1 Inleiding en achtergrond. 2 WAT: Concretisering CIV. 2.1 Focus

Vergelijkbare documenten
Project Initiatie Document Leerwerkbedrijf KOMPAS

Brainport Development, De kracht van samenwerking. PPS in de praktijk. Ton Pagen Programmamanager Zorgtechniek Limburg

CIV SMART TECHNOLOGY

Infrastructuur landsdeel Zuidoost. 3 hogescholen met bètatechniek 3 universiteiten Jet-Net: 38 scholen en 13

Hei-middag Meten in de zorg. Sandra Beurskens

Technologie in de zorg. Een gezamenlijk programma van HsZuyd en UM

intelligent software for monitoring centres

Samen realiseren we de koers van Zuid-Limburg

Zorginnovatie bij CZ

Veranderende zorg: Eenvisie op de zorgverlenervan de toekomst en de opleiding.

TECHNOLOGIE IN DE ZORG

Samen werken aan toekomstbestendige zorg en welzijn in Flevoland

Afsprakenkader. Partners in Leren en Werken in. Zorg en Welzijn Zeeland. Vastgesteld in de FluenZ Adviesraad. ViaZorg

Regionale Samenwerking in de Zorg Van idee tot innovatie

Opleiden: samen ervoor staan (en gaan)

Criteria Ontwikkelfonds Regio Zwolle

Visiedocument Franciscus Ziekenhuis Boerhaavelaan AE Roosendaal (0165)

Platform Bèta Techniek. Connect Chemiedag Hoe kunnen onderwijs en bedrijfsleven succesvol samenwerken?

Techniekpact; waarom, wat en hoe. Jurgen Geelhoed Projectleider Techniekpact

Euregionale arbeidsmarktwerking en competentiecampus voor zorgberoepen. Future proof for cure and care

Bijlage 2. Human Capital Agenda s

Auditrapportage Bijlage 1 Typologieën en het fasemodel. Dynamiek onderweg

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 11 oktober 2011 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Werkconferentie. Implementatie van Online Wijkplatformen De Do s en Don ts. 7 december Sarah Willard en John Rietman

Contextschets Techniek

SAMENWERKINGSARRANGEMENT LANDSDEEL NOORD PLATFORM BÈTA TECHNIEK

Aan de slag met Zorgtechnologie!

Het creëren van een innovatieklimaat

- Ontwikkelingen arbeidsmarkt - Human Capital Agenda / Zorgpact - Sectorplan

Aanpak arbeidsmarkt Zuidoost-Nederland Illustratie regionaal arbeidsmarkt dashboard. Inleiding

Plek voor stage. QuickScan: stageproblematiek Zorg en Welzijn in Gelderland. Augustus 2018 WZW, in opdracht van provincie Gelderland

Samenwerkingsagenda Hogeschool van Arnhem en Nijmegen en de Provincie Gelderland

BETROKKENHEID EN FINANCIERING PUBLIEK PRIVATE KATAPULT NETWERKEN

Toon Berkers Maartje Geenen Cécile Stallenberg

Aanvraag VEZN Pro Vita

TAK Centrum wil innovatieve onderwerpen, vermeld in onze regiovisie, gebruiken om lesmateriaal te ontwikkelen voor het vak Science.

Benodigde capaciteit, middelen, faciliteiten en infrastructuur

WAAROM? MAKEN EN ONDERWIJS EEN INITIATIEF OM HET MAAKONDERWIJS DE PLEK TE GEVEN DIE HET VERDIENT.

Samenwerking. Zorg zonder Zorgen! Randvoorwaarden. Resultaat

Innovatief beroepsonderwijs in de regio: bindmiddel en broedplaats

Stichting Ieder mbo een practoraat. Elvira Coffetti, Flora van Eck, Jorick Scheerens Woensdag 23 november 2016 BTG ZWS, Ede

Krachten bundelen, kennis delen en allianties vormen

Position Paper. Samenwerking Noord. Samenwerken door Samen te Doen!

Welkom in TECHNUM! KwaliteitsKring Zeeland

FORMAT BUSINESSCASE Inkoop Dagbesteding (licht)

E-health: geef de zorgprofessional een centrale rol Waarom het noodzakelijk is dat bestuurders nieuwe zorgmethoden faciliteren

De regionale arbeidsmarkt 2016

Presentatie EDB Nicole Ottenheim Gemeente Venlo. Tjeu van de Laar ROC Gilde Opleidingen. Hans Aarts Fontys Hogescholen

ELK PPS BEGIN IS MOEILIJK!

Industry consulting. Care management. Effectieve procesinnovatie in de zorg. Onze zorg Kwaliteit nu én in de toekomst

Kerngegevens Arbeidsmarktagenda oktober 2017 MEEST GESTELDE VRAGEN. Aan het werk. voor ouderen!

SOCIALE INNOVATIE MONITOR. Lectoraat Employability, Zuyd Hogeschool Anne Kleefstra presentatie

Alle kinderen kunnen Roefelen Stichting Roefelen zoekt partners

4-sporen-aanpak. Wijkverpleging. Verstand van Zorg

FIGURES, FACTS & TRENDS

Programmalijnen. Stichting izovator:

Intentieverklaring Versie:

HU GERICHT IN BEWEGING

KOPPELT KANSEN EN KENNIS IN DE BIOMEDISCHE- EN ZORGSECTOR

Beleid Horizontale dialoog Hogeschool Viaa

Het vernieuwende van de aanpak van het Zorgpact, is dat onderwijs en arbeidsmarkt met elkaar worden verbonden tot een samenhangend geheel

Meerjarenplan O&O-fonds GGZ

Wendbaar en waarde(n)vol onderwijs!

Medisch Applicatie Centrum Midden-Brabant. januari 2010

Samenwerking in de regio! Marlies Koks, EVC centrum Leeuwenborgh Jos Maas, Zuyd Hogeschool, SLC

ICT in het onderwijs / ICT-innovaties in de zorg in het onderwijs

Arbeidsmarktagenda 21

Het verhaal van Careyn Het Dorp

MAC Midden-Brabant platform voor zorginnovaties

CARE ACADEMY VELUWE. De zorg klaar voor de toekomst

onze strategische koers

Infrastructuur landsdeel Noord. 4 Centres of expertise (penvoerders)

Voor vakmensen voor de toekomst

ZORGCAMPUS DE PEEL. Peter Martens Karien Mescher 20 februari 2017

HAN en duurzame energie

Innovatiebudget Sociaal Domein gemeente Arnhem

DEELNEMEN AAN HET ACTIEF NETWERK Nationaal Platform Duurzame Inzetbaarheid - IN ZORG

I N F O R M A T I E F O L D E R

Zorgacademie Midden Brabant: Toekomst bestendig zorgonderwijs

Profielschets Directeur Techniekcollege

Holland High Tech High Tech Solutions for Global Challenges Topsector High Tech Systemen en Materialen

Human Capital Tafel Logistiek in Drenthe op 3 oktober 2013

Regionaal Uitvoeringsprogramma Kennis, Onderwijs & Arbeidsmarkt

Netwerkkaart zorg en technologie. Technologielabs. Online tools. Practoraten. Productontwikkeling. Cross-overs in het onderwijs

Innovatiebudget Sociaal Domein regio Arnhem

Regionale broedplaatsen voor onderzoek en praktijkleren

Prof.dr. Henk W. Volberda Rotterdam School of Management, Erasmus University Wetenschappelijk directeur INSCOPE

Regiovisie Toptechniek in Bedrijf

Operationeel Programma EFRO Noord-Nederland Inzet op innovatie en een koolstofarme economie

Samenvatting bijeenkomst Stip aan de Horizon 14 maart 2016

Mantelzorgbeleid. Mantelzorgbeleid De Gouden Leeuw Groep - mei

Met het nieuwe welzijnsbeleid werkt de gemeente Tiel vanuit de volgende uitgangspunten:

Toekomstplan. 12 februari Versie 1.1. Retail & Leisure Academy

Instructie cliëntprofielen

Simone Vermeulen. Een goede businesscase start met een stakeholders analyse

Nota inzake Economic Development Board

Slimmer managen en organiseren kan productiviteit en innovatie in zorg verbeteren

Kennisrapportage Seminar E-fulfilment meets Arbeidsmarkt. Datum:

Tweede adviesnota. van het STEM-PLATFORM. aan de stuurgroep. donderdag, 12 december Brussel, Koning Albert II - Laan.

Transcriptie:

Business Plan Revisie A 07-10-2012

Inhoudsopgave 1 Inleiding en achtergrond... 1 2 WAT: Concretisering CIV... 1 2.1 Focus... 1 2.2 Missie en visie... 2 2.3 Concept CIV Technologie in de Zorg Limburg... 2 2.4 Kernactiviteiten... 3 2.5 Doelstellingen... 5 3 WIE: Het team... 5 3.1 Primaire partners (1 ste schil)... 6 3.1.1 Bedrijven en zorgorganisaties... 6 3.1.2 Onderwijs... 7 3.2 Overige samenwerkingspartners en stakeholders (2 e schil)... 7 3.2.1 Het EIZT... 8 3.2.2 Zorgacademie Parkstad.... 8 3.2.3 Expliciet gecommitteerde 2e schil bedrijven, zorgorganisaties, kennisinstellingen en organisaties.... 8 3.2.4 Overheid.... 9 3.2.5 Talenten.... 9 3.3 Track record... 9 4 Het business model... 9 4.1 Proposities... 10 4.1.1 Producten/Diensten... 10 4.2 Verdienmodel en klantsegmenten... 10 4.3 Marketingstrategie... 12 5 Omgevings- en risicoanalyse... 13 5.1 Trends en ontwikkelingen in de markt... 13 5.2 Aard en omvang huidige en toekomstige doelgroepen... 13 5.2.1 Bedrijfsleven... 13 5.2.2 Zorginstellingen... 14 5.2.3 Onderwijs- en kennisinstellingen... 14 5.2.4 Talenten... 14 5.3 SWOT... 14 5.4 Concurrenten en onderscheidend vermogen van het centrum... 15 5.5 Risico s,contingenciesen go/no-go momenten... 15 6 Organisatie en governance... 16 6.1 Organisatievorm & inrichting... 16 6.2 Governance-structuur en verantwoording... 17 7 Financiën... 17 7.1 Omzetprognose CIV... 17 7.2 Kostenstructuur en investeringsbegroting... 18 7.3 Exploitatiebegroting... 18 7.4 Verduurzaming en nieuwe financieringsstromen... 19 8 Uitvoering... 19 8.1 Implementatiestrategie & fasering... 19 8.2 Plan van aanpak fase 1: Opstartvoorbereiding & inrichting CIV... 20 8.3 Fase 2: Initiële exploitatiefase... 21 8.4 Fase 3+4: Ontwikkeling & verduurzaming CIV en kennisvalorisatie... 21 Bijlagen: 1. Consortium Agreement 2. Overzicht Partners en Letters of Intent 3. Beschrijving EIZT 4. Artikel De Limburger d.d. 26 september 2012 met voorbeeld Technologie in de Zorg oplossing 5. Exploitatiebegroting 6. Curriculum Vitae Kwartiermaker

1 Inleiding en achtergrond De inzet van technologie in de zorg kan de toekomstige uitdagingen van een vergrijzende énontgroenende bevolking en een krappere arbeidsmarkt het hoofd bieden. Tegelijkertijd istechnologie een middel om cliënten langer in staat te stellen om hun eigen regie enzelfstandigheid te behouden. Op het gebied van de kennisintensieve technologie, Life Science enhealth worden in Limburg en in de bredere Brainport regio grote stappen gezet. Inmiddels zijn in de regio op het vlak van technologie in de zorg veel initiatieven en projectenontplooid en uitgevoerd. Zorgorganisaties, bedrijven en ook onderwijsinstellingen werken daarbij samen.vakmensen met een gedegen MBO opleiding moeten ervoor zorgen dat de innovatieve producten en diensten worden geïmplementeerdin de brede zorgpraktijk en op een professionele wijze worden beheerd en onderhouden (zie o.a. Rail 2012-2016 Kompas voor de Arbeidsmarkt).Deze MBO vakmensen zijnin toenemende mate schaars, zowel op het gebied van de technologie als van de zorg.ter oplossing van deze schaarste hebben alle ROC s in het zogenaamdebrainport 2020 - gebied, te weten ROC Eindhoven,ROC ter AA, Gilde Opleidingen, LeeuwenborghOpleidingen en Arcus College, besloten omgezamenlijk één business case te formuleren vooreen Centrum voor Innovatief Vakmanschap (CIV) Technologie in de Zorg. Deze business case voor het CIV is ingediend bij het Platform Bèta Techniek. In vervolg daarop hebben de drie Limburgse ROC s (Arcus, Leeuwenborghen Gilde) besloten de geïnitieerde samenwerking krachtig en vergaand door te zetten. Er is een consortium gevormd met Zuyd Hogeschool, het regionale bedrijfsleven en zorgorganisaties. Gezamenlijk gaan zij invulling geven aan het CIV Technologie in de Zorg Limburg. Deze samenwerking, die verder gaat danzoals die in de business case is uitgewerkt, is voor ROC Eindhoven en ROC Ter AA momenteel nog een stap te ver; reden waarom deze ROC svoor een eigen route gekozen hebben. In het voorliggende business plan wordt de nieuwe opzet van het CIV Technologie in de Zorg uitgewerkt en toegelicht. Het business plan sluit geheel aan bij de eerder ingediende ( en goedgekeurde) regiovisie. 2 WAT: Concretisering CIV Dit hoofdstuk beschrijft wat het Centrum voor Innovatief Vakmanschap (CIV) is. Hierbij wordt aandacht besteed aan de visie en missie, het concept en de focus, ook in relatie tot de Topsector Life Sciences & Health (LS&H). 2.1 Focus Het CIV sluit aan bij de ambities van de topsector LS&H en de bijbehorende Human Capital Agenda. Het zal inhoud geven aan de doelen van deze topsector door: het verbeteren van de aansluiting tussen onderwijs en bedrijfsleven, zowelkwalitatief als kwantitatief. het vergroten van de aantrekkingskracht van de sector op werknemers door het verbeteren van het beroepsperspectief (o.a. employability/ leven lang leren). De topsector LS&H kent een brede aanpak; van farma, biotech en materialen totdiagnostiek, medische technologie en telemedicine/diagnose. Daardoor kan de sector bijdragen aan de kwaliteit in gezondheidszorg, aan maatschappelijke uitdagingen zoals de veranderendezorgvraag en de vraag naar verhoogde arbeidsproductiviteit en ook aan meer economische welvaart. Binnen deze topsector zijn tienroadmaps vastgesteld. Het CIV focust met name op roadmap 3, zijnde: Home care &self management voor langere zelfstandigheid en vermindering van ziekenhuisbezoek Daarnaast zijn er duidelijke raakvlakken met de LS&H roadmapshealth Technology Assessment &quality of life en Enablingtechnologies&infrastructure. Uitgangspunt hierbij is dat mensen zo lang mogelijk gezond en zelfredzaam thuis kunnen blijven wonen met een hoge kwaliteit van leven, mede door de inzet van slimme en passende technologie die dit faciliteert. Indien mensen echt niet meer zelfstandig thuis kunnen blijven wonen en opname in bijvoorbeeld een verpleeghuis noodzakelijk is, kunnen passende technologische oplossingen uitstekend ingezet worden om op een efficiënte wijze de noodzakelijke zorg te verlenen. Technologieën binnen het focusgebied van het CIV zijn: Inzet van ICT-oplossingen thuis, als ondersteuning voor zorg op afstand: 1

o Beeldcommunicatie ten behoeve van zorg op afstand, te verlenen door een verpleegkundige (bv medicatie inname, wondbeoordeling, ) of een arts. o Remote monitoring (IP camera s) van cliënten in een thuiszorgsituatie, hetzij door zorgorganisaties hetzij door mantelzorgers. o Gedragsregistratie/bewegingsmelding via (remote) sensoring. o Slimme noodoproepsystemen en personenalarmering (acute zorghulp inroepen). o Inzet van PDA s, ipads en andere tablets, ter ondersteuning van thuiszorgmedewerkers bij de efficiënte uitvoering van hun werkzaamheden (bv planning, registratie, EPD,...). Inzet van steeds geavanceerdere domotica-oplossingen en hulpmiddelen thuis,waaronder: o Elektronische deuropening systemen. o Toepassingen voor de bediening van licht en gebruikstoestellen in de woning (waaronder spraakgestuurde bediening en bediening door aansturing met de ogen). o Technische hulpmiddelen als trapliften, slimme bedden etc. Technologie (ICT) als enablerom een wijkgerichte aanpak mogelijk te maken, waarbij tal van lokale partijen (inclusief o.a. zorgorganisaties, welzijnswerk en mantelzorgers) samenwerkenom mensen langer thuis te kunnen laten functioneren. Daarnaast wordenvergelijkbaretechnologieën intramuraal ingezet (zie bijlage 4), waarbij additioneel nog relevant zijn: Therapeutische inzet van robotica, bv knuffelrobots (Paro) in de ouderenzorg. Megatronica en robotica-oplossingen om de zorguitvoering te vergemakkelijken en met minder mensen invulling te kunnen geven aan zorgtaken. Inzet van sensoren in het zorgproces (b.v. een sensor in een luier die signaleert dat een cliëntverschoond moet worden). 2.2 Missie en visie Visie: Vergrijzing en ontgroening is een belangrijke trend in Nederland. Limburg loopt hierbij vóór op de rest van Nederland. Een sterk toenemende zorgvraag enerzijds en een afname van voor de zorgbeschikbaar personeel anderzijds zijn consequenties van deze trends; gevolgendie zich dan ook eerst in Limburg manifesteren. De inzet van technologie in de zorgkan de toekomstige uitdagingen van een vergrijzende én ontgroenende bevolking het hoofd bieden. Tegelijkertijd is technologie een middel om cliënten langer in staat te stellen om hun eigen regie en zelfstandigheid te behouden. Het CIV wil in de regio een belangrijke rol spelen om de inbedding van technologische oplossingen in de zorg enwelzijnsberoepen te versnellen. Een essentieel uitgangspunt daarbij is samenwerking met, en hetkoppelen van relevante partners op gebied van onderwijs, zorg, technologie en overheid in Limburg. Missie: Als krachtenbundeling van de drieroc s, de HogeschoolZuyd, het regionale bedrijfsleven en zorginstellingen in Limburg is het CIV het MBO kennis- en opleidingscentrum in de technologie in de zorg. Een centrum dat zich richt op het ontwikkelen en leveren van uitstekende Technologie in de Zorg -opleidingen die zijn afgestemd op de behoeftes van het bedrijfsleven en aansluitenbij de zorgpraktijk en het welzijnswerkveld. Doel van deze opleidingen is om state-of-the-art technologische oplossingen goed te implementeren, te gebruiken, te beheren en te onderhouden; zowel bij mensen met een zorgvraag thuis alsook intramuraal. Hiermee boogt het CIV een doorbraak te creëren in het op peil houden en verbeteren van de kwaliteit van de zorg in de samenleving en in het betaalbaar houden daarvan. 2.3 Concept CIV Technologie in de Zorg Limburg Het CIV is eenpubliek-privatesamenwerkingsorganisatie tussen enerzijds de drieroc sen Zuyd Hogeschoolen anderzijds een aantal belangrijke bedrijven en zorgorganisaties in de regiodie actief zijn op het vlak van technologie in de zorg. Het CIV als samenwerkingsorganisatie wordt bedrijfsmatig gerund, waarbij de CIV producten en diensten tegen een passende vergoeding (min. kostprijs+)worden geleverd aan de diverse groepen klanten. Door bundeling van de krachten van de aangesloten partnerswordt mogelijk gemaakt dat: bij de partners aanwezige expertise (technologie, opleiding en zorg) op een efficiënte wijze maximaal benut wordt(macro-doelmatigheid); een betere kwaliteit van opleiding bereikt wordt, afgestemd om de behoeftes van het werkveld; voor de aangesloten bedrijven en zorgorganisaties beter implementeerbare en gebruikersvriendelijke oplossingen ontwikkeld worden; er een sterk merk wordt gerealiseerd, waardoor er gemakkelijker voldoende instroom plaatsvindt uit een nieuw aan te spreken doelgroep talenten ( sociale-technici ); krachtiger positiesworden ingenomen in landelijke en internationale netwerken. Het CIV kenmerkt zich door een vernieuwende, onorthodoxe en macrodoelmatige aanpak. 2

Bij het invullen van haar activiteiten maakt het CIV maximaal gebruik van bestaande faciliteiten en middelen die aanwezig zijn bij de partners (zowel de primaire als andere netwerkpartners), waardoor vanuit het CIV met beperkte investeringen steeds de nieuwste technologie (van bedrijven en zorgorganisaties) in de zorgpraktijk benut kan worden. Het CIV bouwt voort op de kennis en expertisedie op het gebied van Technologie in de Zorg aanwezig is bij de aangesloten partners en op de door de partners reeds ontwikkelde (opleidings-)producten en modules. Daarbij is het CIV ingebed en integraal onderdeel van meerdere bestaande samenwerkingsverbandenin de regio(eizt & Zorgacademie).Daardoor is zowel de aansluiting geborgd met de ontwikkeling van nieuwe producten en technologie (HBO & WO kennis), alsook de instroom vanuit het VMBO zeker gesteld. Bij het realiseren van doorlopende leerlijnen VMBO-MBO-HBOvervult het CIV dan ook een kerntaak. Specifiek richt het CIV zich met name ook op het enthousiasmeren van sociale technici voor het vakgebied Technologie in de Zorg, waardoor precies die mensen aangesproken worden voor wie de harde traditionele technische richtingen minder passend zijn. De volgende belangen worden door het CIV gediend: Zorgorganisaties: Verpleegkundigen/zorgmedewerkers (zowel nieuwe medewerkers in opleiding alsook ervaren krachten op MBO-niveau) leren beter omgaan met op innovatieve technologie gebaseerde oplossingen (zowel extra- en intramuraal). Innovaties kunnen versneld worden ingevoerd door hen met meer producten kennis te maken en doordat met MBO studenten meer testen kunnen worden gedaan. Bedrijven: De slagingskans van innovaties wordt verhoogd door een toegenomen betrokkenheid van eindgebruikers; dit door samenwerking met MBO studenten of zorginstellingen.: De technologie in de zorg kan breder worden ingezet, met name waar het gaat om: de implementatie hiervan vanuit gespecialiseerde bedrijven; het beheer en onderhoud van reeds geïmplementeerde oplossingen. Onderwijs: De Technologie in de Zorgwordt als vakgebied beter ontwikkeld en aangesloten op steeds nieuwe ontwikkelingen. Immers: vanuit de zorgopleidingen leren de op te leiden zorgverleners beter en slimmer om te gaan met de nieuwste technologische oplossingen; en de implementatie, configuratie en beheer en onderhoud van deze technologische oplossingenvinden plaats vanuit de techniekopleiding. Het aantrekken van een nieuwe groep jongeren die geïnteresseerd zijn in techniek, met een sociaal maatschappelijk belang. Het realiseren van een doorlopende leerlijn op het gebied van techniek in de zorg tussen VMB-MBO en HBO. 2.4 Kernactiviteiten Kernactiviteiten die binnen het CIV worden uitgevoerdworden onderstaand toegelicht. 1. Doorontwikkeling en implementeren (in bestaande ROC-opleidingen) van modules Technologie in de Zorg. Het afgelopen jaar hebben ROC Arcus, Leeuwenborg en Gilde, samen met Zuyd Hogeschool en diverse zorginstellingen en bedrijven, vier onderwijsmodules Technologie in de Zorgontwikkeld: Elektronisch Patiënten Dossier Informatie over nieuwe technologieën Zorg op afstand Domotica. Vanaf Q1-2013 zullen deze modules vanuit het CIV voor de eerste maal uitgevoerd wordenin het curriculum van de niveau 4 opleiding tot Verpleegkundige. De ROC s zullen vervolgens gezamenlijk de modules doorontwikkelen voor de niveau 3 opleidingen en voor de opleidingen Thuiszorgverpleegkundige, Verpleging en verzorging en Maatschappelijk werk. Daarnaast zullen ook modules Technologie in de Zorg beschikbaar worden gemaakt voor diverse techniekonderwijsopleidingen, ook binnen de ROC s. Extra aandacht zal uitgaan naar de inbedding van de modules in de maatschappelijke werk opleidingen, omdat deze groep professionals veel bij mensen thuis zal komen. Bij de doorontwikkeling van deze modules zullen opnieuw partners uit het werkveld worden betrokken. 3

2. Ontwikkeling en uitvoering van de nieuwe MBO-opleiding voor Zorg Technicus. Voortbordurend op de onder 1 genoemde modules en de aanwezige opleiding en de modules `Zorg en Techniek`van Arcus(modules ontwikkeld voor leerlingen van de opleidingen installatietechniek, onderhoudsmonteur, en ICT) zal een nieuwe opleiding Zorg Technicus ontwikkeld worden en door het CIV voor de 3 ROC s worden ingericht. De nieuwe opleiding is een doorontwikkeling van de opleiding Technicus Medische Techniek (crebo 94420) en gericht op het opleiden (op MBO-niveau) van een technicus die nu al in de zorgpraktijk nodig is. De opleiding is nu nog gericht op de intramurale zorg en zal doorontwikkeld worden naar de extramurale zorgpraktijk.het betreft hier een functionaris die in staat is om de veelheid aan apparatuur die patiënten en cliënten dagelijks nodig hebben te installeren en te onderhouden. Kleine storingen in apparatuur kunnen het leven van deze kwetsbare groep ernstig verstoren. Zoals een kapotte rolstoel direct vervangen moet worden, moet in de toekomst ook een storing in de beeldcommunicatie of een kapotte sensor direct verholpen worden. De huidige opleidingen zijn nog niet toegerust voor de opleiding van deze categorie technici.bedrijven, zorg- en welzijnsinstellingen zullen nauw bij de ontwikkeling betrokken worden. Deze opleiding zal als BOL-en als BBL traject aangeboden gaan worden. 3. Bijscholen van personeel van zorginstellingen, gericht op omgang met technologie. Op basis van de onder 1 en 2 genoemde modules en nieuwe opleiding envan de bij de ROC s aanwezige opleidingscomponenten worden voor personeel van zorginstellingen bijscholingsprogramma s ingericht,om hen bij te scholen in het omgaan met de nieuwste technologische oplossingen. Deze bijscholingsprogramma s zullen door het CIV worden uitgevoerd als commerciële maatwerkopleidingen, afgestemd op de behoeftes van specifieke zorgorganisaties. Uiteraard wordt in deze maatwerkopleidingen ingespeeld op EVC, verworven door individuele werknemers. Voor deze commerciële maatwerktrajecten zal intensief worden samengewerkt met de commerciële afdelingen van de ROC s. 4. Bijscholing voor MBO docenten ontwikkelen en uitvoeren. Het CIV ontwikkelt samen met Zuyd Hogeschooleen bijscholingsprogramma om de kennis van MBO docenten op gebied van Technologie in de Zorg te verhogen. Doel is ook om een samenwerking tussen MBO- en HBO -docenten op gang te brengen, curricula op elkaar af te stemmen en een doorlopende leerlijn te ontwikkelen. Het scholingsprogramma zal een maatwerk karakter hebben en flexibel zijn, zodat blijvende kennisuitwisseling tussen MBO en HBO op gang gebracht wordt. De volgende stap hierin is om ook de docenten van het VO en VMBO hierbij te betrekken, zodat hier ook blijvende kennisdeling ontstaat en in partnerships gewerkt wordt aan doorlopende leerlijnen. 5. Ontwikkelen nieuwe begeleidingsvormen voor werkbegeleiders en stagiaires. Door de verschuiving naar zorg in de wijk en de ontmanteling van grote instellingen (met name ook in de gehandicaptenzorg) verandert de rol van de zorgprofessional. Dit heeft directe implicaties voor de leerlingen die in de praktijk aan het leren zijn voor deze beroepen. Er wordt een hoge mate van zelfstandigheid van de leerlingen verwacht en de intensiviteit van de begeleiding neemt af. Zorg- en welzijnsorganisaties geven aan, de begeleiding van stagiaires niet meer aan te kunnen omdat ze onvoldoende contactmomenten kunnen realiseren. Het aantal stageplekken neemt af, terwijl de vraag naar deze gediplomeerde medewerkers stijgt. Het CIV zal samen met alle partners komende jaren werken aan het ontwikkelen en implementeren van nieuwe manieren van communicatie, juist met behulp van moderne ICT, om de werkbegeleiding opnieuw vorm te geven. Bij deze ontwikkeling wordt aangehaakt bij de ontwikkelingen die er al zijn rondom het bewerkstelligen van communicatie tussen professionals in het veld die op afstand van elkaar werken. 6. Doorontwikkeling van nieuwe leerwerkvormen (naar het voorbeeld van Stichting Kompas Nederland) Samen met de geaccrediteerde Stichting Kompas Nederland (SKN), die sinds augustus 2012 haar kantoor gevestigd heeft binnen ROC Leeuwenborgh Opleidingen, wordt momenteel een nieuw concept leer-werkbedrijf vormgeven. SKN is in 2003 opgericht met als doel het organiseren van activiteiten en het uitvoeren van projecten voor mensen met een handicap of chronische ziekte. Hierbij zijn zelfredzaamheid en eigen regie een belangrijk uitgangspunt. Binnen het nieuwe leer-werkbedrijf concept zijn MBO en HBO studentenactief uit verschillende opleidingsgebieden, waaronder SocialWork, Ergotherapie en Zorg en Welzijn. De opzet van het werk-leerbedrijf concept is dat de studenten samen met de SKN-vrijwilligersburgers ondersteunen bij het gebruik van de nieuwste technologieën in hun leven,met als doel zo goed mogelijk in hun eigen leefomgeving (thuis) te kunnen functioneren. De combinatie van de knowhow van SKN (kenis van de doelgroep) en de inzet van CIV studenten creëert een win-win situatie voor alle betrokkenen. Vanuit het CIV zal het leer-werkbedrijf concept met SKN verder worden doorontwikkeld en zullen met zorg en welzijnsinstellingen vergelijkbare leer-werkbedrijven ontwikkeld worden. Hiermee wordt nadrukkelijk ook ingespeeld op de vele regionale zorg-in-de-wijk initiatieven die momenteel worden ontplooid. 7. Overige CIV diensten en kernactiviteiten. a. Inzet MBO leerlingen in toegepast onderzoek. Toegepast onderzoek in het HBO is gericht op het vinden van oplossingen voor problemen uit de dagelijkse zorgpraktijk. De MBO leerlingen vormen, naast de patiënten, de grootste groep medewerkers die in de 4

toekomst met innovaties aan de slag zullen moeten gaan. Vanuit het CIV zullen MBO leerlingen worden ingezet bij onderzoeksprojecten van het HBO, om de aansluiting van het onderzoek met de praktijk te vergroten. b. Inzet MBO-studenten bij ontwikkel- en implementatieprojecten van bedrijven (vergelijkbaar als verwoord onder punt a., maar dan binnen bedrijven). c. Activiteiten gericht op het enthousiasmeren van jonge kinderen (basisonderwijs) en leerlingen in het VMBO voor techniek in de zorg. d. Het ontwikkelen van innovatieve crowd-development concepten, met als doel jongeren te betrekken bij het bedenken van mogelijke (social media-) applicaties en van toepassingen van nieuwe technologie in zorg en welzijnswerk. Als voorbeeld noemen we het organiseren van een (jaarlijkse) wedstrijd voor studenten om een nieuwe app te ontwikkelen om zorgbehoevenden thuis te ondersteunen. 2.5 Doelstellingen Primaire doelstelling van het CIV is het beter opleiden van kwalitatief goede vakmensen (in de zorg en de techniek), aansluitend op de behoefte die voortvloeit uit de steeds toenemende inzet van technologische oplossingen in de zorgsector. Deze doelstelling wordt gerealiseerd door een aantal subdoelen. In onderstaande tabel zijn deze en de er aan gekoppelde resultaten voor 2013 en 2017 aangegeven. Doel Het CIV volgend jaar (2013) Het CIV over 5 jaar (2017) Verhogen van de kennis van technologieoplossingen bij zorgstudenten en zorgmedewerkers 20% van alle MBO zorgstudenten (BOL/BBL) in Limburg volgen CIV modules. Ontwikkeling en uitvoering van de nieuwe MBOopleidingTechnologie in de Zorg Kennisvalorisatie en disseminatie: inzet studenten bij kennisvalorisatie & disseminatie-projecten Verhogen van de toekomstige instroom Ontwikkeling commerciële activiteiten CIV Professionalisering CIV en doorontwikkeling diensten en onderwijs Start opleiding met 20 BOL studenten. 10% van alle BOL/BBL zorgstudenten en 100% van de Technologie in de Zorg studenten worden ingezetvoor/in valorisatie en disseminatie-projecten. Naamsbekendheid van het CIV bij target doelgroepen (VMBO, MBO, VO) is 20% met positieve beleving. 10% van de CIV omzet komt uit commerciële diensten. CIV organisatie is operationeel met de gedefinieerde startportfolio per 1 maart 2013. 100% van alle MBO zorgstudenten ((BOL/BBL) in Limburg volgen CIV modules. 100 BOL en 100 BBL studenten zijn in opleiding. 40% van alle BOL/BBL zorgstudenten en 100% van de Technologie in de Zorg studenten worden ingezet voor/in valorisatie en disseminatie-projecten. Naamsbekendheid van het CIV bij target doelgroepen (VMBO, MBO, VO) is 80% met positieve beleving. 25% van de CIV omzet komt uit commerciële diensten. CIV is volledig zelfvoorzienend zonder externe financiering. 3 WIE: Het team Dit hoofdstuk beschrijft wie het CIV is. Hierbij is aandacht voor de primaire partners van het CIV, de overige stakeholders en het trackrecord van succesvolle projecten onder leiding van (primaire) partners van het CIV. Conceptueel is het CIV in onderstaand plaatje geschetst (z.o.z.) Aangezien wordt uitgegaan van een open groeimodel, zijn de belangenparticipaties in het CIV als samenwerkingsorganisatie door de foundingfathers vastgesteld op de volgende sector -percentages: Onderwijsorganisaties (de 3 ROC s en Zuyd Hogeschool): 60% Bedrijfsleven & Zorgaanbieders: 40% Hierna zijn de startsituatie aangaande de partners, hun belang en hun inbreng nader uitgewerkt. Indien in de toekomst (hetgeen de nadrukkelijke ambitie is) meerdere organisaties een primaire partnerrol willen vervullen, worden de bestaande belangen zodanig aangepast dat de sectorpercentages zoals hierboven geschetst in stand blijven. 5

Primaire partners 2 e Schil partners 3.1 Primaire partners (1 ste schil) De primaire partners van het CIV zijn een combinatie van ondernemingen, zorgorganisaties en onderwijsorganisaties (de3 ROC s en de ZuydHogeschool).In onderstaande tabel wordt het participatiebelang en de inbreng in het CIV weergegeven. Vervolgens wordt in deze paragraaf beschreven wat hun primaire belang is om deel te nemen in het CIV. Voor elke afzonderlijk deelnemer is het uitgangspunt voor participatiedat de balans tussen bijdrage en benefits (business case)positief is. Primaire Partners CIV, belangen en inbreng Naam A Onderwijsorganisaties 1 ROC Arcus College (penvoerder) Inbreng Overheid 2 ROC Leeuwenborgh 3 ROC Gillde 4 Hogeschool Zuyd subtotaal A Belang Inbreng ( ) p.j. Omschrijving inbreng 18 60000 Docent/kenniswerker 380000 Subsidie Topsectorbeleid 18 60000 Docent/kenniswerker 18 60000 Docent/kenniswerker 6 20000 Technologie in de Zorg faciliteiten, kennis & expertise 60 580000 B Bedrijven & zorgorganisaties 1 Groene Kruis Domicura 2 Orbis 3 Atrium 4 Intredende partners subtotaal B Totaal generaal 40 100 in onderhandeling Technologie in de Zorg faciliteiten, kennis & expertise in onderhandeling Technologie in de Zorg faciliteiten, kennis & expertise in onderhandeling Technologie in de Zorg faciliteiten, kennis & expertise in onderhandeling Technologie in de Zorg faciliteiten, kennis & expertise 200000 780000 Door de primaire partners is een Consortium Agreement opgesteld waarin de samenwerking tussen de partners geformaliseerd is (zie hoofdstuk 6). 3.1.1 Bedrijven en zorgorganisaties In eerste instantie heeft het CIV een directe verbondenheid met het bedrijfsleven en zorgorganisatiesin de regio,die actief zijn op het gebied van Technologie in de Zorg. Een groot aantal zorgorganisaties en bedrijven participeert reeds in bestaande regionale samenwerkingsverbanden zoals EIZT (zie ook paragraaf 3.2 en bijlage 3) en de Zorgacademie Parkstad. De doelmarkt voor de bedrijvenis groter dan de regio alleen en richt zich op Nederland, de nabije Euregio en de internationale markt voor hun technologie-oplossingen. Het belang van bedrijvenligt in het waarborgen van 6

continuïteit van hun activiteiten, een goede implementatievan Technologie in de Zorg - oplossingen en het beheer en onderhoud ervan. Dit kan worden vertaald naar: Voldoende beschikbaar gekwalificeerd technischpersoneel op MBO-niveau, nu en in de toekomst. Samenwerking met de zorgsector in de regio, om innovatieve oplossingen (verder) te ontwikkelen en beter te laten aansluiten bij de dagelijkse zorgpraktijk. Inzet van zowel generation-y jongeren alsook de groep oudere zorgmedewerkers bij gebruikers- en verificatietesten van hun technologische oplossingen. Dit komt de brede toepasbaarheid en de gebruikersvriendelijkheid van deze oplossingen zeer ten goede. Het belang dat van zorgorganisaties in de regio hebben bij een directe verbondenheid met het CIV uit zich met name in: Het verhogen van de competenties en vaardigheden van zorgpersoneel in het omgaan met nieuwe technologie. Het breder inzetten van nieuwe technologische oplossingen die goed aansluiten bij de zorgpraktijk bij de zoektocht naar grotere procesefficiency en het verhogen van de kwaliteit van zorg. Voldoende beschikbaar gekwalificeerd technisch personeel op MBO-niveau, nu en in de toekomst. 3.1.2 Onderwijs De MBO-onderwijsorganisaties en oorspronkelijke initiatiefnemers die samenwerken in het CIV zijn: Arcus College Leeuwenborgh Opleidingen Gilde Opleiding. Daarnaast is ZuydHogeschoolaangesloten als primaire partner in het CIV vanuit het onderwijs. Zuyd Hogeschool fungeert als kennisinstelling voor het volledigeinhoudelijke spectrum van het CIV.Het zwaartepunt van Zuyd Innovatieve Zorg en Technologie is onlangs erkend door het ministerie, bij de beoordeling van de prestatieafspraken van alle HBO s. Zuyd krijgt extra middelen om in de regio Zuid Oost Nederland een Centre of Expertise te ontwikkelen op dit onderzoeksthema. Zuyd heeft met haar onderzoek en landelijk hooggewaardeerde opleidingen in de gezondheidszorg een goede uitgangspositie om dit Centre te op te richten. Zuyd wil samen met de MBO s de nodigde vernieuwingen in het onderwijs realiseren om zo voor het werkveld als één partner op te treden Het CIV maakt het voor het MBO-onderwijs mogelijk om: De inhoudelijke en begripsmatigegap tussen onderwijs en bedrijfsleven te verkleinen. Up-to-standardsonderwijs te leveren door interactie met het bedrijfsleven en het HBO. Docenten verder te professionaliseren door kennisuitwisseling met innovatieve bedrijven. Te werken met state-of-the-art technologie en aan toegepast onderzoek. De ketenbenadering structureel te hanteren, c.q. continue samenwerking tussen VMBO/MBO/HBO/WO en het bedrijfsleven (doorlopende leerlijnen). Door de ROC s worden o.a. een aantal in samenwerking ontwikkelde opleidingsmodules Technologie in de Zorg ingebracht in het CIV, die een belangrijke bouwsteen vormen voor de verdere ontwikkeling en exploitatie van het CIV.Binnen het onderwijs (ook in samenwerking met Zuyd Hogeschool) opgedane ervaring met en kennis van opleidingsontwikkeling zal worden aangewend voor curriculumverbetering en -upgrading en het realiseren van kennistransitie. Hoewel het bedrijfsleven en het onderwijs hun eigen belangen en rollen hebben, zijn ze nadrukkelijksamen verantwoordelijk voor het invullen van het CIV- concept van samen leren, werken en onderzoeken. 3.2 Overige samenwerkingspartners en stakeholders (2 e schil) De groep samenwerkingspartners en andere stakeholders is groot en divers. In deze 2 e schil bevindt zich een groot aantal (zorg)organisaties, bedrijven en(kennis)instellingen. De belangrijkste zijn: 1. EIZT netwerk. 2. Zorgacademie. 3. Expliciet gecommitteerde 2 e schil bedrijven, zorgorganisaties, kennisinstellingen en organisaties. 4. Overheid. 5. Talenten. Hieronder worden de categorieën nader toegelicht. 7

3.2.1 Het EIZT Het CIV is een integraal onderdeel van het brede (regionale en interregionale) EIZT netwerk, dat geheel gefocust is op Technologie in de Zorg. Een uitvoerigere beschrijving van dit voor het CIV zeer belangrijke netwerk is toegevoegd in bijlage 3.In deze stichting bundelen de Limburgse zorginstellingen, de lectoraten van Zuyd Hogeschool, TNO en UM hun onderzoekscapaciteit, gericht op de ontwikkeling en implementatie van innovatieve zorg en technologie in Limburg. De stichting voert op basis van een gezamenlijk vastgesteld onderzoeksprogramma projecten uit. Deze zijn gericht op het komen tot succesvolle innovaties in de zorgpraktijk, met een focus op technologische innovaties. Veelzorginstellingen, bedrijven en intermediaire organisaties hebben zich reeds gecommitteerd aan deze nieuwe organisatie en hebben een bijdrage in menskracht toegezegd. Ook zijn meerdere zorginstellingen en zorgverzekeraars bereid om een deel van hun gelden, bestemd voor zorginnovatie, aan deze stichting toe te kennen (i.p.v. aan elke individuele zorginstelling). 3.2.2 Zorgacademie Parkstad. Het CIV is een eveneens een integraal onderdeel van de Zorgacademie Parkstad (ZAP). Dit is een samenwerkingsverband tussen Arcus College, Atrium Medisch Centrum, Hogeschool Zuyd, Mondriaan, Sevagram en de Open Universiteit. ZAP kent een drietal pijlers:: Onderwijs in de zorg innovatie. Zorginnovatie (waaronder technologie in de zorg). Strategisch personeelsbeleid. Voor meer informatie zie : www.zorgacademieparkstadlimburg.com 3.2.3 Expliciet gecommitteerde 2e schil bedrijven, zorgorganisaties, kennisinstellingen en organisaties. In onderstaande tabel zijn de bedrijven en organisaties opgenomen die zich expliciet gecommitteerd hebben aan het CIV en dit commitment ook bekrachtigd hebben in een Letter of Intent (LoI). Hierin is per organisatie verwoord hoe de samenwerking met het CIV (op hoofdlijnen) invulling wordt gegeven. Een volledig overzicht van de 2 e schil samenwerkingspartners (het aantal is groeiende), inclusief de verschillende LoI s,is toegevoegd in bijlage 2. Enkele belangrijke partijen zijn: Cofely Zuid Nederland B.V. MeanderZorggroep Stichting Kompas Nederland (SKN) LSS Connect BV Salusion BV Mainport BV Een aantal partners in de 2 e schil heefttevens aangegeven wellicht als primaire partner een rol te willen gaan vervullen in het CIV. De gesprekken met deze partijen over hun aandeel en inbreng zijn gaande. Als sprekend voorbeeld lichten we er de Stichting Kompas Nederland(SKN) uit. 8

De Stichting Kompas Nederland is in 2003 opgericht met als doel het organiseren van activiteiten en het uitvoeren van projecten voor mensen met een handicap of chronische ziekte. Hierbij zijn zelfredzaamheid en eigen regie een belangrijk uitgangspunt, waarbij SKN een spilfunctie vervult in het ondersteunen van genoemde doelgroepen. SKN voert in opdracht van gemeentes in Limburg buurtprojecten uit, gericht op het ondersteunen van mensen en gehandicapten in de thuissituatie, waarbij de inzet van ICT technologie een kernonderdeel is. Genoemde projecten zijn zowel gericht op het bieden van praktische technische (ICT) ondersteuning alsook op de inzet van ICT technologie ter bevordering van sociale contacten en integratie van de doelgroep in de lokale samenleving. SKN wil graag op structurele basis samenwerken met het CIV op het gebied van: 1. Het actief meedenken bij de ontwikkeling van (nieuwe) opleidingsmodules, maatwerkopleidingen en innovatieve MBO-opleidingsproducten op het gebied van Technologie in de Zorg, vanuit de hiervoor genoemde SKN doelgroep en activiteiten 2. De ontwikkeling, binnen het CIV, van een kenniscentrumfunctie waarin de opgedane relevante kennis uit de SKN projecten centraal wordt vastgelegd alsook continue wordt aangevuld, uitgebreid en beschikbaar gesteld ten behoeve van zowel nieuwe CIV alsook SKN projecten. 3. De inzet van CIV studenten in lopende en nieuwe SKN projecten. 3.2.4 Overheid. Het provinciaal economisch beleid richt zich sinds enkele jaren ondermeer op versterking van de LS&H sector, die nieuwe werkgelegenheid kan creëren voor de toekomst. Vanuit met name de Human Capital Agenda Life Sciences & Health is een actieprogramma opgesteld om human capital issues aandacht te geven. De HCA is een provinciaal kader waarmee de Provincie Limburg richting en focus beoogt aan te brengen en krachtenbundeling wil bewerkstelligen bij de uitvoering van activiteiten op het terrein van onderwijs en arbeidsmarkt in deze sector. Voor de Provincie Limburg is deze agenda bepalend voor haar actieve inzet in en ondersteuning van projecten. Het CIV sluit nauw aan bij deze doelstellingen en neemt verantwoordelijkheid voor onderdelen van het actieprogramma. Regionaal hebben de gemeentes Sittard-Geleen, Maastricht en Heerlen zich verenigd in Limburg Economic Development (LED). Deze organisatie beoogt de Brainport 2020 doelstellingen te behalen, toegespitst op de regio, met de Maastricht Health Campus en de Chemelot Campus alseconomische speerpunten. Het centrum sluit hierbij aan door voldoende kwalitatief goed opgeleid personeel op het gebied van Technologie in de Zorgbeschikbaar te stellen. Dit stelt het bedrijfsleven in staat te groeien en producten te ontwikkelen die aansluiten bij in de praktijk. 3.2.5 Talenten. Een belangrijke stakeholder is het talent dat wordt opgeleid in het CIV. Met talent wordt hier bedoeld: studenten, medewerkers van zorgorganisaties en bedrijven endocenten (upgrading in het kader van Leven Lang Leren ). Het talent is naast het bedrijfsleven en zorgorganisaties DE klant waarvoor het CIV wordt ontwikkeld en geëxploiteerd. Bij de realisatie van het CIV wordt deze doelgroep intensief betrokken door de instelling van een klankbordgroep c.q. een studentenboard. Hiermee krijgen de studenten een formele adviesrol en kunnen op deze wijze meedenken bij de verdere ontwikkeling van het CIV. 3.3 Track record De diverse primaire en 2 e schil partners hebben een sterk track record opgebouwd van gezamelijke succesvolle projecten. Arcus College, Leeuwenborgh en Gilde Opleidingen werken al vele jaren samen op het gebied van de gezamenlijke initiatie en optimalisatie van Zorg Curricula en de organisatorisch/inhoudelijke afstemming van de beroepspraktijkvorming. Daarnaast werken alle betrokken onderwijsorganisaties nauw samen met het bedrijfsleven en zorgorganisaties in de regio in vele Raak (Pro) en vergelijkbare projecten. De bestaande samenwerkingsverbanden (EIZT, zie bijlage 3) en de Zorgacademie Parkstad zijn uiteraard ook uitstekende voorbeelden van regionale samenwerking. Tenslotte is ook het CIV Chemie op Chemelot, waarin Arcus, Leeuwenborgh, Zuyd Hogeschool en een aantal bedrijven partners participeren, een relevante operationele samenwerking waaruit enkele kernervaringen resulteren die meegenomen zijn en worden bij de realisatie van het onderhavige initiatief. 4 Het business model Dit hoofdstuk beschrijft welke diensten het CIV levert aan welke specifieke doelgroepen en hoe het verdienmodel van het CIV eruit ziet. 9

4.1 Proposities Het business model van het CIV is conceptueel hieronder weergegeven, waarbij de product-marktsegmenten in hoofdlijnen geschetst zijn: 4.1.1 Producten/Diensten Het CIV biedt de volgende producten en diensten aan (zie ook de beschreven kernactiviteiten in hoofdstuk 2.4): 1. Doorontwikkeling en implementeren (in bestaande ROC-opleidingen) van modules Technologie in de Zorg. Deze dienst wordt primair geleverd aan de ROC sarcus, Leeuwenborgh en Gilde, als onderdeel van de opleidingen Zorg, Welzijn en ook Techniek. 2. Ontwikkeling en uitvoering van de nieuwe MBO-opleiding voor Zorg Technicus voor de ROC sarcus, Leeuwenborgh en Gilde: a. BOL opleiding b. BBL trajecten 3. Bijscholen van personeel van zorginstellingen, gericht op omgang met technologie. Deze bijscholingsprogramma s zullen door het CIV worden uitgevoerd als commerciële maatwerkopleidingen,afgestemd op de specifieke behoeftes van een zorgorganisatie. 4. Bijscholing ontwikkelen en uitvoering voor MBO docenten, primair van de ROC sarcus, Leeuwenborgh en Gilde. 5. Ontwikkelen nieuwe begeleidingsvormen voor werkbegeleiders en stagiairess van zorgorganisaties. 6. Doorontwikkeling van nieuwe leerwerkvormen (naar het voorbeeld van Stichting Kompas Nederland). 7. Overige CIV diensten en kernactiviteiten. a. Inzet MBO leerlingen in toegepast onderzoek. b. Inzet MBO-studenten bij ontwikkel- en implementatieprojecten van bedrijven c. Activiteiten, gericht op het enthousiasmeren van jonge kinderen (basisonderwijs) en leerlingen in het VMBO voor techniek in de zorg. d. Het ontwikkelen van innovatieve crowd-development concepten. In het bovenstaande business model wordt nadrukkelijk onderscheid gemaakt tussenenerzijds primaire onderwijsproducten (leidend tot een formeel erkend MBO diploma of certificaat) en op onderwijs gerichte activiteiten en anderzijdscommerciële producten en diensten. 4.2 Verdienmodel en klantsegmenten Onderstaande tabel geeft het verdienmodel weer waarbij de diverse producten en diensten per klantsegment aangegeven zijn. 10

Betalende Indirecte Wijze van Product cq dienst klant klant betaling A Primaire onderwijs activiteiten 1 Modules technologie in de zorg ROC's (zorg& techniek) Zorg/techniekstudent Bijdrage per module/tijd 2a Opleiding technicus in de zorg (BOL) ROC's (Rijk) Techniekst.-bedrijven/ZA Rijks bijdrage per student (BOL) 2b Opleiding technicus in de zorg (BBL) ROC's (Rijk) Techniekst.-bedrijven/ZA Rijks bijdrage per student (BBL) 4 Bijscholing MBO docenten ROC's (zorg& techniek) Docenten zorg & techniek Bijdrage per "docent-cursist" 5 Nieuwe begeleidingsvormen Zorgaanbieders Praktijkbegeleiders Bijdrage per begeleider 6 Doorontwikkeling LW-vormen (eg SKN) Gemeentes(WMO)/belangenorg. Onderst.behoevenden Fee per inzet student/beg. 7a Inzet MBO-studenten tbv onderzoek EIZT/ZAP netwerkpartners WO-HBO & partners Fee per inzet student/beg. 7c Enthousiasmeringsactiviteiten Overheden (gemeentes/provincie) ROC's (instroom) Projectfee B Secundaire activiteiten (commercieel) 3 Bijscholing personeel ZA (maatwerk) Zorgaanbieders Medewerkers zorg/za Cursusbedrag per medewerker 7b Inzet MBO-studenten bij bedrijven Bedrijven Bedrijven Voucher/fee per inzet 7d "Crowd-development" concepten Bedrijven/zorgaanbieders Bedrijven/Zorgaanbieders Succesfee Toelichting 1. OnderwijsmodulesTechnologie in de Zorg. De vier reeds ontwikkelde onderwijsmodules zullen direct in het onderwijs van de 3 ROC s geïmplementeerd worden. Hiermee wordt binnen de zorgopleidingen een start gemaakt in Q1-2013, waarna vervolgens ook implementatie binnen de Welzijns- en Techniekopleidingen plaats zal vinden. De uitvoering van de modules zal door het CIV worden verzorgd, waarbij zowel faciliteiten als docenten vanuit het CIV worden ingezet. Deels zullen de modules worden verzorgd in praktijkomgevingen bij zorgaanbieders en bedrijvenpartners. Vanuit het CIV zullen in samenwerking met de partners nieuwe modules worden ontwikkeld, die vervolgens weer binnen de ROC-opleidingen uitgevoerd zullen worden. Zowel het aantal modules zal groeien (het aandeel technologie in de zorg neemt toe), alsook het aantal studenten die als onderdeel van hun ROC-opleiding een of meerdere modules gaan volgen. Bijgevolg is in de komende jaren een forse groei voorzien. Voor het uitvoeren van de modules binnen de ROC opleidingen zal het CIV een vergoeding ontvangen van de ROC s op basis van integrale kostprijs van het CIV. De kostprijs zal gerelateerd zijn aan de hoeveelheid tijd die per module gespendeerd wordt (inzet docenten, begeleiders en faciliteiten). De vergoeding die de ROC s hiervoor betalen wordt bekostigd uit de rijksbijdrage per BOL/BBL student. Op termijn zullen de ontwikkelde modules ook aangeboden worden aan andere ROC s(kostprijs). 2. Nieuwe opleiding Technicus in de Zorg De ontwikkeling van de nieuwe opleiding Technicus in de Zorg bouwt in belangrijke mate voort op bouwstenen die reeds aanwezig zijn bij de partners. De opleiding kan dan ook relatief snel (na verkregen crebo-goedkeuring) worden opgestart. Implementatie is voorzien vanaf september 2013, startend met één groep van 20 voltijds leerlingen van de drieroc s gezamenlijk. De opleiding wordt voor de drieroc s geheel verzorgd door het CIV en de rijksbijdrage komt dan ook via de ROC svolledig ten goede aan het CIV. Er wordt uitgegaan van een bijdrage van 5000,- per student. In de jaren na de start is jaarlijks een nieuw startende groep voorzien, waarbij de hoeveelheid nieuw startende studenten elk jaar (licht) zal toenemen en er vanaf jaar 4 na de start twee groepen van 20 voltijds leerlingen in opleiding gaan. Aan het eind van opleiding is er een succes-fee bij het behalen van een diploma. Daarnaast wordt door het CIV tevens een BBL variant ontwikkeld, met name voor medewerkers van zorginstellingen. De start van deze opleiding is eveneens voorzien in september 2013, met 40 BBL studenten voor de drieroc s in totaal. De rijksbijdrage per BBL student, aangenomen op 2500,-, komt ook hier weer geheel ten goede aan het CIV. 3. Bijscholing personeel zorginstellingen Mede op basis van de bouwstenen genoemd onder 1 en 2 zullen klant-specifieke maatwerktrajecten worden ontwikkeld en aangebodenaan zorgaanbieders (in samenwerking met de commerciële units van de ROC s). Deze zullen door het CIV worden uitgevoerd. Hiervoor wordt een passende (kostprijs +) prijsstelling gehanteerd, die uiteraard mede bepaald wordt door de omvang (qua tijd) en inhoud van het traject. Opbrengsten komen geheel ten goede aan het CIV. Ook deze maatwerktrajecten zullen vanaf september 2013 uitgevoerd worden. 4. Bijscholing MBO docenten Samen met Zuyd Hogeschool en andere consortiumpartners worden door het CIV specifieke bijscholingsmodules voor docenten ontwikkeld. Deze worden door het CIV tegen integrale kostprijs aangeboden aan en uitgevoerd voor primaire partners (met name de ROC s). Daarbij wordt per module per student een bijdrage gevraagd. Met de uitvoering hiervan wordt gestart voor medio 2013. Op termijn zullen de ontwikkelde modules ook aangeboden worden aan andere ROC s (kostprijs+). 11

5. Nieuwe begeleidingsvormen Samen met ZuydHogeschool en andere consortiumpartners ontwikkelt het CIV nieuwe begeleidingsvormenvoor praktijkbegeleiders van vnl. zorgorganisaties. Deze worden door het CIV tegen integrale kostprijs aangeboden aan en uitgevoerd voor samenwerkingspartners (met name zorgorganisaties). Daarbij wordt per module per student/begeleider een bijdrage gevraagd. Met de uitvoering hiervan wordt gestart voor medio 2013. Voor nietsamenwerkingspartners zal dit product aangeboden worden tegen kostprijs + 20% marge. 6. Doorontwikkeling leerwerkvormen Samen met partners zoals SKN wordt door het CIV het leerwerkconcept zoals beschreven doorontwikkeld.in deze leerwerkvormen worden bij projecten CIV-studenten ingezet en begeleid. Voor deze projecten zullen gemeentes en belangenorganisaties een (beperkte) compensatie betalen voor de inzet en begeleiding van studenten. Deze compensatie komt ten goede aan het CIV. Uitgegaan is van een all-in uurtarief van 5,- per student per uur. Startdatum is september 2013. 7. Overige CIV diensten en kernactiviteiten. a. De inzet van MBO leerlingen bij toegepast onderzoek. b. De inzet van MBO studenten bij ontwikkel- en implementatieprojecten van bedrijven. c. Activiteiten gericht op het enthousiasmeren van jonge kinderen (basisonderwijs) en leerlingen in het VMBO voor Techniek in de Zorg. d. Het ontwikkelen van innovatieve crowddevelopment concepten. Bij 7a en b van bovenstaande diensten is het uitgangspunt dat het CIV wordt gecompenseerd voor de inzet en begeleiding van studenten en voor gebruik van faciliteiten bij de genoemde activiteiten. Uitgegaan is van een gemiddeld all-in uurtarief van 6,- per student per uur. Dit kan echter variëren, afhankelijk van de vraagstelling en de ingezette begeleiding en faciliteiten. Tevens geldt voor CIV-partners het integrale kostprijs principe en voor nietpartners een kostprijs + tarief. Specifiek voor bedrijven zal er tevens een vouchersysteem worden geïntroduceerd, waarbij door inwisseling van een voucher het bedrijf een package-deal aan ondersteuning van het CIV verkrijgt. Voor 7c zullen vanuit het CIV projectmatige activiteiten opgezet en uitgevoerd worden, waarbij aan lokale en regionale overheden wordt gevraagd de kosten hiervan te dragen. Voor 7d zullen primair de kosten voor de ontwikkeling van de verschillende concepten gedragen worden door het CIV. Indien bijvoorbeeld een ontwikkelde app daadwerkelijk door een bedrijf als commercieel interessant gezien wordt, zal aan dit bedrijf een succes-fee gevraagd worden om de app te vermarkten. De begrote omzetten per product/dienst voor de jaren 2013 t/m 2017 zijn opgenomen in hoofdstuk 7 Financiën. 4.3 Marketingstrategie De positionering (branding) in de markt zal door het CIV via en samen de partners uitgevoerd worden. Primair zal het CIV zich profileren als het gezamenlijke Technologie in de Zorg competentiecentrum van de 3 ROC s. De samenwerking vanuit het CIV met de ROC s, zowel in de communicatie naar studenten als naar andere stakeholders, is van cruciaal belang. De samenwerking met de vele bij het CIV betrokken partners is daarbij een sterke USP. Uitgangspunt is het creëren van een sterk merk in de regio op het gebied van Technologie in de Zorg. Voor de CIV doelgroepen wordt per doelgroep een passende marketing- en communicatiestrategie ontwikkeld, waarvoor enkele kernpunten zijn: Community building (netwerk en themabijeenkomsten, symposia) Inzet van verschillende kanalen om de doelgroepen effectief te bereiken, waaronder het gebruik van social media, maar ook van meer klassieke instrumenten (brochures, promotiefilmpjes, open dagen, voorlichtingsdagen). Gebruik maken van de succesvolle kanalen van alle partners van het CIV CIV is vernieuwend, onorthodox. Leuk. Jonge mensen willen er graag bij zijn en voelen zich er thuis. Het CIV is maatschappelijk relevant. Draagt bij aan een betere samenleving en helpt maatschappelijke problemen mee op te lossen. 12

5 Omgevings- en risicoanalyse In dit hoofdstuk wordt een omgevings- en risicoanalyse voor het CIV nader uitgewerkt. 5.1 Trends en ontwikkelingen in de markt Omdat het Centrum zich binnen de Life Sciences & Health op het snijvlak van technologie en zorg begeeft, zijn zowel de trends en ontwikkelingen binnen de Sector Life Sciences, alsook binnen de sector Zorg en Techniek van belang. Kenmerkend voor Life Sciences & Healthin Limburg is: Een relatief nieuwe, in omvang nog vrij kleine, groeiende innovatieve, kennis-en technologie-intensieve sector. Een deel van de sectorin Limburg wordt gevormd door Maastricht Health Campus (MHC). Deze wordt versterkt door een ring van tientallen MKB bedrijven, gespecialiseerd in lifetec-, health- en/of zorggerelateerde apparatuur, producten en diensten. Daarnaast zijn er in Limburg diverse ICT/ techniek-gerelateerde bedrijven die specifiek producten ontwikkelen en/of fabriceren voor de medische sector, met name op het gebied van health care vanuit de thuissituatie. De infrastructuur van de Life Sciences & Health in de regio wordt verder versterkt door de 'testbed-omgeving' in het Maastricht UMC+ (MUMC+), in grote regionale (opleidings)ziekenhuizen énin gespecialiseerde zorgen/of revalidatie-instellingen in de regio. Limburg heeft een sterke kennisbasis op het gebied van Life Sciences & Health. De kracht ligt met name op het gebied van biomedische materialen, diagnostiek en medische technologie. Kenmerkend voor de Zorgsector (cure en care) in Limburg is: Door vergrijzing loopt de zorgvraag in Limburg op. Tegelijkertijd neemt door de vergrijzing de uitstroom van medewerkers uit de sector sterk toe. De zorgsector krijgt extra aandacht in het provinciaal beleid vanwege het belang voor de werkgelegenheid én de te verwachten knelpunten in de personeelsvoorziening, samenhangend met de demografische ontwikkelingen. In de curatieve zorg wordt vooral ingezet op innovaties om arbeid te verlichten en te besparen en om de vrijheid van patiënten te vergroten. Technologische innovaties spelen een steeds belangrijkere rol in de sector. De sector Techniek is altijd erg belangrijk geweest in Limburg. Nog steeds is de totale industrie relatief ruim vertegenwoordigd. Andere kenmerken zijn: De komende jaren vindt in de technische beroepen een grote uitstroom van arbeidskrachten plaats. Naast de kwantiteit, moet ook de kwaliteit van de vakkrachten worden gegarandeerd. Mede door de stijging van het gevraagde opleidingsniveau kiezen in Limburg nog steeds relatief weinig jongeren voor een technische beroepsopleiding. Tekorten zijn er daardoor nog steeds, nu met name op de hogere MBO-enHBO-niveaus. De toenemende zorgvraag door de vergrijzing heeft tot gevolg dat ook de vraag naar geavanceerde medische en thuiszorg systemen, apparatuur en hulpmiddelen stijgt. Daarmee neemt de arbeidsvraag in dat segment toe. De dalende leerlingaantallen in het MBO tikken extra hard aan in de techniek. Het imago van de sector bij potentiële leerlingen was al niet optimaal. 5.2 Aard en omvang huidige en toekomstige doelgroepen De doelgroepen van het CIV zijn onder te verdelen in de volgende categorieën: 5.2.1 Bedrijfsleven Een deel van de sector Life Sciences & Health in Limburg wordt gevormd door de Maastricht Health Campus (MHC). Op de MHC zijn momenteel 45 bedrijven gevestigd. De helft hiervan is spin-off van MUMC+. De valorisatie bij MHC moet resulteren in 40 extra spin-offs in 2020 (5 spin-offs per jaar) met een toename van 1100 arbeidsplaatsen. Daarnaast telt Limburg ruim 300 bedrijven met een relatie tot Life Sciences, vrijwel allemaal behorende tot het Midden en Klein Bedrijf. Niet al deze bedrijven focussen op medische technologie op deze campus. Ook is in Limburg een aantal ICT/ techniek-gerelateerde bedrijven actief met het vertalen van ICT/technische ontwikkelingen naar innovaties in de zorg. Deze bedrijven vallen vaak niet onder de categorielife sciences en health, maar meer in de regulieresectoren ICT en Techniek. Vanuit hun activiteiten gezien bieden deze bedrijven echter wel degelijk een toegevoegde waarde voor de sector LS&H. Ook deze bedrijven hebben goede technici met kennis van de zorgomgeving (nodig) en ontwikkelen innovatieve producten die in de zorgsector worden toegepast. Deze groep bedrijven hoort dan ook nadrukkelijk tot de doelgroep van het centrum. Een voorzichtige inschatting is dat 10% van alle ICT-bedrijven in Limburg zicht actief bezig houdt met toepassingen in zorginnovatie. Dat zijn zo n 100 (met name MKB-) bedrijven in totaal. 13