Faculteit Economie en Management Opleiding HBO-Rechten AFSTUDEEROPDRACHT (AOD) BEOORDELINGSFORMULIER VERDEDIGINGSWAARDIGHEID studiejaar 2013-2014 Naam student Studentnummer Titel AOD Datum 1
Competenties Toetsonderdeel 1e examinator 2e examinator advies praktijkbegeleider verdedigingswaardig Analyseren (1) onvoldoende/ voldoende* onvoldoende/ voldoende* onvoldoende/ voldoende* Beslissen (4) Onderzoeksverslag onvoldoende/ voldoende* onvoldoende/ voldoende* onvoldoende/ voldoende* Dossier managen (6) Onderzoeken (7) onvoldoende/ voldoende* onvoldoende/ voldoende* onvoldoende/ voldoende* onvoldoende/ voldoende* onvoldoende/ voldoende* onvoldoende/ voldoende* JA/NEE* Adviseren (2) Beroepsproduct onvoldoende/ voldoende* onvoldoende/ voldoende* onvoldoende/ voldoende* Communicatie (8) Onderzoeksverslag Beroepsproduct onvoldoende/ voldoende* onvoldoende/ voldoende* onvoldoende/ voldoende* * Doorhalen wat niet van toepassing is. 2
Algemene toelichting bij het oordeel verdedigingswaardigheid (optioneel) 3
Voor akkoord/niet akkoord*: 1e Examinator: Handtekening: Voor advies: Praktijkbegeleider: Handtekening: Voor akkoord/niet akkoord*: 2e Examinator: Handtekening: * Doorhalen wat niet van toepassing is. 4
Toelichting Beoordeling verdedigingswaardigheid De beoordeling van de verdedigingswaardigheid van de AOD vindt plaats op basis van de landelijk vastgestelde competenties voor HBO- Rechten. De student wordt hierbij op zes competenties beoordeeld verdeeld over de toetsonderdelen onderzoeksverslag en beroepsproduct. De beoordeling van de competenties bestaat uit een of meerdere beoordelingscriteria. De examinatoren en de praktijkbegeleider in zijn/haar adviserende functie geven per beoordelingscriterium aan de hand van de rubric het oordeel (minimaal) voldoende of onvoldoende. Wil een student kunnen verdedigen, dan mag hij bij geen enkel criterium een onvoldoende scoren (< 5.5). Onderlinge compensatie is dus niet mogelijk. Pas na de presentatie en de verdediging wordt per competentie een cijfer toegekend. Motivering Bij beoordeling van een of meer toetscriteria met een onvoldoende dient dit per criterium door de examinator/praktijkbegeleider gemotiveerd te worden. De gegeven motivering is gebaseerd op een concreet te beschrijven waarneming door de examinator/praktijkbegeleider. De gegeven motivering vormt voor de student een aanknopingspunt voor een verbetering van het onderzoeksverslag of beroepsproduct en/of aanknopingspunten voor het schrijven van zijn reflectieverslag. Een verdere individuele motivering (zie Algemene toelichting op het voorblad) is optioneel. 5
Competentie (omschrijving) toetsonderdeel beoordelingscriteria onvoldoende voldoende Analyseren (1) Voordat een hbo-jurist een beroepsproduct maakt, formuleert hij de juridisch relevante vragen bij een casuspositie. Hij gaat daarbij methodisch en gestructureerd te werk, omdat hij beschikt over onderzoeksvaardigheden (zie competentie zeven). Juridisch analyseren omvat het proces van kwalificeren, analyseren en beschrijven van feiten en juridische bronnen. Onderzoeksverslag Methodisch en planmatig werken (onderzoeksvraag en deelvragen zoals neergelegd in het plan van aanpak logisch en gestructureerd aanpakken) Student werkt te weinig oplossingsgericht aan het onderzoek volgens het plan van aanpak Student gaat te veel impulsief te werk; de aanpak is niet duidelijk; Student werkt voldoende oplossingsgericht aan het onderzoek volgens het plan van aanpak Student gaat vrij doordacht te werk; de aanpak is voldoende duidelijk; Zoeken/vinden gegevens zoekt te weinig naar relevante gegevens zoekt voldoende naar relevante gegevens Zelfstandig werken (neemt initiatief en bereidt werkzaamheden voor (proactief); mate van sturing (stimulans) Student handelt te weinig proactief, is te veel afwachtend; vraagt te weinig nadere informatie van belanghebbenden; heeft erg veel stimulans nodig van belanghebbenden Student handelt in het algemeen minder proactief, is te afwachtend; vraagt uit zichzelf vrijwel geen nadere informatie van belanghebbenden; heeft stimulans nodig van 6
belanghebbenden Het zelfstandig analyseren van een complexere juridische praktijksituatie dat resulteert in een valide onderzoeksvraag (hoofd- en subvragen). Het zelfstandig formuleren van het toepasselijke toetsingskader bij een complexere juridische praktijksituatie waarbij de wet, regelgeving en uitgebreide standaardjurisprudentie worden betrokken. Reflecteren (volgt aanwijzingen van belanghebbenden op een heeft reflectievermogen) omschrijving probleem, probleemstelling, onderzoekskader formulering doelstelling; relatie tussen doelstelling en onderzoeksvraag met deelvragen formuleren onderzoeksvraag en bijbehorende deelvragen haalbaarheid onderzoek/ relevantie voor Student is te weinig geïnteresseerd in aanwijzingen ter verbetering van het eigen functioneren; doet te weinig om (nieuwe) informatie en ideeën te ontwikkelen of toe te passen Student leert te weinig van ervaringen; schiet snel in de verdediging; is nauwelijks bereid naar commentaar te luisteren geen duidelijke omschrijving van het onderzoekskader te weinig consistentie tussen doelstelling en onderzoeksvraag met deelvragen; te weinig acceptabel door een duidelijk gebrek aan een heldere formulering van de doelstelling; de deelvragen zijn niet voldoende doordacht, Student is voldoende geïnteresseerd in aanwijzingen ter verbetering van het eigen functioneren; past (nieuwe) informatie en ideeën om te ontwikkelen voldoende toe Student leert van ervaringen; schiet nog weleens in de verdediging; is bereid naar commentaar te luisteren een redelijk duidelijke omschrijving van het onderzoekskader een redelijke doelstelling en onderzoeksvraag met deelvragen zijn aanwezig, maar niet helemaal adequaat geformuleerd; de doelstelling is vaag geformuleerd en daardoor minder goed haalbaar, de onderzoeksvraag met deelvragen is te algemeen verwoord en doordacht 7
bij onvoldoende motiveren belanghebbende te weinig relevant en interessant voor de belanghebbende 8
Competentie (omschrijving) toetsonderdeel beoordelingscriteria onvoldoende voldoende Onderzoeken (7) Een hbo-jurist doorloopt diverse onderzoeksfasen, waarbij het juridisch onderzoek uitmondt in het opleveren van een beroepsproduct geschikt voor de organisatie. Concreet zal hij onder meer de verschillende juridische bronnen verzamelen, relevante informatie verwerken en het juridische toetsingskader beschrijven, om zijn argumentatie te kunnen opbouwen ter beantwoording van de onderzoeksvraag. onderzoeksverslag gebruikmaking van meerdere, relevante en recente rechtsbronnen (relevante en actuele (hand)boeken en rechtspraak gelezen, voldoende relevante en actuele artikelen uit vakbladen geraadpleegd) het onderzoeksverslag bevat onvoldoende relevante en actuele rechtsbronnen; (hand)boeken en rechtspraak zijn onvoldoende gelezen, onvoldoende relevante en actuele artikelen uit vakbladen zijn geraadpleegd het onderzoeksverslag bevat voldoende relevante en actuele rechtsbronnen (hand)boeken en rechtspraak zijn voldoende gelezen, voldoende relevante en actuele artikelen uit vakbladen zijn geraadpleegd Zelfstandig selecteren, gebruiken en verantwoorden van relevante rechtsbronnen (verantwoording conform de Leidraad voor juridische auteurs en APA normen). Zelfstandig toepassen van juridische onderzoeksvaardigheden (doorlopen van de verschillende onderzoeksfasen) en zelfstandig selecteren van de onderzoeksmethoden, resulterend in een beroepsproduct en onderzoeksverslag. verwerking rechtsbronnen in voetnoten en literatuurlijst volgens de Leidraad voor juridische auteurs ;aan de criteria voor betrouwbaarheid, validiteit en controleerbaarheid wordt voldaan de gebruikte en geraadpleegde rechtsbronnen zijn onvoldoende verwerkt in voetnoten en literatuurlijst volgens de Leidraad in het onderzoeksverslag; het onderzoek en de onderzoeksresultaten zijn niet of nauwelijks controleerbaar en voldoen niet aan de criteria voor betrouwbaarheid, validiteit en controleerbaarheid de gebruikte en geraadpleegde rechtsbronnen zijn voldoende in voetnoten en literatuurlijst verwerkt volgens de Leidraad in het onderzoeksverslag; het onderzoek en de onderzoeksresultaten zijn voldoende controleerbaar en voldoen aan de criteria voor betrouwbaarheid, validiteit en controleerbaarheid 9
bij onvoldoende motiveren Competentie (omschrijving) toetsonderdeel beoordelingscriteria onvoldoende voldoende Beslissen (4) Een hbo-jurist werkt aan de totstandkoming van besluiten namens cliënten of namens de organisatie voor wie hij werkt. Bij dit beroeps handelen betrekt de hbo-jurist naast juridische argumenten ook de belangen van de personen of de instelling voor wie hij werkt en waar nodig ook maatschappelijke factoren en belangen 10
van anderen. Bij het vastleggen van de rechtsverhouding gaat het bijvoorbeeld om besluiten in de publiekrechtelijke sfeer (vergunningen) en om besluiten in de privaatrechtelijke sfeer (contracten). Het zelfstandig beantwoorden van een valide onderzoeksvraag (hoofd- en subvragen) met behulp van het toepasselijke toetsingskader. onderzoeksverslag conclusies en advies (door gebruikmaking van relevante argumenten wordt de onderzoeksvraag beantwoord de gepresenteerde onderzoeksresultaten zijn op een valide, betrouwbare wijze onderbouwd en praktisch bruikbaar) student beschrijft, selecteert en combineert op onvoldoende niveau argumenten voortvloeiend uit de geraadpleegde rechtsbronnen en legt op onvoldoende niveau verbanden de student weet de geraadpleegde rechtsbronnen onvoldoende te analyseren student beschrijft, selecteert en combineert op voldoende niveau argumenten voortvloeiend uit de geraadpleegde rechtsbronnen en legt op voldoende niveau verbanden de student weet de geraadpleegde rechtsbronnen voldoende te analyseren student onderbouwt onvoldoende de getrokken conclusie(s) en beantwoordt hiermee met behulp van de deelvragen onvoldoende de onderzoeksvraag; student onderbouwt voldoende de getrokken conclusie(s) en beantwoordt hiermee met behulp van de deelvragen voldoende de onderzoeksvraag; de student geeft aanbeveling(en) op onvoldoende niveau waarmee de beroepspraktijk kan instemmen; de student geeft aanbeveling(en) op voldoende niveau waarmee de beroepspraktijk kan instemmen; 11
bij onvoldoende motiveren 12
Competentie (omschrijving) toetsonderdeel beoordelingscriteria onvoldoende voldoende Dossier managen (6) Een hbo-jurist draagt zorg voor het aanleggen, beheren, ontsluiten en overdragen van juridische dossiers. Ook de bewaking van termijnen maakt onderdeel van deze competentie uit. Het zelfstandig verzamelen, bewaren en tijdig overdragen van met elkaar samenhangende stukken ten behoeve van een omvangrijk (juridisch) eindproduct. bij onvoldoende motiveren onderzoeksverslag Houd zich aan het in het plan van aanpak opgenomen werkschema en deadlines Houden van overzicht Onderhouden contact met belanghebbenden over de voortgang door het aanleveren van stukken Student stelt geen prioriteiten;maakt een werkplan, maar weet zich hieraan niet voldoende aan te houden; heeft geen goed overzicht van het werk dat moet gebeuren Student maakt geen afspraken over het onderhouden van contacten met de belanghebbenden over de voortgang geeft belanghebbenden geen inzicht in de voortgang en levert geen stukken aan Student stelt prioriteiten; maakt een werkplan en weet zich hier over het algemeen aan te houden; heeft een voldoende overzicht van het werk dat nog moet gebeuren komt de gemaakte afspraken na maar op initiatief van de belanghebbenden en informeert belanghebbenden voldoende over de voortgang en/of door het aanleveren van stukken 13
Competentie (omschrijving) toetsonderdeel beoordelingscriteria onvoldoende voldoende Adviseren (2) Een hbo-jurist geeft mondelinge en schriftelijke adviezen. Het bekendmaken van de beslissing op de onderzoeksvraag (hoofd- en subvragen) bij een complexere juridische praktijksituatie, in de vorm van een zelfstandig opgesteld beroepsproduct dat aan de eisen van de juridische praktijk en de opdrachtgever voldoet. Dit beroepsproduct wordt ondersteund door een gedegen zelfstandig opgesteld onderzoeksverslag, waarin aanbevelingen voor de opdrachtgever zijn opgenomen. beroepsproduct bruikbaarheid van het beroepsproduct voor opdrachtgever het beroepsproduct heeft nauwelijks een toegevoegde waarde; het beroepsproduct heeft voldoende toegevoegde waarde; afstemming op doelgroep het sluit niet aan bij de wensen van de opdrachtgever; het sluit voldoende aan bij de wensen van de opdrachtgever; plaatsen context en toegevoegde waarde (toepassingsgericht) het houdt nauwelijks verband met de conclusies en aanbevelingen (de onderzoeksresultaten) uit het onderzoeksverslag; het houdt voldoende verband met de conclusies en aanbevelingen (de onderzoeksresultaten) uit het onderzoeksverslag; het beroepsproduct is voldoende in de juiste context geplaatst 14
het beroepsproduct geeft nauwelijks overzicht en inzicht, de student kan beroepsproduct te weinig in de juiste context plaatsen bij onvoldoende motiveren het beroepsproduct is te weinig in de juiste context geplaatst 15
Competentie (omschrijving) toetsonderdeel beoordelingscriteria onvoldoende voldoende Communiceren (8) Een hbo-jurist kan tekst en presentatie aanpassen aan de beoogde lezer/toehoorder en aan de situatie, waarbij hij zich bewust is van de gelaagdheid (inhoud, beroep/appel, relatie, expressie) van de boodschap die hij brengt. De tekst of presentatie bevat een duidelijke opbouw en rode draad. onderzoeksverslag en beroepsproduct opbouw en structuur onderzoeksverslag/beroepsproduct (verwerking van de onderzoeksresultaten (beantwoording van de onderzoeksvraag met bijbehorende deelvragen) in het onderzoeksverslag) Student brengt nauwelijks structuur aan, de opbouw van het onderzoeksverslag/ beroepsproduct is te weinig doordacht en niet logisch; Student brengt voldoende structuur aan, de opbouw van het onderzoeksverslag/beroepsproduct is voldoende doordacht en logisch; de student heeft niet de goede afbakening kunnen vinden en nauwelijks een consistente lijn aangebracht de student heeft een voldoende afbakening kunnen vinden en een voldoende een consistente lijn aangebracht het onderzoeksverslag/ beroepsproduct is niet compleet en bevat nodeloze herhalingen of uitweidingen het onderzoeksverslag/beroepsproduct is compleet en bevat weinig herhalingen of uitweidingen 16
Correct toepassen van de regels omtrent spelling, zinsbouw en interpunctie. Het begrijpen en zelfstandig interpreteren van (complexe) juridische teksten. Het op nauwkeurige en overtuigende wijze mondeling en/of schriftelijk presenteren van een (juridisch) onderwerp en het adequaat beantwoorden van daarover gestelde vragen. Het voeren van een (juridisch) inhoudelijke discussie in de beroepspraktijk naar aanleiding van ingesteld onderzoek. Correct hanteren van de regels, conventies en omgangsvormen die gelden in de beroepspraktijk. hanteert correct Nederlands (juiste spelling, zinsbouw grammaticaal correct, nauwkeurig en correcte formuleringen, correct gebruik van leestekens/interpuncties en signaal- en verwijswoorden) leesbaarheid onderzoeksverslag/beroepsproduct maakt veel fouten in de werkwoordspelling en/of algemene spelling; formuleert kromme zinnen en/of zinnen die te lang zijn of juist te kort (telegramstijl) of een combinatie van beide, waardoor het onleesbaar wordt; de student maakt stijlfouten. het onderzoeksverslag/ beroepsproduct is onvoldoende leesbaar en met te veel moeite te begrijpen maakt weinig fouten in de werkwoordspelling en/of algemene spelling; de student is niet consequent in zijn zinsbouw: hij formuleert te lange zinnen, waarbij de interpunctie niet goed is toegepast of juist te kort (telegramstijl) of een combinatie van beide. het onderzoeksverslag/beroepsproduct is ruim voldoende leesbaar en te begrijpen 17
bij onvoldoende motiveren 18