Bespreking : Code : A.O.C. Jurançon 10 Spreker : Datum : Michel Peeters 12/06/2001 1. Ligging en streek De appellation A.O.C. Jurançon situeert zich aan de voet van de Pyreneeën, in het extreem Zuidwesten van Frankrijk. In het oosten wordt ze begrensd door de Baskische wijngaarden van de Irouléguy, in het noorden door de Tursan (de Landes), in het noordoosten door de Madiran en de Vic-Bilh en in het zuiden, tras los montes (over de bergen) door de Spaanse Rioja. Pagina 1/6
De productiezone strekt zich uit over 25 gemeenten, tussen het dal van Pau en het dal van Oloron. Het is een zeer kalkrijk gebied met een vulkanische ondergrond (de zogenaamde Poudingue de Jurançon). De hoogte varieert van 280 tot 450m. De wijngaarden liggen op brede terrassen, gericht op het Zuiden en Zuidwesten, dat onderhevig is aan een bergklimaat, afgewisseld met een Atlantisch klimaat en dat onderworpen wordt aan de föhn. Er valt gemiddeld zo n 1.1 tot 1.6 liter water op jaarbasis. De Jurançon zelf wordt nog eens opgedeeld in drie aparte zones. - Le secteur oriental autour de Jurançon, Saint-Faust, Aubertin, Cuqueron, Artiguelouve et Laroin. - Le secteur septentrional autour de Monein, Abos, Lahourcade et Lucq. - Le secteur méridiono-occidental autour de Gan, Lasseube, Estialescq et Cardesse. Deze indeling is vooral van belang voor de ondergrond, maar heeft weinig of geen belang voor het eindresultaat van de wijn. 2. Geschiedenis Er zijn geen duidelijke sporen dat er voor het einde van de 13 de eeuw in deze streek aan wijnbouw werd gedaan. Nochtans werden er bij opgravingen van gallo-romeinse woningen mozaïeken gevonden waarop duidelijk witte druiven staan afgebeeld. Dit kan erop wijzen dat er toch al een lokale wijnbouw was en ook handel daarin. Toch moeten we nog wachten tot de 15 de eeuw vooraleer er duidelijke administratieve afspraken worden gemaakt tussen de wijnboeren in het gebied. In de 16 de eeuw, wanneer het Hof van Navarra zich in Pau gaat vestigen, wordt de Jurançon wijn verheven tot vin de noblesse. Het was zeer gebruikelijk dat edelen enkele hectaren wijngaard bezaten waarop wijn werd verbouwd die alleen door edelen mocht worden gedronken. De legende wil zelfs dat Hendrik IV als kind in de streek aankwam (rond 1553) en ernstig ziek was. Hij had gekloven lippen van de koorts. Om zijn leed te verzachten werden zijn lippen enkele keren per dag ingesmeerd met Jurançon-wijn. Blijkbaar werkte het middel wél, want later werd deze wijn aan het Hof als zeer bijzonder gepresenteerd. Vanaf dan tot in de 18 de eeuw behoorde de Jurançon tot de topwijnen van Frankrijk. Vanaf de 18de eeuw is de Jurançon wijn zo populair, dat de minder goede huizen ook gretig aftrek vinden, maar dan bij de lagere klassen. Dit wordt meteen ook het einde van deze koninklijke wijn. Om de opbrengst drastisch op te drijven, schrikt men er niet voor terug zelfs de opbrengst van de wijngaarden die niet tot de Jurançon behoren, te mengen met de originele wijn. Al snel raakt heel de streek in verval, ook mede door de opkomst van veel grotere wijngebieden zoals de Bourgogne en de Champagne, en dat zal zo blijven tot in de jaren 50. De laatste jaren is vooral de moelleux, de zoete wijn, aan een serieuze herwaardering toe. Pagina 2/6
3. Bespreking AOC De A.O.C. Jurançon bestaat sinds 1936, maar werd in 1975 uitgebreid tot een A.O.C. Jurançon sec. Druivenrassen Voor de A.O.C.Jurançon worden drie druivenrassen gebruikt. Gros Manseng Deze soort wordt het meest aangeplant. Toch levert deze druivensoorten deze streek niet dezelfde hoeveelheid sap als in andere appellations. De Jurançon-wijnen kunnen bestaan uit enkele deze druif, zowel de zoete als de sec, maar meestal kiest men toch voor een vermenging met Petit Manseng. Petit Manseng Wordt deze druif alleen gebruikt, dan bekomt men de beste wijnen. Helaas is de opbrengst van deze soort 30 tot 40 % minder dan bij de Gros Manseng. Omdat de smaak van deze druif zo bijzonder is, vindt men meer en meer cuvées speciales die bestaan uit alleen Petit Manseng. Pagina 3/6
Courbu Deze kwetsbare, zeer aromatische druivensoort wordt nooit alleen gebruikt. Daarvoor zijn er te veel problemen bij het verouderen van de wijn. Men deelt deze soort ook op in Gros Courbu en Petit Courbu, omdat er tussen de twee rassen toch subtiee smaakverschillen zitten. Heel erg typisch voor de Jurançon-wijnen is de late pluk. Men laat de druien opzettelijk te lang hangen tot ze overrijp zijn. Dit procéde heet passerillage voulu. Waar dit bij andere soorten een ramp zou betekenen, geeft dit deze wijnen net hun karakteristieke smaak. Deze manier van werken vereist een zeer grote kennis en ook wel ietwat geluk. Een late regenbui in de herfst kan zo een hele oogst om zeep helpen. Pagina 4/6
Produktiehoeveelheden Van de ongeveer 1000 ha die jaarlijks beplant worden hebben er zo n 800 ha het recht om zich een A.O.C. te noemen. Die produceren zo n 30 à 35.000 hectoliter, waarvan 60% wordt verwerkt tot een blanc sec en 40 % tot een blanc moelleux. Heel erg typisch voor deze streek is de late, warme herfst. Daardoor kan de pluk uitgesteld worden van midden oktober tot midden november. Sommige wijnboeren plukken pas in december! Kleur Heel kenmerkend voor de moelleux is zijn goudgele kleur, dit in tegenstelling tot de sec. Pagina 5/6
Jurançon moelleux Jurançon sec 4. Serveertips Misschien niet zo gezond, maar volgens de lokale wijnboeren smaakt de wijn veel beter als men een kwartiertje op voorhand even een sigaretje rookt! De ideale temperatuur voor zowel de sec als de moelleux ligt rond de 8 graden, al is de sec ook best te genieten na een tijdje in de koekast. Lange tijd werd voor de zoete wijn vooral als dessertwijn aanzien. Bij chocoladegerechten is hij dan ook zeer lekker. Maar de laatste 10 jaar wordt hij meer en meer in combinatie met wild geserveerd, wat heel wat verrassende combinaties opleverd. 5. Gedegusteerde wijnen Clos Guirouilh 1997 GB 369 BF Domaine Cauhapé 1998 GB 339 BF Château de Viella 1998 Delhaize 219 BF (demi) Domaine Cauhapé 1999 GB 365 BF Côtes de Jura 1998 GB 289 BF Pagina 6/6