LAAKHAVEN WEST stedenbouwkundig model beeld kwaliteitsplan dienst stedelijke ontwikkeling ism Group for Architecture oktober 1999 Gemeente D en H aag
i Het bedrijventerrein Laakhaven is in het begin van de 20e i Ieeuw aangelegd voor de overslag tussen spoor en water en J de productie van goederen. Vanaf de jaren zestig verloor het gebied echter langzaam zijn oorspronkelijke functie i waarbij de werkgelegenheid geleidelijk afnam. De positionering van het gebied in het stedelijk weefsel veranderde van locatie aan de stadsrand naar bijna binnenstad en gaf halverwege de jaren tachtig aanleiding tot de ambitieuze ontwikkeling van Laakhaven Hollands Spoor met onder meer de nieuwbouw van de Haagse Hogeschool, kantoren en woningen. Als tweede deelplan kwam de planvorming voor Laakhaven Centraal op gang waar onder meer ruimte wordt geboden voor grootschalige detailhandel. i Deze vernieuwing vraagt om een vervolg in Laakhaven West waarbij de creatie van een modern binnenstedelijk bedrijventerrein centraal staat. i In het masterplan Stadseconomie (1997) is een model opgei nomen dat uit gaat van gestapelde bedrijfsruimten waarbij ; een tweede laag wordt gesitueerd aan een tweede maaiveld, gelegen op het dak van de eerste laag. Hier bovenop wordt! vervolgens parkeerruimte voor de werknemers gecreëerd. Het in het masterplan Stadseconomie ontwikkelde model heeft gediend als uitgangspunt voor de verdere planvorming. Bij de uitwerking is met name aandacht besteed aan de ruimtelijke kwaliteit van het totale complex en van het ; tweede maaiveld omdat het voorstel in het masterplan Stadseconomie werd ervaren als sterk intern gericht met ; een onvoldoende heldere structuur op het tweede maaiveld. ; Het in het masterplan uitgewerkte model was bovendien gebaseerd op sloop van het gehele gebied met uitzondering i van het kantoorpand op de hoek Waldorpstraat/Calandstraat. i Uitgangspunt bij de huidige uitwerking is handhaving van i panden in het midden van het plangebied, bestaande uit: het recentelijk gerenoveerde kantoorgebouw de Pionier dat door zijn redelijk huurprijsniveau geschikt is voor startende ondernemers; de architectonisch bijzondere industriële gebouwen i van K PN autolease; 1 de aan het kantoor grenzende nieuwe bedrijfsruimte.
De in het masterplan opgenomen voorstellen voor de ontwikkeling langs het spoor van een continue bedrijvenwand van kleine bedrijfsunits met op de verdieping enige bedrijfsgebonden kantoorruimten zijn gehandhaafd en in de verdere studie niet meegenomen.
p p p p p p p p p p r k & 'B B B 'B B i u ï U Ü U U I i l U U J J j Llt-U U U U 1J_IU l L Ü L l l i t U U U I l t u 'tl Ü U l- U U U U.I.L IU u l CALANDKAOE L lu lilu l Stedenbouwkundig model
i De voorgestelde ontwikkeling vormt een stedenbouwkundige opgave van hoog niveau waarbij intensief grondgebruik gepaard gaat met een wervende uitstraling. Het plan gaat uit van een integrale bebouwing van de rand van het gebied met zelfstandige, hoogwaardige bedrijfsruimten waarbij een tweede laag is gesitueerd aan een tweede maaiveld. De kracht van het plan komt tot uitdrukking in de samenhang tussen de begane grond en het tweede maaiveld.! Het tweede maaiveld heeft een vergelijkbare kwaliteit als de openbare ruimte waardoor het verschil in niveau komt te vervallen. Het stedenbouwkundig plan vormt in feite i één groot stedelijk gebouw; de grens tussen stedenbouw en architectuur vervaagt. Op de begane grond zijn overwegend grotere bedrijfsunits gesitueerd. Deze zijn met hun publieksfuncties op de door-! gaande wegen georiënteerd. Voor het laden en lossen worden de huidige straten binnen het blok gebruikt: Hierdoor ontstaat in feite een groot inpandig laad- en loshof waarbij een duidelijk circuit voor expeditieverkeer ontstaat: Het bouwblok tussen de Waldorpstraat en de Van der Kunstraat is te diep waardoor er te grote units voor de doelgroep (MKB) ontstaat. Hier is uitgegaan van een rug aan rug verkaveling. De Van der Kunstraat krijgt daardoor ook een publieksfunctie. Een poort aan de Calandstraat en een extra accent in de bebouwing aan de Waldorpstraat maken dit duidelijk. Voor de bedrijfsruimte op het tweede maaiveld wordt zoveel mogelijk uitgegaan van een scheiding van het laaden losverkeer en de bezoekers, waarbij verschillende soorten bedrijfsbebouwing ontstaan:! bij de bedrijfsruimte aan de Galandkade is in het ontwerp een scheiding gemaakt tussen het zwaar verkeer voor het laden en lossen en de personenauto s voor bezoekers. Hierdoor hebben de bedrijven -in tegenstelling tot het Laakcenter in Laakhaven Centraaleen duidelijke uitstraling naar de Neherkade; bij de bedrijfsruimte aan de Waldorpstraat vindt het laden en lossen op het tweede maaiveld plaats terwijl er in de Waldorpstaat op de begane grond een
kantoorontsluiting is opgenomen; bij de bedrijfsruimte tegen de woningbouw wordt uit- ; gegaan van kleine, hoogwaardige bedrijven. Het laden I en lossen zal hier veel minder met grote vrachtwagens plaatsvinden waardoor het beeld niet door deze activiteit bepaald wordt. Het incidenteel laden en lossen kan hierdoor samengaan met het bezoekersverkeer. < Binnen het plan ontstaat zo een grote verscheidenheid aan, grootte en soort bedrijfsruimte. Door de grote hoogte van i de bedrijfsruimte op de begane grond is er niet alleen een mogelijkheid om kantoorruimte te realiseren maar ontstaat ook de mogelijkheid om later uit te breiden. bezoekers 1e maaiveld bezoekers 2é maaiveld laad- en losverkeer 1e maaiveld laad- en losverkeer 2e maaiveld bewoners parkeren De bebouwing aan de Calandstraat krijgt in de onderbouw, die bestaat uit de begane grond en de eerste verdieping, kleinschalige showrooms. Het is de bedoeling dat bedrijven die gevestigd zijn in Laakhaven West zich aan de i Calandstraat presenteren. Boven deze onderbouw komen woningen waardoor de j route tussen Laakkwartier en Schilderswijk/centrum een I aantrekkelijke en sociaal veilige route wordt. Daarnaast leggen de woningen een verbinding tussen Laakhaven Centraal en West. Om een sterke stedelijke structuur en harmonieus aanzicht te krijgen is de bebouwing in j Laakhaven West een spiegeling van de bebouwing in Centraal. De woningbouw in Laakhaven Centraal is geconcentreerd rondom het plein met een uitloper tot de Van der! Kunstraat. Hierdoor is het mogelijk dat de megastores in dei toekomst kunnen uitbreiden tot aan de Calandstraat. Het komt daardoor minder ingeklemd te liggen tussen andere bebouwing en krijgt een eigen gezicht aan de Centrumring. In Laakhaven West is zo n onderbreking niet gewenst en worden de woningen doorgezet tot aan het kantoorpand op i de hoek met de Waldorpstraat. Om een duidelijke hiërarchie in wegen te krijgen en heel Laakhaven West als een i eenheid te ontwikkelen wordt de Van der Kunstraat overbouwd. Hierdoor kunnen aan deze zijde zo n 150 wonin- i gen gerealiseerd worden. i j
Door een duidelijke scheiding tussen het laad- en losverkeer en de bezoekers is ook een scheiding in parkeerplaat- i sen te realiseren. De bezoekers parkeren in de parkeervak-? ken op de openbare straat en de voor bezoekers bestemde wegen op het tweede maaiveld. Voor werknemers zijn bij dei expeditiewegen parkeerplaatsen aangelegd en is het dak van j de bedrijfsbebouwing als parkeerterrein ingericht. i Zowel de bezoekers naar het tweede maaiveld als de werk- i nemers naar het parkeerdak maken gebruik van spiraalvormige hellingbanen (wokkels) die als duidelijk herkenbare i elementen in het ontwerp zijn opgenomen. Ook de bewoners maken gebruik van deze wokkels. Voor de bewoners is echter een eigen parkeergarage opgenomen die i onder de gezamenlijke tuin bij de woningen is gelegen. 1
00 o fl> P >
Om het hoge ambitieniveau van het plan en de wervende i i uitstraling duidelijk te maken, is gekoppeld aan het steden- i bouwkundig plan een beeldkwaliteitsplan opgesteld. Hiervoor zijn door Group for Architecture in een aanvulj lende studie de belangrijkste onderdelen van het plan ge- ; visualisecrd. ; In de uitwerking moet duidelijk zijn dat het hele bedrijven- *! terrein een integrale ontwikkeling is en zich als één com- : plex met een aantal duidelijk goed gesitueerde ingangen en wegen manifesteert. r Wanneer bedrijven aan een hoger gelegen weg zijn gesitu- Ieerd is het voor deze bedrijven van groot belang dat ze niet! alleen goed bereikbaar zijn maar ook herkenbaar blijven i voor de bezoekers. Veel aandacht verdient de wijze en de i kwaliteit van de ontsluiting van het tweede maaiveld met i i hellingbanen voor expeditieverkeer en wokkels voor personenauto s. In de uitwerking moet duidelijk zijn dat het i zwaar verkeer voor de expeditie gescheiden is van de personenauto s voor bezoekers en parkeren van de werknemers. ; De wegen en entrees voor bezoekers zijn met name aan de buitenzijde van het complex gelegd, zodat de herkenbaari heid en mogelijkheid tot profilering voor de bedrijven op Ihet tweede maaiveld optimaal is. De kwaliteit van deze I wegen wordt niet alleen bepaald door de technische mogelijkheden maar vooral door de kwaliteit van de uitwerking, i Pas als deze wegen een onderdeel uit gaan maken van de i hele openbare ruimte in het gebied zal het complex opti- J maal functioneren. Naast het functioneren van de bedrijfsruimte maakt het i plan ook duidelijk dat de woningen aan de Calandstraat niet zonder meer zijn toegevoegd aan het bedrijfsterrein maar een versterking van het concept vormen. De uitwerking i geeft aan dat er een hoogwaardig woonmilieu gecreëerd kan; worden in combinatie met bedrijven. i Door de ligging van het gebied binnen de stad aan een aantal doorgaande routes en de combinatie met woningbouw aan de Calandstraat wordt er voor het complex een hoogwaardig materiaalgebruik voorgeschreven, hetgeen zowel het functioneren als de duurzaamheid ten goede komt.
doorsnede A-A doorsnede B-B bedrijfsruimten kantoren woningen vertikale ontsluiting parkeren + bergingen entree bedrijven
PROGRAMMA wonen Calandstraat 150 woningen bedrijfsruimte totaal op le maaiveld 48.000 m2 totaal op 2e maaiveld 27.000 m2 i totaal 75.000 m2 Op de tekening is een mogelijke indeling voor verschillende bedrijfsunits weergegeven. De grootte van het bedrijfsi gedeelte is daarbij aangegeven. Bij deze oppervlakten zijn de bijbehorende kantoren niet opgeteld. De oppervlakte-! verhouding tussen bedrijfsruimte en bijbehorend kantoor is : 70-30%.