KLINISCH REDENEREN: CENTRAAL IN DE VERPLEEGKUNDIGE BEROEPSUITOEFENING CHE 26 oktober 2016 Jos Dobber
KLINISCH REDENEREN het continue proces van kritisch denken, gegevensverzameling en analyse, gericht op de vragen en problemen van een individu en diens naasten, in relatie tot ziekte en gezondheid, om tot het beste besluit over de zorg voor deze (individuele) patiënt te komen.
KRITISCH DENKEN omgaan met informatie denkfouten vermijden intuïtie niet overschatten hulp zoeken bij onzekerheid de juiste vragen stellen doelgerichte analytische houding antwoorden toetsen
4 SOORTEN BESLUITEN Diagnose (wat is er aan de hand?) Etiologie (wat is de oorzaak, en wat houdt deze toestand in stand?) Therapie / interventies (wat kunnen we er aan doen?) Prognose / uitkomst (wat denken we te bereiken?)
KLINISCH REDENEREN: 4 SOORTEN BASISVRAGEN 1. Is de bloeddruk van mevrouw Janki te hoog, of gevaarlijk te hoog? 2. Is het veilig om mijn baby tje op zijn buik in bed te leggen? 3. Hoe kan meneer De Bazel de regie over zijn gewicht, afvallen, en gezond eten weer in eigen handen krijgen en behouden? 4. Waardoor heeft Lea zo n last van angst?
DIAGNOSE Kenmerkende verschijnselen à signaal At risk
DIAGNOSE SIGNAAL Kenmerkende verschijnselen à signaal RUIS At risk
DIAGNOSE Kenmerkende verschijnselen à signaal à B At risk
KENNIS Achtergrondkennis anatomie, fysiologie, pathofysiologie, pathologie medische interventies, waaronder farmacologie psychologie, psychopathologie verpleegkunde Voorgrondkennis methode van evidence-based practice
KENNIS VAN KENMERKENDE VERSCHIJNSELEN Kennen Herkennen Duiden Tot een conclusie komen Besluit nemen over vervolgacties
DENKSTRUCTUUR informatie(verwerking) cognitive load complexe en niet-routinematige situaties verhoogd risico op denkfouten
DENKFOUTEN heuristics: a simple procedure that helps to find adequate, though often imperfect, answers to difficult questions. (Kahneman, 2011, p98) bijvoorbeeld: availability en substitutie
VOORBEELD AVAILABILITY Twee wijkverpleegkundigen spreken over de alcoholconsumptie van een 72-jarige cliënt: is er sprake van alcoholmisbruik? Wijkverpleegkundige 1 vindt dat niet: soms lege wijnfles cliënt: maximaal 1, soms 2 glaasjes wijn mannen mogen maximaal 2 alcoholcons./dag, 14 per week Wijkverpleegkundige 2: maar wel 2 dagen abstinent (voorkomen verslaving) gebruik cliënt valt binnen normaal gebruik
MAAR: Klopt het dat volgens de richtlijnen mannen 2 alcoholconsumpties per dag mogen gebruiken? Is het juist dat de cliënt nu nog steeds maximaal 1 a 2 glaasjes wijn per dag drinkt? Met anderen woorden: redeneerden deze verpleegkundigen met de juiste informatie? hadden deze verpleegkundigen alle benodigde informatie beschikbaar voor hun redenering?
DENKFOUTEN heuristics: a simple procedure that helps to find adequate, though often imperfect, answers to difficult questions. (Kahneman, 2011, p98) bijvoorbeeld: availability en substitutie biases: predictable deviations from rationality (Croskerry, 2013 p3) bijvoorbeeld: framing bias en overconfidence
BIASES Bij het inschatten van de toestand van de patiënt, worden bepaalde verschijnselen door een ander op een bepaalde manier geduid. Risico is dan framing bias: er wordt je een bepaalde manier van kijken naar de toestand van de patiënt gesuggereerd (frame) en daardoor ga je er vanzelf op die manier naar kijken.
BESLUITVORMING DOOR VERPLEEGKUNDIGEN De meerderheid van de verpleegkundigen vertrouwt bij het nemen van de dagelijkse beslissingen op ervaringskennis (Thompson, 2003) Risico s?
ERVARINGSKENNIS Hoe heb ik in vergelijkbare situaties in het verleden gehandeld? Ik heb het afgelopen jaar al zeker 6 van deze patiënten verpleegd, dus ik weet wel wat te doen. Hoe doet mijn collega dit gewoonlijk?
INTUÏTIE Klinische intuïtie: het snel en onbewust hanteren van klinische informatie, zonder analyse, waarbij fouten op de koop toe worden genomen. (De Vos, 2005, p21)
COGNITIEF CONTINUÜM (GEBASEERD OP HAMMOND ET AL. 1987 EN HAMM 1988)
GOED BESLUIT OVER DIAGNOSE (THOMPSON & YANG, 2009) 1. Onderscheid ruis en signaal 2. Weeg de klinische aanwijzingen op een correcte manier 3. IJk je persoonlijke (on)zekerheid en je presteren (performance)
HET CONTINUE PROCES het verpleegkundig proces en gedurende de zorgverlening voortdurende inschatting van de toestand monitoring oorzaken van / invloeden op de toestand bepalen de mogelijke gevolgen inschatten nagaan hoe de toestand beïnvloed kan worden
MONITOREN: VOORTDUREND KLINISCH REDENEREN
COMPLEXE COGNITIEVE VAARDIGHEID Doelgerichte analytische aanpak (cognitieve structuur ontwikkelen) Illness scripts Gebaseerd op van achtergrondkennis Patroonherkenning
AUTONOOM EN PARTICIPATIEF Autonoom besluiten en handelen: binnen het verpleegkundig beroepsdomein Participatief besluiten en handelen: participeren in diagnostiek of behandeling waarvoor een andere professional primair verantwoordelijk is
AUTONOOM VERPLEEGKUNDIG? reacties op en gevolgen van ziekte of handicap belasting van de (para)medische behandeling reacties op en gevolgen van de (para)medische behandeling preventie van en bij gezondheidsrisico s zelfmanagement OF PARTICIPATIEF? met taak- en verantwoordelijkheidsverdeling tussen verpleegkundige en (para)medicus
CONCLUSIES KLINISCH REDENEREN Is een complexe cognitieve vaardigheid, centraal in de beroepsuitoefening Vereist kritisch denken over diagnose, etiologie, prognose, en therapie Onderscheid tussen standaard- en nietstandaardsituaties Vereist een hoger analytisch gehalte dan intuïtie en ervaringskennis gebruiken Is niet beperkt tot het verpleegkundige beroepsdomein