4.4 Hechting en scheiding

Vergelijkbare documenten
Het hechtingsproces. bij kinderen tussen de 0 en 2 jaar. Kindergeneeskunde. Hechting. Hoe verloopt het hechtingsproces?

>Theoriebron 1: Hechting

Hechtingstoornissen. Karin Hermans, KJP Symposium Pedagogie opvoedingstoolbox Curaçao, 7 december 2012

Inhoud. - Hechting - Werkplek - Visie - Video-interactiebegeleiding - Tot slot

CONTACTCIRKEL. Waarden: Authenticiteit Uniciteit Zelfstandigheid Op reis gaan. Waarden: Waardering Liefde Acceptatie Thuis komen

Veiligheid en welbevinden Hoofdstuk 2

Disclosure. Wie doorbreekt de cirkel van mishandeling? Kindermishandeling. Comorbiditeit. Prevalentie in Nederland. Prevalentie in Nederland

VERBINDEND GEZAG / NIEUWE AUTORITEIT EN HET ANGSTIGE OF TERUGGETROKKEN KIND. Lenny Rodenburg, 18 april 2018

8/03/2013. Prenatale ontwikkeling. De geboorte. Pasgeborene

Onrustige baby. Moeder en Kind Centrum. Beter voor elkaar

Richtlijn Gezonde slaap en slaapproblemen bij kinderen (2017)

Cambriana online hulpprogramma

De sociale psychologie van waargenomen rechtvaardigheid en de rol van onzekerheid

Veiligheid en welbevinden. Hoofdstuk 1

Pedagogisch beleidsplan

KIND IN CONTEXT. "Successful parenting is a principal key to the mental health of the next generation." John Bowlby

CONTACTCIRKEL. Waarden: Waardering Liefde Acceptatie Thuis komen. Waarden: Authenticiteit Uniciteit Zelfstandigheid Op reis gaan

Scheiding en kinderen

Het Mamatrauma. Symposium: Trauma van wieg tot volwassenheid 15 maart Margriet Wentink

TSCYC Ouderversie. Vragenlijst over traumasymptomen bij jonge kinderen. Jeroen de Groot. ID Datum Informant:

Symbiose en Autonomie

TSCYC. Vragenlijst over traumasymptomen bij jonge kinderen. HTS Report. Julia de Vries ID Datum Ouderversie

Inhoud Gehechtheidstheorie: Cees Janssen Gevaar van chronische stress Bewijs: onderzoek Sterkenburg

Kinderstudies ACK. Gehechtheid aan pleegouders. Amsterdams Centrum voor. vrije Universiteit amsterdam

Koffieochtend 20 oktober 2016 OPVOEDING IN DE FAMILIE

Wat weet u nog over HECHTING

Aangemeld(e) kind/jongere :... Geboortedatum. Naam moeder/verzorger :... Naam vader/verzorger :...

Protocol huilen Gastouderbureau Herzien: Maart

Bebeth. Praktijk voor kinderen met gedrags- en/of hechtingsproblemen

Hechtingsproblemen. Wat betekent dit en hoe ga je hiermee om?

Groot Perinataal Overleg preventie en cliënten participatie

Caroline Penninga-de Lange Je kind in balans

1 Wat is er met me aan de hand?

Inleiding. Familiale kwetsbaarheid en geslacht. Samenvatting

Echtscheiding en kinderen

Ouder worden: nog een beperking voor mensen met beperkingen. Manu Keirse KU Leuven

PROTOCOL WAT TE DOEN BIJ (EEN VERMOEDEN VAN) HEIMWEE

Weer thuis. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee!

IN DE PERS juni 2004

VERLIEFD WORDEN KAN IEDEREEN, MAAR HOE BLIJF JE VERLIEFD OP ELKAAR

Delen is Helen. Wat kan je doen bij verlies van relatie, werk, geliefde of gezondheid

Als niet alleen de ziekte zich kwaadaardig toont. Frustraties van de partner. Dr AC Brouwer-Dudok de Wit, klin psycholoog/psychotherapeut

hechting, bindingsangst en bindingsdrang

Hoi, ik ben Charlie!

NOOIT GENOEG DE KWETSBAARHEID VAN

26/02/2013. Prenatale ontwikkeling. De geboorte. Pasgeborene

Workshop VO-Congres 21 juni 2018

Binnenkomst. Pedagogisch Actief KDV. Pedagogisch actief KDV - C. Schuurman

Baby s die veel huilen Informatie voor ouders

Onderzoek naar de invloed van emoties bij patiënten en de naasten na de diagnose

Hoofdstuk 4: De gehele periode van wennen 6

Hoe verwerk je een. schokkende gebeurtenis? Informatie voor leerkrachten

Ik besloot te verder te gaan en de zeven stappen naar het geluk eerst helemaal af te maken. We hadden al:

Secure Base Leiderschap in het onderwijs Verbinden en uitdagen

Ontwikkelingsgerichte Zorg Couveuse-unit

Ted van Lieshout Floor van de Ven, H3G, Uitgeveri Plaats Jaar uitgave en druk Aantal bladzijdes Genre Inhoudsopgave Samenvatting

Lia (21) is klaar met krassen en wil taboe doorbreken - Samenle...

Borderline in het gezin. Koos Krook, sr. preventiefunctionaris GGZ Midden Brabant

Haarlem, 11 oktober lieve moeder van me,

Psychosociale ontwikkeling

Wat betekent scheiden voor een kind?

Baby s die veel huilen. Informatie voor ouders

Inhoudsopgave. Inleiding. Als je een peuter en tussen 3 en 5 jaar bent. Als je een kleuter en tussen 6 en 8 jaar bent

Nazorg na een ingrijpende gebeurtenis Informatie voor ouders

Pruning. Pasgeborene Vroege kinderjaren Late kinderjaren

Signaleren: kinderen die getuige zijn van huiselijk geweld. huiselijkgeweldwb.nl cent per minuut

Uitgebreide omschrijving van het programma uur: Binnenkomst, koffie en thee.

Babylichaamstaal. Van te vroeg geboren baby s

Hoe kunt u voor uw bijzondere kleinkind zorgen? Tips voor opa s en oma s. Foto Britt Straatemeier. Deze brochure werd mogelijk gemaakt door:

Welkom bij OCRN Inleiding in de Infant Mental Health. Erica Everts, kinder- en jeugdpsychiater Infantteam OCRN 20 november 2018

Ouders gebruiken voor het temperament van hun kind(eren) spontaan woorden als

Module 4: Basisovertuiging 1 & 2 (Verdieping)

Weer thuis. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee!

Pedagogisch beleidsplan

Inhoud Inleiding: Het ouderschap na de scheiding Hoe kinderen de scheiding ervaren

Cover Page. Author: Netten, Anouk Title: The link between hearing loss, language, and social functioning in childhood Issue Date:

Het aansturen van gedrag

Video interactie begeleiding bij pasgeborenen

1 Wat is er met me aan de hand?

Huilen & troosten. Folder: 1106 Dit is een uitgave van het Flevoziekenhuis Afdeling Verloskunde September

Emotionele Balans. Een aantal psychologische stromingen onderscheiden tot wel acht basis of kern emoties.

Schokbrekers in de communicatie met patiënten en hun naasten

Wat hebben Veilige gehechtheid en hoge zelfwaardering met elkaar gemeen? (deel1)

INKIJKEXEMPLAAR. Teambuilding voor kersverse ouders! Voor de liefhebbers. Zo houd je je relatie leuk met een kindje erbij VAN DE FAMILY FACTORY

#zorgvoorkinderen. Hoogleraar Pedagogiek PAUL LESEMAN. Wat is universeel (en wat niet) bij het verzorgen en opvoeden van jonge kinderen?

De Basic Trustmethode

Do Fathers Matter? The Relative Influence of Fathers versus Mothers on the Development of Infant and Child Anxiety E.L. Möller

Hoofdstuk 1. De weg naar verandering

...de draad weer oppakken

Het verhaal van Eliza

Wat vertel ik mijn kind als ik opgenomen word? Praten helpt. Verslavingspreventie Mondriaan

Reactieve hechtingsstoornis; een diagnose in beweging. Band Gedrag Interactie Relatie Stoornis Mentale representatie

Uw kind tijdens/na het ziekenhuisbezoek

Achtergrondinformatie opdracht 1, module 1, les 1

50 TINTEN HEMELSBLAUW Verhalen over de liefde van God, Bijbelteksten en teksten en tekeningen van Luus Verheijen. Deel 1 EEN WONDER!

Het pleegkind in beeld

VRAGENLIJSTEN. Verlatingsangst - Pagina 57. Wantrouwen en Misbruik - Pagina 79

6 Tips die je helpen stress te verminderen. Het mooiste wat je kunt worden is jezelf.

Reactieve hechtingsstoornis; een diagnose in beweging. Band Gedrag Interactie Relatie Stoornis Mentale representatie

Scheiden doe je samen. Ieder kind reageert anders

Transcriptie:

4.4 Hechting en scheiding 155 In het leven van elk kind komt er een moment waarop ze zich los moeten maken van hun eerste verzorger. Voor sommige kinderen gebeurt dat al heel vroeg doordat ouders bijvoorbeeld al na twee maanden na de bevalling weer aan het werk gaan. Oudere kinderen krijgen hier misschien voor het eerst mee te maken op het moment dat ze de kinderopvang of peuterspeelzaal binnenkomen. Het is belangrijk dat pedagogisch medewerkers de gevoelens en reacties begrijpen van het kind dat afscheid moet nemen. Het helpt als je bepaalde onderzoeken kent over de gehechtheid van kinderen aan hun eerste verzorgers. Emotionele en sociale ontwikkeling 4.4.1 Hechtingstheorie De hechtingstheorie (of gehechtheidstheorie) zegt dat kinderen een sterke band nodig hebben met hun eerste verzorgers en dat die band begint in de eerste paar maanden van het leven van een baby. Voor de meeste baby s en jonge kinderen zal dat de moeder of de vader zijn. Het is een geaccepteerd idee dat wanneer kinderen geen sterke band hebben met hun eerste verzorgers, zij later in het leven moeite zullen hebben met socialiseren en met het aangaan van relaties met anderen. Wanneer een kind niet bij zijn eerste verzorger kán zijn, is het van groot belang dat het in plaats daarvan toch veel ononderbroken liefde en verzorging krijgt aangeboden van goede kwaliteit. John Bowlby John Bowlby (1907-1990) was een van de eersten die ontdekte dat baby s en jonge kinderen behoefte hebben aan een sterke stabiele band met hun eerste verzorgers. In 1950 werd Bowlby gevraagd om het effect te onderzoeken van weeshuizen of andere instituten op kinderen. Zijn bevindingen laten zien dat kinderen die op jonge leeftijd geen band hebben met hun eerste verzorger, naar alle waarschijnlijkheid meer gedragsproblemen hebben in hun latere leven. Het rapport van Bowlby Kinderverzorging en de groei van de liefde (1953) zorgde voor veranderingen in de praktijk van de kinderverzorging van die tijd.

156 De ontwikkeling van kinderen Drie aspecten van de hechtingstheorie van Bowlby zijn sindsdien verder ontwikkeld door onderzoekers als Mary Ainsworth (geb. 1913). Belangrijkste uitgangspunten zijn de volgende: Kinderen die gescheiden zijn van hun ouders maken een grotere kans om later in hun leven te lijden onder psychologische problemen. Hechting is een instinct dat baby s eigen is. De gehechtheid moet gevormd zijn tegen de tijd dat ze twaalf maanden oud zijn. De angst van baby s en jonge kinderen voor vreemden is instinctief. Baby s beginnen bang te worden voor vreemden vanaf acht tot twaalf maanden. Bowlby vroeg zich af of dit een primitieve reactie was. Misschien zou zo n soort reactie in de natuur ervoor zorgen dat baby s beschermd worden. Kritiek op het werk van Bowlby Er zijn vele mensen die kritiek hebben op het werk van Bowlby. Wanneer we kijken naar die kritiek is het belangrijk om het politieke, economische en sociale klimaat van die tijd voor ogen te houden. De rol van de moeder werd te veel benadrukt Dit was de belangrijkste kritiek op het werk van Bowlby. In die tijd waren vrouwen de traditionele verzorgers en na de oorlog wilde de overheid om economische redenen graag dat vrouwen terugkeerden naar hun traditionele rol thuis. In het latere werk van Bowlby benadrukte deze dat baby s ook door iemand anders dan de moeder verzorgd konden worden. Gehechtheden aan meer dan één persoon werd niet onderzocht Bowlby legde veel nadruk op het belang van één enkele band. Onderzoek dat daarna plaatsvond (Schaffer & Emerson, 1964) heeft laten zien dat als kinderen ouder worden, zij net zulke sterke banden ontwikkelen met andere figuren, bijvoorbeeld hun vaders en broertjes of zusjes. En dus óók met de pedagogisch medewerker in de kinderopvang. Er werd niet gekeken naar de kwaliteit van de kinderopvang Bowlby keek niet of een kinderopvangorganisatie van meer of mindere kwaliteit was. Daarom is het moeilijk om met absolute zekerheid te beweren dat de psychologische schade bij kinderen alleen het resultaat was van

het gemis van een moeder. Latere studies toonden aan dat kinderopvang van goede kwaliteit kinderen juist helpt om zich aan te passen aan de scheiding van de moeder. Ze zijn dan namelijk in staat om de belangrijkste hechting over te plaatsen naar een andere persoon (Hodges & Tizard, 1989). Bowlby deed exclusief onderzoek bij door oorlog getraumatiseerde kinderen Onderzoek bij deze groep kinderen is heel specifiek. Kenmerken bij deze kinderen vind je wellicht niet terug bij kinderen die geen trauma hebben. 157 Emotionele en sociale ontwikkeling Aan wie hechten baby s en jonge kinderen zich? Tot in de vijftiger jaren was men van mening dat baby s en jonge kinderen automatisch de sterkste band krijgen met degene die ze voedde en die tegemoet kwam aan hun dagelijkse behoefte. Dit wordt vaak baatzuchtige liefde genoemd. Verschillende onderzoeken wezen uit dat dit niet noodzakelijkerwijs het geval hoeft te zijn (zie ook het onderzoek van Harlow naar gedrag van apen verderop). Het gedegen onderzoek door Schaffer en Emerson toonde aan dat baby s en jonge kinderen zich net zo sterk hechtten aan hun vaders als aan hun moeders, zelfs wanneer de vader niet het meeste met het kind bezig was. Deze onderzoekers bezochten baby s vierwekelijks gedurende een periode van achttien maanden. Ze ontdekten dat de meeste kinderen tegen de achttien maanden evenveel protesteerden wanneer ze gescheiden werden van hun vader als van hun moeder. Het onderzoek toonde aan dat alleen het feit dat je een kind verzorgt niet hoeft te betekenen dat je dan ook de sterkste band hebt met het kind. Het verbinden van de theorie met de praktijk Een van de grootste zorgen die ouders hebben wanneer ze hun baby achterlaten bij een oppas of een pedagogisch medewerker is dat het kind zich aan de ander zal hechten en dan niet meer zal weten wie de ouder is. Hoewel dat in theorie mogelijk is, is het zeer onwaarschijnlijk, vooropgesteld dat de ouders normaliter tijd spenderen aan het kind door te reageren op zijn gedrag en zijn vragen te beantwoorden. Dat is ook het hele idee achter kwaliteitstijd, waarin de kwaliteit van de interactie en de manier waarop ouders

158 De ontwikkeling van kinderen op het kind reageren belangrijker is dan de hoeveelheid tijd die ze met hem hebben doorgebracht. De kwaliteit van de gehechtheid Er is wat onderzoek geweest naar de kwaliteit van de vroege gehechtheid van de baby. Kinderen die veilig gehecht waren konden beter hun zelfstandigheid onderzoeken en ontwikkelen. Veilig gehecht zijn aan ouders of aan een andere sleutelfiguur, leidt ertoe dat kinderen het volgende gedrag kunnen laten zien: Ze zijn actief bezig om dicht bij die andere persoon te zijn. Ze huilen of vertonen tekenen van spanning indien die persoon weggaat of bij baby s als die niet langer zichtbaar is. Ze vertonen blijdschap of opluchting als die persoon weer verschijnt. Ze zijn zich direct bewust van de aanwezigheid van die persoon, bijvoorbeeld door van tijd tot tijd de ander aan te kijken, door te reageren op hun stem of door hun bewegingen te volgen. Baby s en jongere kinderen die niet zo sterk gehecht zijn laten óf meer onverschilligheid zien óf sterk aanhankelijk gedrag. De apen van Harlow Harlow en Zimmerman (1959) zorgden voor pasgeboren rhesusaapjes. De aapjes werden in een kooi gelegd met twee nagemaakte substituutmoeders. De ene moeder was gemaakt van ijzerdraad en de andere was aangekleed met zachte doeken. De helft van de apen werd gevoed door de moeder van ijzerdraad en de andere helft door de in doeken gewikkelde moeder. Ze ontdekten dat welke van de twee moeders ze ook voedde, de aapjes hechtten zich uitsluitend aan de doeken-moeder. Ze klampten zich aan haar vast toen ze bang waren en wendden zich naar haar toe om getroost te worden. Het onderzoek toonde aan dat enkel en alleen voeden nog niet wil zeggen dat er ook gehechtheid plaatsvindt. In een vervolg op deze studie keken Harlow en Rosenblum (1963) naar wat er zou gebeuren als de lappenmoeders de aapjes zouden verstoten. Eén per toeval uitgekozen groep aapjes werd door de lappenmoeder met lucht weggeblazen. Deze aapjes deden meer moeite om zich aan hun lappenmoeder

159 vast te klampen dan de aapjes van de andere groep. Het lijkt erop dat hierjes onzeker worden. Ze proberen vaker dan de anderen om troost te vragen, zelf als de kans bestond dat ze opnieuw verstoten zouden worden. De proef met de vreemden De kwaliteit van de gehechtheid werd ook onderzocht door Mary Ainsworth die, naast Bowlby, wordt gezien als een sleutelfiguur in dit onderzoeksveld van de psychologie. Ainsworth en haar collega s (1978) stelden een scenario samen. Daarin mat Emotionele en sociale ontwikkeling door wordt aangetoond dat misbruik of verstoting ervoor zorgt dat de aap- ze de reacties van baby s die verlaten werden door een vreemde. Daarna werden ze weer met hun moeder (en/of vader) herenigd. Net zo sterk hechten aan vader als aan moeder Resultaten uit dit onderzoek, tot een paar jaar geleden veel gebruikt om hechtingsgedrag te bestuderen, worden momenteel (2011) door sommige onderzoekers niet meer als een geldig onderzoek gezien. Kinderen zijn nu veel meer gewend aan vreemden anderen dan de ouders dan vroeger. Speelt een kind gewoon lekker door, terwijl zijn ouder hem verlaat, dan wil dat niet zeggen dat een kind vermijdend gedrag vertoont. Het is een kwestie van gewenning. Deel 2.indb 159 30-8-2011 15:42:13

160 De ontwikkeling van kinderen In 1995 is in het Psychological bulletin een onderzoek gepubliceerd. Daar wordt gesproken over een overdrachtskloof ( transmission gap ). Het beeld van ouders van hun eigen hechtingservaringen in de kinderjaren heeft invloed op de gehechtheid van hun kinderen. Dat verband is sterk. Altijd is gedacht dat gehechtheid overgedragen werd door het dagelijkse gedrag van de ouders, door hun sensitiviteit voor wat een kind wil. IJzendoorn toont echter aan dat die sensitiviteit maar zeer ten dele een rol speelt in die overdracht. Sensitiviteit moet je hierbij zien als de gevoeligheid van ouders voor signalen van het kind van stress, spanning en ongemak. Slechts een kwart van de overdracht van ouder naar kind is door die sensitiviteit te verklaren. Dat is de kloof in die overdracht. Er wordt nader onderzoek gedaan naar de verklaring van de rest van die overdracht. 4.4.2 De scheiding van de hechtingspersoon Ervaren pedagogisch medewerkers weten dat afscheid nemen van hun ouders makkelijk gaat naarmate de kinderen ouder worden. Dat komt omdat ze andere gehechtheden aan zijn gegaan met de pedagogisch medewerkers of met de andere kinderen. Ze hebben geleerd dat als de ouder er niet is, hij of zij vroeg of laat toch wel terugkomt. Baby s en dreumesen vinden het moeilijk om met hun gevoelens van spanning om te gaan wanneer ze gescheiden worden van de belangrijkste figuur waar ze aan gehecht zijn. Bowlby constateerde dat er een patroon zat in de manier waarop kinderen reageerden als ze gescheiden werden van hun ouders. Dat patroon nemen we meestal scheidingsangst. In figuur 4.14 worden drie verschillende stadia bij scheidingsangst onderscheiden. 1. Protest Kinderen huilen, worstelen om te ontsnappen en vertonen angst. 2. Wanhoop Kinderen laten kalmer gedrag zien, haast alsof ze de scheiding accepteren. Ze kunnen zich misschien terugtrekken en verdrietig zijn. Ze vertonen wellicht troostgedrag, zoals duimzuigen of wiegen. 3. Onthechting Het lijkt alsof kinderen over het afscheid heen zijn en dat ze weer meedoen met allerlei activiteiten. Het kind verwerkt het afscheid door de relatie te vergeten (vandaar onthechting ). De effecten van onthechting kunnen lang duren omdat de kinderen geleerd kunnen hebben dat niemand om ze geeft of echt te vertrouwen is. Figuur 4.14 Stadia van scheidingsangst