Semantiek 1 college 9. Jan Koster

Vergelijkbare documenten
Semantiek 1 college 10. Jan Koster

Semantiek 1 college 4. Jan Koster

Semantiek 1 college 2

Geest, brein en cognitie

0 Overzicht. 1 Decompositie Overzicht van de algemene benadering, met twee grotere oefeningen. Literatuur: Cruse pp

Semantiek 1 college 1

Semantiek 1 college 3

foundationalist: Er zijn zelf-evidente, en dus zelfrechtvaardigende, overtuigingen. Er zijn zelf-evidente, waarheidsbehoudende inferentieregels.

TAALFILOSOFIE. Overkoepelende vraag: WAT IS BETEKENIS?

De verwerving van werkwoordssamenstellingen in het Mandarijn Chinees

Semantiek 1 college 12. Jan Koster

Inleiding: Combinaties

Wat? Betekenis 2: lambda-abstractie. Boek. Overzicht van dit college. Anna Chernilovskaya. 7 juni 2011

Opdrachten Werkcollege 4

Anomaal Monisme vergeleken met behaviorisme en functionalisme

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

TAALFILOSOFIE WAT IS BETEKENIS?

Semantiek van predicatenlogica en Tractatus

2. Syntaxis en semantiek

Module Limieten van de berekenbaarheid : antwoorden

Grammatica op school

Predikatenlogica in Vogelvlucht

LTX016B05. Nieuwe ontwikkelingen in de syntaxis. College 7

Nederlandse Samenvatting

Over Plantinga s argument voor de existentie van een noodzakelijk bestaand individueel ding. G.J.E. Rutten

Semantiek 1 college 8. Jan Koster

Betekenis 2: lambda-abstractie

Overzicht van vandaag. Filosofie van de geest: WB3027 Joel Anderson ( , blok 2) Het other minds probleem. Het argument from analogy

LTX016B05. Nieuwe ontwikkelingen in de syntaxis. College 4

Semantiek 1 college 6. Jan Koster

Samenvatting. wh-vraagzinnen genoemd, omdat in het Engels dergelijke vraagwoorden met de letters wh beginnen.

Appendix. ))))))))))))))))))))))))))))))))))))))))))) Over de standaardvisie op theta-rollen

TAALFILOSOFIE. Overkoepelende vraag: WAT IS BETEKENIS?

Logica voor Informatica. Propositielogica. Syntax & Semantiek. Mehdi Dastani Intelligent Systems Utrecht University

P l u r a l i t e i t Hoorcollege Semantiek 28 maart 2012

Toelichting bij de Korte Verhandeling van Spinoza Nummer 1

Techniekfilosofie in de Dual Nature traditie. Peter kroes

De naïeve betekenistheorie. De betekenis van een woord is het object waar dat woord voor staat.

Logica voor Informatica

Tegenvoorbeeld. TI1300: Redeneren en Logica. De truc van Gauss. Carl Friedrich Gauss, 7 jaar oud (omstreeks 1785)

TAALFILOSOFIE. Overkoepelende vraag: WAT IS BETEKENIS?

Materie en geest. Grenzen aan het fysische wereldbeeld. Gerard Nienhuis. Universiteit Leiden. Workshop Conferentie SCF, 20 januari 2018

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

College Logica voor CKI

LTX016B05. Nieuwe ontwikkelingen in de syntaxis. College 10

Taxanomie van Bloom en de kunst van het vragen stellen. Anouk Mulder verschil in talent

Woord en wereld Een inleiding tot de taalfilosofie

SEMANTISCHE CONVERGENTIE. Jan Koster Rijksuniversiteit Groningen

Semantiek 1 college 5. Jan Koster

1. TRADITIONELE LOGICA EN ARGUMENTATIELEER

Samenvatting Filosofie Emoties

Inleiding. Philosophy of Mind Structuuroverzicht Saartje Peeters. 1. Het reik der geesten Een inventaris van de geest. 1.2.

Notatie van verzamelingen. Lidmaatschap. Opgave. Verzamelingen specificeren

College 4: Gegeneraliseerde Kwantoren

LTX016B05. Nieuwe ontwikkelingen in de syntaxis. College 2

Latijn-wiskunde Latijn-moderne talen wetenschappen economie-wiskunde economie-moderne talen humane wetenschappen

math inside Model orde reductie

Tentamen TI1300 en IN1305-A (Redeneren en) Logica

Pijn Inleiding tot de filosofische benadering

Opmerking. TI1300 Redeneren en Logica. Met voorbeelden kun je niks bewijzen. Directe en indirecte bewijzen

Andere grote namen van wiskundigen en/of filosofen: Plato, Socrates, Descartes (Cartesius), Spinoza, Kant, Russell, Hilbert, Tarski en Brouwer

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

De essentie van kwalitatief en kwantitatief onderzoek

JURIDISCHE SEMANTIEK

DUALISME. René Descartes ( )

Rijke Lessen. zetten je aan het denken. Handleiding(etje) Minka Dumont 26 november 2009 SLO - Landelijke Plusklasnetwerkdag

Logic for Computer Science

n filosofie n wetenschapsfilosofie n soorten wetenschap n filosofie van de informatica n inhoud college n werkwijze college

Summary in Dutch: Bolzano s notie van fundering en het Klassiek Model van Wetenschap

8. Logogrammen. Soemer. Uitbreiding

Voor wat betreft het multiple choice gedeelte heeft elke vraag altijd 3 mogelijke antwoorden, waarvan er slechts één het juiste is!

Formele Semantiek Van de predicatenlogica naar gegeneraliseerde kwantoren. Jeroen Van Craenenbroeck en Guido Vanden Wyngaerd

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, lieve mensen,

Laag Vaardigheden Leerdoelen Formulering van vragen /opdrachten

A. Business en Management Onderzoek

Vertalen voor Geni Inhoudsopgave

Logica 1. Joost J. Joosten

DENKBEER, DE MENSELIJKE NATUUR, 2015 KRITIEK VAN DE ZUIVERE REDE KANT

Oriëntatie Kunstmatige Intelligentie. Inleidend College Niels Taatgen

Gödels Onvolledigheidsstellingen

2. Syntaxis en semantiek

De Taxonomie van Bloom Toelichting

Inleiding taalkunde. Inleiding - 23 april 2013 Marieke Schouwstra

Opgave 3 De troost van muziek

De Syntax-Semantiekredenering van Searle

Betekenis I: Semantiek

Spinoza s Visie. Dag 3. Hoe verhoudt de mens zich tot de Natuur?

Artificiële intelligentie: les van 21 november 2002

Inleiding. Syntaxis: de combinaties van woorden tot woordgroepen en zinnen.

Inleveropdracht 1: Morfologie & Syntaxis

MINOR TAAL & MAATSCHAPPIJ I: INLEIDING SOCIOLINGUÏSTIEK. Onderdeel Taalverandering en Taalcontact , 1e semester. 4e college ( )

waarneming De transdiagnostische factor - benoemen wat we doen en verklaren waarom het werkt - Jacques van Eijden & Frederik Boven

Ruimte, Ether, Lichtsnelheid en de Speciale Relativiteitstheorie. Een korte inleiding:

Inhoud. 1 Inleiding Voor wie is dit boek? Doelstelling Aanpak Opzet 13

Predikaatlogica, modellen en programma s

Voortgezette Logica, Week 2

Voor al degenen die iets van zichzelf geven, en die daarvoor rijk beloond worden met de overvloed van het universum.

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Revision Questions (Dutch)

Transfer en toegang tot Universele Grammatica in tweedetaalverwerving door volwassenen

Transcriptie:

Semantiek 1 college 9 Jan Koster 1

Vandaag Vorige keer: taalhandelingstheorie Vandaag: conceptuele structuur en semantische decompositie Overslaan: Saeed 3 e dr.: 9.4.2, 9.6.7, 9.7.1 Voorbeeld van decompositie: legen = leeg maken (waarbij maken een causatief is 2

Meer voorbeelden kill = cause to die die = become not alive pork = meat from pigs vrijgezel = ongetrouwde man echtgenote = getrouwd, volwassen, menselijk wezen van het vrouwelijk geslacht 3

Woordenboekdefinities Tot nu toe gegeven voorbeelden wijken niet erg af van traditionele woordenboekdefinities Twee soorten: Formele definities (essenties, noodzakelijke en voldoende voorwaarden) parafrases 4

Verschil Definities (Artistoteles) worden geacht noodzakelijke en voldoende voorwaarden te geven (lukt bijna nooit): mens = ongevederde tweevoeter Parafrases geven geen noodzakelijke en voldoende voorwaarden: Amsterdam = de hoofdstad van Nederland 5

Grondgedachte decompositie Woorden staan voor concepten die opgebouwd zijn uit meer primitieve concepten Primitieven: concepten die niet te analyseren zijn in nog kleinere concepten (soort semantische atomen) 6

Probleem Waar zijn concepten te vinden? Plato: buiten de empirische werkelijkheid (universalia, ideeën) Descartes, Locke (17 e eeuw): in de menselijke geest Saussure (1916): sociaal-culturele realiteit 7

Plato s inzicht Lijn (wiskunde) heeft geen bepaalde lengte of dikte Zoiets is in de empirische realiteit niet te vinden Probleem van de universalia; Peirce s onderscheid tussen type en token Empirisch: alleen particularia (tokens) 8

Traditie Ideeën (concepten) bestaan los van woorden Wat hebben Engelse woord tree en Franse woord arbre gemeen? Traditioneel antwoord: concept BOOM (vaak met hoofdletters geschreven om aan te geven dat het om een metataal gaat: BOOM is dus hier geen Nederlands) 9

Kritiek (1) Natuurlijke taal wordt gebruikt zowel als objecttaal als als metataal BOOM is een verkapt woord, bv. een technische term om de overeenkomst tussen arbre en tree te beschrijven Maar dan kun je vragen wat de overeenkomst tussen BOOM en tree is BOOM 2? 10

Kritiek (2) Schiet niet erg op: oneindige regressie Niet te bewijzen dat er concepten bestaan los van echte woorden en hun interpretaties Veel traditionele lexicale semantiek doet net alsof zulke woord-onafhankelijke concepten wèl bestaan 11

Kritiek (3) Als concepten verkapte woorden zijn, dan zijn decomposities verkapte definities en parafrases Vb.: pork = [MEAT FROM PIGS] Gebruik van hoofdletters, kenmerken en quasi-wiskundige formules verhult het traditionele karakter van de onderneming 12

Probleem Parafrases zijn gebruiker-afhankelijk Parafrases zijn nooit volledig Parafrases geven niet per se noodzakelijke kennis over onze conceptuele vermogens maar toevallige kennis van de wereld Voorbeeld: pork = [MEAT FROM PIGS] 13

Drie traditionele redenen voor decompositie Economische verantwoording van entailments en contradicties Correspondentie met morfologische categorieën (bv. meervoud) Vinden van semantische primitieven zegt iets fundamenteels over de menselijke geest 14

Entailment en contradictie John ate pork John ate meat (decompositie: pork = meat...) John is dead vs. John is alive (decompositie: dead = not-alive) 15

Binaire kenmerken Kenmerk met waarden plus en min om minimaal verschil te beschrijven Wife: [+female] [+adult] [+human] [+married] Spinster: [+female] [+adult] [+human] [-married] 16

Redundantieregels Algemeen geldige hiërarchieën gebruikt om kenmerkrepresentaties te vereenvoudigen: married adult animate Wife: [+female] [+ married] [+adult] [+animate] 17

Theorie van Katz Katz en Fodor (1963) Kenmerken: markers en distinguishers Verantwoording entailment en contradictie, etc. Verantwoording compositionaliteit (projectieregels) 18

Beroemd voorbeeld { }: grammaticale categorie ( ): markers [ ]: distinguishers 19

Van alles mis hiermee Statisch: geen polysemie Onderscheid markers-distinguishers tamelijk willekeurig Markers onderscheiden woord nauwelijks van andere woorden Distinguishers: ouderwetse woordenboekomschrijvingen Niet volledig (als alle parafrases) 20

Compositionaliteit Projectieregels volgen syntactische structuur en combineren dingen volgens selectierestricties John plays golf *Golf plays John Betekenis niet altijd compositioneel Idiomen: Marie timmert aan de weg 21

Selectierestricties Tussen haken: < > 22

Kritiek James McCawley: iemand die zegt dat zijn tandenborstel hem probeert te vermoorden moet naar een psychiater, niet naar een taalcursus Selectierestricties zijn niet hanteerbaar: onbegonnen werk 23

Bewegingscodering volgens Leonard Talmy Semantische componenten geassocieerd met bewegingswerkwoorden: Charlotte swam away from the crocodile 24

Componenten verschillend verwerkt Manner samengevoegd met motion in werkwoord (path in satelliet): He ran out of the house Motion en path samengevoegd in werkwoord (path in werkwoord): Salió Ging uit het huis de la casa corriendo rennend 25

Talmy (1991, 2000) Ten aanzien van path: Verb-framed languages (als Spaans) vs. satellite-framed languages (als Engels) Moet opgevat worden als meest karakteristiek patroon, want Engels bv. kent beide typen: He left the house running 26

Ray Jackendoff Typische vertegenwoordiger van conceptuele semantiek Mentalist: conceptuele structuren gesitueerd in brein, gecodeerd d.m.v. taal Aanhanger localistische theorie 27

Universele semantische categorieën Gebeurtenis Toestand Materieel ding (object) Pad Plaats Eigenschap Hoe af te bakenen en hoe universeel? 28

Voorbeeld van analyse Bill went into the house [ Event GO ([ Thing BILL], [ Path TO ([ Place IN ([ Thing HOUSE])])])] Syntaxis predicatenlogica met concepten (hoofdletters) plus annotaties Annotaties triviaal en weinig verhelderend 29

Localisme Piaget, Lyons en nu Jackendoff: noties van plaats (als bij werkwoord zijn) uitgebreid naar andere gebieden (vgl. metaforiek) Piet is in het café (plaats) Het feest is op zondag (tijd) Het theater is vol (eigenschap) Het boek is van Jan (bezit) 30

Verder van state naar event Hij ging het huis in (plaats) Die vergadering gaat naar maandag (tijd) Het ging van kwaad tot erger (eigenschap) Die oude klok gaat naar Marie (bezit) Probleem: bezit etc. is ook eigenschap 31

Dingen [± begrensd] [+ begrensd]: banaan, auto (count) [- begrensd]: water, zuurstof (mass) [± interne structuur] [+ interne structuur]: pl count, group [- interne structuur]: mass, sg count 32

Classificatie volgens [±b] en [±i] 33

Probleem: begripsafbakening Waarom hebben auto (onderdelen) of water (moleculen) geen interne structuur? Begrippen lijken hier enigszins willkeurig Wat is überhaupt een ding? Waarom een persoon? Is geluk een ding? Element als in verzamelingleer is nog abstracter. Verschil? Materieel? Zinvol onderscheid? 34

Nog meer problemen Waar gaan deze theorieën over? Taalkennis? Prewetenschappelijke kennis van de wereld? Hoe universeel dan wel cultuur-afhankelijk zijn deze begrippen? 35

Pustejovsky (1995) Moedige poging om theorie over polysemie te ontwerpen Dynamische in plaats van statische woordsemantiek Werkt op eigenschappen van woorden ( qualia ) die geactiveerd worden in combinaties (ongelukkige term) 36

Voorbeeld Goede maaltijd, goede voetballer, goed boek, goede typiste, etc. 37

Kritiek Door vaste qualia aan woorden te verbinden wordt semantiek juist weer relatief statisch Goed in een goede typiste kan van alles betekenen, afhankelijk van context Dynamische benadering juist, maar onmogelijk geheel te expliciteren 38

Jerry Fodor contra definities Volgens Fodor kloppen definities nooit en hebben alle woorden primitieve, ondeelbare betekenis Decompositie foute benadering 39

W.V.O. Quine Geen scherp onderscheid tussen analytisch en synthetisch (kennis taal en kennis wereld) (omstreeks 1950) Geen waarheidsbehoud onder substitutie bij propositionele attitudes: John believes that this is pork John believes that this is meat from pigs 40

Conclusie Decompositie is uiteindelijk vorm van parafrase in woorden Verhuld door pompeus gebruik van kenmerken en aan de logica ontleend formalisme Alle parafrases zijn incompleet Parafrases geven geen noodzakelijke analytische kennis maar toevallige, gebruikersafhankelijke kennis van de wereld 41