Beoordelingscriteria scriptie CBC: instructie en uitwerking

Transcriptie

1 Nederlandse Associatie voor Examinering 1 Beoordelingscriteria scriptie CBC: instructie en uitwerking Met de scriptie voor Compensation & Benefits Consultant (CBC) toont de kandidaat een onderbouwd advies over een actueel vraagstuk op het gebied van belonen Het beloningsvraagstuk is een reëel vraagstuk van een organisatie en sluit aan op de (in de scriptie omschreven) strategie, structuur en cultuur van de organisatie. Dit document geeft de kwaliteitscriteria in de vorm van beoordelingsschema s en wordt gebruikt om tot een onderbouwde eindbeoordeling te komen. De kwaliteitscriteria zijn gericht op de beoordeling van de mate waarin het eindwerkstuk op gefundeerde wijze tot stand gekomen is, met inachtneming van het praktijkgerichte karakter dat van toepassing is op hbo-niveau. 1.1 Instructie Het document bestaat uit een scoreformulier en de beoordelingscriteria. Op het scoreformulier kan de score per criterium worden ingevuld. Elk criterium kan op vijf niveaus worden beoordeeld: 1: onvoldoende 2: matig 3: voldoende 4: goed 5: uitmuntend De scriptie wordt beoordeeld op de volgende onderdelen: 1: vormgeving 2: introductie 3: analyse 4: conclusies, aanbevelingen en implementatie Elk onderdeel wordt onderverdeeld in meerdere subonderdelen. De totaalscore is het gemiddelde van de verschillende deelscores. Het onderwerp van de scriptie moet aansluiten bij een van de aangegeven onderwerpen. Als de scriptie niet aan deze voorwaarde voldoet, wordt de scriptie niet beoordeeld.

2 Nederlandse Associatie voor Praktijkexamens Uitwerking beoordelingscriteria In onderstaand schema staat de uitwerking van de beoordelingscriteria. De scores 3 en 5 zijn uitgewerkt. De score 4 wordt toegekend als het onderdeel van de scriptie kenmerken bevat die zijn omschreven bij score 5, maar hierop nog niet volledig aansluit. De scores 1 en 2 worden toegekend als de minimale inhoud, die is omschreven bij score 3, ontbreekt en dit onderdeel van de scriptie respectievelijk onvoldoende en matig is uitgewerkt. 1. Vormgeving 10 % Indeling De scriptie is volledig en de indeling van de scriptie is conform de richtlijn. Hoofdstukken en paragrafen zijn duidelijk herkenbaar. De bronvermelding is volgens de richtlijn (APA). en de scriptie heeft een solide (logische), georganiseerde structuur met beknopte en passende hoofdstuk- en paragraaftitels. 1.2 Schrijfstijl Het taalgebruik doet recht aan de regels voor: Grammatica Spelling Interpunctie en de tekst vormt een geheel door continuïteit in termen en verbindingswoorden. De schrijfstijl is: Objectief (de 1 e persoon is vermeden, lezer wordt niet direct aangesproken, vermijd subjectieve uitspraken); Precies (specifieke beschrijvingen, onderbouwing met getallen); Zorgvuldig (zaken van verschillende kanten beschouwd, onderbouwing met bronnen); Helder (aansluiting bij voorkennis lezer); Beknopt (geen overbodige uitweidingen); Zakelijk (stijl van schrijven is gebruikelijk in vakbladen in de betreffende beroepspraktijk).

3 Nederlandse Associatie voor Praktijkexamens 3 2. Introductie 30 % Managementsummary De managementsummary voldoet aan de volgende voorwaarden: en de managementsummary: geeft weer welke aanbevelingen worden voorgesteld; roept geen vragen op; geeft weer welke stappen moeten worden gezet om de aanbevelingen te implementeren; wordt in het vervolg van de scriptie volledig gelegitimeerd; is 1 of 2 pagina s. kenmerkt zich door een beknopte en zakelijke schrijfstijl. 2.2 Introductie De organisatie is niet fictief. De scriptie bevat een correcte omschrijving van de strategie, structuur en cultuur van de gekozen organisatie. en met argumenten wordt op overtuigende wijze aannemelijk gemaakt dat de omschreven situatie een beloningsvraagstuk vormt voor de organisatie. Beloningsvraagstuk en doelstelling: In de introductie wordt het beloningsvraagstuk van de organisatie benoemd en wordt aangegeven wat de organisatie wil (met dit onderzoek). en is scherp geformuleerd en realistisch. De onderzoeksvraag en de deelvragen: is concreet, gebaseerd op het beloningsvraagstuk en geformuleerd als een zin met een vraagteken erachter. Relateert aan de deelvragen die hierop aansluiten. en voldoet aan de volgende aanvullende eisen: het thema sluit aan bij concrete issues uit de praktijk. Relevant en functioneel: voldoen minimaal aan de volgende eisen: het thema sluit aan bij het vraagstuk van de organisatie waarin het onderzoek plaatsvindt, de context van de organisatie (sociaal, maatschappelijk, cultureel, economisch), heeft betrekking op een problematische situatie in de beroepspraktijk, is nog niet beantwoord, is (h)erkend door de organisatie. en de scriptie draagt bij aan oplossing van het vraagstuk.

4 Nederlandse Associatie voor Praktijkexamens 4 Afgebakend: Theoretisch de beantwoording van de vraag is haalbaar in de onderzoeksperiode, rekening houdend met de beschikbaarheid van informatie en het aantal betrokken stakeholders, afdelingen en processen. omvatten minimaal twee gerelateerde centrale theoretische begrippen, die worden verantwoord met voldoende en relevante literatuur. en de vraag heeft een optimaal bereik; de vraag is zo informatief mogelijk binnen de randvoorwaarden (tijd, toegang tot data, vaardigheden etc.). en omvatten andere relevante gerelateerde begrippen, die worden verantwoord met voldoende en relevante literatuur. De deelvragen vormen samen een onderzoeksstructuur die past bij het doel van het onderzoek. 3. Analyse 30 % Plan van aanpak In het plan van aanpak wordt aangegeven op welke manieren de onderzoeker komt tot een antwoord op de vraag. Functioneel, valide en betrouwbaar bevat een sluitende onderzoeksopzet waarin de stappen systematisch leiden naar het beoogde antwoord. bevat een onderbouwing voor de gekozen methode van dataverzameling (kwantitatief, kwalitatief of mixed design) en de dataverzameling en analyse leidt tot gegevens die niet ongewenst beïnvloed worden door systematische (meetinstrumenten meten wat ze moeten meten en gegevens zijn geldig) en toevallige fouten (toestand van onderzoeker of probleemsituatie, onvolkomendheden in instrument of procedure, situatie waarin of het toevallige tijdstip waarop het onderzoek plaatsvond). 3.2 De analyse geeft een overzicht van de beschikbare en de gebruikte beloningsinstrumenten en/of het systeem van arbeidsvoorwaarden in de organisatie. voldoet minimaal aan de volgende eisen: de centrale theoretische begrippen worden uitgewerkt en op overtuigende wijze aan de beschreven situatie gerelateerd. en voldoet aan de volgende aanvullende eisen: minimaal 1 aanvullende bron uit de cultuurtheorie wordt aangewend die op meerdere punten relateert aan de organisatie en de omschreven probleemsituatie.

5 Nederlandse Associatie voor Praktijkexamens 5 Relevant: geeft een heldere situatiebeschrijving en geeft inzage in de oorzaken van de problematiek en de wijze waarop dit zich uit in de organisatie. Kritisch: een relatie met de impliciete doelstelling wordt gemaakt. en de oorzaken en symptomen worden gerelateerd aan het huidige (belonings)instrumentarium in de organisatie. en van het beloningsinstrumentarium van de organisatie wordt aangegeven waar deze niet aansluit op de doelstelling van de organisatie. De conclusies van de scriptie zijn de antwoorden op de deelvragen en op de probleemstelling. Conclusies worden getrokken op basis van de analyse. Bij praktijkgericht onderzoek zijn de resultaten bedoeld om de beroepspraktijk te verbeteren. Die praktijk is vooral geïnteresseerd in een werkende en duurzame oplossing van de ervaren problematiek in de eigen situatie. Daarom wordt geëist dat het onderzoek aanbevelingen of een beroepsproduct bevat. 4. Conclusies, aanbevelingen en implementatie 30% 4.1 Conclusies 3 5 voldoen minimaal aan de volgende eisen: vloeien voort uit de analyse en sluiten aan bij de organisatie. en voldoen aan de volgende aanvullende eisen: worden onderbouwd met gegevens uit de analyse. Adequaat: Valide: de onderzoeksvraag en deelvragen zijn beantwoord. de gevonden antwoorden doen recht aan de centrale theoretische begrippen: centrale theoretische begrippen zijn op een goede manier onderzoekbaar gemaakt (geoperationaliseerd). en nieuw ontstane vragen worden apart aan de orde gesteld en benoemd. en de gevonden antwoorden doen recht aan: Verklaringsregels: de eventuele verklaringen die in de antwoorden voorkomen zijn zodanig dat er: 1) in de werkelijkheid ook echt een relatie is tussen A en B, 2) A in de tijd vooraf gaat aan B en 3) er niets anders is dat B verklaart. Generaliseringsregels: indien er sprake is van uitspraken over mensen of situaties die feitelijk niet zijn onderzocht is er sprake van generaliseren.

6 Nederlandse Associatie voor Praktijkexamens Aanbevelingen voldoen minimaal aan de volgende criteria eisen: aanbevelingen worden onderbouwd door de resultaten van het onderzoek. Dit kan worden aangetoond door bij iedere aanbeveling aan te geven op welke conclusie deze is gebaseerd. en voldoen aan de volgende aanvullende eisen: de inhoudelijk keuzes en vooronderstellingen worden geëxpliciteerd en uitgelegd en gekoppeld aan de theorie. en de aanbevelingen zijn geformuleerd in de vorm van een onderbouwd advies. Valide en adequaat: de voorgestelde oplossing is realistisch en acceptabel in het vakgebied. de aanbevelingen dragen bij aan een oplossing of verzachting van het probleem. en de acceptatie wordt overtuigend aangetoond door bijvoorbeeld de reactie van direct betrokkenen/opdrachtgever op de aanbevelingen op te nemen waaruit de acceptatie blijkt of door te verwijzen naar een literatuuronderzoek waarin wordt aangetoond dat de oplossing elders ook wordt gebruikt. de opdrachtgever kan zelf met de voorgestelde oplossing aan de slag omdat deze verankerd is in de probleemcontext. Creatief en duurzaam: zijn haalbaar gegeven de beschikbare tijd/budget, de omgeving waarin deze moeten functioneren (cultuur, infrastructuur, wijze van leidinggeven, etc.) en de mensen die ze moeten uitvoeren (wat ze kunnen, de hoeveelheid tijd die ze hebben, hun motivatie, etc.). en verouderen niet te snel en zijn weinig belastend voor natuur en milieu en getuigen van originaliteit, eigenheid en gevoel voor innovatie. 4.3 Implementatie Een realistisch en praktisch advies met betrekking tot de beloningsstrategieën van de organisatie wordt gegeven, waarbij wordt ingegaan op de wijze van implementatie. Hierbij wordt rekening gehouden met de gehele organisatie (bijvoorbeeld de problemen van acceptatie, implementatie en inschatting van eigen belangen). en verwachte weerstand wordt vermeld en hierop wordt geanticipeerd. Ook worden opvattingen, belangen en posities van alle betrokkenen vermeld in het implementatiegedeelte van de scriptie en een realistisch tijdsschema wordt weergegeven.