Haal je sporters in de weken voor de Spelen uit hun gewone dagelijkse leven Marjolein van Unen (1963) is sinds maart 1997 in dienst van de JBN (Judo Bond Nederland). In Beijing begeleidde ze vier judoka s, van wie er drie een medaille wonnen: zilver voor Deborah Gravenstijn, brons voor Elisabeth Willeboordse en Edith Bosch (die begeleid werd door Chris de Korte). Alleen Carola Uilenhoed viel buiten de prijzen. We hebben nog nooit zo n goede voorbereiding gehad. Ik heb ook niets te klagen. Het was een lekker toernooi en er ligt een mooi resultaat, zo concludeerde de bondscoach na afloop. Ze moest daarvoor wel af en toe optreden zoals ze nooit eerder had gedaan.
Doelen stellen Marjolein van Unen vindt het onwenselijk jarenlang te werken met de Spelen als grote doelstelling. Over die olympische droom praat ik niet zoveel met mijn sporters. Dan wordt die druk alleen maar groter. Het doel moet zijn: jezelf verbeteren. Misschien word je dan ooit de beste, maar je bent altijd afhankelijk van de vorm van de dag en die is heel moeilijk te beïnvloeden. Ik heb zo veel sporters meegemaakt die heel slecht op weg waren naar een groot toernooi en daar toch goed konden presteren. Bovendien zijn er veel omstandigheden, zoals gebeurtenissen in het persoonlijk leven van sporters, maar ook blessures, die verstorend kunnen werken. Je moet als coach voortdurend aanpassingen doen. Er zijn maar heel weinig trajecten die je vanaf het begin tot het einde kunt volgen zoals je dat hebt gepland. Voor de motivatie hebben sporters het ook niet nodig steeds met de Spelen bezig te zijn. Een EK of WK is ook belangrijk. Doelen stellen Dilemma s Persoonlijke verhoudingen Olympische Spelen Elisabeth Willeboordse en Carola Uilenhoed zijn haar eigen atleten. Een halfjaar vóór de Spelen nam ze de begeleiding van Deborah Gravenstijn over van haar coach Jan van Rooij. Als bondscoach was ze ook verantwoordelijk voor Edith Bosch, een judoka van Chris de Korte. Maar alle vrouwen in de olympische selectie trainen gezamenlijk in diens sportschool in Hoogvliet én komen ook naar de centrale trainingen van de judobond in Nieuwegein. Van Unen is bij al die trainingen en ziet de vrouwen derhalve vrijwel dagelijks. Het wekelijkse programma bestaat buiten het wedstrijdseizoen om uit zes trainingsdagen: - maandag: s ochtends rompstabiliteit en s avonds judotraining; - dinsdag: krachttraining en judotraining; - woensdag: centrale training nationale selectie; - donderdag: s ochtends rompstabiliteit en s avonds judotraining; - vrijdag: judotraining (vooral sparren); - zaterdag: rustdag; - zondag: centrale training. Van Unen ziet de mentale ondersteuning van de judoka s als haar belangrijkste bijdrage aan de successen. Ze noemt De Korte de man die op technisch gebied net iets meer kan bijdragen aan de progressie van de vrouwen. In de MasterCoach in Sports-opleiding heb ik veel baat gehad bij het werken met NLP, het neuronlinguïstisch programmeren waar Bouke de Boer les in gaf. Het leerde me als persoon situaties steeds beter aan te voelen. Mijn ervaring is dat dit vooral bij vrouwen heel belangrijk is, omdat ze vaak emotioneler reageren dan mannen en dat kan een valkuil zijn. Als coach moet je zorgen voor structuur en hen confronteren met wat ze moeten en kunnen verbeteren. En je moet hen vertrouwen in zichzelf laten krijgen. Ze noemt haar eigen betrokkenheid soms een valkuil en zegt meteen dat ze er de laatste jaren wat beter mee om kan gaan. Maar het is wel zo dat ik heel veel van mijn sporters wil weten en een flinke vinger in de pap wil hebben waar het gaat 68
Smeden tot goud Olympische coaches delen hun ervaring 69 Olympische coaches.indb 69 21-10-09 15:10
Smeden tot goud Olympische coaches delen hun ervaring om hun dagelijks leven. Het geldt niet voor allemaal, maar veel sporters hebben de neiging zichzelf voorbij te rennen. Je moet hen voortdurend remmen in wat ze naast de sport allemaal nog meer willen. Ze noemt het dienstverband bij Defensie of bij de politie als voorbeeld. Daar hebben ze geweldige sportvoorzieningen, laat dat duidelijk zijn. Maar dergelijke werkgevers verwachten er wel wat voor terug. De gedrevenheid van sommige sporters daar gehoor aan te geven, is wel erg groot, al is daarover wel goede communicatie. Ik ben daarom heel blij dat we regelmatig naar toernooien en wedstrijden gaan, waar we soms ook een trainingsstage aan kunnen koppelen. Of we zitten een paar dagen op Papendal. Dan is er veel minder afleiding. Van de laatste zes maanden vóór de Spelen zijn we er drie elders geweest en dat bleek een uitstekende keuze. Je moet hen voortdurend remmen in wat ze naast de sport allemaal nog meer willen. Eens per week bespreekt Van Unen met haar sporters hun agenda. En tussendoor pik ik hen er wel even uit als ik denk dat er in de arbeid-rust-verhouding iets niet goed gaat. Ik investeer er heel veel tijd in. Voor de sporters is dat geen enkel probleem: ze accepteren het en zijn er blij mee, zegt ze. Misschien zou het soms beter zijn een sporter eens vast te laten lopen, erkent ze. Maar dat doe je niet een halfjaar voor de Spelen. Zoals eerder beschreven werkt Van Unen nauw samen met Chris de Korte. Dat geldt ook voor de krachttrainer. Het begeleidingsteam bestaat daarnaast uit een fysiotherapeut en de bondsarts. Ik werk het liefst met een klein team, omdat het anders te moeilijk wordt om iedereen op één lijn te krijgen. Je hoeft het niet altijd met elkaar eens te zijn, maar je moet goed van elkaar begrijpen waar je heen wilt en als team vanuit één visie werken. Daarom kun je beter niet met te veel mensen te maken hebben. Volgens Van Unen hebben de ervaren judoka s waar zij mee werkt voldoende ervaring met een voedingsprogramma om op het juiste gewicht te komen. Een diëtiste was niet nodig. Eén van de vrouwen maakte enige tijd gebruik van de begeleiding van een sportpsycholoog. Daarover is ze minder te spreken. Bij de begeleiding van een heel team ligt dat wellicht anders, maar hier ging het om individuele sessies, waarbij er weinig overleg was met mij als coach. Ik wist onvoldoende wat zich afspeelde, terwijl het wel invloed had op het trainingsproces. Doelen stellen Dilemma s Persoonlijke verhoudingen Olympische Spelen Niet alleen het stellen van doelen voor de langere termijn is lastig, zegt Van Unen. Ook het plannen valt vaak niet mee. Pas in de laatste twee jaar voor de Spelen weet je ongeveer welk traject je moet volgen om je te kunnen kwalificeren. Dan nog kan het gebeuren dat de internationale federatie de kalender omgooit. Of besturen bedrijven vaak politiek bij het toedelen van de grotere wedstrijden en zijn ze minder gericht op de belangen van de topsport. Het is moeilijk met sporters toe te werken naar verder weg gelegen doelen, vindt 70
Sport en Kennis Deze preview is een gedeelte uit het boek: Smeden tot Goud Olympische coaches delen hun ervaring Meer informatie Voor meer artikelen en andere uitgaven kunt u terecht op www.sportenkennis.nl