meetdata, verkregen tijdens functionele inspecties, worden gemaakt. DIAGNOSTICS importeert de geselecteerde data en toont deze grafisch in de vorm van een toestanddiagram. Deze grafische weergave geeft inzicht in de toestand van een gasstation, een regelstraat of een component. Hoofdkenmerken: De meetdata kan eenvoudig, door middel van een script, worden geïmporteerd. De geselecteerde meetdata kan grafisch worden weergegeven. De grafische weergave levert waardevolle informatie over het functioneren van componenten. Toestandsdiagrammen van verschillende tijdstippen kunnen in een grafische weergave worden gepresenteerd (in een trenddiagram). Zo n trenddiagram maakt op een simpele wijze trendanalyses mogelijk voor de toestand van een component of een groep van componenten. Toestands- en trenddiagrammen kunnen op basis van datum worden geselecteerd. Het is mogelijk om de toestandsdiagrammen van regelstraten van een gasstation tot een grafiek samen te voegen. Deze functie maakt het mogelijk om het functioneren van de regelstraten van een gasstation onderling te vergelijken. Weergave van afkeurgrenzen en normwaarden in een toestandsdiagram. Mogelijkheid tot het importeren en toepassen van afkeurgrenzen die zijn vastgelegd voor een regelstraat. Uitgebreide zoomfunctie. Opslag van data voor toestands- en trenddiagrammen in Oracle of Microsoft Access databaseformat. DIAGNOSTICS maakt het selecteren en importeren van data voor toestands- en trenddiagrammen op basis van verschillende selectiecriteria mogelijk. Hiermee wordt vastgelegd welke meetdata als input voor toestands- of trenddiagrammen in de database van DIAGNOSTICS worden opgeslagen. Bijvoorbeeld: Bij een meting van de maximum aanspreekdruk van een veiligheidsinrichting is gedefinieerd dat de meetgegevens van 20 seconden vóór tot 5 seconden ná het vallen van de veiligheid in de database moeten worden opgeslagen. De gevraagde data wordt uit de desbetreffende meetdata geselecteerd. Omdat elke inspectieprocedure specifieke inspectiehandelingen kent, kunnen de selectiecriteria per inspectieprocedure worden aangemaakt. CONNEXION COMMUNICATOR DDO2110GHNL / 10.2009 / Rev. 03 7

1.5 De module COMMUNICATOR De module COMMUNICATOR wordt gebruikt voor het synchroniseren van de gegevens tussen INSPECTOR, de verschillende applicaties en de database. Deze module wordt tevens gebruikt voor het synchroniseren van de gegevens tussen het bedrijfsmanagementsysteem en het Kamstrup inspectiesysteem voor gasstations. Hoofdkenmerken: Synchroniseren van gegevens tussen INSPECTOR, de verschillende applicaties en de database. Is separaat te installeren. In- en uitvoerbestanden in XML en/of ACCESS formaat zijn te gebruiken voor gegevens van gasstations en voor inspectieresultaten. Informatie over INSPECTOR wordt in het COMMUNICATOR synchronisatie scherm getoond, zoals: 1. INSPECTOR software versie 2. laatste synchronisatie datum 3. serienummer PDA 4. batterijstatus 5. geheugenstatus Statusweergave van de synchronisatie. Automatische synchronisatie nadat de PDA met de desktop PC wordt verbonden. 1.6 Systeemintegratie met bedrijfsmanagementsystemen. CONNEXION is te gebruiken in combinatie met alle bedrijfsmanagementsystemen. Door deze systeemintegratie is het mogelijk om de gasstationsgegevens en de inspectieresultaten tussen het bedrijfsmanagementsysteem en CONNEXION uit te wisselen Het gebruikte bestandsformaat is XML (extensible Markup Language). XML Schema Definition bestanden (XSD) zijn beschikbaar voor een eenduidige beschrijving van de opbouw en informatie van de XMLbestanden. Het gebruik van XML- en XSD-bestanden maakt systeemintegratie van CONNEXION met een bedrijfsmanagementsysteem relatief eenvoudig. De te inspecteren objecten en bijbehorende meetpunten kunnen desgewenst in de inspectieprocedure worden opgenomen. Daardoor herkent de software voor onderhoudsbeheer eenvoudig de resultaten van een meetpunt. 8 CONNEXION COMMUNICATOR DDO2110GHNL / 10.2009 / Rev. 03

2 Begrippen Microsoft ActiveSync : Beheren: Conditiecode: CONNEXION : Controlelijst: Inspecteur: Inspectie: Inspectieprocedure: Inspectieresultaat: Keuzelijst: Manager: Meetdata: Programma voor het maken van een verbinding tussen de PDA en de desktop PC. Als de verbinding tot stand is gebracht, kunnen gegevens worden gesynchroniseerd. Maken, openen, opslaan, wijzigen, kopiëren, verplaatsen en verwijderen van gegevens, alsmede het wijzigen van bestandslocaties. Klantspecifieke code voor het gecodeerd vastleggen van de inspectieresultaten. Softwarepakket bestaande uit de modules MANAGER, INSPECTOR, COMMUNICATOR en DIAGNOSTICS. De module DIAGNOSTICS wordt standaard als demo versie geleverd. Lijst met conditiecodes; per conditiecode wordt aangegeven of deze wel of niet voldoet aan de gestelde eis(en). Persoon die inspecties uitvoert. Een controle volgens een procedure uitgevoerd met als doel de toestand van een gasstation vast te stellen en te beoordelen. Procedure voor het uitvoeren van een inspectie. Resultaat van een inspectie. Lijst waarbij slechts één keuze kan worden geselecteerd. Persoon die de gegevens van CONNEXION beheert en zorgt voor de koppeling tussen gasstations, regelstraten en inspectieprocedures. Verzamelde data van de uitgevoerde meting. De meetdata wordt op twee manieren gebruikt: 1. t.b.v. het bepalen van de inspectieresultaten door INSPECTOR. 2. t.b.v. het weergeven van toestandsdiagrammen. Meting: Het meten van de druk tijdens de functionele test met behulp van het PLEXOR - testapparaat. Optielijst: PDA: Scriptcommando: Lijst waarin een aantal conditiecodes wordt gepresenteerd, de inspecteur geeft hierbij aan welke conditiecode(s) van toepassing is (zijn). Personal Digital Assistant. (Handzame personal computer). Specifiek onderdeel van een inspectieprocedure. Een inspectieprocedure wordt sequentieel uitgevoerd volgens een script. Een script is opgebouwd uit een aantal scriptcommando s. CONNEXION COMMUNICATOR DDO2110GHNL / 10.2009 / Rev. 03 9

3 Leveringsomvang, identificatie CONNEXION omvat: CONNEXION CD-ROM Deze bevat de softwaremodules MANAGER, INSPECTOR, COMMUNICATOR en DIAGNOSTICS. DIAGNOSTICS wordt als demo-versie geïnstalleerd en kan later, indien gewenst, door middel van een code geactiveerd en geregistreerd worden. COMMUNICATOR in een XML-versie kan ook, indien gewenst, later worden geactiveerd en geregistreerd. Instructiekaart met beknopte Installatiebeschrijving. De module INSPECTOR wordt geleverd in de vorm van een robuuste en explosieveilige handheld computer (zone 2 conform ATEX Ex II 3G EEx nl IIC T4). 10 CONNEXION COMMUNICATOR DDO2110GHNL / 10.2009 / Rev. 03

4 COMMUNICATOR De module COMMUNICATOR wordt gebruikt voor het synchroniseren van de gegevens tussen de INSPECTOR PDA en de diverse Microsoft Access databases. COMMUNICATOR kan tevens worden gebruikt voor het synchroniseren van de gegevens tussen het bedrijfsmanagementsysteem en het Kamstrup inspectiesysteem voor gasstations. Als er een PDA is aangesloten op de PC dan controleert COMMUNICATOR het serienummer. Op basis van dit serienummer worden de synchronisatiegegevens opgehaald. In de module MANAGER worden deze synchronisatiegegevens per PDA ingesteld (zie de handleiding MANAGER ). Het is mogelijk een koppeling tot stand te brengen met een bedrijfsmanagementsysteem. In het geval van een koppeling is een activatiecode per PDA noodzakelijk. 4.1 Schermopbouw 1 2 3 4 8 5 6 7 9 1. Titelbalk en indicatiebalk. De indicatiebalk geeft door middel van een kleur aan wat de status van de verbinding van de PC met de PDA is: Blauw: geen verbinding. Geel: verbinding aanwezig, synchronisatie is gestart. Rood: verbinding aanwezig, synchronisatie gestopt vanwege problemen. Groen: verbinding aanwezig, synchronisatie succesvol uitgevoerd. 2. INSPECTOR: PDA serienummer: het unieke serienummer van de PDA. Huidige versie: de huidige versie van de INSPECTOR software op de PDA. Nieuwe versie: de versie van de nieuw beschikbare INSPECTOR software op de PC. CONNEXION COMMUNICATOR DDO2110GHNL / 10.2009 / Rev. 03 11

3. Laatste gegevensuitwisseling: Tijd laatste gegevensuitwisseling INSPECTOR. Datum laatste gegevensuitwisseling INSPECTOR. 4. PDA informatie: Besturingssysteem: besturingssysteem van de PDA. Processortype: processortype van de PDA. PDA Informatie: naam van de PDA. IP adres. 5. Batterij: Status: status van de batterij. Beschikbaar: totaal beschikbare tijd. Beschikbare tijd: resterende beschikbare tijd. Beschikbaar percentage: voor welk percentage de accu is opgeladen. AC: is de PDA aangesloten op een externe voeding. 6. Geheugen: Geheugen: totale hoeveelheid geheugen. Beschikbaar: beschikbare hoeveelheid geheugen. Percentage: beschikbaar percentage van het geheugen. 7. Opslag: Totaal: totaal beschikbare opslagruimte. Beschikbaar: beschikbare hoeveelheid opslagruimte. Percentage gebruikt: beschikbaar percentage van de opslagruimte. 8. Voortgangsscherm met gedetailleerde informatie per proces. 9. Voortgangsbalken: Boven: Voortgang kopiëren van bestanden Onder: Voortgang van de volledige synchronisatie 12 CONNEXION COMMUNICATOR DDO2110GHNL / 10.2009 / Rev. 03

5 Synchronisatie Het synchronisatieproces bestaat uit de volgende stappen: 1. Uitlezen van gegevens van de PDA. 2. Uitlezen van het serienummer van de PDA. 3. Datamappen toewijzen afhankelijk van het serienummer van de PDA. 4. Een tijdelijke map aanmaken voor de gegevens van de PDA. 5. Bepalen wanneer de laatste gegevensuitwisseling met de PDA heeft plaatsgevonden. 6. Importeren van de gegevensbestanden van de PDA. 7. Verwerken van de inspectie resultaten. De inspectie resultaten worden door INSPECTOR opgeslagen in het Results.xml bestand. Afhankelijk van de gekozen instelling zijn er twee mogelijkheden: De inspectie resultaten worden opgeslagen in de Microsoft Access Result.mdb database. De inspectie resultaten worden vanuit het Results.xml bestand verwerkt in het bedrijfsmanagementsysteem. 8. Als de gegevens correct verwerkt zijn dan worden de inspectieprocedures, de inspectie resultaten en de meetdata bestanden van de PDA verwijderd. 9. Aanmaken van een bestand met stationsinformatie. Afhankelijk van de configuratie worden: alle gasstations uit de Microsoft Access PRS.mdb database op de PDA opgeslagen of de verschillende XML bestanden met gasstations verwerkt. 10. Aanmaken van een XML bestand (ResultsLast.xml) met daarin de laatste meetresultaten. 11. Verwijderen van de stationsgegevens en de inspectiestatus van de PDA. 12. Kopiëren van de nieuwe stationsgegevens, het XML bestand (ResultsLast.xml) met daarin de laatste meetresultaten en inspectie procedures naar de PDA. 13. Opslaan van de datum en tijd van de laatste synchronisatie op de PDA. CONNEXION COMMUNICATOR DDO2110GHNL / 10.2009 / Rev. 03 13

6 Bestanden Bij het voor de eerste keer opstarten van COMMUNICATOR moet de systeem configuratie worden bepaald. In de eerste plaats moet worden bepaald of de stationsgegevens, de regelstraten en de afkeurgrenzen uit de Microsoft Access PRS.mdb database (keuze: ACCESS) of uit het bedrijfsmanagementsysteem komen (keuze: XML). In dat laatste geval levert het bedrijfsmanagementsysteem de stationsgegevens, de regelstraten en de afkeurgrenzen aan in het StationInformation.xml bestand. Deze keuze kan gemaakt worden in het onderstaande scherm: In de tweede plaats moet worden bepaald of de inspectie resultaten in de Microsoft Access Result.mdb database (keuze: ACCESS) moeten worden opgeslagen of dat de inspectie resultaten vanuit het Results.xml bestand moeten worden verwerkt in het bedrijfsmanagementsysteem (keuze: XML). Deze keuze kan gemaakt worden in het onderstaande scherm: Bij een stand-alone configuratie moet gekozen worden voor Microsoft Access (kezue: ACCESS/ACCESS). Bij een koppeling met een bedrijfsmanagementsysteem is de keuze afhankelijk van de gewenste inrichting van de koppeling. 6.1 Stationsgegevensbestand XML Als er een bedrijfsmanagementsysteem wordt gebruikt dan kan het stationsgegevensbestand als XML bestand opgeslagen worden. COMMUNICATOR voegt de stationsinformatie bestanden samen tot een bestand. Hierdoor is het toegestaan dat het bedrijfsmanagementsysteem meer stationsinformatie bestanden aanmaakt waarmee gewerkt moet gaan worden. De werkwijze voor het samenvoegen van de stationsinformatiebestanden is als volgt: Om te bepalen wat het meest recente bestand is wordt uitgegaan van de datum en de tijd van de stationsinformatiebestanden. Het nieuwste bestand wordt als basisbestand genomen, omdat dit de laatste gegevens bevat. De resterende bestanden worden verwerkt op chronologische volgorde, te beginnen met de meest recente. Alleen gasstations die nog niet in het basisbestand aanwezig zijn worden toegevoegd. Ook stations die nog niet zijn geïnspecteerd maar wel voorkomen in het stationsinformatiebestand op de PDA worden toegevoegd aan het basisbestand. 14 CONNEXION COMMUNICATOR DDO2110GHNL / 10.2009 / Rev. 03

Het resultaat is een bestand dat een unieke lijst van gasstations bevat, met per gasstation: de laatste gegevens uit het bedrijfsmanagementsysteem en de gasstations die nog niet geïnspecteerd zijn. 6.2 Stationsgegevensbestand Microsoft Access Alle gasstations die in de Microsoft Access database (PRS.mdb) aanwezig zijn worden op de PDA opgeslagen. 6.3 Resultaten bijwerken 6.3.1 Van INSPECTOR PDA naar PC in XML-formaat INSPECTOR slaat de inspectie resultaten op in het Results.xml XML-bestand. Bij de synchronisatie wordt het Results.xml XML-bestand van de INSPECTOR PDA afgehaald. Als het Results.xml XML-bestand nog niet op de PC bestaat dan wordt het aangemaakt, anders worden de gegevens aan het, reeds aanwezige, bestand toegevoegd. 6.3.2 Van INSPECTOR PDA naar PC in Microsoft Access formaat Alle meetresultaten worden opgeslagen in de Microsoft Result.mdb database. 6.3.3 Van PC naar INSPECTOR PDA in XML-formaat Het bedrijfsmanagementsysteem kan eventueel meerdere StationInformation.xml XML-bestanden aanmaken. Tijdens de synchronisatie worden alle gegevens samengevoegd tot een StationInformation.xml XML-bestand. Van de op de INSPECTOR PDA aanwezige gasstations en regelstraten zijn alleen de laatste en de actuele inspectie resultaten beschikbaar. 6.3.4 Van PC naar INSPECTOR PDA in Microsoft Access formaat Tijdens de synchronisatie wordt het laatste resultaat van de uitgevoerde inspectie van een gasstation en/of regelstraat aan het ResultsLast.xml XML-bestand toegevoegd en van de PC naar de INSPECTOR PDA gestuurd. CONNEXION COMMUNICATOR DDO2110GHNL / 10.2009 / Rev. 03 15

Kamstrup b.v. PO Box 109 NL-6980 AC Doesburg Leigraafseweg 4 NL-6983 BP Doesburg TEL: +31 (0) 313 47 19 98 FAX: +31 (0) 313 47 32 90 kamstrup@kamstrup.nl www.kamstrup.nl DDO2110GHNL/10.2009/Rev. 03 16 CONNEXION COMMUNICATOR DDO2110GHNL / 10.2009 / Rev. 03