Naam: Studentnummer: Projectbegeleider drachtgever: School: Datum: Plaats:

Vergelijkbare documenten
Het begrijpelijk communiceren van een gezondheidsrisico

Factsheet. Meet the Needs. Onderzoek naar de behoefte aan leefstijlaanbod van mensen met een lage SES in Maastricht

Zelfmanagement bij mensen met beperkte gezondheidsvaardigheden door verstandelijke beperkingen

Samenvatting voor niet-ingewijden

Vitale Vaten. Ineke Sterk projectleider Vitale Vaten 4 oktober 2011

Resultaten interviews met patiënten Vervolgens wordt een korte samenvatting gegeven van de belangrijkste resultaten uit de gelabelde interviews.

RAPPORTAGE WACHTKAMERINTERVIEWS

Betere zorg voor patiënten met beperkte gezondheidsvaardigheden

De patiënt als partner in de zorg: gaat dat echt lukken?

Resultaten Evaluatie Pilot Bloeddrukmeting Augustus 2015

Door Cliënten Bekeken voor Huisartsenpraktijken. Groepspraktijk Huizen

Het Inleveren van Goederen bij Kringloopbedrijf De Beurs: Gedragsdeterminantenonderzoek en Klanttevredenheidsonderzoek.

COVA 2. Naam: Sanne Terpstra. Studentennummer: Klas: 2B2. Lerares: L. te Hennepe

VirtueleThuiszorg = preventieve inzet Voor Diabetes Mellitus Type 2 en Gewichtsgerelateerd gezondheidsrisico

Werkt Guided Care in jouw huisartsenpraktijk? Resultaten van een pilot bij vijf Nederlandse huisartsenpraktijken. multi.

Interview A.J. Poot Huisarts 1. Wat is uw beroep? Ik ben een huisarts en een arts ouderen geneeskunde.

Het keukentafelgesprek

Zorg in Houten: ervaringen met de samenwerking in Medisch Centrum Dorp. ARGO BV juni Drs. B.P. te Velde Drs. E.Til

LEEFSTIJLCOACH LEEFSTIJLCOACH

Vroeg opsporen en voorkomen achteruitgang chronische nierschade

Take-home toets: Kwalitatief onderzoek

Nederlandse samenvatting

Positieve gezondheid en het gemeentegesprek

Introductie voor zorgverlener

Nederlandse samenvatting

HET VOORKÓMEN VAN HANDECZEEM

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Laaggeletterdheid in de zorg. José Keetelaar, projectleider laaggeletterdheid & gezondheidsvaardigheden

LEEFSTIJLCOACH LEEFSTIJLCOACH

Palliatieve zorg: Kwalitatief onderzoek

21 ste eeuw vaardigheden in democratisch basisonderwijs

Het PreventieConsult in de huisartsenpraktijk

Ervaringen met de zorg van de huisarts

Werkinstructies voor de CQI Huisartsenzorg Overdag

Samenvatting onderzoek Zorg en Gezondheid

Hoe doe je dat in de GGZ..communiceren met mensen met lage gezondheidsvaardigheden

Interventie zelfmanagement Turkse mannen met diabetes. Monica Overmars GVO functionaris GGD Hart voor Brabant

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation

Zelfmanagement en eigen regie bij borstkanker

Doorontwikkeling kiesbeter.nl Het verbeteren van de kwaliteitsinformatie voor patiënten en burgers

Rapportage Stichting Eerstelijnszorg Haaksbergen

Workshop Positieve gezondheid en geluk Co-productie institute for Positive Health (iph) en HKN huisartsen

Nederlandse samenvatting (Dutch Summary)

Medisch wetenschappelijke standaard voor Preventief Medisch onderzoek

Kernboodschappen Gezondheid Rijssen-Holten

Het voorkomen van geneesmiddel gerelateerde problemen bij oudere patiënten met polyfarmacie ontslagen uit het ziekenhuis

Thuis Onbezorgd Mobiel (TOM) samenvatting onderzoeksresultaten 1

How to present online information to older cancer patients N. Bol

Samenvatting De problematiek van gedetineerden met een lichte verstandelijke beperking in het gevangeniswezen

Deel ; Conclusie. Handleiding scripties

Wat een gezondheidsbehandeling met psychologie te maken heeft Een artikel over een onderzoek naar het uitvoeren van de 24-uurs urineverzameling

Hartrevalidatie Waarom hartrevalidatie De belangrijkste doelen van hartrevalidatie zijn:... 1

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 24 maart 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Docentonderzoek binnen de AOS Bijeenkomst 8 Feedbackformulier bij het onderzoeksinstrument

Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne. Onderzoek onder autochtone Nederlanders

SAMENVATTING. Samenvatting

Conclusies: leefstijlscore

Vitaliteitscan, op weg naar positieve gezondheid!

Individueel verslag Timo de Reus klas 4A

RAPPORTAGE WACHTKAMERINTERVIEWS

Nieuwsbrief gezonde leefstijl - 3 e kwartaal 2018

Zorg in eigen hand. Coachende vaardigheden bij laaggeletterde patiënten met een chronische aandoening. Marjan Mensinga Hester van Bommel

ADVIESNOTA. Hattem kiest met JOGG voor samenwerking aan een gezonde jeugd. Inleiding. Achtergrond Gezondheidsbevordering.

Resultaten vragenlijst ouders basisschool (4-12 jarigen) Nulmeting (T0) voorjaar 2017

RAPPORTAGE WACHTKAMERINTERVIEW

7 Testen. Consultatiebureau voor ouderen (deel II)

Lerende Netwerken 2018

Lifestyle coaching. Preventief uw leefstijl veranderen. - U staat er niet alleen voor. Waarom laten coachen? Wanneer laten coachen?

doordat er op dat moment geen leeftijdsgenootjes aanwezig zijn. Als ze iets mochten veranderen gaven ze aan dat de meeste kinderen iets aan de

EMGO Institute - Care and Prevention. Start van het project. Onderzoeksvraag. Wat is de effectiviteit en kosteneffectiviteit

ÉÉN MET HET VELD DE ERVARINGEN VAN KWETSBARE MENSEN MET KAPITAAL EN IN- EN UITSLUITING IN DE SPORT

Functionele omschrijving van de voedingsprofessional BeweegKuur

Van wens naar werkelijkheid. Dr. Ada ter Maten-Speksnijder, februari 2018

Mother and Father for the First time Greve, Denemarken

dit is Pieter Informatie en educatie via internet voor mensen met diabetes in Drenthe Vita

Ouderenmonitor Gezondheidsonderzoek 65-plussers regio Nijmegen. Gezondheidsonderzoek kinderen 0-12 jaar regio Nijmegen

Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne. Onderzoek onder allochtone Nederlanders

hoofdstuk 1 doelstellingen hoofdstuk 2 diagnosen

Samenvatting Losser. 2 van 5 Twentse Gezondheids Verkenning Losser. Versie 1, oktober 2013

Analyserapport van de patiënten vragenlijsten over de huisarts: Jellema

Hoe gezond zijn de inwoners van Zwolle? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen

Internetpanel Dienst Regelingen

CLONDINETEST FRANCISCUS GASTHUIS

De kunst van elkaar begrijpen

Health game. The game of life Teamopdracht nummer

Hoe gezond zijn de inwoners van Zwartewaterland? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen

webbased video interview in de Zorg

Wat vraag ik aan mijn zorgverlener?

Samenvatting onderzoek naar de rol van pedagogisch medewerkers op peuterspeelzalen in achterstandswijken

2.4 Als begrijpen extra aandacht vraagt 10

Hoe gezond zijn de inwoners van Zwolle? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen

TO MANAGE SELF-MANAGEMENT

Gedragsverandering bij patiënten met hartfalen. Patiëntenfolder die aanzet tot een gedragsverandering

Hoop doet leven, al is het maar voor even. Corine Nierop- van Baalen 1 juni 2015 Breda

De Schakel Bankrekening: NL92RABO AW Best AGB-code

Hoop doet leven, al is het maar voor even. Corine Nierop- van Baalen 15 april 2013 Amersfoort

Hoe gezond zijn de inwoners van Steenwijkerland? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen

Verzekeringen & erfelijkheid

Hoe gezond zijn de inwoners van Ommen? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen

Transcriptie:

Wat voor een factoren kunnen zorgprofessionals helpen bij het begeleiden en motiveren van mensen met een lage SES in de leeftijdscategorie 45-70 jaar bij het invullen van een online preventiecheck? Naam: Evelien Groeneveld Studentnummer: 314175 Projectbegeleider: Arjan van der Salm Opdrachtgever: Judith Waleczek, GGD Twente School: Saxion, afdeling AGZ, opleiding tot fysiotherapeut Datum: 11-06-2015 Plaats: Enschede

Inhoudsopgave Samenvatting... 3 1. Inleiding... 4 2. Methode... 5 3. Resultaten... 6 3.1 Demografische kenmerken... 6 3.2 In contact komen met mensen met een lage SES... 6 3.3 Manier van communiceren met mensen met een lage SES... 7 3.4 Motivatie van mensen met een lage SES... 9 3.5 Redenen voor het niet deelnemen aan een online preventiecheck... 11 3.6 Voorwaarden voor een preventiecheck voor mensen met een lage SES... 12 3.7 Hulpmiddelen voor zorgprofessionals.... 13 4. Discussie... 14 4.1 Validiteit... 14 4.2 Limitaties Literatuuronderzoek... 15 5. Aanbevelingen... 15 6. Conclusie... 16 Literatuurlijst... 17 Bijlagen... 19 Bijlage 1: het interview... 19 Bijlage 2: informed-consent... 21 Bijlage 3: citaten per thema... 22 Bijlage 4: format voor zorgprofessionals... 25 2

Samenvatting Inleiding: onlangs is De Persoonlijke Gezondheidscheck ontwikkeld. Doordat e-health een steeds grotere rol gaat spelen, wordt deze check online aangeboden. De online preventiecheck is wetenschappelijk onderbouwd en checkt of er een verhoogde kans is op een cardiometabole aandoening (1). Het is gebleken dat preventiechecks minder vaak worden ingevuld door mensen met een lage sociaal economische status, (lage SES) (2) (3) (4) (5). Mensen met een lage SES leven over het algemeen minder lang, hebben meer gezondheidsklachten en hun levensverwachting is lager dan bij mensen met een hoge SES (6). Omdat juist de groep mensen met een lage SES baat heeft bij een preventiecheck, is er dan ook extra begeleiding nodig zodat mensen met een lage SES de online preventiecheck gaan invullen. In opdracht van de GGD is daarom onderzocht wat voor een factoren zorgprofessionals kunnen helpen bij het begeleiden en motiveren van mensen met een lage SES bij het maken van een online preventiecheck. Methode: voor dit onderzoek is een literatuuronderzoek gedaan en daarnaast is een kwalitatief onderzoek afgenomen. Voor het literatuuronderzoek werd gezocht in: Pubmed, Sciencedirect en Google Scholar. Voor het kwalitatief onderzoek werden 11 respondenten geïnterviewd, deze interviews waren semigestructureerd opgebouwd. Doormiddel van thematiseren werden de resultaten geanalyseerd. Resultaten: Uit het literatuuronderzoek en het kwalitatief onderzoek is gebleken dat mensen met een lage SES het beste face to face uitgenodigd kunnen worden. Het is belangrijk dat de communicatie kort en bondig verloopt zonder moeilijke woorden te gebruiken. Mensen met een lage SES zullen gemotiveerd zijn als de voordelen inzichtelijk zijn, de gevolgen duidelijk zijn en de check gratis is in te vullen. Mensen met een lage SES zullen niet gemotiveerd zijn als ze onvoldoende medische kennis hebben, het belang van de check niet inzien of angst hebben voor de gevolgen. Om ervoor te zorgen dat mensen met een lage SES de online preventiecheck in kunnen en in willen vullen zijn een aantal voorwaarden opgesteld. Zo mag de check niet te lang duren, moet hij zonder computer in te vullen zijn en moet de uitslag duidelijk en begrijpelijk zijn. Discussie en conclusie: er zijn veel overeenkomsten tussen de informatie uit de gevonden literatuur en de resultaten van het kwalitatieve onderzoek. Uit dit onderzoek is gebleken dat bij de huidige online preventiecheck aan veel voorwaarden voor het goed invullen van de test niet kan worden voldaan. Daarom kan geconcludeerd worden dat deze check ongeschikt is voor mensen met een lage SES. Als de online preventiecheck verder ontwikkeld is en geschikt is gemaakt voor mensen met een lage SES. Dan kunnen de richtlijnen beschreven in de resultaten, gebruikt worden voor het motiveren en begeleiden van mensen met een lage SES. Aanbevelingen: Het wordt aanbevolen om te wachten tot de online preventiecheck verder ontwikkeld is zodat de check wel geschikt is voor mensen met een lage SES. 3

1. Inleiding 1.1 Aanleiding In de maatschappij neemt preventie binnen de zorg een steeds grotere rol in. Zo is er in 2014 een nieuw regeerakkoord gekomen: Goede zorg en goede gezondheid bereiken we samen, dit begint bij preventie en een gezonde levensstijl (7). Doordat e-health tegenwoordig een steeds belangrijkere rol gaat spelen, komen er op internet steeds meer preventieprogramma s en preventiechecks online. Veel van deze checks zijn echter niet wetenschappelijk onderbouwd. De organisaties: het Diabetesfonds, de Hartstichting, het Longfonds, de Nierstichting, de NHG, de LHV, de NVAB en GGD Nederland wilden graag een wetenschappelijk onderbouwde preventiecheck en daarom zijn ze gaan samenwerken. Om het zelfmanagement van de mensen in Nederland te vergroten hebben ze ervoor gekozen om deze preventiecheck, online aan te bieden. Op deze manier zouden mensen vanuit huis inzicht kunnen krijgen in hun huidige gezondheid. Aan de hand van deze punten, is De Persoonlijke Gezondheidscheck ontworpen. Deze check is voor risicogroepen in de leeftijd van 45-70 jaar met een verhoogde kans op een cardiometabole aandoening (1). Deze preventiecheck is dus wetenschappelijk onderbouwd, voldoet aan de huisartsenstandaarden en richt zich op cardiometabole aandoeningen, dit houdt in: hart en vaatziekten, diabetes mellitus en nieraandoeningen. Daarnaast moet de online preventiecheck een algemeen beeld van de gezondheid weergeven. Op 24 februari 2015 is deze preventiecheck officieel online gekomen. In de media kreeg de preventiecheck veel aandacht. De preventiecheck richt zich met name op: BMI, voeding en beweeggedrag. Aan het eind van de test wordt een uitslag gegeven over een eventueel verhoogd risico op hart en vaatziekten, diabetes mellitus of nieraandoeningen. Als hier een verhoogde kans op is, komt er een advies om naar de huisarts te gaan of een advies voor leefstijlverbetering. Er is geschat dat ongeveer 40% van de ondervraagden doorgestuurd zal worden naar de huisarts voor verder onderzoek (8). Daarnaast zal er nog een groep zijn die het advies krijgt om de huidige leefstijl te behouden. Als laatste zal er een groep mensen zijn die een advies krijgt over de manier waarop de leestijl verbeterd kan worden. Zo zouden mensen met overgewicht geadviseerd kunnen worden om naar een sportvereniging te gaan. Dit kan op den duur bijvoorbeeld hart en vaatziekte voorkomen, waardoor deze mensen niet in de 1 e lijn zorg terecht zullen komen. De initiatiefnemers van de preventiecheck hopen dan ook dat door deze check minder mensen in de 1 e lijn zorg terecht komen (8) (9). Uit onderzoek is gebleken dat preventiechecks minder vaak worden ingevuld door mensen met een lage sociaal economische status (lage SES) (2) (3) (4) (5). Daarnaast is gebleken dat mensen met een ongezonde leefstijl die bijvoorbeeld roken, geen groente en fruit eten en weinig bewegen, minder snel een preventiecheck in zullen vullen. Mensen met een lage SES hebben in veel gevallen een ongezondere levensstijl en dus een groter risico op cardiometabole aandoeningen (3). Preventie is dus essentieel voor deze groep, want door een preventiecheck zal beter inzichtelijk worden wat de gezondheidsrisico s voor deze mensen zijn. Daarnaast zullen mensen met een lage SES zich bewust worden van hun eigen gezondheid. Zorgprofessionals zoals huisartsen of fysiotherapeuten kunnen mensen, door de uitslag van de preventiecheck, op een betere manier behandelen, eerder behandelen of op een juiste manier doorverwijzen. Op deze manier kan op de zorgkosten worden bespaard en gaat hopelijk de kwaliteit van zorg omhoog (10). De online preventiecheck is hiervoor een geschikt middel, maar de vraag hierbij is of deze ook geschikt is voor mensen met een lage SES. 1.2 Probleemstelling Het blijkt dat gemiddeld genomen mensen met een lage SES ongezonder leven, meer gezondheidsklachten hebben en hun levensverwachting lager is dan bij mensen met een hoge SES (6). GGD Twente zet zich in om deze gezondheidsverschillen te verkleinen; daarom is het van belang dat er extra aandacht komt voor mensen met een lage SES. Volgens het NIPED is de online preventiecheck in te vullen voor alle burgers in Nederland, zelfs voor mensen met een lage SES (1). Uit onderzoek is echter gebleken dat mensen met een lage SES minder vaak deelnemen aan dit soort initiatieven (2) (3) (4) (5). Om er dus voor te zorgen dat mensen met een lage SES wel een preventiecheck gaan invullen is er een andere aanpak nodig. GGD Twente wil daarom graag weten wat ervoor nodig is zodat deze groep de preventiecheck gaat invullen. Zorgprofessionals zouden hierbij kunnen helpen, omdat zij al in contact staan met deze doelgroep en ze de gezondheidsrisico s inzichtelijk hebben. In dit onderzoek zal worden onderzocht wat voor een 4

factoren er nodig zijn voor de zorgprofessionals om mensen met een lage SES te motiveren en te begeleiden bij het maken van een online preventiecheck. De onderzoeksvraag is daarom als volgt: wat voor een factoren kunnen zorgprofessionals helpen bij het begeleiden en motiveren van mensen met een lage SES in de leeftijdscategorie 45-70 jaar bij het invullen van een online preventiecheck? Deze vraag zal worden beantwoord door middel van een literatuuronderzoek en een kwalitatief onderzoek. 2. Methode Dit onderzoek is in opdracht van GGD Twente gedaan. Om een antwoord te kunnen geven op de hoofdvraag is er informatie gewonnen door middel van een literatuuronderzoek en een kwalitatief onderzoek die hieronder verder zullen worden toegelicht. In de resultaten zijn het literatuuronderzoek en het kwalitatief onderzoek naast elkaar gelegd en in de discussie zijn deze twee methodes met elkaar vergeleken. De onderwerpen die in dit onderzoek aan bod zijn gekomen, zijn bepaald aan de hand van gevonden literatuur. De onderwerpen zijn: o In contact komen met mensen met een lage SES o Manier van communiceren met mensen met een lage SES o Motivatie van mensen met een lage SES o Redenen voor het niet deelnemen aan een online preventiecheck o Voorwaarden voor een preventiecheck voor mensen met een lage SES o Hulpmiddelen voor zorgprofessionals 2.1 Literatuuronderzoek Voor het literatuuronderzoek werden verschillende wetenschappelijke artikelen geanalyseerd om een antwoord te kunnen geven op de hoofdvraag. Er is gezocht in verschillende databases, namelijk: Pubmed, Sciencedirect en Google Scholar. De zoekstrategieën werden als volgt geformuleerd: o ('low ses' OR 'low socioeconomic status') AND ('health check' OR 'prevention check') AND motivation OR invitation o ('low ses' OR 'low socioeconomic status') AND (Shared decision making) Daarnaast werden er ook artikelen gezocht aan de hand van de referentielijst van relevante artikelen. In- en exclusiecriteria Gezien de online preventiecheck pas net online was gekomen, werden er weinig artikelen gevonden over dit specifiek instrument. Daarom werden er ook artikelen gebruikt die gingen over algemene preventiechecks, die niet allemaal online ingevuld moesten worden. 2.2 Kwalitatief onderzoek Voor het kwalitatief onderzoek werd er net zo lang doorgegaan met het afnemen van interviews totdat er geen nieuwe informatie meer naar voren kwam (saturatie). Hiervoor werden 11 respondenten geïnterviewd. De interviews waren opgebouwd aan de hand van de gevonden literatuur, ze werden semigestructureerd afgenomen en ze behandelden de onderwerpen besproken in het begin van de methode. Het bijbehorende interviewschema is te vinden in bijlage 1. De interviews werden opgenomen met een audiotape en werden hierna letterlijk getranscribeerd. De respondenten werden geworven via mailcontact of telefonisch contact waarna de interviews op hun werklocaties werden uitgevoerd. Voorafgaand aan het interview werd een informed consent ingevuld door de respondenten, dat te vinden is in bijlage 2. Het analyseren van de interviews werd gedaan door middel van thematiseren op basis van de onderwerpen besproken in het begin van de methode, waarnaar aan de hand van deze thema s ook de resultaten in hoofdstuk 3 werden opgebouwd. In- en exclusiecriteria De respondenten die werden geworven voor dit onderzoek waren allemaal werkzaam in gemeentes binnen Twente. Er was gekozen om verschillende zorgprofessionals te werven voor dit onderzoek, namelijk: praktijkondersteuners van de huisarts, wijkverpleegkundigen en medewerkers van welzijnswerk ouderen. Deze specialismen vormden de doelgroep, omdat zij een signalerende functie 5

hebben op het gebied van leefstijl en gezondheid. Daarnaast werken zij dagelijks met mensen met een lage SES. Zij kennen de doelgroep dus erg goed. Naast zorgprofessionals is er bewust voor gekozen om ook medewerkers van welzijnswerk ouderen te interviewen voor dit onderzoek. In tegenstelling tot de zorgprofessionals zien deze medewerkers namelijk specifiek mensen die (meestal) nog geen gezondheidsproblemen hebben. Zo wordt vanuit verschillende invalshoeken informatie verzameld over de werkervaring met mensen met een lage SES. Een voorwaarde voor de deelnemers om deel te nemen aan de interviews was het hebben van werkervaring met mensen met een lage SES. Echter was het niet nodig dat de zorgprofessionals al werkervaring hadden met de online preventiecheck, de online preventiecheck was namelijk pas net online op het moment van het uitvoeren van dit onderzoek. Voorafgaand aan de interviews was gevraagd aan de respondenten om de online preventiecheck zelf in te vullen om op deze manier alvast een beeld te kunnen vormen over dit onderwerp. Er waren een aantal respondenten die de preventiecheck om verschillende redenen nog niet hadden ingevuld. Daarom was achteraf gevraagd aan deze mensen om deze alsnog in te vullen en hun mening hierover via de mail te sturen. Deze informatie was meegenomen tijdens het analyseren van de resultaten. De interviews waren opgebouwd aan de hand van de gevonden literatuur. Daarnaast kon de uitkomst van de interviews ervoor zorgen dat er verdiepende literatuur gevonden moest worden. Deze methodes vulden elkaar dus aan. 3. Resultaten In dit hoofdstuk zullen de resultaten worden beschreven. Als eerste zullen de demografische kenmerken van de respondenten worden weergegeven en worden verduidelijkt met een tabel. Hierna zullen per onderwerp de gevonden resultaten worden geanalyseerd. Dit gebeurt aan de hand van de resultaten uit het literatuuronderzoek en het kwalitatief onderzoek. Deze resultaten worden onderbouwd aan de hand van citaten van de respondenten en worden weergegeven in een tabel. In bijlage 3 is een overzichtelijke tabel te vinden van alle citaten. 3.1 Demografische kenmerken Het aantal respondenten lag op N:11. Er zijn vijf wijkverpleegkundigen gevraagd van Carint Reggeland. Hiernaast zijn vier medewerkers van welzijnswerk ouderen gevraagd en er werden twee praktijkondersteuners van de huisarts gevraagd. Op het moment van het onderzoek waren de respondenten werkzaam in de gemeentes Borne, Oldenzaal, Losser en Hengelo. Alle respondenten zijn vrouwen. De gemiddelde leeftijd is 44 jaar en het gemiddelde aantal jaren werkervaring is 21. In onderstaande tabel is de informatie te vinden over de respondenten. Tabel: demografische kenmerken Geslacht Leeftijd in jaren Werkervaring in jaren Functie Vrouw 31 12 Verpleegkundige niveau 4 Vrouw 46 23 Verpleegkundige niveau 4 Vrouw 25 3 Verpleegkundige niveau 5 Vrouw 34 12 Verpleegkundige niveau 5 Vrouw 49 25 Verpleegkundige niveau 5 Vrouw 46 1 Praktijkondersteuner van de huisarts Vrouw 54 36 Praktijkondersteuner van de huisarts Vrouw 57 40 Sociaal werker ouderen Vrouw 38 19 Sociaal werker ouderen Vrouw 62 25 Ouderenwerker in de wijk Vrouw 46 12 Ouderenadviseur, consulent 3.2 In contact komen met mensen met een lage SES Om mensen met een lage SES te kunnen motiveren tot het maken van een online preventiecheck is het van belang dat zorgprofessionals in contact komen met deze doelgroep. Hoe zorgprofessionals het beste in contact kunnen komen met mensen met een lage SES zal hieronder door middel van gevonden literatuur en een kwalitatief onderzoek duidelijk worden. 6

Literatuur: Om goed contact te krijgen met mensen met een lage SES moeten zorgprofessionals volgens de literatuur een goede vertrouwensband hebben met hun patiënten (11). In het onderzoek van I. Groenenberg werd gekeken wat redenen waren om niet deel te nemen aan twee verschillende preventiechecks over het risico van cardiometabole aandoeningen. Hierbij werden 21 focus groepen genomen met een niet-westerse achtergrond en daarnaast werd er ook een focusgroep genomen met mensen met een lage SES en een groep van zorgprofessionals. In het onderzoek is gebleken dat de deelname werd vergroot als ze face to face werden uitgenodigd. Dit zou beter werken dan via een mail of brief. De reden hiervoor zou zijn dat mensen dan meteen praktische hulp kunnen krijgen dan wanneer ze worden uitgenodigd door bijvoorbeeld een brief (12). In een onderzoek van T. Karwalajtys werd gekeken met wat voor communicatiemiddel de meeste respondenten geworven werden voor een preventiecheck. Het ging hierbij niet specifiek om mensen met een lage SES. 119 patiënten werden uitgenodigd via de mail en 116 patiënten werden uitgenodigd via de telefoon. Bij de groep die via de telefoon werd uitgenodigd nam 72.3% deel. Daarentegen nam maar 44% van de patiënten die een mail had ontvangen deel (13). Hiernaast is in een onderzoek van U. Walter gekeken naar kosteneffectiviteit en efficiëntie omtrent preventiechecks in Duitsland. Hierbij werd onder andere gekeken of het sturen van een herinneringsuitnodiging de deelname aan een preventiecheck zou vergroten. Het is gebleken dat het sturen van een herinneringsuitnodiging een positieve invloed heeft op de deelname bij alle bevolkingsgroepen, met name een persoonlijke herinneringsuitnodiging zorgde voor de grootste deelname (14).Samenvattend kan worden gezegd dat het hebben van een vertrouwensband essentieel is om mensen met een lage SES uit te nodigen. Face to face uitnodigen blijkt de beste manier te zijn, omdat je mensen dan meteen praktische hulp kunt bieden. Als persoonlijk uitnodigen niet mogelijk is, dan is uitnodigen via de telefoon ook een optie. Het versturen van een herinneringsuitnodiging heeft daarnaast een positieve invloed op het deelnemersaantal. Kwalitatief onderzoek Uit de interviews is gebleken dat alle respondenten face to face contact de beste manier vonden om mensen uit te nodigen. Verschillende respondenten noemden als reden dat ze het doel uit konden leggen en eventuele vragen gelijk konden beantwoorden (citaat tabel1). De praktijkondersteuners van de huisarts kozen voor telefoneren als beste optie om mensen uit te nodigen omdat zij in hun werkzaamheden niet over de mogelijkheid beschikken om mensen persoonlijk uit te nodigen. Tabel 1. Citaten: In contact komen met mensen met een lage SES Onderwerp Beschrijving Citaat face to face 1 op 1 benaderen. Het doel meteen uitleggen en vragen beantwoorden. Ik denk toch 1 op 1 benaderen bij deze mensen(..)deze mensen lopen met iets en zullen niet zo snel aan de bel trekken. Dus ik denk dat wij als thuiszorgmedewerker ernaar toe gaat, dat je daar veel bereikt als je ze 1 op 1 benadert. 3.3 Manier van communiceren met mensen met een lage SES De manier van communiceren is erg belangrijk als het aankomt op het motiveren van mensen. De vraag hierbij is: op wat voor manier moet er worden gecommuniceerd met mensen met een lage SES? In onderstaand hoofdstuk zal aan de hand van de gevonden literatuur en de resultaten van het kwalitatief onderzoek duidelijk worden op wat voor manier zorgprofessionals het best kunnen communiceren met mensen met een lage SES. Literatuur: S. Willems heeft onderzoek gedaan naar de manier van communicatie tijdens het spreekuur, tussen arts en patiënten met een lage SES. In haar onderzoek werden hiervoor twaalf artikelen geanalyseerd, waaruit geconcludeerd kon worden dat patiënten met een lage SES minder sociaal emotionele informatie ontvangen van de arts. Hiermee wordt bedoeld dat de arts minder betrokkenheid en begrip toont. Patiënten met een lage SES ontvangen van hen meer directe informatie waar ze weinig invloed op uit kunnen oefenen. Daarnaast is de manier van communicatie vanuit de artsen gebaseerd op de manier van communicatie vanuit de patiënt. Patiënten vanuit een hoog sociale klasse communiceren veelal actiever en tonen meer betrokkenheid. Patiënten met een lage SES worden vaak benadeeld, omdat de arts denkt dat ze geen behoefte hebben aan informatie 7

of dat ze niet actief willen participeren in het zorgproces (15). Daarnaast blijkt dat goede communicatieve vaardigheden vanuit de arts en het actief betrekken van de patiënt een positieve invloed hebben op mensen met een lage SES waardoor ze zich meer betrokken voelen (16). In een onderzoek van M.K. Young werd gekeken of individuele coaching een positieve invloed heeft op het zelfvertrouwen en de communicatieve vaardigheden van patiënten tegenover de arts. Het onderzoek werd uitgevoerd bij 384 Indonesische vrouwen, waaronder ook mensen met een lage SES. Er is gebleken dat wanneer patiënten meer betrokken zijn en meer vragen stellen, ze beter advies ontvangen van de arts. Mensen met een lage SES vinden het moeilijk om vragen te stellen, omdat ze over minder medische kennis beschikken. Er is gebleken dat na individuele coaching, patiënten meer hun bezorgdheid uitspreken en meer vragen durven te stellen. Daarnaast is gebleken dat de deelname van patiënten groter is bij een kleinere afstand in sociaal economische status tussen patiënt en arts (17). Samenvattend kan gezegd worden dat het dus essentieel is dat de zorgprofessional zorgt voor voldoende informatieverstrekking op het niveau van de patiënt. Daarnaast kan individuele coaching zorgen voor meer assertiviteit van de lage SES patiënt, zodat zij meer vragen durven te stellen tijdens het zorgproces. Kwalitatief onderzoek Tijdens de interviews is gevraagd aan de respondenten wat hun ervaringen zijn met het werken met mensen met een lage SES. Er zijn veel respondenten die de doelgroep mensen met een lage SES een leuke doelgroep vinden om mee te werken; veel respondenten zien het werken met deze groep als een uitdaging. Hierbij is het belangrijk dat, om op een juiste manier te communiceren, er een vertrouwensband wordt opgebouwd. Dit kan bijvoorbeeld door in te spelen op interesses van de patiënt (citaat tabel: 1.1). Daarentegen zijn er ook deelnemers die patiënten met een lage SES als een moeilijke doelgroep bestempelen (citaat tabel 2: 1.2). De manier van communiceren is van groot belang als het gaat om het motiveren van mensen met een lage SES. Dit kan op vele manieren en kwam ook naar voren uit de interviews. Er werd vaak gezegd dat de manier van communiceren verschilt per persoon. Zo noemt een van de respondenten: Ik denk dat bijna geen contact hetzelfde is. Ik denk als je het in algemene termen zou zeggen dat bij een lage SES zeg maar( ) dat de klik wel heel belangrijk is. In veel interviews kwam naar voren dat mensen met een lage SES duidelijkheid nodig hebben; dat er op het niveau van de patiënt gepraat moet worden: dus geen moeilijke woorden gebruiken, het simpel houden en kort en bondig dingen vertellen (citaat tabel 2: 2.1 en citaat tabel 2: 2.2). Veel respondenten vinden het belangrijk dat er wordt aangesloten op de belevingswereld van de patiënt. Het taalgebruik wordt hierbij aangepast door geen moeilijke woorden te gebruiken en er moet interesse worden getoond. Op die manier kan er een vertrouwensband ontstaan (citaat tabel2: 3.1). Tabel 2: citaten: Manier van communiceren met mensen met een lage SES Onderwerp Beschrijving Citaat 1.Ervaring met de doelgroep 1.Leuk een uitdaging Ik vind het wel leuk ook als je die openingen moet gaan zoeken, dat het niet, hop zo is het en klaar en zo gaan we verder. Dat je even wat moeite moet doen van hoe kom je naast die cliënt te staan en hoe kun je dan samen verder. En dan krijg je vaak wel de 2.Taalgebruik 2.Moeilijk, je voelt de spanning 1. Op een ander manier vertellen, duidelijk zijn, verschilt per persoon leukste resultaten! Je merkt toch ook wel dat ze, als je hè als je bij hen op bezoek komt, dat ze dan toch ook wel op de een of andere manier een spanning voelen. Wat moet je ermee?! Wat terughoudend zijn. Kat uit de boom kijken. Dus dat is een beetje mijn ervaring met deze mensen Met de ene is het makkelijker om te gaan dan met de andere en als je maar heel erg duidelijk bent en als je maar ja de dingen ook duidelijk vertelt. Je verteld het soms op een andere manier. Afspraken schrijf je misschien wat duidelijker of controleer je misschien wat meer dus dat ligt eraan. 8

3.Interesse 2. makkelijker benaderen, recht door zee, simpel houden, korte zinnen 1. Beginnen met interessegesprek om een klik te krijgen Het zijn toch mensen die je dan op een andere manier moet benaderen. Communicatief al, dat je ze toch wat makkelijker hè. Soms ook wel wat dingen gewoon recht door zee moet vertellen, maar wel heel erg. Eigenlijk ook wel heel simpel moet houden, niet te veel, niet te lange zinnen. Maar kort en krachtig. Even afdalen, even een keukentafelgesprek en even kijken of je die klik gaat vinden. Zo van, mooi weer, nog iets leuks gedaan, leuke tuin, op die manier. Dus communicatie is denk ik belangrijk. 3.4 Motivatie van mensen met een lage SES Er zijn verschillende redenen waarom mensen met een lage SES gemotiveerd zijn om een online preventiecheck te maken. In onderstaand hoofdstuk zal duidelijk worden wat redenen kunnen zijn om gemotiveerd te zijn voor het maken van een online preventiecheck. Voor het kwalitatief onderzoek hadden de respondenten nog geen werkervaring met de online preventiecheck. Het gaat hierbij dus om de verwachting die de respondenten hebben in relatie tot het motiveren van mensen met een lage SES bij het maken van de online preventiecheck. Literatuur In een onderzoek van R. Dryden zijn verschillende artikelen geanalyseerd over preventiechecks waarbij het onder andere ging om mensen met een lage SES. Uit dit onderzoek is gebleken dat mensen die regelmatig naar een huisarts gaan, eerder een preventiecheck in zullen vullen (3). Als mensen al andere ziektes hebben zijn ze meer gemotiveerd om deel te nemen aan een preventiecheck. Daarnaast doen mensen eerder mee aan een preventiecheck als een familielid een cardiometabole aandoening heeft of heeft gehad (12) (13). Er zijn ook mensen die geruststelling zoeken of zijn gewoon geïnteresseerd in hun gezondheid (3). Uit de literatuur is gebleken dat mensen met een lage SES meer gemotiveerd zijn tot het doen van een preventiecheck als ze het belang en de voordelen ervan inzien (3) (18). Als mensen duidelijk de gevolgen van een ziekte inzichtelijk hebben, zijn ze eerder gemotiveerd om deel te nemen aan een preventiecheck. Uit onderzoek is gebleken dat er meer respondenten komen bij een screening over kanker dan bij cardiometabole aandoeningen. Dit komt doordat er in de media meer aandacht is voor de risico s van kanker (19). Mensen met een lage SES zijn minder hoog opgeleid en beschikken dus niet altijd over de kennis van gezondheid. Daarom is het juist van belang dat er voldoende informatieverstrekking komt over de gevolgen van cardiometabole aandoeningen. Tot slot is er uit verschillende onderzoeken gebleken dat mensen met een lage SES eerder gemotiveerd zijn als iets gratis wordt aangeboden. Dit komt omdat mensen met een lage SES over het algemeen over minder financiële middelen beschikken (4) (5) (12) (20). Kortom zijn er vele verschillende redenen waarom mensen met een lage SES gemotiveerd kunnen zijn, hierbij zijn de belangrijkste redenen dat ze het belang en de voordelen inzien en dat deelname gratis is. Kwalitatief onderzoek Tijdens de interviews kwam naar voren dat veel respondenten motivatie een moeilijk onderdeel vonden bij deze doelgroep (citaat tabel 3a:1.) Tijdens de interviews werden twee verschillende meningen genoemd. De ene groep vond dat mensen met een lage SES moeilijk te motiveren waren en de andere groep ervoer hier geen problemen bij. Hierbij moet gemeld worden dat het motiveren op zich geen probleem kostte, maar dat mensen met een lage SES weer snel afhaakten (citaat tabel 3a:2). Reden hiervoor was een externe locus of control. Ze namen dan deel, omdat de zorgprofessional dit van hun verwachtte of omdat ze dit hadden gezien in hun sociale omgeving. Redenen waarom mensen met een lage SES ongemotiveerd waren voor een bepaalde activiteit, waren: het belang er niet van inzien, kennis te kort kwamen of ze hadden de gevolgen niet goed in kaart. Alle respondenten hadden nog geen werkervaring met het toepassen van de online preventiecheck. Wel was gevraagd aan de zorgprofessionals, wat mensen met een lage SES zou motiveren om deel te nemen aan de online preventiecheck. Het antwoord hierop was dat mensen met een lage SES eerder zullen deelnemen als ze al gezondheidsklachten hebben of als de ziekte voorkomt in de 9

familie. Hiernaast zijn er ook mensen met een lage SES die interesse hebben in hun gezondheid en daarom gemotiveerd kunnen zijn om deel te nemen. Volgens de respondenten kan het deelnemers aantal stijgen als er wordt ingespeeld op de interesse van de doelgroep (citaat tabel 3b: 1.1). Daarnaast zijn vaardigheden ook een belangrijk onderdeel om de deelname te vergroten. Allereerst moeten de mensen met een lage SES over voldoende kennis over gezondheid beschikken. Dit is op dit moment nog niet het geval (citaat tabel 3b:2.1). Ook moeten de gevolgen van de ziektes voldoende in kaart worden gebracht of zelfs worden versterkt (citaat tabel 3b: 2.2). Door de check simpel en toegankelijk te maken zullen mensen minder moeite hebben met het invullen hiervan en zullen zij dus automatisch meer gemotiveerd zijn (citaat tabel 3b:2.3). Alle respondenten vonden het essentieel dat de gehele check gratis zou zijn. Mensen met een lage SES beschikken in veel gevallen over onvoldoende financiële middelen waardoor eventuele vervolg bezoeken en activiteiten die geld zouden kosten hen zouden afschrikken. Daarnaast noemt een aantal respondenten zelfs dat, als extra motivatie, de mensen beloond moeten worden voor hun deelname (citaat tabel 3b:3.1). Tabel 3a: citaten: Ervaring bij het motiveren van mensen met een lage SES Onderwerp Beschrijving Citaat 1.Moeilijk Meer achter de broek aan zitten Dat ze dan, net alsof ze niet een streep over kunnen. Maar dan ook echt kunnen! Dan ook echt niet weten hoe ze dat moeten. Ze zitten in een bepaald gedrag en daar zijn ze moeilijk uit te komen. 2.Makkelijk Zijn gemotiveerd maar haken snel af, omdat ze afgeleid zijn Mijn ervaring is dat mensen met een lage SES in het begin ontzettend gemotiveerd en enthousiast zijn. Dat ze echt de juiste intenties hebben van: dit ga ik doen, hier ga ik voor! Ik ben enthousiast. Ik geloof ook dat het oprecht zo is, maar dat het ook snel afzwakt. Dat ze ook heel snel weer afgeleid zijn, en weer iets anders hebben. Het eigenlijk alweer vergeten zijn. Het vasthouden van die motivatie is heel erg lastig. Tabel 3b citaten: Reden om wel gemotiveerd te zijn Onderwerp Omschrijving Citaat 1.Interesse 1. Aansluiten op iemands wereld Je probeert wel aan te sluiten bij iemands leven. Je probeert een motivatie te verzinnen dat het tot iets 2.Vaardigheden 1.Kennis, de mensen beschikken over onvoldoende kennis 2.Gevolgen duidelijk maken, dat ze er zelfs van schrikken 3.Simpel snel en makkelijk in te vullen komt zeg maar. Nee ik denk wel dat die kennis is heel beperkt. Het is ja als je bijvoorbeeld vraagt. Hoeveel zou je minimaal per dag moeten bewegen, dan weten ze dat wel. Of hoeveel zou je moeten drinken. Maar dat dan cola bijvoorbeeld toch niet echt gezond is. Ja dat is. Ja ik drink heel veel, echt genoeg. Ja ik drink cola en sinas en koffie, heel veel koffie. concreet en duidelijk waar het op staat wat er kan gebeuren. Dat ze er een beetje van schrikken. En dan nadenken dat ze denken dat ze toch moeten veranderen. simpele woorden. Het moet gewoon helder zijn en niet dat iemand moet denken van nou, dat is wel heel moeilijk hoor! 3.Middelen 1.Gratis, belonen Belonen misschien met iets waardoor ze het gevoel hebben, ik weet niet of ze de beloning in zichzelf zullen zoeken maar ik krijg er in ieder geval iets voor. 10

3.5 Redenen voor het niet deelnemen aan een online preventiecheck Er zijn vele redenen waarom mensen met een lage SES niet deel willen nemen aan een online preventiecheck. Dit zal aan de hand van gevonden literatuur en het kwalitatief onderzoek duidelijk worden. Literatuur Een belangrijk thema is de moeilijkheid van de preventiecheck, mede genoemd in het onderzoek van I. Groenenberg. Als deze moeilijk te begrijpen is voor mensen met een lage SES zullen ze niet deelnemen. Bij moeilijkheid kan gedacht worden aan het gebruik van moeilijke woorden/ begrippen of lange onduidelijke zinnen (12). Uit de literatuur blijkt eveneens dat angst ervoor kan zorgen dat mensen niet deel zullen nemen aan een preventiecheck. Mensen kunnen bijvoorbeeld besluiten deel te nemen aan een preventiecheck als ze bang zijn om een ziekte te krijgen. Echter, ook het tegenovergestelde kan gedacht worden: mensen zijn bang voor de uitslag en willen daarom niet deelnemen (21). Andere angstgedachten kunnen zijn: De uitslag zal me niet gelukkiger maken / Wat ik niet weet kan me ook geen pijn doen / Ik ben bang voor een dokter / Ik ben bang voor de uitslag / Het niveau van de test zal voor mij te hoog liggen / Ik ben bang hoe de test eruit ziet / Ik ben bang voor naalden / Ik ben bang voor de medische instelling (3) (18). Mensen kunnen dus angstig zijn voor de preventiecheck. Echter betekent dit niet dat ze niet ontvankelijk zijn voor het verkrijgen van informatie (22). Het is dus van belang dat zorgprofessionals inzichtelijk krijgen of angst eventueel een factor speelt. Hier zou dan op ingespeeld moeten worden alvorens er begonnen wordt aan het invullen van de preventiecheck (11). Uit een aantal andere onderzoeken blijken nog enkele andere redenen waarom mensen niet deelnemen aan een preventiecheck. In de onderzoeken van R. Pill en S. Wilson blijkt dat wanneer mensen minder waarde hechten aan een goede gezondheid, ze minder zelfvertrouwen hebben en voelen dat ze minder controle hebben over hun eigen gezondheid (23) (24). Daarnaast kunnen mensen denken dat hun gezondheid beter is dan hun naaste omgeving of dat ze willen wachten op het moment dat ze zelf voldoende vooruitgang hebben geboekt in hun leefstijl (12) (25). Het onderzoek van L.E. Wee ging over een screening voor hoge bloeddruk, onder andere bij mensen met een lage SES. Bij deze groep waren er verschillende redenen om niet deel te nemen aan deze screening. Zo waren er mensen die het niet konden betalen, of ze vonden het niet nodig om mee te doen, omdat ze zichzelf al gezond genoeg vonden, of ze vonden dat ze niet tot de risicogroep behoorden. Daarnaast waren er mensen die geen tijd hadden en daarom niet mee wilden doen aan deze screening (26). Het onderzoek van R. Dryden naar een preventiecheck noemt nog een aantal andere redenen waarom mensen met een lage SES niet deelnamen aan een preventiecheck. Deze redenen waren: ze voelden zich al gezond en hadden geen symptomen, ze waren al in contact met zorgverleners, hadden onlangs al een preventiecheck ingevuld, waren zich bewust van hun ongezonde leefstijl maar wilden deze niet veranderen, of hadden last van angst (3). Samenvattend zijn er dus vele redenen waarom mensen met een lage SES niet deel zullen nemen aan een preventiecheck. Belangrijke redenen zijn onder andere dat ze er geen meerwaarde van inzien, dat ze vaak last van angst hebben of dat ze de check te moeilijk vinden. Kwalitatief onderzoek Alle respondenten hadden nog geen werkervaring met het toepassen van de online preventiecheck. Wel is gevraagd aan de zorgprofessionals wat redenen kunnen zijn voor mensen met en lage SES om niet deel te nemen. Alle respondenten hebben genoemd dat er veel mensen met een lage SES zijn die niet beschikken over een computer of hier niet mee om weten te gaan (citaat tabel 4:1.1). Het uitprinten van de check zou een oplossing hiervoor kunnen bieden maar in de groep mensen met een lage SES zullen zich ook nog analfabeten bevinden die de check ongeacht of deze online wordt gemaakt niet kunnen lezen (citaat tabel 4:2.1). Daarnaast zouden de eventuele vervolgonderzoeken geld kunnen kosten wat de mensen met een lage SES over het algemeen zou kunnen afschrikken. Een aantal respondenten geeft aan dat veel mensen met een lage SES onvoldoende kennis hebben over hun gezondheid. Daarnaast zullen ze de moeilijke termen in de check niet te begrijpen (citaat tabel 4: 2.2). Ook het belang er niet van inzien wordt als reden genoemd om niet deel te nemen (citaat tabel 4: 2.3). Tot slot kan angst ook nog een rol spelen om niet deel te nemen. Hierbij kan gedacht worden aan angst voor de uitslag, angst voor het niveau van de test en tenslotte het wantrouwen dat mensen kunnen hebben over wat er met de gegevens gedaan zal worden (citaat tabel 4: 3.1). 11

Tabel 4: citaten: Redenen voor het niet deelnemen aan een online preventiecheck Onderwerp Beschrijving Citaat 1.Middelen 1.beperkte vaardigheden, geen computer, financiën Beperkte vaardigheden, niet kunnen schrijven, niet om kunnen gaan met computer als ze dat überhaupt hebben. Ze moeten daar ook het geld voor hebben. 2.Vaardigheden 1.Analfabetisme In eerste instantie analfabetisme denk ik, dan zitten we toch ook nog wel op 2 % denk ik hier. 2.Kennistekort Met met de lage moet je alles vertellen, alles aanreiken, maar hogere weten veel over gebruik van vitamine D over Multi-vitaminen over bewegen over cholesterol en de lagen weten het alleen, omdat de dokter heeft gezegd dat ik dat tabletje moet slikken. Dus dat is ook een verschil. 3.Inzicht, het belang er niet van inzien Dat ze het belang er niet van inzien, mensen met een lage SES hebben vaak toch een beperkt zelfinzicht van. Ik leef gezond, ik beweeg genoeg dus ik heb dat niet nodig. 3. Angst 1.Onwetendheid Ik denk dat het meer de angst is voor de onwetendheid. Omdat ze inderdaad niet begrijpen wat er eventueel het gevolg is en eventueel als er wel iets uitkomt, waarom het dan zo belangrijk is dat het wel even onderzocht wordt. 3.6 Voorwaarden voor een preventiecheck voor mensen met een lage SES Om mensen met een lage SES op een juiste manier te begeleiden bij het maken van een online preventiecheck zijn er een aantal dingen waaraan de preventiecheck moet voldoen. Literatuur Uit de literatuur is gebleken dat bij een preventiecheck op papier de uitslag kort en duidelijk moet worden beschreven. De uitslag moet niet als te direct overkomen, maar de gevolgen van de huidige leefstijl moeten duidelijk worden beschreven, of zelfs worden versterkt om de leefstijl te doen veranderen (12). Kwalitatief onderzoek Alle respondenten hebben de online preventiecheck ingevuld en kwamen allemaal tot de conclusie dat de huidige check niet geschikt is voor mensen met een lage SES. Een reden die door veel respondenten gegeven is, is dat de check op de computer gemaakt moet worden. Veel mensen met een lage SES hebben geen computer of kunnen hier niet mee omgaan, waardoor de check niet ingevuld kan worden (citaat tabel 5: 1.1). Daarnaast is de check te ingewikkeld. Er staan te veel moeilijke termen in en zinnen zijn te lang geformuleerd. Hierdoor zullen veel mensen de vragen niet begrijpen (citaat tabel 5:2.1). Verder zijn er ook vragen onduidelijk geformuleerd en geven er zelfs respondenten aan dat zij ook moeite hadden met het invullen van de check. Tot slot zou de check te lang duren; gemiddeld kost het zo n 25 minuten om deze in te vullen. Respondenten geven hierbij aan dat mensen met een lage SES over het algemeen langer bezig zouden zijn met het maken van de check. Toen er gevraagd werd hoelang de preventiecheck zou mogen duren werden er zeer uiteenlopende antwoorden gegeven waarbij er gemiddeld genomen een maximale duur van 15 minuten werd gegeven (citaat tabel 5:2.2). Om ervoor te zorgen dat mensen met een lage SES de online preventiecheck in kunnen vullen, moeten vragen worden versimpeld, geen moeilijke termen worden gebruikt, moeten vragen gesloten worden gesteld en moeten er verduidelijkende plaatjes en voorbeelden worden gegeven (citaat tabel 5: 2.3). Tot slot moet er bij de check duidelijk worden aangegeven dat de check geheel gratis is (citaat tabel 5: 2.4). Samenvattend mag de check niet meer online worden aangeboden, de check mag maximaal 15 minuten duren en de vraagstelling moet worden aangepast tot deze begrijpelijk is voor mensen met een lage SES. 12

Tabel 5: citaten: Voorwaarden voor de online preventiecheck Onderwerp Beschrijving Citaat 1.Online 1.Geen computer, of kunnen er niet mee omgaan Niet de mensen waar jij het over hebt. Die zitten niet achter een computer, echt niet! En dat is ook 2.Preventiecheck 1.Te moeilijk, moeilijke termen, onduidelijk vragen wereldvreemd voor hun hè? Dat is eng. Mijn mening is dat hij zo niet gebruiksvriendelijk is voor cliënten met een lage SES. Er staan een aantal begrippen in die voor mijn gevoel niet duidelijk zijn, zoals inspannende activiteiten. Verder vind ik het veel te uitgebreid en komen veel vragen op hetzelfde onderwerp terecht. 2.Hij duurt te lang, mag Een lange spanningsboog hebben ze meestal niet. maximaal 15 minuten duren ( )Ik zou zeggen 10 minuten tot een kwartier. 3. Illustraties Plaatjes werken. Dat werkt ook vaak goed. Visueel, dat mensen dingen zien. 4. Gratis in te vullen Gratis dingen willen ze wel proberen. Geld is wel een belangrijke kwestie. 3.7 Hulpmiddelen voor zorgprofessionals. Om ervoor te zorgen dat mensen met een lage SES de online preventiecheck zullen invullen wordt er door de respondenten als eerste aangegeven dat het online deel weggehaald moet worden. De check zou moeten worden uitgeprint en dan moeten worden ingevuld. Om onduidelijkheden te voorkomen en ervoor te zorgen dat mensen met een lage SES de gehele check in zullen vullen, is één op één begeleiding nodig (citaat tabel 6: 1). Om ervoor te zorgen dat dit mogelijk is, geven bijna alle respondenten aan dat hier tijd voor nodig is. Vooral de wijkverpleegkundige zien hier nog wel moeilijkheden (citaat tabel 6:2). Verder moet de check toegankelijk zijn. De zorgprofessionals moeten de check aan kunnen bieden aan hun cliënten. Voor zorgprofessionals is het van belang dat zij inzichtelijk hebben wat het doel is van de check en wat voor vervolgstappen er moeten worden ondernomen (citaat tabel 6:3). Daarnaast zijn er respondenten die aangeven dat een goede band met andere disciplines ervoor zorgt dat er een betere samenwerking is en het makkelijker is om mensen door te sturen (citaat tabel: 6.4). Tabel 6: citaten: Hulpmiddelen voor zorgprofessionals Onderwerp Beschrijving Citaat 1. één op één begeleiding 2.Tijd 3.Doel van de check en de uitslag 4.Goede band met andere disciplines Helpen bij het invullen om tot andere antwoorden te komen. Als er tijd voor is wordt er mee gewerkt. Het moet duidelijk zijn wat voor vervolgstappen moeten worden ondernomen na het krijgen van de uitslag. Samenwerking met de huisarts werkt goed Dat je dan iemand laat helpen ermee. Met het invullen. Dat mensen soms hebben van dat heb ik niet. Als verpleegkundige heb ik wel als je zegt dit hebt u toch ook? En dan van ja dat heb ik wel. Dat ze denken oh is dat het. Dus dat als je het op een andere manier even brengt, dat ze dan toch zoiets hebben van, dat heb is toch wat ik heb Er wordt gigantisch op ons gedrukt qua zorgkantoor. Die bepaald dus als daar uren en geld voor is dan is iedereen wel bereid voor om te doen. Maar je moet niet in je eigen tijd moeten doen. Dat je er ook wat mee moet kunnen doen. Dus als er een uitslag uit komt, dan vind ik ook dat je mensen wat aan moet kunnen bieden. Of in de vorm van een advies, of hulp, of verwijzing, of noem maar op. Als jij de groep huisartsen achter je hebt staan dan heb je 80 procent kans dat het goed gaat. Dus dat zou iets zijn waardoor je de mensen over de streep krijgt. De samenwerken of vanuit de huisartsen. 13

4. Discussie In dit onderzoek is onderzocht wat voor een factoren zorgprofessionals kunnen helpen bij het motiveren en begeleiden van mensen met een lage SES bij het invullen van een online preventiecheck. Uit onderzoek is gebleken dat preventiechecks minder vaak worden ingevuld door mensen met een lage SES (2) (3) (4) (5). Mensen met een lage SES leven vaak ongezonder (3). Het is dus van belang dat deze groep de online preventiecheck gaat invullen, maar om deze mensen te motiveren is een andere aanpak nodig. In dit onderzoek is gekeken wat zorgprofessionals nodig hebben bij het begeleiden en motiveren van mensen met een lage SES. In dit onderzoek is een literatuuronderzoek en een kwalitatief onderzoek gedaan waarbij interviews zijn afgenomen die hierna zijn geanalyseerd. Uit de resultaten is gebleken dat er veel overeenkomsten zijn tussen informatie uit de gevonden literatuur en de uitkomsten van het kwalitatief onderzoek. Zo blijkt bijvoorbeeld zowel uit de interviews als uit de literatuur dat mensen met een lage SES het beste face to face uitgenodigd kunnen worden voor een online preventiecheck. Als er gekeken wordt naar de manier van communiceren met mensen met een lage SES, dan blijkt uit de literatuur dat betrokkenheid van de zorgprofessional erg belangrijk is. Uit de interviews blijkt ook dat het hebben van een vertrouwensband met de patiënt belangrijk is. Betrokkenheid tonen en een vertrouwensband opbouwen zijn niet hetzelfde, maar dit kan wel gecombineerd worden; door betrokkenheid en interesse te tonen wordt er sneller een vertrouwensband opgebouwd. Daarnaast blijkt ook uit de interviews dat bij het communiceren met mensen met een lage SES het belangrijk is dat alles kort en bondig wordt verteld en dat er geen moeilijke termen worden gebruikt. Bij het motiveren van mensen met een lage SES wordt, zowel in de literatuur als in het kwalitatief onderzoek, gevonden dat bij mensen met een lage SES de motivatie toeneemt, als de voordelen en de gevolgen inzichtelijk zijn en het invullen gratis is. Daarnaast blijkt uit het kwalitatief onderzoek dat mensen eerder gemotiveerd zijn als de preventiecheck makkelijk toegankelijk is en de check geen moeilijke woorden bevat. Om ervoor te zorgen dat mensen met een lage SES de gehele check in zullen vullen mag de check maximaal 15 minuten duren. Er kunnen vele redenen zijn waarom mensen met een lage SES niet deelnemen aan een online preventiecheck. Zo blijkt zowel uit de literatuur als uit het kwalitatief onderzoek dat er bijvoorbeeld sprake kan zijn van angst, dat de preventiechecks te moeilijk is, dat de deelnemers er geen tijd voor hebben of dat ze over onvoldoende medische kennis beschikken. Uit het kwalitatief onderzoek blijkt dat de respondenten verwachten dat mensen met een lage SES ongemotiveerd zullen zijn, omdat de huidige check te moeilijk is, of omdat ze niet om kunnen gaan met een computer of helemaal geen computer hebben. Daarnaast kan analfabetisme of het hebben van onvoldoende vaardigheden en financiële middelen ervoor zorgen dat mensen met een lage SES niet zullen deelnemen. Zoals eerder genoemd is er in de literatuur veel bekend over de motivatie van mensen met een lage SES. Echter, is er maar weinig bekend over de voorwaarden waar een preventiecheck voor deze groep aan moet voldoen. Het is van belang dat hier nog verder onderzoek naar wordt gedaan om op die manier ervoor te kunnen zorgen dat mensen met een lage SES een online preventiecheck ook daadwerkelijk in willen vullen. Hoewel de respondenten nog geen werkervaring hebben met de online preventiecheck, hebben zij wel een idee over de voorwaarden die nodig zijn om een online preventiecheck goed in te kunnen vullen. Zo zal de check korter moeten worden, maximaal 15 minuten. Daarnaast zal deze niet meer online gemaakt moeten worden maar op papier of zelfs mondeling moeten worden afgenomen. Door al deze voorwaarden kan worden gesteld dat deze online preventiecheck op dit moment nog niet geschikt is voor mensen met een lage SES. 4.1 Validiteit Interne validiteit In de methode staat de opzet van dit onderzoek beschreven. Er is op twee manieren data verkregen, namelijk via een literatuuronderzoek en via een kwalitatief onderzoek. Voor het literatuuronderzoek zijn de zoektermen weergegeven. Door het weergeven van deze zoektermen kan het literatuuronderzoek opnieuw worden uitgevoerd. Daarnaast is ook aangegeven dat er in gebruikte artikelen in de betreffende referentielijst is gezocht naar relevante artikelen. 14

Voor het kwalitatief onderzoek is een interviewschema gemaakt waardoor alle interviews op dezelfde manier zijn afgenomen. De interviews zijn letterlijk getranscribeerd, wat de interne validiteit positief zal beïnvloeden. Externe validiteit Als eerste kan genoemd worden dat er voldoende interviews zijn afgenomen; er is namelijk saturatie opgetreden. Daarnaast zijn de interviews afgenomen in verschillende gemeentes in Twente. Hierdoor is de uitslag mogelijk wel regiogebonden; deze zal misschien anders zijn als dit onderzoek in de Randstad gehouden wordt. De problematiek kan daar namelijk anders zijn en daarnaast wonen er in de Randstad meer allochtonen die weer om een andere aanpak vragen. Wel komen er signalen vanuit GGD s in andere regio s dat de preventiecheck niet goed aanslaat bij mensen met een lage SES. 4.2 Limitaties Literatuuronderzoek Het literatuuronderzoek is geen systematic review, waardoor er relevante artikelen kunnen zijn die niet meegenomen zijn in dit onderzoek. Daarnaast is dit onderzoek uitgevoerd door één persoon, waardoor de kans groter is dat er informatie is gemist. De zoekstrategieën zijn niet volledig waardoor het misschien moeilijk kan worden om het literatuuronderzoek opnieuw uit te voeren. Kwalitatief onderzoek Het thematiseren van de interviews is door één persoon uitgevoerd. De betrouwbaarheid was echter groter geweest als het thematiseren en het analyseren van de resultaten door twee of meerdere personen was uitgevoerd. Voor het afnemen van de interviews was het lastig om een duidelijke definitie van mensen met een lage SES te geven. Er was voorafgaand aan de interviews wel een korte omschrijving gegeven van deze groep, maar voor de respondenten was het niet altijd duidelijk of hun patiënten ook in deze doelgroep zaten. Dit kwam doordat respondenten niet inzichtelijk hebben wat bijvoorbeeld het opleidingsniveau is van de patiënten. De respondenten bij dit onderzoek waren alleen maar vrouwen. In de gezondheidszorg werken over het algemeen meer vrouwen dan mannen, het is dus niet vreemd dat er meer vrouwen dan mannen geworven waren voor dit onderzoek. Echter was het beter geweest als er ook mannen hadden deelgenomen aan dit onderzoek omdat zij de mensen met een lage SES misschien op een andere manier ervaren. 5. Aanbevelingen Tijdens het onderzoek viel op dat er maar weinig literatuur te vinden was over de voorwaarden waaraan voldaan moest worden zodat mensen met een lage SES de check in konden vullen en gemotiveerd waren om hem in te vullen. Het NIPED liet weten dat de online preventiecheck ook geschikt is voor mensen met een lage SES (1). Daarentegen bleek uit het kwalitatief onderzoek dat alle respondenten de online preventiecheck niet geschikt vonden voor mensen met een lage SES. Verder onderzoek is dan ook nodig om de voorwaarden te bepalen waar een preventiecheck aan moet voldoen zodat mensen met een lage SES gemotiveerd zullen zijn om de check te maken. Pas als er een nieuwe check ontwikkeld is, kunnen er handvatten ontworpen worden voor zorgprofessionals bij het begeleiden en motiveren van mensen met een lage SES bij deze check. Uit het onderzoek zijn wel een aantal tips naar voren gekomen die van belang kunnen zijn voor het ontwerpen van een nieuwe preventiecheck. In tabel 7 is te lezen wat de ontwerpers en initiatiefnemers moeten realiseren voordat de online preventiecheck uitgevoerd kan worden. Mocht een organisatie toch willen werken met de huidige online preventiecheck dan zouden onderstaande tips voor de organisatie en de zorgprofessionals kunnen helpen bij het uitvoeren hiervan. Tevens staan er in de tabel tips voor zorgprofessionals waar ze op moeten letten als ze de bestaande check afnemen bij mensen met een lage SES. Wel moet gemeld worden dat deze check zodanig ongeschikt is voor mensen met een lage SES dat het wordt aanbevolen om te wachten op een nieuw meetinstrument dat de gezondheid van mensen met een lage SES beter in kaart zal brengen. 15