Bijeenkomst Leerwerkplaats Welzijn 9 december 2015, Mozaiek, Tiel Erik Jansen Research Centre HAN SOCIAAL, HAN University of Applied Sciences
Overzicht 1. Introductie 2. De lokale samenleving als levend netwerk 3. Integraal perspectief op welzijn 4. Hoe nu verder? 5. Dialoog
1. Inleiding Naar een nieuwe Civil Society (Horizontale) netwerken worden de modus van organiseren: arrangementen en partnerschappen Leren, ontwikkeling en innovatie essentiële ingrediënten in de beroepspraktijk van Z+W Integratie van praktijk, onderwijs en onderzoek Individuele verantwoordelijkheden, autonomie en keuzevrijheid Participatie als nadruk Individu in zijn of haar context SYSTEEM-transformatie
2. De lokale samenleving als levend netwerk Netwerkprobleem = een groot aantal partijen is betrokken, met uiteenlopende waarden, visies en belangen, met een fragmentatie van macht en verantwoordelijkheid, zonder dat er één actor is die eigenstandig tot een oplossende interventie kan komen. In veel van dergelijke problemen zijn bovendien zowel de verschillende oplossingsrichtingen als de analyse van het probleem betwist: de vraag wat precies het probleem is, wordt door verschillende actoren verschillend, vaak tegenstrijdig, beantwoord. Van der Steen, Peeters & Van Twist, 2010, p. 3
2. De lokale samenleving als levend netwerk Rizoom en rizomatisch organiseren Deleuze en Guattari:
2. De lokale samenleving als levend netwerk De samenleving als rizoom - Vooral horizontaal vertakte wortelstructuur, niet te herleiden tot één hoofdtak of één plant aan de oppervlakte - Ondergronds voortwoekerend met steeds nieuwe verbindingen - Uitrukken van een plant verhindert voortbestaan niet - Metafoor voor netwerkstructuur als levend geheel zonder centrale actor (internet; sociale structuren in netwerksamenleving) - Geen begin of eind, en niet te vangen in structuur - Laat zich niet sturen (hoogstens beheersen).
2. De lokale samenleving als levend netwerk In een netwerk kun je dus niet centraal sturen Op een andere manier invloed bundelen Omdat het verschillende (soms autonome) actoren betreft moet dat op basis van gedeelde inhoud (visie) of gedeelde belangen collectieve narrativiteit Het proces is zo mogelijk nog belangrijker dan het inhoudelijke eindresultaat Cultuur en gedeelde waarden vormen de voedingsbodem voor gezamenlijke actie Principes van levende netwerken 1. Je moet de grond verzorgen waarin het netwerk bestaat VOEDEN 2. Gezamenlijkheid en verbinding ontstaan door gedeelde betekenis BINDEN
3. Integraal perspectief op welzijn Maar Hoe verbinden en uitwisselen vanuit verschillende kaders? Capability Approach als integraal kader voor het welzijn vanuit klantperspectief Mens-centraal (ethisch individualisme): a life of human dignity Elk mens is een doel op zichzelf Ontwikkeling leidt tot vrijheid Breed, normatief begrippenkader voor evaluatie en bestudering individueel welbevinden en kwaliteit van leven politiek filosofische stroming Onderscheid tussen doelen en middelen Gaat uit van sociale rechtvaardigheid Meervoudigheid van welzijn Democratische processen Biedt mogelijk richtlijnen voor evaluatie van sociale arrangementen, beleid en sociale verandering
3. Integraal perspectief op welzijn Capability Approach (Sen, 1999; Nussbaum, 2000) Capabilities = Vrijheden of waardevolle mogelijkheden om het soort leven te leiden dat hij of zij wil leiden of om te doen wat hij of zij wil doen en de persoon te zijn die hij of zij wil zijn (the life one has reason to value) Capability is het antwoord op de vraag: Wat is een mens in staat om te doen en te zijn? ~> Reële vermogens
3. Integraal perspectief op welzijn Functioning (=functioneren) is: Het daadwerkelijke functioneren van een persoon als het resultaat van vrijheden en keuzemogelijkheden omgevingsconversiefactoren Hulpbronnen Antecendenten van het functioneren persoonlijke conversiefactoren Mogelijkheden Capabilities: - leven - gezondheid - etc.. scheppen kansen op Keuzevrijheid ZRM, e.d. een waardevol leven Functioning sociale conversiefactoren naar Robeyns, 2005
3. Integraal perspectief op welzijn Waar bestaat minimaal menselijk welzijn uit? Theorie van Nussbaum Nussbaums Centrale Capabilities (universeel) 1. Leven 2. Lichamelijke gezondheid 3. Lichamelijke integriteit 4. Zintuigen, verbeelding en denken 5. Emoties 6. Praktische rede 7. Relaties a. sociaal b. afkomst en identiteit 8. Andere soorten 9. Spel 10. Controle over de eigen omgeving a. politiek b. materieel
ICECAP-A Kwaliteit van leven Bron: http://www.birmingham.ac.uk/documents/college-mds/haps/projects/icecap/icecap-a/translations/icecap-a-nl-v1-0.pdf, opgevraagd 20 januari 2015.
ASCOT Social Care-related Quality of Life 8 Domeinen 1. Control over daily life The service user can choose what to do and when to do it, having control over his/her daily life and activities 2. Personal cleanliness and comfort The service user feels he/she is personally clean and comfortable and looks presentable or, at best, is dressed and groomed in a way that reflects his/her personal preferences 3. Food and drink The service user feels he/she has a nutritious, varied and culturally Kwaliteit van leven appropriate diet with enough food and drink he/she enjoys at regular and timely intervals 4. Personal safety The service user feels safe and secure. This means being free from fear of abuse, falling or other physical harm and fear of being attacked or robbed 5. Social participation and involvement The service user is content with their social situation, where social situation is taken to mean the sustenance of meaningful relationships with friends and family, and feeling involved or part of a community, should this be important to the service user 6. Occupation The service user is sufficiently occupied in a range of meaningful activities whether it be formal employment, unpaid work, caring for others or leisure activities 7. Accommodation cleanliness and comfort The service user feels their home environment, including all the rooms, is clean and comfortable 8. Dignity The negative and positive psychological impact of support and care on the service user's personal sense of significance
4. Hoe nu verder? Kansen De zegeningen van netwerken Overkoepelende benadering in het sociaal domein lonkt (bijv. Capability benadering; Presentie; Kwartiermaken); Sociaal professional als hoeder van de (lokale en participatieve) democratie; Betekenis en narrativiteit als verbindende grootheden; Sociaal kapitaal als harde eenheid: hoe draagt het netwerk bij aan zelfmanagement? De gemeenschap als doel op zichzelf Productief samenwerken in het zorg- en welzijnsnetwerk van de lokale samenleving
4. Hoe nu verder? Perspectief (wat moeten we doen?) Maak gezamenlijk analyses van hoe het lokale netwerk leeft (Sociale netwerk analyse, SNA): Verbindingen Knopen Wat stroomt er (kapitaal) Zorg voor een open en transparante samenwerkingscultuur (gezonde bodem) democratische kwaliteit Cultiveer het leren van elkaar (dialoog) Streef naar collectieve actie Onderscheid DOELEN en MIDDELEN scherp Omarm de toevallige opbrengst ( collateral benefits ) als die je dichter bij de doelen brengt
5. Dialoog Wat kunnen we leren van elkaar en hoe komen we tot collectieve actie? Neem een casus waar je allen in zit (in principe) Wat is/wordt er aan interventie ingezet? Benut in de dialoog al je kennis en expertise Effecten op integrale welzijnsmogelijkheden (capabilities) Bedoeld Direct Indirect Onbedoeld