Dit is de eerste Nederlandse vertaling van de The Dual Diagnosis Capability in Addiction Treatment (DDCAT) Index. De DDCAT Index is een trouwheids



Vergelijkbare documenten
Beter geïntegreerd! Wat zeggen de richtlijnen?

FUWASYS Algemene Karakteristieken

Getrouwheidsschaal behandelitems (fidelity)

Fidelity-meting IDDT. 1 Verkorte fidelity meting/ledd

Auditinstrument. LVB & Middelengebruik

Het geïntegreerd behandelen van verslavingsproblematiek en PTSS

Geïntegreerde behandeling van patiënten met schizofrenie en middelengebruik

Verslaving en comorbiditeit

Behandeling van verslaving en comorbiditeit. de Noord Nederlandse ervaring

Verbeterproject GGZ NHN Divisie Langdurende Psychiatrie

Motiveren doe je in fasen. De kunst en kunde van het fasegericht, geïntegreerd behandelen, van dubbele diagnose cliënten

Toegankelijkheid en effectiviteit van de geestelijke gezondheidszorg voor ouderen. Samenvatting

Overbezorgde moedeloosheid:

De CAMS Workshop REMCO DE WINTER, KD ACUUT DAG VAN DE INHOUD ROTTERDAM 29 SEPTEMBER

Het voorkomen van geneesmiddel gerelateerde problemen bij oudere patiënten met polyfarmacie ontslagen uit het ziekenhuis

P. de Beurs, psychiater en adviseur voor de IGZ

10 cliënten/hulpverlener of meer % - 36% 37% - 63% 64% - 89% contact met meerdere stafleden per twee weken.

Je bent alleen maar verslaafd! Wim van Loon, Psychiater. 10 februari 2014

In behandeling bij het NPI

Tarieventabel 2014 als bedoeld in artikel 4 van de Verordening lijkbezorgingsrechten Vlaardingen 2014 Registratienr.:

TRANSMURAAL PROTOCOL PSYCHIATRIE Herziene versie mei/juni 2009.

Tarieventabel 2011 als bedoeld in artikel 4 van de Verordening begrafenisrechten Vlaardingen 2011 ALGEMENE BEGRAAFPLAATS HOLY

Opnamekliniek voor volwassenen met een dubbele diagnose

De inrichting van wijkgerichte zorg in een innovatieve GGZ

Klinische opname. Algemene informatie

Inhoud. Ontgifting en stabilisatie. Observatie en Diagnostiek en Behandeling. Cijfers en Onderzoek. Aanbod Jeugd in Nederland

Langdurige Forensische Psychiatrie

Generalistische Basis GGZ en Specialistische GGZ

Hij draagt in deze hoedanigheid zorg voor:

Topklinisch Centrum voor Korsakov. en alcoholgerelateerde cognitieve stoornissen. Informatie voor verwijzers

De CAMS Workshop REMCO DE WINTER & MARIEKE DE GROOT

De CAMS Workshop REMCO DE WINTER

De CAMS Workshop R E M C O D E W I N T E R, S G A C U U T N I E N K E K O O L, S G P E R S O O N L I J K H E I D S S T O O R N I S S E N

JEUGDHULP HOLLAND RIJNLAND

PersonaCura. Uw specialist in persoonlijkheid & gedrag bij senioren

Ambulante behandeling

Protocol ADHD bij verslaving 139

Richtlijn Angst (2016)

Programma. 1. Historie. Noord Holland Noord. 2. Zorg voor EPA. Kenmerk (toen) 1. Historie. Ambulantiseren

INTER-PSY Vechtdal Kliniek

Generalistische basis ggz

Eliane Duvekot. Eliane Duvekot

INDIGO HET ANTWOORD OP DE BASIS GGZ

Werkgroep bedrijfsvoering KenBiS

Studie type Populatie Patiënten kenmerken Interventie Controle Dataverzameling

IN HET KADER VAN HET VERBETERPLAN VROUWENOPVANG

Van de handen in het haar, naar de handen in elkaar

Risico-indicatoren. Basisset Geestelijke gezondheidszorg, Verslavingszorg en Forensische zorg. Utrecht, december 2014

Verlangen naar modelgetrouwheid?

Samenvatting. Samenvatting

Inzicht in psychische kwetsbaarheid. informatieblad. 1 augustus Vooruitgang door vernieuwend werkgeven

INTER-PSY Vechtdal Kliniek

het antwoord op de Basis GGZ

Risico-indicatoren. Basisset Geestelijke Gezondheidszorg, Verslavingszorg en Forensische zorg. Utrecht, december 2013

het antwoord op de Basis GGZ

Ambulante behandeling

Een oplossing voor uw verslaving én uw psychische klachten

Middelen, delictgedrag en leefstijltraining. Marscha Mansvelt

Inhoudsopgave. Inleiding Behandeling in de verzekerde zorg...7. (Neuro)psychologisch onderzoek...7. Psychiatrisch consult...7. Coaching...


20 man 15 vrouw. depressie paranoia psychose

Dagbehandeling. Ouderen

Forensisch Psychiatrische Afdeling

Inhoud. deel i de omvang en aard van het probleem 19. Voorwoord 1 1

Een oplossing voor uw verslaving én uw psychische klachten

Blauwdruk voor EPA Zorg (in de wijk)

P R O J U S T I T I A

Generalistische basis ggz

Standaard Vroege Psychose Zorg (concept 13 november 2012)

De Riethorst GGZ-centrum voor doven & slechthorenden. Algemene informatie

Bijlage 1: Programma van Eisen

INTER-PSY Vechtdal Kliniek

Kennislacunes NHG-Standaard Depressie

Zorgprogramma Angststoornissen

Zelfhulpgroepen en verslavingen

MH ID. Richtlijnen en principes. 29 maart Over diagnostiek en behandeling van gedragsproblemen bij mensen met een verstandelijke beperking

JEUGDHULP HOLLAND RIJNLAND

Verdiepingsstage Vroege Psychosen. Dorpsblik. informatie voor aios

Risico-indicatoren. Basisset Geestelijke gezondheidszorg, Verslavingszorg en Forensische zorg. Utrecht, november 2015

De ZAG- Werkwijze. Het ZorgAfstemmingsGesprek

Kliniek Nijmegen. Informatie voor patiënten

Vroege Interventie Psychose (VIP-team) Regio Tilburg en Breda. Informatie voor cliënten

Volwassenen. Mondriaan. voor geestelijke gezondheid

Depressie en comorbiditeit. Studies in de huisartsenpraktijk naar voorkomen en gevolgen voor de zorg.

Interculturele psychiatrie en jeugd-ggz

CGt binnen de ambulante forensische GGz: nieuwe ontwikkelingen

Ouderen en verslaving Dick van Etten Verpleegkundig Specialist GGZ Centrum Maliebaan

Samenwerking tussen huisarts en GGZ lessen voor de praktijk

Zelfmanagement ondersteuningsbehoeften. Bij mensen met EPA. Titus Beentjes Nationaal Congres GGz Verpleegkunde 16 juni 2016

Polikliniek ADHD voor volwassenen GGNet

InFoP 2. Informatie voor Familieleden omtrent Psychose. Inhoud. Behandeling van psychose De rol van andere interventies

Informatie voor Familieleden omtrent Psychose. InFoP 2. Inhoud

Wie behandelt in de basis ggz?

Centrum voor ouderenpsychiatrie Regio Apeldoorn HONOS 65+ Maart 2009 Gerda Rötert

Dementiepoli. Ouderen

ZIKOS Indicatieformulier

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ Bijlage 7. Behandeling

Militaire Kliniek. Militaire Geestelijke Gezondheidszorg. Kliniek MGGZ Conner van Stee, BN 1e Verpleegkundige GGZ

Minder Drank of Drugs. Module voor cliënten met een lichte verstandelijke beperking

Dubbele diagnosemonitor

Transcriptie:

Dit is de eerste Nederlandse vertaling van de The Dual Diagnosis Capability in Addiction Treatment (DDCAT) Index. De DDCAT Index is een trouwheids instrument voor het meten van het programma aanbod aan dubbele diagnose patiënten in de verslavingszorg. De DDCAT Index is in ontwikkeling sinds 2003, en is gebaseerd op de eerder ontwikkelde getrouwheidsschalen (DACT, IDDT schaal). Fidelity metingen worden gebruikt om na te gaan in hoeverre de competentie voor en de uitvoering van evidence-based praktijken voldoen aan het model. De DDCAT maakt gebruik van een gelijke methodologie als bijvoorbeeld de IDDT Fidelity Scale, is maar is speciaal ontwikkeld voor verslavingzorg.

Diagnosis Capable) I.Programma structuur IA. Wat de primaire focus van de instelling/onderdeel volgens de beleidstukken? 1 Alleen verslaving Diagnosis Capable) Primaire focus is verslaving, comorbiditeit wordt ook behandeld Primaire focus op dubbel diagnose cliënten IB. Organisatie certificering en vergunning. IC. Coördinatie en samenwerking met GGZ instellingen. Mag alleen verslaving behandelen Geen formeel coördinatie- /samenwerkingsdocume nt aanwezig. In overeenstemming met de SAMSHA definitie van minimale coördinatie. In de praktijk mag er meer behandeld worden, maar personeel is daarvoor strikt gezien niet bevoegd Vage, ongedocumenteerde of informele relatie met GGZ instellingen, of contact op consultbasis. In overeenstemming met de SAMSHA1 definitie van consultatie. Er zijn geen barrières om psychiatrie of comorbide stoornissen te behandelen Geformaliseerde en gedocumenteerde coördinatie of samenwerking met een GGZ instelling. In overeenstemming met de SAMSHA1 definitie van samenwerking. Geformaliseerde coördinatie en samenwerking en de beschikbaarheid van casemanagers, of uitwisselingsprogramma's met GGZ instelling voor personeel (wordt variabel ingezet). De organisatie is gecertificeerd en/of bevoegd om zowel GGZ als verslavingsbehandeling aan te bieden. meeste diensten zijn geïntegreerd binnen het bestaande programma, of er wordt structureel gebruik gemaakt van uitwisseling programma's voor personeel. In overeenstemming met 1 2

Diagnosis Capable) ID. Financiële stimulansen. II. milieu Programma Alleen interventies voor verslavingsbehandeling worden vergoed. Interventies voor beide typen (verslaving en psychiatrie) worden vergoed, op voorwaarde dat de de primaire klacht is. Personeel geeft aan dat in de praktijk wel barrières een rol spelen. OF: GGZ interventies worden gedeeltelijk vergoed. Interventies voor beide typen (verslaving en psychiatrie) worden vergoed, op voorwaarde dat de de primaire klacht is. In overeenstemming met de SAMSHA1 definitie van samenwerking en omvat enkele informele componenten die consistent zijn met de definitie van integratie. de SAMSHA1 definitie van integratie. Zowel verslavings- als interventies worden vergoed, evenals combinaties van dergelijke interventies of een geïntegreerde behandeling. IIA. De organisatie is ingesteld op de behandeling van zowel verslavings- als Is alleen ingesteld op mensen met verslavings Mensen met Formeel gezien worden alleen mensen met geaccepteerd (blijkt uit Is ingesteld op mensen met en mensen met milde, Formeel ingesteld op, maar informeel wordt ook Ingesteld op zowel verslavings- als Dit is ook 1 3

Diagnosis Capable) IIB. Tonen en verspreiden van literatuur en educatief materiaal voor cliënten. III. Klinisch proces: assessment problematiek worden geweigerd of doorverwezen. Alleen materiaal m.b.t. verslaving of lotgenotencontact (bijv. de AA). documentatie zoals inclusiecriteria en de doelpopulatie). In de praktijk is er een informele procedure waarbij sommige mensen met problemen wel worden toegelaten. Voor zowel verslavingsals problematiek, maar dit wordt niet standaard aangeboden en is ook niet formeel vastgelegd. stabiele problematiek worden geaccepteerd (dit is gedocumenteerd). Voor zowel verslavingsals problematiek, maar de verspreiding is minder uitgebreid voor problematiek toegelaten. Dit is niet goed gedocumenteerd. In gelijke mate voor zowel verslavings- als goed gedocumenteerd. Voor de interactie tussen verslavings- en IIIA. Standaard screenings methode(n) voor symptomen. Pre-screening voor toelating, gebaseerd op zelfrapportage door de cliënt. Besluit wordt gebaseerd op de indruk die een Pre-screening op symptomen en behandelgeschiedenis, huidige medicatie, geschiedenis van (zelf)moordpogingen. Routinematig gebruik van standaard interviewvragen voor Hierbij wordt gebruik gemaakt van een algemeen Screening op problematiek, gebruik makend van gestandaardiseerde of formele instrumenten met voldoende solide Gestandaardiseerde of formele instrumenten met voldoende solide psychometrische eigenschappen, voor zowel verslavings- als 1 4

Diagnosis Capable) IIIB. Standaard assessment als er positief gescreend is op IIIC. Psychiatrische en verslavingsdiagnostiek vindt plaats en wordt gedocumenteerd. IIID. Geschiedenis van en zijn vastgelegd in het medisch dossier. r heeft, uitgaande van de wijze waarop een cliënt zich presenteert of van de (medische) geschiedenis). Continue monitoring op geschiktheid of op uitschrijving voor het programma. Psychiatrische diagnoses vinden niet plaats of worden niet gedocumenteerd. Alleen de geschiedenis van is bijgehouden Meer gedetailleerde biopsychosociale assessment en een onderzoek naar de psychische gesteldheid. Beide geïnitieerd vanuit de r Psychiatrische diagnostische impressies worden gemaakt; verslaglegging vindt niet altijd plaats. Geschiedenis van wordt via een standaardformulier verkregen. Geschiedenis van problematiek wordt niet consistent bijgehouden. raamwerk of er worden biopsychosociale gegevens verzameld Formele assessment op problematiek, indien noodzakelijk. Psychiatrische diagnoses worden soms wel, soms niet aan de dossiers toegevoegd. In het beschrijvende deel van het medisch dossier wordt standaard verslag gedaan van de geschiedenis van zowel verslavings- als psychometrische eigenschappen. Verhoogde capaciteit om follow-up assessment op problematiek te kunnen doen, zij het niet gestandaardiseerd of structureel ingebed. Psychiatrische diagnoses worden regelmatig vastgelegd, maar nog niet in alle gevallen. Een specifieke sectie binnen het medisch dossier is gewijd aan de geschiedenis, de chronologie en het beloop van beide stoornissen Geïntegreerde assessment vindt altijd plaats. Psychiatrische diagnoses worden standaard uitgevoerd en vastgelegd. Een specifieke sectie binnen het medisch dossier is gewijd aan de geschiedenis, de chronologie en het beloop van beide stoornissen. Ook de interactie tussen beide 1 5

Diagnosis Capable) IIIE. Toelating tot het programma is gebaseerd op het acute karakter van de klachten: laag, middelmatig, hoog. Alleen personen zonder klachten, of in de categorie "laag" worden toegelaten. Personen met lage tot en met middelmatige klachten worden toegelaten, onder voorwaarde dat ze stabiel zijn. stoornissen wordt tijdelijk onderzocht. Personen met middelmatige tot en met hoge klachten worden toegelaten, inclusief de mensen die in een instabiele conditie verkeren. IIIF. Toelating tot het programma is gebaseerd op de mate waarin klachten aanhouden en op de mate van beperking: laag, middelmatig en hoog. IIIG. Fase-gerelateerde assessment. IV. Klinisch proces: Alleen personen zonder aanhoudende of beperkende klachten, of in de categorie "laag" worden toegelaten. Geen assessment of niet gerapporteerd Assessment en rapportage vinden niet structureel plaats, afhankelijk van de betreffende r Personen in de categorie "laag" tot en met "middelmatig" worden toegelaten. Behandelaar /hulpverlener doet aan assessment en rapportage, maar de focus ligt op de motivatie t.a.v. verslavings Er wordt een formeel instrument gebruikt voor assessment en er vindt standaard rapportage plaats, maar de focus ligt op de motivatie t.a.v. verslavings Personen in de categorie "middelmatig" tot en met "hoog" worden toegelaten. Er wordt een formeel instrument gebruikt voor assessment en er vindt standaard rapportage plaats, de focus ligt op de motivatie voor zowel de verslavings- als de 1 6

Diagnosis Capable) behandeling IVA. Behandelplannen. IVB. Vaststellen en monitoren van het beloop van zowel verslavings- als IVC. Procedures voor noodgevallen en crisismanagement. IVD. Fasegerichte behandeling. Alleen wordt vermeld. Geen aandacht voor of geen rapportage van het beloop van de Op geen enkele wijze worden richtlijnen uitgedragen. Er wordt niet met fasen gewekt of het staat niet expliciet in het behandelplan. De inhoud varieert per r. Rapportage over het beloop van problematiek verschilt per r. Richtlijnen worden verbaal uitgedragen. Motivatiefase wordt door iedere r verschillend in het behandelplan verwerkt. Verslavingsproblematiek wordt als primair vermeld, problematiek als secundair Klinische focus in verhalende stijl (behandelplan of voortgangsrapportage) over veranderingen in Richtlijnen zijn gedocumenteerd: verwijzingen of samenwerking (met locale GGZ-instelling). Motivatiefase wordt standaard opgenomen in het individuele behandelplan, maar er zijn geen fasegerichte Systematische focus is beschikbaar maar wordt variabel gebruikt. Systematische focus is beschikbaar, maar wordt op verschillende manieren gebruikt. Motivatiefase wordt standaard opgenomen in het individuele behandelplan en in algemene zin is er het Zowel verslavings- als problematiek staat consequent als primair vermeld. Heldere, gedetailleerde en systematische focus op veranderingen in zowel verslavings- als Het is mogelijk om een risicotaxatie te maken van het voortdurende gebruik van middelen; iemand blijft in het programma, tenzij een gedwongen opname is gerechtvaardigd. Motivatiefase wordt standaard opgenomen in het individuele behandelplan en fasegerichte behandeling 1 7

Diagnosis Capable) IVE. Beleid en procedures voor medicatie: evaluatie, beheer, monitoring en medicatietrouw. IVF. Gespecialiseerde interventies voor Cliënten die op medicatie zijn ingesteld worden niet toegelaten. Geen mogelijkheid voor begeleiding of het voorschrijven van psychotrope medicatie gedurende de behandeling. Psychiatrie wordt niet gedekt door de programma-inhoud. Bepaalde typen medicatie zijn niet toegestaan, of de cliënt moet beschikken over een eigen voorraad die voldoende is om de gehele behandelperiode te overbruggen. Er is beperkt de mogelijkheid om psychotrope medicatie te monitoren. Gebaseerd op het oordeel van individuele behandelaars/hulpverlen interventies. Gecoördineerd medicatiebeleid. Er is enige mogelijkheid tot het voorschrijven van psychotrope medicatie en er is beleid om het voorschrijven van medicatie te begeleiden. Monitoring van de medicatie wordt voornamelijk gedaan door degene die de medicatie voorschrijft. In het programma als algemene interventie (bijv. stress besef dat de behandeling kan worden aangepast op de individuele motivatiefase (alleen voor middelengebruik). Duidelijke standaarden voor de persoon die medicatie voorschrijft. Deze persoon is ook lid van de behandelstaf. De medicatievoorschrijver is redelijk beschikbaar en er zijn richtlijnen voorhanden. De medicatievoorschrijver heeft regelmatig contact met andere leden van het behandelteam over het medicatieplan en hij/zij vraagt één van de teamleden te assisteren bij het monitoren van de medicatie. Enkele gespecialiseerde interventies door getrainde wordt formeel voorgeschreven en uitgevoerd (voor zowel middelengebruik als psychiatrie). Duidelijke standaarden voor de persoon die medicatie voorschrijft. Deze persoon is ook een actief lid van het behandelteam. De medicatievoorschrijver is volledig beschikbaar en er zijn passende richtlijnen voorhanden. Als lid van het behandelteam informeert hij/zij de overige teamleden o0ver het medicatieplan. Het volledige team kan assisteren bij het monitoren van medicatie. Standaard psychiatrie symptoom management groepen. Individuele 1 8

Diagnosis Capable) aandoeningen. IVG. Psycho-educatie over de stoornis en de behandeling en over de interactie met middelengebruik en die behandeling. ers. Ongelijkmatig ingebed in de diensten. management). Meer regelmatig uitgevoerd in routine aanbod. Behandelaars/hulpverlen ers werken met zelf aangepaste evidencebased verslavingsinterventies (bijv. motivationele gespreksvoering, cognitieve gedragstherapie, twaalfstappen methode faciliteren ). Wordt niet gegeven. Variabel. Wordt gegeven in algemene vorm en inhoud. Individueel en/of groepsgewijs. behandelaars/hulpverlen ers, in aanvulling op de reguliere algemene interventies. therapie met de focus op specifieke stoornissen. Er wordt gewerkt met systematisch aangepaste evidence-based verslavingsinterventies (bijv. motivationele gespreksvoering, cognitieve gedragstherapie, twaalf stappen methode faciliteren). Wordt gegeven met specifieke inhoud voor specifieke comorbide klachten. Individueel en/of groepsgewijs. 1 9

Diagnosis Capable) IVH. Voorlichting en ondersteuning voor familie. Alleen voor alcohol- en drugs Wisselend of afhankelijk van individueel klinisch oordeel. Psychiatrie wordt regelmatig, maar op informele wijze, meegenomen in de voorlichting. Beschikbaar voor zover nodig. Algemene groepsbijeenkomst voor familie over middelengebruik en psychiatrie. Wordt wisselend aangeboden. Gestructureerde groep die redelijk toegankelijk is. Systematische familie groepsbijeenkomsten over dubbele diagnose worden regulier aangeboden in een standaard format. Wordt gebruik van gemaakt door het merendeel van de families waarvoor dit van toepassing is. IVI. Gespecialiseerde interventies ter bevordering van lotgenotencontactgroep en in de planning of tijdens de behandeling. Wordt niet ingezet. Wordt wisselend gebruikt door individuele behandelaars/hulpverlen ers voor individuele cliënten. Met name faciliteren van lotgenotengroepen voor verslavings Er is een algemeen aanbod in de organisatie aanwezig, maar niet specifiek voor Faciliteren regelmatig voor de traditionele lotgenotengroepen m.b.t. verslaving (bijv. Beschikbaar, maar de ondersteuning richting lotgenotengroepen voor problematiek is wisselend. Gericht op zowel traditionele lotgenotengroepen als op specifieke dubbele diagnose groepen. Standaard beschikbaar en passend op de behoefte van de personen met een dubbele diagnose. Speciale programma's beschikbaar die gericht zijn op specifieke problemen, hetzij via de traditionele 1 10

Diagnosis Capable) AA, NA). lotgenotengroepen, hetzij via groepen gericht op dubbele diagnose. IVJ. Beschikbaarheid van herstelondersteuning door lotgenoten. Niet beschikbaar, of indien wel beschikbaar er wordt niet naar verwezen. Extern beschikbaar. Wisselende mate van verwijzen. Extern beschikbaar en bereikbaar via contactpersonen. Er is enige aandacht voor dubbele diagnose. Extern beschikbaar, geïntegreerd in behandelplan en gedocumenteerd. De focus ligt op dubbele diagnose. Intern beschikbaar met volledige ondersteuning en geïntegreerd in het programma. Wordt standaard gebruikt en gedocumenteerd. Focus ligt op dubbele diagnose. V. Continuïteit van zorg VA. krijgt aandacht in het afbouwproces richting ontslag. Geen aandacht. Wisselend aandacht, afhankelijk van de r. Systematisch aandacht voor dubbele diagnose in de planning voor een doorverwijzing. Aandacht is echter secundair aan Zowel verslavings- als problematiek worden als primair aandachtsveld gezien. Ontslagplan wordt intern opgesteld 1 11

Diagnosis Capable) verslavings of extern, maar dan wel via een regeling in minstens 80% van de gevallen. VB. Er is capaciteit om continuïteit van zorg te kunnen vasthouden. Geen mechanisme om de zorg rond klachten te regelen als het verslavingsprogramma is afgerond. Geen formeel protocol om de zorg rond klachten te regelen als het verslavingsprogramma is afgerond, maar sommige behandelaars/hulpverlen ers leveren extra zorg totdat een geschikte overdracht plaats kan vinden. Wisselende documentatie. Geen formeel protocol om de zorg rond klachten te regelen als het verslavingsprogramma is afgerond, maar indien nodig leveren de meeste behandelaars/hulpverlen ers extra zorg totdat een geschikte overdracht plaats kan vinden. Standaard documentatie. Formeel protocol om de zorg rond klachten voor onbeperkte tijd te regelen, maar wisselende documentatie waaruit blijkt dat dit ook in de praktijk wordt uitgevoerd. Vindt plaats binnen dezelfde organisatie. Formeel protocol om de zorg rond klachten voor onbeperkte tijd te regelen. Consistent gedocumenteerde informatie, waaruit blijkt dat dit ook in de praktijk wordt uitgevoerd. Vindt plaats binnen dezelfde organisatie. VC. Focus op herstel aandachtsgebieden voor zowel verslavings- als Geen focus. Wisselt per r. Standaard focus ligt op het herstel van de verslavings Psychiatrische klachten worden alleen gezien als potentiële risicofactoren voor een terugval in verslaving. Standaard focus ligt op het omgaan met zowel verslavings- als problematiek en het herstel van beide gebieden. Beide worden als primair gezien en de 1 12

Diagnosis Capable) focus op de gebieden is continu aanwezig. VD. Toeleiding naar lotgenotengroepen voor dubbele diagnose is gedocumenteerd en is een aandachtsgebied in het ontslagplan. Er zijn te alle tijde connecties met lotgenotengroepen. Nee. Zelden en als het gebeurt dan komt het initiatief van een individuele r. Ja, maar niet standaard of systematisch. Ja, standaard en systematisch. In minstens 80% van de gevallen met de focus op dubbele diagnose lotgenotengroepen. VE. Voldoende verstrekking van medicatie en er wordt een plan voor medicatietrouw opgesteld. Geen medicatie opgenomen in ontslagplan. Ja: medicatieverstrekking voor 30 dagen, tot aan de volgende afspraak bij een externe organisatie. Medicatiebeheer wordt uitgevoerd en georganiseerd binnen het programma. 1 13

Diagnosis Capable) VI. De behandelstaf VIA. Er is een psychiater, arts, of een andere functionaris met de bevoegdheid om psychotrope medicatie voor te schrijven. Geen formele relatie met iemand die medicatie kan voorschrijven. Externe adviseur of voorschrijver. Interne adviseur of voorschrijver. Lid van de behandelstaf, maar deze persoon is alleen aanwezig voor klinische zaken. Lid van de behandelstaf, aanwezig voor zowel klinische supervisie, het behandelteam en/of administratieve zaken. VIB. Er zijn behandelaars/hulpverlen ers met een gespecialiseerde GGZopleiding of met GGZ werkervaring. Geen formele relatie tussen GGZ specialisten en het programma. 1 24% van de behandelstaf bestaat uit GGZ specialisten. 25 33% van de behandelstaf bestaat uit GGZ specialisten. 34 49% van de klinische staf bestaat uit GGZ specialisten. Minimaal 50% van de behandelstaf bestaat uit GGZ specialisten. VIC. Toegang tot GGZ supervisie of consultatie. Nee. Ja, extern. Ongedocumenteerd. Ja, interne supervisie die wordt geleverd als dat nodig is. Informeel proces. Ja, interne supervisie op regelmatige basis. Er is enige documentatie. Ja, interne supervisie op regelmatige basis. Goed gedocumenteerd. 1 14

Diagnosis Capable) VID Supervisie, case management of zorggebruik procedures benadrukkenen ondersteunen de behandeling van comorbide stoornissen. Nee. Variabel, reviewing gebeurt elders door externe consulent, niet gedocumenteerd. Ja, door interne supervisie. Niet routine matig, enige documentatie aanwezig. Ja, intern georganiseerd. Routinematig en systematische reviewing van co-morbide stoornissen. VIE. Lotgenotenondersteuning is aanwezig voor dubbele diagnose. VI. Training Nee. Aanwezig, maar via de reguliere lotgenotengroepen en niet binnen het programma. Aanwezig in het programma, hetzij als betaalde medewerker(s), vrijwilligers of als excliënt(en) die altijd beschikbaar zijn. VIIA. Behandelaars/hulpverlen ers die in direct contact met de cliënten staan, hebben basistraining gehad in het vóórkomen, Niet getraind in basisvaardigheden. Wisselend getraind. Niet gedocumenteerd als onderdeel van een systematisch trainingsplan, maar aangemoedigd door het Training in basisvaardigheden. Er is een trainingsprogramma. Training in basisvaardigheden. Er is een trainingsprogramma. Ook enige gevorderde training in specifieke behandelstrategieën. Training in basisvaardigheden. Er is een trainingsprogramma. Behandelaars/hulpverlen ers met gevorderde training in specifieke 1 15

Diagnosis Capable) het herkennen van signalen en symptomen, screenen en doen van assessment voor symptomen en stoornissen. VIIB. Behandelaars/hulpverlen ers die in direct contact met de cliënten staan, hebben training gehad in zowel als (inclusief farmacotherapie). Ze hebben gespecialiseerde training gehad in het behandelen van mensen met een dubbele diagnose. Niet getraind, of niet gedocumenteerd. management. Minimaal 33% is getraind. Minimaal 50% is getraind. Minimaal 75% is getraind. behandelstrategieën als onderdeel van een trainingsprogramma. Minimaal 90% is getraind. 1 16