EFG 213-320. Gebruiksaanwijzing 09.09 - 03.13. EFG 213 EFG 215 EFG 216k EFG 216 EFG 218k EFG 218 EFG 220 EFG 316k EFG 316 EFG 318k EFG 318 EFG 320



Vergelijkbare documenten
DFG/TFG DFG 316 DFG 320 DFG 425 DFG 430 DFG 435 TFG 316 TFG 320 TFG 425 TFG 430 TFG 435. Gebruiksaanwijzing

INSTALLATIE-, GEBRUIKS- EN ONDERHOUDSVOORSCHRIFTEN

Bedieningshandleiding. Draadloze schakelactor

Etagevloeren. Ruimte creëren doe je met Nolte Opslag Systemen.

GEBRUIKSAANWIJZING. Binnenunit voor lucht-waterwarmtepompsysteem EKHBRD011ABV1 EKHBRD014ABV1 EKHBRD016ABV1 EKHBRD011ABY1 EKHBRD014ABY1 EKHBRD016ABY1

1 Herhalingsoefeningen december

EFG Gebruiksaanwijzing EFG 535 EFG 540 EFG 545 EFG 550

1 Inleidende begrippen

Getande riem uit- en inbouwen

2.4 Oppervlaktemethode

Gebruik van condensatoren

Hoofdstuk 1: Rust en beweging

Oefeningen Elektriciteit I Deel Ia

Uw auto in 3 simpele stappen

EFG Gebruiksaanwijzing EFG 425k EFG 425 EFG 425ks EFG 425s EFG 430

Examen VWO. Wiskunde B1 (nieuwe stijl)

Correctievoorschrift VWO 2015

Leveringsvoorwaarden voor werken van beeldende kunst Beroepsvereniging van Beeldende Kunstenaars BBK Amsterdam

Beveiligingsunits Micrologic 2.0 A, 5.0 A, 6.0 A, 7.0 A Laagspanningsapparatuur

TECHNISCHE DATA BOUWSTOFFEN

Geen enkel lakproces is gelijk aan andere systemen.

4.9 Berekening van dragend metselwerk onderworpen aan verticale belasting

Samenvatting Natuurkunde 1 HAVO Beweging

De Woordpoort. De besteksverwerker van Het Digitale Huis

Labotekst. Meetsystemen

haarlemmerolie van de IT? Tobias Kuipers en Per John

EZS 130. Gebruiksaanwijzing EZS 130

EJD K18. Gebruiksaanwijzing EJD K18

Labotekst. Meetsystemen

Deel 2. Basiskennis wiskunde

Uitwerkingen Toets 1 IEEE, Modules 1 en 2

Transparantie: van bedreiging tot businessmodel

combimat 1400,1500,1600,1700,1800

Bijlage V Bepalingsmethode van het peil van primair energieverbruik van woongebouwen

Door middel van deze memo informeren wij u over de stand van zaken met betrekking tot het dossier hoogspanningslijnen.

Bij het bewerken van plaatmateriaal ontstaat vaak de situatie dat materiaal langs

ETV Q20/Q25. Gebruiksaanwijzing

C. von Schwartzenberg 1/11

Overzicht. Inleiding. Classificatie. NP compleetheid. Algoritme van Johnson. Oplossing via TSP. Netwerkalgoritme. Job shop scheduling 1

dwarsrichting Doelstellingen van dit hoofdstuk

Privacy en cloud computing

Fibbe Advocaten. Wilhelminastraat VP Haarlem

Voor kabelgeleiding omhoog zijn de verticale laddersystemen van OBO beschikbaar. Uitgebreide systeemtoebehoren maken een snelle en eenvoudige montage

Doosan. De visie van Doosan op de toekomst. >

Tuinstijlen. Tuinstijlen. Het ontstaan van tuinstijlen. Formele tuinstijl. Informele tuinstijl. Moderne tijd

Blok 1 - Vaardigheden

Studiekosten of andere scholingsuitgaven

ZWEMBAD WARMTEPOMP Installatie & Instructie Handleiding DURA - serie

ERE 225. Gebruiksaanwijzing

Dit examen bestaat uit 13 opgaven Bijlage: 1 antwoordpapier

De Droomstroom. Het project/document-beheerprogramma van Het Digitale Huis

Hoofdstuk 2 - Overige verbanden

DFG/TFG DFG 660 DFG 670 DFG 680 DFG 690 DFG S80 DFG S90 TFG 660 TFG 670 TFG 680 TFG 690 TFG S80 TFG S90. Gebruiksaanwijzing

Evolueren met portfoliomonitoring

Lees deze bijsluiter op een rustig moment aandachtig door, ook als dit geneesmiddel al eerder aan u werd toegediend. De tekst kan gewijzigd zijn.

nr. 833 OMBOUWSET NS 2530 De Bisschop

Belasting en schenken 2013

Sportcatalogus Tennis

ERE 120. Gebruiksaanwijzing ERE 120 ERE C20

Hoofdstuk 2 - Overige verbanden

STICHTING HET ZELFSTANDIG GYMNASIUM STICHTING HET ZELFSTANDIG GYMNASIUM. Protocol Collegiale Visitaties

Outsourcing. in control. kracht geworden. Ad Buckens en Dennis Houtekamer

ETM/V Gebruiksaanwijzing

EJC 112 RK. Gebruiksaanwijzing EJC 112 RK

Eindexamen wiskunde B1 vwo I

1800W. 2. De klemspanning van een batterij daalt van 14,4V naar 8V bij het belasten met 100A. Hoe groot is de inwendige weerstand van de batterij?

EJC 110 / 112. Gebruiksaanwijzing EJC 110 EJC

Krommen in het platte vlak

Eindexamen wiskunde B1 havo 2004-II

Toelichting Hoe gebruikt u deze toelichting? Correspondentieadres Wat is een schenking? Voor meer ontvangers samen aangifte doen

De Knaakbaak. Het begrotingsprogramma van Het Digitale Huis

Uitslagen voorspellen

MVSS. Electronische ventilator snelheidsregelaar,met TK voor Din-rail montage. Belangrijke Kenmerken. Technical specifications.

Belasting en schenken 2012

Examen VWO. Wiskunde B1,2 (nieuwe stijl)

wiskunde A bezem havo 2017-I

5Toepassingen Productcode Pagina

elektrotechniek CSPE KB 2011 minitoets bij opdracht 10

Studiekosten en andere scholings uitgaven

Aandrijftechniek. Kraanrijden met karakter. ABUS kraansystemen efficiënt kraanrijden. max.

Correctievoorschrift VWO

: Vermeld op alle bladen van uw werk uw naam. : Het tentamen bestaat uit 4 bladzijden inclusief dit voorblad.

Eindexamen wiskunde B 1 vwo 2003-I

Studiekosten of andere scholingsuitgaven

Brandveilig Constructief Ontwerp Toepassing van de nieuwe op performantiecriteria gebaseerde ontwerpcodes

Hogerbeetsstraat 18-B XJ Rotterdam. Vraagprijs: k.k. Woonbron Makelaars. woonoppervlakte 100 m2 3 slaapkamers te koop

Testen aan de voorkant

Hoe goed bent u in control over de robuustheid van uw ICT-keten?

Efficiënter zakendoen en innoveren met mobiele communicatie

X Y e. p n+ e. X Y e. Y(stabiel)

digitale signaalverwerking

Bijverdiensten of opbrengsten als freelancer, gastouder, artiest of beroepssporter

Softwarearcheologie als basis voor strategie

Noordhoff Uitgevers bv

Het tentamen bestaat uit 4 vraagstukken die bij de beoordeling even zwaar meewegen. en van

Wat is een training? Het doel van een trainingssessie is om met het team en de spelers vastgestelde doelstellingen te bereiken.

Multidisciplinair veranderen

Correctievoorschrift HAVO 2017

Studiekosten en andere scholings uitgaven

Transcriptie:

EFG 213-320 09.09 - Gebruiksaanwijzing 51151928 03.13 H EFG 213 EFG 215 EFG 216k EFG 216 EFG 218k EFG 218 EFG 220 EFG 316k EFG 316 EFG 318k EFG 318 EFG 320

Verklaring van overeensemming Jungheinrich AG, Am Sadrand 35, D-22047 Hamburg Producen of in de gemeenschap gevesigde veregenwoordiger Type Opie Serienummer Bouwjaar EFG 213 EFG 215 EFG 216k EFG 216 EFG 218k EFG 218 EFG 220 EFG 316k EFG 316 EFG 318k EFG 318 EFG 320 Aanvullende gegevens In opdrach Daum H EG-verklaring van overeensemming De onderekenaars verklaren hiermee, da he hieronder genoemde energiegedreven inerne ranspormiddel voldoe aan de Europese richlijnen 2006/ 42/EG (machinerichlijn) en 2004/108/EEG (elekromagneische compaibiliei EMC), inclusief de wijzigingen en wegeving voor de omzeing van de richlijnen in naionaal rech. Alle onderekenaars zijn individueel gemachigd om de echnische documenen samen e sellen. 3

4

Voorwoord Aanwijzingen voor de handleiding Voor een veilig gebruik van he inerne ranspormiddel is kennis nodig, die u in deze ORIGINELE HANDLEIDING vind. De informaie is weergegeven in kore, overzichelijke vorm. De hoofdsukken zijn alfabeisch gerangschik en de pagina's zijn doorgaand genummerd. In deze handleiding worden verscheidene varianen van he inerne ranspormiddel beschreven. Le er bij de bediening en de uivoering van onderhoudswerkzaamheden op da de beschrijving word gebruik die geld voor he bereffende ype inerne ranspormiddel. Onze apparaen worden coninu verder onwikkeld. Wij vragen om uw begrip voor he fei da wij een voorbehoud moeen maken voor wijzigingen in vorm, uirusing en echniek. Ui de inhoud van deze handleiding kunnen hierdoor geen claims me berekking o bepaalde eigenschappen van he apparaa worden afgeleid. Veiligheidsaanwijzingen en aanduidingen De volgende picogrammen markeren veiligheidsaanwijzingen en belangrijke uileg: GEVAAR! Wijs op een buiengewoon gevaarlijke siuaie. Als deze aanwijzing nie in ach word genomen, kunnen onherselbaar lesel en zelfs de dood he gevolg zijn. WAARSCHUWING! Wijs op een buiengewoon gevaarlijke siuaie. Als deze aanwijzing nie in ach word genomen, kan onherselbaar of dodelijk lesel he gevolg zijn. VOORZICHTIG! Wijs op een gevaarlijke siuaie. Als deze aanwijzing nie in ach word genomen, kan lich of gemiddeld lesel he gevolg zijn. Z AANWIJZING Duid op gevaar van maeriële schade. Als deze aanwijzing nie in ach word genomen, kan maeriële schade he gevolg zijn. Saa voor aanwijzingen en oelichingen. o Duid op de sandaarduivoering Duid op de opionele uivoering 5

Aueursrech He aueursrech op deze handleiding is in handen van JUNGHEINRICH AG. Jungheinrich Akiengesellschaf Am Sadrand 35 22047 Hamburg - Deuschland Telefoon: +49 (0) 40/6948-0 www.jungheinrich.com 6

Inhoudsopgave A Gebruik volgens besemming... 11 1 Algemeen... 11 2 Gebruik volgens besemming... 11 3 Toegesane gebruiksvoorwaarden... 12 4 Verplichingen van de exploian... 13 5 Aanbouwapparauur of opies aanbouwen... 13 B Beschrijving van he voeruig... 15 1 Beschrijving van de oepassing... 15 1.1 Voeruigypen en nominaal hefvermogen... 15 2 Beschrijving van modules en funcies... 16 2.1 Definiie van de rijriching... 16 2.2 Overzich modules... 17 2.3 Funciebeschrijving... 18 3 Technische gegevens... 19 3.1 Vermogensgegevens... 20 3.2 Afmeingen... 22 3.3 Gewichen... 28 3.4 Hefmasuivoeringen... 29 3.5 Banden... 30 3.6 Moorgegevens... 31 3.7 EN-normen... 32 3.8 Gebruiksvoorwaarden... 33 3.9 Elekrische eisen... 33 4 Kenekenplaasen en ypeplaajes... 34 4.1 Kenekenplaasen... 34 4.2 Typeplaaje... 36 4.3 Hefvermogenplaaje van he inerne ranspormiddel... 37 4.4 Hefcapacieiplaaje van he aanbouwapparaa... 38 5 Sabiliei... 38 C Transpor en eerse inbedrijfselling... 39 1 Transpor... 39 2 Inern ranspormiddel verladen... 39 2.1 Posiie zwaarepun van he inerne ranspormiddel... 39 2.2 Inern ranspormiddel me kraan verladen... 40 2.3 Verladen me weede inern ranspormiddel... 42 3 Borging van he inerne ranspormiddel ijdens ranspor... 43 4 Eerse inbedrijfselling... 45 7

D Baerij - onderhouden, opladen, vervangen... 47 1 Veiligheidsvoorschrifen in de omgang me zuurbaerijen... 47 1.1 Algemene opmerkingen over he werken me baerijen... 49 2 Baerijypen... 50 2.1 Afmeingen van de baerijen... 51 3 Baerij vrijmaken... 52 4 Baerij laden... 53 4.1 Baerij laden me saionaire lader... 53 4.2 Baerij laden me geïnegreerde lader... 54 5 Baerij demoneren en moneren... 58 5.1 Monage van de wisselbinding... 59 5.2 Demoneren en moneren me juniorruck EJE me wisselbinding Snapfi (o)... 61 5.3 Demoneren en moneren me handpompwagen me wisselbinding Snapfi (o)... 64 5.4 Demoneren en moneren me wisseladaper (o)... 67 5.5 Demoneren en moneren bijzeafel voor kraanverlading (o)... 69 5.6 Demoneren en moneren me vorkschoen (o)... 71 5.7 Demoneren en moneren me rollenbaan (o)... 73 5.8 Opseekbare baerijdeur demoneren en moneren (o)... 74 E Bediening... 75 1 Veiligheidsvoorschrifen voor gebruik van he inerne ranspormiddel... 75 2 Beschrijving van de indicaie- en bedienelemenen... 77 2.1 Bedieningsconsole me display... 81 2.2 Schakelaar bedienconsole armleuning (o)... 85 2.3 Schakelaar bedienconsole opbergplaas aan de zijkan (o)... 86 2.4 Indicaie... 87 3 Inern ranspormiddel voorbereiden op gebruik... 90 3.1 Conroles en handelingen vóór de dagelijkse inbedrijfselling... 90 3.2 In- en uisappen... 93 3.3 Inerne ranspormiddelen me gereduceerde hoofdruime X (o)... 93 3.4 Besuurdersplaas inrichen... 94 3.5 Veiligheidsgordel... 98 4 Werken me he inerne ranspormiddel... 100 4.1 Veiligheidsregels voor he rijden... 100 4.2 Gebruiksklaar maken... 103 4.3 Tijd insellen... 104 4.4 Inern ranspormiddel veilig parkeren... 105 4.5 NOODSTOP... 106 4.6 Rijden... 107 4.7 Suren... 109 4.8 Remmen... 110 4.9 Vorkanden insellen... 114 4.10 Vorkanden vervangen... 115 4.11 Opnemen, ransporeren en neerzeen van lasen... 116 4.12 Bediening van de hefinriching en geïegreerde aanbouwapparauur... 118 4.13 Veiligheidsaanwijzingen voor de bediening van exra aanbouwapparaen... 125 8

4.14 Bedienen van exra aanbouwapparaen voor SOLO-PILOT... 129 4.15 Bedienen van exra aanbouwapparaen voor MULTI-PILOT... 131 4.16 Monage exra aanbouwapparaen... 133 5 Aanhangers rekken... 135 6 Exra uirusing... 137 6.1 Bedieningspaneel CanCode... 137 6.2 Assisensysemen... 142 6.3 Salen cabine... 144 6.4 Schuifraam... 145 6.5 Klapbeugel auomaisch / mechanisch... 146 6.6 Zomerdeur... 147 6.7 Verhoging chauffeursplaas... 147 6.8 Soel insellen... 148 6.9 Verwarming... 149 6.10 Afneembaar lasbeschermrek... 150 6.11 Hefuischakelingen overbruggen... 150 6.12 Brandblusser... 151 6.13 Neigingshoekindicaie... 151 6.14 Rockinger koppeling me handhendel of afsandsbediening... 152 6.15 Camerasyseem... 153 6.16 Bedieningsschema "N"... 154 7 Soringshulp... 155 7.1 Soringzoeken en oplossing... 155 7.2 Inern ranspormiddel zonder eigen aandrijving verplaasen... 157 7.3 Neerlaen in noodgevallen... 161 F Onderhoud van he inerne ranspormiddel... 163 1 Bedrijfsveiligheid en milieubescherming... 163 2 Veiligheidsvoorschrifen voor he onderhoud... 164 2.1 Bedrijfsmiddelen en oude onderdelen... 165 2.2 Wielen... 165 2.3 Hijskeingen... 166 2.4 Hydraulische insallaie... 167 3 Bedrijfsmiddelen en smeerplan... 168 3.1 Veilig werken me bedrijfsmiddelen... 168 3.2 Smeerschema... 170 3.3 Gebruiksmiddelen... 171 4 Beschrijving van de onderhoudswerkzaamheden... 173 4.1 Bereid he inerne ranspormiddel voor en behoeve van de onderhoudwerkzaamheden.... 173 4.2 Inern ranspormiddel veilig opillen en opbokken... 174 4.3 Open de acherse afdekkap... 175 4.4 De bevesiging van de wielen conroleren... 176 4.5 Wielen vervangen... 177 4.6 Hydraulische syseem... 179 4.7 Hydraulische oliefiler vervangen... 181 4.8 Be- en onluchfiler van de hydraulische ank vervangen... 181 4.9 Conroleer he ransmissieoliepeil... 182 4.10 Verwarming... 183 4.11 Vloeisof van de ruiensproei-insallaie vullen... 183 4.12 Conroleer elekrische zekeringen... 184 9

4.13 Reinigingswerkzaamheden... 188 4.14 Werkzaamheden aan de elekrische insallaie... 191 4.15 Inbedrijfselling van he inerne ranspormiddel na onderhoudswerkzaamheden... 192 5 He inerne ranspormiddel silleggen... 193 5.1 Maaregelen vóór de sillegging... 194 5.2 Maaregelen ijdens de sillegging... 194 5.3 Opnieuw in gebruik nemen van he inerne ranspormiddel na sillegging 195 6 Veiligheidsconrole na verloop van ijd en buiengewone gebeurenissen 196 7 Definiief buien bedrijf sellen; afvoeren... 197 8 Meing van lichaamsrillingen... 197 9 Onderhoud en inspecie... 198 10 Onderhoudsconrolelijs EFG 213-220... 199 10.1 Exploian... 199 10.2 Klanenservice... 202 11 Onderhoudsconrolelijs EFG 316-320... 211 11.1 Exploian... 211 11.2 Klanenservice... 214 10

Bijlage Gebruiksaanwijzing JH-raciebaerij Z Deze gebruiksaanwijzing is alleen voor baerijypen van he merk Jungheinrich oegesaan. Indien andere merken gebruik worden moeen de gebruiksaanwijzingen van deze fabrikan nageleefd worden. 0506.NL 1

2 0605.NL

A Gebruik volgens besemming 1 Algemeen He inerne ranspormiddel moe volgens de aanwijzingen in deze gebruikshandleiding worden gebruik, bediend en onderhouden. Een andere oepassing is nie beoogd en kan leiden o lesel en o schade aan he inerne ranspormiddel of voorwerpen van waarde. 2 Gebruik volgens besemming AANWIJZING De maximaal op e nemen las en de maximaal oegesane lasafsand zijn aangegeven op he draagvermogenplaaje. Deze mogen nie worden overschreden. De las moe op he lasopnamemiddel liggen of worden opgenomen me een door de producen oegesaan aanbouwapparaa. De las moe volledig worden opgenomen, zie "Opnemen, ransporeren en neerzeen van lasen" op pagina 116. Heffen en neerlaen van lasen. Transporeren van neergelaen lasen over kore afsanden. Rijden me opgeheven las (>30 cm) is nie oegesaan. Vervoeren en heffen van personen is nie oegesaan. Duwen of rekken van lasen is nie oegesaan. Incideneel rekken van aanhangerlasen. Bij he rekken van aanhangerlasen moe de las op de aanhanger zijn geborgd. De oegesane aanhangerlas mag nie worden overschreden. 11

3 Toegesane gebruiksvoorwaarden Gebruik in indusriële en bedrijfsomgeving. Toegesaan emperauurbereik -20 C o 40 C. Uisluiend gebruiken op verserke en vlakke ondergrond me voldoende draagvermogen. Toegesane vlak- en punbelasingen van de rijbanen nie overschrijden. Uisluiend op goed overzichelijke door de exploian vrijgegeven rijbanen gebruiken. Oprijden van hellingen o maximaal 15 %. He is nie oegesaan om dwars of schuin over hellingen e rijden. Las aan hellingzijde ransporeren. Gebruik op gedeelelijk openbare verkeerswegen. WAARSCHUWING! Gebruik onder exreme omsandigheden He gebruik van he inerne ranspormiddel onder exreme omsandigheden kan leiden o soringen en ongevallen. Voor gebruik onder exreme omsandigheden, in he bijzonder in serk soffige of corrosieveroorzakende omgeving, is voor he inerne ranspormiddel een speciale uirusing en oelaing vereis. Gebruik in explosieve omgevingen is nie oegesaan. Bij onweer (sorm, bliksem) mag he inerne ranspormiddel nie buien of in risicozones worden gebruik. 12

4 Verplichingen van de exploian Exploian in de zin van deze gebruikshandleiding is elke nauurlijke of rechspersoon die he inerne ranspormiddel zelf gebruik of in wiens opdrach he word gebruik. In bijzondere siuaies (bijvoorbeeld leasen of huren) is de exploian de persoon die volgens de besaande overeenkoms ussen eigenaar en bediener van he inerne ranspormiddel de genoemde bedrijfsplichen moe waarnemen. De exploian moe ervoor zorgen da he inerne ranspormiddel uisluiend op de beoogde wijze word gebruik en da allerlei sooren gevaren voor leven en gezondheid van de bediener en derden worden vermeden. Bovendien moe hij de naleving van voorschrifen voor ongevallenprevenie, overige veiligheidsechnische regels en de richlijnen voor gebruik en onderhoud bewaken. De exploian moe ervoor zorgen, da alle bedieners deze gebruikshandleiding hebben gelezen en begrepen. AANWIJZING Bij he nie in ach nemen van deze gebruikshandleiding verval de garanie. De garanie verval ook wanneer de klan en / of derden onvakkundige werkzaamheden aan he objec verrichen, zonder oesemming van de producen. 5 Aanbouwapparauur of opies aanbouwen De aan- of inbouw van exra elemenen, waarmee de funcies van he inerne ranspormiddel worden beïnvloed of waarmee deze funcies worden uigebreid, is uisluiend oegesaan na schrifelijke oesemming van de producen. Evenueel moe oesemming van de plaaselijke auorieien worden verkregen. De oesemming van auorieien vervang echer nie de oesemming van de producen. 13

14

B Beschrijving van he voeruig 1 Beschrijving van de oepassing De EFG 213-320 is een elekrische hefruck me besuurdersoel in driewiel- of vierwieluivoering. Hij is een vrijdragende conragewich-hefruck, die me de voor he inerne ranspormiddel aangebrache lasopnamemiddel lasen kan opnemen, heffen, ransporeren en neerzeen. Er kunnen ook palles me gesloen bodems worden opgenomen. 1.1 Voeruigypen en nominaal hefvermogen He nominale draagvermogen is afhankelijk van he ype. He nominale draagvermogen kan worden afgeleid ui de ype-aanduiding. EFG213 EFG Type-aanduiding 2 Serie 13 Nominaal draagvermogen x 100kg He nominale draagvermogen is nie alijd gelijk aan he oegesane draagvermogen. He oegesane draagvermogen is vermeld op lasdiagram da op he inerne ranspormiddel is aangebrach. 15

2 Beschrijving van modules en funcies 2.1 Definiie van de rijriching De rijrichingen worden als volg aangegeven: 1 2 3 4 De rijrichingen worden als volg aangegeven: Pos. Rijriching 1 Links 2 Acherui 3 Voorui 4 Rechs 16

2.2 Overzich modules 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 14 13 12 11 Pos. Aanduiding Pos. Aanduiding 1 Besuurderssoel 8 Vorken 2 Beschermdak 9 Vorkenbord 3 Hefmas 10 Aandrijving 4 Suurwiel 11 Baerijdeur 5 Bedieningselemen 12 Suuras hefinsallaie 6 Bedienings- en 13 Aanhangerkoppeling displayeenheid 7 NOODUIT-schakelaar 14 Conragewich Sandaarduivoering 17

2.3 Funciebeschrijving Frame He frame vorm in combinaie me he conragewich de dragende basissrucuur van he inerne ranspormiddel. Deze is besemd voor de opname van de hoofdcomponenen. Cockpi en beschermdak He beschermdak is verkrijgbaar in verschillende uivoeringen en bescherm de bediener egen vallende voorwerpen en andere exerne invloeden. Alle bedieningselemenen zijn ergonomisch voordelig ingedeeld. Suurkolom en besuurderssoel zijn individueel inselbaar. He syseem kan ijdens de werking worden bewaak me behulp van de besuringsen waarschuwingsindicaies op de bedienings- en displayeenheid, waardoor er een zeer hoge veiligheidsandaard is gegarandeerd. Suursyseem De elekrisch suursyseem is zeer efficiën en ergonomisch. De suurkolom is verselbaar in hooge en neiging en kan voor alle bedieners opimaal worden ingeseld. Door de kleine consrucieruime heef de bediener alijd de groos mogelijk vrije ruime voor de benen. He suursyseem beweeg bijzonder soepel en is uiers efficiën. He oale energieverbruik word duidelijk verlaagd. De suurhoek word aangegeven op he display. Wielen Er kan gekozen worden voor superelasische of massief rubberen banden, evenals opionele luchbanden. Aandrijving en rem De voorwielaandrijving me 2 mooren bied op ieder momen de bese rekkrach aan de aandrijfwielen. Bij he rijden in bochen word proporioneel me de suurhoek alijd precies he benodigde oerenal voor de banden aan de binnenkan resp. buienkan van de boch ingeseld. De bedrijfsrem is uigevoerd als onderhoudsvrije schijfrem. Bovendien word he inerne ranspormiddel generaorisch via de rijmooren afgeremd. Een deel van de daardoor gewonnen energie word erug opgeslagen in de baerij. De parkeerrem is een auomaisch bediende resp. handmaig e bedienen rem. 18

NOODSTOP-veiligheidsconcep Wanneer he syseem een soring in he suurverloop herkend, word er auomaisch een noodsop geaciveerd. He inerne ranspormiddel word o de silsand afgeremd, de rijriching word nie gewijzigd. Op de bedieneenheid en he display verschijn een soringsmelding. Wanneer he inerne ranspormiddel word ingeschakeld voer deze een zelfes ui. Een rijvrijgave vind alleen plaas wanneer he inerne ranspormiddel bedrijfsgereed en de parkeerrem (=noodsop) losgeze is. Hydraulische syseem Fijngevoelige bediening van de werkfuncie via bedienelemenen door meervoudige regelklep. Een oerenalgeregelde hydraulische pomp regel een efficiëne oevoer naar alle hydraulische funcies op basis van de behoefe. Hefmas Hefmasen me wee resp. drie niveaus, naar keuze me vrijheffuncie; smalle hefframeprofielen zorgen voor een goed zich op de vorkanden en aanbouwapparaen. Vorkdragers en hefframes lopen op coninu gesmeerde en daarmee onderhoudsvrije seunrollen. Aanbouwapparaen U kun de hefruck uirusen me mechanische en hydraulische aanbouwapparauur (exra uirusing). 3 Technische gegevens Z Alle echnische gegevens hebben berekking op een inern ranspormiddel in sandaarduivoering. Alle me *) gekenmerke waarden kunnen afhankelijk van verschillende uirusingsvarianen (bijv. hefmas, cabine, banden ec.) verschillen. De informaie over de echnische gegevens voldoe aan de Duise richlijn over ypebladen voor inerne ranspormiddelen. Technische veranderingen en aanvullingen voorbehouden. 19

3.1 Vermogensgegevens EFG 213-220 Aanduiding Q Nominale hefcapaciei (bij C = 500 mm) 1 ) C Zwaarepunafsa nd las Rijsnelheid 1) me vericale hefmas. 213 215 EFG 216k 218k 216 218 2) De aangegeven waarden geven he maximale sijgvermogen aan voor de overbrugging van kore hoogeverschillen en oneffenheden op de rijban (rijbaanranden). Gebruik op hellingen van meer dan 15% is verboden. 220 1300 1500 1600 1800 2000 kg 500 500 500 500 500 mm 16/16 16/16 16/16 16/16 16/16 Hefsnelheid Me / zonder las 0,48/0,60 0,46/0,60 0,49/0,60 0,44/0,55 0,40/0,55 m/s Neerlaasnelheid Me / zonder las 0,55/0,55 0,55/0,55 0,55/0,55 0,55/0,55 0,55/0,55 m/s Sijgcapaciei 7,3/12,3 6,2/10,7 (30 min) 7,6/12,5 7,3/12,3 5,7/10,4 % Me / zonder las 7,0/11,5 5,9/10,5 Max. sijgcapaciei 26,0/35,0 2 ) (5 min) 28,0/35,0 27,0/35,0 27,0/35,0 24,0/35,0 % Me / zonder las 25,0/35,0 Acceleraie (10 m) 3,6/3,2 3,8/3,4 3,8/3,4 3,9/3,5 4,0/3,5 s Me / zonder las Max. werkdruk 200 200 200 200 200 bar Oliesroom voor aanbouwappara en 25 25 25 25 25 km/ h l/ min 20

EFG 316-320 Aanduiding Q Nominale hefcapaciei (bij C = 500 mm)1) C Zwaarepunafsa nd las Rijsnelheid * Hefsnelheid Me / zonder las Daalsnelheid Me / zonder las Sijgcapaciei (30 min) me / zonder las Max. sijgcapaciei 2) (5 min) Me / zonder las 1) me vericale hefmas. EFG 316k 316 318k 318 320 1600 1600 1800 1800 2000 kg 500 500 500 500 500 mm 17/17 17/17 17/17 17/17 17/17 2) De aangegeven waarden geven he maximale sijgvermogen aan voor de overbrugging van kore hoogeverschillen en oneffenheden op de rijban (rijbaanranden). Gebruik op hellingen van meer dan 15% is verboden. km/ h 0,49/0,60 0,49/0,60 0,44/0,55 0,44/0,55 0,40/0,55 m/s 0,55/0,55 0,55/0,55 0,55/0,55 0,55/0,55 0,55/0,55 m/s 7,3/12,3 7,0/11,5 6,2/10,7 5,9/10,5 5,7/10,4 % 27,0/35,0 27,0/35,0 26,0/35,0 25,0/35,0 24,0/35,0 % Acceleraie (10 m) 3,8/3,4 3,8/3,4 3,9/3,5 3,9/3,5 4,0/3,5 s Me / zonder las Max. werkdruk 200 200 200 200 200 bar Oliesroom voor aanbouwappara en 25 25 25 25 25 l/ min 21

3.2 Afmeingen EFG 213-220 Aanduiding EFG 213 215 216k 218k 216 218 220 a/2 Veiligheidsafsand 100 100 100 100 100 mm h 1 Hooge hefmas ingeschoven 2000 2000 2000 2000 2000 mm h 2 Vrije hef 150 150 150 150 150 mm h 3 Hef 3000 3000 3000 3000 3000 mm h 4 Hooge hefmas uigeschoven 3560 3560 3560 3587 3587 mm h 6 Hooge boven beschermdak 2040 2040 2040 2040 2040 mm h 7 Zihooge 920 920 920 920 920 mm h 10 Koppelingshooge 560 560 560 560 560 mm Neiging hefmas voorui 7 7 7 7 7 Neiging hefmas acherui 7 7 7 7 7 l 1 Lenge inclusief 3037 3037 mm vork 2924 2924 3145 3145 3145 mm l 2 Lenge inclusief 1887 1887 vorkrug 1774 1774 1995 1995 1995 mm 22

c h 4 Q h 3 h 1 h 6 h 2 h 10 h 7 m 1 x y m 2 l L 2 L 1 a 2 l 6 a 2 e b 12 b R W a A s 23

EFG 213-220 Aanduiding EFG 213 215 216k 218k 216 218 220 b Toaalbreede 1060 1060 1060 1120 1120 mm e Vorkbreede 100 100 100 100 100 mm m 1 Afsand o vloer me las onder 80 80 80 80 80 mm hefframe m 2 Vrijheid van vloer midden 100 100 100 100 100 mm wielafsand As Werkgangbreede 3339 3339 bij 3226 3226 palle 800x1200 3446 3446 langs 3446 mm As Werkgangbreede 3216 3216 bij 3104 3104 palle 1000x1200 3323 3323 dwars 3323 mm Wa Draaicirkel 1548 1548 1440 1440 1655 1655 1655 mm x Lasafsand 335 335 340 340 340 mm y Wielafsand 1357 1357 1249 1249 1465 1465 1465 mm 24

c h 4 Q h 3 h 1 h 6 h 2 h 10 h 7 m 1 x y m 2 l L 2 L 1 a 2 l 6 a 2 e b 12 b R W a A s 25

EFG 316-320 Aanduiding EFG 316k 316 318k 318 320 a/2 Veiligheidsafsand 100 100 100 100 100 mm h 1 Hooge hefmas ingeschoven 2000 2000 2000 2000 2000 mm h 2 Vrije hef 150 150 150 150 150 mm h 3 Hef 3000 3000 3000 3000 3000 mm h 4 Hooge hefmas uigeschoven 3560 3560 3587 3587 3587 mm h 6 Hooge boven beschermdak 2040 2040 2040 2040 2040 mm h 7 Zihooge 920 920 920 920 920 mm h 10 Koppelingshooge 410/580 410/580 410/580 410/580 410/580 mm Neiging hefmas voorui 7 7 7 7 7 Neiging hefmas acherui 7 7 7 7 7 l 1 Lenge inclusief vork 3140 3248 3140 3248 3248 mm l 2 Lenge inclusief vorkrug 1990 2098 1990 2098 2098 mm b Toale breede 1060 1060 1120 1120 1120 mm e Vorkbreede 100 100 100 100 100 mm m 1 Bodemvrijheid me las onder 80 80 80 80 80 mm hefmas m 2 Bodemvrijheid midden 100 100 100 100 100 mm wielafsand As Werkgangbreede bij palle 800x1200 in lengeriching 3599 3725 3599 3725 3725 mm As Werkgangbreede bij palle 1000x1200 in dwarsriching 3403 3526 3403 3526 3526 mm Wa Draairadius 1859 1985 1859 1985 1985 mm x Lasafsand 340 340 340 340 340 mm y Wielafsand 1400 1508 1400 1508 1508 mm 26

c h 4 Q h 3 h 1 h 6 h 2 h 10 h 7 s m 1 x y m 2 l L 2 L 1 a 2 l 6 a 2 e b 12 b 13 b R W a A s 27

3.3 Gewichen Z Alle gegevens in kg. EFG 213-220 Aanduiding Eigen gewich (inclusief baerij) Aslas voor (zonder heflas) Aslas voor (me heflas) Aslas acher (zonder heflas) Aslas acher (me heflas) 213 215 2733 2978 1326 1310 3545 3870 1407 1668 488 608 EFG 216k 218k 216 218 3000 3256 3057 3207 1411 1409 1496 1520 4052 4380 4060 4405 1589 1846 1561 1686 548 675 597 602 220 3382 1501 4706 1881 676 EFG 316-320 Aanduiding EFG 316k 316 318k 318 320 Eigen gewich (inclusief baerij) 3035 3001 3175 3141 3306 Aslas voor (zonder heflas) 1380 1493 1385 1499 1489 Aslas voor (me heflas) 4004 4043 4336 4367 4676 Aslas acher (zonder heflas) 1655 1508 1790 1642 1817 Aslas acher (me heflas) 631 558 638 574 630 28

3.4 Hefmasuivoeringen Z Alle gegevens in mm. EFG 216-220 en 316-320 VDI 3596 Aanduiding Hef h 3 Vrije hef h 2 Bouwhoo ge hefmas ingescho ven h 1 EFG 213/215/ 216k/216/ 316/316k 218k/218/ 220/318/ 318k/320 Speciale uivoeringen zijn nie opgenomen in di overzich. Bouwhooge hefmas uigeschoven h 4 213/215/ 216k/216/ 316/316k 218k/218/ 220/318/ 318k/320 2300 1650 2850 2885 3000 2000 3550 3585 3100 2050 3650 3685 3300 2150 3850 3885 ZT 3600 150 2300 4150 4185 4000 2500 4550 4585 4500 2800 5050 5085 5000 3050 5550 5585 5500 3400 6050 6085 ZZ 2300 1055 990 1605 2850 2915 3000 1405 1340 1955 3550 3615 3100 1455 1390 2005 3650 3715 3300 1555 1490 2105 3850 3915 3600 1705 1640 2255 4150 4215 4000 1905 1840 2455 4550 4615 DZ 4350 1405 1340 1955 4900 4965 4500 1455 1390 2005 5050 5115 4800 1555 1490 2105 5350 5415 5000 1630 1565 2180 5550 5615 5500 1805 1740 2355 6050 6115 6000 2005 1940 2555 6550 6615 6500 2255 2190 2805 7050 7115 29

3.5 Banden AANWIJZING Bij verwisselen van de in de fabriek gemoneerde banden/velgen enkel originele reserveonderdelen resp. door de producen vrijgegeven banden gebruiken, anders kan de producenspecificaie nie worden aangehouden. Bij vragen kun u conac opnemen me de klanenservice van de producen. EFG 213-220 Aanduiding Banden vooraan Banden acheraan 213/215 216k/216 EFG 218k 218 *) De in de abel aangegeven ypen komen overeen me de sandaarduivoering. Afhankelijk van de uirusing van he voeruig kunnen andere banden gemoneerd zijn. 220 SE *) 18x7-8 200/50-10 200/50-10 Massief rubber *) 18x7x12 Luch *) nie nie 180/70-8 - LI125 beschikbaar beschikbaar Bandenspanning bar 10,0 - - Aanhaalmomen Nm 240 240 240 SE *) 140/55-9 140/55-9 140/55-9 Massief rubber *) 15x5x11¼ 15x5x11¼ 15x5x11¼ Luch *) nie nie 125/75-8 - LI100 beschikbaar beschikbaar Bandenspanning bar 10,0 - - Aanhaalmomen Nm 240 240 240 30

EFG 316-320 Aanduiding 316k 316 EFG 318k 318 320 Banden vooraan Banden acheraan SE *) 18x7-8 200/50-10 200/50-10 Massief rubber *) 18x7x12 18x7x12 18x7x12 Luch *) 180/70-8 - LI125 (PR 16) nie beschikbaar nie beschikbaar Bandenspanning bar 10,0 - - Aanhaalmomen Nm 240 240 240 SE *) 16x6-8 16x6-8 16x6-8 Massief rubber *) 15x5x11¼ 15x5x11¼ 15x5x11¼ Luch *) 150/75-8 - LI113 (PR 16) nie beschikbaar nie beschikbaar Bandenspanning bar 10,0 - - Aanhaalmomen Nm 240 240 240 *) De in de abel aangegeven ypen komen overeen me de sandaarduivoering. Afhankelijk van de uirusing van he voeruig kunnen andere banden gemoneerd zijn. 3.6 Moorgegevens EFG 216-220 en 316-320 Aanduiding 213 / 215 / 216k / 216 218k / 218 / 220 EFG 316k / 316 / 318k / 318 320 Rijmoor 2 x 4,5kW 2 x 4,5kW Hefmoor 11,5kW 11,5kW Suurmoor 0,9kW 0,9kW 31

3.7 EN-normen Z Z Z Gemiddeld geluidsdrukniveau EFG 213-220: 68 db(a) EFG 316-320: 67 db(a) *+/- 3 db(a) afhankelijk van de oeseluirusing conform EN 12053 in overeensemming me ISO 4871. He gemiddelde geluidsdrukniveau word bepaald op basis van de normgegevens en omva he geluidsdrukniveau bij he rijden, heffen en saionair draaien. He geluidsdrukniveau word gemeen bij he oor van de besuurder. Trilling EFG 213-220: 0,53m/s² EFG 316-320: 0,51 m/s² conform EN 13059. De op he lichaam van een besuurder in bedieningsposiie werkende rillingsacceleraie voldoe aan de voorgeschreven normen voor lineaire geïnegreerde, gewogen acceleraie in he vericale vlak. Deze worden bepaald bij he me consane snelheid rijden over drempels (inern ranspormiddel in sandaarduivoering). Deze meegegevens worden één keer voor he inerne ranspormiddel gemeen en mogen nie worden verwisseld me de lichaamsrillingen van de richlijn "2002/44/EG Trillingen" die geld voor exploianen. De producen bied een bijzondere service voor he meen van deze lichaamsrillingen, zie "Meing van lichaamsrillingen" op pagina 197. Elekromagneische compabiliei (EMC) De producen bevesig de naleving van grenswaarden voor uigezonden elekromagneische soorsignalen en soorvasheid, maar ook de conrole van onlading van saische elekriciei conform EN 12895 en de daar genoemde normaieve verwijzingen. U mag elekrische of elekronische onderdelen uisluiend veranderen of verplaasen me schrifelijke oesemming van de producen. WAARSCHUWING! Soring van medische apparauur door nie-ioniserende sraling Elekrische uirusingen van he inerne ranspormiddel, die nie-ioniserende sralen afgeven (bijv. draadloze gegevensoverdrach), kunnen de werking van medische apparauur (pacemakers, gehoorapparauur e.d.) van de bediener soren en een verkeerde werking veroorzaken. Me een ars of de fabrikan van he medische apparaa moe worden vasgeseld, of een dergelijk apparaa in de omgeving van he inerne ranspormiddel kan worden gebruik. 32

3.8 Gebruiksvoorwaarden Z Omgevingsemperauur Bij gebruik -20 C o 40 C Bij voordurend gebruik bij exreme schommelingen in emperauur en condenserende luchvochigheid is voor inerne ranspormiddelen een speciale uirusing en oelaing vereis. 3.9 Elekrische eisen De producen bevesig de naleving van de eisen voor he onwerp en de vervaardiging van de elekrische uirusing bij gebruik van he inerne ranspormiddel volgens de besemming op grond van EN 1175 "Veiligheid van gemooriseerde ransporwerkuigen - Elekrische eisen". 33

(mm) D (mm) Q (kg) 4 Kenekenplaasen en ypeplaajes 4.1 Kenekenplaasen Z Waarschuwingsborden en picogrammen zoals hefcapacieiplaajes, bevesigingspunen en ypeplaajes moeen alijd leesbaar zijn, indien nodig vervangen. 15 16 17 18 19 XXX 20 21 22 23 28 17 24 27 26 25 24 29 34

Pos. Aanduiding 15 Rijden me geheven las verboden, de mas me geheven las voorover neigen verboden 16 Veiligheidsgordel omdoen 17 Bevesigingspunen voor verladen me kraan 18 Waarschuwing bij omvallen, meenemen van personen verboden 19 Hefbegrenzing 20 Nie op en nie onder de las gaan saan; beknellingsgevaar bij he verplaasen van de hefmas 21 Gebruikshandleiding lezen 22 Draagvermogen (resp. gereduceerd draagvermogen) 23 Typeplaaje, acher de baerijdeur 24 Bevesigingspunen voor krik 25 Type-aanduiding 26 Beknellingsgevaar, in he frame acher de baerijdeur 27 Serienummer, in he frame acher de baerijdeur 28 Inspecieplaaje (o) 29 Hydraulische olie bijvullen 35

4.2 Typeplaaje Z De afbeelding geef de sandaarduivoering in de EU-lidsaen weer. In andere landen kan de uivoering van he ypeplaaje afwijken. 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 Z Pos. Naam Pos. Naam 30 Type 36 Bouwjaar 31 Serienummer 37 Laszwaarepun-afsand in mm 32 Nominaal hefvermogen in kg 38 Aandrijfvermogen 33 Baerijspanning in V 39 Baerijgewich min/max in kg 34 Leeg gewich zonder baerij in kg 40 Fabrikan 35 Opie 41 Logo van de fabrikan Vermeld bij vragen over he inerne ranspormiddel of bij he besellen van onderdelen he serienummer. He serienummer van he inerne ranspormiddel is op he ypeplaaje en in he voeruigframe geslagen. 36

4.3 Hefvermogenplaaje van he inerne ranspormiddel VOORZICHTIG! Gevaar voor ongevallen door vervanging van de vorkanden Bij he vervangen van de vorkanden door vorkanden die afwijken van de afleveroesand verander de hefcapaciei. Bij he vervangen van de vorkanden moe een exra hefcapacieiplaaje worden aangebrach op he inerne ranspormiddel. Inerne ranspormiddelen, die zonder vorkanden worden geleverd, krijgen een hefcapacieiplaaje voor sandaardvorkanden (lenge: 1150 mm). Op he hefcapacieisplaaje (22) is de hefcapaciei Q (in kg) van he inerne ranspormiddel bij vericale hefmas vermeld. In abelvorm word weergegeven, hoe groo de maximale hefcapaciei is bij een bepaald laszwaarepun D (in mm) en de gewense hefhooge H (in mm). He hefcapacieiplaaje (22) van he inerne ranspormiddel vermeld de hefcapaciei van he inerne ranspormiddel me de vorkanden in de uileveroesand. Voorbeeld voor he berekenen van he maximale draagvermogen: h3 (mm) Q (kg) 4250 3600 2900 850 1105 1250 850 1105 1250 600 850 850 22 D (mm) 500 600 700 Bij een laszwaarepun D van 600 mm en een maximale hefhooge h 3 van 3600 mm bedraag de maximale hefcapaciei Q 1105 kg. Hefhoogebegrenzing Aan de pijlvormige markeringen (42 en 43) kan de bediener zien wanneer hij de in he lasdiagram voorgeschreven hefhoogegrenzen heef bereik. 42 43 37

4.4 Hefcapacieiplaaje van he aanbouwapparaa He lasdiagram voor aanbouwapparaen bevind zich naas he lasdiagram van he inerne ranspormiddel en geef he draagvermogen Q (in kg) aan van he inerne ranspormiddel in combinaie me he bereffende aanbouwapparaa. He op he lasdiagram voor he aanbouwapparaa aangegeven serienummer moe overeenkomen me he ypeplaaje van he aanbouwapparaa. 5 Sabiliei De sabiliei van he inerne ranspormiddel is op basis van de acuele sand van de echniek geconroleerd. Daarbij word rekening gehouden me de dynamische en saische kiepkrachen, die bij gebruik volgens besemming kunnen onsaan. De sabiliei van he inerne ranspormiddel word onder andere beïnvloed door de volgende facoren: Banden Hefmas Aanbouwapparaa Geransporeerde las (grooe, gewich en zwaarepun) WAARSCHUWING! Gevaar op ongevallen door verlies van sabiliei Een wijziging van de vermelde componenen leid o een wijziging van de sabiliei. 38

C Transpor en eerse inbedrijfselling 1 Transpor U kun he ranspor afhankelijk van de bouwhooge van de hefmas en de plaaselijke omsandigheden op wee verschillende manieren uivoeren: saand, me gemoneerde hefmas (bij lage bouwhoogen) saand, me gedemoneerde hefmas (bij groe hefruckhoogen), alle mechanische verbindingen en alle hydraulische leidingen ussen basisoesel en hefmas zijn losgehaald. 2 Inern ranspormiddel verladen 2.1 Posiie zwaarepun van he inerne ranspormiddel WAARSCHUWING! Kanelgevaar in bochen door gewijzigde zwaarepunposiie De oale posiie van he zwaarepun kan afhankelijk van de ruckuivoering (in he bijzonder de hefmasuivoering) verschillen. Bij inerne ranspormiddelen zonder hefmas verplaas he zwaarepun zich in de riching van he conragewich. Inern ranspormiddel voorzichig en me aangepase snelheid rijden om kanelen e voorkomen. De afbeelding hiernaas oon de globale posiie van he zwaarepun. 39

2.2 Inern ranspormiddel me kraan verladen WAARSCHUWING! Gevaar door nie geïnsrueerd personeel bij verladen me kraan Door ondeskundig verladen me kraan door nie geschoold personeel kan he inerne ranspormiddel vallen. Om deze reden besaa er leselgevaar voor he personeel en he gevaar van maeriaalbeschadigingen aan he inerne ranspormiddel. He verladen moe worden uigevoerd door speciaal daarvoor geschoold vakpersoneel. He vakpersoneel moe in de ladingborging op voeruigen voor he wegverkeer en in de hanering van ladingborgmiddelen geïnsrueerd zijn. De juise dimensionering en de e nemen veiligheidsmaaregelen voor he verladen gedeailleerd per geval vasleggen. GEVAAR! Gevaar voor ongevallen door he breken van hijsmiddelen Uisluiend hijsmiddelen me voldoende draagvermogen gebruiken. Laadgewich = leeg gewich van he inerne ranspormiddel (+ baerijgewich bij elekrische rucks). De hefmas moe helemaal acherover geneigd zijn. De hijsmiddelen aan de hefmas moeen een vrije minimale lenge van 2 m hebben. Bevesigingsmiddelen van de hijsmiddelen zodanig aanbrengen, da ze bij he hijsen nie in conac komen me aanbouwdelen of he beschermdak. Nie onder zwevende lasen gaan saan. Alleen personen die geschoold zijn in he werken me bevesigingsmiddelen en hijsgereedschappen mogen he inerne ranspormiddel verladen. Bij he verladen me een kraan veiligheidsschoenen dragen. Nie in de gevarenzone komen en nie in de gevarenzone blijven saan. De hijsmiddelen aan de daarvoor besemde bevesigingspunen bevesigen en egen verschuiven borgen. Z Leeggewich van he inerne ranspormiddel: zie "Typeplaaje" op pagina 36. 40

Inern ranspormiddel me kraan verladen Voorwaarden Inern ranspormiddel veilig geparkeerd, zie "Inern ranspormiddel veilig parkeren" op pagina 105. 45 Werkwijze Hijsmiddelen aan de bevesigingspunen (44) en (45) sevig bevesigen. Inern ranspormiddel opillen en verladen. Inern ranspormiddel voorzichig laen dalen en beveiligd neerzeen, zie "Inern ranspormiddel veilig parkeren" op pagina 105. He inerne ranspormiddel me behulp van wiggen egen onbedoeld wegrollen beveiligen. He verladen me kraan is afgesloen. 44 41

2.3 Verladen me weede inern ranspormiddel WAARSCHUWING! Inern ranspormiddel kan worden beschadigd Bij he verladen me een weede inern ranspormiddel kan he e verladen inern ranspormiddel beschadigen. Verlading enkel door geschoold vakpersoneel. Voor he verladen enkel inerne ranspormiddelen gebruiken me voldoende draagvermogen. Enkel voor he be- en onladen oegesaan. Vorken van he weede inerne ranspormiddel zijn voldoende lang Transpor over langere afsanden is verboden. Inern ranspormiddel me weede inern ranspormiddel verladen Voorwaarden Inern ranspormiddel veilig geparkeerd, zie "Inern ranspormiddel veilig parkeren" op pagina 105. Werkwijze Inern ranspormiddel me vorkanden naar de zijkan ussen de assen opnemen. Inern ranspormiddel lich opillen en conroleren, of deze veilig op de vorkanden saa, indien nodig corrigeren of vorkanden me bevesigingsmiddelen borgen. Inern ranspormiddel voorzichig laden of lossen, zie "Opnemen, ransporeren en neerzeen van lasen" op pagina 116. Inern ranspormiddel langzaam op de vloer neerlaen en egen wegrollen borgen. Inern ranspormiddel is verladen. 42

3 Borging van he inerne ranspormiddel ijdens ranspor WAARSCHUWING! Ongeconroleerde bewegingen ijdens he ranspor Ondeskundige borging van he inerne ranspormiddel en de hefmas ijdens he ranspor kan o ernsige ongevallen leiden. He verladen mag uisluiend worden uigevoerd door speciaal daarvoor geschoold vakpersoneel. He vakpersoneel moe in de ladingborging op voeruigen voor he wegverkeer en in de hanering van ladingborgmiddelen geïnsrueerd zijn. De juise dimensionering en de e nemen veiligheidsmaaregelen voor he verladen gedeailleerd per geval vasleggen. Bij ranspor op een vrachwagen of aanhanger moe he inerne ranspormiddel vakkundig worden vasgesjord. De vrachwagen of aanhanger moe voorzien zijn van sjorogen. Inern ranspormiddel me behulp van wiggen egen onbedoelde bewegingen borgen. Enkel sjorriemen me voldoende nominale serke gebruiken. Slipvase maerialen voor he borgen van de laadhulpmiddelen (palle, wiggen,...) gebruiken, bijvoorbeeld een anislipma. Beveiliging me hefmas Beveiliging zonder hefmas 3 46 13 47 13 46 48 47 43

Inern ranspormiddel voor ranspor borgen Voorwaarden Inern ranspormiddel veilig op vrachwagen of aanhanger geplaas, zie "Inern ranspormiddel veilig parkeren" op pagina 105. Benodigd werkuig (gereedschap) en maeriaal 2 spangordels me spansyseem Borgwig. Werkwijze Inern ranspormiddel me spangordel (46) aan de bovense raverse van de hefmas (3) en de aanhangerkoppeling (13) of he voorse spabord (48) en aan de aanhangerkoppeling (13) bevesigen. Spangordel (46) me spansyseem (47) vasrekken. He inerne ranspormiddel is beveiligd voor he ranspor. 44

4 Eerse inbedrijfselling Veiligheidsaanwijzingen voor de samenselling en inbedrijfselling WAARSCHUWING! Gevaar voor ongevallen door onjuise monage De monage van he inerne ranspormiddel op de plaas van gebruik, de inbedrijfselling en de insrucie van de bediener mogen enkel door de speciaal voor deze aken geschoolde klanenservice van de producen worden uigevoerd. Pas nada de hefmas op de juise wijze is gemoneerd, mag u de hydraulische leidingen aansluien op de aansluiing basisruck en hefmas verbinden. Pas daarna mag he inerne ranspormiddel in bedrijf worden genomen. Als er meer inerne ranspormiddelen zijn geleverd, moe erop worden gele, da uisluiend lasopnamemiddelen, hefmasen en basisrucks me seeds hezelfde serienummer in elkaar worden geze. WAARSCHUWING! Gevaar door gebruik van ongeschike energiebronnen Gelijkgeriche wisselsroom beschadig de bouwgroepen (besuringen, sensoren, mooren e.d.) van de elekronische insallaie. Ongeschike kabelverbindingen (e lang, e kleine kabeldoorsnede) naar de baerij (sleepkabels) kunnen verhi raken waardoor he inerne ranspormiddel en de baerij kunnen verbranden. Inern ranspormiddel uisluiend me baerijsroom gebruiken. Kabelverbindingen naar de baerij (sleepkabels) moeen korer zijn dan 6 m en moeen een kabeldoorsnede van 50 mm² hebben. Gebruiksklaar maken na levering of na ranspor Werkwijze Conroleren of de uirusing volledig is. Vulhoeveelheid hydraulische olie conroleren, zie "Hydraulische syseem" op pagina 179. Transmissieoliepeil conroleren, zie "Conroleer he ransmissieoliepeil" op pagina 182. Indien nodig baerij moneren, zie "Baerij demoneren en moneren" op pagina 58. Baerij opladen, zie "Baerij laden" op pagina 53. Inern ranspormiddel kan nu in gebruik worden genomen, zie "Inern ranspormiddel voorbereiden op gebruik" op pagina 90. Z Inern ranspormiddel zonder eigen aandrijving verplaasen, zie "Inern ranspormiddel zonder eigen aandrijving verplaasen" op pagina 157. 45

46

D Baerij - onderhouden, opladen, vervangen 1 Veiligheidsvoorschrifen in de omgang me zuurbaerijen Onderhoudspersoneel Uisluiend hiervoor opgeleid personeel mag de baerijen opladen, onderhouden en vervangen. Neem bij he uivoeren van de werkzaamheden deze handleiding en de voorschrifen van de producen van de baerij en he baerijlaadsaion in ach. Brandpreveniemaaregelen Bij he werken me baerijen mag er nie gerook worden en er mag geen open vuur worden gebruik. In de buur van he voor he opladen geparkeerde inerne ranspormiddel mogen zich op een afsand van minimaal 2 m geen onvlambare soffen of vonkvormende bedrijfsmiddelen bevinden. De ruime moe gevenileerd zijn. Er moeen blusmiddelen worden klaargeze. VOORZICHTIG! Gevaar voor brandwonden door gebruik van ongeschike blusmiddelen Bij brand kan bij he blussen me waer leiden o een reacie me he baerijzuur. Daardoor kunnen brandwonden door zuren onsaan. Poederblusser gebruiken. Brandende baerijen nooi me waer blussen. Onderhoud van de baerij Houd de cellendeksels van de baerij droog en schoon. Klemmen en kabelschoenjes moeen schoon, me weinig accupoolve ingesmeerd en sevig vasgeschroefd zijn. Baerijen me nie-geïsoleerde polen afdekken me een slipvase isoleerma. VOORZICHTIG! Voor he sluien van de baerijdeur eers conroleren, da de baerijkabel nie word beschadigd. Bij beschadigde kabels besaa er een gevaar op korsluiing. De baerij afvoeren De baerijen mogen uisluiend me he afval worden afgevoerd onder inachneming en naleving van de naionale milieuvoorschrifen of afvalverwijderingsween. Leef beslis de gegevens na die de producen versrek over he afvoeren. 47

48

1.1 Algemene opmerkingen over he werken me baerijen WAARSCHUWING! Gevaar voor ongevallen en lesel bij he haneren van baerijen De baerijen bevaen opgelos zuur, da gifig en corrosief is. Conac me baerijzuur beslis voorkomen. Oud baerijzuur op de voorgeschreven wijze afvoeren. Bij he werken aan de baerijen moeen alijd beschermende kleding en oogbescherming worden gedragen. Baerijzuur nie op de huid, kleding of in de ogen erech laen komen, indien nodig baerijzuur me veel schoon waer uispoelen. Bij lesel (bijvoorbeeld na aanraking van huid en ogen me baerijzuur) meeen een ars opzoeken. Gemors baerijzuur meeen me veel waer neuraliseren. Er mogen uisluiend baerijen worden gebruik me gesloen baerijrog. De weelijke voorschrifen in ach nemen. WAARSCHUWING! Gevaar door he gebruik van ongeschike, voor he inerne ranspormiddel door de producen nie vrijgegeven baerijen Consrucie, gewich en afmeingen van de baerij hebben een aanzienlijke invloed op de bedrijfsveiligheid van he inerne ranspormiddel, in he bijzonder op de sabiliei en he draagvermogen ervan. He gebruik van ongeschike, door de producen nie voor he inerne ranspormiddel vrijgegeven baerijen kan bij de energieerugwinning o een verslechering van de remeigenschappen van he inerne ranspormiddel leiden en bovendien aanmerkelijke schade aan de elekrische besuring veroorzaken. He gebruik van door de producen voor di inerne ranspormiddel nie oegelaen baerijen kan daarom leiden o aanmerkelijke gevaren voor de veiligheid en gezondheid van personen! Er mogen uisluiend door de producen voor he inerne ranspormiddel vrijgegeven baerijen worden gebruik. De baerijuirusing mag alleen me oesemming van de producen worden vervangen. Bij he vervangen / inbouwen van de baerij erop leen da deze goed vaszi in de baerijruime van he inerne ranspormiddel. He gebruik van door de producen nie vrijgegeven baerijen is nie oegesaan. Voorafgaand aan alle werkzaamheden aan de baerijen, moe he inerne ranspormiddel veilig worden geparkeerd (zie "Inern ranspormiddel veilig parkeren" op pagina 105). 49

2 Baerijypen VOORZICHTIG! Enkel baerijen gebruiken, waarvan de afdekking of onder spanning saande onderdelen zijn geïsoleerd. He baerijgewich is aangegeven op he ypeplaaje van de baerij. Afhankelijk van de oepassing word he inerne ranspormiddel uigerus me een bepaald baerijype. De ondersaande abel oon onder vermelding van he vermogen, welke combinaies als sandaard zijn voorzien: Voeruigype Aanduiding Vermogen EFG 213 48V - 4PzS 460 Ah EFG 215 48V - 4PzS 460 Ah EFG 216k 48V - 5PzS 575 Ah EFG 216 48V - 6PzS 690 Ah EFG 218k 48V - 5PzS 575 Ah EFG 218 48V - 6PzS 690 Ah EFG 220 48V - 6PzS 690 Ah EFG 316k 48V - 5PzS 575 Ah EFG 316 48V - 6PzS 690 Ah EFG 318k 48V - 5PzS 575 Ah EFG 318 48V - 6PzS 690 Ah EFG 320 48V - 6PzS 690 Ah 50

2.1 Afmeingen van de baerijen Voeruigype Baerij 48 V Afmeing (mm) L max. B max. H1 +/- 2mm H2 +/- 2mm Nominaal gewich (-5/+8%) in kg EFG 213/215 830 522 612 627 715 EFG 216k/ 218k/ 830 630 612 627 855 316k/318k EFG 216/ 218/220/ 316/318/320 830 738 612 627 1025 51

3 Baerij vrijmaken 49 50 Voorwaarden Inern ranspormiddel veilig geparkeerd, zie "Inern ranspormiddel veilig parkeren" op pagina 105. Lasopnamemiddel neergelaen. Conacslo in de sand UIT. Sleuel uigerokken. NOODUIT-schakelaar in sand UIT. Werkwijze Baerijdeur (49) o aan de aanslag openen. Baerijsekker (50) erui rekken en voor de baerij laen hangen. De baerij is vrijgelegd. 52

4 Baerij laden WAARSCHUWING! Explosiegevaar door gassen die onsaan ijdens he laden Bij he laden geef de baerij een mengsel van zuursof en waersof (knalgas) af. De gasvorming is een chemisch proces. Di gasmengsel is zeer explosief en mag nie worden onsoken. Verbinden en loskoppelen van laadkabels van he baerijlaadsaion me de baerijsekker mag alleen plaasvinden als he laadsaion en inern ranspormiddel zijn uigeschakeld. Lader moe zijn afgesemd op de spanning en de laadcapaciei van de baerij. Voor he laden eers alle kabel- en sekkerverbindingen conroleren op zichbare beschadigingen. Voor voldoende venilaie zorgen van de ruime waarin he inerne ranspormiddel word opgeladen. De oppervlakken van de baerijcellen moeen ijdens he laden vrijliggen, om voldoende venilaie e garanderen. Als er me baerijen word gewerk, mag er nie worden gerook en mag er geen open vuur worden gebruik. In de buur van he voor he opladen geparkeerde inerne ranspormiddel mogen zich op een afsand van minimaal 2 m geen onvlambare soffen of vonkvormende bedrijfsmiddelen bevinden. Brandblussers moeen worden klaargeze. Geen mealen voorwerpen op de baerij plaasen. De veiligheidsvoorschrifen van de producen van baerij en laadsaion moeen beslis worden nageleefd. 4.1 Baerij laden me saionaire lader Z Baerijdeur moe bij he laden minimaal 200 mm geopend zijn, om voldoende venilaie e garanderen. Voorwaarden Inern ranspormiddel veilig geparkeerd, zie "Inern ranspormiddel veilig parkeren" op pagina 105. Baerij vrij gemaak. Lader uigeschakeld. Baerijsekker (50) van de voeruigsekker (51) verbroken. 51 50 52 Werkwijze Baerijsekker (50) me de laadkabel (52) van de saionaire lader verbinden en lader inschakelen. Baerij word geladen. 53

4.2 Baerij laden me geïnegreerde lader AANWIJZING Beschadigingen door nie correc gebruik van de geïnegreerde lader De geïnegreerde lader die besaa ui baerijlader en baerijconroller mag nie worden geopend. Bij soringen moe de klanenservice van producen worden ingelich. De lader mag alleen worden gebruik voor de door Jungheinrich geleverde baerijen of andere baerijen die na aanpassing door de klanenservice van de producen zijn oegelaen voor he inerne ranspormiddel. Ze mogen nie worden verwisseld me andere inerne ranspormiddelen. De baerij nie egelijkerijd op wee laders aansluien. Neaansluiing De nekabel kan variëren naargelang de grooe van de geïnegreerde lader: geïnegreerde lader me 65 Ah: 16 A; 230 V; 3-polig geïnegreerde lader me 130 Ah: 16 A; 400 V; 5-polig GEVAAR! Elekrische schok en brandgevaar Beschadigde en ongeschike kabels kunnen een elekrische schok en brand door oververhiing veroorzaken. Enkel nekabels me een maximale kabellenge van 30 m gebruiken. Kabelrol bij gebruik helemaal afrollen. Uisluiend de originele nekabels van de producen gebruiken. Isolaiebeschermingsklasse en besendigheid egen zuren en logen moe overeensemmen me de nekabels van de producen. 54

Z Baerijdeur moe bij he laden minimaal 200 mm geopend zijn, om voldoende venilaie e garanderen. Baerij opladen Voorwaarden Inern ranspormiddel veilig geparkeerd, zie "Inern ranspormiddel veilig parkeren" op pagina 105. Baerij vrij gemaak. Lader uigeschakeld. Baerijsekker (50) van de voeruigsekker (51) verbroken. Werkwijze Geïnegreerde lader me sroomkabel aansluien op he sopconac. He laden sar auomaisch. Bij ingeschakeld inern ranspormiddel kun u de laadoesand en de reserende laadijd op he indicaie-eenheid aflezen, zie "Indicaie" op pagina 87. Baerij word geladen. Z Als de "waarschuwingsindicaie baerij (53)" na he opladen van de baerij brand, moe de baerij bij uigeschakeld inern ranspormiddel worden gevuld me waer. 53 am pm 100 % km/h inch lbs m kg eff code err 55

LED-indicaies baerijlader groene LED knipper lich op Beekenis Laadproces Laadproces afgesloen rode LED knipper Beekenis Soring LED-indicaies baerijconroller wie LED knipper Beekenis Radione geaciveerd blauwe LED lich op Beekenis Elekrolysand e laag (word na iedere lading gemeen) gele LED knipper rollend lich op Beekenis Laadproces Laadoesand rode LED knipper Beekenis Soring 56

Druppelladen: He druppelladen begin auomaisch na he volooien van he laden. Deellading: De lader is zodanig geconsrueerd, da hij zich bij he ussenijds laden van gedeelelijk geladen baerijen auomaisch aanpas. Di beperk de baerijslijage. Z Wanneer he laden moe worden onderbroken, oes (54) indrukken, nesekker pas uirekken, wanneer de groene LED uigaa. He laden sar opnieuw, wanneer de nekabel weer is verbonden me he sopconac. 54 57

5 Baerij demoneren en moneren WAARSCHUWING! Gevaar op ongevallen bij he ui- en inbouwen van de baerij Door he gewich en de baerijzuren, kan er bij he ui- en inbouwen van de baerij lesel onsaan. Neem de paragraaf Veiligheidsvoorschrifen in de omgang me zuurbaerijen in di hoofdsuk in ach. Draag bij he ui- en inbouwen van de baerij veiligheidshandschoenen. Gebruik uisluiend baerijen me geïsoleerde cellen en geïsoleerde poolconnecoren. Ze he inerne ranspormiddel horizonaal, om e voorkomen da de baerij erui glijd. Vervang de baerij alleen me kraanhulpmiddelen me voldoende draagvermogen. Gebruik alleen goedgekeurde hulpmiddelen voor he vervangen van de baerij (baerijwisselframe, baerijwisselsaion, ec.). Le er op da de baerij sevig in de baerijruime van he inerne ranspormiddel is geplaas. 58

5.1 Monage van de wisselbinding VOORZICHTIG! Monage van de wisselbinding alleen op juniorruck (EJE) of handpompwagen van Jungheinrich AG me aanwijzingsborden oegesaan. Voorwaarden EJE of handpompwagen me boorgaen volgens monagehandleiding, zie "monagehandleiding" op pagina 60 beschikbaar. Werkwijze Borghaak (55) openen. Hiervoor pedalen (56) inrappen. Gebogen pennen (57) in de vorkanden van de EJE of handpompwagen haken. Wisselbinding omlaag duwen en pen (58) in de boorgaen plaasen. Borghaak (55) sluien. Hiervoor pedalen (56) inrappen. Borgplaa (59) egen diefsal bevesigen me 4 bouen (o). 56 57 58 55 59 59

5.1.1 monagehandleiding Ø 16 x4 Z Werkwijze In de EJE of handpompwagen volgens de boorsjabloon 4 gaen boren me een diameer van 16 mm. Op voldoende afsand ussen de duwsang en de onderkan van de vork leen. Veiligheidsborden aanbrengen op de EJE. 90 130 1150 458 60