6 5 x 4 x x 3 x x x 2 x x x x 1 x x x x x x 5 4 x 3 x 2 x opgave a opgave b opgave c

Vergelijkbare documenten
HOOFDSTUK 6: Kansrekening. 6.1 De productregel. Opgave 1: a. 3 van de 4 knikkers zijn rood. P(rood uit II. Opgave 2: a. P(twee wit

Antwoorden Wiskunde Hoofdstuk 1 Rekenen met kansen

d. P(2 witte kn. ) = P(2 witte kn. en 1 niet witte kn,) = 0, rode, 12 blauwe en 32 witte knikkers ; 6 knikkers pakken zonder terugleggen.

2.1 Kansen [1] Er geldt nu dat de kans op som is 6 gelijk is aan: P(som is 6) =

3.0 Voorkennis. Het complement van de verzameling V is de verzameling Dit zijn alle elementen van de uitkomstenverzameling U die niet in V zitten.

Paragraaf 7.1 : Het Vaasmodel

7.0 Voorkennis , ,

Uitwerkingen Hst. 10 Kansverdelingen

11.1 Kansberekeningen [1]

Hoofdstuk 11: Kansverdelingen 11.1 Kansberekeningen Opgave 1: Opgave 2: Opgave 3: Opgave 4: Opgave 5:

2 Kansen optellen en aftrekken

4.0 Voorkennis. Bereken het aantal manieren om de functies te verdelen:

Hoofdstuk 5 Rekenen met kansen uitwerkingen

VB: De hoeveelheid neemt nu met 12% af. Hoeveel was de oorspronkelijke hoeveelheid? = 1655 oud = 1655 nieuw = 0,88 x 1655 = 1456

bijspijkercursus wiskunde voor psychologiestudenten bijeenkomst 8 [PW] appendix D.1: kansrekening extra stof

Hoofdstuk 1 Tellen en kans uitwerkingen

4 20 maar dan speelt 4v1 thuis tegen 4v2 maar 4v1 speelt ook uit tegen 4v2 want deze wedstrijd tel je bij 4v2. wedstrijden, dus totaal 1 n ( n 1)

5.0 Voorkennis. Voorbeeld 1: In een vaas zitten 10 rode, 5 witte en 6 blauwe knikkers. Er worden 9 knikkers uit de vaas gepakt.

Hoofdstuk 8: De normale verdeling. 8.1 Centrum- en spreidingsmaten. Opgave 1:

Bij het oplossen van een telprobleem zijn de volgende 2 dingen belangrijk: Is de volgorde van de gekozen dingen van belang?

9.0 Voorkennis. Bij samengestelde kansexperimenten maak je gebruik van de productregel.

Kern 1 Rekenen met binomiale kansen

: de diepte wordt 10 m/min minder, dus hij stijgt 10 m/min 46: op t 0 is de diepte 46 m, dus het wrak ligt op 46 m diepte

Paragraaf 4.1 : Kansen

6. Op tafel liggen 10 verschillende boeken. Op hoeveel verschillende manieren kunnen 3 jongens daar ieder 1 boek uit kiezen?

Opgave 1: I, II, IV en V zijn tweedegraads vergelijkingen. III is een eerstegraads vergelijking en VI is een derdegraads vergelijking.

wiskundeleraar.nl

14.1 Kansberekeningen [1]

4 De normale verdeling

3 Kansen vermenigvuldigen

Bovenstaand schema kan je helpen bij het bepalen van het soort telprobleem en de berekening van het aantal mogelijkheden 2.

3.1 Het herhalen van kansexperimenten [1]

Hoofdstuk 5: Werken met formules. 5.1 Stelsels vergelijkingen. Opgave 1: dus 110 bolletjes dus 15 broden. Opgave 2: Opgave 3:

Hoe bereken je een kans? Voorbeeld. aantal gunstige uitkomsten aantal mogelijke uitkomsten P(G) =

Samenvatting Wiskunde A kansen

Hoofdstuk 1: Formules en grafieken. 1.1 Lineaire verbanden

Opgave 1: 2 is de richtingscoëfficiënt, d.w.z. 1 naar rechts en 2 omhoog. 3 is het snijpunt met de y-as, dus ( 0,3)

13.1 Kansberekeningen [1]

1.0 Voorkennis. Getallenverzameling = Verzameling van getallen met een bepaalde eigenschap

Opgaven voor Kansrekening

Tentamenset A. 2. Welke van de volgende beweringen is waar? c. N R N d. R Z R

Opgaven voor Kansrekening

In de Theorie worden de begrippen toevalsvariabele, kansverdeling en verwachtingswaarde toegelicht.

Opgave 1: a. als je vanuit punt A 1 naar rechts gaat, moet je 6 omhoog om weer op de raaklijn te 5 0 2,5

Voorbereidend materiaal Wiskundetoernooi 2010: Antwoorden op de opgaven

Differentiëren naar leerlingniveau met behulp van ICT als oefenomgeving. Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Samenvatting Wiskunde A

Combinatoriek en rekenregels

Combinatoriek en rekenregels

1 Kansbomen. Verkennen. Uitleg. Theorie en Voorbeelden. Beantwoord de vragen bij Verkennen.

Lesbrief hypothesetoetsen

Kansrekenen. Lesbrief kansexperimenten Havo 4 wiskunde A Maart 2012 Versie 3: Dobbelstenen

Oefeningen statistiek

Hoofdstuk 9: Allerlei functies. 9.1 Machtsfuncties en wortelfuncties. Opgave 1: a. Opgave 2: a. de grafiek van y2. ontstaat uit die van y 1.

Toets combinatoriek en kansrekening

H9: Rijen & Reeksen H10: Kansverdelingen H11: Allerlei functies.5-6

H10: Allerlei functies H11: Kansverdelingen..6-7

Paper 2 Bijlage 1: Lesplan (volgens MDA); Wil Baars

Kansberekeningen Hst

Oefentoets Tentamen 1 Wiskunde A HAVO

2.0 Voorkennis (64 36) Haakjes (Stap 1) Volgorde bij berekeningen:

Havo 4, Handig tellen en Kansrekenen.

Y = ax + b, hiervan is a de richtingscoëfficiënt (1 naar rechts en a omhoog), en b is het snijpunt met de y-as (0,b)

2. Optellen en aftrekken van gelijknamige breuken

Praktische opdracht Wiskunde A Patience

1.1 Rekenen met letters [1]

5 Totaalbeeld. Samenvatten. Achtergronden. Testen

Opgaven voor Kansrekening - Oplossingen

9.1 Centrummaten en verdelingen[1]

Hieronder zie je hoe dat gaat. Opgave 3. Tel het aantal routes in de volgende onvolledige roosters van linksboven naar rechtsonder.

2 REKENEN MET BREUKEN Optellen van breuken Aftrekken van breuken Vermenigvuldigen van breuken Delen van breuken 13

wordt niet verworpen, dus het beïnvloedt de levensduur niet significant

vavo Toets VWO Examenklas Periode: 1 Toetsduur: 180 minuten (echte toets 120 minuten) Toetscode PTA: T1 Constructeur: M.

Som 23 kan met 6665 en som 24 met Dus totaal gunstige uitkomsten.

wordt niet verworpen, dus het gemiddelde wijkt niet significant af van 400 wordt niet verworpen, dus het beïnvloedt de levensduur niet significant

9.1 Gemiddelde, modus en mediaan [1]

Vragen over algebraïsche vaardigheden aan het eind van klas 3 havo/vwo

3.1 Negatieve getallen vermenigvuldigen [1]

6.1 Kwadraten [1] HERHALING: Volgorde bij berekeningen:

2.1 Bewerkingen [1] Video Geschiedenis van het rekenen ( 15 x 3 = 45

Jan heeft 4 pennen, 1 daarvan is paars met gele stippen. Jan doet zijn ogen dicht en probeert de paarse met gele stippen te pakken.

Hoofdstuk 5: Machten en exponenten. 5.1 Hogeremachtswortels. Opgave 1: a. b. twee oplossingen. c. geen oplossingen. Opgave 2: a. b.

Praktische opdracht Wiskunde som van de ogen van drie dobbelstenen

Breuken som en verschil

Binomiale verdelingen

Uitwerkingen Rekenen met cijfers en letters

1 Beginselen kansrekening

8.1 Herleiden [1] Herleiden bij vermenigvuldigen: -5 3a 6b 8c = -720abc 1) Vermenigvuldigen cijfers (let op teken) 2) Letters op alfabetische volgorde

1BA PSYCH Statistiek 1 Oefeningenreeks 3 1

WISKUNDE 3 PERIODEN EUROPEES BACCALAUREAAT DATUM : 8 juni 2006 ( s morgens) DUUR VAN HET EXAMEN : 3 uur (180 minuten) TOEGESTANE HULPMIDDELEN :

Lesbrief Hypergeometrische verdeling

wedstrijden, dus totaal 1 n ( n 1)

combinaties te berekenen.

Oefenopgave. 3 uur Wiskunde. R.A.Jongerius

Eindexamen havo wiskunde A 2013-I

Keuze onderwerp: Kansrekening 5VWO-wiskunde B

Onderstreep in elke opgave wat je eerst moet uitrekenen. Je hoeft de opdrachten niet uit te rekenen. 788 : (1 500 : 3)

Onderstreep in elke opgave wat je eerst moet uitrekenen. Je hoeft de opdrachten niet uit te rekenen. 788 : (1 500 : 3)

Langs het Spaarne rijden soms wel 8 fietsers naast elkaar. Dat is best asociaal, zeker daar ze ook nog in een extreem langzaam tempo fietsen.

college 4: Kansrekening

Transcriptie:

Hoofdstuk : Het kansbegrip.. Kansen Opgave : De kans dat ze gooit is groter, want ze kan op zes manieren gooien: -, 2-, -, -, -2, -. Ze kan op manieren 9 gooien: -, -, -, -. Opgave 2: e. Opgave : 9 0 2 9 0 9 0 9 2 2 2 x x x x x x 2 x x x x x x x x x 2 opgave d x x x x x x x x x x x 2 x x x x x 2 opgave e x x x x x x 2 x x 2 x x x 2 x 2 x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x 2 x x x x x x x x x x x x 2 opgave a opgave b opgave c x x x x x x x x x x x 2 x x x x x 2 GETAL EN RUIMTE VWO WA/C DH - - AUGUSTINIANUM (LW)

Opgave : 2 2 9 2 2 x x 2 x x 2 x x x x 2 2 x x x x x x x x x 2 2 x x x x 2 x x x 2 opgave a opgave b opgave c opgave d Opgave : niet iedere sector is even groot Opgave : totaal: 2 mogelijkheden keer kop of keer munt dus: 2 0 P( keer hetzelfde) keer kop: P( keer kop) 2 2 keer munt of keer munt of keer munt, dus: 2 P( meer dan keer munt) Opgave : totaal: 2 mogelijkheden -- kan op manieren -2-2 kan op manieren dus 2 som = :-- kan op manier som = :--2 kan op manieren som = : kan op manieren (zie opgave a) som = :-- kan op manieren -2- kan op manieren 2-2-2 kan op manier 20 dus 2 keer, of keer 2, of keer, of keer, of keer, of keer dus 2 Opgave : totaal: 29 mogelijkheden --- kan op manieren GETAL EN RUIMTE VWO WA/C DH - 2 - AUGUSTINIANUM (LW)

! --- kan op manieren 2! 2! 0 dus 29 som = : --- kan op manier som = : ---2 kan op manieren som = : --- kan op manieren --2-2 kan op manieren dus 29 --- kan op manieren --2-2 kan op manieren 0 dus 29 Opgave 9: totaal: 2 mogelijkheden dus 20 20 dus 0 keer kop, of keer kop, of 2 keer kop: 22 0 2 22 dus Opgave 0: Totaal mogelijkheden. som 2 -- kan op manier som -- kan op manieren som 0 --2 kan op manieren -- kan op manieren 0 dus totaal 0 manieren, dus. -- kan op! manieren 2-2- kan op manieren 9 dus totaal 9 manieren, dus. Opgave : 0 00 x x x 200 x x 200 x x 00 x 00 x 00 x 00 00 00 200 200 00 GETAL EN RUIMTE VWO WA/C DH - - AUGUSTINIANUM (LW)

2 00 200 x x x x x 200 x x x x x 00 x x x x x 00 x x x x x 00 x X x x x 00 00 00 200 200 00 00 00 00 200 200 00 gemiddeld per klant: 000 in 2 dagen 2 klanten dus 2 000 euro 000 Opgave 2: 2 v x x c x x c x x 00 0 x x x 0 x x x 0 0 00 c c v v c c 00 x x 0 x 0 x 0 0 00 c c v v x x x c x x c x x 00 x x x x 0 x x 0 x x 0 0 00 c c v GETAL EN RUIMTE VWO WA/C DH - - AUGUSTINIANUM (LW)

.2 Empirische kansen Opgave : aantal worpen N 0 0 20 0 20 00 frequentie f 9 22 f relatieve frequentie N 2 9 00 keer hij verwacht keer zes ogen te gooien, omdat hij niet zo vaak gooit, kan het dus wel. e. nee, je verwacht dan 00 keer zes ogen te ogen, dus de afwijking is heel erg groot. Opgave : aantal keer gooien N 0 00 0 200 20 00 00 000 frequentie f 9 22 9 f relatieve frequentie N 2 9 er zijn wel twee mogelijkheden, maar deze blijken in de praktijk niet even vaak voor te komen, dus de kans dat de punaise met de punt omhoog ligt is niet gelijk aan. Opgave : 2 2 9 29 002 totaal: 9999 002 dus 9999 22 9999 Opgave : 9 0 9 22 Opgave : totale frequentie 20 0 0 minuten taal aantal fietsers 20 0 9 0 9 empirische kans 2 0 GETAL EN RUIMTE VWO WA/C DH - - AUGUSTINIANUM (LW)

20 0 0 Opgave : 2 2 2 0 2 Opgave 9: empirisch theoretisch empirisch theoretisch e. empirisch GETAL EN RUIMTE VWO WA/C DH - - AUGUSTINIANUM (LW)

. Voorwaardelijke kansen Opgave 2: 220 220 090 0 0 0 220 0 Opgave 2: 22 22 9 2 2 9 20 20 2 Opgave 29: 9 2 2 0 2 2 0 2 0 2 2 2 2 2 0 2 0 0 Opgave 0: 02 2 02 2 2 0 2 e. 0 2 f. 0 0 9 9 g. GETAL EN RUIMTE VWO WA/C DH - - AUGUSTINIANUM (LW)

Opgave : 9 9 2 9 922 2 dus 0 9 2 0 2 22 000000 9 22 dus 0 000000 e. 2 92 2 2 dus 2 Opgave 2: 2 9 2 9 0 9 9 9 9 9 00 e. 2 2 0 2 2 2 f. 2 Opgave : bereken de kans date en treinpassagier jonger dan 20 jaar is. bereken de kans dat een treinpassagier 0 jaar of ouder is. bereken de kans dat een treinpassagier uit de leeftijdscategorie 20 0 een voordeelurenkaart heeft. bereken de kans dat een treinpassagier zonder voordeelurenkaart uit de leeftijdscategorie 20 0 komt. e. bereken de kans dat een treinpassagier een voordeelurenkaart heeft en jonger is dan 20 jaar. f. bereken de kans dat een treinpassagier uit de leeftijdscategorie 20 0 een voordeelurenkaart heeft. Opgave : A B C wel antwoord 0 90 0 niet antwoord 0 0 9 00 0 0 00 0 00 9 GETAL EN RUIMTE VWO WA/C DH - - AUGUSTINIANUM (LW)

0 0 0 02 9 Opgave : 2 92 0 2 20 9 Opgave : 2, Opgave : Europa Amerika Overige nieuw 92 9 22 2 e hands 20 02 29 2 9 999 I II III goed, 29,, 9, defect, 0 00 wel tbc niet tbc positief,9 999,9 09 negatief 0 99,02 99,0 2 9999 0000,9 0020 09 0020 0 Opgave : 00 P( Rh ) 2000 20 P( Rh onder de voorwaarde bloedgroep O ) 00 Deze kansen zijn niet gelijk dus afhankelijk. Opgave 9: A geen A Rh + 9 0 Rh 9 2 0 0 0 200 9 0 200 00 0 GETAL EN RUIMTE VWO WA/C DH - 9 - AUGUSTINIANUM (LW)

. Het vaasmodel Opgave 0: als je de eerste persoon gekozen hebt, zijn er nog maar 9 mogelijkheden voor de tweede persoon en nog maar mogelijkheden voor de derde persoon. de volgorde waarin je de personen kiest, is niet van belang. 0 20 Opgave : 0 Opgave 2: 02 2 2 2 2 2 2 2 2 2 Opgave : 2 2 0 2 0 009 2 2 0 2 2 2 0 2 Opgave : 0 P( 0 blauw ) 2 GETAL EN RUIMTE VWO WA/C DH - 0 - AUGUSTINIANUM (LW)

0 2 P( blauw ) 2 0 2 P(2 blauw ) 2 P( blauw ) 0 aantal blauw 0 2 kans 2 2 2 0 ; alle kansen samen zijn altijd. Opgave : rood, blauw, wit hij pakt knikkers 2 0 0 02 0 Opgave : 0 0 2 0 0 0 2 2 00 0 0 09 0 0 002 0 Opgave : 9 0 9 GETAL EN RUIMTE VWO WA/C DH - - AUGUSTINIANUM (LW)

GETAL EN RUIMTE VWO WA/C DH - 2 - AUGUSTINIANUM (LW) Opgave : 200 2 000 2 2 Opgave 9: 2 0, 00 2 2 0 2 2 2 Opgave 0: 00 20 0022 9 0 e. 009 2 Opgave : 20 Opgave 2: 00 20

Opgave : 90 2 00 2 99 Opgave : 9 29 20 2 2 2 0 0 20 2 2 20 2 Opgave : 0 2 2 2 2 2 9 2 GETAL EN RUIMTE VWO WA/C DH - - AUGUSTINIANUM (LW)

. De somregel en de complementregel Opgave : 2 P( som ) (-2 of 2-) P( som ) (- of 2-2 of -) P( som of som ) (-2 of 2- of - of 2-2 of -) ja P( som ) (- of 2-2 of -) P( product ) (- of 2-2 of -) P( som of product ) (- of 2-2 of - of - of -) Dus niet gelijk Opgave : De noemers zijn gelijknamig dus mag je eerst de tellers optellen en daarna pas delen door de noemer. Voordeel: minder werk. Opgave : 2 0 2 P( minder dan 2 groene)=p(0 of groene) Opgave 9: P(0 of meisje) 2 2 2 2 9 Opgave 0: ( 0 2 P of prijs) 92 0 of 2 2 P Opgave : 2 0 29 2 29 9 0 0 02 0 0 0 GETAL EN RUIMTE VWO WA/C DH - - AUGUSTINIANUM (LW)

0 9 2 2 0 9 0 Opgave 2: 0 02 22 0 2 0 2 0 2 2 2 2 9 Opgave : 22 2 P(minstens prijs) P(geen prijs) 2 2 P(niet prijzen) P( prijzen) 99 2 2 0 2 2 2 2 Opgave : 20 P(som ) P( som ) 92 2 2 22 ) 2 2 P(som ) P( som 9 Opgave : P(minstens groene) P(geen groen) 9 2 P(hoogstens 2 blauw) P( blauw) 9 2 2 0 2 2 GETAL EN RUIMTE VWO WA/C DH - - AUGUSTINIANUM (LW)

Opgave : het complement van geen groene is minstens groene. het complement van gelijke kleuren is niet allemaal gelijke kleuren. het complement van meer dan 2 rood is hoogstens 2 roo het complement van hoogstens wit is minstens wit. Opgave : P(minstens barst) P(geen barst) 0 2,2 0 0 Opgave : P(minstens 2 bestuursleden) P(hoogstens bestuurslid) 9 9 0 P(minstens keer supermarkt) P(geen supermarkt) 9 er zijn leden van de supermarkt en nog bestuursleden die geen lid zijn van de supermarkt. Opgave 9: 2 2 P(0 of prijs) P( 0 2 2 2, ) 9 P( 200 0 2 2 2 of meer) 999 0 00 of 2 0 of 0 2 2 of 2 2 2 2 2 2 2 0 Opgave 0: 20 0 20 0 20 2 2 0 0 GETAL EN RUIMTE VWO WA/C DH - - AUGUSTINIANUM (LW)

GETAL EN RUIMTE VWO WA/C DH - - AUGUSTINIANUM (LW) P(minder dan jongens) P(minstens jongens) 002 0 2 2 02 0 Opgave : 29 9 dus linker handschoenen 00 9 ( P geen of paar) 9 9 9 Opgave 2: 29 0 2 P(minstens 2 defect) P(hoogstens defect) 0 2 2 9 0 2 2 2 2

. Diagnostische toets Opgave : 0 2 2 2 x x x x x x x x x x 2 2 x x x x 2 x x 2 opgave a,b opgave c opgave d Opgave 2: Totaal 2 mogelijkheden ---:! manieren 2! 2! -2-2-:! 2 manieren 2! 2-2-2-2: manier 9 dus 2 som : ---2: manieren ---:! manieren 2! 2! som : ---: manieren som : ---: manier dus 2 Opgave : 9 9 2 2 0 2 09 2 Opgave : 9 92 0 2 9 9 2 2 0 GETAL EN RUIMTE VWO WA/C DH - - AUGUSTINIANUM (LW)

9 2 9 2 Opgave : A B C wel op post 20 20 2 niet op post 0 0 09 2 2 2 2 0 2 09 P( er is geen bewaking C heeft dienst) P( er is geen bewaking) 2 De kansen zijn niet gelijk, dus de gebeurtenissen zijn afhankelijk. Opgave : 9 2 2 2 9 2 2 00 2 2 2 Opgave : 0 2 2 2 0 2 0 0 Opgave : 2 0 20 0 GETAL EN RUIMTE VWO WA/C DH - 9 - AUGUSTINIANUM (LW)

Opgave 9: P(minstens rood) P(geen rood) 90 9 9 00 P(minder dan zwart) P( zwart) 99 Opgave 0: 90 20 keer 00 of keer 2 2 20 02 minimaal 0 euro aan prijzengeld winnen P(geen verlies) P(0 of 2 euro) 02 Opgave : 0 9 0 9 0 2 002 29 2 29 2 2 20 P( 0 of cijfer of lager) 29 GETAL EN RUIMTE VWO WA/C DH - 20 - AUGUSTINIANUM (LW)