Eindverslag Opslag Ammoniumnitraat

Vergelijkbare documenten
LANDELIJK PROJECTVERSLAG HOUT EN MEUBEL 1999

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID ARBEIDSINSPECTIE EINDVERSLAG INSPECTIEPROJECT GROENTE, FRUIT, ZUIVEL EN DRANKEN (A430)

VERSLAG INSPECTIEPROJECT ASBEST OP STORTPLAATSEN

ARBEIDSINSPECTIE MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Meta(al)morfose Inspecties op het gebied van machineveiligheid, geluid en arbobeleid in de metaalindustrie

Basisinspectiemodule Arbozorg: VOeT (Voorlichting, Onderricht en Toezicht)

PROJECTNUMMER: A439 EINDVERSLAG INSPECTIEPROJECT BROODBAKKERIJEN

Basisinspectiemodule Arbozorg: VOeT (Voorlichting, Onderricht en Toezicht)

Eindverslag project aardolie, chemie, kunststof en rubber (ACKR) 2001 Projectnummer A465

In het project zijn verder de volgende inspectiepunten meegenomen: -verdrinkingsgevaar, -instructie, -persoonlijke beschermingsmiddelen en -werkdruk

VERSLAG INSPECTIEPROJECT DE FYSIEKE BELASTING BIJ METSELAARS

EUROPEAN CONSTRUCTION CAMPAIGN 2004

Resultaat Atex 137 toezicht in 2007

DE OPDRACHTGEVER IN HET BOUWPROCES

Risico-inventarisatie & evaluatie en Preventiemedewerker

Projectverslag Leerindustrie

Projectverslag. Vakkenvullen jeugdigen supermarkten 2004

PROJECT Legionella Binnenvaart 2000 A412

Vakantiewerk (en bijbaantjes) 2005 van 1 juli 2005 t/m 28 februari 2006 A715

Arbo-inspecties in actieplanbedrijven Inspectierapportage bij bedrijven met een verhoogd risico op ongevallen

VERSLAG INSPECTIEPROJECT TECHNISCHE GROOTHANDEL (A501) ARBEIDSINSPECTIE. Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Projectverslag. Garagebedrijven Project A660

Gezond & veilig werken in kleinschalige zorgvoorzieningen dát maakt zorg beter

circulaire tzl FEB Gemeente Ii aan e mmcm let Colleges van B&W Colleges van Gedeputeerde Staten

REACH: Nieuwe regels voor chemische stoffen. Informatie voor producenten van chemische preparaten en/of stoffen in voorwerpen

Asbestonderzoek bij scheepswerven en treinonderhoudsplaatsen deelproject asbestobjecten Datum 16 mei 2011 Status Definitief

BEVOEGD GEZAG WET MILIEUBEHEER Eindrapport Inspectieproject Onderhoudsstops Brzo/ARIE

Op donderdag 18 september 2014 hebben wij, de heer 10.2.E. Er is tijdens dat bezoek gesproken met de heer 10.2.E

Inspectierapport. Autowas- en autopoetsbedrijven

Webinar. Gevolgen wijzigingen Arbeidsomstandighedenwet (Arbowet) 11 april 2017

Kinder- en Jeugdarbeid 2006 Vakantiewerk & bijbaantjes. (tussenrapportage)

Eindverslag inspectieproject OPS 2001 A491

projectverslag Textiel 2002 A523

Eindverslag. Project Onderhoudsstops Projectnummer: A448

Vakantiewerk Colofon:

PROJECTVERSLAG INSPECTIEPROJECT PRAKTIJKLOKALEN METAALTECHNIEK

Inspectie naar naleving Arbowet en aandacht arbeidsomstandigheden in de Bijzondere Zorg

Opslag brandbare vloeistoffen in bovengrondse tanks. Resultaten plan van aanpak implementatie PGS 29

Voorlichting, onderricht & Toezicht

VERSLAG INSPECTIES PROJECT SOCIALE WERKVOORZIENING (A866)

PROJECTVERSLAG. Project Schilders - OPS

Samenvatting Projectplan CHEMIE 2005 A 710

Veiligheid van speeltoestellen op het schoolplein

Risico-inventarisatie & evaluatie

Verslag inspecties Sociale werkvoorziening

Rapportage inspectieproject A634

U dient binnen 6 maanden na dagtekening van deze brief aan de eisen voldaan te hebben. Hierover leest u meer in bijlage 1.

Rapport Inspectie Arbeidsomstandigheden

REACH: Nieuwe regels voor chemische stoffen. Informatie voor professionele gebruikers van stoffen

REACH: Nieuwe regels voor chemische stoffen Informatie voor distributeurs (handelaren) van chemische stoffen, preparaten en/of stoffen in voorwerpen

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Arbeidsinspectie

De Nationale Politie Arbeidstijden en Agressie en Geweld geïnspecteerd

De Brzo-inspectie. Alle informatie over het gezamenlijke toezicht en de handhaving door de Inspectie SZW

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

EVALUATIEVERSLAG. LANDELIJK INSPECTIEPROJECT THUISWERK IN DE GRAFISCHE INDUSTRIE TEXTIEL INDUSTRIE METAALPRODUKTEN INDUSTRIE

Toolbox-meeting Arbeidsinspectie en handhaving

Projectverslag. Vakantiewerk 2002

Projectverslag. Vakantiewerk Arbeidsinspectie Den Haag

EVALUATIERAPPORTAGE STOFKAMACTIE BOUW

ARBO BELEID. Krammer HE Brielle /

REACH: Nieuwe regels voor chemische stoffen. Informatie voor fabrikanten (producenten) en importeurs van chemische stoffen

Machineveiligheid 2004 Inspectieproject in de Voeding- en Genotmiddelen en de Metaalsector op het gebied van machineveiligheid.

Aansluitend is er op 27 januari 2014 een afrondend gesprek gevoerd met,,, d en.

FEB Middelburg. I februari 201 7

Werken met verontreinigde grond Inspectieresultaten 2015

Arbo wet maatwerk in bedrijfshulpverlening. door: Willem van Vianen

Vrijwilligers en Arbeidsomstandigheden

Inspecties op arbeidsomstandigheden aan boord van tankschepen

Arbeidsinspectie. Projectverslag. Vakantiewerk 2001

Wat doet de Arbeidsinspectie? Alles over de taken en werkwijze van de Arbeidsinspectie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Aansluitend is er op 27 januari 2014 een afrondend gesprek gevoerd met,,, en.

Agressie en geweld in de publieke sector

Projectverslag Inspectieproject Intramurale Zorg 2003 A575 Looptijd van: van 1 maart 2003 tot en met 31 augustus 2003

DE BRANDWEER EN INDUSTRIËLE VEILIGHEID RISICO S BEHEERSEN, MENS EN OMGEVING BESCHERMEN

Inspectieverslag project lichamelijke belasting en geluid in de voeding- en genotmiddelensector

Inspectierapport Project A590. Tillen in de industrie

PROJECTVERSLAG INSPECTIEPROJECT SOCIALE WERKVOORZIENING. 20 november 2006

Colofon. Arbeidsinspectie, Den Haag, mei Afdeling Persvoorlichting, Looptijd project januari 2005 januari 2006.

Inspecties in de Metaalproductenindustrie 2014

Inspecties in de groothandels metaal en metaalproducten

Peek Bouw & Infra BV. T.a.v. Mevr. N. van Hienen Postbus GB Houten. Betreft: Toetsing RI&E. Geachte mevrouw van Hienen,

Uw brief Ons kenmerk telefoonnummer /

Bevindingen inspecties in centrale keukens en afdelingskeukens in ziekenhuizen

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1a 2513 AA s-gravenhage. AI/CK/Arbo-H/01/58336

In dit document zijn de letterlijke teksten van relevante wetsartikelen opgenomen.

Factsheet Scheepsbouw 2013

Algemeen. Zaaknummer Startdatum 16 december 2015 Zaak afgesloten Printdatum Verantw. Inspecteur. Vestiging

Projectverslag. Agressie en Geweld Benzinestations Project A605

Dit zijn overtredingen van artikel 5 lid 1 (RI&E) en artikel 5 lid 3 (PvA) van de arbeidsomstandighedenwet.

Projectverslag. Veilig werken met chemicaliën in hotelzwembaden

PROJECT HORECA-DISCOTHEKEN

Projectrapportage Kwarts in de bouw 2007

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Projectverslag. Vakantiewerk Arbeidsinspectie te Den Haag

Arbobeleidskader Lucas

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Postbus LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Telefoon Telefax

Functieprofiel: Arbo- en Milieucoördinator Functiecode: 0705

Transcriptie:

Landelijk inspectieproject, uitgevoerd i.s.m. VROM-inspectie Eindverslag Opslag Ammoniumnitraat 2002 Projectnummer A554 Arbeidsinspectie Postbus 90801 2509 LV DEN HAAG Contactpersoon: K. Rheiter, Teamleider vakgroep chemische veiligheid Tel. 070-3336415

Inhoudsopgave 0. Samenvatting... 3 1. Aanleiding en doel van het inspectieproject... 3 1.1 Aanleiding... 4 1.2 Doelstellingen van het inspectieproject... 4 2. Omvang van het project... 5 2.1 Werkterrein/BIK s... 5 2.2 Looptijd en aantallen inspecties... 5 3. Opzet van het project... 6 3.1 Globale opzet... 6 3.2 Inspectiepunten..6 4. Inspectie resultaten... 8 4.1 Totaal overzicht resultaten... 8 4.2 Resultaten per inspectiepunt... 9 4.2.1 Bedrijfshulpverlening... 9 4.2.2 Voorlichting & Onderricht... 9 4.2.3 Risico-inventarisatie & evaluatie... 9 4.2.4 Overige onderwerpen... 10 5. Conclusies... 11 2

0. Samenvatting In 2002 is door de Arbeidsinspectie in het kader van het project Opslag Ammoniumnitraat geïnspecteerd in de kunstmestbedrijven. Dit waren vnl. bedrijven die zich bezighouden met opslag en handel. Het project komt voort uit een initiatief van de VROM-inspectie. De ramp in Toulouse was aanleiding voor de VROM-inspectie om een inspectieproject op te zetten voor bedrijven waar ammoniumnitraathoudende meststoffen geproduceerd, verwerkt en/of opgeslagen worden. De belangrijkste doelstelling hierbij was een indruk te krijgen van de kans op een dergelijk incident bij bedrijven in Nederland. Het volledige rapport van het eerste onderzoek risico s voor de omgeving als gevolg van activiteiten met ammoniumnitraat is te vinden op www.vrom.nl. Samenwerking tussen de VROM-inspectie en de Arbeidsinspectie leidde ertoe dat deze bedrijven door beide diensten gezamenlijk geïnspecteerd werden. Bij de Arbeidsinspectie was de naam van het project: Opslag ammoniumnitraat 2002. Bij de VROM-inspectie heette het project Opslag kunstmest bij distributiebedrijven. De hoofddoelstelling van de Arbeidsinspectie voor dit project is: Het verkrijgen van inzicht in de veiligheidssituatie en de zorg voor arbeidsomstandigheden bij opslagbedrijven van ammoniumnitraat en ammoniumnitraathoudende meststoffen en het handhavend optreden op de vastgestelde inspectieonderwerpen. Het project had als speerpunten de risico-inventarisatie/evaluatie, bedrijfshulpverlening en voorlichting en onderricht. Deze onderwerpen werden toegespitst op het werken met ammoniumnitraathoudende meststoffen en/of andere gevaarlijke stoffen. Voor de Arbeidsinspectie leiden de resultaten tot de volgende conclusies: De arbeidsomstandigheden bij de 17 geïnspecteerde bedrijven zijn te beoordelen als matig. De basis van het arbeidsomstandighedenbeleid in de bedrijven, de risico-inventarisatie en -evaluatie gecombineerd met het plan van aanpak, is niet goed gewaarborgd; Het grote aantal overtredingen op het onderwerp bedrijfshulpverlening baart zorgen voor het geval er een calamiteit zou optreden in deze bedrijven. Uit het onderzoek van de VROM- inspectie blijkt o.a. dat het onderzoek geen aanleiding heeft gegeven om te veronderstellen dat bij de distributiebedrijven kunstmeststoffen worden geïmporteerd of opgeslagen die mogelijk gevoelig zijn voor detonatie. En bij geen van de bedrijven was sprake van een acuut en omvangrijk risico voor de omgeving. Wel brengt de VROM- inspectie een aantal zorgpunten aan het licht, vooral op het gebied van opslag en classificatie. Hierop zijn ook nadere acties ondernomen. Samengevat kan gesteld worden dat de zorg voor arbeidsomstandigheden matig is, maar dat een onveilige situatie zoals in Toulouse niet aanwezig is bij de Nederlandse distributiebedrijven, doordat de aanwezige kunstmeststoffen relatief minder gevaarlijk zijn. Dit neemt niet weg dat bij blootstelling aan een externe warmtebron, hoeveelheden giftige gassen kunnen vrijkomen, waarvoor zowel preventieve als repressieve voorzieningen aanwezig moeten zijn. 3

1. Aanleiding en doel van het inspectieproject 1.1 Aanleiding Op 21 september 2001 deed zich in Toulouse (Frankrijk) een explosie voor in een chemische fabriek. Het betrof een detonatie van de stof ammoniumnitraat. Ammoniumnitraat wordt ook in Nederland geproduceerd, verwerkt, verhandeld en gebruikt en wordt voornamelijk toegepast als (component van) kunstmest. De ramp in Toulouse was aanleiding voor de VROM-inspectie om een inspectieproject op te zetten voor bedrijven waar ammoniumnitraathoudende meststoffen geproduceerd, verwerkt en/of opgeslagen worden. De belangrijkste doelstelling hierbij was een indruk te krijgen van de kans op een dergelijk incident bij bedrijven in Nederland. In 2001 had er een inspectieproject plaatsgevonden in de producerende bedrijven en de grotere distributiebedrijven. De resultaten van dit project hebben ertoe geleid dat er een vervolgproject werd opgezet. In dit vervolg-project Opslag kunstmeststoffen bij distributiebedrijven vond met name inspectie plaats van bedrijven die zich bezig houden met opslag en handel van kunstmeststoffen. Arbeidsinspectie en VROMinspectie hebben hierbij samen gewerkt.. 1.2 Doelstellingen van het inspectieproject Opslag Ammoniumnitraat 2002 (Post- Toulouse II) In het project heeft de VROM- inspectie zich met name gericht op de naleving van de CPR 1 * richtlijn: Opslag en vervoer van nitraathoudende meststoffen. Afgesproken werd dat de Arbeidsinspectie zich daarom niet zou gaan bezighouden met de opslag gevaarlijke stoffen, maar met de meer algemene bepalingen uit de Arbowet en besluit die een indruk geven van het niveau van arbozorg in het bedrijf. Dit werd wel toegespitst op het werken met gevaarlijke stoffen. De doelstellingen van het project voor de AI zijn: Het verkrijgen van inzicht in de veiligheidssituatie en de zorg voor arbeidsomstandigheden bij opslagbedrijven van ammoniumnitraat en ammoniumnitraathoudende meststoffen en het handhavend optreden op de vastgestelde inspectieonderwerpen. Als nevendoel kan gesteld worden het creëren van een samenwerking met een andere inspectiedienst, in dit geval de VROM inspectie. Voor de VROM-inspectie was het doel van het project het controleren op de naleving van de CPR-1 richtlijn, zowel op het gebied van opslag als van classificatie van de meststoffen. Vervolgens zal de VROM-inspectie door middel van het plegen van interventies richting het bevoegd gezag zorgdragen dat daar waar nodig een verbetering wordt bereikt in de veiligheidssituatie bij bedrijven. Vanzelfsprekend zijn de bevindingen van de VROM-inspectie ook van invloed op de arbeidsveiligheid van de werknemers in de bedrijven en daarmee ook van invloed op het oordeel van de Arbeidsinspectie over de arbeidsomstandigheden in deze branche. * CPR = commissie preventie van rampen (een commissie met een adviserende taak aan betrokken ministers op het gebied van maatregelen ter voorkoming en beperking van gevaren verbonden aan het gebruik van gevaarlijke stoffen). 4

2. Omvang van het project 2.1 Werkterrein/BIK s De branche kenmerkt zich door een groot aantal bedrijven die in omvang en activiteiten sterk variëren. In de distributieketen worden kunstmeststoffen vanuit de producenten verhandeld aan een beperkt aantal grotere opslagbedrijven met vaak meerdere vestigingen en opslaglocaties. Deze bedrijven leveren vervolgens zowel rechtstreeks aan de gebruikers als aan kleinere distributiebedrijven. De selectie van de geïnspecteerde bedrijven is uitgevoerd door de VROM-inspectie. Op grond van een aantal informatiebronnen (Bedrijvenbestand Dun&Bradsheet, ledenlijst brancheorganisaties Nederlandse Meststoffenfederatie en Nederlandse Vereniging van Blenders, importgegevens verkregen van Douane Informatiecentrum) is een groslijst opgesteld met alle potentiële opslaglocaties van kunstmeststoffen. Deze groslijst bevatte ongeveer 100 adressen van vestigingen met een opslag van tenminste 1000 ton. Uit de groslijst is een selectie gemaakt van bedrijven op basis van een aantal criteria (hoeveelheid en klasse van opgeslagen meststoffen, wel/niet blenden). Een gedeelte van deze selectie werd gezamenlijk door de VROM-inspectie en Arbeidsinspectie geïnspecteerd. De meeste van deze gezamenlijk geïnspecteerde bedrijven vallen onder de volgende BIK: 5155 Groothandel in chemische producten 6311 Laad-/los-/overslagactiviteiten 5121 Groothandel in granen/zaden/veevoeders De markt is overigens grotendeels in handen van twee grote bedrijven. Van deze bedrijven zijn meerdere opslagen bezocht 2.2 Looptijd en aantallen inspecties De looptijd van het project Opslag Ammoniumnitraat was van 1 mei 2002 t/m 31 december 2002. In die periode werden voor dit project 17 bedrijven geïnspecteerd. Het betrof relatief kleine bedrijven (maximaal 10 t/m 19 werknemers). 5

3. Opzet van het project 3.1 Globale opzet Bij de bepaling van de inspectiepunten zijn afstemmingsafspraken gemaakt met de VROM inspectie. De VROM inspectie heeft vooral aandacht besteedt aan de controle op de naleving van de eisen gesteld in CPR 1 richtlijn. De voorschriften in de CPR-1 hebben betrekking op: Preventieve maatregelen die beogen het ontstaan van brand of detonatie * te voorkomen; Maatregelen gericht op het blussen van een brand of deflagratie * ; Maatregelen gericht op het beperken van de gevolgen van een brand, deflagratie of detonatie. De VROM-inspectie handhaaft niet rechtstreeks. Bij het constateren van overtredingen wordt het bevoegd gezag in het kader van de vergunningverlening Wet Milieubeheer (gemeente of provincie) hierop aangesproken. De door de Arbeidsinspectie bepaalde inspectieonderwerpen waren: risico-inventarisatie en - evaluatie, bedrijfshulpverlening, voorlichting & onderricht. Deze onderwerpen werden toegespitst op het werken met ammoniumnitraathoudende meststoffen en/of andere gevaarlijke stoffen. Daarnaast werd door inspecteurs ook nog gekeken naar ernstige overtredingen, waarbij direct gevaar mogelijk is. Bij deze situaties wordt altijd opgetreden. Het kiezen van een beperkt aantal speerpunten, betekent dat in dit verslag ook alleen uitspraak wordt gedaan over de aangetroffen situatie op deze punten. 3.2 Inspectiepunten De inspectiepunten in het project waren de volgende: 1. Risico-inventarisatie en evaluatie. 2. Bedrijfshulpverlening 3. Voorlichting&Onderricht. ad 1) De risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E) wordt altijd als standaard onderwerp meegenomen bij de inspecties. Het niet hebben van een RI&E levert direct een boeterapport op. * Deflagratie (explosieve verbranding) = Indien een stof door verhitting plotseling tot reactie wordt gebracht en deze reactie zich in stand kan houden door de vorming van een reactiezone, die door de stof voortschrijdt zonder dat hiervoor toevoer van zuurstof nodig is. Detonatie = Indien een stof door een schok plaatselijk tot reactie wordt gebracht en deze reactie zich in stand kan houden door de vorming van een reactiezone die met supersone snelheid door de stof voortschrijdt. 6

ad 2) De organisatie van de bedrijfshulpverlening in het bedrijf werd beoordeeld door de volgende aspecten te toetsen aan de wettelijke bepalingen in het arbeidsomstandighedenbesluit: Bij de organisatie van de bedrijfshulpverlening dient er rekening gehouden te zijn met de aanwezige gevaren en brandrisico s. De aanwezigheid van informatiebiljetten over acties te nemen bij brand of ongeval. Adequate opleiding van de bedrijfshulpverleners en aantal bedrijfshulpverleners. Opname van noodprocedures bij ongewilde gebeurtenissen met gevaarlijke stoffen in de risico-inventarisatie en evaluatie. Bij het constateren van overtredingen op de genoemde inspectiepunten, werd een waarschuwing gegeven. ad 3) Voorlichting & onderricht werd beoordeeld door de volgende aspecten te toetsen aan de wettelijke bepalingen in het arbeidsomstandighedenbesluit: De inhoud van voorlichting en onderricht bij werk met gevaar voor blootstelling aan gevaarlijke stoffen. Gegeven informatie over doel en werking persoonlijke beschermingsmiddelen en beveiligingen. Het toezicht op de naleving van instructies en voorschriften en op juist gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen. Bij het constateren van overtredingen op de genoemde inspectiepunten, werd een waarschuwing gegeven. 7

4. Inspectie resultaten Uit het onderzoek van de VROM- inspectie blijkt o.a. dat het onderzoek geen aanleiding heeft gegeven om te veronderstellen dat bij de distributiebedrijven kunstmeststoffen worden geïmporteerd of opgeslagen die mogelijk gevoelig zijn voor detonatie of deflagratie. En bij geen van de bedrijven was sprake van een acuut en omvangrijk risico voor de omgeving. Dit neemt niet weg dat bij blootstelling aan een externe warmtebron, hoeveelheden giftige gassen kunnen vrijkomen, waarvoor zowel preventieve als repressieve voorzieningen aanwezig moeten zijn. Daarnaast hebben de bedrijven, net als enkel ander bedrijf zich te houden aan de verplichtingen van de Arbeidsomstandighedenwet 1998. 4.1 Totaal overzicht resultaten In totaal zijn 17 bedrijven geïnspecteerd door de Arbeidsinspectie. Figuur 1. Resultaten inspectieproject Opslag Ammoniumnitraat 2002 Totaal aantal geinspecteerde bedrijven = 17 4 in orde 13 niet in orde Zoals uit figuur 1 blijkt zijn 4 van de 17 geïnspecteerde bedrijven direct in orde bevonden op de geïnspecteerde punten. Er is een groot aantal bedrijven dat overtredingen vertoont. Een eerste conclusie mag zijn dat de arbeidsomstandigheden in de kunstmestbranche bij de geïnspecteerde bedrijven op dit moment niet als goed kunnen worden gekwalificeerd. Tijdens een bezoek kan een inspecteur meer dan één handhavingsinstrument inzetten. Bijvoorbeeld een boeterapport voor het ontbreken van een risico-inventarisatie en evaluatie en daarnaast ook nog waarschuwingen voor bijvoorbeeld het ontbreken van infobiljetten over hoe te handelen bij brand en/of ongevallen. In dit project werden er in totaal 36 handhavingsinstrumenten ingezet, waarvan 1 boeterapport voor het ontbreken van een risicoinventarisatie en evaluatie en 35 waarschuwingen op de onderwerpen risico-inventarisatie en - evaluatie, bedrijfshulpverlening en voorlichting & onderricht. Een korte rekensom leert dat er gemiddeld zo n 2,2 handhavingsinstrumenten per inspectie zijn toegepast. Gemiddeld worden bij inspecties van de Arbeidsinspectie 2,1 handhavingsinstrumenten per inspectie ingezet. 8

Het inspectieproject in de kunstmestbedrijven had een drietal speerpunten. In figuur 2 zijn de geconstateerde overtredingen op deze speerpunten weergegeven. Figuur 2. Meest voorkomende Arbo overtredingen: aantal tekortkomingen per onderwerp 3 bedrijfshulpverlening 16 2 V&O 6 1 risico-inventarisatie en evaluatie 14 0 5 10 15 20 De resultaten per inspectiepunt worden in paragraaf 4.2 verder uitgewerkt. 4.2 Resultaten per inspectiepunt 4.2.1 Bedrijfshulpverlening In totaal werden er 16 overtredingen geconstateerd op het onderwerp bedrijfshulpverlening. Daarvan waren 10 overtredingen op het ontbreken van infobiljetten over acties te nemen bij brand en/of ongevallen. En 6 maal werden er overtredingen geconstateerd op het vlak van de opleiding van bedrijfshulpverleners. Van de 17 geïnspecteerde bedrijven, werden er in 12 bedrijven één of meerdere overtredingen geconstateerd op het onderwerp bedrijfshulpverlening. Het grote aantal overtredingen op het onderwerp bedrijfshulpverlening baart zorgen en behoeft op korte termijn meer aandacht. 4.2.2 Voorlichting en Onderricht In totaal werden er 6 overtredingen geconstateerd op het onderwerp voorlichting & onderricht, waarvan 2 op informatie en toezicht op gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen. En 4 overtredingen op de inhoud van voorlichting en onderricht bij werk met gevaarlijke stoffen. 4.2.3 Risico-inventarisatie&evaluatie Bij 1 bedrijf leidde het ontbreken van een risico-inventarisatie en evaluatie tot een boeterapport. Bij 8 bedrijven werden in totaal 13 waarschuwingen gegeven op het onderwerp risico-inventarisatie en evaluatie. In de meeste gevallen ging het om een onvolledige risicoinventarisatie en evaluatie en/of het ontbreken van een plan van aanpak. Bij 9 van de 17 bedrijven waren er dus overtredingen op het onderwerp risico-inventarisatie en evaluatie. Het grote aantal overtredingen op het onderwerp risico-inventarisatie en -evaluatie geeft aan, dat de basis van het arbeidsomstandighedenbeleid in deze branche nog niet gewaarborgd is. 9

4.2.4 Overige onderwerpen Naast de voor het project benoemde speerpunten zijn er door de inspecteurs geen opmerkingen over andere onderwerpen gemaakt. Er zijn ook geen boeterapporten opgemaakt op het constateren van ernstig beboetbare feiten. 10

5. Conclusies De resultaten van het project in de kunstmestbedrijven zoals die in het voorgaande hoofdstuk zijn beschreven, hebben alleen betrekking op de geïnspecteerde bedrijven. Gezien het feit dat de Arbeidsinspectie niet werkt met de steekproefmethode, zijn de resultaten niet per definitie representatief voor de gehele branche. Zeker gezien het geringe aantal inspecties kunnen slechts een aantal indicaties gegeven worden. De arbeidsomstandigheden bij deze 17 bedrijven zijn te beoordelen als matig. De basis van het arbeidsomstandighedenbeleid in de bedrijven, de risico-inventarisatie en -evaluatie gecombineerd met het plan van aanpak, is niet goed gewaarborgd; Het grote aantal overtredingen op het onderwerp bedrijfshulpverlening baart zorgen voor het geval er een calamiteit zou optreden in deze bedrijven. Zoals vermeld blijkt uit het onderzoek van de VROM- inspectie o.a. dat er geen aanleiding is om te veronderstellen dat bij de distributiebedrijven kunstmeststoffen worden geïmporteerd of opgeslagen die mogelijk gevoelig zijn voor detonatie bij de distributiebedrijven. Wel brengt de VROM- inspectie een aantal zorgpunten aan het licht, vooral op het gebied van opslag en classificatie. Hierop zijn ook nadere acties ondernomen. (zie eindrapport Opslag kunstmeststoffen bij distributiebedrijven van VROM inspectie, dat binnenkort zal worden gepubliceerd op www.vrom.nl). Samengevat voor deze bedrijven kan gesteld worden dat de zorg voor arbeidsomstandigheden matig is, maar dat een onveilige situatie zoals in Toulouse niet aanwezig is bij deze Nederlandse distributiebedrijven, doordat kunstmeststoffen relatief minder gevaarlijk zijn. Dit neemt niet weg dat bij blootstelling aan een externe warmtebron, hoeveelheden giftige gassen kunnen vrijkomen, waarvoor zowel preventieve als repressieve voorzieningen aanwezig moeten zijn. 11