Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan. Kleiputten. Meulebeke VOORSCHRIFTEN

Vergelijkbare documenten
Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan. Woodstar NV. Avelgem STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan. Stock Americain. Diksmuide. ONTWERP juni 2009 STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

Gemeentelijk RUP Den Huilaert Gemeente Kortemark. Stedenbouwkundige voorschriften en grafisch plan Maart 2011

RUP Oudenaardebaan Stedenbouwkundige voorschriften Gemeente Kluisbergen Maart 2012

Regionaal bedrijf Waeyaert - Vermeersch

GRUP Vanpeteghem Stedenbouwkundige voorschriften Gemeente Staden Juni 2013

GRUP Erogal Stedenbouwkundige voorschriften Gemeente Staden Juni 2013

Gemeente Meulebeke, Ingelmunster

Regionaal bedrijf Dubaere - Dubatex

Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan. Potyze. Stad Ieper. september 2011 STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

Gemeentelijk RUP zonevreemde bedrijven fase IV Johan Lasseel Gemeente Nazareth. Stedenbouwkundige voorschriften en grafisch plan Juni 2010

GRUP Alheembouw Stedenbouwkundige voorschriften Gemeente Staden December 2013

Bestaand regionaal bedrijf

Gemengd regionaal bedrijventerrein Polderhoek te Zonnebeke

Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan. Van Houcke NV. Gemeente Jabbeke. december 2010 STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

RUP Cardiff nv Gemeente Zulte. Stedenbouwkundige voorschriften en grafisch plan November 2017

RUP TUINEN VANDEMAELE J. VOORSCHRIFTEN PLANIDENTIFICATIENUMMER: RUP_36010_214_00011_00001 DOSSIERNUMMER BIJ LNE: SCRPL1620

Van Houcke NV. provinciaal rup. bestemmingsplan. plangebied. art. 1 zone voor detailhandel. art. 2 zone voor wonen. art. 3 zone voor buffer.

Historisch gegroeid bedrijf Dejaeghere te Langemark-Poelkapelle

RUP Quintyn gebroeders bvba Gemeente Zulte. Stedenbouwkundige voorschriften en grafisch plan November 2017

Steenbakkerij Floren en Cie NV

DEEL II: STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

Historisch gegroeid bedrijf Verhelst te Knokke-Heist

Afbakening regionaalstedelijk gebied Aalst deelplan 7 Gemengd Regionaal Bedrijventerrein Sterrenhoek (wijziging)

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN artikel 14

Stedenbouwkundige voorschriften Februari Studiebureau Adoplan Ruimtelijke Planning en Stedenbouw Milieu en Mobiliteit

Zelzate. RUP Rijkswachtlaan. stedenbouwkundige voorschriften

RUP Willaert Stad Roeselare. Stedenbouwkundige voorschriften Definitieve vaststelling 26 mei 2014

specifiek regionaal watergebonden bedrijventerrein

Albertknoop in Lanaken

13 DEELPLAN 13 - GRONDWERKEN GEERT MAES

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN. Stad Damme RUP Sport & Jeugd Moerkerke 77

16 DEELPLAN BOUWONDERNEMING CANNEYT

RUP Verschoore Stad Roeselare. Stedenbouwkundige voorschriften en grafisch plan Definitieve vaststelling 26 mei 2014

Historisch gegroeid bedrijf Steenfabrieken Nelissen NV

stedenbouwkundige voorschriften

historisch gegroeid bedrijf Aertssen te Stabroek

Bestaand regionaal bedrijf

RUP nr. 2quater Zeedijk-Tennis Gemeente Middelkerke. Stedenbouwkundige voorschriften en grafisch plan februari 2016

Historisch gegroeid bedrijf

stedenbouwkundige voorschriften

10 DEELPLAN 10 - GARAGE VANDIERENDONCK

Historisch gegroeid bedrijf Cordeel te Hoeselt

Regiostelplaats Antwerpen-Oost

1 DEELPLAN 1 - WILLTON PARKETVLOEREN

Spoorweginfrastructuur en natuurpark Oude Landen te Ekeren

Þ PRUP Afbakening kleinstedelijk gebied Ninove Toelichtingsnota mei

Provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan

gebieden voor toeristischrecreatieve

ONTWERP PROVINCIAAL RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN REGIONAAL BEDRIJF TRANS BETON - DEVOOGHT TE WINGENE

Brabantnet sneltram A12

Legende 2. STAD WAREGEM Provinciaal RUP Europoint deelgebied 5. verordenend plan. Legende

DEEL II: STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

Kempische Kleiputten. Bijlage II. Stedenbouwkundige voorschriften. Ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. 1 van 12

Stedenbouwkundige voorschriften

2. Stedenbouwkundige voorschriften. Toelichting Algemeen Begrippen

PROVINCIAAL RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN SNOECKLAAN ZONNESTRAAT STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN DECEMBER 2011

RUP Zonevreemde woningen in ruimtelijk kwetsbaar gebied Stedenbouwkundige voorschriften Gemeente Sint-Laureins Oktober 2011

stedenbouwkundige voorschriften

Stedenbouwkundige voorschriften

Stedenbouwkundige voorschriften

Limburg Maasland. 1. Gebieden voor jeugdcamping (KB 1/09/80)

RUP DROWA aanhangwagens bvba

2 DEELPLAN 2 - BEDRIJFSVERZAMELGEBOUW DE AKKER

RUP Driegaaienstraat

1 Art. 1. Algemene bepalingen

RUP Steven Pleysier. STUDIEBUREAU IR. JONCKHEERE bvba PROVINCIE WEST-VLAANDEREN GEMEENTE KOEKELARE. Koningin Astridlaan 134/ BRUGGE 050/

stedenbouwkundige voorschriften

Gebieden voor oppervlaktedelfstoffenwinning

Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan

Gemeente Brakel RUP Industrieterrein

PRUP site Braem nv Handel in/van onderdelen en tweedehandsvrachtwagens te Handzame (Kortemark)

Stedenbouwkundige voorschriften

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

Provincie Oost-Vlaanderen Gemeente Beveren. gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. Gevangenis Beveren. Bijlage II: stedenbouwkundige voorschriften

Algemene voorschriften. VERORDENEND Stedenbouwkundige voorschriften. 1. Op te heffen bepalingen. 2. Instandhoudingsregel. 3.

Stedenbouwkundige voorschriften

afbakening van de gebieden voor de winning van oppervlaktedelfstoffen

12. Verordenend grafisch plan en verordenende stedenbouwkundige voorschriften

Historisch gegroeid bedrijf

Algemene voorschriften. VERORDENEND Stedenbouwkundige voorschriften. 1. Op te heffen bepalingen. 2. Instandhoudingsregel. 3.

Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan

algemene bepalingen TOELICHTEND VERORDENEND stedenbouwkundige voorschriften toelichting en visie

Gemeentelijk RUP Lokaal bedrijventerrein Walderdonk, Wachtebeke

RUP KWZI OVERHESPEN (21.640) LINTER

gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Historisch gegroeid bedrijf t Kriekske te Halle Bijlage II: stedenbouwkundige voorschriften

RUP RWZI SINAAI TE SINT-NIKLAAS stedenbouwkundige voorschriften voorontwerp

Afbakening regionaalstedelijk gebied Turnhout deelplan 4 - Gemengd Regionaal Bedrijventerrein Bentel

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan

Winning van oppervlaktedelfstoffen zand- en steengroeve Balegro

10. Verordenend grafisch plan en verordenende stedenbouwkundige voorschriften

s t e d e n b o u w k u n d i g e v o o r s c h r i f t e n o n t w e r p _ RUP RWZI Gingelom / Muizen

Bijlage II: Stedenbouwkundige voorschriften. Ontwerp gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Petroleum-Zuid: gevangenis en technische schoolcampus

VOORSCHRIFTEN RUP 19 LOKAAL BEDRIJVENTERREIN VAN DE WIELE. Stedenbouwkundige voorschriften ART. 0: ALGEMENE BEPALINGEN

RUP Jeugdverblijf Oud Klooster, begeleidingstehuis Ruyskensveld Campus Zwalm en basisschool Het Groene Lilare Gemeente Zwalm

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN artikel 14

PROVINCIAAL RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN RWZI NEEROETEREN

12 DEELPLAN 12 - TUINCENTRUM AVEVE CHRISTIAAN ROMMELAERE

Gebieden voor oppervlaktedelfstoffenwinning

Transcriptie:

Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan Kleiputten Meulebeke VOORSCHRIFTEN

Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan Kleiputten Meulebeke VOORSCHRIFTEN Algplanid: rup_30000_213_00069_00001 wijzigingen 5 november 2009 goedgekeurd door deputatie ten behoeve van plenaire vergadering maart 2010 aanpassingen naar aanleiding van plenaire vergadering oktober 2010 aanpassingen naar aanleiding van het openbaar onderzoek 2 december 2010 goedkeuring door de deputatie ten behoeve van de definitieve vaststelling Gezien en voorlopig vastgesteld door de provincieraad van West-Vlaanderen in vergadering van 23/12/2010 De provinciegriffier, De gouverneur - voorzitter, H. Ost J. De Bethune Dienst Ruimtelijke Planning Adoplan BVBA Koning-Leopold III-laan 41 E3-laan 109b 8200 Sint-Andries (Brugge) 9800 Deinze t 050/ 40 35 33 t 09/241 53 70 f 050/ 40 33 76 f 09/241 53 79 ruimtelijkeplanning@west-vlaanderen.be office@adoplan.be www.west-vlaanderen.be www.adoplan.be Projectbegeleider: Projectcoördinator: Projectverantwoordelijke: Projectverantwoordelijke: Stephaan Barbery Joachim D eigens Bart Willaert Sanne Vervalle

Dit RUP vervangt de bestemming van het gewestplan Roeselare - Tielt (K.B. 17 december 1979 en latere wijzigingen) en het BPA Steenovenstraat (M.B. 15 juni 1995). De voorschriften opgenomen in dit RUP vervangen de algemene voorschriften van het gewestplan en de bijzondere voorschriften van het BPA. VERORDENENDE ART.1.: ALGEMENE BEPALINGEN a. Werken en constructies in functie van openbaar nut en milieu-technische ingrepen - Werken en constructies in functie van openbaar nut en milieu-technische ingrepen kunnen in alle zones toegelaten worden, voor zover de schaal en de bouwkarakteristieken (inplanting, gabariet en materiaalgebruik) ervan geen afbreuk doen aan de kwaliteit van de betreffende bestemmingszone. b. Afsluitingen - Binnen de perimeter van het RUP is een draadafsluiting toegelaten met een maximale hoogte van 2,50 m. Poorten dienen geïntegreerd te worden in de afsluiting. c. Verhardingen - Indien de milieuwetgeving dit toelaat, dient er maximaal te worden gewerkt met waterdoorlatende verhardingen. d. e. Hemelwater - De opvang van hemelwater dient te gebeuren conform de meest recente gewestelijke verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater. Waterbeheerwerken - Alle constructies, werken, handelingen en wijzigingen die nodig of nuttig zijn voor de waterbeheerswerken zijn mogelijk in alle bestemmingszones. Hiermee wordt o.a. het aanleggen van dijken, het wijzigen van waterlopen en het aanleggen van waterbekkens bedoeld. Deze algemene bepalingen zijn van toepassing op alle bestemmingszones binnen de perimeter van dit RUP. 1

VERORDENENDE ART.2.: SPECIFIEK REGIONAAL BEDRIJVENTERREIN Bestemming Deze zone is bestemd voor bedrijven van regionaal belang met een van volgende hoofdactiviteiten: productie van bouwmaterialen recuperatie en recyclage van bouwmaterialen en bouwpuin aan- en verkoop van bouwmaterialen (groothandel) aannemersactiviteiten (o.a. wegenbouw) activiteiten ten dienste van de ontginning verwerking en bewerking van slib transport in functie van bovenvermelde activiteiten. Volgende activiteiten zijn eveneens toegelaten: gemeenschappelijke en complementaire voorzieningen inherent aan het functioneren van een bedrijventerrein inclusief interne wegenis, infiltratievoorzieningen, wateropvang- en afvoer; herstellen, heraanleggen, of verplaatsen van bestaande ondergrondse en bovengrondse nutsleidingen en aanleggen van nieuwe leidingen; aanleg van fiets- en voetgangersverbindingen; reliëfwijzigingen noodzakelijk voor realisatie van de bestemming. Volgende activiteiten zijn niet toegelaten: kleinhandel; verwerking en bewerking van mest; kantoorachtigen zonder een koppeling aan de bedrijfsactiviteiten eigen aan het bedrijventerrein; Het specifiek regionaal bedrijventerrein wordt voorzien voor de bestaande aanwezige bedrijven. Kleinhandel en kantoren waarbij er geen productie, verwerking of bewerking van goederen gebeurt worden niet toegelaten. Inrichting Bij elke stedenbouwkundige aanvraag wordt een informatief document gevoegd die volgende aspecten behandelt: zorgvuldig ruimtegebruik; een kwaliteitsvolle aanleg van het plangebied en afwerking van de bedrijfsgebouwen; een bedrijfsgerichte oplossing voor de opvang, buffering en hergebruik van hemelwater. Minstens volgende inrichtingsprincipes dienen gerespecteerd te worden: Nieuwe gebouwen dienen op 6 m afstand ten opzichte van de groenbuffer (art. 5) ingeplant te worden. De maximale bouwhoogte bedraagt 12m. gebouwen dienen maximaal gegroepeerd te worden waar de bedrijfsactiviteit dit toelaat, bedrijfsgebouwen worden bij voorkeur uitgebreid aansluitend op een bestaand gebouw en er wordt maximaal gebouwd in meerdere lagen daar waar de bedrijfsactiviteit dit toelaat; een beperkte oppervlakte voor kantoren en toonzalen wordt toegelaten op voorwaarde dat deze De bedrijven dienen elk individueel in te staan voor maatregelen in functie van de opvang, buffering en hergebruik van hemelwater. 2

VERORDENENDE gekoppeld zijn aan de hoofdactiviteit van individuele bedrijven en voor zover deze activiteiten geen intensieve loketfunctie hebben en geen autonome activiteiten uitmaken; toonzalen mogen maximum 25 % van de bebouwde gelijkvloerse oppervlakte bedragen ongeacht op welk niveau zij worden ingericht; Er kan per bedrijf één bedrijfswoning opgericht worden op voorwaarde dat ze een maximale vloeroppervlakte van 200m² hebben. De woonfunctie dient altijd ondergeschikt te zijn aan de bedrijfsfunctie en geïntegreerd in de bedrijfsgebouwen. In uitzondering kunnen bestaande woningen behouden blijven en gebruikt als bedrijfswoning, met max. 1 woning per bedrijf. Interne wegenisinfrastructuur in functie van de bedrijfsvoering en ontginning is toegestaan. Aan de activiteiten eigen constructies zijn toegestaan, zolang het activiteiten betreffen die toegelaten zijn in de bestemming. De stapelhoogte is beperkt tot max. 6,00m; Er dient voorzien worden in een buffercapaciteit van 250-300m³ per ha verharde oppervlakte. Het hemelwater wordt maximaal herbruikt, of vertraagd afgevoerd. ART.3.: ACHTERUITBOUWSTROOK Bestemming: Deze zone is bestemd voor de aanleg van groen, opritten en verhardingen. Inrichting: Bij de inrichting van de achteruitbouwzone dient met volgende inrichtingsprincipes rekening gehouden te worden: Deze zone wordt ingericht als esthetisch verantwoorde groenstrook, verhardingen zijn niet toegestaan met uitzondering van 1 toegang per bedrijf, met een maximale breedte van 10m. Gebouwen en opslag zijn niet mogelijk binnen deze zone, bestaande vergunde of vergund geachte constructies kunnen behouden blijven. Bv. alle constructies voor de uitbouw van een B-Top zijn toegelaten. Het aantal ontsluitingen op de Steenovenstraat wordt maximaal beperkt. Indien het bedrijf zich op een bedrijfseconomisch verantwoorde wijze kan ontsluiten via de wegenis binnen het bedrijventerrein, dan dient hier de voorkeur aan gegeven worden. 3

VERORDENENDE ART.4.: ZONE VOOR WEGENIS Bestemming: Dit gebied is bestemd voor wegenis. Inrichting: In dit gebied zijn alle werken, handelingen en wijzigingen toegelaten voor de aanleg, het functioneren of aanpassing van de wegenis, fiets- en voetgangersverbindingen en hun aanhorigheden. Daarnaast zijn alle werken, handelingen en wijzigingen met het oog op de ruimtelijke inpassing, buffers, ecologische verbindingen, kruisende infrastructuren, leidingen, telecommunicatie infrastructuur, lokaal openbaar vervoersvoorzieningen en lokale dienstwegen toegelaten. ART.5.: BUFFERZONE Bestemming Deze zones zijn bestemd voor de aanleg van een buffer bestaande uit dense aanplanten van streekeigen hoogen laagstammig groen, eventueel gecombineerd met een berm. Inrichting De groenbuffer is minimaal 15m breed. De westelijke buffer is minimaal 25m breed. Het aanleggen van een bufferende berm van maximaal 6,00m hoogte is toegelaten. - Beplanting met inheemse en streekeigen bomen. - tussen- en randbeplanting van inheemse struiksoorten; - de beplanting heeft een minimale hoogte van 7,00 meter. Het aanleggen van een bufferende berm is verplicht ten noorden en ten zuiden van de zone van het specifiek regionaal bedrijventerrein. Ten zuidwesten is een berm en/of akoestische wand eveneens mogelijk. Volgende werken en handelingen zijn toegestaan zolang de bufferende werking niet wordt ondermijnd: - werken en handelingen in functie van onderhoud van de buffer; - het plaatsen van vernevelaars om stofhinder naar de omgeving toe te minimaliseren; - het plaatsen van afsluitingen. Het creëren van open ruimten en of verhardingen (uitz. akoestische wand) in de groenbuffer is verboden, noch het omzetten van groenbuffer naar tuin of park. Het groenscherm dient te worden gerealiseerd in het eerste plantseizoen na het verkrijgen van een stedenbouwkundige vergunning. De zone voor buffer moet zorgen voor een duidelijke integratie van het bedrijf in zijn omgeving. De buffer dient de visuele en geluidshinder van het bedrijf te beperken. Omwille van de ruimtelijk moeilijke verenigbaarheid van industriegebied en natuurgebied (mogelijks toekomstige nabestemming ontginningsgebied) wordt ten westen van het plangebied een groenbuffer voorzien van 25m breed. Deze biedt een betere garantie naar de ontwikkeling en vergunbaarheid van de verwerkende activiteiten. Bij deze groenbuffer wordt er gestreefd naar een groenvoorziening met een homogene inheemse beplanting bestaande uit een bomenlaag en een struiklaag. Om zo snel mogelijk resultaat te krijgen van de buffer, zal het principe van wijkers en blijvers worden toegepast. Op deze manier wordt snel een groene aanblik gecreëerd. Wanneer de langzaam groeiende soorten beginnen op te schieten kunnen de overdadige snelgroeiers gerooid of kort gesnoeid worden. Het plaatsen van een buffer met groenaanplanten en benevelaars zorgt tot een betere inperking van de stofhinder die plaatsgrijpt bij breekactiviteiten en grondverzet in droge periodes. De buffer zal het stof helpen vangen. 4

VERORDENENDE ART.6.: ONTGINNINGSGEBIED MET NABESTEMMING SPECIFIEK REGIONAAL BEDRIJVENTERREIN Bestemming Deze zone is bestemd voor de ontginning van klei. Inrichting Alle werken, handelingen en wijzigingen die nodig of nuttig zijn voor het winnen en mechanisch behandelen van klei zijn toegelaten voor zover het tijdelijke infrastructuur betreft. Verwerking is uitgesloten. Bij ontginning moet de ruimtelijke, landschapsecologische en milieuhygiënische impact van de ontginning op het gebied en op de omgeving geminimaliseerd worden. De aanvraag van een stedenbouwkundige vergunning voor ontginning omvat de nodige informatie over de fasering van de ontginning, de eindafwerking met het oog op de nabestemming en de toepassing van de inrichtingsbepalingen. Na ontginning en opvulling tot 3m onder het oorspronkelijke maaiveld is het gebied bestemd als specifiek regionaal bedrijventerrein. Verdere opvulling kan gebeuren in functie van de nabestemming. Het gebied is bestemd voor de winning van oppervlaktedelfstoffen, waarbij : - het gebied als hoofdfunctie de ontginning van primaire delfstoffen, met name klei, krijgt, overeenkomstig de wetgeving inzake de ontginning van delfstoffen; - het gebied onmiddellijk voor ontginning kan worden aangesneden; - tijdelijke infrastructuur voor de ontginningsactiviteit en de mechanische behandeling van de ontgonnen delfstoffen is toegelaten. Die constructies dienen na ontginning te worden verwijderd. Het bouwen van gebouwen en het plaatsen van installaties voor de verwerking van oppervlaktedelfstoffen is niet toegestaan. De aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning voor bedrijfsgebouwen moet hierover de nodige informatie bevatten. Mechanische behandeling: daaronder wordt onder meer verstaan zeven, mengen, breken Een voorbeeld van niet-toegelaten verwerkingsactiviteit is een betoncentrale. 5

VERORDENENDE ART.7.: NABESTEMMING SPECIFIEK REGIONAAL BEDRIJVENTERREIN Bestemming Binnen dit gebied is dezelfde bestemming van toepassing als in artikel 2. Als nevenfunctie zijn groenbuffers toegelaten. Inrichting Deze nabestemming wordt van kracht nadat de ontginning en de opvulling heeft plaatsgevonden. Binnen dit gebied zijn dezelfde inrichtingsprincipes van toepassing als in artikel 2. Deze bestemming treedt in werking nadat de ontginning heeft plaatsgevonden en de opvulling heeft plaatsgevonden. Overdruk: groenbuffer Buffer bestaande uit dense aanplanten van streekeigen hoog- en laagstammig groen, eventueel gecombineerd met een berm. De groenbuffer is minimaal 15m breed. Het aanleggen van een bufferende berm van maximaal 6,00m hoogte is toegelaten. - Beplanting met inheemse en streekeigen bomen. - tussen- en randbeplanting van inheemse struiksoorten; - de beplanting heeft een minimale hoogte van 7,00 meter. Het aanleggen van een bufferende berm is verplicht ten zuiden van de zone nabestemming specifiek regionaal bedrijventerrein. De westelijke groenbuffer is minimaal 25m breed. Ten zuidwesten is een berm en/of akoestische wand eveneens mogelijk. Volgende werken en handelingen zijn toegestaan zolang de bufferende werking niet wordt ondermijnd: - werken en handelingen in functie van onderhoud van de buffer; - het plaatsen van vernevelaars om stofhinder naar de omgeving toe te minimaliseren; - het plaatsen van afsluitingen. Het groenscherm dient te worden gerealiseerd in het eerste plantseizoen na het verkrijgen van een stedenbouwkundige vergunning. Omwille van de ruimtelijk moeilijke verenigbaarheid van industriegebied en natuurgebied (mogelijks toekomstige nabestemming ontginningsgebied) wordt ten westen van het plangebied een groenbuffer voorzien van 25m breed. Deze biedt een betere garantie naar de ontwikkeling en vergunbaarheid van de verwerkende activiteiten. De zone voor buffer moet zorgen voor een duidelijke integratie van het bedrijf in zijn omgeving. De buffer dient de visuele en geluidshinder van het bedrijf te beperken. Bij deze groenbuffer wordt er gestreefd naar een groenvoorziening met een homogene inheemse beplanting bestaande uit een bomenlaag en een struiklaag. Om zo snel mogelijk resultaat te krijgen van de buffer, zal het principe van wijkers en blijvers worden toegepast. Op deze manier wordt snel een groene aanblik gecreëerd. Wanneer de langzaam groeiende soorten beginnen op te schieten kunnen de overdadige snelgroeiers gerooid of kort gesnoeid worden. Het plaatsen van een buffer met groenaanplanten en benevelaars zorgt tot een betere inperking van de stofhinder die plaatsgrijpt bij breekactiviteiten en grondverzet in droge periodes. De buffer zal het stof helpen vangen. 6

VERORDENENDE Het creëren van open ruimten en of verhardingen (uitz. akoestische wand) in de groenbuffer is verboden, noch het omzetten van groenbuffer naar tuin of park, met uitzondering van één doorsteek, indicatief aangeduid met Hier is een doorsteek van max. 10 m breedte mogelijk ten behoeve van de ontsluiting van het achterliggende ontginningsgebied. Deze ontsluiting kan enkel gebruikt worden voor de ontginningsactiviteit en aanverwante activiteiten. De as van de doorsteek kan maximaal 20 m afwijken ten opzichte van de indicatieve aanduiding. Met aanverwante activiteiten worden alle activiteiten bedoeld die een gevolg zijn van de ontginningsactiviteit, bijvoorbeeld het terug opvullen van de ontginningsputten. 7