S o y D o n T o r o. Bijlage Handleiding. behorend bij werkboek

Vergelijkbare documenten
lombricita De jongste mag beginnen en een passend kaartje aan het openingskaartje leggen. Als je niet kan moet je een kaartje uit de pot pakken.

Capítulo uno y dos + capítulo

Soy Don Toro. Werkboek. Leer samen met Ana en Don Toro je eerste Spaanse woorden.

Soy Don Toro. Handleiding. Deze handleiding gee uitleg bij elke opdracht uit het werkboek 'Soy Don Toro'.

SPAANS LES 2 Español

Begeleide interne stage

SPAANS HERHALINGLES 1 Español

Spelend leren, leren spelen

NEDERLANDS Spreken en gesprekken voor 1F Deel 4 van 5

Spreekopdrachten thema 3 Kinderen

Nederlands Luisteren Voor 1F Deel 2 van 2

SPAANS LES 6 Español

inhoud blz. 1. Een wereld vol letters 2. Letters 3. Plaatjes lezen 4. Het pictogram 5. Van plaatje naar teken 6. Letters en klanken

Uitprobeerpakket. Toetsboek 4 groep 4 blok 6

Begeleide externe stage

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten

4. Een vervolgopleiding kiezen

Woordenlijst Nederlands Spaans

Hotel Hallo - Thema 2 Hallo TELEVISIE KIJKEN

NEDERLANDS Taalverzorging 1F Woord/zin Deel 1 van 3

NEDERLANDS. Schrijven. voor 1F Deel 3 van 5

Training. Begeleiden

Seksuele vorming. Anticonceptie en zwangerschap

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen

Nederlands. Woordenschat Basis

Ik, leren en werken. Aan het werk

Voorbereidende interne stage

Bijlage 3. Handleiding video Dynamica 2. Een kijkje in klas 4, 5 en 6 van het Colégio Maaswaal!

Keuzevak Spaans voor beginners 1 - Extra oefeningen

Melkweg. Wat leert je kind? Lezen van Alfa A naar Alfa B. Taal en ouders: de basisschool

Training. Presenteren en instrueren

3. Een opleidingsdomein kiezen

Ik en de maatschappij. Regels en wetten

Training. Groepsklimaat

Training. BMC vaardigheden gericht op dagbesteding deel 3 (muziek en drama)

Training. Interactieve vaardigheden

Cursus. Leren kun je leren

Magie en musica kleur en zweet. Zingen, lachen en huilen: ze vermengen meng hun dromen meng pijn en vreugde houd van het leven!

Spaans voor zelfstudie

Aanvullende informatie ter voorbereiding op de TGN A1. Inleiding. Hoe maakt u de TGN?

Opstartlessen. Les 1. Kennismaken

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Om hulp vragen. Vragen of iemand Engels spreekt

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Om hulp vragen. Vragen of iemand Engels spreekt

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Om hulp vragen. Vragen of iemand Engels spreekt

Nederlands. Luisteren. Voor 1F Deel 1 van 2

SPAANS LES 5 Español

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Om hulp vragen. Vragen of iemand Engels spreekt

Nederlands. Woordenschat Dienstverlening en zorg

Reizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Om hulp vragen. Vragen of iemand Engels spreekt

REKENEN METEN EN MEETKUNDE. Meetkunde voor 1F Deel 1 van 2

Uitwerking Tareas Spaans 3. Qué has hecho hoy?

z ó leuk is lezen! taart van juf jet Anneke Scholtens en Pauline Oud Zwijsen

Voor jezelf? Les 1 Welkom!

januari el/un coche el/un gato la/una casa la/una chica la/una mesa

Cursus. Onderwijs VVE 2 activerende leeromgeving

SPAANS HERHALINGLES 2 Español

Praten leer je niet vanzelf

OPA EN OMA DE OMA VAN OMA

Loopbaanoriëntatie -begeleiding

RUDOLF RASCH: DUIZEND BRIEVEN OVER MUZIEK VAN, AAN EN ROND CONSTANTIJN HUYGENS - Chièze aan Huygens 30 augustus B -

Tekst lezen en vragen stellen over de tekst

inhoud De wolf 3 1. Een roofdier 2. Ruiken, horen en zien 3. De roedel 4. De taal van de wolf 5. Wolf en hond 6. Soorten wolven 7.

Tafels bloemlezing. Inhoud 1

REKENEN VERHOUDINGEN Verhoudingen voor1f

Melkweg. Naar de speelzaal. Lezen van Alfa B naar Alfa C. Taal en ouders: Peuters. Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann

Tekst lezen en vragen stellen over de tekst

inhoud 1. Ontdek 2. Insecten 3. Een hart klopt 4. Het spoor 5. De magneet 6. Zie ik dat wel goed 7. Filmpje Pluskaarten Bronnen en foto s

Spreekopdrachten thema 3 Kinderen

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken

Het houden van een spreekbeurt

PRAKTISCHE SECTORORIËNTATIE. Economie en Handel

Ik en de maatschappij. Vrije tijd

Edu4all LOB. 1. Leren Kiezen. Licentie: Voor het activeren van de licentie kijk op pagina 5 van dit werkboek.

ZELF STARTEN MET NEDERLANDS NEDERLANDS VOOR ANDERSTALIGEN

i n s t a p b o e k j e

Seksuele vorming. Seksuele veiligheid

Cursus. Oriëntatie op de dienstverlening in de VVT

Instructieboek Koken. Voor de Mpower-coach

Initiatiefnemer Ben Vaske, Stichting Expertisecentrum Oefenen.nl. Projectmanagement Claudette Verpalen, Utrecht

Nederlands. Woord/zin. Voor 1F Deel 2 van 3

Ik en de maatschappij. Planten en dieren thuis

Ik en de maatschappij. Democratie

Voorbereiden op stage en bijbaan

Start met voorlezen van het verhaal. De kinderen kunnen lekker luisteren en griezelen, of lachen.

Kerstviering 2009 Laat iedereen het horen. Groep 0, 1 en 2 CBS Shalom

Thema Op het werk. Lesbrief 15. Het functioneringsgesprek.

Uitprobeerpakket. Toetsboek 6 groep 6 blok 6

leerlingbrochure nld Door: Jolanthe Jansen

Spelenderwijs rijmen. Linda Willemsen.

Lesplan theaterlezen. Voorlezen? Herhaald lezen?

Cursus. Onderwijs/VVE 4 Interactievaardigheden

Kleuters leren lezen

Melkweg. Een dagje ouder. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Ouder worden

Cursus. Autistisch spectrum

Cursus. Ontwikkeling van het beroep en de beroepshouding

Taal op niveau Spreken Op weg naar niveau

No part of this book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher.

Transcriptie:

S o y D o n T o r o Bijlage Handleiding behorend bij werkboek Mijn eerste Spaanse woorden Autora : Antoinette Gerichhausen Teksten behorend bij de geluidsfragmenten op de website die opgenomen zijn door: Edgetip Studio, Arnhem. Engineer: Raoul Soentken. Eerste druk, eerste oplage, 2017 IVIO-Wereldschool bv behorende bij de handleiding: ISBN 978-90-8583-000-9

IVIO-Wereldschool bv, Lelystad, Nederland Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of anderszins, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voorzover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16h uit de Auteurswet 1912 dient men de daarvoor verschuldigde vergoedingen te voeldoen aan Stichting Reprorecht (zie: www.reprorecht.nl). Voor het overnemen van gedeelten dient men zich rechtstreeks te wenden tot de uitgever. 2

Voorwoord Deze bijlage bestaat uit de teksten die ingesproken zijn op de begeleidende Prezi s bij de hoofdstukken van Soy Don Toro, leermethode Spaans voor de leerlingen van groep 3 en 4 van het basisonderwijs. De begeleider kan mee lezen met de teksten uit de Prezi of vooruit lezen met deze teksten en zich zo beter voorbereiden op wat er komen gaat voor de leerling. De Prezi s staan ook vermeld in Edmodo.com. U kunt zich aanmelden bij Edmodo met een eigen account en om een groepscode vragen aan Don Toro (dontoro.espanja@gmail.com). De teksten zijn ingedeeld op een basis lesprogramma van 30 minuten gezamenlijk en 2 maal een kwartier zelfstandig. Een basisschema is opgenomen op de Prezi: Implementatiemodel Juan y Rosa (http://bit.ly/1binfce). 3

Inhoud bladzijde (Hoofdstuk 1) 5 El sueño de Don Toro 5 (Hoofdstuk 2) 15 Don Toro está alegre 15 (Hoofdstuk 3) 21 Don Toro descubre algo 21 (Hoofdstuk 4) 29 29 (Hoofdstuk 5) 39 Don Toro y sus deseos 39 (Hoofdstuk 6) 49 Don Toro ve posibilidades 49 (Hoofdstuk 7) 55 Don Toro y su talento 55 4

1 Capítulo uno (Hoofdstuk 1) El sueño de Don Toro Opdracht / tarea 1.1a: Soy Don Toro Mijn eerste woordjes Spaans - okt. week 3, les 1 Spaanse woorden Don: Capítulo uno - El sueño de Don Toro 1. Don: Tarea 1.1a 2. Don: Hola. Qué tal? Soy Don Toro. Ana: Hola. Soy Ana. 3. Ana: Hallo kinderen, ik ga met jullie het Spaans leren. Mijn moeder komt uit Spanje en mijn vader uit Nederland. Ik ben hier geboren en wil heel graag Spaans leren. Ik hoorde zojuist de stier Hola zeggen. Dat is een Spaanse groet. In het Nederlands groeten we elkaar met Hallo. In het Engels weet ik het ook. Daar groeten ze elkaar met Hello. Ken jij nog andere groeten in een vreemde taal. Vertel erover. 4. Ana: Verder groette de stier ons ook met Qué tal? Soy Don Toro. Ik heb het nagevraagd, dat betekent in het Nederlands: Hoe gaat het? Ik ben Don Toro. Dat gaan we even oefenen doe je mee? Zeg mij maar na en zeg op het einde je eigen naam. Hola - Que tal - Soy Ana Kijk je buurvrouw of buurman aan en zeg het nu nog een keer. Hola - Que tal - Soy... 5. Ana: Hola Het woord klinkt ook echt als een groet en lijkt een beetje op het Nederlands. Zouden er meer Spaanse woorden zijn die op het Nederlands lijken? Knip de eerste 6 kaartjes uit je werkboek en leg ze voor je neer op tafel. De stier leest dadelijk 4 woorden voor. Luister goed of je de vier woorden kunt verstaan. Leg die 4 dan apart even op een rijtje. Doe je mee? Don: pera (5 sec.), melón (5), sandía (5), frambuesa. Ana: Ik klik eerst om te kijken of ik het rijtje goed heb en de juiste vier kaartjes heb gepakt. Doe ook maar. 5

6. Ana: Liggen de vier plaatjes bij je goed op een rijtje? Oei, bij mij liggen de 2 e en de 3 e niet goed. Er zijn ook 2 plaatjes van een meloen. Dus ja, welke had ik moeten kiezen? Had jij ook een plaatje fout gelegd? En welke plaatjes liggen er goed bij jou? De vier woorden horen we nu nog een keer: Don: pera (5 sec.), melón (5), sandía (5), frambuesa. okt. week 3, les 2 Spaanse woorden 7. Ana: 4 woorden kennen we nu in het Spaans. Die gele meloen heet melón en die rode sandía. Sandía is dus geen zand maar een rode watermeloen. Nu ga ik samen met jou alle 6 plaatjes leren. Doe je mee en leg je ze weer op een rij samen met mij? Don: melón - pera - frambuesa - sandía - plátano o banana - arena Klik om te kijken of je de plaatjes goed hebt gelegd. 8. Ana: Lukte het bij jou? Dat was een leuke banana, die verstond je zeker wel. Alleen, heb ik gelezen, zeggen ze in Spanje geen banana tegen die vrucht maar plátano. In Middenen Zuid-Amerika spreken ze ook in bijna alle landen Spaans en daar verstaan ze je wel als je het over banana heb. Laten we er even naar toe gaan. Klik maar verder. 9. Ana: In dit werelddeel spreken ze bijna overal Spaans behalve in Brazilië. Zie je hoe groot het is, wel 30 keer groter dan Spanje en Spanje is 13 keer groter dan Nederland. Wat een grote landen zijn dat waar de mensen Spaans spreken. De volgende mooie foto s zijn gemaakt in Costa Rica, ook een Spaanssprekend land in Midden-Amerika. Klik zelf maar eens rustig door het werelddeel heen. Enne..., een bananenboom heet een banano en de vrucht een banana. 10. Ana: Ik ken nu alle plaatjes in het Spaans. En ik weet nu dat zand in het Spaans arena wordt genoemd. Wie kent het woord arena in het Nederlands? Denk maar eens aan een circus, een circusarena. Die ligt soms vol zand, als er bijvoorbeeld paarden optreden. Don Toro wil jij alle plaatjes nu nog een keer opnoem dan leggen wij ze opnieuw in de juiste volgorde? Zit jij er ook klaar voor? Don: arena - melón - plátano o banana - pera - frambuesa - sandía Ana: Klik eerst om te kijken of je het goed hebt gedaan. Daarna oefenen we nog een keer met de nieuwe woorden. 11. Ana: Zeg Don Toro maar na. Don: arena - melón - plátano - pera - frambuesa - sandía Ana: Nu gaan we weer naar het boek. Don: Hasta luego - Adiós. 6

Opdracht / Tarea 1.1b: Onbekende Spaanse klanken - okt. week 4, les 1 1. Don: Tarea 1.1b 2. Don: Hola. Ana: Hmm, onbekende Spaanse klanken. Bedoelen we daarmee geluiden als o - a - ie - ee - u? Kom we gaan op onderzoek uit. 3. Ana: Ik zie 5 nieuwe plaatjes en 1 die ik al ken. Dat is de frambuesa. Laten we eerst luisteren naar alle woorden. Don: frambuesa - luna - sol - soldados - puente - agua Ana: Ik wil ze nog een keer horen en ik luister dan extra goed of ik andere klanken hoor dan ik in het Nederlands ken. Don: frambuesa - luna - sol - soldados - puente - agua 4. Ana: De ue -klank in frambuesa die hoor je niet in Nederlandse woorden. Heb jij hem ook gehoord? Heb je ook de ue-klank gehoord in puente? En ik hoorde een g -klank in agua zoals je ook in het Engelse woord good hoor. We hebben tot nu toe dus twee onbekende klanken ontdekt: ue en g 5. Ana: Luister met me mee naar een herhaling van de nieuwe woorden, nu met 5 cijfers erbij. Misschien horen we bij de cijfers nog een onbekende klank. Don: un sol - dos lunes - tres puentes sobre el agua - cuatro soldados - cinco frambuesas Ana: Heb jij nog een onbekende klank gehoord bij de cijfers? Ik hoorde iets van een slissende klank bij cinco. 6. Ana: Drie onbekende klanken hebben we ontdekt in het Spaans: de ue-klank, de g-klank en de th-klank. Hmm, valt best mee, het Spaans. We houden die nieuwe klanken extra in de gaten en verder valt op dat ik in het Spaans alleen korte klanken hoor. Dus geen lange oo - aa - uu - ee - ie, maar alleen korte: o-a-u-e-i. Nu wil ik wel die cijfers leren. Doe je ook mee? 7

okt. week 4, les 2 Spaanse klanken 7. Ana: Kom, zeggen we met zijn allen de stier na. Don: Uno - dos - tres - cuatro - cinco Uno dos tres -- Uno dos tres cuatro -- Uno dos tres cuatro cinco -- Qué bien! 8. Ana: En dan gaan we nu samen een lied zingen. Na elkaar zingen we een deel van het lied. Don Toro en ik zullen het voor doen. Don zingt: ik ben Don Toro. En jij? Hoe gaat het met jou? En ik zing: ik ben Ana. En jij? Hoe gaat het met jou?. Don Toro: Vale? A cantar. Uno dos tres, soy Don Toro, y tú, y tú, qué tal? [zingend] Ana: Tres, cuatro, cinco, yo soy Ana, y tú, y tú, qué tal? [zingend] En nu jullie. Kijk de volgende leerling aan in de kring en geef zo het lied door. 9. Ana: We gaan de plaatjes nog een keer samen herhalen. Van boven naar beneden en van links naar rechts; zeg ons maar na: Don: frambuesa (Ana herhaalt) plátano (Ana herhaalt) puente (Ana herhaalt) - pera (Ana herhaalt) agua (Ana herhaalt) - sol (Ana herhaalt) - luna (Ana herhaalt) soldados (Ana herhaalt) melón (Ana herhaalt) - sandía (Ana herhaalt) - arena (Ana herhaalt) 10. Ana: Ik ga dit nog een keertje oefenen en klik met mijn muis op de pijl terug. Wil je dat ook? Je mag ook naar de volgende dia, daar kun je ook plaatje voor plaatje nog extra oefenen door heen en weer te klikken. Succes! Daarna gaan we weer terug naar het boek. Hasta luego. 8

Opdracht / Tarea 1.2a: La canción Quisiera ser tan alta - nov. week 2, les 1 De droom 1. Don: Tarea 1.2a 2. Don: Hola. Quisiera ser. guitarrista. Mi sueño es. tocar la guitarra. Ana: Oké, Don Toro zou dus gitarist willen zijn. Hij droomt over gitaar spelen. Wat zou ik willen zijn? Ik zou willen zijn... een danseres... quisiera ser bailarina. Mijn droom is... kunnen dansen en dan optreden in een theater. Mi sueño es bailar en un teatro. We gaan eerst luisteren naar een beroemd Spaans gitarist: Paco de Lucía. Luister maar mee. 3. Ana: We gaan een lied leren ja joepie. Ik geloof dat ik dit lied al eens eerder heb gehoord. Het gaat over een jongen die ook een droom had. Het is een oud Spaans lied. Die jongen wilde soldaat worden. Dan kon hij de koning gaan helpen. Om dit lied te gaan leren, leren we eerst nieuwe woorden. Luister goed, misschien ken je er al een paar. Juf: - groot en klein - alta y baja - de zon en de maan - el sol y la luna - de kolonel en de soldaten - el coronel y los soldados. In het Nederlands is het kolonel, in het Spaans coronel. De letters l en r zijn gewisseld. Dat gebeurt vaker. - het rode gebied heet Cataluña het is zoiets als een provincie in Nederland, maar het is wel veel groter, De hoofdstad van Cataluña is Barcelona. - de koning en de koningin - el rey y la reina Herhaal deze dia tot je de woorden kent. Doe dat ook met de volgende dia. 4. Ana: Nu de moeilijkste woorden uit het lied nog. Juf: - de brug over het water - el puente sobre el agua - We leren in het lied een ander woord voor akkoord : licencia absoluta - de ring - el anillo. - een schat van goud is: un tesoro de oro. - Tenslotte de beeldjes van Maria in het zilver en Christus van goud is: una virgen de plata y un cristo de oro. 5. Ana: We gaan nu eerst de woorden oefenen met de volgende zes plaatjes. Leg ze in de volgorde zoals Don Toro ze opleest. Heb je ze voor je neergelegd? Luister goed. Don: luna - rey - Cataluña - alta - coronel - soldados Ana: Klik om te kijken of je ze in de goede volgorde hebt gelegd. 9

6. Ana: En liggen ze bij jou goed? Probeer nu eens zelf de woorden op te noemen in deze volgorde. De eerste is:... De tweede:... enzovoort. Luister ook nog een keer naar Don Toro en klik zo vaak heen en weer totdat je de nieuwe woorden kent. Don: luna - rey - Cataluña - alta - coronel - soldados Nov. week 2, les 2 De droom 7. Ana: We gaan nog zes woorden erbij leren voor het lied. Zeg Don Toro maar na: Don: licencia absoluta.. puente.. agua. anillo tesoro.. una virgen de plata... y un cristo de oro Ana: Herhaal deze dia ook zo vaak je wilt. Je kunt Don Toro ook vóór proberen te zeggen en luisteren of je de woorden goed uitspreekt. 8. Ana: Deze plaatjes wil ik ook op de goede volgorde leggen. Zeg op, Don Toro, in welke volgorde ga jij ze oplezen? Don: Una virgen de plata y un cristo de oro - agua - puente - licencia absoluta - anillo tesoro Ana: Klik en kijk of je ze goed hebt gelegd. 9. Ana: En hoe liggen ze bij jou? We gaan ze nog een keer hardop zeggen samen met Don Toro. Don: Una virgen de plata. y un cristo de oro. agua. puente licencia absoluta anillo tesoro 10. Ana: Voordat we naar het boek teruggaan om het lied te leren zingen met opdracht 1.2b gaan we eerst even een paar mooie kastelen zien aan de Costa Brava. Dat is de kust in de buurt van Barcelona. Klik verder om ze te zien. 11. Juf: Castillo de Basalú 12. Juf: En Peratallada 13. Juf: Castillo de Tossa de Mar 10

14. Juf: Castillo de Lloret de Mar 15. Juf: Castillo de Montjuic en Barcelona 16. Ana: En dan gaan we nu terug naar het boek. Don: Hasta luego. Vamos a cantar. Opdracht / Tarea 1.2b: La canción: Quisiera ser tan alta - nov. week 3, les 1 De droom 17. Don: Tarea 1.2b 18. Ana: Dit is leuk. Heb jij ook het boek voor je liggen met opdracht 1.2b? Ik klik op de YouTube en ga eerst een paar keer luisteren naar het lied. Daarbij probeer ik de woorden aan het einde van elke zin mee te zingen. 19. Ana: Heb je ook al je eigen schat getekend? We gaan nu ook de bewegingen erbij maken tijdens het zingen van het lied. Je kunt kiezen hoe je het lied wil oefenen. Of je zingt en beweegt met het lied mee met versie 1. Je kunt ook kiezen voor versie 2 als je wilt zingen over je eigen schat die je hebt gevonden of je leert met versie 3 hoe je met de piano kunt meespelen. Jij mag kiezen. 20. Don: Hasta luego Ana: We gaan weer terug naar het boek naar hoofdstuk 1.2c. Teken en kleur nu je eigen favoriete droom of wens die je koestert. Opdracht / tarea 1.3a: Cuento de hadas: El sombrero mágico - dec. week 1, les 1 De droom 1. Don: Tarea 1.3a 2. Don: El sombrero mágico. Mi sueño es tocar la guitarra. Quisiera ser guitarrista. Jaime: Hola, soy Jaime. Y mi sueño es tocar el violín. Quisiera ser violinista. 3. Ana: Een aantal woorden ken ik al. Die ga ik als eerste met je oefenen. La guitarra is de gitaar. El violín is de viool en el sueño is de droom. Don Toro wil graag gitaar leren spelen en de jongen Jaime, in dit sprookje El sombrero mágico, wil graag viool leren spelen. El sombrero mágico is de magische hoed of te wel de toverhoed. 11

4. Juf: Het verhaal gaat over een vader en een zoon, un padre y un hijo. De jongen, Jaime, werd geboren, había nacido, in een arm gezin, un hogar muy pobre. Op het plaatje zie je een huis, una casa, dat is voor Jaime zijn thuis, su hogar. De ouders van Jaime waren boer en boerin, los padres eran campesinos. Zij werkten dag en nacht, trabajaban día y noche. Toch was er soms niet genoeg te eten, no había comida. 5. Juf: Maar Jaime had een droom, un sueño. Hij wilde viool leren spelen, tocar el violín, in een orkest, una orquesta, en daarmee beroemd worden, ser famoso. Deze droom gaf hij niet op, no se daba por vencido. 6. Ana: Poeh, we gaan nu wat oefenen met al die nieuwe woorden. Leg met mij de 8 plaatjes van deze dia voor je op tafel. Leg ze in de volgorde waarop Don Toro ze op leest. Don: el sueño - un padre y un hijo - la familia - la guitarra - había nacido - el violín - el sombrero mágico - el hogar muy pobre. Ana: Klik net als ik om te kijken of de plaatjes goed liggen. 7. Ana: En liggen ze bij jou allemaal goed? Welke liggen goed en welke niet? Hoe komt dat, denk je? En je buurvrouw of buurman, welke liggen bij hem of haar goed?... Zeg Don nog een keer na: Don: el sueño - un padre y un hijo - la familia - la guitarra - había nacido - el violín - el sombrero mágico - el hogar muy pobre 8. Ana: Leg nu de volgende 7 plaatjes op de tafel voor je neer. Leg ze weer in de juiste volgorde: Don: no había comida - los campesinos - ser famoso - orquesta - trabajaban - día y noche - no se daba por vencido Ana: Klik net als ik om te kijken of je de plaatjes goed hebt gelegd. 9. Ana: En liggen ze allemaal goed? Welke liggen bij jou goed en welke niet? Hoe komt dat, denk je?... Zeg Don nog maar een keer na: Don: no había comida - los campesinos - ser famoso - orquesta - trabajaban - día y noche - no se daba por vencido 12

Dec. week 1, les 2 De droom 10. Ana: Achter in je werkboek zit een lege themakaart. Maak er een aantal kopieën van. Verdeel de plaatjes die je in dit hoofdstuk allemaal hebt geleerd in groepen en geef elke groep een naam. Schrijf die naam bovenaan een themakaart en plak de plaatjes die erbij horen eronder. Je mag je eigen thema s kiezen. Ik heb mijn themakaarten als voorbeeld in deze dia gezet. Welke kaarten maak jij? 11. Don: Hasta luego; vamos a escuchar el cuento de hadas Ana: We gaan nu terug naar het boek naar hoofdstuk 1.3b om te gaan luisteren naar het eerste deel van het sprookje. Opdracht / Tarea 1.3b: Cuento de hadas: El sombrero mágico, dec. week 2, les 1 1. Don: Tarea 1.3b. 2. Don: El sombrero mágico. Mi sueño es tocar la guitarra. Quisiera ser guitarrista. Jaime: Y mi sueño es tocar el violín. Quisiera ser violinista. 3. Juf: Esta es la historia de un sombrero mágico también es una historia de un padre (papá) y un hijo. El hijo se llama Jaime. 4. Jaime: Hola, soy Jaime. Juf: Jaime había nacido en un hogar muy pobre [gehuil]. 5. Juf: Sus padres eran campesinos y trabajaban mucho, día y noche sin descanso. Sin embargo, a veces no había comida. 6. Juf: Desde pequeño, Jaime quería ser músico y tocar el violín [vioolgeluid)]. Soñaba con tocar en grandes orquestas y ser famoso [applaus]. 7. Juf: Este sueño parecía imposible de alcanzar, pero Jaime no se daba por vencido. 8. Don: Hasta luego; vamos a dibujar. (dec. week 2, les 2) Ana: Vertel eens wat je hebt begrepen van het verhaaltje. Een cuento de hadas is een sprookje. Nederlandse sprookjes beginnen meestal met: Er was eens... In het Spaans beginnen de sprookjes met: Había una vez... Hoe begon dit sprookje? Hoe zou dit sprookje verder gaan? Denkt jouw buurvrouw of buurman er ook zo over? We gaan nu weer terug naar het boek naar hoofdstuk 1.3c. Daar gaan we tekenen en kleuren over hoe het sprookje verder zou kunnen gaan. 13

14

2 Capítulo dos (Hoofdstuk 2) Don Toro está alegre Opdracht / Tarea 2.1: Soy Don Toro Todas las nuevas palabras españolas - jan. week 1, les 1 Don: Capítulo dos - Don Toro está alegre 1. Don:Tarea 2.1 2. Don: Todas las nuevas palabras españolas. Anne: Alle nieuwe Spaanse woorden. Don: Hola Ana, vamos a trabajar. Anne: Sí, vamos. We gaan aan het werk! 3. Anne: Je kunt je eigen plaatjes gebruiken voor deze opdracht als je ze nog los hebt. Anders kun je hier alle plaatjes nog een keer downloaden en uitprinten. Dan gaan we ermee oefenen. 4. Anne: Een aantal plaatjes kan ik al zelf opzeggen in het Spaans. Welke kun jij al opzeggen? Leg die even apart. Deze ken ik nu: pera - plátano - melón - limón - arena - sol - soldados - coronel - agua - orquesta - violín - guitarra - sueño - familia - sombrero mágico - uno - dos - tres - cuatro - cinco Ken jij die ook allemaal? Welke ken je nog meer? 5. Anne: Ik ga nu proberen om steeds meer plaatjes uit de groep ken ik nog niet te halen en naar de groep ken ik al te brengen. Vorm groepjes binnen de groep plaatjes ken ik nog niet. Sorteer ze op jouw manier, hoe jij denk dat je ze het beste kunt onthouden. Kijk bij de andere leerlingen en probeer steeds meer plaatjes te herkennen en te benoemen in het Spaans. Vamos a trabajar. 6. Anne: Als je alleen moet werken of als je mijn plaatjes ken ik nog niet nog een keer wil horen, zal Don Toro ze nog een keer voor je opnoemen. De plaatjes die je erna zelf nog een keer kunt opnoemen mag je bij de plaatjes ken ik al leggen. Don: arena - luna - puente - sandía - rey - Cataluña - tesoro - anillo 7. Anne: En nu de volgende 8 plaatjes. Welke ken je al? Leg die vast naar de groep ken ik al. 15

Don: alta - el hogar muy pobre - un padre y un hijo - había nacido - los campesinos - trabajaban - día y noche - no había comida Anne: Kun je een aantal plaatjes uit de groep ken ik nog niet nu al opzeggen? Leg die dan ook naar de groep ken ik al. Blijven oefenen hè. En dan gaan we nu naar de laatste vier plaatjes. 8. Anne: Deze vier zijn voor mij het moeilijkste te onthouden. Voor jou ook? Ook deze oefenen we nog een keer met Don Toro en kijk zelf maar of je eigen groep plaatjes ken ik al al wat groter is geworden. Don: ser famoso - no se daba por vencido - licencia absoluta - una virgen de plata y un cristo de oro Anne: poeh poeh, kun jij deze plaatjes nu onthouden? Oefen anders nog maar even en ga dan weer terug naar het boek 2.2a. 9. Don: Hasta luego, adiós. Opdracht / Tarea 2.2a: Qué te hace alegre? - jan. week 2, les 1 1. Don: Tarea 2.2a 2. Don: Esta canción me alegre mucho. Anne: Van dit lied wordt Don Toro heel blij. Don: Hola Anne, vamos a cantar. Anne: Sí, vamos. 3. Anne: Op deze dia en de volgende gaan we twee keer luisteren naar het nieuwe lied. Eerst via YouTube met een filmpje. Daarna nog een keer waarbij je het lied kunt volgen samen met de nieuwe plaatjes. Die plaatjes heb je uitgeknipt voor je op tafel liggen. Oké? Vale? 4. Anne: Volg het lied aan de hand van de plaatjes op het scherm. Probeer woorden die je hoort te onthouden en bedenk of je ze al begrijpt. Jan. week 3, les 1 5. Anne: Dit lied wil ik wel helemaal leren uit mijn hoofd. Fijn ik zie nu ook de woorden die bij de plaatjes horen. Luister goed naar het Spaans. Het klinkt net even anders dan het Nederlands. Juf: Pollitos zijn kuikentjes, tienen hambre : ze hebben honger, tienen frío : ze hebben het koud, la gallina is de kip, el maíz y el trigo : de mais en het graan, les da la comida : ze geeft hen eten en tenslotte les presta abrigo : ze geeft hen warmte. 16

6. Anne: Weet je nu al een paar woorden die bij de plaatjes horen? Leg de acht plaatjes voor je op tafel zoals op deze dia. Dan leggen we ze nu in de volgorde waarop Don Toro ze opleest. Don: les presta abrigo - el trigo - los pollitos - tienen frío - les da la comida - la gallina - el maíz - tienen hambre Anne: Klik en kijk hoe je de plaatjes hebt gelegd. Liggen ze goed? 7. Anne: Dit gaan we nog een keer oefenen. Nu leggen we ze in een andere volgorde. Luister goed naar Don Toro. Don: tienen hambre - la gallina - el maíz - los pollitos - el trigo - tienen frío - les presta abrigo - les da la comida Anne: Klik opnieuw door om te kijken of jouw plaatjes goed liggen. 8. Anne: Goed gedaan? We hebben nu nog zes nieuwe plaatjes. Eerst zeggen we de woorden bij de plaatjes hardop na. Juf: Onder haar twee vleugels is bajo sus dos alas. Zeg maar na:... Samen knus bijelkaar is acurrucaditos... Slapen de kuikentjes is: duermen los pollitos... tot de volgende dag hasta el otro día... En als ze opstaan: se levantan..., roepen ze om hun moeder. Ze hebben weer honger en willen graag een wormpje: una lombricita... 9. Anne: Lees jij deze zes plaatjes weer op Don Toro in een willekeurige volgorde? Don: Vale : se levantan - hasta el otro día - lombricita - duermen los pollitos - bajo sus dos alas - acurrucaditos Anne: Klik en kijk hoe het met jouw volgorde staat. 10. Anne: Kom, dat doen we nog een keer en dan in een andere volgorde. Don: lombricita - acurrucaditos - duermen los pollitos - se levantan - bajo sus dos alas - hasta el otro día Anne: Even doorklikken om te controleren. 11. Anne: En gaat het goed bij jou? Nu we al meer woorden kennen ben ik benieuwd of ik het lied al beter kan meezingen. Doe je ook mee? Leer er ook bewegingen bij te maken. Kies zelf als groep je bewegingen die je erbij gaat maken. Vamos. 17

12. Anne: Leuk hè. Als je het lied nog een keer wilt zingen klik je op de pijl terug. Als je het lied kent, ga je weer naar het boek, naar hoofdstuk 2.2b. Don: Hasta luego, adiós. Opdracht /tarea 2.3a: Cuento de hadas: El sombrero mágico - febr. week 2, les 1 1. Don: Tarea 2.3a 2. Anne: Weten jullie al waar Don Toro en Jaime blij van worden? Don: Lo que me hace alegre es cantar. Anne: Oké, Don wordt dus blij van zingen. En Jaime? Jaime: Lo que a mí me hace alegre es aprender a tocar el violín. Anne: En Jaime wordt blij van viool leren spelen. 3. Juf: Het verhaal vertelt verder over wat Jaime doet en wie Don Mario is. Alle dagen todos los días, liep Jaime, caminaba Jaime, 2 uur, dos horas, naar het dorp el pueblo waar Don Mario woonde vivía Don Mario. Don Mario is een verzamelaar van antieke spullen antigüedades. 4. Juf: Don Mario leende aan Jaime zijn oude viool uit Don Mario le prestaba su viejo violín a Jaime zodat Jaime erop kan leren spelen aprender a tocarlo. 5. Juf: Elke dag had Jaime er heel veel zin in om te oefenen op zijn viool practicar el violín. En of het nu regende había lluvia, heel koud was había frío of heel warm había calor Jaime wilde oefenen. Elke middag precies op tijd liep Jaime binnen in de zaak el negocio de Don Mario en was heel blij feliz als hij les kreeg van hem. 6. Anne: Leg nu met mij de 6 plaatjes van deze dia voor je op tafel. Leg ze in de volgorde waarop Don Toro ze op leest. Don: Don Mario le prestaba su viejo violín a Jaime - todos los días - el pueblo - Don Mario era un anciano - antigüedades - caminaba dos horas. Anne: Klik net als ik om te kijken of de plaatjes goed liggen. 7. Anne: En liggen ze bij jou allemaal goed? Kijk rustig nog even welke goed liggen en welke niet. Vergelijk ook met je buurvrouw of buurman. Welke liggen bij hem of haar goed? (...pauze) Zeg Don Toro nog een keer na: Don: Don Mario le prestaba su viejo violín a Jaime - todos los días - el pueblo - Don Mario era un anciano - antigüedades - caminaba dos horas. 18

8. Anne: Leg nu de volgende 7 plaatjes op de tafel voor je neer. Leg ze weer in de juiste volgorde: Don: el negocio de Don Mario - frío - feliz - nuevo y viejo violín - calor - practicar el violín - lluvia Anne: Klik net als ik om te kijken of je de plaatjes goed hebt gelegd. 9. Anne: En liggen ze allemaal goed? Welke liggen bij jou goed en welke niet? Hoe komt dat, denk je? (.pauze) Zeg Don Toro opnieuw na: Don: el negocio de Don Mario - frío - feliz - nuevo y viejo violín - calor - practicar el violín - lluvia Anne: Oefen de laatste vier dia s totdat je ze goed kent. Als je ze goed kent gaan we luisteren met opdracht 2.3b hoe het sprookje El sombrero mágico verder gaat. Wil je nog zien hoe ik mijn plaatjes allemaal verdeel over mijn themakaarten? Klik dan nog even verder. 10. Anne: Verdeel de nieuwe plaatjes ook zelf op je eigen manier op jouw themakaarten. Om te oefenen met alle woorden tot nu toe kun je ook het bingospel spelen van hoofdstuk 1 en 2 samen. Vraag het aan je begeleider. Het staat in de handleiding. Succes! 11. Don: Hasta luego; vamos a escuchar el cuento de hadas Anne: We gaan nu terug naar het boek naar hoofdstuk 2.3b. We gaan luisteren naar het tweede deel van het sprookje. Opdracht/tarea 2.3b: Cuento de hadas: El sombrero mágico - febr. week 3, les 1 1. Don: Tarea 2.3b 2. Don: Lo que me hace alegre es cantar y tocar la guitarra. Jaime: Lo que a mí me hace alegre es aprender a tocar el violín. Anne: En weet je waar ik blij van wordt als ik Los Parchis zie of hoor zingen. Kijk maar eens als je doorklikt. Wat vindt jij van het lied? 3. Anne: Het verhaal vertelt verder over wat Jaime doet en wie Don Mario is. Luister goed naar de vertelster. Juf: Todos los días Jaime caminaba dos horas hasta el pueblo. En el pueblo vivía Don Mario. 19

4. Juf: Don Mario era un anciano, un anciano coleccionista de antigüedades. Don Mario le prestaba su viejo violín a Jaime para que Jaime aprendiese a tocarlo.(vioolgeluid) 5. Juf: Cada día Jaime tenía muchas gannes de practicar el violín. Aunque había lluvia, frío o calor, Jaime quiso practicar. 6. Juf: Todas las tardes puntualmente Jaime se presentaba en el negocio de Don Mario a recibir feliz sus clases. 7. Anne: Weet jij hoe vioolmuziek klinkt. Als je even doorklikt kun je luisteren naar 2 muzikanten die wel lijken te praten met hun viool. Ze komen uit Hongarije en Finland. 8. Don: Hasta luego. Vamos a trabajar en el capítulo tres. Anne: We gaan nu terug naar het boek naar hoofdstuk 3. 20

Capítulo tres (Hoofdstuk 3) Don Toro descubre algo Opdracht / tarea 3.1a: Voorbereiding op dominospel - mrt. week 2, les 1 Don: Capítulo tres - Don Toro descubre algo (3.1) 1. Don: Tarea 3.1a 2. Don: El juego de dominó. Ana: Sí Don Toro. Lijkt me heel leuk om een dominospel te gaan doen. Maar wij gaan eerst iets leren over de uitspraak van Spaanse woorden. Dan kunnen we de Spaanse woorden op de dominokaartjes lezen. Don: Vale Ana, vamos a trabajar. Ana: Sí, vamos. 3. Ana: Ken je de drie vreemde Spaanse klanken nog uit hoofdstuk 1? Ik zie ook hoe je ze schrijft. Laten we ze nog beter bekijken. 4. Ana: Als ik in een woord de u-e lees spreek ik het dus uit als de ue-klank : frambuesa en puente. De g van agua spreek ik dus uit als de g zoals in het Engelse woord good. En de eerste c van het woord cinco spreken we uit als de c zoals in het Engelse woord thank you. Maar de tweede c spreken we uit als een k. Zouden er nog meer letters zijn die op verschillende manieren uitgesproken kunnen worden? We gaan op onderzoek uit. Wat denk jij? 5. Ana: Weet je nog hoe je ze uitspreekt? Let goed op hoe Don Toro ze opleest. Zeg hem maar na en let op de uitspraak van de letters. Don: lombricita - acurrucaditos - duermen los pollitos - se levantan - bajo sus dos alas - hasta el otro día Ana: Wel en is je iets opgevallen? Vertel het aan elkaar. Als je nog een keer wil luisteren, klik dan op de pijl terug. 6. Ana: En? Waren aan alle roodgemaakte letters jou ook al iets opgevallen bij de uitspraak? Luister nog een keer goed hoe je de bijzondere Spaanse letters uitspreekt: Juf: de Spaanse ce spreek je uit als th of als een ka 21

De Spaanse u-e spreek je uit als ue De dubbele el spreek je uit als j De Spaanse v spreek je uit als een b De Spaanse j spreek je uit als een g zoals in het woord geld De Spaanse u spreek je uit als een oe De Spaanse h wordt niet uitgesproken Tenslotte moet je goed opletten als er een accent op een letter staat. De letter met het accent spreek je duidelijk uit, dus í-a in het Spaanse woord día spreek je ook helemaal uit als i-a 7. Ana: Nog een paar woorden waar we goed op de uitspraak gaan letten. Zeg Don Toro opnieuw na. Don: día y noche - rey - feliz - gallina - Cataluña - el sombrero mágico Ana: En? Wat is je nu opgevallen? Vertel het aan elkaar. Als je wilt luister je nog een keer, klik dan op de pijl terug. 8. Ana: En? Is je ook aan alle roodgemaakte letters iets opgevallen bij de uitspraak? Het is af en toe wel opletten geblazen. De Griekse y wordt uitgesproken als ie als het en betekent en anders als j. Luister goed naar wat er nu gezegd wordt over de uitspraak van de Spaanse letters. Juf: De Spaanse y spreek je uit als ie wanneer het en betekent en anders als j De Spaanse c-h spreek je uit als tsj De Spaanse zet spreek je uit als een th, zoals in het Engelse thank you De Spaanse g spreek je soms uit als een g zoals in het engelse good en soms als een ch zoals de g in het woord geld De Spaanse n met een slingertje erop, spreek je uit als enje 9. Ana: Lees nu de volgende dominostenen hardop voor om alvast te ontdekken of je alle leesregels kent. Klik daarna verder om te luisteren hoe Don Toro ze uitspreekt. 10. Don: lombrecita - puente - la familia - arena - caminaba dos horas - frambuesa - hasta el otro día - tienen frío - sol - todos los días - rey - alta y baja Ana: En hoe goed heb jij het gedaan? En aan welke letter moet jij extra aandacht geven als je domino gaat spelen? 11. Don: Hasta luego, adiós. Ana: Als je wilt, kun je een onderzoekje starten over de uitspraak van bijvoorbeeld de letter g. De vraag in je onderzoekje kan dan zijn: Wanneer spreek je die letter uit als een g zoals in geld en wanneer als een g (good). Vraag aan je begeleider om uitleg over de manier waarop je zo n onderzoekje kunt doen en met welke vraag jij dat mag gaan doen. Je mag zelf kiezen of je zo n onderzoekje wil starten. Je kunt ook terug gaan naar het boek en het dominospel 3.1b gaat spelen. 22

Opdracht / tarea 3.2a: El Cocherito - april week 1, les 2 1. Don: Tarea 3.2a. 2. Don: Me encanta el ritmo de esta canción. Ana: Don Toro begint te trommelen op dit lied en ik te dansen. En jij? Don: Hola Ana, vamos a hacer música. Ana: Sí, vamos. 3. Ana: Klik verder en luister naar het lied van de koetsier en de mooi geklede dame. 4. Ana: Maak een groepje van minimaal 2 leerlingen en bedenk zelf welke gebaren je bij het lied wil maken. Je mag er ook muziek bij maken met een muziekinstrument. Elk groepje oefent een deel van het lied en samen vormen jullie het hele lied. Het lied kun je op verschillende manieren opdelen. Maak eerst de groepjes en verdeel dan het lied in net zoveel stukken als er groepjes zijn; in 2, 3, 4, 5 of 6 stukken. 5. Juf: Het eerste deel gaat over de koetsier, el cocherito. Die gisteravond, anoche, aan de mooie dame vroeg of ze in de koets wilde stappen, quería montar en coche, om een eindje te gaan rijden. Klik verder en je leest de tekst die erbij hoort. 6. Juf: Het tweede deel gaat over het antwoord dat de dame gaf aan de koetsier. Het is een duidelijk antwoord, con gran salero, met pit, want ze houdt niet van koetsen, no quiero coche, want die maken haar misselijk, que me mareo. 7. Juf: Het derde deel zingt de derde groep of zingen alle leerlingen samen. De naam María, el nombre de María, wordt gespeld. Die bestaat uit vijf letters, que cinco letras tiene: de em - de a - de er - de ie en de a, MARIA. 8. Ana: Als elk groepje genoeg geoefend heeft, gaan we het hele lied presenteren. Let erop dat elk couplet nog een keer herhaald wordt. Bedenk hoe je dat met alle groepjes samen wil presenteren. 9. Don: Haste luego, adiós. Ana: En heb je ook zo genoten van het lied? Ga nu terug naar het werkboek, naar paragraaf 3.2b. 23

Opdracht / tarea 3.2b: En dan is de beurt nu aan jou - april week 3, les 1 1. Don: Tarea 3.2b 2. Don: Mi nombre es Don Toro, que siete letras tiene. Ana: Y mi nombre es Ana, que tres letras tiene. Don: Hola Ana, vamos a hacer un rap de mi nombre. Ana: Vale, vamos 3. Ana: Ken je de getallen nog in het Spaans? Zeg ze hardop en klik om te luisteren of je het goed hebt gedaan. 4. Don: uno - dos - tres - cuatro - cinco Ana: Had jij ze goed? Nee? Klik dan op de pijl terug. Ja? Klik dan verder voor de volgende vijf cijfers. 5. Ana: Don Toro leest ze de eerste keer langzaam hardop voor. Don: seis - siete - ocho - nueve - diez Ana: Zeg Don Toro maar na. Don: seis -... - siete -... - ocho -... - nueve -. - diez -.. Ana: Ken je ze nu? Zeg ze hard op en klik verder om te horen of je het goed deed. 6. Don: seis - siete - ocho - nueve - diez Ana: Als je de cijfers goed kent klik je vier keer anders klik je een keer en oefen je nog een keer de cijfers allemaal. 7. Don: uno - dos - tres - cuatro - cinco - seis - siete - ocho - nueve - diez Ana: Klik verder en zeg Don eerst voor en daarna nog een keer na. 8. Ana: Een tot en met vijf is:... Don: uno - dos - tres - cuatro - cinco Ana: En jij nazeggen. 9. Ana: En nu jij weer zes tot en met tien:... Don: seis - siete - ocho - nueve - diez Ana: En jij weer nazeggen 10. Ana: Om mijn naam te kunnen spellen, ga ik het Spaanse alfabet leren. La a, la ene y otra a hace ANA. En jij, Don Toro? Don: La de, la o, la ene, la te, la o, la ere y otra o hace DON TORO Ana: Nu jullie. Ga oefenen met de letters van je eigen naam. En luister ook naar de andere leerlingen. Klik een keer door. 24

11. Ana: Als je je naam kunt spellen, kun je ook de rap maken met je eigen naam uit het lied El Cocherito. Ik luister eerst nog een keer naar het lied, dan schrijf ik in het werkboek mijn eigen rap waarna ik hem ga zingen voor jou. 12. Ana: Dit heb ik ervan gemaakt: (lied met klappen) Mi nombre es Ana que tres letras tiene la a, la ene y otra a hace: ANA En jij Don Toro? Hoe is jouw rap? 13. Don: [op trom/cajón]: Mi nombre es Don Toro que siete letras tiene la de, la o, la ene la te, la o, ere, o: DON TORO 14. Don: Has-ta lu-e-go [op trom/cajón rappend] Ana: Nu mag je terug naar je werkboek gaan en jouw lied rappen voor de andere leerlingen. Opdracht / tarea 3.3a: Cuento de hadas: El sombrero mágico - mei week 1, les 1 1. Don: Tarea 3.3a 2. Ana: Begrijpen jullie wat Don Toro ontdekt heeft? Don: Me gusta lo que hago y me siento feliz. Jaime: Me siento feliz también. Ana: Zowel Don Toro als Jaime houden van dat wat ze doen en voelen zich happy. Don van trommelen en Jaime van viool spelen. En jij? Houd jij ook van dat wat je doet; wat je getekend heb in je werkboek bij hoofdstuk 3.2? 3. Ana: We gaan nu ons voorbereiden op het vervolg van het sprookje. Juf: Ik ga jullie eerst de nieuwe woorden leren uit het verhaal. Jaime leerde bij Don Mario heel goed viool spelen, aprendió a tocar muy bien el violín. Don Mario is een oude man, un anciano, en Jaime een jonge man, un joven. Don Mario was erg gesteld geraakt op de jongen, se había encariñado con el joven. 4. Juf: Don Mario zegt over de viool dat die nu meer van Jaime is dan van hem. Alleen in jouw handen, en tus manos, komt de viool weer tot leven, cobra vida. Ik geef hem jou cadeau, te lo regalo. Don Mario geeft de viool dus aan Jaime als kado, Don Mario le regala a Jaime el violín. 25

5. Juf: Jaime was helemaal geëmotioneerd van het kado, era tanta la emoción que Jaime sentía. Hij was zo geëmotioneerd, dat de viool in zijn handen trilde, temblaba en sus manos. En Jaime kon geen woord uitbrengen, Jaime no pudo decir nada. De oude man Don Mario zei verder, el anciano continuó, dat hij alle moeite en inspanningen had gezien van Jaime, su esfuerzo y gran sacrificio, dat het kado een eenvoudige helpende hand was, humilde ayuda, van Don Mario. Zo hoopt hij dat Jaime zijn droom kan laten slagen, para que puedes lograr tu sueño. 6. Ana: Leg met mij de 6 plaatjes van deze dia nu voor je op tafel. Leg ze in de volgorde waarop Don Toro ze op leest. Don: las manos - aprendió a tocar muy bien el violín - se había encariñado - regalo - anciano y joven - cobra vida Ana: Klik maar om te kijken of je ze goed hebt gelegd. 7. Ana: Kijk welke goed liggen en welke niet. Probeer ze allemaal nog een keer hardop voor je zelf op te lezen. Zeg daarna Don Toro nog een keertje na. Don: las manos - - aprendió a tocar muy bien el violín - - se había encariñado - - regalo - - anciano y joven - - cobra vida - Ana: Klik verder. 8. Ana: Leg nu de andere zes plaatjes voor je neer op tafel. En leg ze op de juiste volgorde in de rij waarop Don Toro ze opleest. Don: lograr el sueño - el violín temblaba en sus manos - no pudo decir nada - la ayuda - era tanta la emoción - el esfuerzo Ana: Klik om te kijken of je de plaatjes goed hebt gelegd. 9. Ana: Kijk welke goed liggen en welke niet. Probeer ze allemaal nog een keer hardop voor je zelf op te lezen. Zeg daarna Don Toro nog een keertje na. Don: lograr el sueño - el violín temblaba en sus manos - no pudo decir nada - la ayuda - era tanta la emoción - el esfuerzo Ana: Ken je alle plaatjes? Oefen eerst alle plaatjes goed. Klik daarna weer verder. 10. Ana: Als je de plaatjes goed kent, ga je ze eerst verdelen over je eigen themakaarten. Dit zijn mijn themakaarten maar jij bepaalt zelf je eigen titels of thema s waar je de plaatjes bij 26

vindt horen. Om te oefenen met alle woorden tot nu toe kun je het bingospel spelen van hoofdstuk 1, 2 en 3 samen. Je kunt het vinden op de website van Juan y Rosa. Succes! 11. Ana: Als je alle plaatjes goed kent, gaan we luisteren met opdracht 3.3b hoe het sprookje El sombrero mágico verder gaat. Don: Hasta luego. Vamos a escuchar el cuento de hadas. Opdracht / tarea 3.3b: Cuento de hadas: El sombrero mágico - mei week 3, les 1 1. Don: Tarea 3.3b 2. Ana: Me siento muy feliz. Ik voel me heel vrolijk en blij met mijn dansschoentjes. Don Toro heeft ontdekt dat als je de dingen doet waar je blij van wordt, je er ook de mensen om je heen vrolijk mee maakt. Don: Jaime se siente feliz también. Aprendió a tocar muy bien el violín. Ana: Jaime voelt zich ook heel blij en gelukkig. Hij leert heel goed viool spelen van Don Mario. Laten we gauw gaan luisteren naar het vervolg van het verhaal over Jaime. 3. Juf: Dus.., Don Mario da clases a Jaime para que aprenda a tocar muy bien el violín. Jaime practica cada día. 4. Juf: Don Mario, quien se había encariñado mucho con el joven, un día le dijo a Jaime algo especial. 5. Juf: Don Mario dijo a Jaime: Este violín es más tuyo que mío ahora. Sólo en tus manos el violín cobra vida, te lo regalo. 6. Juf: Era tanta la emoción que Jaime sentía, que el violín temblaba en sus manos y Jaime no pudo decir nada. 7. Juf: El anciano continuó: He visto tu esfuerzo desde pequeño y tu gran sacrificio por lograr tu sueño. Esta es mi humilde ayuda para que puedas lograr tu sueño. 8. Don: Hasta luego. Vamos al capítulo cuatro. Ana: Sí, vamos. 27

28

(Hoofdstuk 4) Opdracht / tarea 4.1b: Concocer más a Don Toro - sept. week 4, les 1 Don: Capítulo cuatro - Don Toro está contento 1. Don: Tarea 4.1b 2. Juf: Conocer más a Don Toro. Don: Hola Ana. Aún me conoces? Ana: Sí, claro, te conozco aún. Don Toro vraagt of ik hem nog ken? Ja zeker ken ik hem nog. Klik verder met me mee om nog meer te weten te komen over Don Toro. 3. Ana: Su sueño es tocar la guitarra, quisiera ser guitarrista. Zijn droom is gitaar te spelen, hij zou graag gitarist willen worden. 4. Ana: Le gusta hacer música y puede hacer el ritmo en un tambor. Hij houdt van muziek maken en hij kan het ritme slaan op een trommel. Don: Sí muy bien, Ana. Ana: Vertel eens meer Don Toro, over waar je woont en wat je elke dag doet? 5. Don: Vale. Vivo en España. 6. Don: Vivo en Madrid. 7. Don: Vivo en un prado verde. 8. Don: Me gusta el prado si hace sol. 9. Don: Me gusta el prado si hace lluvia. 10. Don: El pájaro canta. 11. Don: Me gusta comer las flores y la hierba verde. 29

12. Don: Si hay un tronco, hago también música como el pájaro. Estoy muy contento. 13. Ana: Wel, Don Toro is zeer tevreden met zijn leven in een wei in Madrid. Hij houdt van de zon en van de regen. Dan zingen de vogels. Hij eet van de bloemen en van het groene gras en als hij een boomstam vindt, trommelt hij er een deuntje op met zijn poot. En jij? Teken net als ik in het werkboek de omgeving waar jij woont. Hoe ziet het eruit? Welke kleuren zie je om je heen? Wat doe je daar als je er bent? Teken dat er ook bij. 14. Ana: En dit is mijn tekening van mijn omgeving. Ik woon dicht bij een park en daar ben ik bijna elke dag te vinden. Het is er heel fijn. Soms speel ik samen met andere kinderen en soms alleen. Er is water en een brug. Én, ik kan er dansen op het gras, la hierba. Een aantal Spaanse woorden die ik al ken heb ik er bij geschreven. Doe jij dat ook in jouw tekening? Hasta luego! Opdracht / tarea 4.2a: Que llueva, que llueva - okt. week 1, les 1 1. Don: Tarea 4.2a 2. Don: (zingt) Que llueva, que llueva. Ana: Don Toro heeft al zin om het lied te zingen. Maar we gaan eerst de woorden leren. Don: Hola Ana. Vamos a aprender las palabras. Ana: Sí, vamos. 3. Ana: Dit zijn alle plaatjes. Liggen ze bij jou ook voor je op tafel? Laten we gaan kijken of we al een paar woorden herkennen. Wat denk jij? 4. Ana: Leg deze vier plaatjes ook voor je neer en vertel hardop de Spaanse woorden die erbij horen. Klik daarna verder om te kijken of je ze goed had. 5. Ana: En kende je ze nog? Juf: una virgen de plata y un cristo de oro lluvia los pollitos se levantan Ana: Nu gaan we een paar nieuwe plaatjes erbij leggen. 6. Ana: Don Toro, vertel jij hoe die nieuwe plaatjes in het Spaans zijn? Don: Vale Ana. la Virgen de la Cueva - llueve - los pajaritos - las nubes se levantan Ana: Laten we samen kijken of we de volgende plaatjes al kunnen verstaan. 30

7. Ana: Leg ze eerst voor je neer luister naar Don Toro en leg ze in de opgelezen volgorde. Don: las nubes - los pajaritos - llueve - un chaparrón - la Virgen de la Cueva - las nubes se levantan Ana: Klik of je de woorden hebt verstaan en de plaatjes in de juiste volgorde hebt gelegd. 8. Juf: Las nubes zijn dus de wolken; los pajaritos de vogeltjes. Llueve betekent het regent net als que llueva. Un chaparrón is een stortbui. La Virgen de la Cueva is een van de namen die ze in Spanje geven aan de heilige Maria. Tenslotte kennen we de betekenis van se levantan voor het opstaan van de kip en het kuiken. Als de wolken optrekken spreekt men in het Spaans ook van se levantan. 9. Ana: Leg nu de andere 6 plaatjes op de volgorde waarop Don Toro ze opleest. Don: el prado o la pradera - la flor - la estación los cristales la hierba primavera Ana: Wel wat lastiger vond ik deze 6 plaatjes. Ik hoop dat ik de woorden goed heb begrepen. Klik je ook verder? 10. Juf: La hierba is dus het gras en el prado de wei. La flor is de bloem; los cristales zijn de ruiten; la estación die had ik goed. Het lijkt ook op ons Nederlandse woord het station. La primavera is de lente. Hm, mooi woord la primavera. Als je de woorden nog even wilt oefenen klik dan drie keer terug en luister nog een keer goed naar Don Toro. 11. Ana: We gaan weer terug naar het werkboek naar hoofdstuk 4.2b Don: Hasta luego! Opdracht / tarea 4.2b: Que llueva, que llueva - okt. week 2, les 1 1. Don: Tarea 4.2b 2. Don: (zingt) Que llueva, que llueva. Me gusta hacer música. Ana: Vamos a cantar y bailar. Don Toro heeft weer zin om muziek te maken en ik heb zin om te zingen en te dansen op het nieuwe lied. 3. Ana: Klik hier op de YouTube van het lied. Als je het een paar keer hebt gehoord, snap je waarschijnlijk al een beetje waar het over gaat. Vertel daarover aan elkaar. Oefen zoveel mogelijk op deze dia het lied totdat je het zelf kent. Ga dan weer terug naar het werkboek. Als je doorklikt lees en hoor je over de vertaling van het lied. 31

4. Juf: De eerste regel van het lied lijkt wel een beetje op het ons bekende lied het regent, het regent, de pannetjes worden nat.. In het Spaans is het lied wel een beetje anders. Het woord que legt extra nadruk op de andere woorden in de zin. Je zou het in het Nederlands ook kunnen vertalen met wat een regen! In de tweede regel van het lied wordt de Heilige Maria aangeroepen. 5. Juf: Letterlijke vertaalt staat er de vogeltjes zingen en de wolken verdwijnen. 6. Juf: Hier wordt wel drie keer het woordje que gebruikt. Uitgedrukt wordt de onzekerheid of de wolken wel of niet verdwijnen en of er nog een plensbui gaat vallen. 7. Juf: Het kan ook de hele dag blijven regenen soms en dan zie je de hele dag geen vogel meer buiten. Is je dat wel eens opgevallen? 8. Juf: Maar erna bloeien de bloemen in de wei, lekker in de lentezon. 9. Juf: Nog een keer de regels of de wolken wel of niet verdwijnen en of er nog een plensbui valt. 10. Juf: Zo n plensbui die de ruiten breekt van het treinstation, zo hard klettert het dan. Kun je je dat voorstellen? [geluid van stortbui] 11. Ana: En dan gaan we nu terug naar het werkboek naar hoofdstuk 4.2b. Daar mag je zelf een presentatie bedenken van dit lied. Succes! Don: Hasta luego! Opdracht / tarea 4.3: El sombrero mágico - okt. week 4, les 2 (herhaling van hoofdstuk 1 tot en met 3) 1. Don: Tarea 4.3 El sombrero mágico, capítulo uno hasta tres. 2. Ana: Leg voor je op tafel alle plaatjes van het sprookje El Sombrero Mágico. Dan kun je doorklikken om het verhaal van hoofdstuk 1 tot en met 3 nog een keer te horen. Leg de plaatjes in de volgorde waarop je het sprookje hoort. 3. Ana: Weten jullie nog dat Don Toro droomt over gitaar spelen? En Jaime? Waar droomt hij over? Jaime is de jongen uit het sprookje. Heb je de plaatjes voor je liggen uit hoofdstuk 1.3a? Klik gauw verder en luister opnieuw naar het verhaal. 4. Juf: Esta es la historia de un sombrero mágico también es una historia de un padre (papá) y un hijo. El hijo se llama Jaime. 32

5. Jaime: Hola, soy Jaime. Juf: Jaime había nacido en un hogar muy pobre [gehuil]. 6. Juf: Sus padres eran campesinos y trabajaban mucho, día y noche sin descanso. Sin embargo, a veces no había comida. 7. Juf: Desde pequeño, Jaime quería ser músico y tocar el violín [vioolgeluid)]. Soñaba con tocar en grandes orquestas y ser famoso [applaus]. 8. Juf: Este sueño parecía imposible de alcanzar, pero Jaime no se daba por vencido. 9. Ana: Leg nu de plaatjes van hoofdstuk 2.3a voor je op tafel. Juf: Todos los días Jaime caminaba dos horas hasta el pueblo. En el pueblo vivía Don Mario. 10. Juf: Don Mario era un anciano, un anciano coleccionista de antigüedades. Don Mario le prestaba su viejo violín a Jaime para que Jaime aprendiese a tocarlo.(vioolgeluid) 11. Juf: Cada día Jaime tenía muchas ganas de practicar el violín. Aunque había lluvia, frío o calor, Jaime quiso practicar. 12. Juf: Todas las tardes puntualmente Jaime se presentaba en el negocio de Don Mario a recibir feliz las clases de él. 13. Ana: En leg tenslotte de plaatjes van hoofdstuk 3.3a voor je op tafel. Juf: Entonces, Don Mario da clases a Jaime para que aprenda a tocar muy bien el violín. Jaime practica cada día. 14. Juf: Don Mario, quien se había encariñado mucho con el joven, un día le dijo a Jaime algo especial. 15. Juf: Don Mario le dijo: Este violín es más tuyo que mío ahora. Sólo en tus manos el violín cobra vida, te lo regalo. 16. Juf: Era tanta la emoción que Jaime sentía, que el violín temblaba en sus manos y Jaime no pudo decir nada. 17. Juf: El anciano continuó: He visto tu esfuerzo desde pequeño y tu gran sacrificio por lograr tu sueño. Esta es mi humilde ayuda para que puedas lograr tu sueño. 33

18. Don: Vamos al capítulo cuatro, ahora. Ana: Sí, vamos. 34 Ana: Maar ik wil eerst even oefenen of ik al zinnen kan maken aan de hand van 2 of 3 plaatjes uit het sprookje. Hm, eens kijken. Ik leg alle plaatjes uit het sprookje voor me neer. Met welke plaatjes kan ik een Spaanse zin bedenken.. Ah, ik weet er één. Klik maar verder. 19. Ana: Los padres trabajaban día y noche sin descanso. En nu jij. Kun je ook al een zin in het Spaans maken met behulp van 2 of 3 plaatjes? Ga naar hoofdstuk 4.3 in het werkboek en werk samen aan de EXTRA opdracht. Opdracht / tarea 4.3a: El sombrero mágico - nov. week 1, les 1 1. Don: Tarea 4.3a 2. Don: Estoy muy contento en mi prado. Jaime: Y yo estoy muy contento con mi violín viejo. 3. Ana: Leg de 15 nieuwe plaatjes van hoofdstuk 4.3a voor je op tafel. Zou je al een plaatje kunnen benoemen, herken je een Spaans woord? 4. Juf: Die twee handen staan voor bedanken. Jaime bedankt Don Mario voor zijn mooie viool die hij heeft gekregen. Bedanken in het Spaans is agradecer. La calle is de straat in het dorp, el pueblo. Opeens krijgt Jaime een idee, una idea. Hij zou zijn ouders kunnen helpen, zijn hulp is su ayuda, door geld, monedas, te verdienen op straat. 5. Juf: Van zijn vader krijgt hij een hoed die hem misschien geluk, suerte, zal brengen. Het is een speciale hoed met een witte veer, pluma. Zijn vader houdt met heel zijn hart, corazón, van Jaime. De veer zit aan de linkerkant, izquierdo, van zijn hoed. El derecho is de rechterkant. 6. Juf: Jaime wil gaan viool spelen voor de mensen, la gente, in de straat. Zijn vader wordt ziek, se enfermó, en gaat dood, se murió. Dat is wel heel erg voor Jaime. Zijn vader zegt tegen hem dat hij er op de een of andere manier altijd voor Jaime zal zijn. Tenslotte leren we de kleuren: rojo verde blanco y negro. 7. Ana: Zo nu gaat Don Toro weer met jou en mij de woorden oefenen. Ik leg de volgende 7 plaatjes op de tafel en leg ze in de volgorde waarop Don Toro ze opleest. Don: la pluma la calle agradecer la idea suerte la ayuda monedas Ana: Klik jij ook verder om te kijken of jouw plaatjes goed liggen?