Rijkswaterstaat en Vereniging van Oud medewerkers Rijkswaterstaat. Afspraken inzet leden Kenniskring VOR bij RWS

Rijkswaterstaat en Vereniging van Oud medewerkers Rijkswaterstaat Afspraken inzet leden Kenniskring VOR bij RWS Overwegingen en voorwaarden vrijwilligerswerk of betaald werk Administratieve en fiscale aspecten Definitief 4 januari 2017

Colofon Uitgegeven door Rijkswaterstaat Corporate Dienst Informatie J. de Graaf Telefoon 06 20000109 Uitgevoerd door Johan de Graaf Datum 4 januari 2017 Status Definitief Versienummer 2 Mutaties Wijzigingen t.o.v. versie 13 oktober 2016: - aanpassing Afspraken over inzet na dienstverband (voorheen Draaideur) i.v.m. aangepaste Gedragscode Integriteit Rijk; - de dienstverleningsovereenkomst voor betaald werk mag nu tot maximaal 31 december 2017 worden afgesloten (i.p.v. 31 mei 2017); - in Bijlage A Overzicht kostendekkende tarieven 2017 zijn de tarieven voor 2017 opgenomen. RWS-VOR (1) Afspraken inzet leden Kenniskring VOR als vrijwilliger of voor betaald werk - versie 4 januari 2017.docx Pagina 2 van 12

Inleiding De directeur-generaal Rijkswaterstaat (RWS) en het bestuur van de VOR hebben afspraken gemaakt over de inzet van (leden van) de Kenniskring van de Vereniging van Oud-medewerkers Rijkswaterstaat (VOR). De oud-medewerker van de RWS wordt als privé persoon lid van de VOR en deze afspraken hebben daarmee betrekking op het VOR-lid als privé persoon. In dit document zijn overwegingen en de voorwaarden opgenomen die RWS stelt aan deze inzet van (leden van) de Kenniskring onder deze afspraken. Daarin zijn mede verwerkt de voorwaarden die de Belastingdienst (Bd) stelt aan het werken met een vrijwilligersvergoeding in het kader van de inkomstenbelasting (IB) en het wel of niet van toepassing zijn van BTW-heffing (BTW). Indien het VOR-lid activiteiten voor RWS verricht, kan hij dat op verschillende wijzen doen en daarvoor een vergoeding krijgen: hij komt voor de duur van de werkzaamheden in tijdelijke dienst van RWS (variant 1), hij verricht activiteiten met een vrijwilligersvergoeding waaraan een aantal voorwaarden en maximumbedragen zijn verbonden (variant 2) of hij voert zwaardere activiteiten uit in de vorm van betaald werk met een vergoeding boven de vrijwilligersvergoeding (variant 3). De wijze waarop het contact tussen RWS en het VOR-lid en de dienstverleningsovereenkomst voor de activiteiten tot stand komen, zijn in een apart document opgenomen. In dit document is niet de situatie uitgewerkt als een oud medewerker van RWS een eigen bedrijf heeft, zzp-er is of anderszins bedrijfsmatig werkzaamheden verricht (en daarmee ondernemer is) òf - (nog deels) in dienst is bij RWS (variant 4). In dit geval zijn deze afspraken niet van toepassing en zijn de procedures van toepassing die gelden voor opdrachten aan de markt. Daarbij rekening houden met een eventuele belemmering voor de inzet van een VOR-lid in verband met individuele vertrekregeling van VOR-lid. RWS VOR Kenniskring Bd IB BZK BTW KvK Rijkswaterstaat Vereniging van Oud medewerkers Rijkswaterstaat Kenniskring van de VOR Belastingdienst Inkomstenbelasting (en heffing sociale premies) Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Belasting Toegevoegde Waarde of (Omzetbelasting) Kamer van Koophandel RWS-VOR (1) Afspraken inzet leden Kenniskring VOR als vrijwilliger of voor betaald werk - versie 4 januari 2017.docx Pagina 3 van 12

Overwegingen en de voorwaarden We onderscheiden een viertal varianten: 1. Het VOR-lid komt voor (de tijd van) de werkzaamheden voor RWS in tijdelijke dienst van RWS 2. Vrijwilligerswerk waar een vrijwilligersvergoeding in de zin van de IB van toepassing is 3. Betaald werk met een vergoeding hoger dan de vrijwilligersvergoeding 4. Werkzaamheden als marktpartij. Ad 1. Tijdelijke dienst van RWS In deze variant is de rechtspositie van een tijdelijke ambtenaar van toepassing. Deze variant is in dit document niet uitgewerkt. Voor informatie over deze variant gaarne contact opnemen met de HR-adviseur bij RWS. Deze variant kan gevolgen hebben voor pensioen, loonheffing/inkomstenbelasting en eventuele toeslagen. Dit is de verantwoordelijkheid van het VOR-lid zelf. Ad 2. Voor een VOR-lid is sprake van vrijwilligerswerk met een vrijwilligersvergoeding in de zin van de IB, indien hij aan alle volgende 4 voorwaarden voldoet: - De afspraken tussen RWS en de VOR voor de inzet van de Kenniskring zijn van toepassing - Verricht werkzaamheden voor RWS - Is niet in dienst bij de RWS - Doet de werkzaamheden niet voor zijn of haar beroep - De vergoeding die hij voor het werk krijgt, is een vrijwilligersvergoeding. Dat wil zeggen dat de vergoeding zo laag is dat deze niet in verhouding staat tot de omvang en het tijdsbeslag van het werk. Dit is het geval indien de vergoeding voor inzet en/of gemaakte kosten gelijk of kleiner is dan 4,50 per uur én minder dan 150 per maand én minder dan 1.500 per jaar. Daarbij moeten de afspraken tussen RWS en de VOR voor de inzet van de Kenniskring van toepassing zijn en er geen belemmering voor de inzet van een VOR-lid zijn als gevolge van een individuele vertrekregeling van VOR-lid. Ad 3. Voor een VOR-lid is sprake van betaald werk met een vergoeding hoger dan de vrijwilligersvergoeding in de zin van de IB, indien hij aan alle volgende 4 voorwaarden voldoet: - Verricht werkzaamheden voor RWS - Is niet in dienst bij de RWS - Doet de werkzaamheden niet voor zijn of haar beroep - De vergoeding die hij of zij voor het werk krijgt, is groter is dan 4,50 per uur of meer dan 150 per maand of meer dan 1.500 per jaar. Daarbij moeten de afspraken tussen RWS en de VOR voor de inzet van de Kenniskring van toepassing zijn en er geen belemmering voor de inzet van een VOR-lid zijn als gevolge van een individuele vertrekregeling van VOR-lid. RWS-VOR (1) Afspraken inzet leden Kenniskring VOR als vrijwilliger of voor betaald werk - versie 4 januari 2017.docx Pagina 4 van 12

Ad 4. In de volgende gevallen is de oud RWS-er geen vrijwilliger of verricht betaald werk in de zin van de afspraken tussen RWS en de VOR: - De afspraken tussen RWS en de VOR voor de inzet van de Kenniskring zijn niet van toepassing - Doet de werkzaamheden voor zijn beroep (als ondernemer) - Is (nog deels) in dienst bij RWS - De vergoeding die hij of zij voor het werk krijgt, staat in verhouding staat tot de omvang en het tijdsbeslag van het werk. Voor de werkzaamheden die hij verricht als ondernemer of naast zijn dienstbetrekking, zijn de regels van toepassing die gelden voor opdrachten aan de markt. Daarbij rekening houden met een eventuele belemmering voor de inzet van een oud ambtenaar in verband met individuele vertrekregeling van de ambtenaar. Deze variant is in dit document niet uitgewerkt. Voor informatie over deze variant gaarne contact opnemen met de inkoop-adviseur bij RWS. Vrijwilligerswerk, waarbij sprake is van een vrijwilligersvergoeding in de zin van de IB Drie gevallen. Als een VOR-lid een vergoeding krijgt, is deze in de volgende drie gevallen niet belast: 1. Hij krijgt voor zijn inzet een vergoeding die zo laag is dat deze niet in verhouding staat tot de omvang en het tijdsbeslag van het werk. Dan krijgt hij een vrijwilligersvergoeding. Als hij aan eerder genoemde 4 voorwaarden (zie ad. 2) voldoet, is deze vergoeding niet belast voor de IB. 2. Hij krijgt een vergoeding voor zijn inzet én voor zijn gemaakte kosten. Als hij aan eerder genoemde 4 voorwaarden voor de vrijwilligersvergoeding voldoet, is de vergoeding niet belast voor de IB. 3. Hij krijgt alleen maar een vergoeding voor de kosten die hij daadwerkelijk en aantoonbaar t.b.v. RWS heeft gemaakt. Dan is deze vergoeding niet belast voor de IB. Ad 1. Vrijwilligersvergoeding voor alleen inzet: - Het VOR-lid ontvangt voor zijn inzet per uur een vergoeding van maximaal 4,50 per uur, met een maximum van 150 per maand én 1.500 per jaar. Deze maximumbedragen gelden voor het totaal van de vergoeding voor zijn inzet. - Het VOR-lid ontvangt geen vergoeding per uur voor zijn inzet. Hij ontvangt een vergoeding die zo laag is dat deze niet in verhouding staat tot de omvang en het tijdsbeslag van het werk. Dan mag de vergoeding maximaal 150 per maand én 1.500 per jaar zijn. Deze maximumbedragen gelden voor het totaal van de vergoeding voor zijn inzet. Als hij alleen deze vrijwilligersvergoedingen krijgt, dan zijn deze onbelast voor de IB. De RWS geeft de betaling van deze vergoedingen wel door aan de Bd. RWS-VOR (1) Afspraken inzet leden Kenniskring VOR als vrijwilliger of voor betaald werk - versie 4 januari 2017.docx Pagina 5 van 12

Ad 2. Vergoeding voor inzet en voor kosten: Krijgt het VOR-lid behalve een vergoeding voor zijn inzet ook een vergoeding voor daadwerkelijk en aantoonbaar gemaakte kosten? Dan heeft hij een vrijwilligersvergoeding als hij aan de volgende voorwaarden voldoet: - Het VOR-lid ontvangt voor zijn inzet per uur een vergoeding van maximaal 4,50 per uur en daarnaast een vergoeding van de gemaakte kosten. De maximumbedragen van 150 per maand én 1.500 per jaar gelden voor het totaal van de vergoedingen voor zijn inzet én gemaakte kosten. - Het VOR-lid ontvangt geen vergoeding per uur voor zijn inzet. Hij ontvangt een vergoeding die zo laag is dat deze niet in verhouding staat tot de omvang en het tijdsbeslag van het werk. Hij krijgt daarnaast een vergoeding voor de gemaakte kosten. De maximumbedragen van 150 per maand én 1.500 per jaar gelden voor het totaal van de vergoedingen voor uw inzet én gemaakte kosten. Vergoedingen voor de kosten die hij heeft gemaakt, zijn onder meer vergoedingen voor de gemaakte reiskosten. Of voor de kosten van papier, postzegels en dergelijke. Als hij bijvoorbeeld voor het vrijwilligerswerk reist met zijn eigen auto, dan mag de RWS een kilometervergoeding geven. Deze vergoeding mag kostendekkend zijn. Voor zijn auto is dat de gemiddelde kilometerprijs waarvoor hij rijdt. De kilometervergoeding mag dus meer bedragen dan de grens van 0,19 per kilometer die voor werknemers in loondienst geldt. Tussen RWS en de VOR is een vaste kilometervergoeding van 0,28 per kilometer afgesproken. Als hij alleen deze vrijwilligersvergoedingen krijgt, dan zijn deze onbelast voor de IB. De RWS geeft de betaling van deze vergoedingen wel door aan de Bd. Ad 3. Vergoeding van t.b.v. RWS gemaakte kosten: Krijgt het VOR-lid alleen de daadwerkelijk en aantoonbare t.b.v. RWS gemaakte kosten vergoed? Dan is deze vergoeding niet belast. Alleen in dit geval hoeft RWS deze vergoedingen niet aan de Bd door te geven. Het gaat hierbij om kosten die het VOR-lid maakt voor en op naam van RWS en deze voorschiet. Dan kunnen deze kosten in rekening gebracht worden bij RWS d.m.v. het Betalingsverzoek (zonder factuur) inclusief de oorspronkelijke factuur en/of bonnen, door RWS aan het VOR-lid betaald worden (zonder BTW). Op het Betalingsverzoek (zonder factuur) moet duidelijk vermeld worden dat het voorgeschoten kosten betreft voor en op naam van RWS. Afspraken over inzet na dienstverband (voorheen Draaideur). In de Gedragscode Integriteit Rijk is een passage opgenomen over externe arbeid om ambtenaren bewust(er) te maken van de risico s die spelen, met name waar het de tewerkstelling van gewezen ambtenaren betreft, ter beperking van integriteitsrisico s. Deze worden opgenomen in de Geheimhoudingen integriteitverklaring. Aanbestedingsregels. Conform de nieuwe regelgeving is voor opdrachten met een waarde tot 33.000,-- de enkelvoudige onderhandse (één-op-één) gunning als te hanteren procedure aangewezen. Voor het vrijwilligerswerk kan van deze vorm van gunning gebruik gemaakt worden. RWS-VOR (1) Afspraken inzet leden Kenniskring VOR als vrijwilliger of voor betaald werk - versie 4 januari 2017.docx Pagina 6 van 12

Dienstverleningsovereenkomst. Voor deze inzet als vrijwilligerswerk is een dienstverleningsovereenkomst beschikbaar, de DVO vrijwilligerswerk. De overeenkomst wordt aan de zijde van RWS ondertekend door de opdrachtgever, waarbij de regels van het RWS-mandaat van toepassing zijn (m.n. voor grensbedrag van afdelingshoofd en directeur c.s). Het VOR-lid tekent aan de andere zijde. Er wordt geen gebruik gemaakt van een light bestelling. Vastlegging in SAP. De dienstverleningsovereenkomst wordt in het inkoopproces in SAP vastgelegd door middel van een zaak met de daarbij behorende vastleggingen. De zaaksoort is: ZKLE Inkopen kleiner dan 50000. Het light-proces mag voor deze inzet niet gebruikt worden. Inhuur of uitbesteding? Voor de RWS is deze inzet van een VOR-lid altijd uitbesteding conform de BZK-definitie, omdat de opdrachtnemer het VOR-lid - een private partij is zonder winstoogmerk. De te gebruiken kostensoort is: - Financiering uit Interne Kosten (D2 of D3): 4.30.20.05 t/m 09 Uitbesteding, afhankelijk van soort werkzaamheden - Financiering uit EPK GVKA: 4.81.20.90 Uitbesteding overig - Financiering uit EPK BLS: 4.82.20.90 Uitbesteding overig Betaling / factuur. Voor de declaratie van de ureninzet, reiskosten en/of overige werkelijke kosten van vrijwilligerswerk mag gebruik gemaakt worden van het model Betalingsverzoek (zonder factuur). Dit indien het VOR-lid geen eigen factuur heeft. Belastingdienst Indien het VOR-lid alleen de vrijwilligersvergoeding van 4,50 per uur voor de inzet krijgt, én maximaal 150 per maand én maximaal 1.500 per jaar voor de inzet en daadwerkelijk en aantoonbaar gemaakte kosten krijgt, dan is deze onbelast voor de IB. De inzet als vrijwilliger wordt niet beschouwd als een arbeidsrelatie i.h.k.v. de loonbelasting en de Wet DBA (deregulering beoordeling arbeidsrelaties). Alle inkomsten uit overig werk bij verschillende opdrachtgevers o.d. worden bij elkaar opgeteld. Ook de vrijwilligersvergoedingen bij meerdere opdrachtgevers moeten worden opgeteld en dat totaal moet binnen de eerder genoemde maximum bedragen liggen. Voorbeeld wanneer er geen sprake meer van vrijwilligersvergoeding: - Het VOR-lid werkt als vrijwilliger voor RWS. Hij ontvangt een vergoeding van 4,50 per uur voor 30 uur per maand. Daarnaast declareert hij reiskosten. Hij ontvangt hiervoor iedere maand 40. Per maand ontvangt hij in totaal 175. Dat is meer dan het maximum per maand. Er is geen sprake van onbelaste vrijwilligersvergoeding. De hele vergoeding is dan belast voor de IB. - RWS en de VOR-vrijwilliger hebben een DVO vrijwilligerswerk gesloten met een vergoeding voor zijn inzet en reiskosten van maximaal 150 per maand (én maximaal 1.500 per jaar). Door omstandigheden verricht de VOR-vrijwilliger meer activiteiten en maakt hij meer uren dan afgesproken. In een maand ontvangt hij daardoor in totaal 250. Dat is meer dan het maximum per maand. Er is geen sprake van onbelaste vrijwilligersvergoeding. De hele vergoeding is dan belast voor de IB. RWS-VOR (1) Afspraken inzet leden Kenniskring VOR als vrijwilliger of voor betaald werk - versie 4 januari 2017.docx Pagina 7 van 12

- Het VOR-lid werkt als vrijwilliger voor RWS. Hij ontvangt een vergoeding van 4,50 per uur voor 30 uur per maand of wel 135 per maand. Daarnaast werkt hij bij een particulier bedrijf en ontvangt daar 50 per maand. Per maand ontvangt hij in totaal 185. Dat is meer dan het maximum per maand. Er is geen sprake van onbelaste vrijwilligersvergoeding. De hele ontvangen vergoeding is dan belast voor de IB. In het algemeen is geen BTW van toepassing. Het VOR-lid is zelf verantwoordelijk voor eventueel noodzakelijke (aan)meldingen, opgaves en afdrachten in het kader van belastingen (inkomstenbelasting en eventuele BTW), sociale premies of anderszins. Het VOR-lid moet zelf de eventueel op zijn factuur vermelde BTW aan de Belastingdienst afdragen. RWS moet alle betalingen aan particulieren, en dus ook aan VOR-leden, aan de Bd doorgeven; met uitzondering als er alleen sprake is van een vergoeding voor de daadwerkelijk en aantoonbare t.b.v. RWS gemaakte kosten. Betaald werk met een vergoeding hoger dan de vrijwilligersvergoeding Activiteiten Een VOR-lid kan ook ingezet worden voor verantwoordelijke / zwaardere activiteiten die niet meer als vrijwilligerswerk gezien kunnen worden. Dan is een daarop afgestemde vergoeding in beeld. Over deze vergoeding en de tariefbandbreedte die daarbij gehanteerd wordt, is een afspraak gemaakt tussen RWS en de VOR. Hoogte vergoeding De keuze voor de hoogte van de vergoeding wordt bepaald aan de hand van de zwaarte van de activiteiten, de daarbij horende functie (van adviseur) en het daarvoor geldende tarief, en in onderling overleg tussen de opdrachtgever uit RWS en het VOR-lid vastgesteld. Voor bandbreedte van de te gebruiken functies is gekozen voor de functies Medewerker Advisering t/m Coördinerend / Specialistisch Adviseur uit de functiefamilie Advisering. De kostendekkend tarieven voor 2016 zijn opgenomen in het overzicht in de bijlage A. Tussen RWS en de VOR is een vaste kilometervergoeding van 0,28 per kilometer afgesproken. Afspraken over inzet na dienstverband (voorheen Draaideur). In de Gedragscode Integriteit Rijk is een passage opgenomen over externe arbeid om ambtenaren bewust(er) te maken van de risico s die spelen, met name waar het de tewerkstelling van gewezen ambtenaren betreft, ter beperking van integriteitsrisico s. Deze worden opgenomen in de Geheimhoudingen integriteitverklaring. Aanbestedingsregels. Conform de nieuwe regelgeving is voor opdrachten met een waarde tot 33.000,-- exclusief BTW de enkelvoudige onderhandse (één-op-één) gunning als te hanteren procedure aangewezen. Voor het betaald werk tot dit grensbedrag kan van deze vorm van gunning gebruik gemaakt worden. Voor betaald werk boven dit grensbedrag, wordt het VOR-lid in dit geval van betaald werk behandeld als ware hij een marktpartij, en zijn de regels van toepassing die gelden voor opdrachten aan de markt. RWS-VOR (1) Afspraken inzet leden Kenniskring VOR als vrijwilliger of voor betaald werk - versie 4 januari 2017.docx Pagina 8 van 12

Dienstverleningsovereenkomst. Voor deze inzet als betaald werk is een dienstverleningsovereenkomst beschikbaar, de DVO betaald werk. De overeenkomst wordt aan de zijde van RWS ondertekend door de opdrachtgever, waarbij de regels van het RWS-mandaat van toepassing zijn (m.n. voor grensbedrag van afdelingshoofd en directeur c.s). Het VOR-lid tekent aan de andere zijde. Er wordt geen gebruik gemaakt van een light bestelling. Vastlegging in SAP De dienstverleningsovereenkomst wordt in het inkoopproces in SAP vastgelegd door middel van een zaak met de daarbij behorende vastleggingen. De zaaksoort is: ZKLE Inkopen kleiner dan 50000. Het light-proces mag voor deze inzet niet gebruikt worden. Inhuur of uitbesteding? Voor de RWS is deze inzet van een VOR-lid altijd uitbesteding conform de BZK-definitie, omdat de opdrachtnemer het VOR-lid - een private partij is zonder winstoogmerk. De te gebruiken kostensoort is: - Financiering uit Interne Kosten (D2 of D3): 4.30.20.05 t/m 09 Uitbesteding, afhankelijk van soort werkzaamheden - Financiering uit EPK GVKA: 4.81.20.90 Uitbesteding overig - Financiering uit EPK BLS: 4.82.20.90 Uitbesteding overig Betaling / factuur. Voor de declaratie van de ureninzet, reiskosten en overige werkelijke kosten van betaald werk moet het VOR-lid gebruik maken van een eigen factuur. Op deze factuur moeten ten minste de volgende gegevens worden vermeld: 1. Naam en adres van het VOR-lid en/of het bedrijf van het VOR-lid (indien van toepassing) 2. Factuuradres: let bij adressering op de juiste weergave van het adres en vermeld ook het opdrachtgevende organisatieonderdeel 3. Bestelnummer: het SAP-bestelnummer en positienummer moet op de factuur worden vermeld. Het bestelnummer bestaat altijd uit 10 cijfers 4. Contactpersoon van RWS 5. De omschrijving van de opdracht 6. De ureninzet (aantal uren maal tarief of afgesproken vast bedrag), reiskosten (op bijlage gespecificeerd) en/of overige werkelijke kosten (plus bijgevoegde bonnen, en met of zonder BTW) 7. Uw IBAN-bankrekeningnummer en indien van toepassing BIC-code 8. Uw BTW- en KvK-nummer Voor de declaratie kan gebruik gemaakt worden van het model Factuur betaald werk. Dit indien het VOR-lid geen eigen factuur heeft. RWS-VOR (1) Afspraken inzet leden Kenniskring VOR als vrijwilliger of voor betaald werk - versie 4 januari 2017.docx Pagina 9 van 12

Belastingdienst. Indien de betaalde vergoeding hoger is dan 4,50 per uur voor de inzet, of hoger dan 150 per maand of hoger dan 1.500 per jaar voor de inzet én gemaakte kosten, dan is deze vergoeding belast voor de inkomstenbelasting. Het VOR-lid geeft dit aan als resultaat uit overig werk in zijn aangifte inkomstenbelasting over dat jaar. Hij mag dan wel sommige kosten die hij heeft gemaakt voor deze werkzaamheden aftrekken. Bijvoorbeeld de werkelijke kosten voor reizen of materialen. Het saldo van inkomsten en kosten dat hij hiermee heeft verdiend, is zijn resultaat uit overig werk. Hierover moet het VOR-lid inkomstenbelasting en bijdrage Zorgverzekeringswet (Zvw) betalen. Alle inkomsten uit overig werk bij verschillende opdrachtgevers o.d. worden bij elkaar opgeteld. Tevens is in deze variant BTW van toepassing. Dat betekent dat het VOR-lid ook BTW moet factureren en daarvoor een BTW nummer moet hebben. Alleen over de overige gemaakte kosten voor en op naam van RWS is geen BTW van toepassing. Het VOR-lid is zelf verantwoordelijk voor eventueel noodzakelijke (aan)meldingen, opgaves en afdrachten in het kader van belastingen (inkomstenbelasting en BTW), sociale premies of anderszins. Het VOR-lid moet zelf de op zijn factuur vermelde BTW aan de Bd afdragen. RWS moet deze betalingen aan VOR-leden aan de Bd doorgeven. De inzet in de vorm van betaald werk kan door de Bd beschouwd worden als een arbeidsrelatie i.h.k.v. de loonbelasting en de Wet DBA (deregulering beoordeling arbeidsrelaties). De huidige dienstverleningsovereenkomst wordt nog getoetst op de voorwaarden die de Bd stelt aan het ontbreken van een arbeidsrelatie (loondienst) in het kader van de Wet DBA. Daarbij wordt gebruikt gemaakt van de afspraken tussen de BD en RWS voor de eigen RWSinhuurovereenkomsten. De dienstverleningsovereenkomst wordt indien nodig- hierop aangepast. De dienstverleningsovereenkomst voor betaald werk mag nu tot maximaal 31 december 2017 worden afgesloten. Kamer van Koophandel en Belastingdienst (IB en BTW) Gaat het VOR-lid werkzaamheden verrichten? Het VOR-lid moet dan bij de KvK informeren of hij zich moet inschrijven. Indien dat moet, beoordeelt de Bd na zijn inschrijving zijn inkomsten en of het VOR-lid ondernemer is voor de omzetbelasting. De Bd kan zijn inkomsten beoordelen als winst uit onderneming of als resultaat uit overig werk. Als de Bd zijn inkomsten beoordeelt als winst uit onderneming, dan is het VOR-lid ondernemer voor de inkomstenbelasting. Zijn de inkomsten geen winst uit onderneming? Dan moet het VOR-lid deze inkomsten opgeven als resultaat uit overig werk. Deze inkomsten worden door de Bd meegenomen voor de inkomstenbelasting (IB). Voor een zgn. vrijwilligersvergoeding geldt een vrijstelling indien deze vergoeding binnen de eerder genoemde maximum bedragen ligt en voldoet aan de voorwaarden. Voorbeelden inkomsten uit overig werk, al dan niet eenmalig: - als vrijwilliger - als freelancer - als gastdocent - het geven van cursussen of bijles RWS-VOR (1) Afspraken inzet leden Kenniskring VOR als vrijwilliger of voor betaald werk - versie 4 januari 2017.docx Pagina 10 van 12

- het schrijven van artikelen en boeken - het houden van lezingen - klussen voor anderen Alle inkomsten uit overig werk bij verschillende opdrachtgevers o.d. worden bij elkaar opgeteld. Ook de vrijwilligersvergoedingen bij meerdere opdrachtgevers moeten worden opgeteld en het totaal moet binnen de eerder genoemde maximum bedragen liggen. Als het VOR-lid geen ondernemer is voor de inkomstenbelasting, kan hij toch ondernemer voor de omzetbelasting zijn. Voor de BTW is het VOR-lid ondernemer als hij zelfstandig een bedrijf of een beroep uitoefent. Hij kan zijn activiteiten uitoefenen in de vorm van bijv. een eenmanszaak. Voor de BTW maakt het niet uit in welke rechtsvorm hij zijn bedrijf of beroep uitoefent. Als de Bd het VOR-lid als ondernemer voor de BTW registreert, ontvangt hij van de BD een BTW-identificatienummer. Dat heeft het VOR-lid en RWS dan nodig voor de betalingen van RWS aan het VOR-lid. Hierbij is zeker sprake indien het VOR-lid betaald werk verricht; voor het VOR-lid geldt dan dat er wordt opgetreden in het economische verkeer. Voor de BTW is het criterium van de vrijwilligersvergoeding niet van toepassing. Ook in het geval dat u onder de eerder genoemde maximumbedragen blijft, kan er sprake zijn van BTW-plicht. Criterium is of er wordt opgetreden in het economische verkeer. Bij vrijwilligerswerk zal dat niet zo snel van toepassing zijn, maar het kan wel. Of er in dit geval sprake is van BTW, moet het VOR-lid zelf bij de Bd navragen. Indien het VOR-lid voor bepaalde gemaakte kosten de betaalde BTW wil terugvragen bij de Bd, moet hij altijd een factuur met BTW bij RWS indienen. Het VOR-lid moet zelf de BTW afdragen aan de Bd en kan dan de betaalde BTW terugvragen bij de Bd. In deze situatie is van belang dat niet op alle kosten het BTW-tarief van 21% van toepassing is; voor bijv. lunches is het tarief 6% en voor de huur van een zaal voor presentatie of iets dergelijks is dat 0%. Het verdient de voorkeur om bijv. lunches in het uurtarief voor betaald werk op te nemen en de kosten van o.a. zaalhuur door RWS te laten betalen vanwege de mogelijke administratieve en fiscale gevolgen. Vooral als iemand pas voor zichzelf is begonnen of als freelancer werkt, is het wel eens onduidelijk of hij voor de BTW ondernemer is en dus BTW moet berekenen. Maar zelfs als iemand ondernemer voor de BTW is, hoeft hij misschien geen BTW te betalen. Bijvoorbeeld als het te betalen bedrag aan BTW gering is (zie de Bd-brochure 'De kleine ondernemersregeling') of er een BTW-(aangifte)vrijstelling van toepassing is. Het VOR-lid is zelf verantwoordelijk voor eventueel noodzakelijke (aan)melding bij KvK of Bd, opgaves en afdrachten in het kader van belastingen, sociale premies of anderszins. RWS moet deze betalingen aan VOR-leden aan de Bd doorgeven. Vooral bij betaald werk, waarbij sprake is van een vergoeding die belast gaat worden voor de inkomstenbelasting, is het gedurende het jaar mogelijk dat de Bd een voorheffing IB oplegt. In geval van registratie voor de BTW wordt door de Bd bepaald hoe regelmatig het VOR-lid aangifte moet doen. Kijk voor vragen op dit gebied op http://www.belastingdienst.nl onder Privé voor de IB of onder Zakelijk voor de BTW. RWS-VOR (1) Afspraken inzet leden Kenniskring VOR als vrijwilliger of voor betaald werk - versie 4 januari 2017.docx Pagina 11 van 12

Bijlage A Overzicht kostendekkende tarieven 2017 ten behoeve van de RWS-VOR Dienstverleningsovereenkomst betaald werk De kostendekkende tarieven per uur zijn gebaseerd op de Handleiding Overheidstarieven 2017 van oktober 6015, tabel 2.1 Directe loonkosten per salarisschaal BBRA in 2017. De Handleiding Overheidstarieven bevat gemiddelde indicatieve uurtarieven voor een standaard kantooromgeving binnen de rijksoverheid. In de tabel worden de directe loonkosten voor de functies Medewerker Advisering t/m Coördinerend / Specialistisch Adviseur (salarisschaal 8 t/m 14) uit de functiefamilie Advisering weergegeven en de daarvan afgeleide tarieven per salarisschaal, excl. overhead, winstopslag en BTW. De berekening is gebaseerd op het aantal direct productieve uren voor 2016: 1.378 uur. Voor de zgn. kantoorkosten is in het kostendekkende tarief een bedrag van 2 per uur opgenomen. Reiskosten en grotere overige kosten worden apart in rekening gebracht. De keuze voor de hoogte van het kostendekkende tarief wordt bepaald aan de hand van de zwaarte van de activiteiten en de daarbij horende functie (van adviseur), en in onderling overleg tussen de opdrachtgever uit RWS en het VOR-lid vastgesteld. Tarieven 2017 ten behoeve van de RWS-VOR Dienstverleningsovereenkomst betaald werk Schaal Loonkosten per mensjaar Kostendekkend tarief per uur Kantoorkosten per uur Kostendekkend tarief per uur incl. kantoorkosten 8 55.000 40 2 42 9 62.000 45 2 47 10 68.000 49 2 51 11 77.000 56 2 58 12 89.000 65 2 67 13 100.000 73 2 75 14 111.000 81 2 83 Bedragen in RWS-VOR (1) Afspraken inzet leden Kenniskring VOR als vrijwilliger of voor betaald werk - versie 4 januari 2017.docx Pagina 12 van 12