Voorwoord. Inleiding 1. II Het huidige pensioenstelsel 33



Vergelijkbare documenten
SAMENVATTING REGEERAKKOORD

VISIE OP WERK. Jeroen Zwinkels 23 november 2015

1 Inleiding. Wanneer ga jij met pensioen Versie: Pagina: 3 van 7

Wet werk en zekerheid is een feit: wat betekent dit nu?

Wanneer ga jij met pensioen?

Oudedagsvoorziening nu en straks. Casper van Ewijk Netspar & Universiteit van Amsterdam

Martin Gast. Edmond Halley BV Increase PensioenKnowHow BV. Increase Pensioen KnowHow

Aanbevelingen voor DC

Pensioenscenario s in het licht van de komende verkiezingen. Emile Soetendal 10 januari 2017

Zelfstandigen zonder pensioen(fonds)

S A M E N V A T T I N G

Highlights Regio in Beeld Arbeidsmarktregio Amersfoort

Pensioennieuwsbrief AC Rijksvakbonden. Februari Ferry Pereboom Angelique Kansouh

Aan: Het College van Burgemeester & Wethouders van de gemeente Leiden Postbus PC Leiden

Meerderheid zelfstandigen bouwt geen pensioen op Een derde verwacht onvoldoende

Ten minste houdbaar tot?

Financiële bijlage D66-verkiezingsprogramma

P O S I T I O N P A P E R

Pensioenaanspraken in beeld

Facts & Figures uitwerking Pensioenakkoord

Vertrouwen begint met zekerheid en perspectief MHP-ambitie voor de sociale agenda

5 augustus Onderzoek: Werknemers over verhoging AOW-leeftijd

THEMA: ARBEIDSMARKT JOOST DUFFHUES YACHT 24 MEI 2012

Vergeet niet uw adres te controleren of aan te vullen, zodat we u persoonlijk op de hoogte kunnen houden.

Pensioen vanaf.. Impact sociaal akkoord op pensioenregelingen. drs. Rajish Sagoenie, Actuaris AG. Aon Hewitt Consulting Retirement Actuarial Services

Facts & Figures uitwerking Pensioenakkoord

De gevolgen van het Kunduzakoord op het inkomen en de cao. Eddy Haket, Tilburg, 2 juli 2012

Duurzame inzetbaarheid = Langer werken?

Avondje Legal. 3 Advocaten

Doel is om voor deelnemers een beeld te schetsen van hoe het pensioen in elkaar steekt en hoe hun eigen pensioen er voorstaat.

Van Duyn Van der Geer pensioenactualiteiten

De heer W.I.W. Voorbeeld Straat AB WOONPLAATS 1234ab49. Heerlen, April Beste heer Voorbeeld,

Bpf Schilders. Ter discussie (On) mogelijkheden vrijstelling/dispensatie ZZP-ers. 19 december 2016, door Nicolette Opdam

ONDERZOEK JONGEREN EN FLEX FNV JONG

Doorwerken na 65 jaar

Beschikbare premieregeling: mag het iets anders zijn?

Een brug naar de toekomst PCOB manifest heeft oog voor solidariteit tussen generaties

Solidariteit tussen generaties of generatiegevecht pensioen?

Veelgestelde vragen Uniform Pensioenoverzicht

PENSIOENBAROMETER 2012 Onderzoek van GfK Panel Services in opdracht van Montae

De arbeidsmarkt in Midden-Limburg

We willen het zelf doen

Workshop Duurzaam gezond werken

De pensioenleeftijd in beweging

Langzaam maar zeker zijn ook de gevolgen van de economische krimp voor de arbeidsmarkt zichtbaar

Aanvullend PensioenSparen. Banksparen voor een aanvulling op uw pensioen

CDC & DC BINNEN HET APF

Quiz. Heeft u een telefoon met internet? Ga naar kahoot.it en doe mee

De toekomst van ons pensioen

Hoe varen we met het pensioenakkoord

Maatregelen Sociale Zaken en Werkgelegenheid per januari 2016

Ouderen en de arbeidsmarkt. Inhoudsopgave. 1 Algemeen...1

Actualiteitenbulletin 1/6

Opdracht Levensbeschouwing AOW-leeftijd

uw werk is onze zorg WerkZekerplan: nieuw werk en zekerheid Informatie voor werknemers

PENSIOEN Gemakkelijker kunnen we het...

Alles over ontslag met wederzijds goedvinden

Nieuwsbrief kwartaal 4 Prinsjesdag Bron: Dukers & Baelemans Pagina 1. U als particulier: Algemene heffingskorting en de arbeidskorting

De heer W.I.W. Voorbeeld Straat AB WOONPLAATS 1234ab49. Heerlen, April Geachte heer Voorbeeld,

Voorstel variabele pensioen uitkering

Bijlage HAVO. economie (pilot) tijdvak 2. Bronnenboekje. HA-1022-f-11-2-b

Werkloosheid als verdienmodel van de overheid

MERCER'S INBRENG VOOR DE NATIONALE PENSIOENDIALOOG 29 NOVEMBER 2014

We zijn op ontdekkingsreis, in een gebied waar de huidige systemen leidend zijn maar onvoldoende werken. Bij een ontdekkingsreis hoort ruimte.

Onderzoek pensioenstakingen: 27 mei 2019 Auteur: Petra Klapwijk. AOW-leeftijd op 66 jaar?

De beroepsbevolking bestaat uit werkende (zelfstandigen en werknemers) en werkelozen. aantal inactieven i/a-ratio = - x 100 aantal actieven

Het webinar Pensioen 2.0 begint om 20.03

U bent arbeidsongeschikt. Wat betekent WAO voor uw pensioen?

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Argumentenkaart Deeltijdwerken 3. Samenleving. Wat zijn de voor- en nadelen voor de samenleving als vrouwen meer gaan werken?

Zicht op de indexatiekwaliteit van pensioenregelingen

Werking van de Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen (WIA)

CNV Inzet voor de Sociale agenda

Highlights Regio in Beeld Arbeidsmarktregio IJsselvechtstreek

Leef Slimmer. Werk Slimmer.

Als ik mijn baan kwijtraak. Voorkom dat u werkloos wordt Hoe komt u weer aan werk? Wat moet u doen voor een WW-uitkering?

Eindbod CAO PARENCO maart 2016

Stand van zaken in het debat over de toekomst van de pensioenen

Notitie. 11 juni Datum. Onderwerp De meest gestelde vragen over het principe-akkoord AOW-pensioen. 1 Gemiddelde op basis van het verleden

Voor ontslaguitkeringen zijn de onderdelen: Recht, Duur en Hoogte het meest van belang.

FNV Vrouwennetwerk 27 mei 2016 ZZP in coöperatie: samen sterk. Dr.mr. Petra Oden, lector Juridische Aspecten van de Arbeidsmarkt

WGA: Pijler van inzetbaarheidsbeleid

Is onderscheid nog houdbaar?

De inzetbaarheid van oudere medewerkers

Nieuw pensioenstelsel is broodnodig: op zoek naar de juiste ingrediënten! mr. drs. Michael Visser Tilburg University / Pensioen GeMi

NAAR EEN NIEUW. Refl VOOR FLEXIBEL, PRODUCTIEF ÉN ZEKER WERK!

Highlights Regio in Beeld Arbeidsmarktregio Achterhoek

Tweede Kamer der Staten-Generaal

(MAAT)WERK VOOR IEDEREEN

Datum : 6 juli 2010 Aan : Informateurs

Pensioenverwachtingen en duurzame inzetbaarheid

Highlights Regio in Beeld Arbeidsmarktregio Gorinchem

U bent ARBEIDS - ONGESCHIKT. Wat betekent WAO voor uw pensioen?

Voor ontslaguitkeringen zijn de onderdelen: Recht, Duur en Hoogte het meest van belang.

Naar een nieuw pensioencontract

Duurzame inzetbaarheid en Pensioenverwachtingen

Kennis over kosten en opbrengsten van het pensioensysteem

PENSIOEN ACTIE- EN AANDACHTSPUNTEN Hans Kennis. 24 september 2015

U gaat uit dienst. Wat betekent dit voor uw pensioen, partnerpensioen en arbeidsongeschiktheidsverzekering?

Doorwerken na je AOW, ja graag

Transcriptie:

INHOUDSOPGAVE Voorwoord I Inleiding 1 I Situatie op de arbeidsmarkt 3 1.1.1 Verschuivingen en ontwikkelingen op de arbeidsmarkt 3 1.1.2 De rol van de werknemer 13 1.1.3 De rol van de werkgever 15 1.1.4 De rol van de ZZP er en zelfstandig ondernemer 19 1.2 Lange termijn prognose: ontgroening en vergrijzing 19 1.3 Spanningsveld van arbeid <> beloning 26 II Het huidige pensioenstelsel 33 III Liberale kijk op arbeidsmarkt & pensioenen 39 3.1.1 Individuele keuzevrijheid ten opzichte van rechtvaardigheid 39 3.1.2 Handelen uit eigen belang ten op zichte van rationeel handelen 42 3.1.3 Bescherming tegen risico s ten op zichte van individuele keuzevrijheid 44 3.2 Het huidige pensioenstelsel langs de liberale meetlat 48 3.3 Behoedzame dynamiek binnen het liberalisme 49 IV De arbeidsmarkt: trends, ontwikkelingen en knelpunten 51 4.1.1 Menselijk kapitaal vanuit perspectief van werknemers en 52 ZZP ers 4.1.2 Omgang met menselijk kapitaal door werkgevers 55 4.2 Concrete aanbevelingen 61 III

V Spelers in het veld pensioenen 67 5.1.1 De overheid 67 5.1.2 De overheid in de eerste pijler (AOW) 68 5.1.3 De overheid in de tweede pijler (pensioenfondsen) 71 5.1.4 De overheid in de derde pijler (particuliere vermogensopbouw) 75 5.1.5 De sociale partners 77 5.1.6 Pensioenfondsen en verzekeraars 79 5.1.7 Deelnemers 82 5.2 Op weg naar een toekomstbestendig pensioen 84 5.2.1 Scenario in geval van status quo 84 5.2.2 Scenario in geval van algehele liberalisering en individualisering 86 5.2.3 Concrete aanbevelingen 88 Samenvatting 97 Zienswijze 100 Totaalpakket concrete aanbevelingen 101 Bijlage I: Generaties op de arbeidsmarkt 113 Bijlage II: Behavioural finance in een notendop 117 Bijlage III: Pensioen in het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten 121 Bijlage IV: CPB berekening: budgettaire effecten 125 IV

SAMENVATTING Tijdens het werkzame leven bouwt iedereen pensioen op. De wet voorziet in de basis via de AOW en werknemers kunnen via een pensioenfonds of verzekeraar deze basis aanvullen. De huidige discussie omtrent het pensioen laat zien dat wat mensen denken te krijgen vaak in schril contrast staat met wat mensen daadwerkelijk zullen krijgen. Doordat pensioen jarenlang werd voorgesteld als een garantie heeft het iets weg van een black box: er wordt iets ergens ingestopt en wat er precies uitkomt is van latere zorg. Omdat het evident is dat een goed pensioen afhangt van de opbouwfase, is de arbeidsmarkt en het functioneren hiervan onlosmakelijk aan pensioen verbonden. Ook de positie van ouderen op de arbeidsmarkt is hierdoor van groot belang: met name de ouderen ondervinden grote problemen in de dagelijkse praktijk en de arbeidsmarkt zit aan deze zijde op slot. Met het oog op de verhoging van de AOW-leeftijd acht de werkgroep het noodzakelijk hier specifiek aandacht aan te besteden. De noodzaak om langer door te werken is duidelijk maar zolang werknemers boven de 45 al worden gezien als oud en boven de 50 als onbemiddelbaar is het zaak om te kijken hoe de participatie kan worden vergroot. Als langer doorwerken noodzakelijk is om pensioenen ook in de toekomst betaalbaar te houden, moet langer doorwerken een reële optie zijn. Hierbij wordt de veranderende demografie (vergrijzing en ontgroening) alsmede de aanstaande krapte op de arbeidsmarkt meegenomen. Kijkend naar trends en ontwikkelingen op de arbeidsmarkt is de werkgroep tot de conclusie gekomen dat de arbeidsmarkt zo snel mogelijk dient te worden geflexibiliseerd. Vaak hebben beschermende maatregelen een tegenovergesteld effect en, in het geval van ouderen, versterkt dit het beeld dat er iets mis is. Het idee van de oude en niet-productieve werknemer is onterecht. De oudere werknemers die niet functioneren blijven vaak zitten omdat zij te duur zijn om te ontslaan en versterken hiermee een negatief beeld. Daarnaast zorgt het ontslagrecht in zijn huidige vorm ervoor dat mensen die eenmaal ontslagen zijn, weer moeilijk aan het werk komen. De werkgevers daarentegen komen moeilijk af van werknemers indien zij tegenvallen en onvoldoende functioneren. Het dubbele traject bij ontslag (via UWV dan wel de rechter) is duur en bureaucratisch. De werkgroep heeft een onderscheid gemaakt tussen beleid op de korte termijn en dat op de lange termijn. Zo zijn enkele maatregelen direct nodig om zodoende op de lange termijn de arbeidsmarkt zo veel mogelijk te flexibiliseren. Op de korte termijn (als directe maatregel) wordt gepleit voor een ontslagrecht naar Deens model waarbij de lijntjes tussen werkgever en werknemer korter zijn. Beslissingen kunnen sneller worden genomen, waardoor de arbeidsmarkt flexibeler wordt. Daarnaast kunnen heldere en duidelijke afspraken op individuele basis worden gemaakt tussen werkgever en werknemer. Bovendien kan de WW-tijd worden verkort (en tegelijkertijd de uitkering worden verhoogd). Daar staat tegenover dat de werknemer na een jaar WW omscholing of werk dient te accepte- 97

samenvatting ren. Bij weigering volgt de sanctie van het stopzetten van de WW-uitkering. Gekeken is waar de verantwoordelijkheden liggen, aan zowel de kant van de werkgever als de werknemer. Zo is de werkgroep van mening dat de werkgever meer dient te letten op arbeidskapitaal: dit zal voordelen opleveren voor zowel de werkgever als de werknemer. Personeelsafdelingen hebben vaak te weinig oog voor personeelsplanning zoals in- en uitstroom van werknemers en preventieve maatregelen ten aanzien van uitval. Vaak wordt gewacht tot de werknemer fysiek of psychisch op is, alvorens de werkgever gaat kijken naar de mogelijkheden tot omscholing. De werkgevers dienen dus meer te anticiperen. Daarnaast staan werkgevers vaak onvoldoende stil bij de kapitaalvernietiging die plaatsvindt bij ontslagrondes. Terwijl de personeelsafdelingen gefocust zijn op soft skills dienen deze afdelingen duidelijker voor ogen te hebben waar de wederzijdse voordelen liggen voor zowel de werkgever als de werknemer. Dit heeft tot gevolg dat de rol van de manager zal veranderen: managers zijn verantwoordelijk voor de werkverdeling en doen er goed aan creatiever om te gaan met de beschikbare mogelijkheden op de werkvloer. Zo is het niet ondenkbaar dat de administratief medewerker die niet de hele dag achter de computer wil zitten, de voorraad aanvult van de loodgieter die liever lekker aan het werk is. Aan de andere kant heeft ook de werknemer de verantwoordelijkheid inzetbaar te blijven. Hierbij kan gedacht worden aan bijscholing, op de hoogte blijven van technologische ontwikkelingen maar ook competenties verwerven die buiten de eigen sector kunnen worden ingezet. Ten slotte heerst er nog een (onterecht) taboe op demotie. Met het oog op de Europese mobiliteit en de toename van Europese krachten op de Nederlandse arbeidsmarkt is het zaak om het minimumloon te verlagen. Ten opzichte van de omringende landen is het Nederlandse minimumloon te hoog en dat tast onze concurrentiepositie aan. Dit zijn veranderingen die niet van de een op de andere dag haalbaar zijn binnen organisaties en dus vallen zij onder de aanbevelingen voor de lange termijn. Wanneer zowel werkgevers als werknemers verantwoordelijkheid nemen in een flexibele omgeving, zal het werk ook als prettiger worden ervaren. De werkgever is de afnemer van werk aangeboden door de werknemer: de afhankelijkheidsrelatie is hierdoor gelijkwaardig en niet langer gestoeld op een achterhaald idee waarbij de werknemer beschermd moet worden tegen de werkgever. Gelet op de veranderingen op de arbeidsmarkt, zoals de komende krapte aan (potentieel) personeel en het toetreden van een nieuwe generatie arbeidskrachten met een significant andere kijk op arbeid, dient er een omslag plaats te vinden. Het gaat eerder om werkzekerheid dan om baangarantie. Er wordt uitgegaan van de geëmancipeerde werknemer in een zo flexibel mogelijke werkomgeving. Door een verhoogde participatie over de gehele linie worden er gelijke kansen gecreëerd voor alle werknemers in alle leeftijdscategorieën. De werkgroep is van mening dat een veranderende arbeidsmarkt ook vraagt om een andere kijk op pensioen. Het niet veranderen van de huidige structuren is geen optie: werknemers zijn tot het inzicht gekomen dat er geen garanties bestaan 98

samenvatting ten aanzien van pensioen. Wanneer er individuele keuzevrijheid wordt ontnomen mag het individu er op zijn minst van uitgaan dat hier iets tegenover staat: in ieder geval een garantie. Momenteel is dit niet het geval. De kosten en opbrengsten dienen inzichtelijk te worden gemaakt. Maar uit liberaal oogpunt nog veel belangrijker is dat een individuele werknemer kan kiezen op welke wijze en bij wie hij zijn aanvullend pensioen opbouwt. De werkgroep wil op principiële gronden dat werknemers voortaan deze keuzevrijheid krijgen. Wij pleiten daarom voor de AOW als minimale basis met hierboven een gemaximeerde fiscale faciliteit om pensioen op te kunnen bouwen. Er is bewust niet gekozen voor een wettelijke pensioenplicht omdat die onverenigbaar is met het liberale gedachtegoed. Door het aanbieden van een facultatief te gebruiken fiscale faciliteit wordt pensioenopbouw gekoppeld aan het individu en niet langer aan diens baan. Hierdoor kunnen zowel werknemers in loondienst als zelfstandigen gebruik maken van de faciliteit. Binnen deze faciliteit kunnen werknemers zelf kiezen voor de uitvoerder en zelf het product kiezen. Het aantal producten zal beperkt zijn tot enkele smaken om te voorkomen dat mensen worden opgezadeld met ingewikkelde financiële producten waar zij weinig zicht op hebben. Het is een taak van de overheid te voorzien in de financiële bijsluiter, scherp toezicht en voorlichting om zodoende Britse toestanden te voorkomen. De uitvoerders zijn financiële dienstverleners en maken winst: alleen niet over de transacties. Deze is namelijk winst voor de pensioendeelnemer. De uitvoerders beheren individuele contracten met individuele aanspraken. Doordat de fiscale faciliteit simpel en makkelijk uitvoerbaar is, zal tussentijds overstappen naar een andere uitvoerder ook weinig kosten met zich meebrengen. Er zal sprake zijn van individuele keuze in collectiviteit : de uniformiteit van de faciliteit zorgt voor het collectieve karakter van de regeling. Het is namelijk het belangrijkste voor ons als liberaal om de vrijheid tot kiezen bij het individu te leggen. Hoe het werkzame leven alsmede de oude dag in te vullen is tenslotte een zeer persoonlijke keuze en hoort thuis bij ieder individu en niet bij de overheid. Eigen keuze, samen sterk is dan ook het uitgangspunt van de werkgroep. 99