CISBN TIJDENS NRF-4 NRF-4 TAAK

Vergelijkbare documenten
reorganisatie verbindingseenheden

Luitenant-kolonel Kees Verdonk en majoor Dennis van de Braak, HRFHQ/CISBn

EEN JAAR ERVARING MET TITAAN VERSIE 4

Defensie en Nationale Veiligheid

ISAF III Deployment Task Force

11 VBDBAT, DE OVERGANG VAN MND(C) NAAR TITAAN

BALTIC HOST Eerste-luitenant D.W. de Leeuw, CISBn 1GNC

ANDERS EN BETER EN DE GEVOLGEN

Intern (On-Premise) Co-Location Infrastructure-as-a-Service (IaaS) Platform-as-a-Service (PaaS)

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2018

Tweede Kamer der Staten-Generaal

VOV Symposium. C2 en C2OST binnen 13Ltbrig INTERN GEBRUIK DEFENSIE. Bgen Gijs van Keulen / Maj Ewoud Lindeboom Commandant en G6 13 Ltbrig

Elnt Hans Pruim, CIS Specialist Satcom, DMO/JIVC/C4I&I/IS/Transmsys/Satcomservices

historie - traditie A.E. Stoppels en M.J. Vreke

NIEUWE STRAALZENDERS VOOR DE KL

TITAAN BIJ DE MANOEUVRE, ISIS OP BATALJONS NIVEAU

Historiek van het Eurocorps

Tweede Kamer der Staten-Generaal

HDAB Aanvulling stand van zakenbrief Afghanistan: nazorg, counter insurgency opleiding en eigen vuur incident

Movement Control binnen de NAVO

Kiezen voor een eigen Dark Fiber. 10 Redenen waarom eigen Dark Fiber verstandig is

DAGORDER. Twee mensen die de afgelopen jaren zo hebben gevochten voor Defensie, voor onze krijgsmacht.

De VOORGANGERS Het Para Commando Regiment

Praesideo Digitaal Public Address- en ontruimingssysteem Zorg dat elke boodschap overkomt, onder alle omstandigheden

intercom jaargang

operationeel Majoor E. (Ewoud) Lindeboom, STOFF CISOPS STCLAS/IV&CIS

4 HELP! IK HEB GEEN LOZE LEIDINGEN KABELS? POWERLINE VERBINDINGEN GEBRUIK VAN EEN WIFI REPEATER...

CYRUS, MANAGEMENT VAN TITAAN

COMMANDOVOERINGSONDERSTEUNING, ANDERS EN BETER?

innovaphone case study

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag

1GNC: EEN VERANDERENDE OMGEVING, INNOVATIEKANSEN

Medic Special Forces: de hogere kunst van het pleisterplakken

SYSTEEMEISEN VOOR FACET FEBR. 2013

Lijst van vragen en antwoorden Vastgesteld 21 juni 2016

zorgeloos werken in de cloud

Versie Vragen en Antwoorden Project Databank L&O GBO-SO

4 HELP! IK HEB GEEN LOZE LEIDINGEN KABELS? POWERLINE VERBINDINGEN GEBRUIK VAN EEN WIFI REPEATER...

b r o a d b a n d r o u t e r 4 p o r t s 1 0 / m b p s

Dienstbeschrijving IP One Mobile Connect

operationeel Kolonel R. Miedema, programmamanager

REORGANISATIE 101 CIS BATALJON

Wil je snel gaan, train alleen. Wil je ver komen, train samen

Zorgherallocatie: wat doet dat met het logistieke systeem? Annelies van der Ham

Werken zonder zorgen met uw ICT bij u op locatie

Over ICT Concept. alles voor elkaar. Direct Contact

Datum juni 2016 Betreft Antwoorden op aanvullende schriftelijke vragen inzake de inzet van de Nederlandse F-16 s boven Syrië

Productbeschrijving Remote Backup

Dienstbeschrijving IP One Managed Mobile

Netcentrisch Werken. leo kooijman. 18 november 2008 Kenniskring Crisisbeheersing

Zorgeloze ICT, alles voor elkaar

Een alledaags gegeven

Medical Glas. Wel zo zorgeloos

Succes moet je organiseren

Incore Solutions Learning By Doing

Instellingen voor de C100BRS4 met Wanadoo kabel Internet.

School Glas. Wel zo zorgeloos

Voor je met de installatie begint controleer of alle benodigde onderdelen aanwezig zijn. In de verpakking dient aanwezig te zijn:

Tweede Kamer der Staten-Generaal

T-Mobile biedt 4G voor alle smartphones, dus ook de iphone 5

Dienstbeschrijving CanConnect Mobile Connect Inhoud

de Medezeggenschapscommissie van de SDDC 598th Transportation Brigade.(hierna: de MC)

EIGENSCHAPPEN CONVERGED HARDWARE

VPN Virtual Private Network

Gebruikersvriendelijke beheer van bestanden in SharePoint

Managed Gasten Internet

Form follows function -Louis Henry Sullivan

Inhoudsopgave. Inhoud. Jaarverslag VVPRV 2016

Zou het niet iedeaal zijn

Dienstbeschrijving. Efficon Shared Services

TITAAN FASE 2/3. Door: luitenant-kolonel H.W. Rensink, projectorganisatie TITAAN. leveren. Naast het ontwikkelen van de detailarchitectuur

Dienstbeschrijving Managed Mobile

Sleutel en bedrijfsmiddelen beheer

operationeel Majoor Maarten Veenstra, cdt Charlie compagnie 101 Cisbat - Foto s: de auteur en kpl1 van Zoonen

RUCKUS UNLEASHED GATEWAY

Van Small Business Server naar Cloud Small Business Services. Uw vertrouwde Small Business Server in de cloud

Systeemeisen Facet 6.0

4/1.4 Service Location Protocol

Dienstbeschrijving CLOUD CONNECTED DIENSTVERLENING. Managed Internet. Classificatie: Extern

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Doeltreffende CRM

Zetacom Vast. Dienstbeschrijving Fiber

Van Bragt Informatiemanagement

Technische implementatie De infrastructuur rondom Transit kent de volgende rollen:

Meerdere warehouse implementaties te kostbaar?

Office Glas. Wel zo zorgeloos

Catering Glas. Wel zo zorgeloos

BMS BIJ DE ARTILLERIE

SERVICE LEVEL AGREEMENT

Digital Signage Solutions

Cloud Services Uw routekaart naar heldere IT oplossingen

DMO\DB\ Vragen VCD aangaande lucht-grondwaarnemingscapaciteit ISAF III.

Het blijvend belang van faxverkeer De functie van een Fax Server Hoe werkt een Fax Server?

Redundancy, spareparts of onderhoudscontract? Maarten Oberman, Albert Molenaar

100% flexibiliteit in communicatie

techniek Drs R.J.M. (Rob) Groen, Software Architect, DMO/JIVC/C4I&I/SATS/SO

Systeemeisen Exact Compact product update 406

10 jaar Performance Based Logistics AGBADS PBL AGBADS. Lessons learned

Transcriptie:

CISBN TIJDENS NRF-4 Door: luitenant-kolonel ir J.M. Folmer, C-CISBn In een vorige Intercom heeft u de ervaringen van lkol Duckers met 101 CISBat tijdens de NRF-4 kunnen lezen. Naast 101 CISBat is ook het binationale CIS Battalion 1 (GE/NL) Corps (CISBn) ingezet. In dit artikel zal ik in het kort de taken van het CISBn uiteenzetten, zowel algemeen als tijdens de NRF-periode en de oefening IRON SWORD. Aansluitend zal worden ingegaan op de ervaringen tijdens NRF-4 en welke lessen daaruit geleerd kunnen worden. Tot slot een blik in de toekomst: hoe kunnen de geleerde lessen praktisch worden omgezet in concrete verbeteringen, zowel technisch als organisatorisch. Evenals collega Duckers zult u ook in dit stuk enige kritische kanttekeningen aantreffen en stelt de scribent met nadruk dat hier een persoonlijke mening wordt weergegeven. TITAAN moeten worden voorzien. Het CISBn kan 4 commandoposten van 1(GE/NL)Corps, 4 onder bevel gestelde eenheden van brigade en divisie grootte en maximaal 20 kleinere eenheden (met name steunende en verzorgende eenheden) ondersteunen. Het bataljon bestaat daartoe uit twee compagnieën met specifiek georganiseerde RACEs (Rapid CIS element). Een RACE is een eenheid van pelotonsgrootte, onder leiding van een luitenant, uitgerust voor de ondersteuning van een staf. Daartoe heeft een RACE servercapaciteit, een satcom, straalzenders, HF groepen en een kabellijngroep. De exacte samenstelling is voor elke RACE anders. NRF-4 CISBn heeft tijdens NRF-4 de organieke taak uitgevoerd. Van de staf van het 1(GE/NL)Corps werd naast de Main CP en het Rear Support Command (RSC) ook het nieuwe Initial Command Element (ICE) ondersteund. De inzet van het Corpshoofdkwartier bestaat uit vier fasen. In de eerste fase zal een kleine verkenningsparty een eerste verkenning uitvoeren (de fact finding), voorzover de dreigingsituatie dit toelaat. De aansturing van de initiële verplaatsing en ontplooiing wordt vanuit het Corps hoofdkwartier geleid door een apart geformeerd commandovoeringselement, het Static In- TAAK De eerste taak van het CISBn is het ondersteunen van 1(GE/NL)Corps in de HRF(L)HQ opdracht met TITAAN. In 2001 is het 1(GE/NL)Corps omgevormd tot High Readiness Forces (Land) Headquarters en in 2002 gecertificeerd. Een snel inzetbaar hoofdkwartier dat door de framework nations Duitsland en Nederland aan de NAVO ter beschikking is gesteld voor snelle inzet. Het 1(GE/NL)Corps heeft geen eigen eenheden meer, deze worden toegewezen zodra het hoofdkwartier wordt ingezet. De onder bevel te stellen eenheden kunnen afkomstig zijn uit alle NAVO landen, dus naast de bekende Nederlandse en Duitse eenheden ook een Letse brigade, een Poolse divisie of een Turkse logistieke eenheid. Al sinds mensenheugenis worden verbindingen van hoog naar laag uitgebracht en dat betekent dat ook de onder bevel gestelde eenheden door het CISBn van 47

formation Coordination Center (SICC). Zodra formeel besloten is het Corps in te zetten zal RECCE 1 uitgebracht worden. RECCE 1 is een groep bestaande uit 12 man onder leiding van de CG2 waarin alle secties vertegenwoordigd zijn. Afhankelijk van de opdracht kan de samenstelling worden aangepast. RECCE 1 is organiek van eigen verbindingsmiddelen voorzien. CISBn is hierin niet vertegenwoordigd. Het doel van RECCE 1 is om de locatie van de corps commandopost te verkennen en de eerste contacten met de host nation te leggen. Vrijwel tegelijkertijd vertrekt ook RECCE 2 naar het inzetgebied. RECCE 2 heeft als taak het verkennen van de locatie van het RSC en de wijze van ontplooiing. Het RSC is een sub staf van de staf 1(GE/NL)Corps en belast met de RSOM proces van de gehele force die onder leiding van het corps gaat opereren. In RECCE 2 is ook het CISBn vertegenwoordigd, teneinde de locatie van het RSC RACE te verkennen. In de derde fase van de ontplooiing verplaatst het ICE en het eerste gedeelte van het RSC naar het inzetgebied. Beide zijn luchttransportabel en worden ondersteund door een luchttransportabel RACE van het CISBn. Een luchttransportabel RACE bestaat uit 10 man en vijf voertuigen: twee servervoertuigen MB 10kN, een SAS (satcom shelter) voertuig MB 10 kn, en twee Unimog 2 tons voertuigen respectievelijk met een aanhanger met de satellietschotel en een aanhanger met een aggregaat. Het materieel van deze RACEs hebben we, ondanks de belofte dat het op tijd zou worden uitgeleverd, pas tijdens de stand-by periode in ontvangst genomen. Daardoor was het helaas niet mogelijk inzet vooraf te beoefenen en het in de certificatie fase voor NRF te gebruiken. IRON SWORD was de eerste oefening waarin airtransportable RACEs werden ingezet. In de vierde fase verplaatsen het eigenlijke hoofdkwartier en de rest van het RSC naar het inzetgebied. De MAIN CP van het hoofdkwartier kan in twee verschillende vormen opgezet worden: de medium optie met alleen (opblaasbare) tenten gegroepeerd om de MITS (Mobile Inflatable Tent System) of de heavy option waarbij Nederlandse OMWs worden verbonden met de MITS. De staf van het hoofdkwartier wordt door een Nederlands en een Duits RACE van het CISBn ondersteund. Hierbij worden initieel beide RACEs gezamenlijk ingezet en is in een later stadium één van beide beschikbaar om een forward of reserve element te ondersteunen. Een HQ RACE bestaat uit twee servervoertuigen YA4442, een SAS voertuig YA4442 met aanhanger met schotel, een bureauvoertuig YA4442, een helpdesk (DEU in een REMUS bureauvoertuig vergelijkbaar met de Nederlandse OMW en voor het NLD HQ RACE in boogtenten), twee straalzender detachementen en kabellijnaggregaat groepen. De exacte samenstelling is ook hier afhankelijk van de opdracht. Al vanaf de eerste fase wordt het gehele management van TITAAN fase 1 gedaan door het CIS Control Centre (CCC) van het CISBn, dit in tegenstelling tot de inzet van 101 CISbat. In eerste instantie opereert het CCC vanuit een operatiekamer in Eibergen. Afhankelijk van de aard van de missie en de wijze van verplaatsing wordt een moment bepaald waarop het CCC zich verplaatst naar het inzetgebied en wordt daar MCCC (Mobile CIS Control Centre). Tijdens NRF-4 moesten naast 1(GE/NL)Corps en het RSC (met een SPOD, APOD en Staging Area component) ook nog de NRF brigade (43 Mechbrig), de Multinationale logistieke brigade, het ISTAR bataljon, 101 EngBn, de Medical Taskforce, de MP compagnie en het CBRN bataljon worden ondersteund. Al met al minder dan de 4/20 optie, maar daardoor was het bataljon in staat enkele redundante verbindingen uit te brengen. Tevens was het mogelijk om twee eenheden van bataljonsgrootte van eigen server capaciteit te voorzien. De beperkingen van TITAAN gecombineerd met het informatiesysteem HEROS RSOM=Reception Staging and Onward Movement. De ontvangst van de eenheden op de seaport of de-embarkation en de airport of de-embarkation, het samenbrengen van materieel en personeel, het formeren van de eenheden, het logistiek optoppen en de verplaatsing naar het inzetgebied. RACE= Rapid CIS Element, een samengestelde eenheid van het CISBn ter ondersteuning van een staf. De samenstelling van het RACE is afhankelijk van de opdracht. 48

maken dat noodzakelijk. HEROS is een Duits informatiesysteem, vergelijkbaar met ISIS. 1(GE/NL)Corps gebruikt HEROS over TITAAN fase 1. Daartoe zijn specifieke HEROS servers in TITAAN server voertuigen ingebouwd. IRON SWORD Hoogtepunt van de NRF periode was zonder twijfel de oefening IRON SWORD (23 mei 2005-21 juni 2005). CISBn heeft hieraan deelgenomen met ruim 300 militairen en 150 voertuigen, ongeveer 75% van de OTAS sterkte. Met name de voorbereiding en de verplaatsing waren een uitdaging. Doordat het bataljon binationaal is zijn veel problemen ook in tweevoud aanwezig. De eerste voorbereidingen zijn al eind 2004 gestart, de bulk van het werk moest in maart/mei gedaan worden. Parallel aan het besluitvormingsproces bij het Corps is de CIS architectuur voor de oefening door het CIS Bn tot in detail gepland. De inzet van het materieel van de RACEs werd vastgelegd in een Order of Force, de inzet van de transmissiesystemen werd bepaald, de structuur van het C2IS HEROS werd vastgelegd en de netwerk- en useromgeving is ingericht. Naast de reguliere TITAAN fase 1 systemen werd ook een NATO Secret (NS) netwerk uitgebracht door toepassing van IP-tunneling techniek. Vanuit het PHQ in Münster werd de NS connectie verlengd tot in het operatiegebied; het merendeel van de eenheden had een of meer aansluitingen. Als vervanging voor de NATO Unclas voorzieningen werd het internet beschikbaar gesteld; op de meeste locaties door het aanbieden van een normale PTT lijn met modem om in te kiezen, maar voor de MAIN CP locatie op een ADSL aansluiting met lokaal netwerk. Gedurende de systeemtest voorafgaande aan de oefening werden niet alle systemen getest. Onze ervaring met NATO is een zeer late aanlevering van de benodigde configuratie data. Helaas was dit ook nu het geval, wat resulteerde in veel last minute werk en in geval van het ICE een te late oplevering van services. Met name doordat pas laat alle details en administratieve regelingen duidelijk werden was de sectie 4 in de laatste fase van de voorbereiding enigszins overbelast. De operationele verplaatsing naar Noorwegen was een oefening op zich. Er was voor gekozen het bataljon als zelfstandige eenheid te verplaatsen en de subeenheden tijdens de RSOM onder tactical command van de te ondersteunen eenheden te plaatsen. Een alternatief hiervoor is dit reeds op de vredeslocatie te doen, waarvoor gekozen wordt is afhankelijk van de soort verplaatsing en de snelheid van ontplooiing. Doordat dit nu allemaal in een vrij korte periode plaatsvond is het samenbrengen van Staf en ondersteunend RACE (ook wel marry-up genoemd) tijdens de RSOM de juiste keuze gebleken. De bataljonsstaf is al vroeg naar Noorwegen verplaatst en heeft een CP ingericht in Rygge, de locatie van het RSC en de Staging Area. Doordat alle eenheden via deze locatie naar hun eindbestemming verplaatsten kon de overdracht gestructureerd plaatsvinden en zijn alle RACEs met de te ondersteunen eenheden mee verplaatst naar de eindbestemming. In deze fase is het management van TITAAN op afstand vanuit Eibergen uitgevoerd. Hierdoor werd het inrichten van het WAN, de ondersteuning van de lokale netwerken en het verhelpen van opstartproblemen vanuit een stabiele omgeving uitgevoerd. Ter ondersteuning van de ontplooiende elementen ter plaatse werden enige specialisten 49

vooruit gestuurd. Het statische CCC werd vanuit de Opsroom in Eibergen gekoppeld via 2 Mbit verbinding met de RACE in Münster dat het SICC ondersteunde. Na de initiële fase is het personeel van het CISBn MCCC naar Noorwegen verplaatst. In de oefening had het CISBn een zuiver ondersteunende rol en was in principe geen speler. Daarbij dient te worden opgemerkt dat dit relatief is. Een RACE dat een eenheid ondersteunt en dus TACOM aan die eenheid is doet volledig mee in de oefening van die eenheid. Dat wil zeggen dat er gewoon gecamoufleerd wordt, dat het RACE een taak heeft in de nabij beveiliging, dat indien nodig in pub tenten wordt geslapen, dat indien mogelijk mee gerouleerd wordt in wachtschema s enzovoort. Tijdens IRON SWORD is een stabiel netwerk gerealiseerd. Natuurlijk waren er ook uitdagingen. Zo bleek een handover van het ICE naar de MAIN CP erg problematisch doordat in ICE in korte tijd zeer veel data was geproduceerd dat deze niet tijdig via het netwerk gerepliceerd kon worden naar de locatie van MAIN CP; de beschikbare bandbreedte is dan toch te gering. Het frequentie management voor de straalzenders was niet goed geregeld, daardoor stoorden de beide CIS bataljons elkaar vrijwel continue. Doordat er ook slechts een gering aantal frequenties beschikbaar was kon dit ook niet door onderlinge coördinatie verholpen worden. Voor het overige was de coördinatie tussen beide bataljons wel goed geregeld; o.m. fysiek door het plaatsen van een fase 1 IP-telefoon op de CP van 101 CISBat en het vinden van een gezamenlijke locatie voor de schotels ERVARINGEN Het CISBn ondersteunt, afhankelijk van de inzet, diverse internationale staven met TITAAN. Veelal is het de eerste keer dat gebruikers met TITAAN in aanraking komen. Men kent de eigen (nationale) CIS middelen met al hun mogelijkheden, maar vooral ook beperkingen. Een nieuw of ander systeem wordt over het algemeen met veel scepsis ontvangen. En omdat wij slechts de verbinding met de hogere staf brengen, brengen we ook altijd een extra systeem. Dat wil dus concreet zeggen, extra computers en telefoons in de staf, en extra personeel en voertuigen in de CP. Doordat TITAAN gebruiksvriendelijk is, geen problemen geeft en goed functioneert is de acceptatie altijd erg hoog. De nieuwe gebruiker ziet al gauw de meerwaarde van TITAAN en de mogelijkheden die het voor zijn staf biedt, niet alleen in de verbinding met de hogere commandant, maar ook staf intern. Hierbij moet echter ook een kanttekening worden geplaatst: dit geldt niet voor de gebruikers die al TITAAN fase 2/3 (inbegrepen ISIS) op het bureau hebben staan. Door de niet aanwezige interoperabiliteit (draaistoelinterface) tussen ISIS en HEROS en de onbekendheid met het Duitse HEROS informatiesysteem wordt het als een last gezien. Ik hoop dat dit probleem met de invoering van TITAAN versie 4 en een interface ISIS - HEROS tot het verleden gaat behoren. Zoals eerder in dit artikel aangegeven is het materieel voor de lucht transportabele RACEs erg laat, eigenlijk te laat, bij het CISBn ingestroomd. Hierdoor was het niet mogelijke uitgebreid met dit materieel te oefenen voor de oefening IRON SWORD. Desondanks is de oefening zonder problemen verlopen en heeft het materieel zijn vuurdoop met glans doorstaan. De apparatuur die eerder in drie vier tonners was ondergebracht is nu in drie Mercedes 1 tonners (de oude lijnbak) gemonteerd. Een enorme vooruitgang, het materieel is niet alleen luchttransportabel in C130 en C160 maar ook de footprint van een RACE is veel kleiner geworden. Dit komt de mobiliteit ten goede en is een kleinere belasting voor de ondersteunde eenheden. Onze wens is dat meer van de RACEs worden omgebouwd. Tijdens de voorbereidende oefeningen en tijdens IRON SWORD is gebleken dat TITAAN fase 1 aan de grenzen van zijn capaciteit zit. Met name bij de ondersteuning 50

van het HQ werd een kritieke grens benaderd. Verder is TITAAN niet geschikt voor het gebruik van HEROS door remote clients (d.w.z. een cliënt die niet rechtstreeks op een server is aangesloten maar via een transmissie kanaal met een server op afstand verbonden is). Dit wordt veroorzaakt door de enorme hoeveelheid data die een staf produceert, door de beperkte netto bandbreedte en in geval van een Satcom link time-out van signalering. De grote winnaars van de NRF zijn de bedienaars van TITAAN. Het personeel heeft laten zien over grote inzet, kwaliteit, kennis en vooral doorzettingsvermogen te beschikken. Het is gebleken dat het merendeel van de opleidingen het personeel uitstekend voorbereid op hun taak in TITAAN. Echter veel heeft men ook in eigen beheer, learning by doing, eigen moeten maken. Daarnaast wordt vooral bij de ondersteunde eenheden veel van de verbindelaars verwacht. Hij is niet de man die de computer en het draadje brengt, nee, er wordt ook van hem verwacht dat hij als vraagbaak bij problemen kan fungeren. Helaas is de korporaal daar niet voor opgeleid. Als de verbindingsdienst echt de commandovoeringsondersteuning volledig gestalte wil geven zal hieraan al in de initiële opleiding aandacht moeten worden besteed. Het CISBn kan de 4/20 optie ondersteunen. Echter dan is er geen enkele verplaatsingsreserve beschikbaar. Of dat acceptabel is, is natuurlijk afhankelijk van de opdracht. Voor HRF inzet is dit acceptabel. Maar geen verplaatsingsreserve betekent ook dat er geen redundantie in het WAN is, kortom als er ergens iets uitvalt er niet in vervanging kan worden voorzien. Met name bij de enkelvoudige verbindingen is dit m.i. niet aanvaardbaar. Natuurlijk is in een aantal gevallen HF beschikbaar, maar dan kan TITAAN en daarmee HEROS en TMS niet meer gebruikt worden Voor versie 4 zal een oplossing moeten worden gevonden, bijvoorbeeld met een draagbaar satcom systeem dat TITAAN kan ondersteunen. Als je aan 24 uur in een dag niet genoeg hebt, kun je altijd nog de nacht doorwerken. Dit was in de initiële fase van toepassing op het ICE RACE en het MCCC. Als er problemen zijn dan is de eerste zorg het oplossen ervan en daarvoor moet alles wijken. De druk die op het CIS personeel wordt uitgeoefend door de ondersteunde staven heeft een negatief effect op de effectiviteit van het personeel. Commandanten moeten zich realiseren dat het onmogelijk over het algemeen direct klaar is, maar dat wonderen een uurtje kunnen duren. Tijdens de oefening IRON SWORD is echter gebleken dat die grenzen moeten worden gesteld. Te laat heb ik me gerealiseerd dat slaapmanagement met name in de initiële fase van een inzet essentieel is voor het welslagen van de operatie. TOEKOMST Thans is voorzien dat het CISBn begin 2007 TITAAN versie 4 krijgt, zodat we tijdig operationeel zijn voor de voorbereiding NRF 10. Op dit moment wordt de laatste hand gelegd aan de operationele en technische eisen. Punt van zorg hierbij is dat in de volgende versie zoveel verschillende systemen (zoals SPEER en Klu systemen) moeten worden geïntegreerd, direct of in een later stadium, dat dit een bedreiging is voor de projectplanning. De huidige organisatie van het CISBn is volledig gebaseerd op een inzet ter ondersteuning van het HRFHQ (de eerder genoemde 4/20 optie). De ervaring laat echter zien dat we op vele manieren worden ingezet, bijvoorbeeld NRF-4 en straks NRF-10, ISAF 3 in Kabul waarbij ook de hogere commandant in Potsdam werd ondersteund en in oefeningen met additionele taken zoals higher, lower and exercise control met alle verschillend gekleurde cellen. Al deze inzetopties vragen andere (taak)organisaties. Daarnaast heeft de huidige organisatie als nadeel dat met name de RACEs met een specifieke taak bij elke oefening aan bod komen terwijl andere RACEs minder beduidende taken toebedeeld krijgen. Op dit moment hebben voor 2006 alle RACEs nieuwe taken gekregen, waardoor een betere ervaringsopbouw en -verdeling binnen het bataljon mogelijk is. Verder is een reorganisatie voorzien waarbij de compagnieën in functionele pelotons worden ingedeeld. Afhankelijk van de taak tijdens een oefening/operatie kunnen dan taak specifieke RACEs worden gevormd. Binnenkort zal ik in dit blad nader ingaan op deze reorganisatie. Tot voor kort werden alle verbindingsopleidingen door de School Verbindingsdienst gegeven. Met de komst van H2IOT (Herstructurering en herinrichting initiële opleiding en training ) zal een groot gedeelte van de initiële functieopleiding bij de eenheden zelf gegeven worden. 101 CISBat heeft daarmee reeds de eerste ervaringen opgedaan en maakt daarbij gebruik van een driedeling in het bataljon, waardoor er altijd één cie beschikbaar is voor deze taak. Deze driedeling kent het CISBn niet, teneinde de 4/20 optie te kunnen ondersteunen moet het bataljon te allen tijde 100% opgeleid en inzetbaar zijn. Dat is natuurlijk niet realistisch. Niet alleen de Nederlandse soldaten moeten worden opgeleid, maar dat geldt ook voor de Duitse (voor het Nederlandse materieel). Mijn hoop is gevestigd op de operationeelstelling van twee extra pelotons, aangekondigd bij de oprichting, aan het einde van dit jaar. Deze pelotons moeten de nodige flexibiliteit bieden om H2IOT te kunnen uitvoeren. Datzelfde geldt voor de geplande reorganisatie. Met NRF-4 heeft het CISBn laten zien klaar te zijn voor haar taak. Of dat nu het ondersteunen is van het HRFHQ, inzet in het kader van NRF of een willekeurige andere taak op het gebied van commandovoeringsondersteuning. Helaas is het CISBn in principe alleen beschikbaar voor ondersteuning van 1(GE/NL)Corps en niet voor nationale uitzendingen. Die last is geheel voor 101 CISBat. Omdat de volgende geplande operatie van 1(GE/NL)Corps NRF-10 in het eerste half jaar van 2008 is, betekent dit dat een groot gedeelte van de Nederlandse capaciteit aan verbindingsdienst personeel niet voor uitzendingen in aanmerking komt. Dat is natuurlijk zonde van de beschikbare capaciteit. Derhalve wordt thans een eerste opening geboden om in 2006/2007 gedurende de migratie naar TITAAN versie 4 een (zeer klein) gedeelte van het bataljon voor nationale uitzendingen ter beschikking te stellen. Ik hoop dat dit ook daadwerkelijk wordt gerealiseerd, zodat dat aansluitend common-use kan worden. 51