Huisdieren Beoordelingsformulier Voor de presentatie het houden van dieren als beroep krijg je een beoordeling in de vorm van een cijfer. Het cijfer wordt gegeven aan de groep. Het is dus voor alle leden daarvan hetzelfde. Om het cijfer vast te stellen vullen alle toehoorders van een presentatie dit beoordelingsformulier in. Het eerste deel ervan beoordeelt de inhoud van de presentatie en het tweede deel de uitvoering. Tweederde van het cijfer wordt bepaald door het oordeel van de leraar, een derde door het oordeel van de klas. Het eerste deel van het formulier heeft zes kolommen. In de eerste staat welk onderdeel van de presentatie je beoordeelt. De tweede, derde, vierde en vijfde kolom geven omschrijvingen hoe goed dat onderdeel uitgevoerd kan worden. De bedoeling is dat je de omschrijving kiest die het best past bij de groep. Als het ene groepslid het dus beter of slechter doet dan de anderen, moet je een soort gemiddelde nemen. In de laatste kolom vul je je oordeel in. Past je oordeel het beste bij de tweede kolom, dan vul je een 0 in. Past het het beste bij de derde kolom een 1, bij de vierde kolom een 2 en bij de vijfde een 3. Nadat je alle beoordelingen hebt ingevuld, tel je je cijfers op tot de eindscore. Het tweede deel van het formulier heeft vijf kolommen. Dat werkt hetzelfde. Je gebruikt nu voor de tweede kolom een 0, voor de derde een 1 en voor de vierde een 2. Ook hier tel je op tot de eindscore. Aan het eind kan je nog extra commentaar schrijven. Het is heel belangrijk dit eerlijk, kritisch en precies te doen. Beperk je oordeel tot de presentatie. Laat wat je van iemand vindt niet meespelen. Geef niet steeds je algemene oordeel de presentatie, maar beoordeel ieder onderdeel afzonderlijk. Weeg zo goed mogelijk af welke omschrijving het beste past. Voel je anderszins vrij om je eigen oordeel te geven. Je oordeel is persoonlijk en van jou alleen. Er mag zakelijk gesproken worden, maar het mag je niet kwalijk worden genomen. Over een beoordeling valt altijd te discussiëren. Om als dat nodig is een gefundeerde discussie te kunnen voeren, nemen we de presentaties op. Om die reden vragen we ook om hieronder je naam te zetten. Beoordelaar:...
Zet hieronder de namen van de groepsleden en het onderwerp van de presentatie. Groep:.... Presentatie :....
Deel 1 Inhoud van de presentatie Wat is het orspronkelijke leefgebied en leefomstandigheden van het dier? Hoe het dier is aangepast aan zijn oorspronkelijke gebied? Welke (a)biotische factoren verschillen tussen de omgeving van het wilde dier en de omgeving van het huisdier? 0 1 2 3 score beeld van de omstandigheden waaronder het dier in de natuur leeft en die, waaronder het gekweekt kan worden. beeld van de voedselbehoefte van het dier in de natuur en in gevangenschap. beeld van hoe het dier zich in de natuur en in gevangenschap voortplant..
Wat is de relatie met de verandering van het dier bij domesticatieproces? Hoe verklaar het slagen van fokken? 0 1 2 3 score. beeld van de ziektes die het dier kan krijgen en hoe je met zijn gedrag rekening moet houden. Aspecten van het beroep van de fokker. van je verhaal beeld van vakopleiding, vakorganisaties en economische mogelijkheden.. Totaalscore voor inhoud
Deel 2 Vormgeving en uitvoering van de presentatie 0 1 2 score Opbouw van de presentatie Er is geen duidelijk begin of eind. Je hebt een begin en eind. Je hebt een duidelijk begin en eind. Aan het begin trek je de aandacht van je publiek. Aan het eind geef je je conclusies. Er zit geen lijn in je verhaal Wat je vertelt sluit niet altijd duidelijk aan op het voorgaande. Je houdt de lijn in je verhaal steeds duidelijk. Gebruik dia s Je hebt alleen dia s met informatie. Je hebt ook dia s die de lijn van je verhaal aangeven. Je dia s geven duidelijk de structuur van je voordracht weer. Je racet door de dia s heen en het lijkt of de volgorde niet klopt. Je laat het publiek rustig kijken. Het is wel eens onduidelijk wat je met een dia wilt zeggen. Iedere dia geeft de kern weer van de volgende stap in je verhaal. Vormgeving van de dia s Je hebt te veel informatie op één dia. Je indeling maakt het nog erger. Er is te veel tekst of de figuren zijn te ingewikkeld. De informatie op de dia s is beknopt en duidelijk. Het is slecht te zien wat op je dia s staat. Alles is goed te onderscheiden. Alles is goed te lezen en de dia s zijn snel te zien. Spreken en taalgebruik Je bent niet altijd te verstaan en je praat alsof je voorleest. Je bent goed te verstaan, maar soms lijkt het of je even moet denken voor je verder kan. Je praat goed verstaanbaar, varieert de toon.
Soms kom je niet uit met je zinnen. Je gebruikt woorden die niemand kent. Je vermijdt zoveel mogelijk moeilijke woorden en lange zinnen. Je zinnen zijn kort en moeilijke woorden leg je uit. Omgang met het publiek Je kijkt niet naar het publiek. Je kijkt naar een deel van het publiek. Je kijkt ook wel eens weg. Je lichaamstaal vertelt dat je niet op je gemak bent. 0 1 2 score Je lichaamstaal is niet hinderlijk, maar ondersteunt de voordracht niet. Je hebt contact met het publiek. Je bent vriendelijk en neemt het duidelijk serieus. Je lichaamstaal ondersteunt je voordracht, zonder af te leiden. Beantwoorden van vragen Je weet je geen raad met de vraag, dat blijkt uit wat je zegt en hoe je het zegt. Je antwoord voegt niets toe aan wat je al verteld hebt, maar je zegt het op een prettige manier. Je geeft nieuwe informatie op een manier die het publiek waardeert. Originaliteit en humor Iedereen had deze presentatie kunnen maken. Er komt geen glimlachje los. Er zijn originele details en af en toe is het leuk. Opzet en uitvoering zijn heel bijzonder. Het is voortdurend leuk en spannend. Totaalscore voor vormgeving en uitvoering
Opmerkingen Wat ik goed vind aan deze presentatie:.. Wat ik vind dat anders zou kunnen:.. Wat ik verder vind:....