Semantiek 1 college 10. Jan Koster

Vergelijkbare documenten
Semantiek 1 college 4. Jan Koster

Logic for Computer Science

Logica voor Informatica

Betekenis I: Semantiek

Logica 1. Joost J. Joosten

Mededelingen. TI1300: Redeneren en Logica. Waarheidstafels. Waarheidsfunctionele Connectieven

Tegenvoorbeeld. TI1300: Redeneren en Logica. De truc van Gauss. Carl Friedrich Gauss, 7 jaar oud (omstreeks 1785)

Inleiding Logica voor CKI, 2013/14

Toelichting bij geselecteerde opdrachten uit Betekenis en Taalstructuur

Samenvatting. TI1306 Redeneren & Logica Review Guide 2014 Door: David Alderliesten. Disclaimer

Propositielogica. Evert De Nolf Delphine Draelants Kirsten Storms Evelien Weyn. 24 augustus Universiteit Antwerpen

Logica 1. Joost J. Joosten

Semantiek van predicatenlogica en Tractatus

Predikaatlogica, modellen en programma s

Logica 1. Joost J. Joosten

1. TRADITIONELE LOGICA EN ARGUMENTATIELEER

Logica voor Informatica. predikatenlogica. Syntax van predikatenlogica. Mehdi Dastani Intelligent Systems Utrecht University

Logica voor Informatica. Propositielogica. Syntax & Semantiek. Mehdi Dastani Intelligent Systems Utrecht University

Logica voor Informatica. predikatenlogica. Syntax van predikatenlogica. Mehdi Dastani Intelligent Systems Utrecht University

Inleiding: Semantiek

Logica Les 1 Definities en waarheidstabellen. (Deze les sluit aan bij les 1 van de syllabus Logica WD_online)

Voortgezette Logica, Week 2

Predikatenlogica in Vogelvlucht

Propositielogica, waarheid en classificeren

Kennisrepresentatie & Redeneren. Piter Dykstra Instituut voor Informatica en Cognitie

Inhoud leereenheid 1. Inleiding. Introductie 13. Leerkern Wat is logica? Logica en informatica 13

PROPOSITIELOGICA. fundament voor wiskundig redeneren. Dr. Luc Gheysens

College Logica voor CKI

Logica voor Informatica

Caleidoscoop: Logica

Tentamen TI1300 en IN1305-A (Redeneren en) Logica

Wat? Betekenis 2: lambda-abstractie. Boek. Overzicht van dit college. Anna Chernilovskaya. 7 juni 2011

Propositionele logica

Meer oefenen. TI1300: Redeneren en Logica. Vertalen. Meerdere wegen leiden naar Rome

Functies deel 1. Vijfde college

Logica voor Informatica

RAF belangrijk te onthouden

Mededelingen. TI1300: Redeneren en Logica. Metavariabelen Logica, p Minder connectieven nodig

Tata en Metata. Albert Visser. 1. The name of the song is called Haddocks Eyes. 2. The name of the song is The Aged Aged Man.

Wiskundige beweringen en hun bewijzen

Albert Visser. 11 oktober, 2012

Betekenis 2: lambda-abstractie

I.3 Functies. I.3.2 Voorbeeld. De afbeeldingen f: R R, x x 2 en g: R R, x x 2 zijn dus gelijk, ook al zijn ze gegeven door verschillende formules.

Logica voor Informatica. Propositielogica. Normaalvormen en Semantische tableaux. Mehdi Dastani

Logic for Computer Science

Gegeneraliseerde Kwantoren

Hoofdstuk 3. behandeld. In de paragrafen 3.1 en 3.2 worden de noties valuatie, model en

Modelleren en Programmeren voor KI

Notatie van verzamelingen. Lidmaatschap. Opgave. Verzamelingen specificeren

Opdrachten Tarski s World

Formele Semantiek Van de predicatenlogica naar gegeneraliseerde kwantoren. Jeroen Van Craenenbroeck en Guido Vanden Wyngaerd

Logica voor Informatici najaar 2000 Opgaven en Oplossingen Hoofdstuk 2

Formeel Denken. October 20, 2004

Propositielogica. Leereenheid 4

Hoofdstuk 2. De propositielogica houdt zich bezig met de analyse van proposities of beweringen,

Nieuwe redeneringen. TI1300: Redeneren en Logica. Waar gaan deze uitdrukkingen over? Een nieuwe taal

Verzamelingen. Hoofdstuk 5

Semantiek 1 college 2

Discrete Structuren. Piter Dykstra Sietse Achterop Opleidingsinstituut Informatica en Cognitie

College 4: Gegeneraliseerde Kwantoren

Discrete Structuren. Piter Dykstra Opleidingsinstituut Informatica en Cognitie

Discrete Structuren. Piter Dykstra Opleidingsinstituut Informatica en Cognitie 9 februari 2009 INLEIDING

Logica voor AI. Inleiding modale logica en Kripke semantiek. Antje Rumberg. 14 november 2012

Logica voor AI. Bisimulatie en niet-karakteriseerbaarheid. Antje Rumberg. 21 november Correspondentie.

Zomercursus Wiskunde. Katholieke Universiteit Leuven Groep Wetenschap & Technologie. September 2008

Inleiding Wiskundige Logica

Verzamelingen deel 3. Derde college

VERZAMELINGEN EN AFBEELDINGEN

Logica voor Informatica. Logica Toepassingen. PROLOG: Logische Programmeertaal. Mehdi Dastani

Opdrachten Werkcollege 4

Semantiek 1 college 1

In deze les. Eerste orde logica. Elementen van EOL. Waarom eerste orde logica? Combinatie met logica. Variabelen en Kwantoren

Semantiek en pragmatiek

Algemene inleiding logica

TAALFILOSOFIE. Overkoepelende vraag: WAT IS BETEKENIS?

Semantiek 1 college 3

Logica voor AI. Bewijstheorie en natuurlijke deductie. Antje Rumberg. 28 november Kripke Semantiek.

Niet-standaard analyse (Engelse titel: Non-standard analysis)

Logica 1. Joost J. Joosten

Het SQL Leerboek zevende editie Introductie tot de verzamelingenleer en de logica

Andere grote namen van wiskundigen en/of filosofen: Plato, Socrates, Descartes (Cartesius), Spinoza, Kant, Russell, Hilbert, Tarski en Brouwer

Samenvatting in het Nederlands

2. Syntaxis en semantiek

J.F.M. Tonino. juli 1999

Inhoud casus blok 4. Analyse van een woordspel. Introductie 7

Formeel Denken 2013 Uitwerkingen Tentamen

Relaties en Functies

BEWIJZEN EN REDENEREN

Logica als een oefening in Formeel Denken

Inhoudsopgave. Relaties geordend paar, cartesisch product, binaire relatie, inverse, functie, domein, bereik, karakteristieke functies

II.3 Equivalentierelaties en quotiënten

Proposities. Hoofdstuk 2

Predicaten. Hoofdstuk 4

Logica 1. Joost J. Joosten

Inleiding Logica. Jan Jaspars. CKI, eerste studiejaar, september/oktober 2005 Web: jaspars/inleidinglogica

Tentamen Grondslagen van de Wiskunde A Met beknopte uitwerking

Formeel Denken. Herfst 2004

Oefenopgaven Grondslagen van de Wiskunde A

Dossier 2 LOGICA. Dr. Luc Gheysens. fundament voor wiskundig redeneren

Practicumopgave 3: SAT-solver

Transcriptie:

Semantiek 1 college 10 Jan Koster 1

Vandaag Vorige keer: conceptuele structuur en semantische decompositie Vandaag: inleiding in de formele semantiek Gebruikt notaties uit formele logica plus de daar gehanteerde extensionele semantiek Overslaan: 10.8.3 en 10.9.3

Twee soorten semantiek Representationele semantiek (conceptuele semantiek): mentale representaties, gerelateerd aan sprekers en hoorders Extensionele semantiek (referentiële, denotationele semantiek): koppeling van uitdrukkingen aan elementen van de wereld ( naamgeving ) 3

Elementen formele semantiek Zinnen natuurlijke taal vertalen in formules predikatenlogica Domein: bevat dingen waarnaar verwezen wordt (denotata), opgevat als elementen en verzamelingen (verzamelingenleer) Koppeling taalelementen en denotata: door interpretatiefunctie 4

Vertaling in formules Laat je niet imponeren, het is maar een soort steno Elementen: constanten, variabelen, predikaten, kwantoren, connectieven Zinnen in propositielogica: p, q, r, etc. Zinnen in predicatenlogica: S (j) (= Jan slaapt), x (S (x)) (= iedereen slaapt), x (S (x)) (= iemand slaapt) 5

Constanten en predikaten Constanten (termen, argumenten): kleine letters, bv. Jan = j, Marie = m, Piet = p, het boek = b, etc. Predikaten: hoofdletters, bv. Slapen = S, Ziek zijn = Z, Lachen = L, etc. Zinnen (proposities) Z (p), S (m), L (j) 6

Meerplaatsige predikaten Zinnen (proposities) Z (p), S (m), L (j) Dit waren zinnen met één argument (1- plaatsig). Ook zinnen met 2 argumenten (2-plaatsig) of 3 argumenten (3-plaatsig): L (j, b) = Jan leest het boek (2-pl) G (p, m, b) = Piet geeft Marie het boek (3-pl) 7

Variabelen en kwantoren (1) Propositionele functies (open zinnen): S (x) = ongespcificeerde x slaapt Is geen propositie, want de waarheidswaarde kan niet bepaald worden als x niet verder gespecificeerd is Proposities: als argumenten constanten zijn of als variabelen gebonden zijn door kwantoren 8

Variabelen en kwantoren (2) Kwantoren zijn vergelijkbaar met telwoorden: bakenen het toepassingsgebied (bereik) van een variabele af Elementaire kwantoren: Universele kwantor ( alle ) Existentiële kwantor ( sommige ) 9

Variabelen en kwantoren (3) Kwantoren veronderstellen toepassingsdomein (waarover later) aangegeven door haakjes Universeel: x (S (x)): elke x in bepaald domein slaapt Existentieel: x (S (x)): minstens één x in domein slaapt 10

Connectieven: zelfde als in propositielogica Zinnen: p, q, r... Connectieven: negatie: niet, conjunctie: en,, & disjunctie: of, materiële implicatie: als...dan,, equivalentie: dan en slechts dan,, 11

Voorbeelden proposities Negatie: S (j) = Jan slaapt niet, x (S (x)) = niet zo dat elke x slaapt Conjunctie: S (j) x (L (x)) Disjunctie: x (L (x)) y (S (y)) Materiële implicatie: Z (p) L (m) Equivalentie: x (L (x)) y (S (y)) 12

Samenvatting (1) Vocabulair: 13

Samenvatting (2) Recursieve syntaxis: 14

Recursiviteit Griekse letters gebruikt omdat het hier gaat om metataal p, q, r...zijn proposities in objecttaal en... over proposities in metataal Bv. = (p q), dan ook: = (p q) 15

Semantiek Tot dusver: syntaxis van predikatenlogica (hoe je formules moet bouwen uit vocabulair en combinatieregels) Semantiek uiterst eenvoudig: precieze koppeling van formules aan ingrediënten uit verzamelingenleer Termen: elementen Predikaten: verzamelingen van elementen Kwantoren: verdeling elementen domein 16

Elementaire Verzamelingenleer (1) Basis (intuïtief): elementen en grotere gehelen van elementen (verzamelingen) Notatie elementen: a, b, c... (constanten), x, y, z... (variabelen) en vele andere vormen Notatie verzamelingen: { }, {a, b, c...}, etc. 17

Elementaire Verzamelingenleer (2) Notatie verzameling van verzamelingen: {... {...}...} Notatie lege verzameling: Ø (niet te verwarren met {Ø} ) Notatie "element van": a Є {..., a,...} Notatie deelverzameling: A B 18

Binaire relaties (1) Vereniging: A B, verzameling elementen die of in A of in B (of in beide) zitten Intersectie (doorsnede): A B, verzameling elementen die zowel in A als in B zitten Verschil: A B, verzameling elementen die in A maar niet in B zitten 19

Vereniging (A B) 20

Doorsnede (A B) 21

Verschil (B - A) 22

Binaire relaties (2) Cartesisch product: A x B, verzameling geordende paren, zodanig dat eerste element a in A zit en tweede element b in B Notatie: <a, b> (vgl. ongeordende verzameling: {a, b} 23

Relaties en functies Binaire relatie (niet per se paren): verzameling van elementen uit verzameling A gekoppeld aan elementen uit verzameling B (afbeelding) Functie: relatie waarbij elementen uit verzameling A (domein) unieke afbeelding hebben in verzameling B (codomein) 24

Meer precieze definitie functie (bron: Wikipedia) Definitie: Een functie f is een relatie tussen twee verzamelingen A en B, met de eigenschap dat aan ieder element a uit A precies één element b uit B wordt gekoppeld Notatie: men noteert de functie als f: A B en het unieke element b uit B dat door f aan het element a uit A wordt toegevoegd als b = f(a) 25

Semantisch model Semantische interpretatie voor de symbolen uit de predikatenlogica: Domein (situatie, model): verzameling entiteiten, eigenschappen en relaties waarop uitdrukkingen van toepassing zijn Interpretatiefunctie (denotation assignment function, naming function): koppeling uitdrukkingen aan elementen in domein 26

Denotaties Zinnen: waarheidswaarden waar (1) of onwaar (0). Notatie: denotatie van zin p is [p]. In situatie v, bv.: [p] v = 1 (de denotatie van zin p in situatie v is waar) Termen: individuen (elementen) of verzameling individuen Predikaten: verzameling individuen waarvoor predikaat geldt Twee-plaatsige predikaten: verzameling geordende paren <a, b>, etc. 27

Voorbeeld Domein (D of U): Beatles, manager Brian Epstein, fan Bob (U van Universum ) U = {John, Paul, George, Ringo, Brian Epstein, Bob} 28

Interpretatiefunctie (1) Constanten: j, p, g, r, e, b F(j) = John F(p) = Paul F(g) = George F(r) = Ringo F(e) = Brian Epstein F(b) = Bob 29

Interpretatiefunctie (2) Predikaten: B (Beatle), M (manager), F (fan), S (sang), G (played guitar), D (played drums), J (joked with), I (idolized) F(B) = {John, Paul, George, Ringo} F(M) = {Brian Epstein} F(F) = {Bob} F(S) = {John, Paul} F(G) = {John, Paul, George} F(D) = {Ringo} F(J) = {<John, George>} F(I) = {<Bob, John>, <Bob, Paul>, <Bob, George>, <Bob, Ringo>} 30

Modeltheoretische semantiek Model (situatie): combinatie van domein (= verzameling) en interpretatiefunctie M n = <U n, F n >, where: M = model U = verzameling individuen in situatie F = interpretatiefunctie n = willekeurig getal dat situatie identificeert 31

Evaluatie (1) [p] v = 1: zin p is waar in situatie (model) v [S(j)] M 1 = 1 desda [j] M 1 Є [S] M 1 De zin John sang is waar dan en slechts dan als de extensie (denotatie) van John een element is van de verzameling gedefinieerd door sang in model M 1 32

Evaluatie (2) F 1 ( j ) = John F 1 (S ) = {John, Paul} Is het zo dat: John Є {John, Paul}? Ja!! Derhalve: [S(j)] M 1 = 1 33

Connectieven en kwantoren Hangt met elkaar samen: evaluatie van kwantoren steunt op wijze van evalueren van connectieven Universele kwantor: evaluatue gebaseerd op evaluatie conjunctie Existentiële kwantor: evaluatie gebaseerd op evaluatie disjunctie 34

Logische conjunctie Alleen waar als p en q allebei waar zijn 35

Logische disjunctie Het inclusieve of : waar als minstens één van p en q waar is 36

Evaluatie (3) Evaluatie van zinnen met connectieven (bv. ): [p q] = 1 desda [p] = 1 en [q] = 1 [S (j) I (b, e)] M 1 =1 desda [S (j)] M 1 = 1 en [I (b, e)] M 1 = 1 [S (j) I (b, e)] M 1 dat: = 0, want het is niet zo [<b, e>] M 1 Є [I ] M 1, dus I (b, e)] M 1 = 0 37

Evaluatie universele kwantor Elke jongen (Jan, Piet, Frits) kust Marie Jongens [J x ]: F (J x ) = {j, p, f}, Marie [m]: (F (m)) = {m} Kust [K]: F(K) = {<j, m>, <p, m>, <f, m>} x (K (x, m)) = 1 desda [K(j,m)] = 1 [K(p,m)] = 1 [K(f,m)] = 1 [<j,m>] Є [K] [<p,m>] Є [K] [<f,m>] Є [K] 38

Evaluatie existentiële kwantor Een jongen (Jan, Piet, Frits) kust Marie Jongens [J x ]: F (J x ) = {j, p, f}, Marie [m]: (F (m)) = {m} Kust [K]: F(K) = {<j, m>, <p, m>, <f, m>} x (K (x, m)) = 1 desda [K(j,m)] = 1 [K(p,m)] = 1 [K(f,m)] = 1 [<j,m>] Є [K] [<p,m>] Є [K] [<f,m>] Є [K] 39