Uitspraak van de Huurcommissie Verzoek Betalingsverplichting kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten (art. 7:260 Burgerlijk Wetboek; art. 4 lid 2 sub g, 7 en 18 Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte) Woonruimte Jadestraat 181 KM 6 9743 HE GRONINGEN Hierna te noemen: de woonruimte Zaaknummer Verzonden op 12-05-2016 Verzonden aan huurder en verhuurder Verzoeker [xxx] (niet aanwezig op de zitting) Hierna te noemen: huurder [xxx] Wederpartij [xxx] (niet aanwezig op de zitting) Hierna te noemen: verhuurder [xxx] ------------------------------------------------------------------------------------------ Kern van de uitspraak De betalingsverplichting van de huurder voor de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over de periode 1 september 2013 tot en met 31 december 2013 bedraagt 136,47 De betalingsverplichting van de huurder voor de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over de periode 1 september 2013 tot en met 31 december 2013 bedraagt 375,69 ------------------------------------------------------------------------------------------ I Verloop van de procedure De Huurcommissie ontving op 30 november 2015 twee verzoeken van de huurder. Daarin vraagt hij aan de Huurcommissie om de eindafrekening van de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over de periode 1 september 2013 tot en met 31 december 2013 en over het jaar 2014 te beoordelen. Onderzoek door de Huurcommissie De Huurcommissie heeft een voorbereidend onderzoek laten uitvoeren. Bij de verhuurder zijn de rekeningen van de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten opgevraagd. De gevraagde rekeningen zijn niet door de verhuurder opgestuurd. De resultaten van het onderzoek zijn vastgelegd in een rapport. De Huurcommissie heeft dit rapport aan de huurder en de verhuurder gestuurd. Pagina 1 van 6
II Zitting Gegevens zitting Zittingsdatum: Correspondentie over de zitting De huurder en de verhuurder zijn schriftelijk uitgenodigd voor de behandeling van het verzoek op de zitting van de Huurcommissie. Verklaring van de partijen Korte samenvatting verklaring gemachtigden van de huurder: Graag zien we de posten voor meubilering/ stoffering/ t.v.en internet als 1 post. III Beoordeling De Huurcommissie beoordeelt de eindafrekening voor de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten. De Huurcommissie kan het bedrag verlagen als blijkt dat het hoger is dan de daadwerkelijk gemaakte kosten. Als er geen eindafrekening is stelt de Huurcommissie de betalingsverplichting van de huurder voor de onderzochte kostenposten vast op basis van de aangetoonde daadwerkelijk gemaakte kosten. De Huurcommissie baseert de uitspraak op alle beschikbare schriftelijke informatie over de zaak en alles wat op de zitting is besproken. Eindafrekening kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten De huurder heeft gedurende de periode 1 september 2013 tot en met 31 december 2014 de woonruimte gehuurd. De huurder heeft over deze periode een voorschotbedrag van totaal 2080,00 betaald. Deze servicekosten zijn volgens de huurovereenkomst tussen de huurder en de verhuurder overeengekomen. De verhuurder heeft geen overzicht van de in die periode gemaakte kosten verstrekt. De verhuurder heeft voor de overige servicekosten het voorgeschreven formulier niet aan de Huurcommissie verstrekt. Rapportage De rapporteur adviseert de Huurcommissie het bedrag voor de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over de periode 1 september 2013 tot en met 31 december 2013 en over het jaar 2014 vast te stellen op respectievelijk 129,89 en 354,00. Beoordeling Huurcommissie De Huurcommissie neemt het advies van de rapporteur niet over en heeft de rapporteur verzocht om een herberekening te maken volgens de bestaande beleidslijnen van de Huurcommissie. COU2G ENV-2016-106307 Pagina 2 van 6
De rapporteur van de Huurcommissie komt tot het volgende advies: Gas: Verhuurder heeft geen gegevens verstrekt. De rapporteur houdt daarom als vergoeding voor het gasverbruik voor verwarming 50% van de verbruiksnorm aan. De Huurcommissie gebruikt hiervoor de oppervlakte. De kamer van huurder heeft volgens de puntentelling, opgemaakt in de zaak met kenmerk ZKN-2013-009582, een oppervlakte van 13,36m 2. De Huurcommissie houdt per m 2 oppervlakte een gasverbruik van 40 m 3 aan. Dit is inclusief het verbruik in de gemeenschappelijke ruimten. De verbruiksnorm is 13,36m 2 x 40m 3 = 534,40m 3. Het gemiddelde tarief voor gas bedroeg volgens het CBS in 2013 0,807 per m³. Op jaarbasis komen de kosten dan op 534,40m 3 x 0,807 = 431,26. Huurder heeft echter niet het gehele jaar 2013 in de kamer gewoond. Om de kosten om te rekenen naar de onderzoeksperiode van 01-09-2013 t/m 31-12-2013 wordt gebruik gemaakt van de graaddagenmethode. Bij deze methode wordt er van uit gegaan dat er pas gestookt wordt als het kouder is dan 18 C. Dit is de stookgrens. Het aantal graaddagen geeft aan hoeveel graden de werkelijke temperatuur kouder is geweest dan deze stookgrens. Gasverbruik (Graaddagen) Maand 2012 2013 2014 2015 Januari 523,0 614,7 486,4 560,6 Februari 607,6 558,8 166,5 523,5 Maart 386,5 545,3 362,1 448,6 April 282,0 296,9 201,2 286,4 Mei 156,9 225,5 169,4 210,1 Juni 131,1 130,9 103,8 122,2 Juli 82,2 42,4 24,7 61,5 Augustus 49,7 55,9 94,8 42,1 September 140,6 139,7 94,8 166,7 Oktober 299,0 248,5 164,5 321,8 November 434,3 433,9 383,5 352,0 December 515,8 481,3 526,2 363,9 Totaal: 3.608,7 3.773,8 2.777,9 3.459,4 Bron: Connerga (gewogen gemiddelde graaddagen van 34 KNMI-weerstations voor standaardbouw) Het aantal graaddagen in het kalenderjaar 2013 bedraagt 3.773,8 waarvan 1.303,4 in de onderzoeksperiode. De kosten in de onderzoeksperiode bedragen daarom 1.303,4/3.773,8 e deel van 431,26 = 148,95. In de totaaltelling wordt voor 2013 een bedrag opgenomen van 50% van 148,95 = 74,48. In het kalenderjaar 2014 bedroeg het gemiddelde tarief voor gas volgens het CBS 0,790. De totale kosten worden dan 534,40m³ x 0,790 = 422,18. In de totaaltelling wordt voor 2014 een bedrag opgenomen van 50% van 422,18 = 211,09. Pagina 3 van 6
Elektra: Verhuurder heeft geen gegevens verstrekt. De rapporteur houdt daarom als vergoeding voor het elektraverbruik 50% van de verbruiksnorm aan. De Huurcommissie gebruikt hiervoor de oppervlakte. Huurders woonruimte heeft een oppervlakte van 13,36m 2. De Huurcommissie houdt per m 2 oppervlakte een elektraverbruik van 102 kwh aan. Dit is inclusief het verbruik in de gemeenschappelijke ruimten. De verbruiksnorm is 13,36m 2 x 102 kwh = 1.362,72kWh. Het gemiddelde tarief voor elektra bedroeg volgens het CBS in 2013 0,192 per kwh. Op jaarbasis zijn de kosten dan 1.362,72 x 0,192 = 261,64. Huurder heeft echter niet het gehele jaar in de kamer gewoond. Om de kosten om te rekenen naar de onderzoeksperiode van 01-09-2013 t/m 31-12-2013 wordt gebruik gemaakt van de seizoenspatroon-percentages. In onderstaand overzicht staat per maand het percentage van het jaarverbruik aangegeven. Maand Verbruik Maand Verbruik januari 10 % Juli 6 % februari 8 % Augustus 7 % maart 9 % september 8 % april 8 % Oktober 9 % mei 8 % november 10 % juni 7 % december 10 % Uit deze tabel blijkt, dat in de onderzoeksperiode 37% van een jaarverbruik van elektra gebruikt wordt. Over de onderzoeksperiode zijn de kosten van het elektraverbruik dan te stellen op: 37% x 261,64 = 96,81. In de totaaltelling wordt over 2013 een bedrag opgenomen van 50% van 96,81 = 48,41. In 2014 bedroeg volgens het CBS het gemiddelde tarief voor elektra 0,177 p/kwh. Op jaarbasis zijn de kosten dan 1.362,72kWh x 0,177 = 241,20. In de totaaltelling wordt een bedrag opgenomen van 50% van 241,20 = 120,60. Water Verhuurder heeft geen gegevens verstrekt. De rapporteur houdt daarom als vergoeding voor het waterverbruik 50% van de verbruiksnorm aan. De verbruiksnorm is 50 m 3 water per persoon per jaar. Het gemiddelde tarief voor water bedroeg volgens het CBS in 2013 1,63 per m 3. Op jaarbasis komen de kosten dan op 50m 3 x 1,63 = 81,50. Huurder heeft echter maar 4 maanden van 2013 in de kamer gewoond. Het waterverbruik is niet seizoensgebonden. In de totaaltelling wordt voor de onderzoeksperiode 01-09-2013 t/m 31-12-2013 daarom opgenomen een bedrag van 4/12 e x 81,50 = 27,17 x 50% = 13,58. In het jaar 2014 bedroeg het gemiddelde tarief voor water volgens het CBS 1,76 p/m 3. In de totaaltelling wordt een bedrag opgenomen van 50m 3 x 1,76 = 88,00 x 50% = 44,00. Pagina 4 van 6
Overige servicekosten Omdat géén gegevens verstrekt zijn, wordt volgens het bestaande beleid de betalingsverplichting van huurder voor alle overige servicekostenposten op 0,00 gesteld. IV RESULTAAT ONDERZOEK Servicekosten over de periode: 01-09-2013 t/m 31-12-2013 Voor huurders woonruimte: - kosten gasverbruik 74,48 - kosten elektraverbruik - 48,41 - kosten waterverbruik - 13,58 - meubilering/stoffering - 0,00 - kosten TV-signaal/internet - 0,00 Totaal 136,47 Servicekosten over de periode: 01-01-2014 t/m 31-12-2014 Voor huurders woonruimte: - kosten gasverbruik 211,09 - kosten elektraverbruik - 120,60 - kosten waterverbruik - 44,00 - meubilering/stoffering - 0,00 - kosten TV-signaal/internet - 0,00 Totaal 375,69 Het nader rapport van onderzoek bevat voor zover bekend geen onjuistheden. De Huurcommissie volgt daarom dit rapport en stelt de betalingsverplichting van de huurder conform deze rapportage vast op 136,47 voor de periode 1 september 2013 tot en met 31 december 2013 en 375,69 voor het jaar 2014. Conclusie/ Gevolgen van deze uitspraak De betalingsverplichting van de huurder voor de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over de periode 1 september 2013 tot en met 31 december 2013 bedraagt 136,47. De betalingsverplichting van de huurder voor de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over de periode 1 september 2013 tot en met 31 december 2013 bedraagt 375,69. Legesbeoordeling De partij die in het ongelijk wordt gesteld, moet de leges betalen. De verhuurder heeft geen eindafrekening verstrekt en de commissie stelt de betalingsverplichting vast op een lager bedrag dan de door huurder betaalde voorschotbedragen. De Huurcommissie stelt de verhuurder daarom in het ongelijk. De verhuurder moet de leges betalen. Welk bedrag Volgens de wet betaalt een rechtspersoon 450,00 leges. Een huurder, en een verhuurder die geen rechtspersoon is, betaalt 25,00. Pagina 5 van 6
IV Beslissing De betalingsverplichting van de huurder voor de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over de periode 1 september 2013 tot en met 31 december 2013 bedraagt 136,47 De betalingsverplichting van de huurder voor de kosten voor gas, water en elektra en/of overige servicekosten over de periode 1 september 2013 tot en met 31 december 2013 bedraagt 375,69 Volgens de wet worden huurder en verhuurder geacht te zijn overeengekomen wat in deze uitspraak is vastgesteld, tenzij een van hen binnen acht weken na verzending van deze uitspraak een beslissing van de rechter heeft gevorderd over het punt waarover de Huurcommissie om een uitspraak was verzocht. Bent u het niet eens met de beslissing? Dan kunt u binnen acht weken na de verzenddatum van deze uitspraak naar de rechter gaan. In de begeleidende brief leest u hoe u dit kunt doen. Legesveroordeling De verhuurder moet tweemaal 25,00 leges betalen. De huurder krijgt de betaalde legesvoorschotten terug. Deze uitspraak is zowel aan de verzoeker als aan de wederpartij gestuurd. GRONINGEN, De Huurcommissie, mr. J.A.M. Schuurbiers H. Oostland en C.F. Jonker Zittingsvoorzitter Zittingsleden Pagina 6 van 6