GOK-beleidsplan Koninklijk Atheneum Sint-Niklaas 2011-2014 1. Feitelijke situatie



Vergelijkbare documenten
Instrument om de beginsituatie in kaart te brengen op niveau van de leraar eerste graad 3de GOK-cyclus

Wat willen we bereiken? (= doelen)

Heeft de school aandacht voor de taalvaardigheid van haar leerlingen?

Om de school te helpen bij het voeren van een zorg- en gelijke onderwijskansenbeleid

Taalbeleid. De vraag is: wanneer wordt dat dagelijks omgaan met taal een echt 'strategisch' en 'structureel' taalbeleid op school?

THEMA 1 PREVENTIE EN REMEDIËRING VAN ONTWIKKELINGS- EN LEERACHTERSTANDEN *

ACTIEPLAN: preventie en remediëring van STUDIE en GEDRAGSproblemen 2 de en 3 de gr.

ACTIEPLAN: socio-emotionele ontwikkeling 1ste graad

Systematische beschrijving van een project

Sjabloon Diversiteitbeleidsplan

Taalbeleidsplan Geel kleuter en lager onderwijs. Deel 1

Het verhaal van school 1

GOK-actieplan PIVA Oudenaarde 1 ste graad

Evaluatie-instrument Omgaan met diversiteit (pijler intercultureel onderwijs)

ACTIEPLAN: TAALVAARDIGHEIDSONDERWIJS

Systematische beschrijving van een project

Sint-Godelievecollege Gistel-Eernegem Gelijke onderwijskansen Vierde cyclus Visie en actieplan

De leerwinst bij elke leerling maximaliseren via

Het zorgbeleid in het Pierenbos

Zorgbeleid Campus T.I. Sparrendal

Het Regina Caelilyceum. Workshop 7 Leerlingen met leerproblemen VVKSO 1

Module 1 GOK 1 GOK. Visietekst geïntegreerd ondersteuningsaanbod GOK.

Onthaalklas voor anderstalige nieuwkomers OKAN

a. Zorg is een opdracht van het hele team: zorgtaken

FLEXIBELE LEERTRAJECTEN

Visie. MISSIEDoelen versie: 2014

Mogelijke opdrachten voor een vakwerkgroep geschiedenis en/of esthetica

ACT PLAN CHECK KWALITEITSONTWIKKELING BINNEN VISO. Algemeen. Organisatie

Mogelijke opdrachten voor een vakwerkgroep Moderne Vreemde Talen

Mogelijke opdrachten voor een vakwerkgroep Nederlands

Opstart nieuwe GOK-cyclus. Doorstroming en Oriëntering

De Tol Herderen: Talenbeleid

Hoofdstuk 3. Leerzorg, een samenspel. Implementatie

Visie op zorg voor leerlingen in het secundair onderwijs

ACTIEPLAN: TAALVAARDIGHEIDSONDERWIJS (GOK 4)

Leren leren in onze school. Ons praktijkverhaal

Infobrochure Project WATHOE leren leren / leren kiezen 1 ste graad secundair onderwijs

OPSTART 3 DE JAAR 5 DE CYCLUS

Mogelijke opdrachten voor een vakwerkgroep geschiedenis en/of esthetica

Taalvaardigheid Preventie en remediëring. -betrokkenheid verhogende werkvormen creëren -een maximale -herformuleren de lln het probleem

Ronde 6. Wordt u ook pro bso-contractwerk? 1. Inleiding

12 februari Omgaan met diversiteit in okan

HET GOK-DECREET HET EXTRA ONDERSTEUNINGSAANBOD

RONDE 1: INBREKEN IN DE KLAS Didactische praktijken ter ondersteuning van gelijke onderwijskansen in het SECUNDAIR ONDERWIJS

1. Zorgvisie: elk kind telt op t Veld.

De implementatie van het gelijke onderwijskansendecreet. Van overheidsbeleid naar schoolpraktijk

Nieuwsbrief. Interactieve werkvormen in de klaspraktijk. Onderzoeksresultaten en tips voor de praktijk

Sinds 1 september 2007 vormen het Coloma-Instituut en het Onze-Lieve-Vrouw van de Ham-Instituut samen één onderwijsproject: COLOMAplus.

Gemeentelijke Basisschool Haacht

Onderzoekscompetenties. Schooljaar GO! atheneum Campus Kompas Noordlaan Wetteren

Breed evalueren kan je leren Zes vragen om over te reflecteren. Competenties Nederlands breed evalueren in het secundair onderwijs 1

De Driesprong Millen: Talenbeleid

SBSO Sterrebos 21/11/2016

Mogelijke opdrachten voor een vakgroep techniek.

Effecten van GOK in kaart brengen STEUNPUNT GOK. Lia Blaton, Nora Bogaert & Eva Verstraete

Afspraken Begeleidings- en evaluatietraject Mentorenproject Traject functiebeschrijvingen. SG SN BaO loopbaanontwikkeling / loopbaanbegeleiding

Mogelijke opdrachten voor een vakwerkgroep technologische opvoeding.

Leerstoornissen in de bovenbouw. Regina Caelilyceum, Dilbeek Katrien Moonen en Ann Deleenheer leerlingenbegeleiding

TAALVAARDIGHEID TAALBELEID

INSTRUMENT VOOR DE ANALYSE VAN DE BEGINSITUATIE VAN DE SCHOOL BETREFFENDE GELIJKE ONDERWIJSKANSEN

Netwerkdag VIRBO 3 februari Talenbeleid

Mogelijke opdrachten voor een vakwerkgroep muzikale opvoeding

ZORGVISIE VBS DE TWIJG

ZORG. Onze eigen zorgvisie

Huistaakbeleid. BS GO! Europaschool Genk en BS GO! Europaschool Genk campus Sledderlo Keinkesstraat GENK 089/

Zelfevaluatie GOK: evaluatie concrete acties

Projectfiche 16 Maria Assumptalyceum Brussel

Omgaan met diversiteit als sleutelcompetentie Omgaan met diversiteit als leerkrachtencompetentie Omgaan met diversiteit als doelstelling van een

Een taalbeleid implementeren in de basis- en secundaire school. Taal, taal en nog eens taal!

1 Wat is talenbeleid?

Verslag focusgroep ouders met jongeren in secundaire scholen

VAKGROEP. Schooljaar , ,

Word meester in het evalu(l)eren: op weg naar een hernieuwd evaluatiebeleid

Algemene maatregelen: basiszorg voor alle leerlingen van VISO, afspraken voor elk personeelslid

Word meester in het evalu(l)eren: op weg naar een hernieuwd evaluatiebeleid

Mogelijke opdrachten voor een vakwerkgroep informatica

1 Basiscompetenties voor de leraar secundair onderwijs

VISIETEKST TAALSCREENING TAALTRAJECT - TAALBAD BASISONDERWIJS TAALONTWIKKELING IN BEELD BRENGEN EN ONDERSTEUNEN IN FUNCTIE VAN SCHOOLSUCCES JUNI 2014

Zomercursus boekhouden Individuele begeleiding binnen de les

Mogelijke opdrachten voor een vakwerkgroep economie en handelsvakken

Gelijke onderwijskansen Leerlingen- en ouderparticipatie

STEDELIJKE HUMANIORA DILSEN

decreet leerlingenbegeleiding november 2018

Provinciaal Instituut voor Secundair Onderwijs

Een blik op kwaliteitsvol onderwijs door de ogen van de leerkracht

Mogelijke opdrachten voor een vakwerkgroep mode

Vrij Centrum voor Leerlingenbegeleiding

Koninklijk Atheneum Keerbergen. Leerbegeleiding

Workshop: Hoe maak ik mijn project strategischer? Resultaten van 4 werkgroepen (op 6) monitoring 6 november 2014

Werken aan meer kwaliteit in onderwijs

Overzicht doorstroming en oriëntering: gokacties oktober- september 2011

GO! ATHENEUM ANDERLECHT KIEZEN VOOR ALGEMENE VORMING EN ARTISTIEK TALENT

Hoofdstuk 2. Project Leerzorg. Achtergrond

Zorgbeleid in het Groene Lilare

MAGDA? REGELS OP SCHOOL EN DE WERKVLOER. Magda op school? Inhoud. Doelgroep. Vakgebied. materialen. Doelen STERKE SCHAKELS

Omdat elk kind telt en groeit met plezier ; dat is de titel van het strategisch beleidsplan van onze Stichting Proo.

waarbij de leerkracht er toe doet

Netwerking kleuterleidsters SG Sint-Nicolaas BaO

Transcriptie:

GOK-beleidsplan Koninklijk Atheneum Sint-Niklaas 2011-2014 1. Feitelijke situatie a. Leerlingen met GOK-indicatoren op onze school 1 ste graad: 2002: 82/204 = 40% waarvan 26 lln. anderstalig 2005: 106/221 = 47,96%, waarvan 37 lln. anderstalig 2008: 101 + 84 ST/214 = 39.5%, waarvan 23 lln. anderstalig 2011 1 : A-stroom: 1ste jaar: 37 leerlingen op 101 (totaal) = 36,63 % 2de jaar: 29 leerlingen op 102(totaal) = 28,43 % B-stroom: 1B: 28 leerlingen op 40 (totaal) = 70 % 2 BVL: 30 leerlingen op 39(totaal) = 76,92 % 2 de en 3 de graad: 2002: onbekend 2005: 20,69% (andere indicatoren nl. 23 neveninstromers en slechts 274/515 op leeftijd) of -25% (geen GOK-uren) 2008: 50,85% (zelfde indicatoren als 1 ste graad), nu wel GOK-uren 2011: ASO: 3de jaar: 10 leerlingen op 59 (totaal) = 16,94 % 4de jaar: 9 leerlingen op 38 (totaal) = 23,68 % 5de jaar: 6 leerlingen op 40 (totaal) =15 % 6de jaar: 6 leerlingen op 35 (totaal) = 17,14 % TSO: 3de jaar: 10 leerlingen op 24(totaal) = 41,66 % 4de jaar: 13 leerlingen op 26 (totaal) = 50 % 5de jaar: 11 leerlingen op 26 (totaal) = 42,30 % 6de jaar: 9 leerlingen op 26 (totaal) = 34,61 % KSO: 3de jaar: 3 leerlingen op 8 (totaal) = 37,50 % 4de jaar: 3 leerlingen op 5 (totaal) = 60 % 5de jaar: 2 leerlingen op 16 (totaal) = 12,50 % 6de jaar: 3 leerlingen op 10 (totaal) = 30 % 1 GOK-indicatoren worden vanaf deze cyclus per klas genoteerd omdat we op die manier precies kunnen nagaan waar de GOK-lln. zich bevinden en zo de klassen met een hoog GOK-gehalte zeker kunnen steunen met extra begeleiding.

BSO: 3de jaar: 34 leerlingen op 51 (totaal) = 66,66 % 4de jaar: 30 leerlingen op 50 (totaal) = 60 % 5de jaar: 26 leerlingen op 46 (totaal) = 56,52 % 6de jaar: 26 leerlingen op 41 (totaal) = 63,41 % 7de jaar: 19 leerlingen op 27 (totaal) = 70,37 % Op het vlak van taal kunnen we de volgende groepen onderscheiden: taalsterke, taalzwakke en kinderen met dyslexie/dysorthografie. Om te bepalen in welke groep een bepaalde leerling zich bevindt organiseren we enerzijds een screening. Elk jaar worden in september de leerlingen van het eerste jaar gescreend met diataal (diawoord en diatekst). Daarnaast wordt de luistervaardigheid getest met de TAS-luisteroefening en de spellingsvaardigheid met een diagnostisch dictee. Alle leerkrachten worden op de hoogte gebracht van de screeningsresultaten, zodat ze er tijdens de lessen rekening mee kunnen houden. De screeningsresultaten kunnen ook de aanleiding zijn voor een uitnodiging tot remediëring in de taalklas. Anderzijds werken we samen met het CLB om leerlingen met (een vermoeden van) dyslexie en/of dysorthografie een attestering te bezorgen zodat ze kunnen rekenen op STICORDI-maatregelen. b. GOK-thema s op onze school Tijdens de vorige GOK-cyclus kozen we de volgende thema s: Socio-emotionele ontwikkeling Taalvaardigheid Preventie en remediëring van ontwikkelings- en leerachterstanden Doorstroming en oriëntering Het eerste thema socio-emotionele ontwikkeling werd volledig gecoördineerd door de leerlingenbegeleiding. De drie andere thema s kennen heel wat overlappingen en werden daarom in één GOK-beleidsplan uitgewerkt. Ook het talenbeleid en evaluatiebeleid van onze school haakten hier zoveel mogelijk in vast.

In het schooljaar 2011-2012 werd via het GOK- screeningsinstrument bij het voltallige corps van de school nagegaan welke GOK-thema s prioriteit moeten krijgen. Op basis van deze resultaten konden we volgende conclusies formuleren: I. Preventie en remediëring van ontwikkelings- en leerachterstanden. De meeste aspecten van dit thema werd door de ondervraagden als positief tot zeer positief ervaren. Enkel waar gepeild wordt naar de betrokkenheid van ouders (leerkrachtenniveau) bij de probleemanalyse en ondersteuning van de ll. vinden we nog een werkpunt in de eerste graad. In de tweede en derde graad is er ook op leerkrachtenniveau nog verbetering mogelijk: op leerlingenniveau: o op het vlak van ontwikkeling van instrumenten om ontwikkeling en leerwinst van leerlingen in kaart te brengen en op te volgen; o op het vlak van coöperatief leren. op leerkrachtenniveau: o op het vlak van planmatige remediëring en samenwerking met externen; o op het vlak van betrokkenheid van de ouders als partners in het aanpakken van het probleem. op schoolniveau: o op het vlak van doorstroming van informatie; o op het vlak van het uitzetten van duidelijke lijnen; o op het vlak van betrokkenheid bij de uitwerking van initiatieven; o op het vlak van externe relaties. II. Taalvaardigheid (1 ste graad) Dit thema wordt over de hele lijn positief geëvalueerd door de collega s. III. Omgaan met diversiteit Dit thema wordt (hoewel het nooit een GOK-werkpunt was binnen onze school) overwegend positief geëvalueerd door de collega s van de eerste graad. Enkel op schoolniveau wordt meer aandacht gevraagd voor de inrichting en aankleding van school en klassen (met diversiteit in het achterhoofd). Ook de actieve deelname aan het buurtleven (als school) wordt negatief geëvalueerd.

IV. Doorstroming en oriëntering Ook hier weer een overwegend positieve evaluatie. Werkpunt blijft het informeren en betrekken van alle collega s (schoolniveau). Ook het optimaliseren van de studiekeuze van de lln. moet (hoewel het overwegend positief wordt geëvalueerd) zeker een werkpunt blijven. In de tweede en derde graad wordt op schoolniveau ook aangegeven dat er meer aandacht moet zijn voor de deskundigheid van de leerkrachten en dat teamleden moeten gestimuleerd worden om zich verder te bekwamen rekening houdend met de schoolnoden. V. Socio-emotionele begeleiding In de eerste graad werd dit thema volledig positief geëvalueerd. In de tweede en derde graad wordt vooral het schoolniveau negatief geëvalueerd, met volgende werkpunten: de doorstroming van informatie; het uitzetten van duidelijke lijnen en het ondersteunen van leerkrachten; het benutten van alle middelen om iedereen tijdig en volledig te informeren en bij de uitwerking te betrekken; het uitbouwen van de externe relaties; het professionaliseringsbeleid. VI. Leerling- en ouderparticipatie. Hier blijkt werk aan de winkel. Zowel in de eerste graad als in de tweede en derde graad vinden collega s dat ons school tekortschiet (op alle niveaus). Dit thema zal dan ook prioriteit krijgen tijdens de cyclus 2011-2014. Op basis van bovenstaand onderzoek opteren we er dus voor om de volgende thema s centraal te stellen in onze GOK-werking 2011-2014: 1. Leerlingen- en ouderparticipatie 2. Socio-emotionele begeleiding (met de nadruk op schoolniveau) 3. Preventie- en remediëring van ontwikkelings- en leerachterstanden Het eerste thema is een nieuw thema en zal dus onze absolute prioriteit moeten krijgen. Thema s 2 en 3 werden reeds voor een stuk uitgewerkt, maar kunnen nu gefinaliseerd worden. De realisaties/projecten die werden uitgewerkt bij doorstroming- en oriëntering en bij taalvaardigheid blijven uiteraard allemaal behouden en indien nodig bijgestuurd. (Bv. door het aanbod externe partners die nieuwe initiatieven uitwerken voortdurend op te volgen).

2. Wat zijn de plannen? a. Voor het onderdeel leerling- en ouderparticipatie hebben we een 3-tal instrumenten van de website Steunpunt GOK waarmee we aan de slag kunnen. Om onze beginsituatie nog concreter te omschrijven bespraken we een overzichtje van de elementen uit dit thema bespreken met een delegatie van het leerlingensecretariaat (5 juni 2012). Daarin werd niet alleen een stand van zaken opgemaakt worden maar ook reeds nagedacht worden over mogelijke oplossingen. Na een eerste brainstorm kwamen we al tot de volgende ideeën: De schoolwebsite actueler maken. De schoolkalender op de website bijhouden, actualiseren. Alle ouders een nieuwsbrief sturen en hen dan vragen uit te schrijven i.p.v. vragen om in te schrijven. Het schoolreglement herschrijven. Niet zozeer inhoudelijk dan wel stilistisch. Het document is door de jaren heen een knip-en plakwerk geworden maar de coherentie en eenheid in stijl is daardoor verloren gegaan. Voor een volledig overzicht van de plannen, zie uitgewerkte kalender die bij dit beleidsplan hoort. b. Het onderdeel socio-emotionele begeleiding: Uit de bevraging blijkt dat het socio - emotionele luik goed zit op lln en lkr- niveau, op schoolniveau zijn er werkpunten. De overdracht van informatie van de cel leerlingenbegeleiding naar de leerkrachten blijkt voor deze laatsten onvoldoende te zijn.de cel botst hier op een duidelijk omschreven beroepsgeheim voor alle medewerksters van het CLB. De interne leerlingenbegeleidster vult het leerlingenvolgsysteem aan ( in voege sinds januari 2011). Gezien ons LVS niet uitgerust is met een waarschuwingssignaal bij nieuwe meldingen/aanvullingen, zal de cel : 1 Maandelijks een overzichtslijst van de namen van alle lln. in begeleiding doorgeven via smartschool naar de betrokken collega's. 2 Indien de collega( 's) verdere info/vragen/feedback willen kunnen zij zich wenden tot de LB die in overleg met de cel terugkoppelt. 3 Voor het spijbelbeleid werd een apart systeem ontwikkeld tussen de cel en de leerlingensecretariaten met vastgestelde data voor meldingen en begeleidingsfiches. De opvoeders brengen de nodige info in in het LVS. 4 Voor de eerste graad is er nog een apart wekelijks overleg tussen LB/coach en opvoeders waarvan het verslag via smartschool doorgestuurd zal worden naar de collega's.

Noot: De neerslag in het LVS wordt bewust summier gehouden in functie van de rechtspositie van de minderjarige. c. Preventie en remediëring van ontwikkelings- en leerachterstanden Coachingproject: De zeer beperkte taalklas in de tweede graad bso heeft ons heel wat inzichten over de noden van onze GOK-lln. bijgebracht. Vaak zijn het lln. met zeer uiteenlopende problematieken (taalachterstand, maar ook gebrek aan studiemethode en gebrek aan zelfvertrouwen) en zij blijken zeer positief te reageren op een leerkracht die als een soort coach heel wat praktische problemen kan oplossen. Vooral bij lln. die in de tweede graad plots op hun eigen benen moeten staan, na de knusse omgeving die de eerste graad nog steeds biedt, grijpen soms terug naar vaste waarden. Ze gaan spontaan ten rade bij de juf van het vorige jaar als ze iets niet begrijpen, liever soms dan de eigen leerkracht te raadplegen. Op zich is dit ook menselijk, met de ene persoon kan je het soms beter vinden dan met de andere. Een soort van pool met ervaren leerkrachten die op vrijwillige basis een beperkt aantal lln. onder hun hoede willen nemen om hen met uiteenlopende praktische problemen (op het vlak van studeren) te helpen zou een oplossing kunnen bieden. Ook de mogelijkheid om peertutoring in te voeren is een idee dat bijval vindt. Laatstejaars zouden heel wat jongere collega s ondersteuning kunnen bieden in een soort van peter-/meterschap. Hoe hebben zij bv. de leerstof van een moeilijk vak aangepakt? Taalcoaches In Evere zagen we GOK-leerkrachten als taalcoaches aan het werk in grote klassen met veel GOKleerlingen. Omdat heel wat van onze collega s met gelijkaardige problemen kampen willen we dat ook graag hier uitproberen. Bv. 2 de graad BSO, vak PAV. We zouden hier mee van start willen gaan op 1 oktober 2012. Dat geeft ons de mogelijkheid tijdens de maand september een aantal belangrijke projecten van GOK op te starten (bv. screening, aanmaak fiches in lln.volgsysteem) en in te schatten welke klassen begeleiding moeten krijgen. Bij de opmaak van het definitieve lesrooster zou dan rekening kunnen gehouden worden met een aantal samenzettingen: taalcoaches samen met vakleerkrachten.

G-coach Het geletterdheidsproject in de 2 de graad BSO (haartooi en verzorging) moet ook bijdragen aan de verhoogde taalvaardigheid van de lln. Een verhoogde taalvaardigheid is dan weer een cruciaal element binnen preventie en remediëring van ontwikkelings- en leerproblemen. Dyslexiebeleid Het hernieuwde dyslexiebeleid moet nog een beetje aangepast (op vraag van de talenleerkrachten) maar is zeer binnenkort klaar. De dossiercoördinator waarvan sprake is moet een persoon zijn enerzijds de ouders kan ontmoeten en anderzijds een zekere opvolging kan garanderen. De adjunct-directeur lijkt ons daarvoor aangewezen. Zolang we nog GOK-uren hebben zullen de GOK-collega s alle administratieve werk op dat vlak realiseren, d.w.z. de aanmaak van de contracten en het verwerken van de gegevens in het leerlingenvolgsysteem. 3. Het 'helikoptereffect' Tijdens sessies met de pedagogische begeleidingsdienst werd één van de sterktes van ons GOK-beleid als 'het helikoptertje' omschreven. We proberen verschillende thema' en projecten zoveel mogelijk in elkaar te laten vasthaken, liever dan alles naast elkaar te laten bestaan. Het talenbeleid op onze school is daar een mooi voorbeeld van. Hoewel het niet echt een GOK-thema is, krijgen veel van de acties in het kader van talenbeleid ook meteen een rol in een of ander thema van het GOK-beleid. A. Het talenbeleid Door het talenbeleid neemt de school haar verantwoordelijkheid op om aan de taalontwikkeling en taalvaardigheid van de leerlingen te werken. Het talenbeleid is het geheel van afspraken waarbij gestructureerd vanuit een achterliggende visie de taalvaardigheid en het schoolsucces van leerlingen en de kwaliteit van het onderwijs worden verbeterd. Het maakt deel uit van ons gelijkekansenbeleid en past in ons pedagogisch project. Het heeft als doel alle leerlingen, vanuit hun achtergrond en capaciteiten, de onderwijsdoelstellingen adequaat en op een kwalitatief hoogstaande manier te laten bereiken. Het talenbeleid is dus proactief, m.a.w. elke leerling wordt er beter van. De taal is als algemeen communicatiemiddel het belangrijkste instrument om kennis en vaardigheden te verwerven en over te dragen. Nederlands vervult op school dus niet alleen een functie als vak; het is ook de schooltaal, zowel mondeling als schriftelijk. Het vakjargon stelt hoge eisen aan de taalvaardigheid, de voorkennis, het abstraheringsvermogen en de verwerkingsvaardigheden van de leerlingen. Het zal daarom niemand verbazen dat er een duidelijk verband bestaat tussen de taalvaardigheid van de leerlingen aan de ene kant en hun zelfredzaamheid, hun emancipatie, kortom hun maatschappelijk succes aan de andere kant.

Het is zeker niet de bedoeling om deze schooltaal minder complex te maken dan ze is. De taal van de samenleving is immers ook niet eenvoudig. De aandacht voor taal vanuit het schoolbeleid blijkt uit de volgende maatregelen die reeds genomen werden: - In het professionaliseringsbeleid van de school nam de aandacht voor talige aspecten de voorbije jaren een belangrijke plaats in. Zo werd er o.m. gewerkt rond o Activerende werkvormen o Heldere (toets)-vragen o (Vakspecifieke) schooltaalwoorden o Leren schrijven: het schoolbrede project rond de website We leren schrijven. o Schoolbrede nascholing Dyslexievriendelijke school o Eén van de GOK-leerkrachten volgt de opleiding tot G-coach om vanuit die expertise de collega s in BSO (en later waarschijnlijk ook TSO) te stimuleren taliger te gaan werken in hun lessen. - Aansluitend bij deze laatste nascholing werd een vernieuwd dyslexiebeleid uitgewerkt en dat vanaf september 2012 officieel wordt geïmplementeerd. Naast STICORDI-maatregelen voor lln. met de leerstoornis zijn er ook schoolafspraken i.v.m. lay-out en andere leesbevorderende ingrepen in het kader van het project dyslexievriendelijke school. - De klasgroepen 1B zijn beperkt om individuele benadering, differentiatie en remediëring te optimaliseren. Het is wenselijk om ook de andere klasgroepen beperkt te houden! - Bij de aanwerving van personeelsleden blijft de aandacht voor taal een vast item. De mentor voor nieuwe leerkrachten, Patricia Hauman, besteedt bij het coachen aandacht aan het gebruik van verschillende werkvormen, (zie bijlage) - Het schoolreglement vraagt expliciet aandacht voor een correct en vlot gebruik van de standaardtaal en ook in het schoolattituderapport komt dit punt terug. - De schooltaalwoorden krijgen in de eerste graad in alle klassen extra aandacht via het posterproject. - Alle lln. van het eerste jaar en alle nieuwkomers in het tweede jaar worden gescreend met diataal (diatekst en diawoord). Ook een luisteroefening en een diagnostisch dictee moeten inzicht bieden in de talige mogelijkheden van onze nieuwe lln. - Leerlingen met nood aan extra remediëring op taalvlak kunnen terecht in diverse taalklassen (1 ste en 2 de graad) waar via individuele remediëring gewerkt wordt aan de specifieke problemen van een bepaalde leerling. De begeleidende leerkrachten nemen een coachende rol op zich. - Een gelijkaardig initiatief is de huiswerkklas in de eerste graad waarbij lln. via een aanpak die sterk aansluit bij leren leren ondersteund worden in het studeren van hun leerstof en het maken van hun taken. - Onder begeleiding van de pbd werkte de vakgroep Nederlands een aantal projecten uit voor BSO die beantwoordden aan de verzuchtingen van de vakleerkrachten. Deze hadden o.m. aandacht voor schrijfvaardigheid, spreekvaardigheid en spelling.

- Leerlingen worden talig gestimuleerd door de deelname aan schrijf-, poëzie- en voordrachtwedstrijden. B. Het evaluatiebeleid Door het evaluatiebeleid wil de school leerlingen een voortdurende blik bieden op hun ontwikkeling op het gebied van vaardigheden, kennis en attitudes. Evaluatie is een instrument om het leerproces in kaart te brengen en bij te sturen met als uiteindelijk doel: het ontwikkelen van de talenten van elke leerling. In een werkgroep evaluatie werd de voorbije jaren aan de volgende thema s gewerkt: - Er werd een visietekst uitgeschreven die zijn concrete weerslag vond in het schoolreglement. Deze visietekst vind je terug in het schoolwerkplan (4.3). - Het vernieuwde attituderapport stelt alle collega s in staat schoolattitudes te evalueren en rapporten naar ouders en leerlingen. - Het implementeren van permanente evaluatie in de B-stroom werd grondig voorbereid zodat deze evaluatievorm in september 2012 van start kan gaan in 1B. - Er werden remediëringscontracten opgesteld die enerzijds leerlingen moeten aanmoedigen om de remediëring die wordt aangeboden ernstig te nemen en die anderzijds de mogelijkheid biedt aan ouders, leerlingen en leerkrachten de vordering van deze remediëring (en eventueel de leerwinst) daaruit op te volgen. Leerlingen die systematisch weigeren aangeboden remediëringsopdrachten uit te voeren worden op die manier ook in kaart gebracht.