Handleiding. CRV Mineraal

Vergelijkbare documenten
Handleiding NRS Mineraal Invoer Bemestingsplan

Grondgebruik (ha) Grasland 27,00 Bouwland 5,00. Aantal graasdieren (incl. uitgeschaard naar natuurterrein) 100 Melkkoeien 90,0

Handleiding Centrale Database Kringloopwijzer. Januari 2017

Protocol Centrale Database Kringloopwijzer BEP-Pilot

Protocol Centrale Database Kringloopwijzer

CRV Mineraal Bedrijfsspecifieke excretie

Handleiding invullen van Kringloopwijzer in de Centrale Database

Handleiding invullen van KringloopWijzer in de Centrale Database

NRS Mineraal. Managementproducten - NRS Mineraal. Beslissen van kalf tot koe

UNIFORM - Koppeling Kringloopwijzer. Handleiding om de Koppeling Kringloopwijzer te gebruiken

Protocol invullen Kringloopwijzer Stand-alone versie. December 2016

Handleiding voor invullen excretiewijzer (BEX, BEA)

Handleiding invullen van KringloopWijzer in de Centrale Database

Stappenplan voor het invullen van de mestboekhouding van 2017

Fosfaatklasse. Grondmonster

NutriNorm.nl. Op NutriNorm vindt u praktische en onafhankelijke informatie over bemesting, meststoffen, bodem en strooien.

UNIFORM - Koppeling Kringloopwijzer. Handleiding om de Koppeling Kringloopwijzer te gebruiken

Uitslag Excretiewijzer

Wat Wanneer Gegevens doorgeven aan Dienst Regelingen

Protocol voor het invoeren van de Kringloopwijzer op de CRV website


Handleiding. SaldoMaster

UNIFORM - Handleiding Grasland

Handleiding invullen van de KringloopWijzer in de Centrale Database

Kansen voor mestscheiding

Handleiding 2014 voor Unitip online Unitip extern module

Uitslag KringloopWijzer

Stap 1. Ga naar en klik onder het kopje Producten en Tools op Kringloopwijzer.

Paarden 6 mnd., kg 11 11,6 127,6 36,6 402,6 17,5 192,5 Paarden 6 mnd., > 450 kg 4 15,0 60,0 47,6 190,4 22,0 88,0 Totaal

Mestbeleid. Stelsel van verplichte mestverwerking. 13 januari Joke Noordsij. Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

Handleiding Gecombineerde opgave

Handleiding bij de BASsistent Mestproductie

UNIFORM-Grasland Handleiding

Mestbeleid. Verplichte mestverwerking

Resultaten KringloopWijzers 2016

Teelthandleiding wettelijke regels

Laag bodemoverschot deelnemers Vruchtbare Kringloop Overijssel

Hoe maak je een bemestingsplan binnen de gebruiksnormen

Opgave Gewaspercelen

Handleiding TeeltCentraal van De Schakel

Instructie instellen machtigingen voor adviseurs en datakoppelingen


HANDLEIDING PROEFTUIN-BEA VOOR MELKVEEHOUDERS (versie 2015)

Tempel A D V I E S. Agrarisch adviesbureau. in Lunteren. Ir. FCA van den Tempel Tel

Deze toelichting is opgesteld door het CBS op verzoek van het Ministerie van LNV.

De KringloopWijzer & bodem

Nutriëntenbalans (N & P) in BRP. Wetenschappelijke onderbouwing. CLM Onderzoek en Advies BV

Handleiding. Digitaal indienen Geliberaliseerde pachtovereenkomst voor 6 jaar of korter

Hoe haal ik voordeel uit de KringloopWijzer?

KringloopWijzer. Johan Temmink

Vruchtbare Kringloop Overijssel

Handleiding opgeven gewaspercelen

Handleiding Zorgverzekeraar Winmens versie 7.29

Handleiding planner. Handleiding RoosterPlaats pagina 1

Land- en Tuinbouw Organisatie Noord

Offective > CRM > Vragenlijst

Naar een duurzaam bodemen nutriëntenbeheer via de kringloopwijzer akkerbouw

Bij het opstarten van het programma zie je

Groeimogelijkheden verkend bij AMvB grondgebonden melkveehouderij

De organische stof balans: nuttig instrument voor bouw- èn grasland. NMI, Marjoleine Hanegraaf. Opstellen van een balans. Principe van een OS- balans

PARTIJOPGAVE NAKTUINBOUW

Central Station Urenregistratie

Via uitvoer CRV Mineraal kringloopwijzer invullen

HANDLEIDING FRIREC. Versie 1.2.2

Samenwerking tussen melkveehouderij en akkerbouw

Korte praktische handleiding Inschrijf systeem Markten georganiseerd door de HOB Den Helder

Ammoniakreductie, een zaak van het gehele bedrijf

Uitvoering Kringloopwijzer. Tussenrapportage Eindredactie: Barend Meerkerk PPP-Agro Advies

Met deze tool is het mogelijk om op perceels- en bedrijfsniveau een overzicht te maken van de OSbalans. Hiervoor is de informatie nodig:

Handleiding helpdesk. Datum: Versie: 1.0 Auteur: Inge van Sark

Met deze tool is het mogelijk om op perceelsniveau voor een gewasrotatie een overzicht te maken van de OS-balans. Hiervoor is de informatie nodig:

Gebruikersbijeenkomst Koppeling Kringloopwijzer

Oplossing mestafzet voor de veehouderij in De Liemers

Handleiding capaciteitsplanning

TV DE SCHAKEL CROP ONLINE - PERCEELREGISTRATIE VIA INTERNET

Mest Mineralen Kringloopwijzer

Inhoud Inkopen Status... 2 Snel inkopen registreren... 3 Leverancier toevoegen... 3 Inkopen aanpassen of verwijderen... 4 Rapport: Inzoomen...

Uitslag KringloopWijzer

Rekenmodel grondgebondenheid behorende bij de AMvB Verantwoorde groei melkveehouderij

Geachte melkveehouder,

Handleiding 2014 voor Unitip online

VIVA2.0 Bedrijfsbehandelplan / Bedrijfsgezondheidsplan

Handleiding. BestWeide+

Handleiding bij BASsistent Mestproductie 2009 versie 1.3

Handleiding WebHome Mediamanager Brochure module

Weiden met kringloop wijzer? Blij met een koe in de wei?

Medewerkershandleiding Versie 1.1

Handleiding CrisisConnect app beheersysteem

Uitslag Kringloopwijzer

Handleiding herhaalbestellen in de MijnAgrifirm bestelportal.

SYMPOSIUM 28 maart Welkom!

1. Inleiding. 2. Inloggen:

We gaan een relatie toevoegen en bespreken alle velden die daarbij van toepassing zijn. De relaties zijn zichtbaar in uw rechter scherm.

Achtergronden Koeien & Kansen - KringloopWijzer

Weidegang & KringloopWijzer. Michel de Haan, et al.

Inhoud 1. Mijn collectanten De voorbereidingen voor de collecteweek Na afloop van de collecteweek Mijn gebied...

Handleiding Mijn percelen

Handleiding teeltregistratie via extranet. Handleiding teeltregistratie via extranet

Handleiding Mijn percelen

Transcriptie:

Handleiding CRV Mineraal

Inhoudsopgave Inhoudsopgave 2 CRV Mineraal 4 Algemeen: Overzichtsscherm 4 Actueel: 5 Formulier papieren overzichten 5 Beheer klantnummers 5 1. Invoer bemestingsplan 6 Algemene instellingen 6 2. Grondgebruik 7 2.1 Basisteelt 7 2.2 Volgteelt 9 3. Bodemonderzoek 9 3.1 Aanwezige onderzoeken 9 3.2 Koppelen percelen 10 3.3 Topografische percelen 11 4. Graasdieren 12 4.1 Rundvee 12 4.2 Excretie melkvee 13 4.3 Overige graasdieren 14 5. Mestgegevens 14 5.1 Opslagcapaciteit 15 5.2 Eigen Productie 15 5.3 Mestscheiden 15 5.4 Beginvoorraden 18 5.5 Eindvoorraden 19 5.6 Aanvoer via leverancier 19 5.7 Aanvoer totaal 20 5.7 Afvoer 21 6. Mestgift 22 6a. Perceelsniveau 22 6.1 Dierlijke mest 22 6.2 Kunstmest 23 6b. Snedeniveau 24 Pagina 2 van 30 Handleiding CRV Mineraal versie november 2015

7. Invoer BEX 24 7.1 Excretie Melkvee 24 8. Voergegevens 25 8.1 Beginvoorraad 25 8.2 Aanleg via laboratoria 25 8.3 Aanleg totaal 26 8.4 Aanvoer via leverancier 26 8.5 Aanvoer totaal 27 8.6 Afvoer 27 8.7 Eindvoorraad 27 9. Invoer staldieren 28 10. KringloopWijzer 30 10.1 Invoer 30 10.2 Overzicht 30 11. Centrale KringloopWijzer 30 11.1 Overzicht 2015 30 2015, CRV Uitgegeven in eigen beheer De informatie en adviezen van CRV zijn uitsluitend strikt bedoeld voor gebruik binnen uw eigen bedrijfsvoering. Toepassing van alle informatie en adviezen is op eigen verantwoording. CRV is nimmer aansprakelijk voor enige schade, ongeacht de aard of oorzaak van die schade, die samenhangt met informatie of adviezen of het gebruik daarvan. Tevens kunnen het product en de informatie in deze handleiding zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. Pagina 3 van 30 Handleiding CRV Mineraal versie november 2015

CRV Mineraal CRV Mineraal helpt u bij het opstellen van het bemestingsplan. De meeste veehouders, zeker zij die derogatie hebben aangevraagd, dienen jaarlijks een bemestingsplan op te stellen. Een compleet bemestingsplan verkrijgt u door de bij u bekende gegevens in het menu Mestbeleid van stap 1 tot en met 9 (op volgorde) in te vullen. Melkveehouders die hun mineralenefficiëntie beter in beeld willen hebben of melkveehouders die vanaf 1 januari 2015 verplicht zijn om de Centrale KringloopWijzer in te vullen op www.dekringloopwijzer.nl hebben onder punt 10 van de KringloopWijzer de mogelijkheid om de aanvullende gegevens die gevraagd worden in de Centrale KringloopWijzer in te vullen. Onder Overzicht kan vervolgens een overzicht getoond worden. Onder punt 11 Centrale KringloopWijzer kunt u het overzicht 2015 opvragen. Aan de hand daarvan kunt u de Centrale KringloopWijzer op www.dekringloopwijzer.nl gemakkelijk invoeren. Wanneer een veehouder een bemestingsplan heeft opgesteld incl. BEX dan is 90-95% van alle benodigde informatie voor de KringloopWijzer al vastgelegd! Algemeen: Overzichtsscherm Pagina 4 van 30 Handleiding CRV Mineraal versie november 2015

Actueel: Formulier papieren overzichten Via VeeManager hebt u als deelnemer altijd toegang tot alle overzichten. Wanneer u onderstaande overzichten niet meer per post wilt ontvangen, kunt u de optie niet aanvinken. Vervolgens zult u de overzichten van half februari en half april niet meer op papier ontvangen. Beheer klantnummers In het scherm Beheer klantnummers worden de relaties weergegeven waarvoor u een machtiging hebt afgegeven. Met deze relaties worden gegevens uitgewisseld. Wanneer er een relatie ontbreekt, kunt u deze aanvullen via de button toevoegen. Let op: Het wijzigen van de machtiging van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland kan alleen schriftelijk. Bij het invoeren van een nieuwe machtiging is het vermelden van een correct klantnummer van groot belang. Pagina 5 van 30 Handleiding CRV Mineraal versie november 2015

1. Invoer bemestingsplan Algemene instellingen In dit scherm worden algemene gegevens gevraagd, zoals de deelname aan derogatie en of uw melkkoeien worden geweid. Afhankelijk van de opties die zijn aangegeven zal CRV Mineraal, in overeenstemming met de mestwetgeving, de bijbehorende normen hanteren. Jaar: Selecteer het jaar waarvoor het bemestingsplan wordt opgesteld. Derogatie: U mag op landbouwgrond 170 kilogram stikstof (N) uit dierlijke mest per hectare per jaar gebruiken. Wanneer u deelneemt aan Derogatie wordt dit 230 of 250 kilogram N per ha. Kijk voor de voorwaarden op www.rvo.nl. Wordt bij derogatie Nee aangevinkt, dan wordt de berekening uitgevoerd met 170 kg N. Wordt Ja aangevinkt, dan zal de berekening worden uitgevoerd op basis van een toegestane dierlijke mestgift van 230 kg of 250 kg stikstof (N) per ha. Op scherm 2. Grondgebruik Basisteelt kunt u bij Derogatie aangeven of uw norm 230 of 250 kg stikstof is. Beweiding rundvee: Wanneer beweiding op uw bedrijf van toepassing is (zie vermelde opmerking op het scherm) dan vult u hier Ja in. Let op: Op scherm 4. Graasdieren Rundvee dient u de dagen en uren beweiding ook in te vullen, anders wordt de beweiding niet berekend. Fosfaatdifferentiatie: Rundveebedrijven kunnen via de Gecombineerde Opgave (GO) bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland aangeven dat zij gebruik willen maken van de ruimere fosfaatnormen. Bedrijfsspecifieke excretie: Veehouders die willen afwijken van de excretieforfaits voor rundvee, kunnen gebruikmaken van de bedrijfsspecifieke excretie (BEX). Wordt bij bedrijfsspecifieke excretie Ja aangevinkt, dan zal de berekening Pagina 6 van 30 Handleiding CRV Mineraal versie november 2015

uitgaan van een bedrijfsspecifieke excretie van het rundvee. In dit geval dienen ook alle bekende voergegevens te worden ingevuld (in scherm 8. Voergegevens). Bemestingsadvies: De overheid vraagt de rundveehouder vast te leggen op welke wijze de mest over de percelen wordt verdeeld. Hierbij wordt rekening gehouden met de bodembehoefte van de percelen. Vinkt u bij Bemestingsadvies Perceelsniveau aan, dan kan de voorgenomen bemestingsgift op perceelsniveau worden vastgelegd. Gebruik staldiergegevens: Wanneer u uw staldieren (zie ook scherm 9. Invoer staldieren (bijv: witvleeskalveren, varkens, kippen etc.) wilt meenemen in uw berekening, kies dan Ja. Mestverwerkingsregio: U dient altijd aan te geven wat uw mestverwerkingsregio is. Afhankelijk van de regio moet een groter of kleiner deel van het fosfaatoverschot worden verwerkt. Welk deel dit is, is afhankelijk van uw mestverwerkingsregio. Kijk voor de actuele informatie op www.rvo.nl. Melkveefosfaatreferentie (kg): De melkveefosfaatreferentie is gebaseerd op de mestproductie van de melkveestapel in 2013. Deze referentie hebt u ontvangen van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. Dit getal kunt u hier invullen. Meststoffenleverancier: Hier wordt de bekende meststoffenleverancier van het bedrijf getoond. Op basis van deze leverancier worden verderop in het programma ook de meststoffen getoond die deze leverancier in zijn assortiment heeft. Wordt hier niet de juiste of wordt er geen leverancier getoond, dan kunt u contact opnemen met CRV Klantenservice, telefoon: (088) 002 44 40 of via e-mail: klantenservice.nl@crv4all.com. 2. Grondgebruik 2.1 Basisteelt Op scherm 2. Grondgebruik Basisteelt worden de percelen getoond die via de uitwisseling met de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland bij ons bekend zijn. Hebt u hierin (zelf) in CRV Mineraal gegevens gewijzigd, dan wordt uiteraard de actuele situatie getoond. Belangrijk: - U dient uit te gaan van de oppervlaktegewassen zoals deze op 15 mei van het betreffende jaar zijn doorgegeven met de Gecombineerde Opgave bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. - Ga bij de hectares uit van de beteelde oppervlakten. Onderin het scherm worden de hectares en percentages grasland, bouwland en eventueel natuur getoond. Het percentage grasland is een belangrijke voorwaarde voor Derogatie. Wanneer u de KringloopWijzer invult, is het van belang om aan te geven of u klaver hebt in de graspercelen. Geef bij Grondsoort de juiste grondsoort en bij Verdeling zand de juiste vochttoestand aan. Pagina 7 van 30 Handleiding CRV Mineraal versie november 2015

Button toevoegen: Wilt u een perceel toevoegen, gebruik dan de button toevoegen. Button Opslaan: Wilt u de doorgevoerde wijzigingen opslaan, gebruik dan de button Opslaan. Button Dienst Regelingen (Rijksdienst voor Ondernemend Nederland): Onder de button Dienst Regelingen vindt u de meest recente gegevens die via Opgave percelen (van de Gecombineerde Opgave) gemeld zijn bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. De gegevens van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland kunt u overnemen in uw bemestingsplan met de button Overnemen. Let op: hiermee overschrijft u wel eventueel eerder aangebrachte mutaties op het hoofdscherm Basisteelt. Na het overnemen kunnen eventuele wijzigingen worden doorgevoerd. Gegevens worden niet doorgestuurd naar de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. Button Overnemen: Onder de button Overnemen 20** vindt u de percelen die u het voorgaande jaar hebt vastgelegd in uw bemestingsplan. Wanneer u ervoor kiest deze over te nemen, dan neemt u de percelen van vorig jaar over inclusief de bijbehorende koppelingen met de bodemonderzoeken. Na het overnemen hoeft u alleen nog de wijzigingen in het bouwplan ten opzichte van het voorgaande jaar vast te leggen. Perceelomschrijving: De perceelomschrijving die van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland binnenkomt, betreft alleen een perceelnummer. U kunt de omschrijving wijzigen door in het betreffende veld de tekst aan te passen. Gewas: Onder de kolom gewas kunt u allerlei gewassen selecteren via het dropdownmenu. Door bijvoorbeeld een g in te typen, verschijnt automatisch grasland. Snijmais is eenvoudig te vinden door een s in te typen. Let op: Wanneer u gebruikmaakt van natuurterrein SN, dan wordt deze grond niet meegerekend in de berekening voor de plaatsingsruimte. De gebruikte mest op eigen natuurterrein kunt u invullen als afvoer van mest. Hiervoor dient een vervoersdocument te worden aangemaakt met code 34 voor mestafvoer naar natuurterrein. Dit kan worden ingebracht in Afvoer dierlijke mest onder het menu-item 5. Mestgegevens. Wanneer CRV niet weet welke grond als SN-grond is aangemerkt, dient u dit zelf nog aan te passen. Hetzelfde geldt voor bos aangemerkt als niet-productiebos en dus ook natuurterrein. Pagina 8 van 30 Handleiding CRV Mineraal versie november 2015

Klaver: In deze kolom geeft u het percentage klaver op. Grondsoort: In de kolom grondsoort kunnen de volgende grondsoorten gekozen worden: klei, veen, zand, löss en zuidelijk zand. In enkele gevallen kan het voorkomen dat bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland de grondsoort van een perceel niet bekend is. U ziet dan grondsoort onbekend ingevuld staan. Let op: Wijzig dit altijd in de betreffende grondsoort, anders wordt dit perceel niet meegenomen in de berekeningen. Hectares: Via de kolom hectares kunt u de beteelde oppervlakte ingegeven. Fosfaatarme grond: De fosfaatgebruiksnorm is afhankelijk van de fosfaattoestand van de bodem. De fosfaattoestand van de bodem moet blijken uit de bemonstering en analyse van de oppervlakte landbouwgrond. Hebt u geen bodemonderzoek dan wordt gebruikgemaakt van de laagste fosfaatgebruiksruimte (categorie hoog). Grond is fosfaatarm of -fixerend als het PAL-getal lager is dan 16 (bij grasland) en het PW-getal lager dan 25 (bij bouwland). Op deze landbouwgronden mag u meer fosfaat gebruiken, namelijk 120 kilogram per hectare. Geef tussen 1 april en 15 mei via de Gecombineerde opgave door dat u gebruik wilt maken van deze hogere norm. Per gewasperceel vult u de PAL-waarde (grasland) of PW-waarde (bouwland) in. Om voor fosfaatreparatie in aanmerking te komen (120 kg/ha) is een gestratificeerde monstername (via de satelliet) verplicht. Extreme neerslag: Als u op uw bouwgrond gebruik wilt maken van herstelbemesting na extreme neerslag dan klikt u het vinkje aan. Kijk voor de gestelde voorwaarden: op https://mijn.rvo.nl. 2.2 Volgteelt Via het scherm 2. Grondgebruik Volgteelt kunnen eventuele volgteelten worden opgegeven. Begint u na de eerste teelt met een andere teelt, dan kunt u ook deze volgende teelt meenemen in de berekening van de totale stikstofgebruiksruimte voor uw bedrijf. Per volgteelt kunt u een stikstofgebruiksnorm meetellen. Voor enkele gewassen mag u de norm pas meetellen in het jaar van oogsten (zie tabel 1, voetnoot 5 www.rvo.nl). Als in de tabel een aparte norm is opgenomen voor een volgteelt, dient u die te gebruiken. In andere gevallen kunt u rekenen met de norm die zou gelden wanneer het om een eerste teelt gaat. Let op: Dit geldt niet voor gewassen waarbij meermalige oogst is vermeld. Voor deze gewassen geldt de norm voor het hele jaar en niet per teelt. Volgteelt na mais: als u na de teelt van mais een groenbemester, tijdelijk grasland of een verplicht vanggewas teelt, mag u voor deze volgteelt geen extra stikstofgebruiksnorm meetellen. De normen voor mais zijn inclusief de norm van de daarop aansluitend geteelde groenbemesters. 3. Bodemonderzoek 3.1 Aanwezige onderzoeken Het scherm Aanwezige onderzoeken toont de bekende bodemonderzoeken. Bodemonderzoeken zijn vier jaar geldig. De peildatum voor Derogatie (N) is 1 februari (tenzij door weersomstandigheden de peildatum door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland verschoven is), voor fosfaat (P2O5) is de peildatum 15 mei (opgave Gecombineerde Opgave). De gegevens uit het monster zijn geldig tot 4 jaar na monstername. Het monster is dus geldig als de datum van monstername op de peildatum (1 februari of 15 mei) niet ouder is dan 4 jaar. Is het overzicht leeg of niet compleet, kijk dan of bij Beheer klantnummers, bij het bewuste laboratorium met uw juiste klantnummer, de machtiging op Ja staat. Pagina 9 van 30 Handleiding CRV Mineraal versie november 2015

U kunt zelf een bodemonderzoek inbrengen via de button toevoegen. Aanwezige onderzoeken Bodemonderzoek: Geef bij Bodemonderzoek de naam in van het onderzoek (bijv. de perceelsnaam). Lab.: Bij Lab (laboratoria) kunt u kiezen uit één van de acht laboratoria (Eurofins Agro, Lzvl, Alnn, Roba, Altic, Terra, Koch bodemtechniek, A.C.M.M.A. Milieulab). Staat een laboratorium niet in deze lijst? Geef dit dan door aan CRV Klantenservice telefoon: (088) 002 44 40 of via e-mail: klantenservice.nl@crv4all.com, zodat deze kan worden toegevoegd aan de lijst. Niet alle laboratoria leveren de onderzoeken bij ons aan. NLV, P-AL, PW en P-PAE: Voor de verdere berekening van het bemestingsplan is het nodig dat het N-leverend vermogen en de P-AL/PW/P- PAE-waarden zijn vermeld. 3.2 Koppelen percelen Alleen van gekoppelde percelen wordt een bemestingsadvies berekend. Op die percelen kan de mest worden verdeeld. Pagina 10 van 30 Handleiding CRV Mineraal versie november 2015

Perceelsomschrijving: Kies onder Perceelsomschrijving een perceel. Hier wordt de perceelsomschrijving getoond die is ingebracht onder Grondgebruik - Basisteelt of zoals die van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland is ontvangen. Bodemonderzoek: Per perceel dient in de kolom Bodemonderzoek het aan een perceel behorende bodemonderzoek te worden gekoppeld. In het verschijnende dropdownmenu staan de bekende bodemonderzoeken. Eén of meerdere van de bodemonderzoeken kan worden gekoppeld. Hectares: Voer het aantal hectares in dat het perceel groot is. Let op: Een Derogatieonderzoek heeft een maximum van 5 ha. Is een perceel groter dan 5 ha, dan dient het perceel te worden gekoppeld aan meerdere bodemonderzoeken. Dit kan door op toevoegen te klikken en vervolgens het betreffende perceel nog eens te selecteren. Vervolgens kan dit deel van het perceel aan een ander bodemonderzoek worden gekoppeld. Is een perceel kleiner dan 5 ha en ieder perceel niet groter dan 2,5 ha, dan mogen twee of meer percelen aan één bodemonderzoek worden gekoppeld, mits hierbij de grens van 5 hectare niet wordt overschreven. Indien meerdere bodemonderzoeken bij één perceel horen, voegt u het perceel toe en koppelt het aan het volgende bodemonderzoek en vult bij Hectares die oppervlakte in, die voor dit gekoppelde bodemonderzoek van toepassing is. Oranje: Oppervlakte gekoppeld(e) monster(s) is kleiner dan het perceeloppervlak. Rood: Oppervlakte gekoppeld(e) monster(s) is groter dan het perceeloppervlak. Bodemonderzoeken van percelen > 5 ha kunnen via de satelliet zijn genomen, dit noemen we gestratificeerde monsters. Bij gestratificeerde monstername geldt geen maximum aan de oppervlakte per monster. Bij percelen groter dan 5 ha is de uitslag van een gestratificeerd monster echter niet geschikt voor landbouwkundig gebruik. Daarvoor is de monstername te grofmazig. Onderaan het scherm vindt u het totaal aantal hectares. Zowel het totaal aan hectares waar het programma mee rekent als de hectares die zijn gekoppeld aan de bodemonderzoeken worden getoond. Dit dient met elkaar overeen te komen. Controleer ook of dit overeenkomt met uw eigen administratie. 3.3 Topografische percelen Een topografisch perceel is een aaneengesloten oppervlakte landbouwgrond die wordt begrensd door bijvoorbeeld wegen, paden of sloten. Binnen een topografisch perceel kunnen meerdere gewaspercelen liggen, die bij een of meerdere ondernemers in gebruik zijn. Wanneer bij u meerdere (apart weergegeven) percelen samen één topografisch perceel vormen, dient u deze hier te koppelen aan dezelfde naam (zelf inbrengen) van dat topografische perceel. Pagina 11 van 30 Handleiding CRV Mineraal versie november 2015

4. Graasdieren 4.1 Rundvee Op het scherm 4. Graasdieren Rundvee worden diverse rundveecategorieën vermeld. Per categorie is het gemiddeld aantal dieren van het afgelopen jaar berekend. Het betreft een rollend jaargemiddelde. Voor de indeling van de diercategorieën geldt als basis het bedrijfstype, waarmee het bedrijf is geregistreerd bij De Gezondheidsdienst voor Dieren. Let op dat u bij het switchen tussen BEX Ja en Nee hier dezelfde gegevens invult! De wijzigingen per diercategorieën kunt u opslaan via de button opslaan. Pagina 12 van 30 Handleiding CRV Mineraal versie november 2015

Aantal in berekening: Wilt u niet dat het Bemestingsplan rekent met het rollend jaargemiddeld voor een bepaalde categorie (bijvoorbeeld omdat de bedrijfsvoering wordt aangepast)? Via de kolom Aantal in berekening kunt u per categorie aangeven met welke dieraantallen het bemestingsplan moet rekenen. % vaste mest: Uitgangspunt is dat de dieren drijfmest produceren. Is dit niet het geval, geef dan in de kolom % vaste mest aan wat het percentage vaste mest is. Let op: bij de categorie jongvee < 1 jaar wordt ervan uitgegaan dat de kalveren tot 2 maanden op stro worden gehuisvest. Beweiding: Vul bij beweiding het gemiddeld aantal dagen plus uren per dag in dat de dieren buiten lopen. Op basis van deze gegevens wordt: - bepaald of het (melk)vee wordt geweid. In de berekening wordt rekening gehouden met de bijbehorende normen voor weiden. Weiden geeft een lagere N-gebruiksnorm en een lagere werkingscoëfficiënt van dierlijke mest (45 t.o.v. 60%). - berekend hoeveel mest er via beweiding door de koeien op het land wordt gebracht. - bepaald of het melkvee langer of korter dan 135 dagen wordt beweid. Dit onderscheid wordt gebruikt bij het menu-item 7. Bedrijfsspecifieke excretie. 4.2 Excretie melkvee Via het scherm Excretie melkvee kan eventueel de melkproductie per koe en het ureumgetal worden aangepast. Voor melkkoeien is de excretie (productie stikstof en fosfaat in de mest) onder andere afhankelijk van het ureumgehalte en de melkproductie per koe. Melkproductie: Hebt u ons gemachtigd om de zuivelgegevens op te halen bij uw zuivelfabriek, dan tonen we hier de gemiddelde melkproductie per koe op basis van de gegevens van de zuivel. Dit zijn ook de gegevens waar de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland mee werkt. Rekenregels: Bron: zuivel (Zuivelfabriek) Er wordt een jaargemiddelde berekend op basis van de beschikbare zuivelleveranties. De bron is dan Zuivel voor melk en Ureum. Als de melkproductie en/of het ureumgehalte uit de leveranties echter niet goed is te bepalen (te veel ontbrekende leveranties), dan wordt de standaard gebruikt (zie Bron Standaard). Bron: MPR (rollend jaargemiddelde op basis van de MPR) Als er geen zuivelleveranties zijn of te veel leveranties ontbreken (> 182 dagen), wordt het rollend jaargemiddelde van de MPR gebruikt indien dit aanwezig is. Bron is in dit geval de MPR. Bron: Standaard (Melkproductie per koe 7.500 kg, ureum 26) Zijn er niet voldoende zuivelleveranties aanwezig en ook geen MPR-gegevens, dan wordt de waarde van de Pagina 13 van 30 Handleiding CRV Mineraal versie november 2015

standaardkoe gebruikt. Wanneer het UBN een zelfzuivelaar betreft zijn er dikwijls geen zuivelleveranties beschikbaar bij een zuivelfabriek en zal dus ook de standaardkoe worden gebruikt. Bron Diverse (Meerdere UBN s met verschillende bronnen) Als een BRS meer dan één UBN bevat, kan het voorkomen dat de melkproductie van het ene UBN uit de zuivelleveranties is berekend en bij het andere UBN is opgegeven via internet of berekend via de MPR. In dat geval is de Bron: Diverse. Wanneer u vindt dat dit voor het lopende jaar niet juist is, kunt u achter de zuivelgegevens uw (verwachte) gemiddelde melkproductie per koe invullen. Binnen CRV Mineraal zal dan met uw opgegeven gegevens worden gerekend. Als bron van de gegevens wordt dan Internet getoond. Wilt u niet meer dat we rekenen met uw opgegeven gegevens, maar met die van de zuivel, dan kunt u weer een vinkje plaatsen achter de zuivelgegevens. Vanaf dat moment wordt binnen CRV Mineraal weer gerekend met de zuivelgegevens. Vet %, eiwit % en ureumgetal: Voor vet %, eiwit % en het ureumgetal geldt hetzelfde als voor melkproductie. Standaard tonen we de gegevens van de zuivel. Verwacht u een ander percentage of getal voor het lopende jaar, dan kunt u dit verwachte percentage/getal in het veldje achter de zuivelgegevens invoeren. Wilt u niet meer dat we rekenen met de door u opgegeven gegevens, dan kunt u het vinkje achter de zuivelgegevens weer aanklikken. Vet % en eiwit %: Deze twee gegevens worden gebruikt binnen het menu-item 7. Bedrijfsspecifieke excretie. N-excretie: Op basis van de gemiddelde melkproductie in combinatie met het ureumgetal wordt de forfaitaire N-excretie bepaald voor drijfmest en vaste mest. Past u de gemiddelde melkproductie of het ureumgetal aan, dan ziet u direct de daarbij behorende N-excretie. Voor bedrijven, die gebruikmaken van de BEX, wordt de N-excretie niet weergegeven, omdat deze dan wordt berekend op basis van de voergegevens. 4.3 Overige graasdieren Via het scherm 'Invoer overige graasdieren kunnen eventueel andere graasdieren zoals schapen, geiten, paarden etc. worden toegevoegd. Diercategorieën kunt u toevoegen via de button toevoegen, wijzigingen kunt u opslaan via de button opslaan. Zie verder voor de werking de uitleg onder 4.1 Rundvee. 5. Mestgegevens Per UBN kan via het scherm Opslagcapaciteit' het type mest worden opgegeven: is er drijfmest, vaste mest of een combinatie van beide aanwezig op het bedrijf. Daarnaast dient hier de opslagcapaciteit voor zowel drijfmest als vaste mest te worden ingegeven. Pagina 14 van 30 Handleiding CRV Mineraal versie november 2015

5.1 Opslagcapaciteit Vanuit de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland wordt aangegeven dat de opslagcapaciteit overeen dient te komen met de afgegeven milieuvergunning. Is deze niet aanwezig, dan dient deze gelijk te zijn met de praktijk. Type mest: Hier kunt u vastleggen welke mest wordt geproduceerd of opgeslagen: drijfmest, vaste mest of een mix van beide mestsoorten. Opslag capaciteit drijfmest: Hier kunt u het volume van de aanwezige opslagcapaciteit voor drijfmest in m 3 vastleggen. Opslag capaciteit vaste mest: Hier kunt u het volume van de aanwezige opslagcapaciteit voor vaste mest in m 3 vastleggen. 5.2 Eigen Productie Bij de eigen productie worden de mestgegevens van uw dieren berekend op basis van de ingevulde gegevens. 5.3 Mestscheiden Via het scherm Mestscheiden kan ingevoerd worden dat er een partij runderdrijfmest is gescheiden in een dikke en een dunne fractie. Wanneer een partij wordt afgevoerd dan kan dit d.m.v. het zetten van een vinkje direct geregistreerd worden. Hieronder vindt u een korte toelichting op de werking van het scherm en de afhandeling van het mestscheiden binnen CRV Mineraal. Invoer mestscheiden: Op het scherm Invoer mestscheiden staan verschillende invoervelden. Wanneer u via de muis klikt op het invoerveld Datum dan verschijnt een kalender om eenvoudig de gewenste datum te selecteren. Pagina 15 van 30 Handleiding CRV Mineraal versie november 2015

Vervolgens geeft u de te scheiden hoeveelheid in (aantal ton drijfmest) en één van de velden tonnen dunne of dikke fractie. Het tweede veld wordt automatisch berekend / gevuld. Hierbij is als uitgangspunt gekozen dat het aantal ingaande tonnen gelijk is aan het aantal uitgaande tonnen (het saldo is nul). Tegelijkertijd is ook het saldo van de hoeveelheden stikstof (N) en fosfaat (P2O5) nul. Het uitgangspunt hierbij zijn de forfaitaire gehalten van de dunne en de dikke fractie. Dit is de reden dat de gehalten van de drijfmest in eerste instantie worden opgehoogd. Opslaan en een nieuwe mestscheiding invoeren: Met de knop Opslaan wordt het ingevoerde opgeslagen. Wilt u nog een partij mest scheiden invoeren, kies dan voor de knop Nieuw. Pagina 16 van 30 Handleiding CRV Mineraal versie november 2015

Bedrijfsoverzicht: Op het bedrijfsoverzicht van CRV Mineraal vindt u het mestscheiden terug bij Dierlijke en organische mest beschikbaar voor bemesting. De partij te scheiden mest wordt vermeld met Bewerkt, de dikke en dunne fractie zijn Gecreëerd. De omschrijving van alle partijen is gelijk en krijgt de omschrijving Mestscheiden met daaraan toegevoegd de bijbehorende datum. Wanneer de gehalten van de dikke fractie óf de dunne fractie bekend zijn dan kunnen die gehalten ingevuld worden. Hiervoor dient eerst een vinkje gezet te worden in het veld Analyse bekend. Wanneer één of beide gecreëerde partijen afgevoerd worden dan dient een vinkje gezet te worden bij Toevoegen aan afvoer. Let op: wanneer een partij wordt afgevoerd dient deze geanalyseerd te zijn. Hieronder een voorbeeld waarbij een analyse is ingevoerd én een vinkje gezet is bij Toevoegen aan afvoer. Op het Bedrijfsoverzicht van CRV Mineraal staat dan het volgende: De gecreëerde partij 13 Koek na mestscheiden (dikke fractie) wordt nu ook als afvoer op het overzicht gezet. Bij Berekening gebruik en ruimte dierlijke mest op hetzelfde Bedrijfsoverzicht wordt bovenstaande als volgt samengevat: De verwerkte hoeveelheid drijfmest en de afgevoerde dikke fractie wordt toegevoegd aan de afvoer. De gecreëerde dunne en dikke fractie worden toegevoegd aan de aanvoer. Pagina 17 van 30 Handleiding CRV Mineraal versie november 2015

Verwijderen: Het mestscheiden van een partij kan verwijderd worden door op de prullenbak te klikken. Let op: Wanneer de dikke fractie wordt afgevoerd en de dunne fractie op het bedrijf blijft dan wordt de werkingscoëfficiënt van deze dunne fractie 80%. Dit betekent dat er minder kunstmest aangewend mag worden. 5.4 Beginvoorraden Per UBN (u mag ook het totaal invullen) kunt u via dit scherm de beginvoorraden meststoffen vastleggen. Het gaat hierbij om de voorraden op 1 januari. Button: Overnemen eindv.: Met de button overnemen eindvoorraden kunt u de eindvoorraden van het voorgaande jaar overnemen als beginvoorraad voor het nieuwe jaar. Mestopslag: Bij mestopslag kunt u een eigen omschrijving ingeven (bijv. 01-01-20**, drijfmest, vaste mest, KAS, ligboxenstal, plaat etc.). Mestcode: Per mestopslag is aan te geven welke mestsoorten in de opslag aanwezig zijn. De mogelijkheid bestaat om meerdere mestsoorten op te geven. Zoekt u de juiste mestsoort, gebruik dan het dropdownmenu of typ de eerste letter van de mestsoort om vervolgens met de pijltjestoets naar boven of beneden te gaan. Typt u bijvoorbeeld een k, dan verschijnt de mestsoort Kaliumsulfaat, met de pijltjestoets naar beneden is de mestsoort KAS snel gevonden. % (percentage): Per mestsoort dient het percentage van de mestsoort in de opslag te worden opgegeven (met een totaal van 100%). Zit er maar één mestsoort in de opslag dan kan 100 worden vermeld bij %. Wanneer dit niet gebeurt, vult het systeem zelf 100 in. Wanneer u meerdere mestsoorten opgeeft, die samen 100% vormen, wordt dit in het programma (o.a. bij het menu-item 6. Mestgift) weergegeven als Mengmest. Meestal is het daarom handiger om de opslag per mestsoort (100%) in te vullen. Ton: Bij ton dient de mestvoorraad in tonnen te worden ingevuld. U hebt dit in januari opgegeven bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland en deze gegevens kunt u hier overnemen. Kg N /Kg P2O5: Het invullen van de kg N en kg P2O5 is optioneel. Vult u deze niet in, dan rekent het systeem met de bij de mestcode behorende forfaitaire normen. Kijk voor meer informatie op https://rvo.nl. Pagina 18 van 30 Handleiding CRV Mineraal versie november 2015

Let op: Bedrijven die aan de BEX meedoen, dienen hier bij Graasdieren Mest de gehaltes van de Mestproductie graasdieren in te vullen. 5.5 Eindvoorraden In de eindvoorraad mestgegevens wordt de meststoffen van uw dieren getoond. Het vaststellen van een eindvoorraad is belangrijk om vast te kunnen stellen hoeveel mest er beschikbaar is tijdens het bemestingsseizoen. Deze hoeveelheid dient binnen de wettelijke normen te passen. Pas aan het einde van het bemestingsjaar kan de definitieve eindvoorraad worden vastgelegd en is bekend hoeveel mest er het afgelopen bemestingsjaar is gebruikt. Overnemen beginv. Met de button overnemen beginvoorraden kunnen de beginvoorraden worden overgenomen als eindvoorraad. Bij het opstellen van het bemestingsplan aan het begin van het jaar is het handig de eindvoorraad gelijk te stellen aan de beginvoorraad. Wanneer u in het bovenstaand scherm op de button overnemen beginv. klik, verschijnt onderstaand scherm. Hier kunt u besluiten of de voorraad overgenomen wordt. De mest die via beweiding op het land terecht is gekomen, is in mindering gebracht op de geproduceerde mest (productie 14). Let op: Voor het definitief invullen van dit scherm controleert u eerst via het CRV Mineraal Bedrijfsoverzicht of u binnen de gebruiksnormen bent gebleven. Is dit niet het geval, maak dan eerst het bemestingsplan sluitend. 5.6 Aanvoer via leverancier Via dit scherm is het mogelijk om automatisch van verschillende leveranciers de aanvoer van kunstmest automatisch in te lezen. Deze gegevens kunnen in de Aanvoer totaal opgenomen worden door op de button overnemen te klikken. Pagina 19 van 30 Handleiding CRV Mineraal versie november 2015

Meststoffenleverancier: Hier wordt de meststoffenleverancier van het bedrijf getoond. Op basis van de meststoffenleverancier worden verderop in het programma ook de meststoffen getoond die deze leverancier in zijn assortiment heeft. Wordt hier geen of niet de juiste leverancier getoond, dan kunt u contact opnemen met de afdeling Klantenservice, telefoon: (088) 002 44 40 of via e-mail: klantenservice.nl@crv4all.com 5.7 Aanvoer totaal In onderstaand overzicht kunnen de kunstmest en de dierlijke mest die niet automatisch ingelezen worden handmatig ingebracht worden. Datum: Geeft de datum op (dag en maand is voldoende) via de kolom Datum. Omschrijving: In kolom Omschrijving kan een naam gegeven worden aan de aanvoer. Vul hier een duidelijk herkenbare omschrijving in. Mestcode: Hier geeft u de mestsoort op die aangevoerd is/wordt. De mogelijkheid bestaat om per aanvoer twee verschillende mestsoorten op te geven. Wordt de juiste mestsoort gezocht, gebruik dan het dropdownmenu of typ de eerste letter van de mestsoort om vervolgens met de pijltjestoets naar boven of naar beneden te gaan. Geeft u bijvoorbeeld een k in dan verschijnt de mestsoort Kaliumsulfaat, met de pijltjestoets naar beneden is de mestsoort KAS snel gevonden. Let op: Bij meerdere aanvoeren op dezelfde datum dient de naam (per mestcode) verschillend te zijn (dit kan door bijvoorbeeld een volgnummer te gebruiken). % (percentage): Per mestsoort dient het percentage van de mestsoort in de aanvoer opgegeven te worden (met een totaal van 100%). Zit er maar één mestsoort in aanvoer dan kan 100 vermeld worden bij %. Wanneer dit niet gebeurt, vult het systeem zelf 100 in. Pagina 20 van 30 Handleiding CRV Mineraal versie november 2015

Ton: Bij ton dient de aangevoerde hoeveelheid mest in tonnen ingevuld te worden. Kg N/Kg P2O5: Het invullen van de kg N en kg P2O5 is optioneel. Worden deze niet ingevuld (o.a. bij boer-boertransport) dan rekent het systeem met de bij de mestcode behorende forfaitaire normen of de bekende (standaard)normen van de kunstmest. 5.7 Afvoer Wordt of is er dierlijke mest afgevoerd dan kan dat via dit scherm per UBN (u mag ook het totaal invullen) ingevoerd worden. Let op: boer-boertransport is mogelijk bij plaatsing van > 75% van fosfaatproductie op eigen grond. Datum: Geeft de datum op (dag en maand is voldoende) via de kolom Datum. Omschrijving: In de kolom Omschrijving kan een naam gegeven worden aan de afvoer. Vul hier een duidelijk herkenbare omschrijving in. Mestcode: Hier geeft u de mestsoort op die afgevoerd is/wordt. De mogelijkheid bestaat om per afvoer tot maximaal vier verschillende mestsoorten op te geven. Wordt de juiste mestsoort gezocht, gebruik dan het dropdownmenu of tik het cijfer van de mestsoort in om vervolgens met de pijltjestoets naar boven of beneden te gaan. Geeft u bijvoorbeeld een 1 in dan verschijnt de mestsoort 10 vaste mest rundvee, met de pijltjestoets naar beneden is de mestsoort 14 rundvee drijfmest snel gevonden. Let op: Bij meerdere afvoeren op dezelfde datum dient de naam (per mestcode) verschillend te zijn (dit kan door bijvoorbeeld een volgnummer te gebruiken). % (percentage): Per mestsoort dient het percentage van de mestsoort in de afvoer opgegeven te worden (met een totaal van 100%). Wordt er maar één mestsoort afgevoerd, dan kan 100 vermeld worden bij %. Zo niet, dan vult het systeem zelf 100 in. Ton: Bij ton dient de afgevoerde hoeveelheid mest in tonnen ingevuld te worden. Kg N /Kg P2O5: Het invullen van de kg N en kg P2O5 is optioneel. Worden deze niet ingevuld (bij boer-boertransport), dan rekent het systeem met de bij de mestcode behorende forfaitaire normen of de bekende (standaard)normen van de kunstmest. Pagina 21 van 30 Handleiding CRV Mineraal versie november 2015

6. Mestgift Via dit scherm kunnen de aangewende meststoffen per perceel vastgelegd worden. 6a. Perceelsniveau 6.1 Dierlijke mest Op dit scherm worden alle percelen die gekoppeld zijn aan een bodemonderzoek getoond. Wordt er een perceel gemist, dan zal dit eerst gekoppeld moeten worden aan een bodemonderzoek. Beschikbare mest: Bovenaa het scherm wordt een tabel getoond met de beschikbare mestpartijen voor bemesting. Wanneer de mest is toegekend aan een perceel wordt dat zichtbaar in de kolom reeds toegediend (ton). Deze hoeveelheid wordt in mindering gebracht op de beschikbare mest. Dit is zichtbaar in de kolom restant beschikbaar (ton). Het restant beschikbaar dient altijd 0 te zijn. Button: perceel toewijzen Als op een perceel twee mestpartijen worden uitgereden, kan via de button Perceel toewijzen één perceel worden toegevoegd. Men selecteert na het aanklikken van de button Toevoegen eerst het betreffende perceel en vervolgens de mestpartij. Button: verdelen Als op (bijna) alle percelen twee mestpartijen worden uitgereden, kunnen via de button Toevoegen alle percelen in één keer alle percelen nogmaals worden toegevoegd. Pagina 22 van 30 Handleiding CRV Mineraal versie november 2015

Aangevoerde mestpartijen: Voor de aangevoerde mestpartij geldt dezelfde werkwijze als onder het hiervoor genoemde punt Beschikbare mest'. Perceelomschrijving bodemonderzoek: Advies DM: Het Advies DM is een landbouwkundig drijfmestadvies en is gebaseerd op normberekeningen van Eurofins- Agro. Dit is één van de verplichte onderdelen van het bemestingsplan. Het advies is gebaseerd op 14 drijfmest rundvee. De overheid verlangt van de veehouder dat hij bij het verdelen van de mest over de percelen rekening houdt met dit landbouwkundig advies. Werkelijk DM: Kies de mestpartij die op het perceel gebracht zal worden. Worden per perceel verschillende partijen dierlijke mest aangewend, voeg dan het perceel nogmaals toe via de button perceel toewijzen. Gift ton/ha: Voeg de hoeveelheid (in tonnen) toe die dat jaar op het betreffende perceel (is/wordt) gebracht. Verdeling kunstmest: Via het scherm Kunstmest kan per perceel de hoeveelheid te strooien/gestrooide kunstmest ingebracht worden. Let op: Voor het invullen van dit scherm dienen alle (kunstmest)voorraden en aangevoerde kunstmest te zijn vastgelegd in CRV Mineraal. Hierna kan via CRV Mineraal Bedrijfsoverzicht gecontroleerd worden of u binnen de gebruiksnormen bent gebleven. Is dit niet het geval maak dan eerst het bemestingsplan sluitend. 6.2 Kunstmest Beschikbare mest Bovenaan het scherm wordt een tabel getoond met de beschikbare kunstmestpartijen voor bemesting. Wanneer de kunstmest is toegekend aan een perceel, wordt dat zichtbaar in de kolom Reeds toegediend (kg). Deze hoeveelheid wordt in mindering gebracht op de beschikbare kunstmest. Dit ziet u terug in de kolom Restant beschikbaar (kg). Button: perceel toewijzen Als op een perceel twee kunstmestsoorten gestrooid gaan worden, kan via de button Perceel toewijzen één perceel worden toegevoegd. Selecteer na het aanklikken van de button toevoegen eerst het betreffende perceel en vervolgens de kunstmestsoort. Button: verdelen Als op (bijna) alle percelen twee kunstmestsoorten gestrooid gaan worden, kunnen via de button verdelen in één keer alle percelen nogmaals worden toegevoegd. Pagina 23 van 30 Handleiding CRV Mineraal versie november 2015

Perceelomschrijving bodemonderzoek: Advies KM: Het Advies KM is gebaseerd op het landbouwkundig kunstmestadvies en is gebaseerd op normberekeningen. Dit is een van de verplichte onderdelen van het bemestingsplan. Werkelijk KM: Kies de kunstmestsoort die op het land gebracht zal worden. Worden per perceel verschillende soorten kunstmest aangewend, voeg dan eerst een regel toe via toevoegen en selecteer het betreffende perceel. Selecteer vervolgens de kunstmestsoort. Gift kg/ha: Voeg de hoeveelheid in kg toe die dat jaar op het betreffende perceel zal worden gebracht. 6b. Snedeniveau Deze toepassing wordt weinig gebruikt. Indien u hier vragen over hebt, neem dan contact op met CRV Klantenservice, telefoon: (088) 002 44 40 of via e-mail: klantenservice.nl@crv4all.com 7. Invoer BEX 7.1 Excretie Melkvee Voor melkkoeien is de excretie (productie stikstof en fosfaat in de mest) onder andere afhankelijk van het ureumgehalte en de melkproductie. De gegevens die in dit overzicht getoond worden zijn afkomstig van de zuivelleverancier. Via het scherm Excretie melkvee kan eventueel de melkproductie per koe en het ureumgetal aangepast worden. Pagina 24 van 30 Handleiding CRV Mineraal versie november 2015

Melkproductie: Wanneer u ons gemachtigd hebt om de zuivelgegevens op te halen bij uw zuivelfabriek, dan tonen we hier de gemiddelde melkproductie per koe op basis van de gegevens van de zuivel. Dit zijn ook de gegevens waar de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland mee zal werken. Vet %, eiwit % en ureumgetal: Voor vet %, eiwit % en ureumgetal geldt hetzelfde als voor melkproductie. Standaard tonen we de gegevens van de zuivel. Verwacht u een ander percentage of getal voor het lopende jaar dan kunt u dit verwachte percentage/getal in het veldje achter de zuivelgegevens invoeren. Wilt u niet meer dat we rekenen met de door u opgegeven gegevens, dan kunt u het vinkje achter de zuivelgegevens weer aanklikken. Vet % en eiwit %: Deze twee gegevens worden gebruikt binnen de module bedrijfsspecifieke excretie. N-excretie: Op basis van de gemiddelde melkproductie in combinatie met het ureumgetal wordt de forfaitaire N-excretie bepaald voor drijfmest en vaste mest. Past u de gemiddelde melkproductie of het ureumgetal aan dan ziet u op het BedrijfsOverzicht direct de daarbij behorende N-excretie. Kijk voor meer informatie over de Rekenregels in deze handleiding onder hoofdstuk 4.2 Graasdieren Excretie melkvee. 8. Voergegevens 8.1 Beginvoorraad Binnen het overzicht Beginvoorraad kunnen automatisch de eindvoorraadgegevens overgenomen worden. Via de button toevoegen kunnen nieuwe voorraden opgevoerd worden. Let op: Voor het gebruik van de KringloopWijzer is het belangrijk om ook de lengte van de kuilen en de g ruw as in te vullen. 8.2 Aanleg via laboratoria Gegevens die bekend zijn via laboratoria kunnen in dit overzicht opgevraagd worden door een periode en type voorraad te selecteren. Door de button overnemen aan te vinken worden deze gegevens overgenomen naar het scherm 8.5 Voergegevens Aanleg Totaal. Pagina 25 van 30 Handleiding CRV Mineraal versie november 2015

Onder Aankoop kan van een partij voer het percentage aangekocht worden weergegeven. Dus per partij kan er onderscheid gemaakt worden tussen wat zelf geproduceerd is en wat aangekocht is. Deze verdeling wordt in de onderstaande schermen overgenomen. 8.3 Aanleg totaal Let op: Hier ziet u de ingebrachte en eventueel overgenomen voeraanleg. 8.4 Aanvoer via leverancier Via Aanvoer via leverancier worden krachtvoer, mineralenmengsels en melkpoeder bij de bekende leveranciers getoond in dit overzicht. Door op de button overnemen te klikken worden deze gegevens meegenomen in het scherm Aanvoer Totaal. Let op: Wordt er bijvoorbeeld een deel snijmais aangekocht en is die in bovenstaand scherm Aanleg voer opgenomen, dan wordt die ook hier getoond. Pagina 26 van 30 Handleiding CRV Mineraal versie november 2015

8.5 Aanvoer totaal Let op: Hier ziet u de ingebrachte en eventueel overgenomen voeraanvoer. 8.6 Afvoer Let op: Hier vult u het afgevoerde en/of verkochte voer in. 8.7 Eindvoorraad Binnen het scherm Eindvoorraad kunt u handmatig de eindvoorraad inbrengen. Ook kunt u ervoor kiezen om de gehaltes automatisch over te nemen via de buttons overnemen ruwvoervoorraad en overnemen overig voer. Subscherm: Overnemen ruwvoervoorraad In dit scherm wordt het restant aan ruwvoervoorraad weergegeven. Via de button overnemen kan het restant overgenomen worden. Pagina 27 van 30 Handleiding CRV Mineraal versie november 2015

Subscherm: Overnemen overig voer In dit scherm wordt het restant aan krachtvoer, mineralen en melkpoeder weergegeven. Via de button overnemen kan het restant overgenomen worden. 9. Invoer staldieren Wanneer u op uw bedrijf staldieren (witvleeskalveren, varkens of kippen) houdt, kunt u via een aparte staldierenmodule uw dieren opvoeren. Let op: U dient uw internetbrowser toestemming te geven om door te gaan. Hieronder een voorbeeld van Internet Explorer en Google Chrome. Pagina 28 van 30 Handleiding CRV Mineraal versie november 2015

Wanneer u toestemming hebt gegeven om gebruik te maken van deze applicatie, verschijnt onderstaand venster. Per diersoort kunt u aanvinken of u deze op uw bedrijf houdt. Pagina 29 van 30 Handleiding CRV Mineraal versie november 2015

10. KringloopWijzer 10.1 Invoer Wanneer u alles compleet hebt ingevuld voor dat kalenderjaar (1 t/m 8) kunt u aan het eind van dat jaar onder 10. KringloopWijzer Invoer de aanvullende gegevens voor de Centrale KringloopWijzer invullen. 10.2 Overzicht KringloopWijzer over 2013 en 2014 Voor de jaren 2013 en 2014 is er geen verplichting om de KringloopWijzer in te voeren op www.dekringloopwijzer.nl, maar het is wel mogelijk. De gegevens over de jaren 2013 en 2014 kunnen automatisch ingelezen worden vanaf CRV Mineraal in de KringloopWijzer. In de VeeManager-module mestbeleid onder 10. KringloopWijzer kunt u kiezen voor Overzicht. Kies hier bestand opslaan als.exc bestand. U slaat het bestand op in uw computer. Vervolgens kunt u deze bestanden op www.dekringloopwijzer.nl uploaden. Wanneer u een EXC-bestand wilt opvragen voor uw adviseur of studiegroep, gaat dat het gemakkelijkst via Internet Explorer. Let op! Dit bestand mag u niet openen, maar alleen opslaan. Daarna kunt u het eventueel als bijlage mailen. KringloopWijzer 2015 Alleen de melkveehouders met een fosfaatoverschot uit hun melkveefosfaatreferentie zijn verplicht tot het invullen van de KringloopWijzer van ZuivelNL, vóór 1 maart 2016. Het jaar 2015 kan niet automatisch ingelezen worden vanuit CRV Mineraal naar de KringloopWijzer op www.dekringloopwijzer.nl. Om u toch te ondersteunen bij het invoeren van de KringloopWijzer kunt u na het afronden van de mestboekhouding over 2015 en het opstellen van het bemestingsplan in 2016 het overzicht van 2015 printen. U doet dit in de module Mestbeleid onder 12. Centrale KringloopWijzer, onder Overzicht 2015. Vult u onder 11. KringloopWijzer Invoer eerst de aanvullende gegevens in en u krijgt een nog vollediger overzicht. Aan de hand van het overzicht kunt u gemakkelijk de KringloopWijzer op www.dekringloopwijzer.nl invoeren. 11. Centrale KringloopWijzer 11.1 Overzicht 2015 Dit overzicht kunt u na het invoeren en afronden van uw bemestingsplan printen. Aan de hand van deze print kunt u gemakkelijk de Centrale KringloopWijzer invoeren op www.dekringloopwijzer.nl. Let op: Wanneer u onder 10. KringloopWijzer Invoer alle schermen hebt ingevoerd, wordt het pdf-overzicht over 2015 nog completer. Pagina 30 van 30 Handleiding CRV Mineraal versie november 2015