DE INVLOED VAN DIESELVOERTUIGEN OP DE LUCHTKWALITEIT Wouter Lefebvre, Marlies Vanhulsel, Stijn Janssen en vele collega s
INHOUDSTAFEL» Stikstofoxides (NO x )» Wat? Waarom? Waar?» Bronnen» Fijn stof» Algemeen» Dieselgate I» Dieselgate II» Wat? Waarom? Waar?» Samenstelling» Bronnen» Onverwachte verkeersinvloed» CO 2» Wat? Waarom?» Bronnen» Kunnen diesels hier helpen?» Enkele afsluitende opmerkingen 2
STIKSTOFOXIDES: WAT? WAAROM? WAAR?» Mengeling van verschillende stikstof-zuurstof verbindingen: vooral NO en NO 2. Samen NO x genoemd.» Vorming in verbrandingsmotoren (hoge temperaturen) uit N 2 en O 2 aanwezig in de lucht.» NO + O 3 NO 2 + O 2 (evenwichtsreactie; evenwicht afhankelijk van oa temperatuur en UV-straling)» Drie redenen om NO x te bekijken: 1. Rechtstreekse gezondheidseffecten:» Ontsteking en overgevoeligheid van de luchtwegen» Aantasting van de longcellen (acuut?) gevonden bij dierproeven» Extra ziekenhuisopnames voor astma en ademhalingsproblemen 2. Vorming van fijn stof (zie later) 3. Vermesting (samen met NH 3 ) en verzuring (samen met NH 3 en SO 2 )» Problemen voor de biodiversiteit» Twee Europees opgelegde limieten 1. Jaargemiddelde concentratie < 40 µg/m³ (USA: 100 µg/m³, WHO: 40 µg/m³) 2. Maximaal 18 uur met uurgemiddelde concentratie > 200 µg/m³ 3
STIKSTOFOXIDES: WAT? WAAROM? WAAR? Bron: atmosys.eu 4
STIKSTOFOXIDES: WAT? WAAROM? WAAR? µg/m³ 5 Bron: achterliggende data Hooyberghs and Lefebvre (2014)
STIKSTOFOXIDES: WAT? WAAROM? WAAR? Welk deel van de lokale verkeersemissies moet er verwijderd worden om de norm te halen in 2020? (Hoge emissie EURO6-diesels, geen street canyons) Bron: Hooyberghs et al. (2015) 6
Bron: VMM, 2014 NO X : BRONNEN» Emissies Vlaanderen (bron: VMM) land- en tuinbouw 8% -17% off-road 2% energie 6% -77% -30% handel & diensten 2% industrie 16% Landgebruiksveranderingen 0% Transport 61% Veranderingen tov 2000: -34% -30% wegverkeer 40% vliegtuigverkeer 4% huishoudens 5% -22% 7 zeevisserij 0% zeescheepvaart 14% -7% spoorverkeer 1% binnenvaart 2%
NO X : BRONNEN: DIESELGATE I Bron: Eigen doorrekeningen COPERT v4.10 (Real-World Emissions RWE) 1,71 x meer diesel PW dan benzine PW 2,15 x meer km per diesel PW tov benzine PW 4,54 x meer uitstoot per diesel PW tov benzine PW In totaal: factor 16,8 8
NO X : BRONNEN: DIESELGATE I Snelweg, 110 km/h, 1,4-2l personenwagens Bron: COPERT v4.10 RWE (g/km) 9
DIESELGATE: TWEE VERSCHILLENDE ZAKEN Noodzakelijk om onderscheid te maken tussen fraude en real world emissies» Fraude Volkswagen (Dieselgate II):» Softwarematige manipulatie van emissiewaarden tijdens testen in de US» Sjoemelsoftware is ook ingebouwd in wagens op de Europese markt (vermoedelijk Euro5)» Impact voor Vlaanderen (en EU) moet nog bepaald worden» Real world emissies (Dieselgate I):» Gevolg van niet-representatieve NEDC testcyclus» Oplossing: invoering van nieuwe testcyclus WLTP (Worldwide harmonized Light vehicle Test Procedure)» Moeizame discussie tussen EC, lidstaten en automobielindustrie» Zou pas ingevoerd worden vanaf 2017-2018 10
HOE GOED ZIJN DEZE INSCHATTING VAN DE REAL WORLD NOX EMISSIES? ATMOSYS: validatie op basis van VMM campagne langs E40 te Affligem bevestigt dat modellen (incl NO X correcties) werkelijkheid kunnen reproduceren. Bron: Lefebvre en Vranckx (2013) 11
NOG EVEN TERUG NAAR DE BRONNEN VAN NO X Maar: Dieselwagens: ook meer directe NO 2 dan andere sectoren en andere types vervoer NO + O 3 NO 2 + O 2 Meer NO 2 Meer ozon Bron: VMM, 2014 12
FIJN STOF: WAT? WAAROM? WAAR?» Fijn stof = Alle deeltjes, vloeibaar of vast, kleiner dan een bepaalde diameter, wat de bron of oorzaak ook is 13 Bron: US EPA
FIJN STOF: WAT? WAAROM? WAAR?» Allerlei vormingswegen:» Primair fijn stof: rechtstreeks uitgestoten» Secundair fijn stof: gevormd door chemische reacties uit andere polluenten» Vier Europees opgelegde limieten 1. Jaargemiddelde concentratie PM 10 < 40 µg/m³ (WHO: 20µg/m³) 2. Maximaal 35 dagen met uurgemiddelde concentratie > 50 µg/m³ (WHO: 3 dagen; USA: 3 dagen met limiet 150 µg/m³) 3. Jaargemiddelde concentratie PM 2.5 < 25 µg/m³ (WHO: 10 µg/m³, USA: 12 µg/m³) 4. Daling op gemiddelde van stedelijke achtergrondlocaties tot een bepaalde waarde, afhankelijk van de huidige waarde, tegen 2020: België: 15.2 µg/m³ 14
FIJN STOF: WAT? WAAROM? WAAR? Bron: atmosys.eu 15
FIJN STOF: WAT? WAAROM? WAAR? Bron: atmosys.eu 16
FIJN STOF: GEZONDHEID België #/100,000 inwoners/jaar. Bron: Global Burden of Disease Oorzaak Aantal doden Verloren gezonde levensjaren Verkeersongevallen 10,66 763,35 Passief roken 4,37 56,81 PM-luchtvervuiling buitenshuis PM-luchtvervuiling binnenshuis 50,07 728,94 0 0 Wereldwijd 17 Verkeersongevallen 19,48 1022,36 Passief roken 4,62 130,02 PM-luchtvervuiling buitenshuis PM-luchtvervuiling binnenshuis 40,83 972,42 40,38 1131,73
FIJN STOF: GEZONDHEID» Enkele doodsoorzaken die deels gelinkt kunnen worden aan luchtvervuiling:» Hartaanvallen» Longkankers» Chronische longaandoeningen» Beroertes» Infecties van de onderste luchtwegen 18
FIJN STOF: SAMENSTELLING Gemiddelde samenstelling fijn stof op achtergrond/stedelijke achtergrond-locaties in de verschillende chemkar campagnes Bron: eigen berekeningen op basis van VMM (2009; 2010; 2011; 2013; 2015) Secundair fijn stof Vooral aan fijn stof gebonden water Bodemstof Deels secundair fijn stof Organische verbindingen Roet 19
Bron: VMM, 2014 FIJN STOF: RECHTSTREEKSE BRONNEN» Emissies Vlaanderen (bron: VMM, 2014) PM 10 Veranderingen tov 2000: -5% -92% off-road energie 1% 1% 0% industrie 13% -13% land- en tuinbouw 26% Transport 15% handel & diensten 0% Landgebruiksveranderingen 0% wegverkeer 12% -43% spoorverkeer 1% vliegtuigverkeer 0% binnenvaart 0% huishoudens 44% 20 +74% zeescheepvaart 2% zeevisserij 0%
Bron: VMM, 2014 FIJN STOF: RECHTSTREEKSE BRONNEN» Emissies Vlaanderen (bron: VMM, 2014) PM 2,5-8% energie 1% off-road 1% industrie 14% -32% Veranderingen tov 2000: -3% land- en tuinbouw 9% handel & diensten 1% Landgebruiksveranderingen 0% vliegtuigverkeer 0% binnenvaart 0% spoorverkeer 0% zeescheepvaart 3% huishoudens 59% Transport 15% -52% wegverkeer 12% +74% zeevisserij 0% 21
FIJN STOF: BRONNEN 22 Bron: Lefebvre, 2014
FIJN STOF: BRONNEN Bron: Eigen doorrekeningen COPERT v4.10 1,71 x meer diesel PW dan benzine PW 2,15 x meer km per diesel PW tov benzine PW 3,84 x meer uitstoot per diesel PW tov benzine PW In totaal: factor 14,2 23
FIJN STOF: BRONNEN Snelweg, 110 km/h, 1,4-2l personenwagens Steeds groter belang: Niet-uitlaat (en resuspensie) Roetfilters werken! Bron: COPERT v4.10, RWE, g/km 24
FIJN STOF: BRONNEN Bron: Eigen berekeningen 25 op basis van VMM (2013; 2015)
Bron: VMM, 2014 CO 2 : WAT? WAAROM? BRONNEN?» Verbranding van fossiele brandstoffen» Belangrijkst antropogeen broeikasgas -12% energie 24% off-road 1% land- en tuinbouw 3% handel & diensten 6% +18% Veranderingen tov 2000: -2% Landgebruiksveranderingen 2% vliegtuigverkeer 2% industrie 27% Bron: VMM, 2014 +1% 26 huishoudens 16% Transport 21% -5% wegverkeer 18% +7% zeescheepvaart 1% spoorverkeer 0% zeevisserij 0% binnenvaart 0%
CO 2 : BRONNEN Bron: Eigen doorrekeningen COPERT v4.10, RWE 1,71 x meer diesel PW dan benzine PW 2,15 x meer km per diesel PW tov benzine PW 0,91 x meer uitstoot per diesel PW tov benzine PW In totaal: factor 3,3 27
CO 2 : KUNNEN DIESELS HIER HELPEN? Snelweg, 110 km/h, 1,4-2l personenwagens 28 Bron: COPERT v4.10, RWE, g/km
Bron:VITO-meting in opdracht van VAB, 2011
Bron:VITO-meting in opdracht van VAB, 2011
CO 2 : KUNNEN DIESELS HELPEN?» Maar verschillen relatief klein (15 tot 18%)» Daling in CO2/km veel groter in Japan dan in Europa» Koude motor: diesels niet beter dan benzine (korte ritten???)» Klimaateffect via EC bij diesels, amper bij benzine. Cames and Helmers, 2013 31
ANDERE BEMERKINGEN» Andere polluenten: soms voordelig voor diesels tov benzine (CO, benzeen), soms omgekeerd.» Bij vergelijking tussen sectoren: ook kijken naar nabijheid van de ademhaling.» Verkeer en huishoudens: lage, nabije bronnen» Industrie: hoge, minder nabije bronnen» Landbouw: lage, doch minder nabije bronnen» 32
REFERENTIES» Cames M. and Helmers E., Critical evaluation of the European diesel car boom global comparison, environmental effects and various national strategies, Env. Sc. Europe, 2013, 25:15» GBD, 2012. The Global Burden of Disease Study 2010, The Lancet, 380, 9859, 2053-2260.» Hooyberghs H., Lefebvre W., 2014. Luchtkwaliteitskaart Ultrafijn Stof Stad Antwerpen, 2014/RMA/R/180.» Hooyberghs H., Lefebvre W., Deutsch F., 2015. Evaluation of local and regional measures in order to improve the air quality in the framework of the Interreg IV-B JOAQUIN project, 2015/RMA/R/17.» Katsis P., Ntziachristos L., Mellios G., 2012, Description of new elements in COPERT 4 v10.0, Emissia SA Report, 12.RE.012.V1» Lefebvre W. and Vranckx S. (Eds.), 2013. Validation of the IFDM-model for use in urban applications, ATMOSYS-deliverable, 2013/RMA/R/56, http://atmosys.eu/atmosys/faces/doc/atmosys_deliverable_10_ifdm_model_validation.pdf.» Lefebvre W. (2014). De luchtkwaliteit in Beringen, 2014/RMA/R/152.» VMM (2009), Chemkar PM10: Chemische karakterisatie van fijn stof in Vlaanderen, 2006-2007» VMM (2010), Chemkar PM 10 hotspots : Chemische karakterisatie van fijn stof in Vlaanderen, 2008-2009» VMM (2011), Chemkar PM10, Chemische karakterisering van fijn stof in Vlaanderen - 2010» VMM (2013), Chemkar PM10, Chemische karakterisering van fijn stof in Vlaanderen, 2011-2012» VMM (2014), Lozingen in de lucht 2000-2013.» VMM (2015), Chemkar PM10 Stedencampagne 2, Chemische karakterisering van fijn stof in Mechelen, Leuven, Kortrijk, Hasselt en Aalst, 2013-2014 33