Wat betekent het 'Zweeds' regeerakkoord voor u? Op 7 oktober hebben de onderhandelende partijen na 136 dagen onderhandelen gezorgd voor witte rook. Onder de titel een economisch engagement, een sociaal project werd vervolgens het regeerakkoord voorgesteld. De regering Michel I wil een begroting in evenwicht realiseren door 75% besparingen en 25% nieuwe inkomsten. De aangekondigde maatregelen hebben een grote impact op fiscaal en sociaal vlak. Vandelanotte heeft voor u hieronder de belangrijkste maatregelen gebundeld. Via de programmawet van werden de eerste maatregelen reeds opgenomen in de wetgeving. Anderen werden voorlopig enkel aangekondigd en zitten dus nog in de pijplijn. I. Fiscale hervormingen II. Sociale hervormingen III. Aanvullende pensioenen IV. Administratieve vereenvoudiging V. Medische sector I. Fiscale hervormingen Programmawet 1) KMO's kunnen jaarlijks hun boekhoudkundige winst reserveren op een afzonderlijk passiefrekening. Hierop wordt een anticipatieve heffing van 10% betaald door de vennootschap. De reserves die op die passiefrekening werden geboekt, zullen bij liquidatie belastingvrij worden uitgekeerd aan de aandeelhouders. Indien deze reserves na 5 jaar worden uitgekeerd als dividend, zal er een aanvullende roerende voorheffing van 5% verschuldigd zijn. Indien deze reserves binnen de 5 jaar worden uitgekeerd als dividend, zal er een aanvullende roerende voorheffing van 15% van toepassing zijn. 2) Het stelsel van de bijzondere aanslag van 309% is aangepast en het tarief neerwaarts bijgesteld. De bijzondere aanslag is gewijzigd in een belasting met een vergoedend karakter met twee tarieven: 103% wanneer de genieter een natuurlijke persoon is en 51,5% wanneer het een vennootschap is (inclusief aanvullende crisisbijdrage). 3) Er is een verhoging van de forfaitaire aftrek beroepskosten. Deze stijgt voor AJ2015 en stijgt nog voor AJ2016. 4) Er is een stopzetting zijn van de automatische indexering van fiscale uitgaven andere dan diegene die een impact hebben op de activiteitsinkomsten van AJ2015 tot AJ2018. Het gaat om intresten op spaarboekjes, dividenden van erkende CV, 1
belastingvermindering op vervangingsinkomsten, pensioensparen, giften, huispersoneel, langetermijnsparen, 5) Het pensioensparen wordt verder aangemoedigd. De bestaande heffing op het pensioensparen in de derde pijler wordt verlaagd van 10% naar 8%. De verminderde heffing wordt vervroegd ingehouden en dit gespreid over meerdere jaren. 6) Elektronische diensten afgenomen door Belgische particulieren bij Europese ondernemingen worden onderworpen aan de Belgische btw. 7) Accijnzen voor tabak en diesel zijn verhoogd. Ook de beurstaks op gewone aandelen en kapitalisatieaandelen is gestegen. Aangekondigd door de regering 8) Er komt (voorlopig) geen meerwaardebelasting maar een doorkijkbelasting (de zogeheten Kaaiman-tax) voor mensen die hun fortuinen via vennootschappen in belastingparadijzen hebben geplaatst. De inkomsten in dergelijke opgezette structuren (bv. trust) zullen belast worden bij de begunstigden van dergelijke structuren, ook al zijn de inkomsten niet uitgekeerd. 9) De btw-vrijstelling voor medische diensten op het gebied van esthetische chirurgie en behandeling wordt geschrapt. 10) De ouderdomsvereiste bij werk in onroerende staat aan privé-woningen wordt verhoogd van 5 jaar naar 10 jaar. Er is nog geen duidelijkheid omtrent de inwerkingtreding van deze maatregel. 11) Teneinde ondernemingen aan te moedigen te investeren in milieuvriendelijke wagens, wordt er onderzocht of het minimaal bedrag inzake voordeel van alle aard kan worden afgeschaft. 12) Het stelsel van de verworpen uitgaven wordt hervormd en vereenvoudigd door middel van een indeling in 3 categorieën. Een onderdeel boeten en belastingen, een onderdeel niet-individualiseerbare voordelen en een onderdeel liberaliteiten, telkens met een eenduidig toepassingsgebied. 13) Er wordt onderzocht of de btw-vrijstellingsdrempel voor kleine ondernemingen kan worden verhoogd van 15.000 euro tot 25.000 euro. 14) De btw-aftrek op roerende bedrijfsmiddelen en de btw-regels met betrekking tot de voorschotfacturen worden geëvalueerd. 15) De begrippen van uitgaven of kosten die een aftrekbeperking ondergaan in zowel btw als inkomstenbelasting worden maximaal gestroomlijnd. 16) De wetgeving inzake de federale patrimoniale documentatie wordt gecoördineerd in één wetboek. Daarbij wordt de rechtszekerheid van onroerende transacties en grondkrediet versterkt door een lacune in de hypothecaire publiciteit weg te werken bij overgang bij overlijden. 2
II. Sociale hervormingen 1) Tegen het einde van de legislatuur wenst de regering het basispercentage van de RSZ terug te brengen van 33% naar 25%. Om deze daling te bekomen zullen de structurele bijdrage verminderingen en de algemene vrijstelling van 1% in de bedrijfsvoorheffing worden aangewend. 2) De vrijstellingen van doorstorting van bedrijfsvoorheffing inzake ploegen- en nachtarbeid en in kader van de vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor onderzoek en ontwikkeling blijven behouden.. 3) Er zal een nieuw loopbaanmodel worden uitgewerkt om tot een soepeler loopbaanspreiding te kunnen komen. Hierbij zal onder meer een loopbaanrekening worden ingevoerd en zal de cao inzake telewerk worden herzien. 4) Er worden verdere stappen gepland inzake het eenheidstatuut en dit op het vlak van jaarlijkse vakantie, tijdelijke werkloosheid, gewaarborgd loon en het collectief arbeidsrecht. 5) De uitkeringen voor het niet-gemotiveerd tijdskrediet worden geschrapt en de grens voor de landingsbanen wordt per 1 januari 2015 opgetrokken naar 60 jaar. 6) De 50 dagen regeling voor jobstudenten zal worden uitgedrukt in uren in plaats van in dagen. 7) Na het advies te hebben ingewonnen van de sociale partners wenst de regering over te gaan tot een systeem van flexibeler werkorganisatie met onder de annualisatie van de arbeidstijd, wijzigingen inzake deeltijds werken, overuren en de mogelijkheid tot invoering van glijdende uurroosters. 8) Langdurig werklozen zullen worden verzocht gedurende twee halve dagen per week gemeenschapsdiensten uit te oefenen. Hun uitkeringen zullen versterkt degressief dalen. Daarenboven zullen oudere werklozen niet langer kunnen genieten van een anciënniteitstoeslag en zullen zij tot de leeftijd van 65 jaar moeten beschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt. 9) Wie langdurig ziek is zal worden beoordeeld op wat hij nog kan in plaats van op wat niet langer kan om op deze manier meer personen terug aan het werk te zetten. 10) De periode van gewaarborgd loon zou in 2016 op twee maanden worden gebracht. 11) Vanaf 1/1/2015 wordt de leeftijd voor het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag (de vroegere brugpensioenen) opgetrokken naar 62 jaar. Enkel wie nog voor 31 december 2014 in opzeg werd geplaatst kan nog gebruik maken van de oude regelingen. Ook de leeftijd -en de loopbaansvoorwaarden voor de uitzonderingen naar aanleiding van lange loopbanen, zware beroepen, ondernemingen in moeilijkheden en ondernemingen in herstructureringen worden opgetrokken. 12) In de komende decennia wordt geleidelijk de wettelijke pensioenleeftijd opgetrokken naar 66 jaar vanaf 2025 en 67 jaar vanaf 2030. 3
13) Wie na hun wettelijk pensioen aan de slag wenst te blijven zal onbeperkt kunnen bijverdienen op voorwaarde dat ze op pensioen zijn gegaan op de wettelijke pensioenleeftijd of over voldoende lange loopbaan beschikken. 14) Vanaf 2017 wordt de leeftijd voor vervroegd pensioen opgetrokken naar 62,5 met een loopbaan van 41 jaar en in 2018 wordt dit 63 jaar met een loopbaan van 42 jaar. Wel worden ook nu terug uitzonderingen voorzien van personen met uitzonderlijke loopbanen en personen die in 2016 58 of 59 jaar zijn en net niet meer aan de voorwaarden voldoen. 4
III. Aanvullende pensioenen 1) De fiscale behandelingen van uitkeringen in rente en kapitaal zullen beter op elkaar worden afgestemd. Een belangrijke toevoeging hieraan is dat de bestaande fiscale voordelen niet zullen worden verlaagd. 2) De toepassingsproblemen van de fiscale 80%-regel zullen worden onderzocht. Zo zal er onder meer worden gezocht naar manieren om kunstmatige verhogingen van het loon te voorkomen. 3) Voor zelfstandigen-natuurlijke personen zal de mogelijkheid gecreëerd worden om in aanvulling van het VAPZ, een 2 de pijler te verwerven waarvan de voordelen gelijk zullen zijn aan deze voor zelfstandige bedrijfsleiders. 4) De regering zal aan de sociale partners vragen om te onderzoeken of een deel van de loonstijgingen kunnen worden aangewend in een aanvullend pensioenplan. Daarbij wordt gestreefd naar een bijdrageniveau van 3% van het inkomen. Dit dossier zal worden toegevoegd aan de agenda van het volgende interprofessioneel akkoord. 5) De minimum rendementsgarantie in groepsverzekeringen voor loontrekkenden zal blijven bestaan. Er zal echter wel gezocht worden naar een billijke verhouding tussen deze rendementsgarantie en de reële rendementen. 6) Het wordt mogelijk om een vrij aanvullend pensioen in de 2 de pijler voor werknemers op te bouwen via inhoudingen op het loon. De fiscale voordelen zullen vergelijkbaar zijn aan deze voor aanvullende pensioenstelsels die door werkgevers worden ingesteld. De werknemers bepalen, binnen vooropgestelde grenzen, vrij het bedrag. Daarnaast onderzoekt de regering de versterking van de 3 de pijler. 7) De regering zal maatregelen uitwerken om de vervroegde opname van aanvullende pensioenen te ontmoedigen. Zo zal men het aanvullend pensioen niet meer kunnen opnemen voor het wettelijk pensioen, er wordt in overgangsmaatregelen voorzien. 8) De regering wil de openbare besturen en de overheidsbedrijven aanmoedigen om een aanvullend pensioenstelstel te ontwikkelen bij contractueel overheidspersoneel. Het huidig rechtskader op het gebied van aanvullende pensioenen zal dan ook in die zin aangepast worden. 5
IV. Administratieve vereenvoudiging 1) De elektronische facturatie zal voor facturatie aan de overheid verplicht worden vanaf 2016. 2) De regering wenst de opdrachten van de KBO (Kruispuntbank van Ondernemingen) te versterken, zodat de KBO de enige administratieve gesprekspartner van de KMO s en van de Gewesten wordt. Een document dat aan de KBO werd bezorgd, zal niet meer aan een andere overheidsorganisatie moeten worden bezorgd. 3) Only once principe: om te vermijden dat informatie moet worden verstuurd waarover de federale overheid al beschikt, zal de overheid aangemoedigd worden om, als dit nog niet verplicht is, enerzijds de verklaring op erewoord te gebruiken en anderzijds de informatie en documenten waarop de verklaring op erewoord betrekking heeft elektronisch via het Telemarc systeem te consulteren. 4) Alle ondernemingen en alle zelfstandigen die in de KBO zijn opgelijst, zullen een e- mailadres moeten melden dat dan als officieel adres zal worden erkend en dat wettelijk hetzelfde zal zijn als het fysieke adres van de maatschappelijke zetel. 5) De boekhoudingswetgeving voor bedrijven zal worden vereenvoudigd, maar wel met behoud van de verplichting tot publicatie van een jaarrekening. Met betrekking tot de jaarrekening is het nodig regels te voorzien die rekening houden met KMO s en die het only once principe respecteren, vooral met betrekking tot de sociale balans. De jaarrekeningen zullen elektronisch verstuurd kunnen worden, waardoor de publicatiekosten met de helft dalen. 6) De term micro-ondernemingen zal mogelijks ingevoerd worden. 6
V. Medische sector 1) Het bestaande financieringssysteem van de ziekenhuizen wordt grondig herzien. Het nieuwe financieringssysteem moet de werkingskosten van de ziekenhuizen dekken en correct mee evolueren met de behoeften. 2) Er wordt een gondige herijking en vereenvoudiging van de nomenclatuur doorgevoerd. 3) Er wordt een gedetailleerd en betrouwbaar kadaster opgemaakt voor alle gezondheidsberoepen dat de gegevens van de FOD Volksgezondheid en het RIZIV combineert. 4) De regelgeving betreffende stages wordt herzien. De invoering van een aangepast sociaal statuut voor huisartsen en specialisten in opleiding wordt onderzocht. 5) KB 78 of anders genoemd het KB betreffende de uitoefening van de gezondheidsberoepen wordt grondig herzien. 6) Eén van de prioriteiten van de regering is de verlichting van de administratieve lasten van de zorgverleners onder meer door verdere implementatie van het systeem MyCareNet. 7) Er wordt een algemene verplichting tot deelname aan de wacht ingevoerd. Vrijstelling kan op basis van leeftijd, gezinssituatie en gezondheidstoestand. 8) De niet-gerechtvaardigde opname in spoeddienst van een ziekenhuis moet worden ontmoedigd 9) De concurrentie op de off-patent markt zal worden aangescherpt teneinde lagere prijzen te bekomen ten voordele van patiënt en ziekteverzekering. Er zal op worden toegezien dat dit geen negatieve invloed heeft op de toegankelijkheid tot geneesmiddelen. 10) De rol van de officina-apotheker wordt bevestigd binnen de eerstelijnsgezondheidszorg. Het huidige vergoedingssysteem wordt geëvalueerd. 11) Alle beslissingen over aanpassing van programmatie, erkenning of terugbetaling van zorg worden vooraf getoetst aan de principes van het evidence based practice. EBP is het uitvoeren van een handeling door een beroepsbeoefenaar op zo'n wijze dat de uitvoering is gebaseerd op de best beschikbare informatie over doelmatigheid en doeltreffendheid. 12) De BTW-vrijstelling voor medische diensten op het gebied van esthetische chirurgie en behandeling wordt geschrapt. 13) In functie van de uitwerking van de integrale visie op de geestelijke gezondheidszorg zal een eventuele financiering en terugbetaling van de geestelijke gezondheidszorg worden onderzocht. 14) Het attractiviteitsplan voor verpleegkundigen wordt verder uitgevoerd. De regering zal het verder uitbouwen door het door werkgevers en werknemers opgezette systeem van functiekwalificatie in de zorg te gebruiken als leidraad voor de herwaardering van het beroep van verpleegkundige. 7
15) Er komt een progressieve toekenning van het recht op verplichte derdebetalersregeling bij de huisarts, te beginnen vanaf 1 juli 2015 met patiënten die genieten van een verhoogde verzekeringstegemoetkoming. 16) Patiënten worden aangespoord voor het kiezen van een referentiehuisarts. Dit in het kader van het ontwikkelen en invoeren van een elektronisch patiëntendossier. 17) Het verbod op ereloonsupplementen voor twee of meerpersoonskamers wordt uitgebreid naar daghospitalisatie in twee of meerpersoonskamers. 18) De wet 29 april 1999 betreffende de niet-conventionele praktijken (de Wet Colla) wordt geëvalueerd. * * * 8