de concrete werkervaring: In een werksituatie beleef je iets, je wordt geraakt. Vaak blijft het echter nog vaag. Het is een diffuus geheel. (Uitgebeeld in de grijze letters en het weglaten van spaties.) In die werksituatie gaat het om een concrete interactie en het effect daarvan, om jouw en dat van een cliënt of collega en dat in een specifieke context. situatieeffect expliciteren Met het expliciteren van je werkervaring worden de diverse aspecten van de concrete werkervaring je meer bewust. Bij het gaat het om de vraag: Wat vind ik? Dit expliciteren doe je eerst schriftelijk in je werkinbreng en tijdens de supervisiezitting mondeling. De ervaring wordt weer levendig, je voelt je weer geraakt. (Uitgebeeld door de kleuren.) Tegelijkertijd neem je er enige afstand van door het onder woorden te brengen. (Uitgebeeld door het zwart.) De invloed van jouw verleden en de consequenties voor de toekomst zijn ook aspecten van je ervaring. Die laten we hier voor de overzichtelijkheid buiten beschouwing. 1. situatie 2. 3. effect 4. 5. 6.
concretiseren: Concretiseren heeft iets van uiteen rafelen, elk aspect van de concrete werkervaring is onder te verdelen in verschillende deelaspecten.tijdens het concretiseren ga je ook inzoomen op die aspecten, met name op je en ook je en. Je kunt zo ook de diepte ingaan: Welke levenservaringen beïnvloeden je actuele geraaktheid? Welke drijfveren beïnvloeden je actuele? Welke overtuigingen beïnvloeden jouw actuele? Hierdoor worden deze aspecten helderder, (visueel uitgedrukt worden ze groter). Door dit concretiseren ga je naar de ervaring toe, je, en krijgt kleur. En door het onder woorden te brengen, neem je ook weer afstand (visueel uitgedrukt door de kleur zwart). s i t u a t i e s i t u a t i e s i t u a t i e h a n d e l e n h a n d e l e n h a n d e l e n e f f e c t e f f e c t e f f e c t
situatie effect situatie effect reflecteren Tijdens het reflecteren ga je de concrete werkervaring vanuit verschillende invalshoeken bekijken. Je neemt enerzijds afstand van de ervaring, anderzijds ga je daar ook steeds weer naar toe om te zien wat je er nog meer van kunt leren. (Uitgebeeld door het benoemen van de verschillende aspecten van de ervaring en het rode = de beleving van de ervaring weer actueel kunnen maken). situatie effect
inzichten benoemen Door het reflecteren (soms al door het concretiseren) kom je tot inzichten. Dingen worden duidelijk die je eerst niet bewust waren. Dit breng je onder woorden. Je gebruikt begrippen die kernachtig weergeven waar het inzicht over gaat (visueel uitgedrukt door het woord tafelen ). Je gebruikt bij dit benoemen vaak ook begrippen uit de vaktaal van je beroep. Door deze inzichten stijg je als het ware boven de concrete werkervaring uit. Je gaat als het ware uitzoomen (visueel uitgedrukt door de letters kleiner te maken). Wel pendel je terug naar de ervaring om te toetsen of dit inzicht aansluit bij de ervaring. (Uitgebeeld door het benoemen van de verschillende aspecten van de ervaring en het rode = de beleving van de ervaring weer actueel kunnen maken). voelen
generaliseren Vanuit het verkregen inzicht maak je een koppeling naar andere (werk)ervaringen, waarin je ditzelfde inzicht tegenkomt (visueel uitgedrukt door de verschillende vakjes). Door deze ervaringen heen begin je een rode draad te zien (visueel uitgedrukt door de rode kleur). Soms ben je tijdens het expliciteren of het concretiseren al in staat om koppelingen te leggen naar andere (werk)ervaringen. Bij het maken van die koppeling zorg je dat je de ervaring bij de hand houd. (Uitgebeeld door het benoemen van de verschillende aspecten van de ervaring en het rode = de beleving van de ervaring weer actueel kunnen maken). voelen voelen voelen voelen
problematiseren Bij problematiseren gaat het om de vraag wat je te leren hebt nu je je bewust geworden bent van een bepaald inzicht en van een patroon daarin. Waarin is het goed om te groeien / veranderen / ontwikkelen? Dit kan iets zijn in je,, en. Vraag daarbij is ook waarom je dit wilt leren? Welk doel / effect wil je bereiken? Hierbij stil staan zal je motivatie verhogen. En wat heb je ervoor nodig om dat leerdoel te bereiken? Wat zijn belangrijke leercondities? (Visueel uitgedrukt door: het moet in een kader staan + het moet uitdagend zijn (kleur oranje) Het stellen van een leervraag bij je werkinbreng, is al een eerste stap in het problematiseren. Ook als je tijdens het reflecteren vraagt wat je doelgericht van je werkervaring wilt leren, ben je al bezig met problematiseren. Tijdens dit problematiseren pendel je steeds weer even terug naar je ervaring om te toetsen of dit aansluit bij de ervaring. (Uitgebeeld door het benoemen van de verschillende aspecten van de ervaring en het rode = de beleving van de ervaring weer actueel kunnen maken). situatie leerdoel effect doel leerdoel leerdoel leerdoel
maken van een actieplan Bij het maken van een actieplan kies je uit een aantal handelingsalternatieven. Je houdt rekening met de mogelijke effecten. Je maakt subdoelen en kiest concrete actiepunten uit (wat, wanneer, hoe, met wie, hoe vaak?). Ook hierbij pendel je terug nar je ervaring om te toetsen of dit aansluit bij je ervaring. (Uitgebeeld door het benoemen van de verschillende aspecten van de ervaring en het rode = de beleving van de ervaring weer actueel kunnen maken). s i t u a t i e h a n d e l e n subdoel, subdoel, doel effect? doelgericht uitproberen van actiepunten Je gaat de actiepunten stapsgewijs uitvoeren. Daarbij houd je je leerdoel voor ogen. situatie leerdoel gevolg: effect
gevolg = nieuwe werkervaring integratief functioneren Het uiteindelijke doel is integratief functioneren. Dit betekent dat er een samenhang is tussen jouw,, en. En ook tussen jou als persoon en de opgaven die het werk aan je stelt. Dit in tegenstelling tot tegenstrijdigheden tussen en binnen het,, en en tussen de eigen persoon en de opgaven van het werk. opgaven van het werk opgaven van het werk