Ledenbrief Postactieven 2010-2



Vergelijkbare documenten
Bij deze opgave horen de informatiebronnen 4 tot en met 6.

Pensioenbijeenkomst Abvakabo FNV Het pensioen van nu en de toekomst in zicht November Welkom

Uw pensioen in onzekere tijden

Kwartaalbericht. 4e kwartaal 2014 Den Haag, 30 januari Samenvatting cijfers per 31 december 2014

Bij deze opgave horen de informatiebronnen 4 tot en met 6.

PENSIOEN 2.0 REGIOBIJEENKOMSTEN FEBRUARI EN MAART 2011

Vragen en antwoorden pensioenakkoord

Via deze brief krijgt u verdere (achtergrond)informatie over de huidige situatie en wat dit voor uw pensioen betekent.

De financiële situatie van Pensioenfonds UWV vanaf 31 augustus 2014

INFOSESSIES PENSIOENEN - 20, 22 en 26 november Infosessies PENSIOENEN en 26 november door Peter Boonen en Jan Lodewijks

Gelden de kortingen op het pensioen per en voor beide regelingen?

2e kwartaal 2016 Den Haag, juli 2016

Pensioenfonds Smurfit Kappa Nederland Nieuwsbrief

Extra nieuwsbrief. De positie van het pensioenfonds. Mei Waarom een extra nieuwsbrief?

Pensioennieuwsbrief AC Rijksvakbonden. Februari Ferry Pereboom Angelique Kansouh

Persbericht. Kwartaalbericht: vierde kwartaal 2011

3e kwartaal 2015 Den Haag, 19 oktober 2015

1e kwartaal 2016 Den Haag, 20 april 2016

Vragen & antwoorden over uw pensioen en de kredietcrisis

Aanpassing pensioenregeling een must. Presentatie: Marcel Brussee / voorzitter SPH Kees Lekkerkerker / directeur HRM

Dalende beurs maakt eind aan herstel pensioenfondsen

7. Bouw ik nu meer/minder op? Bij Coop Pensioenfonds bouwt u 1,64% op (2016). Bij BPFL gaat u 1,875% opbouwen (2016).*

1. Waarom moet het pensioenfonds ANWB extra maatregelen nemen?

WAT U ALS WERKNEMER WILT WETEN OVER DE ABP-PENSIOENREGELING

30 september /LJ/AH. FNV-beleid bij vaststellen van de pensioenpremie. FNV-beleid bij vaststellen van de pensioenpremie

Kwartaalbericht Pensioenfonds Vliegend Personeel KLM 1. Eerste kwartaal januari 2017 t/m 31 maart Samenvatting:

Dekkingsgraad 121,8% per 30 september 2012, toename van 9,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2012.

Nieuwsbrief. Herstelplan. In dit nummer. oktober Waar ging het ook alweer over?

Persbericht. ABP verlaagt pensioen in 2013 met 0,5% Ondanks goed rendement stijgt dekkingsgraad in 2012 onvoldoende

De toekomst van het Nederlandse pensioenstelsel Dick Sluimers Voorzitter Raad van Bestuur APG

RISICOBEREIDHEIDSONDERZOEK

Extra informatie pensioenverlaging

datum onze referentie uw referentie doorkiesnummer

Pensioenfonds B&S. Pensioenkrant Pensioen fonds B&S

Ontwikkelingen in 2012

De meest gestelde vragen over het pensioenakkoord van de Stichting van de Arbeid (StvdA).

ONDERWERP PRESENTATIE IS EEN STELSELWIJZIGING IN BELANG VAN U ALS DEELNEMER? GENOEMDE ONTWIKKELINGEN / PROBLEMEN OM ONS PENSIOEN STELSEL TE WIJZIGEN

Kwartaalbericht. 2e kwartaal 2015 Den Haag, 14 juli Samenvatting cijfers per 30 juni 2015

4e kwartaal 2015 Den Haag, 21 januari 2016

RBS pensioen update. Van premie tot pensioen

3e kwartaal 2016 Den Haag, oktober 2016

Nieuwe pensioenregeling vanaf 1 januari Jan Raaijmakers Aad van der Tak Michel Stok Voorzitter Manager Pensioenfonds Extern actuarieel adviseur

Pensioenregeling 2015 en nieuw FTK

2e kwartaal 2017 Den Haag, juli 2017

ABP: uw pensioen en mijn pensioen

Veel gestelde vragen kwartaalcijfers pensioenfondsen

Pensioenfonds Robeco. Populair Jaarverslag 2014

POPULAIR JAARVERSLAG 2013

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE. Datum Betreft Financiële positie pensioenfondsen

Informatiebijeenkomst Pensioenfonds KPN Pensioengerechtigden. Oktober 2013

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus EA DEN HAAG

Ons kenmerk Bijlage(n) Telefoon 1 (050)

Pensioen Nieuws. Wat komt er op ons af? #10 januari 14. Pensioenfonds

Wat is er aan de hand met uw pensioen?

ABP: uw pensioen en mijn pensioen

Facts & Figures uitwerking Pensioenakkoord

Uw pensioenbulletin juli We gaan met goed vertrouwen de onderhandelingen in. Beambtenfonds voor het Mijnbedrijf

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

4e kwartaal 2016 Den Haag, januari 2017

De fiscale aspecten van het pensioenakkoord: het is lastiger dan het lijkt. Workshop 9 mei 2012

De Ultimate Forward Rate Methodiek

Pensioen financiële aspecten

Pensioenuitspraak Donner mist inhoudelijk inzicht

1 Inleiding. Wanneer ga jij met pensioen Versie: Pagina: 3 van 7

Voorlichtingsbijeenkomsten pensioen

PENSIOENEN ONDER DRUK

Het managen van balansen, risico s, risicoprofielen waar u allen druk mee bezig bent, herken ik dus goed.

Update pensioenen INVISTA (Nederland) BV per 15 Oktober Stichting Pensioenfonds Invista

OMGAAN MET VERGRIJZING

Informatiesessie deelnemersonderzoek pensioen. 25, 26, 27, 28 februari en 1 maart 2019

Pensioencommunicatie start bij de werkgever

Pensioenen... Herstelplan 2017

Stichting CRH Pensioenfonds. 20 februari 2013 Utrecht-De Meern

WOORD VOORAF. Beste deelnemers,

De Dynamische Strategie Portefeuille DSP

Pensioeninformatiebijeenkomst over herstelplan 2009

1e kwartaal 2017 Den Haag, april 2017

Pensioenactualiteiten

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal april 2012 t/m ultimo juni Samenvatting:

Pensioen Maandag 4 juli Extern actuarieel adviseur

INFORMATIEBULLETIN PENSIOENAKKOORD

De doorsneepremie ZO DENKEN WIJ ER OVER. De doorsneepremie. De doorsneepremie

De resultaten van de deelnemersenquête DNB & DNB Pensioenfonds. mei, 2014

Facts & Figures uitwerking Pensioenakkoord

Uniform Pensioenoverzicht 2019 Stand per: 31 december 2018

Wanneer ga jij met pensioen?

OWASE Pensioenforum 26 juni juli 2013 OWASE. Welkom. bij

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Tweede kwartaal april 2016 t/m 30 juni 2016

Risico s rond pensioen

3e kwartaal 2017 Den Haag, oktober 2017

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM. Tweede kwartaal april 2012 t/m 30 juni Samenvatting: Lage rente drukt dekkingsgraad

Brief S.P.O.A. januari 2012 korting per 1 april 2012

Verkort Jaarverslag 2013

Het PWRI is er voor ons

Deelnemersbijeenkomst

Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016

Terugblik op Wie zijn wij? Margreet Verhoef. Rita van Ewijk. Fred Steenwinkel. Sinds 2010 bestuurslid

Samenvatting. Analyses. Kostendekkende premie

Transcriptie:

Ledenbrief Postactieven 2010-2 Utrecht, september 2010 Onrust onder de gepensioneerde leden Enkele jaren geen verhogingen meer en misschien pensioenverlaging. Bovendien is de koopkrachtdaling voor de postactieven fors ingezet en zal nog verder toenemen. Reden genoeg voor de redactie om dagelijks bestuurder Ton Rolvink te interviewen. Hij reageerde op een drietal prangende vragen. 1. Wat kunnen we van de AOb verwachten om de positie van de uitkeringsgerechtigden te verbeteren? Voornamelijk zijn de activiteiten bestuurlijk van aard. Binnen ACOP-verband (Algemene Centrale van Overheidspersoneel, die ook zitting heeft in het ABP-bestuur) en ook binnen de FNV worden voorstellen besproken richting politiek om problemen op te lossen. Door steun te zoeken bij andere bonden kan meer druk uitgeoefend worden. Opereer je alleen als AOb dan is je onderhandelingspositie te zwak. De FNV is nu bezig met vaststellen van de inkomensnota 2011. Daarin geven we aan te moeten werken aan positieverbetering. Het gaat daarbij om een totaalbenadering. Inzet is een totaal aantal maatregelen ten aanzien van bezuinigingen, waaronder ook ziektekosten, in breed verband naar voren te brengen. Speerpunt is koopkrachtbehoud voor gepensioneerde en uitkeringsgerechtigden. Een van die maatregelen zou kunnen zijn de AOW te koppelen aan de verdiende lonen in plaats van aan de cao-lonen, zoals in het akkoord van de Stichting van de Arbeid is opgenomen. Helaas werkt een behoorlijk nadelige omgevingsfactor tegen: in breder verband gezien denkt de (rechtse) politiek, maar ook vooraanstaande economen, dat de gepensioneerden het goed hebben. En dat het bij hen wel een onsje minder mag. Verder moeten wij als AOb binnen de FNV rekening houden met het hoge basissalaris van onze leden. En ook aan met de gemiddeld hoge pensioenen. Daar komen leden van veel andere FNV-bonden vaak niet aan toe. Zaak is in onderhandelingen scherp te letten op de belangen van onze leden. Daarbij steeds goed argumenteren en dat is moeilijk. Wel is het zo dat we als AOb van onze leden mogen vragen de sterkste schouders de zwaarste lasten te dragen, dat geldt overigens niet alleen voor de postactieve leden. Maar het moet wel in evenwicht zijn. Het beleid van het bestuur wordt overigens vastgesteld in de Algemene Vergadering van de AOb. Daarin zijn de postactieven kijkend naar de samenstelling van de leden van de AV - behoorlijk vertegenwoordigd. Staken kunnen de gepensioneerden niet. Voor het uitoefenen van macht zijn zij afhankelijk van de steun van de werkenden. Als die zich niet kunnen vinden in de problemen van de gepensioneerden krijg je een disbalans. Áls er acties uit voortkomen zijn dat vaak symbolische acties waar stoom wordt afgeblazen, en zo n actie wil ik niet op gang brengen, maar wel een die er toe doet. 2. In de media stellen twee vicevoorzitters van het ABP dat verlaging van de pensioenen dreigt, wat grote commotie zal veroorzaken. Wat zou het ABP-bestuur moeten doen om die dreigende pensioenverlaging te voorkomen en welke invloed kan de AOb daarop uitoefenen?

Het is verstandig van een pensioenfonds om te stellen dat onder de huidige regelgeving verlaging van pensioenen tot de mogelijkheden hoort. Er is een oplossing maar die moet politiek gedekt zijn. Juist die huidige regelgeving zorgt voor een groot probleem. Het ABP is nog nooit zo rijk geweest als op dit moment. Maar de rekenrente is momenteel dramatisch laag: 2,85%. Dat betekent dat je - na berekening - op een dekkingsgraad van 94,5 uitkomt. En dat is net boven de toegestane grenswaarde. Bij verdere daling van die rente zit je in de problemen. ABP, en ook de vakbonden hebben gezegd dat moet anders. In het kader van het sociaal akkoord, het STAR-akkoord, staat dat bij uitvoering we opnieuw met de minister van Sociale Zaken moeten praten hoe het nieuwe financiële toetsingskader er uit moet zien. Wij blijven stellen dat de regels gewijzigd moeten worden. De vraag is nu of we dit moeten laten vergezellen van een activiteit waarbij leden betrokken zijn. Als we werkelijk goede argumenten hebben zouden we daaraan kunnen denken. Politiek Den Haag wil vooralsnog niet onze argumenten onderschrijven. Een van de bekende problemen is dat we met z n allen langer blijven leven. Ook moet je afwegen wanneer pensioenverlaging in beeld zou komen. Daarover wordt binnen het ABP nagedacht hoe te handelen. Eind derde kwartaal worden veel zaken duidelijker. Doorrekenen van de gevolgen van de AOW-verhoging naar 66 en 67 jaar is nodig. In de sfeer van vermogen en van verplichtingen moet dat doorwerken. Dat kan meewerken aan de verbetering van de dekkingsgraad. Vervolgens hebben wij in de AV besloten dat er een koppeling van de AOW-leeftijd en de aanvullende pensioenleeftijd moet komen, wat ten voordele is van de gepensioneerden. Het hoofdbestuur gaat met dergelijke besluiten binnen allerlei organen hard aan het werk. De FNV en ook wij stellen dat in onze nota de rekenrente op basis van een meerjaren-gemiddelde wordt vastgesteld. Pensioenfondsen zijn langetermijnbeleg-gers. Waarom dan ook niet de rente op basis van lange termijn vaststellen? Ook binnen de OESO (Internationale Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling) wordt de vraag gesteld waarom wij deze renteberekening toepassen, terwijl dat verder in heel pensioenland niet plaatsvindt. Wij gebruiken het meest ongunstige systeem en dat moet anders. Helaas bepaalt de politiek deze structuur. En dat is bij velen onbekend. Het is de taak van het hoofdbestuur om te proberen hierop invloed uit te oefenen. Basis daarbij is de door het hoofdbestuur opgestelde pensioennota die in de AV is vastgesteld. Daarin is het probleem van de rekenrente uitgebreid weergegeven. 3. Ook de werkende leden worden getroffen door de situatie waarin het pensioenfonds verkeert en de koopkrachtdaling die bij de gepensioneerden door allerlei maatregelen al is ingezet. Wachten we nu tot de pensioenbom barst of gaan we met de AOb (in FNVverband) actie voeren? Zodra pensioenen gekort gaan worden treft dat ook werkenden in de pensioenopbouw. Er is een brede doorwerking maar de gepensioneerden merken het direct. Helaas letten de werkenden er niet veel op hoe hun pensioenaanspraken eruit zien. Dat zou anders moeten. Onder andere via internet verschaft het ABP (www.abp.nl) veel informatie, overigens ook voor gepensioneerden van groot belang. Publieksacties zijn nog niet in beeld. Dat moet vooral in FNV-verband besproken worden. De grote pensioenfondsen hebben al via grote advertenties duidelijk gemaakt hoe zij opereren. Tenslotte het volgende: de AOb werkt in zo breed mogelijk verband aan positieverbetering van de leden. En gaat daarbij uit van een totaalaanpak van de

problemen, van werkenden én gepensioneerden. Je kan niet bij een van de partijen de rekening presenteren. Nog even een paar gegevens die uit ABP bronnen afkomstig zijn: De omvang van pensioenen bestaat voor 11% uit premie die werkenden hebben ingelegd; voor 22% uit aandeel werkgevers; voor 67% uit beleggingsopbrengsten. Het rendement van beleggingen van afgelopen jaar van het ABP bedraagt 10% (!). Het vermogen van het ABP is nog nooit zo groot geweest als op dit moment. Een oplossing van de pensioenproblemen is niet uit te gaan van een steeds wisselende dagrente, maar een meerjarenrente te hanteren om de dekkingsgraad te bepalen. Vooralsnog wil de huidige regering (minister Donner) daar niets van weten. Wil Conradi, Henk Grönloh Starre boekhoudregels zorgen voor pensioenproblemen Duidelijk is dat een paar kleine pensioenfondsen in zwaar weer verkeren. Maar het beeld dat nu door minister Donner en De Nederlandsche Bank (DNB) wordt geschetst, neigt naar paniekzaaierij. Dat zegt FNV-vicevoorzitter Peter Gortzak. Korting van pensioenen is een uiterste middel, dat alleen nodig is als de pensioenfondsen door de DNB daartoe gedwongen worden, omdat met starre boekhoudregels de pensioenfondsen de das wordt omgedaan. Er zullen snel alternatieve rekenmethoden ontwikkeld moeten worden die een reëler beeld van de dekkingsgraad geven. Dan is het ook niet nodig om draconische ingrepen te doen, zoals korting van de pensioenen, terwijl de pensioenfondsen rijker zijn dan ooit. Daarnaast moet het pensioensysteem schokbestendiger worden gemaakt, om zulke situaties voor de toekomst te voorkomen. Henk Grönloh De dekkingsgraad van het ABP is een voorwerp van aanhoudende zorg of die steeds maar lage rente Hoe zit dat nu precies met die dekkingsgraad? Waarom is daar nu zoveel om te doen? Wat zegt de dekkingsgraad nu precies? Waarom wordt daar zoveel waarde aan gehecht? Per 31 juli 2010 was de dekkingsgraad van het ABP 98%. Dat is de verhouding tussen de waarde van het bezit van het ABP en de contante waarde van de verplichtingen van het ABP. Het bezit van het ABP is het totale bedrag aan belegde pensioenpremies. Door de crisis was dat gedaald, maar in de loop van de afgelopen tijd is dat bedrag weer hersteld. In de eerste helft van 2010 is dat bedrag van 208 miljard naar 218 miljard gestegen. Hoe komt het dan dat de dekkingsgraad nog steeds zo laag is? De belangrijkste reden daarvoor zit in de berekening van de contante waarde van de pensioenverplichtingen. Als je van een bedrag de contante waarde uit wil rekenen, dan moet je daarvoor een rentepercentage gebruiken. De keus van dat rentepercentage is cruciaal. Pensioenfondsen moeten volgens de huidige regels de dagrente gebruiken.

Iedereen weet dat die rente op dit moment erg laag is en sterk kan wisselen. In de meest simpele formulevorm weergegeven is de berekening als volgt: Bedrag (1+i)n In deze formule is i het rentepercentage. 2% is een percentage van 0,02, 4% is 0,04 enzovoort. De n staat voor het aantal periodes waarover contant gemaakt wordt. Gaat het om jaren dan is het bij 2 jaar 2, bij 10 jaar 10, enzovoort. Als er contant gemaakt wordt tegen 2% over een periode van 10 jaar dan deel je door 1,21899442. Doe je dat nu tegen 5% over 10 jaar dan deel je door 1,62889463. Dat je bij gebruik van 5% een lagere uitkomst krijgt dan bij 2% is duidelijk, want je deelt door een groter getal. Het probleem is nu de dagrente waartegen pensioenfondsen, dus ook het ABP, hun verplichtingen contant moeten maken. Het gaat immers over lang, heel lang lopende verplichtingen. Voor een nu 20-jarige, worden verplichtingen opgebouwd voor over 45 (47) jaar. Is dan de dagrente het juiste percentage? Blijft de rente zo laag? Veel deskundigen verwachten dat binnen 1 of 2 jaar de rente zal stijgen. Daarbij hoort o.a. Sweder van Wijnbergen, hoogleraar in Amsterdam en voormalig secretaris-generaal van het Ministerie van Economische Zaken. Ter illustratie van de gevolgen van een hogere rente voor een dekkingsgraad het volgende overzicht. In de tabel staat een rekenvoorbeeld. Hierbij wordt uitgegaan van een gemiddeld fonds met 150 aan verplichtingen en een looptijd van 15 jaar. Rente Beleggingen Contante waarde Dekkingsgraad verplichtingen 1% 100 129,2 77,4% 2% 100 111,5 89,7% 3% 100 96,3 103,8% 4% 100 83,3 120,0% 5% 100 72,2 138,5% 6% 100 62,6 159,7% De contante waarde van de verplichtingen is het bedrag dat je nu op een rekening moet zetten om over 15 jaar het benodigde bedrag te hebben. Dus als je bij 1% rente over 15 jaar 150 wilt hebben, dan moet je nu 129,2 vastzetten. Het gehanteerde rentepercentage beïnvloedt de uitkomst van de dekkingsgraad. Er wordt daarom op aangedrongen de te hanteren rentevoet te wijzigen en daar een langjarig gemiddelde van te maken. Het in de Volkskrant verschenen artikel van Dick

Sluimers, bestuursvoorzitter van het APG, komt ook tot de conclusie dat er een andere vaststelling van de te hanteren rentevoet moet komen. Ik hoop dat met dit stukje duidelijker is geworden hoe dat nu met de dekkingsgraad zit en wat de invloed van de rentevoet is op de dekkingsgraad. Aad van Wamelen Eindredactie ledenbrief Wil Conradi