Zorgprogramma Diabetes mellitus type 2

Vergelijkbare documenten
Samenvatting Zorgprogramma Diabetes Mellitus type 2

Zorgprogramma Diabetes Mellitus type 2

Diabetes. D1 Diabetes prevalentie 249,0 233,9. D2 Diabetespopulatie indicatoren 78,7 85,8. D3 Hoofdbehandelaar diabetes 58,2 49,6

Diabetes mellitus 2. Clara Peters, huisarts Mea de Vent, praktijkondersteuner


3. Diagnostiek en risico-inventarisatie

Zorginkoopdocument 2014 Ketenzorg Diabetes Mellitus Type 2

Ketenzorg Friesland BV Zorgproducten diëtist 1e lijns Keten-DBC s Astma COPD CVRM DM2

Zorginkoopdocument 2012

Kwaliteitsindicatoren diabetes type 2 (fase 1)

Diabetes Een chronische ziekte, een gezamenlijke zorg

Regionaal ketenzorg protocol COPD

21 september Pagina 1 van 7

Mijn zorgplan Preventie en behandeling Hart- en Vaatziekten

Cardio Vasculair Risico Management 29 januari 2014

Diabetes mellitus type 2: een nieuwe aanpak

Regionale Ketenzorgbijeenkomst

Indicatoren landelijke benchmark ketenzorg verslagjaar Diabetes mellitus type 2. Bijlage. Selectie voor InEen Benchmark, rapportage over 2017

CEL Indicatorenset DM

Indicatoren landelijke benchmark ketenzorg verslagjaar 2017

Inleiding. Maatschap Jouster huisartsen 2. 1 Bron: Nederlandse Diabetes Federatie; Beleidsplan NHG standaard, maart 2006

Werken met het ketenprogramma Diabetes Mellitus 2

Indicatoren kwaliteit huisartsenzorg bij patiënten met DM type 2 Versie maart 2017

InEen/NHG Indicatoren DM-COPD-CVRM

Werken met het ketenprogramma CVRM

gezondheidscentra met een contract voor ketenzorgprogramma s Ketenzorg over 2017 Geachte heer/mevrouw,

gezondheidscentra met een contract voor ketenzorgprogramma s Ketenzorg over 2016 Geachte heer, mevrouw,

Werkinstructie Consultatie via het KIS Voor de huisartsenpraktijk

Indicatoren kwaliteit huisartsenzorg bij patiënten met DM type 2 Versie februari 2018

Ketenzorg Friesland. Zorgproducten 1e lijns Keten DBC Diabetes Mellitus type 2 Diëtist

Zorgprotocol Diabetes Mellitus type 2 Nieuw format 2019

Zorg op maat voor Diabetes type 2 Waarom ontvangt u deze folder?

Kwaliteitsindicatoren diabetes type 2 (fase 1)

Indicatoren kwaliteit huisartsenzorg bij patiënten met DM type 2 Versie oktober 2016

Bijsluiter gebruik CVRM (verhoogd risico)- indicatoren in de huisartsenpraktijk

Indicatoren kwaliteit huisartsenzorg bij patiënten met DM type 2 Versie mei 2016

Het roer moet om. ONTWIKKELINGEN IN DE DIABETESZORG IN DE REGIO donderdag 26 mei Wat gaan we doen vandaag? :30 of 19.

Zorg op maat voor Diabetes type 2 Waarom ontvangt u deze folder?

Workshop voor apothekers en huisartsen. (on)juiste behandeling met orale bloedsuikerverlagende middelen bij

Checklists. Uitneembaar katern, handig om mee te nemen

Contactpersonen van de zorggroepen en gezondheidscentra met een contract voor ketenzorgprogramma's. Ketenzorg over Geachte heer/mevrouw,

gezondheidscentra met een contract voor ketenzorgprogramma s Ketenzorg over 2015 Geachte heer, mevrouw,

De voedingsrichtlijnen zijn gebaseerd op de wetenschappelijke onderbouwde NDF-richtlijnen, NHGstandaard,

Zorg op maat voor Diabetes type 2 Waarom ontvangt u deze folder?

Deze pagina bevat links binnen de CVRM keten voor de zorgverleners.

Zorginhoudelijke indicatoren over de kwaliteit van de diabeteszorg voor patiënten met diabetes type 2.

Versie augustus Zorgprotocol COPD

Hart- en vaatziekten Een chronische ziekte, een gezamenlijke zorg

Registratie deelname ketenzorgprogramma Een toevoeging is de registratie van de labcode Deelname Ketenzorgprogramma.

Ketenzorg inleiding. Ph.E. de Roos

Chronische Nierschade in Nederland

Implementatie NHG standaard Chronische Nierschade Ketenzorg Arnhem 2018

Dr. A.G. Lieverse (red.) LEIDRAAD DIABETES MELLITUS TYPE 2 glucoseregulatie

Nieuwsbrief Ketenzorg Friesland BV oktober 2013

Bij de behandeling en begeleiding van CVRM neemt de diëtist als zorgaanbieder binnen de zorgketen de dieetadvisering 1 op zich.

Voorlopige minimale dataset Diabetes

Thema Vernieuwing. Programma uur Opening en terugblik vorig jaar

Zorgproces HVZ. identificatie. Anamnese/ probleeminventarisatie. Gedeelde besluitvorming / Individueel Zorgplan. Follow up

Een chronische ziekte, uw zorg is onze zorg

Werken met het ketenprogramma astma en COPD

1. Inleiding. Aanleiding

Zorgprotocol 1 e lijns keten-dbc Diabetes Mellitus type 2 (DM2)

HET CVRM SPREEKUUR. In de eerste lijn

Thema Zorg op maat uur Opening en terugblik vorig jaar uur Benchlearning Kees de Visser, huisarts Urk

DIABETES MELLITUS TYPE 2 PROTOCOL CELLO

Zorgprogramma GO diabetes BV

gezondheidscentra met een contract voor ketenzorgprogramma s Ketenzorg over 2018 Geachte heer/mevrouw,

De implementatie in de huisartsenpraktijk

H Diabetespolikliniek

Hart &Vaten. Hart en Vaten Pas. PeriScaldes

Werken met het ketenprogramma COPD

Kwaliteitsjaarverslag RZMH 2012 (voorheen RDMH)

Uw huisarts uit de regio Berlicum, Rosmalen, Empel en Den Bosch

Diabetesconsult in de huisartsenpraktijk. Diabeteseducator Nancy Van Brabandt Praktijkverpleegkundige Het Eerstelijnshuis Deinze

Zorggroep Cohesie Cure and Care denkt mee met mensen met Diabetes! Optimale Diabeteszorg door goede samenwerking tussen zorgverleners

Werken met het ketenprogramma CVRM

Het e-diabetes dossier, kunnen we hier nog omheen? Gert-Jan van Boven Directeur Nictiz

Diabetes Ketenzorg. Transmurale werkgroep diabetes

vernieuwing in de DM2 zorg Ida Spelt, huisarts Wassenaar

Zorgprogramma DM2. OCE Nijmegen Nijmegen, mei Versie 2,

Indicatoren CV-risicomanagement bij patiënten met Hypertensie of Hypercholesterolemie (VVR)

Diabetes mellitus type 2: feedback op het eigen handelen

Bijsluiter gebruik DM2-indicatoren in de huisartsenpraktijk. Fenna Schouten Versie 4

Zorgprogramma DM2. OCE Nijmegen Nijmegen, november Versie 3

Indicatoren CV-risicomanagement bij patiënten met Hypertensie of Hypercholesterolemie (VVR)

Fries Wisselprotocol CVRM

Benchmark Diabetes 2016 SEZ Zaanstreek-Waterland

COPD zorgprogramma: deelname, formatie, financiën, diensten, communicatie

Cardiovasculair risicomanagement. Patrick Schrömbges Kaderhuisarts Diabetes Mellitus

Preventie en behandeling hart- en vaatziekten

CVRM in N.Kennemerland

Transmurale zorg: hoe organiseer je dat? Dr. A.G. Lieverse - internist Máxima Medisch Centrum, Eindhoven

Concept zorgprotocol Beweeginterventies in de chronische ketenzorg 2014

Jaarverslag Kwaliteit 2015

Samenvatting COPD zorgprogramma 2019

Handleiding voeding. Voor de zorgprogramma s: DM2 CVRM COPD. Meditta Zorg B.V.

Bevindingen overzicht indicatoren zorgprogramma s COPD, DM2 en CVRM

Zorggroep Cohesie Cure and Care denkt mee bij hart- en vaatziekten! Optimale zorg bij hart- en vaatziekten door samenwerkende zorgverleners

Samenvatting voor niet-ingewijden

Inhoud presentatie. Noodzaak Zorgmodule Voeding? Zorgmodule Voeding Kansen voor de diëtist. Ontwikkeling Zorgmodule Voeding (1)

Transcriptie:

Zorgprogramma Diabetes mellitus type 2 Versie december 2016

Inhoud Inleiding en verantwoording... 2 1. Algemeen... 3 1.1 Definitie(s)... 3 1.2 Prevalentie en incidentie... 4 1.3 Doelstelling... 4 1.4 Doelgroep... 4 2. Inhoud van de zorg... 5 2.1 Stroomdiagram... 5 2.2 Vroegdiagnostiek, identificatie en opsporing door middel van casefinding en screening... 6 2.3 Diagnostische fase... 6 2.4 Behandelfase... 7 2.4.1 Instelfase... 7 2.4.2 Follow up fase... 11 2.5 Ontregelingen... 11 2.6 Palliatieve fase... 12 2.7 Zelfmanagement... 12 2.7.1 Visie op zelfmanagement... 12 2.7.2 Individueel Zorgplan... 12 2.8 Registratie... 12 3. Ketenpartners... 13 3.1 Afspraken binnen eerste lijn:... 13 3.2 Transmurale ketenafspraken... 14 4. Organisatie van het Zorgprogramma... 14 4.1 Kwaliteitscommissie... 14 4.2 Werkgroepen... 15 4.3 Benchmarkbijeenkomst... 15 4.4 Coördinator Zorgprogramma... 15 4.5 Keteninformatiesysteem... 15 4.6 Communicatie en bereikbaarheid... 15 5. Kwaliteitsbewaking van het Zorgprogramma... 16 5.2 Benchmark... 16 5.3 Scholing... 16 6. Verantwoordelijkheden... 17 7. Referenties... 17 Bijlagen... 17 Bijlage 1: Protocol diabetes zorg HK jan 2014 GCH... 17 Bijlage 2 Regionale transmurale afspraak (RTA) diabetes mellitus type 2... 17 Bijlage 3: Regio Haarlemmermeer maart 2016 CONCEPT... 17 Bijlage 4: Protocol Stoppen met Roken... 17 Bijlage 5: Samenwerkingsafspraken apotheek... 17 Bijlage 6: Samenwerkingsafspraken fysiotherapie... 17 Bijlage 7: Samenwerkingsafspraken diëtiek... 17 Bijlage 8: Samenwerkingsafspraken oogarts... 17 Bijlage 9: Samenwerkingsafspraken Ksyos... 17 Bijlage 10: Samenwerkingsafspraken podotherapie... 17 Bijlage 11: Verwijsbrief KSYOS... 17 Zorggroep HK Zorgprogramma Diabetes mellitus type 2 versie 5 december 2016 1

Inleiding en verantwoording Het multidisciplinaire Zorgprogramma diabetes mellitus type 2 is gemaakt in opdracht van de koepelorganisatie bestaande uit Zorggroep Haarlemmermeer Ketenzorg en de Stichting Gezondheidscentra Haarlemmermeer. In het Zorgprogramma diabetes mellitus type 2 wordt naast diagnostiek, behandeling en begeleiding binnen de huisartsenpraktijk, ook de samenwerking met de ketenpartners beschreven. Hierbij zijn afspraken gemaakt over wie, wat, wanneer doet. Als resultaat van de ketenzorgafspraken kunnen zoveel mogelijk patiënten de juiste zorg op de juiste plek ontvangen. Belangrijke standaarden en richtlijnen voor dit Zorgprogramma zijn - NHG standaard diabetes mellitus type 2 oktober 2013 - NDF zorgstandaarddiabetes - NDF voedingsrichtlijn 2015 - LTA Diabetes mellitus type 2 januari 2012 - Zorgmodule preventie diabetische voetulcera 2014 Eerst worden de definities, doelstellingen en doelgroepen beschreven. Vervolgens wordt de inhoud van de zorg en de organisatie van het Zorgprogramma beschreven. Tot slot worden kwaliteitsindicatoren aangegeven en de kwaliteitsborging. Hierbij is ervan uitgegaan dat deze gegevens te extraheren zijn uit de verschillende (huisarts) informatiesystemen. In de bijlagen zijn de werkafspraken van de verschillende zorgverleners en de samenwerkingsafspraken met de ketenpartners opgenomen. Dit multidisciplinair Zorgprogramma is opgesteld door Kwaliteitscommissie DM en is op 31 december 2016 vastgesteld. Evaluatie van het Zorgprogramma diabetes mellitus type 2 vindt jaarlijks plaats in de kwaliteitscommissie. Coördinator Zorgprogramma: Marijke Bunschoten, kwaliteitsfunctionaris diabetes Zorggroep Haarlemmermeer Ketenzorg. Zorggroep HK Zorgprogramma Diabetes mellitus type 2 versie 5 december 2016 2

1. Algemeen Diabetes mellitus is een aandoening waarbij multidisciplinaire zorg van groot belang is. In Nederland ontwikkelt ongeveer één op de drie mensen > 45 jaar diabetes mellitus, bij mensen > 45 jaar met pre-diabetes (nuchtere glucose tussen 6,0-7,0 mmol/l) is dat 75%. 1 In Nederland zijn we ver in de organisatie van deze multidisciplinaire zorg rondom en dichtbij de patiënt met diabetes mellitus. Binnen Europa staan we op de tweede plaats (na Zweden). 234 1.1 Definitie(s) Diabetes mellitus, in de volksmond suikerziekte genoemd, is een stofwisselingsziekte waarbij de glucoseregulatie is verstoord. Er bestaan twee hoofdvarianten van de aandoening: diabetes type 1 en type 2. Daarnaast komen er ook een aantal andere vormen voor. Patiënten met diabetes mellitus type 1, dat wil zeggen jonger dan 30 jaar, lage BMI, eerste presentatie direct zeer hoge (nuchtere) bloedglucose, worden direct, dat wil zeggen dezelfde dag, naar de internist verwezen, en vallen buiten dit Zorgprogramma. Diabetes mellitus type 2, waar dit Zorgprogramma zich op toespitst, in het verleden ook wel ouderdomsdiabetes genoemd, is een chronisch progressieve stofwisselingsziekte waarbij de glucoseregulatie ontregeld is doordat er onvoldoende insuline wordt geproduceerd, of doordat de insuline door insulineresistentie onvoldoende effect heeft. Overgewicht en onvoldoende lichaamsbeweging spelen, naast genetische aanleg en ouderdom, een belangrijke rol in het tekortschieten van de insulineproductie en het ontstaan van diabetes type 2. De huidige Westerse leefwijze heeft een enorme toename van het aantal mensen met diabetes veroorzaakt alsmede een steeds lagere leeftijd waarop de aandoening wordt vastgesteld. De naam ouderdomsdiabetes is daarmee niet meer adequaat. Voordat mensen diabetes type 2 ontwikkelen, hebben zij vaak al verhoogde bloedsuikerwaarden. Zij hebben dan gestoorde nuchtere glucosewaarden (Impaired Glucose Tolerance of IGT). Dat betekent dat de bloedsuikerwaarden hoger zijn dan normaal, maar nog niet zo hoog dat de diagnose diabetes gesteld wordt. Dit wordt ook wel prediabetes genoemd. Referentiewaarden voor het stellen van de diagnose diabetes mellitus, gestoord nuchtere glucose en gestoorde glucosetolerantie (mmol/l); gestoord nuchtere glucose en gestoorde glucosetolerantie kunnen gecombineerd voorkomen. 5 Veneus plasma Normaal Glucose nuchter Glucose niet nuchter < 6,1< 7,8 Gestoord nuchtere glucose Glucose nuchter Glucose niet nuchter 6,1 en < 7,0 én< 7,8 Gestoorde glucosetolerantie Glucose nuchter Glucose niet nuchter < 6,1 én 7,8 en < 11,1 Diabetes mellitus Glucose nuchter Glucose niet nuchter 7,0 11,1 1 Deel onderzoek van de langlopende Rotterdam Studie, gepubliceerd: Symen Ligthart e.a. The Lancet Diabetes & Endocrinology., Published Online: 10 November 2015. 2 Euro Diabetes Index, gepubliceerd 1 december 2015 door de Zweedse onderzoeksorganisatie Health Consumer Powerhouse (HCP). 3 EASD Wenen 2014: "Nederland staat in de groep van 30 Europese landen op de 2e plaats, achter Zweden", aldus Dr. Beatriz Cebolla, Index manager. Zij legt verder uit dat de Nederlandse diabetes zorg over alle noodzakelijke kwaliteiten beschikt voor een succesvol resultaat. Nederland heeft de beste multidisciplinaire teambenadering en Euro Diabetes Index, gepubliceerd 1 december 2015 door de Zweedse onderzoeksorganisatie Health Consumer Powerhouse (HCP). 4 http://www.healthpowerhouse.com/ 5 World Health Organisation/International Diabetes Federation, 2006. Zorggroep HK Zorgprogramma Diabetes mellitus type 2 versie 5 december 2016 3

1.2 Prevalentie en incidentie Prevalentie Het aantal patiënten met diabetes mellitus per 1000 personen. Op 1 januari 2011 waren er in Nederland 834.100 mensen met diabetes mellitus gediagnosticeerd bij de huisarts (puntprevalentie). Dat waren 415.900 mannen en 418.200 vrouwen. 90% van deze patiënten heeft diabetes mellitus type 2. De incidentie Aantal nieuwe diagnoses per 1000 personen. In 2011 werden in Nederland 52.700 nieuwe patiënten met diabetes mellitus gediagnosticeerd. Het betroffen 28.900 mannen en 23.800 vrouwen (3,5 per 1.000 mannen en 2,8 per 1.000 vrouwen). De incidentie nam zowel bij mannen als vrouwen, met de leeftijd tot 75 jaar, toe. Op hogere leeftijd nam dit weer iets af. Bij alle leeftijden is de incidentie voor mannen hoger dan voor vrouwen. 6 1.3 Doelstelling Het Zorgprogramma heeft als doel goede afstemming van zorg rondom de patiënt met diabetes mellitus type 2. Doelen van het Zorgprogramma zijn: het bieden van toegankelijk integrale zorg aan de patiënten met diabetes mellitus type 2 in de regio Haarlemmermeer het zo lang mogelijk uitstellen van complicaties, met een zo hoog mogelijke kwaliteit van leven voor de mensen met diabetes mellitus type 2 er is sprake van een patiëntgerichte aanpak, de patiënt staat centraal in de keten zelfmanagement en wordt waar mogelijk gestimuleerd. Dit gebeurt door o.a. te werken met een Individueel Zorg Plan (IZP), zoals die is opgenomen in het boekje Diabetes op weg wijzer een uitgave van Zorggroep HK en SGH. 1.4 Doelgroep De doelgroep van het Zorgprogramma bestaat uit volwassen patiënten met diabetes mellitus type 2. 6 www.volksgezondheidenzorg.info/onderwerp/diabetes -mellitus/cijfers-context/prevalentie-en-incidentie#nodeprevalentie-huisartsenregistraties, november 2015 Zorggroep HK Zorgprogramma Diabetes mellitus type 2 versie 5 december 2016 4

2. Inhoud van de zorg 2.1 Stroomdiagram Zorggroep HK Zorgprogramma Diabetes mellitus type 2 versie 5 december 2016 5

2.2 Vroegdiagnostiek, identificatie en opsporing door middel van casefinding en screening De huisarts bepaalt de (bij voorkeur nuchtere) bloedglucosewaarde bij mensen met klachten of aandoeningen, die het gevolg kunnen zijn van diabetes mellitus, zoals: dorst polyurie vermagering pruritus vulvae op oudere leeftijd recidiverende urineweginfecties en balanitis mononeuropathie, neurogene pijnen of sensibiliteitsstoornissen Daarnaast geldt het advies, in het kader van een spreekuurbezoek, om eens per drie jaar de bloedglucosewaarde te bepalen bij personen ouder dan 45 jaar: met een BMI 27 kg/m2 met diabetes mellitus type 2 bij ouders, broers of zussen met hypertensie (systolische bloeddruk > 140 mmhg of behandeling voor hypertensie) met vetstofwisselingsstoornissen (HDL-cholesterol 0,90 mmol/l, triglyceriden > 2,8 mmol/l) met (verhoogd risico op) hart- en vaatziekten (zie de NHG-Standaard Cardiovasculair risicomanagement) van Turkse, Marokkaanse of Surinaamse afkomst voor mensen van Hindoestaanse afkomst geldt hetzelfde advies maar wordt een leeftijdsgrens van 35 jaar aangehouden Vrouwen die zwangerschapsdiabetes doormaakten, worden gedurende de daaropvolgende vijf jaar jaarlijks opgeroepen voor een nuchtere glucose bepaling. Daarna eens per drie jaar. 2.3 Diagnostische fase De diagnose diabetes mellitus type 2 wordt gesteld als men op 2 verschillende dagen 2 nuchtere plasmaglucosewaarden bepaalt van 7,0 mmol/l. De diagnose kan ook worden gesteld bij een nuchtere plasmaglucosewaarde van 7,0 mmol/l met een willekeurige plasmaglucosewaarde 11,1 mmol/l in combinatie met klachten die passen bij hyperglykemie. Patiënten met een gestoorde nuchtere glucose of een gestoorde glucosetolerantie (ICPC A 91-05), worden geïncludeerd in het CVRM Zorgprogramma. Hierin wordt aandacht besteed aan de leefstijl. Adviezen ten aanzien van gewicht, rookgedrag, bewegen, gezonde voeding worden gegeven door de praktijkondersteuner bij het stellen van de diagnose. Indien nodig krijgt de patiënt hiervoor ondersteuning door de diëtiste en/of fysiotherapeut. Hierna wordt de patiënt jaarlijks gecontroleerd. Ontwikkelt de patiënt, ondanks de geleverde inspanningen toch diabetes mellitus, dan wordt de patiënt geïncludeerd in het Zorgprogramma diabetes mellitus type 2. Huisarts De huisarts bespreekt de diagnose met de patiënt, gaat in op vragen en peilt de gevoelens van de patiënt. Na het eerste gesprek kan de verdere educatie en begeleiding overgedragen worden aan de POH S. Is bij een patiënt diabetes mellitus type 2 ( ICPC T90.2 ) vastgesteld, dan stelt de huisarts, of de POH S het cardiovasculaire risicoprofiel op (zie de NHG-Standaard Cardiovasculair risicomanagement). Daarnaast gaat de huisarts de aanwezigheid, van eventuele met diabetes mellitus type 2 samenhangende complicaties, na. Aanvullende diagnostiek en evaluatie is gericht op chronische nierschade, retinopathie en voetproblemen. zie: Protocol Diabetes zorg HK/ SGH; jan 2014: hoofdstuk 1; paragraaf: 1.1-1.2-1.3 Zorggroep HK Zorgprogramma Diabetes mellitus type 2 versie 5 december 2016 6

POH S De patiënt met diabetes mellitus type 2 is verwezen door de huisarts naar de POH S. Deze complementeert in het KIS de ontbrekende items, zoals bijvoorbeeld: de intake draagt zorg voor de adequate ruiters, die van belang zijn voor het zorgproces in samenspraak met de huisarts completeert zij de educatie, behandeling en verwijzingen (zie schakelconsult) zie: Protocol Diabetes zorg HK/ SGH; jan 2014: hoofdstuk 1; paragraaf: 1.1-1.2-1.3 Schakelconsult tussen huisarts en POH S De huisarts en de POH S bespreken de volgende zaken en stemmen af wie waar zorg voor draagt: educatie behandeling verwijzingen naar de diëtiste fundusscreening eventuele verwijzing naar de fysiotherapie of een beweegprogramma verwijzing naar de podotherapeut of pedicure bij voetafwijkingen, conform de afspraken Zorgmodule Preventie Diabetische voet ulcera 2014. Kaderhuisarts diabetes mellitus: Bij vragen rondom de diagnostiek, bijvoorbeeld het vermoeden van diabetes mellitus, op basis van LADA, kan de kaderhuisarts via het KIS benaderd worden, conform de afspraken vastgelegd in de Regionale Transmurale Afspraken (RTA). 7 Internist Bij vragen rondom de diagnostiek, bijvoorbeeld het vermoeden van diabetes mellitus, op basis van MODY, kan de internist benaderd worden conform de afspraken, zoals vastgelegd in de RTA. 8 2.4 Behandelfase 2.4.1 Instelfase Huisarts De huisarts heeft de patiënt verwezen naar de POH S, en is op de achtergrond aanwezig voor overleg of overname van zorg, indien gewenst. zie: Protocol Diabetes zorg HK/ SGH; jan 2014: hoofdstuk 2; paragraaf: 2.1-2.2. POH S De POH S heeft een belangrijke rol in de instelfase. Zij zorgt voor de voorlichting aan de patiënt en het voorlichtingsmateriaal. Zij ziet de patiënt frequent, totdat de glycemische instelling optimaal is en de andere risicofactoren, zoals de bloeddruk, het cholesterolgehalte, bewegen en het rookgedrag voldoende aan bod zijn gekomen. Hierbij worden de richtlijnen gevolgd, zoals opgesteld door de NHG en vastgelegd in de NHG standaard diabetes mellitus type 2 oktober 2013. Er wordt rekening gehouden met de leeftijd van de patiënt en de duur van het bestaan van de diabetes mellitus. 7 zie: RTA Haarlemmermeer april 2015 ( concept) naar 2de lijn.docx 8 zie: RTA Haarlemmermeer april 2015 ( concept) naar 2de lijn.docx Zorggroep HK Zorgprogramma Diabetes mellitus type 2 versie 5 december 2016 7

De POH S stelt samen met de patiënt een individueel zorgplan op en streeft ernaar om door de patiënt geformuleerde gezondheidsdoelen vast te stellen. Is er medicatie nodig voor de verbetering van de glycemische instelling, dan wordt het stappenplan gevolgd zoals geformuleerd in NHG standaard diabetes mellitus type 2 oktober 2013: Stap 1 Stap 2 Start met metformine. Voeg een sulfonylureumderivaat aan metformine toe* Stap 3 Voeg NPH-insuline eenmaal daags toe aan orale bloedglucose verlagende middelen * Van de sulfonylureumderivaten gaat de voorkeur uit naar gliclazide. Bij nachtelijke hypoglykemieën kan worden overgestapt op een langwerkend analoog. Zie behandeling met insuline. Indien nodig schakelt de POH S daarbij, met toestemming van de patiën,t de hulp in van een diëtiste, de fysiotherapeut of een andere zorgverlener. Bij voldoende instelling wordt de patiënt verder begeleid volgens het follow-up schema (zie 3.4.2). zie: Protocol Diabetes zorg HK/ SGH; jan 2014: hoofdstuk 1; paragraaf: 2.1-2.2-2.3; hoofdstuk 7; paragraaf 7.1; hoofdstuk 8 geheel. Stoppen met roken Roken is een belangrijke risicofactor bij het ontwikkelen van hart en vaatziekten, naast het hebben van diabetes mellitus. Het is van belang de rokende patiënt te motiveren te stoppen en hierin begeleiding aan te bieden. Verwijzing vindt plaats naar een gekwalificeerde Stoppen met Roken begeleider, die is opgenomen in het Kwaliteitsregister Stoppen met Roke. Het actuele overzicht vindt u op www.kwaliteitsregisterstopmetroken.nl Zorggroep HK Zorgprogramma Diabetes mellitus type 2 versie 5 december 2016 8

Verwijsindicatie diëtetiek De diëtist heeft een belangrijke rol in de voorlichting en begeleiding van de leefstijl waar het gaat om de voeding. Bij het vaststellen van de diagnose en overgewicht wordt de patiënt verwezen naar de diëtist via het KIS. Daarnaast zijn er diverse momenten in de zorgverlening waarbij de patiënt opnieuw verwezen wordt, zoals bij intensief sporten, actieve vakanties, verandering van medicatie (denk aan het instellen op insuline) e.d. In het KIS zijn de volgende zorgproducten voor diëtetiek opgenomen: 1. na het stellen van de diagnose diabetes mellitus type 2 2. indien de patiënt overgaat op de behandeling met insuline 3. individueel toegespitste voeding of dieet adviezen, noodzakelijk bij: a. overgewicht, ondergewicht en ongewenste gewichtstoename b. hypertensie, hypercholesterolemie, hoge triglyceridenwaarden 4. bij niet optimaal effect van zelfcontrole /- regulatie en/of niet optimale diabetes regulatie 5. bij complicaties waarbij een aanpassingen van een dieet zinvol is (zoals nierinsufficiëntie) 6. bij andere specifieke vragen of problemen met betrekking tot de voeding (zoals: zwangerschap(wens) gastroparese, eetproblematiek, verandering leef-of werkomstandigheden) De diëtist beantwoordt de vragen en doet verslag via het KIS Zie bijlage: Samenwerkingsafspraken diëtetiek DM en COPD 2014 Verwijsindicatie Farmaceutische zorg De apotheker speelt een belangrijke rol bij vragen omtrent de medicatie, zoals het gebruik en de inname. Bij verstrekken van glucosemeters kan de apotheek uitleg geven. Er kan via het KIS een vraag voor begeleiding worden aangemaakt. Voor het Zorgprogramma diabetes is in het KIS het Advies gesprek diabetes medicatie als zorgproduct beschreven. De apotheker beantwoordt de vragen en doet verslag via het KIS. Zie bijlage: Samenwerkingsafspraken apotheek 2015 Verwijsindicatie Fysiotherapie Het is voor de patiënt met diabetes mellitus type 2, zeker in combinatie met overgewicht van groot belang te bewegen conform de richtlijn van de Nederlandse Norm Gezond Bewegen. Dat betekent 30 minuten matig intensief bewegen per dag. Voor mensen met adipositas is dat 60 minuten per dag. Lukt het de patiënt niet dit zelfstandig op te pakken, dan is begeleiding/ coaching door de fysiotherapeut van belang. In het KIS zijn de volgende zorgproducten voor fysiotherapie opgenomen: 1. beweeg advies 2. begeleiden bij bewegen / beweegprogramma 3. angst voor bewegen Via het KIS wordt een zorgproduct aangevraagd. De fysiotherapeut begeleidt de patiënt en doet verslag via het KIS. Zie bijlage: Samenwerkingsafspraken beweegadvisering DM en COPD 2014 Verwijsindicatie Podotherapeut Een maal per jaar vindt bij iedere patiënt met diabetes mellitus type 2 de voetscreening plaats en wordt op basis van de Simm s classificatie het Zorgprofiel vastgesteld. Hierna vindt een eventuele verwijzing naar podotherapeut plaats. Zorggroep HK Zorgprogramma Diabetes mellitus type 2 versie 5 december 2016 9

Aan de hand van het Overzicht Zorgprofielen zijn de volgende zorgproducten in het KIS opgenomen: 1. eenmalige verwijzing voor vaststellen zorgprofiel 2. zorgprofiel 2 3. zorgprofiel 3 4. zorgprofiel 4 De verwijzing naar de podotherapeut en de terugkoppeling van de podotherapeut kan via het KIS verlopen. Zie bijlagen: Zorgmodule Preventie Diabetische voet ulcera 2014 Samenwerkingsafspraken met podotherapie voor diabetes mellitus type 2. Verpleegkundig consulent diabetes mellitus Aan de verpleegkundig consulent diabetes mellitus kan via het KIS een advies gevraagd worden over begeleiding en het omgaan met diabetes mellitus en de (medicamenteuze) behandeling. Dit betreft enkel een consult functie en geen medebehandeling. De in het KIS gestelde vraag wordt vervolgens beantwoord in het KIS en daarmee wordt het consult afgesloten. Kaderhuisarts diabetes mellitus Aan de kaderhuisarts diabetes mellitus kan via het KIS een advies gevraagd worden over diagnostiek en behandeling. Dit betreft een consultatieve functie. Ook in de overweging tot het consulteren van specialisten buiten de keten, kan advies worden gevraagd. De in het KIS gestelde vraag wordt vervolgens beantwoord in het KIS en daarmee het consult afgesloten. Verwijsindicatie Fundusonderzoek door het eerste lijns diagnostisch centrum Bij het vaststellen van de diagnose wordt de patiënt binnen drie maanden verwezen voor de eerste fundus screening. Bij voorkeur voor fundus fotografie. Wordt er geen diabetische retinopathie vastgesteld, dan wordt de patiënt vervolgens tweejaarlijks gecontroleerd. Het resultaat wordt via laboratoriumuitslagen naar de huisarts gestuurd en kan toegevoegd worden in het KIS. Heeft de patiënt diabetische retinopathie, dan zal de patiënt verwezen worden naar de oogarts en zullen de vervolgafspraken door de oogarts worden vervolgd. Zie bijlage 9.7 Verwijsbrief tweejaarlijkse oogcontrole Ksyos. Zorggroep HK Zorgprogramma Diabetes mellitus type 2 versie 5 december 2016 10

2.4.2 Follow up fase Controle van de patiënt vindt plaats volgens onderstaand schema: Indeling POH Huisarts Assistente (indien geschoold en vastgelegd in werkafspraken prediabetes 1x/jaar ongecompliceerde diabetes mellitus type 2, zonder comorbiditeit ongecompliceerde diabetes mellitus type 2, met comorbiditeit gecompliceerde diabetes mellitus type 2 2-3/jaar 3x/jaar 1x/jaar 1x/jaar 1x/jaar 2-3x/jaar POH S De POH S speelt een belangrijke rol bij de ondersteuning van patiënten met comorbiditeit of gecompliceerde zorg, bijvoorbeeld insuline gebruik. Zie Protocol Diabetes zorg HK/ SGH; jan 2014: hoofdstuk 2; paragraaf 2.3; hoofdstuk 3;4; 5 en 8. Huisarts De huisarts ziet de patiënt met diabetes mellitus type 2 in ieder geval eens per jaar bij de jaarcontrole of het jaargesprek. Hierin wordt de glycemische instelling besproken, naast de bloeddruk en de vetregulatie. De psychosociale factoren van de patiënt worden betrokken bij het formuleren van haalbare doelen in het komende jaar. Bijvoorbeeld, stoppen met roken, werken aan het gewicht, of eerst aandacht geven aan de depressie. Daarna wordt samen een haalbaar doel geformuleerd. Zie Protocol Diabetes zorg HK/ SGH; jan 2014: hoofdstuk 5. Dokters- assistente diabetes zorg Patiënten met een goede glycemische instelling en optimale regulatie van de bloeddruk en LDL, kunnen door de doktersassistente gecontroleerd worden, wanneer er geen sprake is van comorbiditeit zoals bijvoorbeeld hart- en vaatziekten. De doktersassistente moet hiervoor geschoold zijn en er moeten duidelijk omschreven werkafspraken zijn gemaakt. zie: Protocol Diabetes zorg HK/ SGH; jan 2014: hoofdstuk 5 en 8. 2.5 Ontregelingen Hypoglycemische ontregeling De huisarts bezoekt de patiënt zo spoedig mogelijk en start indien mogelijk een orale behandeling, of intramusculaire behandeling met glucagon of intraveneus met glucoseoplossing conform de richtlijnen. Zie: :Protocol Diabetes zorg HK/ SGH; jan 2014: hoofdstuk 3 Hyperglycemische ontregeling Acuut: Bijvoorbeeld ten gevolge van een intercurrente ziekte. De huisarts bezoekt de patiënt, of ziet de patiënt in de praktijk en behandelt het onderliggend lijden. De huisarts draagt zorg voor een zo goed mogelijke instelling conform de richtlijnen. Langduriger bestaand, onvoldoende regulatie: De patiënt wordt gezien door de POH S en gaat weer tijdelijk in de intensievere instelfase Zie: Protocol Diabetes zorg HK/ SGH; jan 2014: hoofdstuk 3. Zorggroep HK Zorgprogramma Diabetes mellitus type 2 versie 5 december 2016 11

2.6 Palliatieve fase Tijdens de palliatieve fase zal de nadruk komen te liggen op comfort voor de patiënt met diabetes mellitus type 2. De glycemische regulatie blijft van belang om klachten die hinderlijk zijn te voorkomen. Zeker bij een hypoglycaemie dient men daarmee niet meer zo strikt te zijn(glucose 6-15 à 20mmol/l.). Reduceer het aantal glucose bepalingen en simplificeer de behandeling. Het voorkomen van complicaties op de lange termijn is niet meer van belang, zodat medicatie gegeven ter primaire preventie, te denken valt aan de statines, gestopt kunnen worden. Dit altijd in overleg met de patiënt en/ of zijn naasten. Voor meer informatie: Diabetes zorg aan het eind van het leven. S. Verhoeven e.a. 2.7 Zelfmanagement 2.7.1 Visie op zelfmanagement Leven met een chronische aandoening, zoals diabetes mellitus type 2, is een hele opgave. Het zoeken van een balans tussen de eisen van het dagelijks leven en de beperkingen van de ziekte. Dit vraagt om creativiteit van de patiënt, van de omgeving en van de betrokken zorgverleners. Mensen met een chronische ziekte hebben, als het goed gaat, maar een paar keer per jaar contact met hun zorgverlener. Tijdens de overige dagen zijn zij zelf verantwoordelijk voor de keuzes, die hun gezondheid en leven beïnvloeden. Het behoort bij hun dagelijks leven. De zorgverleners vinden het belangrijk dat patiënten zo veel mogelijk zelf beslissingen nemen over de behandeling. De patiënt wordt betrokken bij het opstellen van het zorgplan, waarin de behandeling en het doel van de behandeling beschreven staan. De zorgverleners zijn er om te helpen, de patiënt staat aan het roer. Dit wordt ook wel zelfmanagement genoemd. Een hulpmiddel bij het vastleggen, is het Individueel Zorg Plan (IZP). 2.7.2 Individueel Zorgplan Het IZP is een hulpmiddel bij zelfmanagement. Hierin kunnen de patiënt en zorgverlener samen vastleggen waar de patiënt de komende periode zijn aandacht op wil vestigen. In het IZP wordt vastgelegd, welk onderwerp dit is, bijvoorbeeld roken. Het doel is stoppen en/of minderen, hoe de patiënt dit denkt te bereiken en in welk tijdsbestek en welke problemen hij eventueel verwacht tegen te komen en welke hulp hij eventueel van de zorgverlener nodigt heeft. Zie: Diabetes op wegwijzer een uitgave van HK en SGH. 2.8 Registratie Registratie vindt plaats in het KIS indien de patiënt daarvoor toestemming heeft gegeven. Op deze wijze kunnen partners in de keten elkaar eenvoudig consulteren en gebruik maken van elkaars expertise en gegevens. Aangesloten zijn de ketenpartners in de eerste lijn, zoals: diëtisten fysiotherapeuten podotherapeuten apothekers verpleegkundig consulent en de kaderarts diabetes mellitus Zorggroep HK Zorgprogramma Diabetes mellitus type 2 versie 5 december 2016 12

3. Ketenpartners Voor het goed functioneren van de multidisciplinaire samenwerking is het essentieel dat het voor alle partijen duidelijk is wie wat wanneer doet. De verwijsmomenten en verwijsindicaties staan vermeld bij de betreffende stappen in het zorgproces. In onderstaande tabel worden de samenwerkende ketenpartners weergegeven met wie er samenwerkingsafspraken zijn gemaakt over de verwijscriteria. De inhoud van de verwijzing en de rapportage. De inhoud van de samenwerkingsafspraken zijn als bijlage bij het Zorgprogramma gevoegd. 3.1 Afspraken binnen eerste lijn: Met de onderstaande zorgverleners in de eerste lijn zijn afspraken vastgelegd: Zorgverlener Verwijsindicatie / zorgproduct Wijze van verwijzing Fase van zorg programma Apotheek Advies gesprek (diabetes )medicatie KIS behandeling follow-up Dietetiek - na het stellen van de diagnose DM - overstap naar insuline - individueel toegespitste voeding of dieet adviezen, bij: overgewicht, ondergewicht en ongewenste gewichtstoename, Hyper RR, hypercholesterolemie,hoge triglyc. - bij niet optimaal effect van zelfcontrole /- regulatie en/of niet optimale diabetes reg. - bij complicaties waarbij een aanpassingen van een dieet zinvol is. - bij andere specifieke vragen of problemen met betrekking tot de voeding KIS diagnose behandeling follow-up Fundus screening binnen 3 maanden na diagnose iedere 2 jaar verwijs brief 3 mnd na diagnose follow-up Fysiotherapie Beweeg advies Begeleiden bij bewegen/beweegprogramma Angst voor bewegen KIS behandeling follow-up Podotherapie Eenmalige verwijzing voor vaststellen zorgprofiel Zorgprofiel 2 Zorgprofiel 3 Zorgprofiel 4 KIS follow- up Kaderarts diabetes Verpleegk. consulent diabetes advies/ consult KIS diagnose behandeling follow-up advies / consult KIS behandeling follow-up Internist advies / verwijzing verwijs brief diagnose behandeling follow-up Voor de samenwerkingsafspraken met de verschillende zorgverleners, zie bijlagen. Zorggroep HK Zorgprogramma Diabetes mellitus type 2 versie 5 december 2016 13

3.2 Transmurale ketenafspraken Met de internisten, nefrologen, oogartsen, neurologen en vaatchirurgen uit het Spaarne Gasthuis, die gebruik maken van o.a. het adherentie gebied Haarlemmermeer, zijn transmurale afspraken gemaakt. Deze afspraken zijn in de kwaliteitscommissie besproken en goedgekeurd. De kwaliteitscommissie bestaat o.a. uit huisartsen en een internist uit het Spaarne Gasthuis. Voornoemde afspraken worden vervolgens door de internist voorgelegd ter goedkeuring aan haar collega specialisten. De afspraken zijn vastgelegd in: Regionale transmurale afspraak (RTA) diabetes mellitus type 2 Regio Haarlemmermeer ( concept ) versie april 2015 4. Organisatie van het Zorgprogramma De koepel van de zorggroepen is verantwoordelijk voor de organisatie van de multidisciplinaire zorgverlening diabetes mellitus type 2 en zorgt ervoor dat de patiënt de verschillende onderdelen van deze zorg op kwalitatief verantwoorde wijze en in onderlinge samenhang geleverd krijgt. De verantwoordelijkheid voor het daadwerkelijk verbeteren en borgen van de zorg in de individuele praktijk ligt bij de huisarts/praktijkvoerder. 4.1 Kwaliteitscommissie De multidisciplinaire kwaliteitscommissie zijn vertegenwoordigd door de huisartsen, de praktijkondersteuners en de betreffende ketenpartners. Taken bewaken inhoud Zorgprogramma (voldoet het aan de laatste zorgstandaarden) evalueren samenwerkingsafspraken ketenpartners opstellen scholingsplan (bij- en nascholing, casuïstiek, etc.) opstellen speerpunten voor jaarplan (regionaal) adviseren van het bestuur over het Zorgprogramma (kwaliteitscriteria van de ketenpartners, procedures voor toetsing, analyse en beoordeling van de kwaliteit van zorg, advies n.a.v. de toetsing) Samenstelling kwaliteitscommissie DM huisarts namens de Zorggroep HK huisarts namens de St. Gezondheidscentra Haarlemmermeer kaderhuisarts praktijkondersteuner Somatiek internist diabetes verpleegkundige (tevens kwaliteitsmedewerker DM) diëtist fysiotherapeut apotheker podotherapeut Aantal bijeenkomsten De kwaliteitscommissie komt minimaal één keer per jaar bijeen. Verantwoording De kwaliteitscommissie legt verantwoording af aan het Koepeloverleg, waarin participeren, Zorggroep HK, SGH en het GES Nieuw Vennep. De kwaliteitscommissie geeft adviezen aan het Koepeloverleg. Het koepeloverleg kan deze adviezen alleen met zwaarwegende argumenten afwijzen. De deelnemende partijen zorgen voor implementatie van de adviezen binnen de eigen organisatie. Zorggroep HK Zorgprogramma Diabetes mellitus type 2 versie 5 december 2016 14

4.2 Werkgroepen De zorggroepen hebben elk een mono- disciplinaire werkgroep. Taken voorstel doen voor aanvullende streefwaarden voor de prestatie-indicatoren op niveau van de zorggroep en op praktijkniveau evalueren en analyseren van de prestatie-indicatoren op zorggroep niveau organiseren en voorbereiden benchmark bijeenkomsten (spiegelbijeenkomsten) opstellen verbeterpunten op basis van de uitkomsten op zorggroep niveau Aantal bijeenkomsten De zorggroep bepaalt de frequentie van de werkgroep bijeenkomsten, met een minimum van één keer per jaar. Verantwoording De werkgroep legt verantwoording af aan de betreffende zorggroep. Samenstelling Huisarts(en), praktijkondersteuner(s) S en eventueel een kwaliteitsmedewerker. 4.3 Benchmarkbijeenkomst Eenmaal per jaar organiseert de Koepel een benchmarkbijeenkomst voor alle Zorgprogramma s. Tijdens deze bijeenkomst wordt feedback gegeven op de uitkomsten van de indicatoren. 4.4 Coördinator Zorgprogramma De kwaliteitsmedewerker DM van Zorggroep HK is coördinator van het Zorgprogramma. Zij bereidt de kwaliteitscommissie voor en zorgt voor het verslag aan het Koepeloverleg. 4.5 Keteninformatiesysteem Registratie van informatie en gegevens vindt plaats in het KIS, indien de patiënt hiervoor toestemming heeft gegeven (informed consent). 4.6 Communicatie en bereikbaarheid Via het KIS kunnen zorgverleners zich bij vragen tot elkaar wenden en naar elkaar verwijzen, indien de patiënt hier toestemming voor heeft gegeven. De beantwoording vindt ook plaats via het KIS. Zorggroep HK Zorgprogramma Diabetes mellitus type 2 versie 5 december 2016 15

5. Kwaliteitsbewaking van het Zorgprogramma Het meten van kwaliteit van de zorg gebeurt met behulp van kwaliteitsindicatoren. Ook is (na)scholing nodig om tot een goede kwaliteit van zorg te komen. 5.1 Prestatie-indicatoren Huisartsenzorg De deelnemende praktijken registreren de indicatoren zoals opgenomen in dit Zorgprogramma. Uitgangspunt is de indicatorenset 2015 van InEen. Op zorggroep niveau kunnen daar indicatoren aan worden toegevoegd. Indicatoren set InEen 2016: 1. Prevalentie diabetes mellitus type 2 2. Regie: verdeling hoofdbehandelaar huisarts - specialist 3. % patiënten in de 1e lijn, maar niet in zorgprogramma ( geen programmatische zorg) 4. % diabetes patiënten in Zorgprogramma < 80 jaar bij wie LDL is bepaald in afgelopen 5 jaar met LDL - cholesterolwaarde lager dan of gelijk aan 2,5mmol /l 5. % diabetes patiënten in Zorgprogramma dat een lipidenverlagend medicament gebruikt 6. % diabetes patiënten in Zorgprogramma bij wie egfr is berekend of bepaald 7. % diabetes patiënten in Zorgprogramma met urine onderzoek (porties) op albumine of albumine/creatinine ratio 8. % diabetes patiënten in Zorgprogramma van wie het rookgedrag is vastgelegd 9. % diabetes patiënten in Zorgprogramma dat rookt 10. % diabetes patiënten in Zorgprogramma met een funduscontrole in afgelopen twee jaar 11. % diabetes patiënten in Zorgprogramma met een registratie van voetonderzoek Indien InEen streefwaarden opstelt voor indicatoren, worden deze overgenomen. Op zorggroep niveau kunnen streefwaarden aangepast worden, waarbij minimaal de streefwaarden van InEen worden gehanteerd. Multidisciplinair Eens per jaar wordt het aantal verwijzingen naar de diabetes verpleegkundige, de fysiotherapie, de diëtist, de podotherapeut en de apotheek uit het KIS geëxtraheerd en besproken in de kwaliteitscommissie. 5.2 Benchmark Zorggroep niveau Eens per jaar worden de resultaten op zorggroep niveau gepresenteerd tijdens een benchmark bijeenkomst. Getoetst wordt of de streefwaarden behaald zijn. Per zorggroep wordt bepaald of en welke verbeterplannen opgesteld worden. Een verbeterplan wordt SMART beschreven en opgevolgd in de werkgroep van de zorggroep. Praktijk niveau De zorggroepen dragen zorg voor de feedback op de uitkomst van de indicatoren op praktijkniveau, bij voorkeur eens per kwartaal. Eens per jaar wordt getoetst of de streefwaarden gehaald worden en zo nodig worden verbetertrajecten geïnitieerd. 5.3 Scholing De kwaliteitscommissie heeft o.a. tot taak het organiseren/initiëren van nascholing. Naast een doelgroep- of procesgerichte nascholing, zal de kwaliteitscommissie er ook naar streven om een jaarlijks een Diabetes symposium en/of benchmark bijeenkomst te organiseren. Jaarlijks wordt hiervoor een agenda gemaakt, mede ook om op de scholing van de andere Zorgprogramma s aan te kunnen sluiten. Zorggroep HK Zorgprogramma Diabetes mellitus type 2 versie 5 december 2016 16

6. Verantwoordelijkheden De huisartsen zijn verantwoordelijk voor het aanleveren van de indicatoren. Zorggroep HK, SGH en het GES NV zijn verantwoordelijk voor de bewaking van de kwaliteit van de zorg aan de patiënten met diabetes mellitus type 2. 7. Referenties Lifetime risk of developing impaired glucose metabolism and eventual progression from prediabetes to type 2 diabetes : a prospective cohort study Symen Ligthart, MD, e.o. The lancet Diabetes & Endocrinology, november 2015 http://www.healthpowerhouse.com/ https://www.volksgezondheidenzorg.info/onderwerp/diabetes -mellitus/cijferscontext/prevalentie-en-incidentie#!node-prevalentie-diabetes -huisartsenregistraties november 2015 NHG standaard Diabetes mellitus type 2 oktober 2013 NDF zorgstandaard diabetes NDF voedingsrichtlijn 2015 www.nustoppenmetroken.nl LTA Diabetes mellitus type 2 januari 2012 Zorgmodule preventie diabetische voetulcera 2014 Bijlagen Bijlage 1: Protocol diabetes zorg HK jan 2014 GCH Bijlage 2 Regionale transmurale afspraak (RTA) diabetes mellitus type 2 Bijlage 3: Regio Haarlemmermeer maart 2016 CONCEPT Bijlage 4: Protocol Stoppen met Roken Bijlage 5: Samenwerkingsafspraken apotheek Bijlage 6: Samenwerkingsafspraken fysiotherapie Bijlage 7: Samenwerkingsafspraken diëtiek Bijlage 8: Samenwerkingsafspraken oogarts Bijlage 9: Samenwerkingsafspraken Ksyos Bijlage 10: Samenwerkingsafspraken podotherapie Bijlage 11: Verwijsbrief KSYOS Zorggroep HK Zorgprogramma Diabetes mellitus type 2 versie 5 december 2016 17