Evalueren in het secundair onderwijs

Vergelijkbare documenten
Evalueren in het secundair onderwijs

Hoe kijkt de Vlaamse onderwijsinspectie naar evalueren in scholen?

BREED EVALUEREN. 29 september 2017 MMI Kortemark

Evalueren om te leren

PBD BASISONDERWIJS. Seminarie VIRBO Evaluatie in het basisonderwijs 20 maart 2014 La Roche-en-Ardenne

Standpunt rapport in het basisonderwijs PBD Basisonderwijs (september 2015)

Evalueren en attesteren in functie van schoolloopbaanbegeleiding. Mark Verbelen

3 DE NETWERKSESSIE : EVALUATIE F A T I H A B A K I

Evaluatiebeleid maakt op zijn beurt deel uit van het onderwijskundig beleid van een school.

Breed evalueren. Els Gallin PBD GO!

Om de school te helpen bij het voeren van een zorg- en gelijke onderwijskansenbeleid

Breed evalueren kan je leren Zes vragen om over te reflecteren. Competenties Nederlands breed evalueren in het secundair onderwijs 1

Onder evaluatie verstaan we het beschrijven en beoordelen van leerprestaties en de ontwikkeling van het kind. In deze nota beschrijven we de manier

Didactische competentie algemeen (DCA) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 X Semester 2 Semester 3 Semester 4

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van GO! Centrum voor talen en techniek Limburg Genk te GENK

Achtergrond. Missie Onze missie op basis van deze situatie luidt:

Hoe kwaliteitsvol omgaan met outputresultaten? SOK - Omgaan met output in het onderwijs

Leraren en schoolleiders over evaluatie in Vlaamse secundaire scholen. Een stand van zaken

Als je als docent beslist om gebruik te maken van peer assessment doorloop je best enkele stappen:

KIJKWIJZER DOORLICHTING HUMANE WETENSCHAPPEN

Word meester in het evalu(l)eren: op weg naar een hernieuwd evaluatiebeleid

Aanvullende documenten

Didactische competentie algemeen (DCA) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 X Semester 2 Semester 3 Semester 4

Visietekst evaluatie

Bijlage 2: De indicatoren van beleidsvoerend vermogen

EVALUEER MET JOUW SCHOOL DOOR HET EVALUATIEBELEID TE EVALUEREN

SCAN. in kwaliteitsvol toetsen

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van de vrije lagere school Virgo Maria te Merksem

Vragenlijst deelnemers Vlaams Lerend Netwerk STEM SO

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van Stedelijk Lyceum Pestalozzi I te ANTWERPEN

Visietekst rond de samenwerking tussen het basisonderwijs en het secundair onderwijs

De kwaliteitswijzer van de Vlaamse onderwijsinspectie

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van GO! basisschool Ter Elzen Wijtschate te WIJTSCHATE

ENGELS. Zijn er nog vragen?

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van Gemeentelijke Lagere School - De Sleutel te Ranst

Visie op het basisaanbod

PEDAGOGISCHE OPLEIDING THEORIE

HOE STEM OPTIMAAL INZETTEN IN DE LERARENOPLEIDING?

Liesbeth Baartman & Raymond Kloppenburg, Hogeschool Utrecht, januari 2013

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van Vrije Lagere School te Leuven

Bijeenkomst vakcoördinatoren november 2016

Onderzoekscompetenties. Schooljaar GO! atheneum Campus Kompas Noordlaan Wetteren

Het evaluerend vermogen in secundaire scholen. Jef C. Verhoeven (KU Leuven) Geert Devos (UG) Peter Van Petegem (UA) 21/4/2001 Evaluerend vermogen 1

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van Centrum voor Volwassenenonderwijs Vilvoorde te VILVOORDE

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van Onze-Lieve-Vrouwecollege te ANTWERPEN 1

Uitdagingen voor de professionalisering en de loopbaan van leerkrachten. Geert Devos.

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Specifieke lerarenopleiding Maatschappelijk en beroepsgericht handelen in de onderwijspraktijk

VISIE PEDAGOGISCH PROJECT

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van GO! basisschool De Vierboete Nieuwpoort te NIEUWPOORT

Breedbeeldevaluatie in het geschiedenisonderwijs

Word meester in het evalu(l)eren: op weg naar een hernieuwd evaluatiebeleid

Functiebeschrijving CLUSTERVERANTWOORDELIJKE NIET-VERPLICHTE HULPVERLENING B4-B5

leerbaar voor een democratische samenleving

Bijlage 1: het wetenschappelijk denk- en handelingsproces in het basisonderwijs 1

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van Gemeentelijke Basisschool - De Windwijzer te LAARNE

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van Vrije Gesubsidieerde Basisschool Jezus-Eik te Overijse.

Psychopedagogische Competentie (PPC) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 Semester 2 X Semester 3 Semester 4

Faculteit Ontwerpwetenschappen Handleiding Opstellen van een toetsmatrijs Versie 15/04/2015

LiNk! Nederlands 2. Evalueren om te leren LINK! NEDERLANDS 2. LiNk! Nederlands

STEM. Visietekst van het GO! onderwijs van de. 28 november Vlaamse Gemeenschap

SCHOOLEIGEN VISIE OP KWALITEITSVOLLE VAKGROEPWERKING

Kan externe evaluatie een partner zijn in de kwaliteitszorg van de school?

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van Gemeentelijke Basisschool - DeLetterdoos - MI school te OOSTAKKER

De Competentiemeter: doelgericht evalueren

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van Sint-Maarteninstituut eerste graad te AALST

Een blik op kwaliteitsvol onderwijs door de ogen van de leerkracht

SWPBS en HGW in curriculum lerarenopleiding

Doorlichten in dialoog

Appendix A Checklist voor visible learning inside *

Effectief onderwijs. Onderzoek in vogelvlucht. ROC Mondriaan, Strategisch Beleidscentrum, Marja van Knippenberg

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van School met de Bijbel Mijn Oogappel te MARKE

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van Heilig-Hart&College 1 te Halle

1. Functionele gehelen

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van Provinciaal Technisch Instituut te KORTRIJK

VISIE. Met opvoeden en onderwijzen beogen leerkrachten de harmonische ontplooiing van de totale persoon.

Toezicht in het praktijkonderwijs

Competenties van leerkrachten in scholen met een katholiek geïnspireerd opvoedingsproject

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van Immaculata- Instituut te Brugge

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van GO! basisschool August Vermeylen te OOSTENDE

Stap 3 Leeractiviteiten begeleiden

Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van GO! atheneum Maasland-Campus Dilsen- Stokkem te DILSEN-STOKKEM

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van Vrij Instituut voor Secundair Onderwijs te Gent

We willen afstel. Het getuigschrift basisonderwijs 25 januari Jan Coppieters en Gerda Bruneel 1

99.11 Evaluerend vermogen van scholen en de ontwikkeling van alternatieve evaluatievormen

DE VOOR(OOR)DELEN VAN GESTANDAARDISEERD TOETSEN. VLOR Zenitdialoog 13 december Jan Vanhoof

Heikamperweg AZ Asten-Heusden

Evalueren in afstandsleren. net (n)iets anders

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van Berthoutinstituut-Klein Seminarie 1 te MECHELEN

~ 1 ~ selecteren. (LPD 1,8,27) (LPD 13,22,23,27)

Op zoek naar nieuwe standaarden voor examinering van Competentie Gericht Onderwijs. Confrontatie tussen twee visies

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van de Gemeentelijke Basisschool De Stip te Linden.

GROEIDOSSIER Praktijk SOV

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van Sint-Lievenscollege Middenschool te ANTWERPEN 1

Verslag over de opvolgingsdoorlichting van Centrum voor Basiseducatie Midden en Zuid West-Vlaanderen te KORTRIJK

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK. Christelijk Gymnasium VWO

Transcriptie:

Evalueren in het secundair onderwijs Visietekst van het GO! september 2012 onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap

2 1 Inhoudsopgave 1 Inhoudsopgave 2 2 Inleiding 3 3 Situering 4 3.1 Uitgangspunten 4 3.2 Evaluatiebeleid 5 4 Een coherent evaluatiebeleid 7 4.1 Wat is evalueren: bedoelen we wel allemaal hetzelfde? 7 4.2 Waarom evalueren we? 7 4.3 Wat is het voorwerp van evaluatie? 8 4.4 Wanneer evalueren we? 9 4.5 Wie evalueert? 10 4.6 Kenmerken van een kwaliteitsvolle evaluatie 10 5 Bibliografie 12

3 2 Inleiding Evaluatie van leerlingen behoort tot de kerntaken van een leraar. Het speelt een beslissende rol in de dagelijkse onderwijspraktijk. Scholen hebben de plicht om een doordacht evaluatiebeleid uit te werken. De Pedagogische begeleidingsdienst kan hierbij ondersteuning bieden. Om gelijkgerichte ondersteuning aan alle scholen te kunnen bieden, is het belangrijk uit te gaan van een stevig onderbouwde visie. In deze tekst hebben we de krijtlijnen neergeschreven van onze visie op evalueren in het secundair onderwijs. De visietekst wil een kader bieden voor iedereen die de kwaliteit van het evaluatiebeleid op onze scholen wil optimaliseren: pedagogisch adviseurs, medewerkers van de centrale administratieve en pedagogische diensten, algemeen directeurs, coördinerend directeurs, directeurs De visietekst gaat niet in op concrete vragen in verband met het organiseren van de evaluatie op klas- en schoolniveau. We hebben enkele veel voorkomende vragen van leerkrachten en directeurs verzameld en beantwoord in standpunten. Deze visietekst is tot stand gekomen via overleg in een werkgroep binnen de Pedagogische begeleidingsdienst van het GO!. De visie op evalueren sluit uiteraard aan bij de visie van het GO! op leren en heeft achterliggend het PPGO! als gids.

4 3 Situering 3.1 Uitgangspunten Het GO! ondersteunt instellingen bij het realiseren van hun onderwijskwaliteit. Kwaliteit willen we in het kader van deze visietekst verduidelijken als effectiviteit, efficiëntie, gelijke kansen en responsiviteit 1. Als we het hebben over effectiviteit en efficiëntie 2 dan bekijken we via evaluatieprocessen welke effecten, c.q. welke nagestreefde opbrengsten het onderwijs heeft. Hiervoor verwijzen we naar de basisfuncties zoals die vanuit de sociologie aan het onderwijs worden toegeschreven zoals: kwalificatie, selectie en socialisatie. We gaan ervan uit dat onderwijs in het GO! deze drie basisfuncties op een gelijkwaardige manier invult. Ons onderwijs zal zowel kwalificatie als selectie als socialisatie inhouden. Dit houdt in dat de leerprocessen die wij opzetten - met de blik op leerlingenkenmerken - zullen resulteren in: - kwalificatie: het aantonen van verworven kwalificaties, al dan niet exclusief diplomagericht; - selectie: het selecteren in het kader van een onderwijsloopbaan zodat de vastgestelde kwalificaties optimaal renderen voor de lerende; - socialiseren: het socialiseren van deze verworven kwalificaties vanuit een na te streven burgerschapsperspectief. Het GO! gebruikt de leerprocessen (waarvan evalueren een wezenlijk onderdeel is) niet exclusief als selectiemechanisme; het GO! hoedt er zich voor selectie als een uitsluitingsmechanisme te gebruiken. Het GO! streeft uitdagende doelen na voor alle leerlingen, afhankelijk van hun intellectuele georiënteerdheid en interesse: abstract-theoretisch, praktisch-technisch, sociaal en ethisch-esthetisch. De aangehaalde invalshoeken sluiten aan bij de missie van het GO! zoals opgenomen in het pedagogisch project van het GO! (PPGO!), waarbij gelijke kansen voor iedereen een sleutelbegrip is: Met het PPGO! wil het GO! elk individu kansen bieden op een optimale ontwikkeling; een ontwikkeling die niet leidt tot nivellering en standaardisering, maar gedifferentieerd is naar ieders talent en competenties. Hierbij krijgen de leerlingen aangepaste pedagogisch-didactische begeleiding. Het PPGO! streeft de totale ontwikkeling van de persoon na, de verwerving van kennis en inzicht, de ontwikkeling van vaardigheden en attitudes, met bijzondere aandacht voor een kritische en creatieve ingesteldheid ten aanzien van mens, natuur en samenleving. Iedere mens is uniek. In elk onderwijs- en opvoedingssituatie moet dus de individuele eigenheid van iedere leerling tot haar recht komen. Dit betekent onder meer gelijke ontwikkelingskansen voor gelijkbegaafden. Het houdt enerzijds in dat milieuachterstanden of handicaps worden gemilderd of weggewerkt door aangepaste hulpverlening, en anderzijds dat wordt ingespeeld op de specifieke behoeften van meer begaafde en talentvolle jongeren. Het GO! moet dit realiseren in een snel veranderende maatschappij. In een razend tempo evolueren we naar een kenniseconomie binnen een internationale context met een leven lang leren als noodzakelijke opdracht. Om lerenden optimaal hierop voor te bereiden, willen we op een responsieve manier omgaan met verandering. Dit houdt in dat we met de blik op leerlingenkenmerken nagaan wat in ons huidig onderwijs (nog) aansluit bij deze evoluties en welke bijkomende eisen in de komende jaren aan ons onderwijs worden gesteld. 1. Responsiviteit: de vraag of het onderwijs zich aanpast aan eisen uit de omgeving, verandering van de leerlingenpopulatie e.d. 2. Effectiviteit = Doen we de goede dingen? Efficiëntie = Doen we ze op een goede manier?

5 3 Situering Om het pedagogisch project maximaal te helpen realiseren en om tegemoet te komen aan de nieuwe verwachtingen van de maatschappij ten aanzien van het onderwijs, gaat de Pedagogische begeleidingsdienst bij de ondersteuning (nascholing en begeleiding) van de scholen uit van een visie op leren die nauw aansluit bij het (sociaal-) constructivisme en competentieontwikkelend leren. De Pedagogische begeleidingsdienst ondersteunt instellingen vanuit een visie op leren waarbij zowel kennisinstructie als kennisconstructie in functie staan van competentieontwikkeling. Bij het opzetten van haar onderwijsbeleid en het daarvan afgeleide evaluatiebeleid zal elke instelling dus moeten uitmaken wat haar visie is op leren in deze tijd. Wij ondersteunen de instellingen daarbij en houden daarbij de drie aspecten voor ogen: Instructie +? of? Constructie? Competentiegericht leren 3.2 Evaluatiebeleid Een doordacht uitgebouwd evaluatiebeleid is een essentiële pijler van een kwaliteitsvolle school. Het uitbouwen van een evaluatiebeleid komt erop neer dat de school stappen zet om te komen tot een gedragen visie, die geconcretiseerd wordt binnen een dagelijkse evaluatiepraktijk en die het voorwerp is van voortdurende interne kwaliteitszorg. Visie De visie op evalueren krijgt gestalte binnen de globale onderwijskundige visie van de school op leren en onderwijzen. Op het niveau van het leren merken we dat maatschappelijke veranderingen scholen uitdagen om naast instructie en kennisconstructie ook werk te maken van competentieontwikkeling. Op het niveau van het onderwijzen is meer dan ooit het besef gegroeid dat men bij het realiseren van de onderwijsdoelen in het onderwijsproces rekening moet houden met leerlingenkenmerken. Het stelt scholen in staat om elke lerende toe te leiden naar een kwalificatie die aansluit bij zijn talenten, interesses en aspiraties. Kwaliteitszorg Binnen haar kwaliteitszorgsysteem kan de school door analyse van de evaluatiegegevens nagaan of de minimale output qua leerprestaties gerealiseerd wordt. Door de outputgegevens (in verband met leerprestaties, outcomes, schoolloopbaan, tevredenheid) te controleren of bij te houden kan de school beslissen om de leer- en onderwijsprocessen en/of evaluatiedeskundigheid van het team bij te sturen.

6 3 Situering Evaluatiepraktijk Bij de dagelijkse evaluatiepraktijk stellen we ons onder meer de volgende vragen. - Waaruit blijkt dat de evaluatiepraktijk aansluit bij de visie van de school op leren en evalueren? - Kunnen we op basis van de evaluatiegegevens een uitspraak doen over het bereiken van de (leerplan)doelstellingen? - Kunnen we op basis van de evaluatiegegevens een uitspraak doen over de wijze waarop het leer- en onderwijsproces van leerlingen en leraren verloopt? - Geven de evaluatiegegevens voldoende input voor de leer- en schoolloopbaanbegeleiding? Het evaluatiebeleid en de organisatie van de daarop gebaseerde evaluatiepraktijk behoort tot de autonomie van de school. De eigen beleidsruimte inzake evaluatie wordt uiteraard begrensd door de regelgeving 1. Het evaluatiebeleid dat de school uitstippelt, vindt zijn weerslag in het schoolreglement 2, onderdeel studiereglement. Dit mag niet vermengd worden met het sanctioneringsbeleid, dat eveneens zijn weerslag vindt in het schoolreglement, met name het onderdeel orde- en tuchtreglement. 1. Zie fiche Regelgeving. 2. Zie fiche Evaluatiebeleid en sanctioneringsbeleid.

7 4 Een coherent evaluatiebeleid 4.1 Wat is evalueren: bedoelen we wel allemaal hetzelfde? In de literatuur worden verschillende definities van evalueren gehanteerd. Samengevat kunnen we evalueren omschrijven als een activiteit waarbij leraren informatie verzamelen over de leerprestaties van de lerenden, er een oordeel over uitspreken, op basis van deze beoordeling of interpretatie een beslissing nemen en die rapporteren. Evalueren Meten Registreren Beoordelen Interperteren Beslissen Rapporteren 4.2 Waarom evalueren we? De evaluatie kan een begeleidende, bijsturende, beoordelende en oriënterende functie hebben. De begeleidende functie van de evaluatie betreft het opsporen van sterke en zwakke punten in het leerproces, in de resultaten ervan en de rapportering daarover aan de lerende. Men wil de leerling informatie bieden over de vraag of hij al dan niet op de goede weg is om de leerdoelen te bereiken. Deze feedback wil de leerling helpen om zijn leertraject, indien nodig, bij te sturen. Een grotere effectiviteit van het leren is hier het doel. De bijsturende functie slaat zowel op het formuleren van remediëringsvoorstellen aan de lerende als op het bijsturen van het eigen onderwijsproces en didactisch handelen van de leraar. Ook het bijsturen van het leerproces door de leerling zelf zit hierin vervat. De beoordelende functie van de evaluatie houdt het uitspreken van een oordeel over het behalen van de doelstellingen in (al dan niet vervat in competenties). De oriënterende functie van de evaluatie beoogt het maken van doordachte uitspraken over de schoolloopbaan van de lerende. (Evaluatie die enkel tot doel heeft te begeleiden of bij te sturen noemt men formatieve evaluatie. Evaluatie om een beoordeling uit te spreken noemt men summatieve evaluatie.)

8 4 Een coherent evaluatiebeleid 4.3 Wat is het voorwerp van evaluatie? Zowel het bereiken van de doelen als het verloop van het leer- en onderwijsproces dienen bekeken te worden. Nagaan of de (leerplan)doelen bereikt worden, noemt men productevaluatie. Dit kan op verschillende manieren: via proeven die gebaseerd zijn op het reproduceren van geïnstrueerde of geconstrueerde kennis en vaardigheden, naast observatie van losstaande attitudes; via proeven die gebaseerd zijn op het gebruiken van de verworven kennis, vaardigheden en attitudes in authentieke situaties (competentiegerichte proeven). Productevaluatie gaat na in hoeverre de leerlingen de leerplandoelstellingen hebben bereikt. Deze leerplandoelstellingen zijn gebaseerd op de eindtermen, specifieke eindtermen, beroepscompetentieprofielen en andere referentiekaders. Naast deze doelstellingen kan de school nog eigen doelstellingen formuleren. In het secundair onderwijs gaat het vaak onder meer over na te streven leerattitudes of in doelen van het complementaire gedeelte waarvoor geen goedgekeurde leerplannen moeten gehanteerd worden. Al deze doelstellingen maken het voorwerp uit van evaluatie (meten, interpreteren en oordelen). Maar niet alle doelstellingen hebben hetzelfde statuut als het erop aankomt een beslissing te nemen die moet gerapporteerd worden. Steunend op de regelgeving kunnen we in ons advies aan scholen de volgende basisprincipes formuleren: 1 De door de minister goedgekeurde leerplandoelstellingen gelden als basis voor de eindbeslissing over de leerlingen. Eigen doelstellingen, uitbreidingsdoelstellingen kunnen bij het advies en de oriëntering worden meegenomen; 2 De school doet de lectuur van de leerplandoelstellingen op basis van de leerlingenkenmerken. Daarmee rekening houdend bepaalt de school haar curriculum (cf. decreet betreffende de eindtermen: Het bereiken van de eindtermen zal worden afgewogen tegenover de schoolcontext en de kenmerken van de schoolpopulatie ); 3 De school doet al het mogelijke opdat alle leerlingen minimaal de leerplandoelstellingen bereiken. ( Iedereen over de hoge lat en voor sommige leerlingen betekent dit dat het complementair gedeelte wordt ingeschakeld om hen over die lat te krijgen ). Bij eindbeslissingen doen we dus een uitspraak over het geheel van vorming. We laten ons hierbij vooral leiden door de leerlingenresultaten die betrekking hebben op de doelen van wat we noemen het kerncurriculum : in het basisonderwijs bedoelen we hiermee de leerplandoelstellingen uit de leergebieden; in het secundair onderwijs bedoelen we hiermee de leerplandoelstellingen uit de vakken van de basisvorming en uit het specifieke gedeelte; in het volwassenenonderwijs bedoelen we hiermee de leerplandoelstellingen uit de opleiding. De evaluaties van eigen doelen van de school (bv. het complementaire gedeelte in het secundair onderwijs) kunnen niet doorslaggevend zijn bij studiebekrachtiging.

9 4 Een coherent evaluatiebeleid Als men nagaat hoe het leerproces van de leerling en het aanleerproces (het didactisch handelen van de leerkracht) verloopt, spreekt men van procesevaluatie. Deze evaluatie heeft een kwalitatief karakter; het is niet de bedoeling om die in punten uit te drukken. Volgens F. Dochy 1 moet de leerkracht die uitspraken wil doen over het leerproces, zich baseren op de volgende drie bronnen: 1 observaties van het leerproces: presentaties, groepswerk, feedback geven en krijgen, luisteren naar anderen, vragen beantwoorden, verslag uitbrengen, een logboek bijhouden, wijze van werken in een praktijkles ; 2 bevragingen over het leerproces (schriftelijk of mondeling): de leerlingen worden hierbij uitgenodigd om na te denken over hun leren (wat vonden de leerlingen gemakkelijk of moeilijk, wat gaan ze de volgende keer anders doen ); 3 verzameling van producten van leerlingen: toetsen, huistaken, resultaten van groepswerk en projecten, werkstukken De informatie verkregen via procesevaluatie wordt enerzijds gebruikt om de leerling te begeleiden, anderzijds om het onderwijsproces bij te sturen. 4.4 Wanneer evalueren we? Evaluatie is een continu gegeven en mag zich niet beperken tot geïsoleerde momenten in het leerproces. De evaluatie verloopt doorheen de hele opleidingsduur. Op die manier brengt ze systematisch de vorderingen van de lerende in beeld, verschaft ze de leraar tijdig inzicht in waar het wenselijk is om zijn onderwijsaanpak bij te sturen en biedt ze de lerende een beter zicht op zijn eigen leerproces. De evaluatie wordt dan ook zoveel mogelijk in de onderwijspraktijk geïntegreerd. Grote productevaluaties moeten worden voorafgegaan door vormen van evaluaties die al dan niet geïntegreerd zijn in het leer- en onderwijsproces. Bij een volledige integratie hiervan spreekt men van permanente evaluatie 2. Onderwijsproces gevolgd door Evaluatie Onderwijsproces Evaluatie Permanente evaluatie De evaluatieresultaten worden aan elkaar gerelateerd en brengen daardoor een proces van ontwikkeling in kaart. Van groot belang is dat de leraar, in overleg met de lerende, objectieve criteria uitwerkt waarop de (permanente) evaluatie zal gesteund worden. Over die criteria moet duidelijk worden gecommuniceerd zodat de lerende het gewicht kan inschatten van de verschillende activiteiten of prestaties die permanent zullen worden geëvalueerd. 1. Filip Dochy, e.a., Anders evalueren, assessment in de onderwijspraktijk, Lannoo Campus, Heverlee-Leuven, 2003, blz. 42. 2. Zie fiche Permanente evaluatie.

10 4 Een coherent evaluatiebeleid 4.5 Wie evalueert? De evaluatie wordt een gedeelde verantwoordelijkheid van de leraar en de lerende. Uiteraard zal de leraar een cruciale rol blijven spelen in het evaluatiegebeuren, onder meer bij het formuleren van evaluatiecriteria, het ontwikkelen van beoordelingsinstrumenten, het geven van feedback over de leervorderingen Om lerenden op te leiden tot autonome lerenden een essentiële doelstelling van onderwijs vinden we het belangrijk dat ze ook zichzelf kunnen evalueren. Daarnaast is het geven van feedback aan anderen een toegevoegde waarde voor het eigen leren en dat van anderen. Actief deelnemen aan de evaluatie leidt bij vele lerenden tot zelfreflectie, inzicht in het eigen leerproces en het zelfstandig formuleren van noodzakelijke bijsturingen. Actief deelnemen aan de evaluatie kan ook de motivatie van de lerenden verhogen. 4.6 Kenmerken van een kwaliteitsvolle evaluatie 1 De traditionele kenmerken van een goede evaluatie zijn vervat in onderstaand schema. Kwaliteitsvolle evaluatie Doelmatigheid beantwoordend aan het doel Billijkheid eerlijke behandeling voor alle deelnemers Validiteit juiste conclusies kunnen trekken Objectiviteit dezelfde kansen voor alle leerlingen Betrouwbaarheid nauwkeurig, eenduidig Transparantie alle nodige informatie Efficiëntie praktische voorwaarden Normering verantwoorden van de beoordeling

11 4 Een coherent evaluatiebeleid Doelmatigheid Het verzamelen en beoordelen van evaluatiegegevens verloopt doelmatig indien beantwoord wordt aan het doel waarvoor de gegevensverzameling ontworpen werd. Hiertoe worden de volgende drie doelmatigheidseisen vooropgesteld: validiteit, betrouwbaarheid en efficiëntie. Validiteit De evaluatiemethode meet wat de gebruiker ermee bedoeld heeft te meten. Men moet de juiste conclusies kunnen trekken uit de evaluatieresultaten. Betrouwbaarheid Een evaluatieinstrument is betrouwbaar als bij herhaald gebruik onder gelijke condities dezelfde resultaten worden verkregen. Toevallige, niet bedoelde factoren mogen geen invloed uitoefenen op het resultaat. Efficiëntie Het verkrijgen van relevante informatie binnen de beschikbare tijd en middelen. Billijkheid De verschillende deelnemers aan een evaluatie moeten dezelfde behandeling krijgen. Je kunt spreken van een rechtvaardige evaluatie indien er sprake is van objectiviteit, doorzichtigheid en normering. Objectiviteit Het mag voor de resultaten geen verschil uitmaken wie instaat voor de afname, correctie en waardering van de evaluatie. Persoonlijke kenmerken zoals motivatie, geslacht, en sociaaleconomische achtergrond van leerlingen mogen geen invloed hebben. Doorzichtigheid De leerling krijgt alle informatie die hij nodig heeft om te zorgen voor een optimale voorbereiding op en een adequate uitvoering van de evaluatieopdracht. Dit betekent onder meer duidelijkheid over de doelen die worden geëvalueerd, over de criteria en normen die gehanteerd worden Normering Er wordt gebruikgemaakt van evaluatiestandaarden (wanneer is een prestatie voldoende, uitmuntend?). Bijkomende kenmerken van een goede evaluatie Bij competentiegericht leren is het belangrijk dat de evaluatie constructiegericht is en een hoog realiteitsgehalte heeft. Constructiegerichte evaluatie heeft als toegevoegde waarde dat ze op een systematische manier de toepassingsvaardigheden van de lerende wil meten in zo authentiek mogelijke situaties. Het komt erop aan om de leerlingen kansen te bieden om hun kennis en vaardigheden te demonstreren en de evaluatie dus niet te beperken tot het zich herinneren van ingestudeerde feiten (bv. door een essay te schrijven, in een groep een experiment uit te voeren, het antwoord op een probleem te beargumenteren, ) Het realiteitsgehalte van evaluatietaken is afhankelijk van de mate waarin die taken aansluiten bij de concrete verwachtingen van de lerenden over wat ze met het geleerde kunnen doen.

12 5 Bibliografie DERIDDER, J., DRIESEN, C., Recht naar school: onderwijsrecht voor secundaire scholen, Antwerpen, Plantijn hogeschool, 2012 DOCHY, F., HEYLEN, L., VAN DE MOSSELAER, H., Assessment in onderwijs: Toetsen en examens in studentgericht en competentiegericht onderwijs, Utrecht, Lemma, 2002 DOCHY, F., SCHELFHOUT, W., JANSSENS, S., Anders evalueren Assessment in de onderwijspraktijk, Leuven, LannooCampus, 2003 JANSSENS, S., VERSCHAFFEL, L., DE CORTE, E., LOWYCK, J., STRUYF, E., VAN DAMME, J., VANDENBERGHE, R., Didactiek in beweging, Mechelen, Wolters-Plantyn, 2000 STANDAERT, R., TROCH, F., Leren en onderwijzen: Inleiding tot de algemene didactiek, Leuven, Acco, 2004 STRUYF, E., Evalueren: een leerkans voor leraren en leerlingen. Over de evaluatiepraktijk in de klas en het evaluatiebeleid op school, Leuven, Universitaire Pers, 2000 VAN PETEGEM, P., VANHOOF, J., Evaluatie op de testbank Een handboek voor het ontwikkelen van alternatieve evaluatievormen, Mechelen, Wolters-Plantyn, 2002 VAN PETEGEM, P., VANHOOF, J., Een alternatieve kijk op evaluatie, Mechelen, Wolters-Plantyn, 2002 VERGAUWEN, G., DESERRANO, G., Attitudes evalueren: een zeiltocht, Antwerpen-Apeldoorn, Garant, 2005