CMFB 31-01-2012 Agendapunt: CMFB 2 BESLUITENLIJST VAN DE OPENBARE VERGADERING VAN DE COMMISSIE MIDDELEN EN FINANCIEEL BELEID, GEHOUDEN OP 1 NOVEMBER 2011 OM 18.00 UUR IN HET WATER- SCHAPSHUIS TE SITTARD Aanwezig: de heren M.A.T.M. Bouts, T.J.G.M. Hanssen, H.F. Lambie, W.L. Uitterhoeve, A.A. Veder en P.J.A.M. Wolters - de heer R.L.M. Sleijpen (voorzitter) - de heer C.H.J.M. Lebens (plv. voorzitter) - de heer P.M.C. Daelmans (secretaris wnd.) - de heer E.H.G.M. Wijnands (directiesecretaris/verslaglegging) Afwezig: de heren P.L.J.M. Limpens (met bericht van verhindering) en G.J.O.W. Vanhommerig NR ONDERWERP / BEKNOPTE WEERGAVE BESPROKENE / OVERWEGINGEN ACTIE ADVIES/BESLUIT 1 Opening, mededelingen en vaststelling agenda De voorzitter opent de vergadering en heet iedereen van harte welkom. Onder verwijzing naar het besprokene tijdens de themabijeenkomst van het algemeen bestuur op 18 oktober 2011 over de verruiming van het kwijtscheldingsbeleid, deelt de voorzitter mee dat de mededeling van de BsGW dat de ruimere kwijtscheldingsnormen voor kleine ondernemers automatisch gaan gelden tenzij door het algemeen bestuur vóór 1 januari 2012 een besluit wordt genomen dat dit niet het geval zal zijn, niet correct is. Het al dan niet mogelijk maken van kwijtschelding aan kleine ondernemers is een discretionaire bevoegdheid van het bestuur, hetgeen betekent dat het algemeen bestuur kán besluiten tot deze verruiming. Wil het algemeen bestuur dat niet, dan hoeft niets te worden besloten en wijzigt ook niets aan het bestaande kwijtscheldingsbeleid. Een mededeling hieromtrent zal worden opgenomen in de lijst van ingekomen stukken en mededelingen voor het algemeen bestuur. Verder deelt de voorzitter mee, dat naar verwachting in de vergadering van de Uniecommissie bestuur, communicatie en financiën van 25 november 2011 het kwijtscheldingsbeleid in bredere zin onderwerp van bespreking zal zijn. Te zijner tijd zal hierop worden teruggekomen. De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld. 111513/WIJ 1/7
2 Besluitenlijst van de vergadering van de commissie Middelen en Financieel Beleid van 30 augustus 2011 Vastgesteld. Naar aanleiding van het genotuleerde op pagina 3 omtrent de problemen met de instroomvoorziening van enkele regenwaterbuffers, deelt de heer Lambie mee dat een en ander inmiddels prima door het waterschap is opgelost. Overigens zijn er geen opmerkingen met betrekking tot of naar aanleiding van de besluitenlijst. 3 Vergaderstukken Unie van Waterschappen Voor kennisgeving aangenomen. 4 Concept-prognose opbrengst waterschapsheffingen 2012 en prognosewijziging heffingsjaren 2007-2011; 5e begrotingswijziging 2011 Voor kennisgeving aangenomen. Er zijn geen opmerkingen. Op de lijst van openstaande vragen en acties uit het algemeen bestuur is opgenomen dat de cijfers in het rapport omtrent de gevolgen van de bevolkingskrimp per 1 juli 2011 op hun actualiteit zullen worden getoetst. De voorzitter vraagt of de desbetreffende actie gelet op de voorliggende notitie als afgedaan kan worden beschouwd. De commissie kan hiermee instemmen. 5 Najaarsrapportage per 1 september 2011; 4e begrotingswijziging 2011 Onder verwijzing naar pagina 39 constateert de heer Uitterhoeve dat de post onvoorzien naar verwachting zal toenemen tot 2.234.741. Dat is een fors bedrag. De heer Daelmans zegt dat dit klopt. Echter, om voor 2011 een sluitende begroting te kunnen presenteren, is een bedrag van 1.823.600 uit de egalisatiereserves ingezet. Netto is derhalve sprake van een verwacht rekeningoverschot van ruim 400.000. Overigens merkt de heer Daelmans in dit verband nog op, dat zoals bekend in de eerste helft van 2012 een herziening van de Nota Reservebeleid 2008 in procedure zal worden gebracht. In het kader van die herziening zal ook worden ingegaan op de vraag hoe om te gaan met de egalisatiereserves. Positief. Als hamerstuk agenderen voor het AB. Gelet op de realisatie per 1 september 2011, constateert de heer Bouts dat er in de laatste 4 maanden van het jaar nog veel moet gebeuren om de prognoses te halen. De heer Daelmans zegt dat dit correct is, echter er zijn ook al een aantal verplichtingen aangegaan. De voorliggende prognose is dan ook tot stand gekomen op basis van de huidige inzichten. Dat deze prognose afwijkt van de realisatie is dan ook niet uit te sluiten. 111513/WIJ 2/7
De voorzitter voegt hier nog aan toe dat een en ander voor een deel ook een financieel-technisch verhaal is. Het signaal van de heer Bouts is echter helder: er dient zo scherp mogelijk te worden geraamd. 6 Vaststellen Normenkader 2011 Positief. Als hamerstuk agenderen voor het AB. 7 Vaststellen Programmabegroting 2011 Geen advies. Onder verwijzing naar de op de pagina s 63 en verder omschreven financiële risico s, vraagt de heer Veder of de met het afsluiten van de landinrichtingen Mergelland-Oost en Centraal Plateau samenhangende kosten vooraf niet beter in kaart gebracht hadden kunnen worden. De voorzitter deelt mee dat tussen voorbereiding en afsluiting van landinrichtingsprojecten een lange periode ligt. Tijdens deze periode veranderen vaak het beleid, de omstandigheden en/of de inzichten, hetgeen tot bijstelling van de plannen leidt. Dat is vooraf nagenoeg niet te voorspellen danwel op geld te zetten. Een en ander neemt overigens niet weg, dat het realiseren van waterschapsprojecten in landinrichtingsverband voor het waterschap makkelijker en goedkoper is, dan het realiseren van dergelijke projecten buiten landinrichtingsverband. Eveneens onder verwijzing naar de risicoparagraaf op de pagina s 63 en verder, vraagt de heer Hanssen of de risico s niet wat meer geconcretiseerd kunnen worden. Als voorbeeld haalt spreker aan het risico dat samenhangt met een eventuele daling van het aantal v.e. s. Om welke grootheden c.q. bedragen gaat het dan? De voorzitter zegt dat het moeilijk is om dergelijke risico s op voorhand te kwantificeren. Wel zouden wat voorbeelden kunnen worden genoemd. Een daling van het aantal v.e. s met bijvoorbeeld 1.000, betekent een daling van de opbrengst zuiveringsheffing met 49.730. De heer Daelmans deelt onder verwijzing naar pagina 66 van de begroting nog mee, dat het onderzoek naar het benodigd weerstandsvermogen van het waterschapsbedrijf Limburg inmiddels nagenoeg is afgerond. De uitkomsten hiervan zullen worden samengevoegd met de uitkomsten van het onderzoek naar het weerstandvermogen van ons waterschap dat door Concerncontrol is uitgevoerd. Uiteindelijk zal dit leiden tot een voorstel aan het algemeen bestuur inzake de hoogte van het benodigde weerstandsvermogen. Dit voorstel zal in het eerste kwartaal van 2012 in procedure worden gebracht. Voorstel inzake de hoogte van het benodigde weerstandsvermogen in het eerste kwartaal van 2012 in procedure brengen. 111513/WIJ 3/7
Op pagina 6 van de begroting is verwoord, dat de personeelslasten met name als gevolg van de nieuwe CAO en de nieuwe beloningsstructuur zijn afgenomen. Omdat een nieuwe CAO normaliter leidt tot een verhoging van personeelslasten, vraagt spreker om een nadere toelichting op de desbetreffende passage. De voorzitter zegt toe dat de door de heer Hanssen gevraagde nadere toelichting in de besluitenlijst van deze vergadering zal worden opgenomen. Nadere toelichting Gebleken is dat de door de heer Hanssen aangehaalde passage in de samenvatting berust op een omissie en derhalve niet correct is. De personeelslasten zijn ten opzichte van de gewijzigde begroting 2011 afgenomen met 50.862. Deze afname komt volledig voor rekening van de post personeel derden. De heer Hanssen constateert dat weer rekening wordt gehouden met een onderuitputting van het investeringsniveau met 1.000.000. De heer Daelmans zegt dat deze constatering correct is. Gelet op de besluitvorming door het algemeen bestuur wordt bij de berekening van de kapitaallasten al een aantal jaren rekening gehouden met deze onderuitputting. Reden is dat de realisatie van het investeringsniveau aan fluctuaties onderhevig is. Per saldo gaat op jaarbasis het om een bedrag van 50.000 aan kapitaallasten. Overigens deelt de heer Hanssen mee, dat zijn fractie in zijn algemeenheid kan instemmen met de voorliggende begroting en de becijferde opbrengststijging. Deze opbrengststijging zou op 0 kunnen worden gezet, maar dat wordt niet nodig geacht. De heer Bouts merkt op, dat de 0-lijn als signaal naar de burger toe in deze economisch zware tijden goed zou zijn. De heer Lambie voegt hieraan toe dat de positieve ontwikkeling met betrekking tot het Landsbanki-dossier de 0-lijn zou kunnen rechtvaardigen. De voorzitter zegt dat het altijd goedkoper kan. Indien echter wordt gekozen voor de 0-lijn, dan betekent dit dat in de uitvoering van de primaire waterschapstaken gesneden moet worden. Het DB heeft hier niet voor gekozen en is van mening dat een stijgingspercentage van + 1% prima past in de uitgangspunten zoals verwoord in het bestuursprogramma. De Uitterhoeve is van mening dat er een prima en heldere begroting voorligt. Naar aanleiding van pagina 23 van de begroting constateert spreker dat de Stimuleringsregeling niet-kerende grondbewerking (NKG) in 2012 afloopt. 111513/WIJ 4/7
Spreker vraagt naar de financiële stand van zaken met betrekking tot deze regeling. Tevens vraagt spreker wat er ná 2012 gaat gebeuren. De voorzitter en de heer Lebens delen mee, dat in de begroting 2012 een bedrag van 500.000 voor de Stimuleringsregeling NKG is opgenomen. Momenteel laat de stimuleringsregeling een onderuitputting zien, maar hierbij wordt aangetekend dat de afrekening over 2010 nog niet voorhanden is. Na 2012 is het treffen van erosiebeperkende maatregelen (waartoe ook niet kerende grondbewerking wordt gerekend) verplicht. Gelet op het feit dat de Stimuleringsregeling NKG in 2012 afloopt, alsmede gelet op de mogelijkheid van een eventueel overschot, wil de heer Hanssen in de loop van 2012 graag een evaluatie van de regeling bespreken. Bij die gelegenheid kan dan tevens worden gesproken over de periode na 2012. De voorzitter zegt deze evaluatie toe. Stimuleringsregeling NKG in de loop van 2012 evalueren De heer Bouts constateert dat er enerzijds wordt gesproken van een stijgingspercentage van 0,77% en anderzijds van 1,02%. De heer Daelmans legt uit dat dit het verschil is tussen enerzijds opbrengststijging en anderzijds tariefstijging. De tariefstijging is niet voor alle categorieën gelijk en is afhankelijk van de maatstaven die gehanteerd worden voor de berekening van de tarieven. Deze maatstaven zijn voor elke categorie anders. De heer Wolters vraagt om de begroting de volgende keer eerst te presenteren aan de gezamenlijke commissies tijdens een plenaire vergadering. Bij een dergelijke gelegenheid kunnen de ontwikkelingen en tendensen worden toegelicht. De inhoudelijke behandeling kan vervolgens in elke commissie afzonderlijk plaatsvinden. De voorzitter zegt toe dat hij deze vraag in het DB aan de orde zal stellen. Vraag om begroting voortaan eerst tijdens een plenaire vergadering van de commissies te presenteren, bespreken in DB. Gelet op de liquiditeitsprognose voor 2012 is de heer Wolters van mening dat deze nogal fluctueert. Spreker vraagt hoe hiermee wordt omgegaan. De heer Daelmans geeft aan dat periodiek een liquiditeitsprognose wordt opgesteld die een periode van 3 jaar omvat. Deze prognose -die maandelijks wordt geactualiseerd- vormt, rekeninghoudend met het gestelde in de wet Fido en het Treasurystatuut 2011, de basis voor het aantrekken van kasgeldleningen en langlopende leningen. 111513/WIJ 5/7
Verder merkt de heer Daelmans nog op dat bij de in de begroting onder pagina 58 opgenomen liquiditeitsprognose sprake is van een normaal patroon. Doordat de belastingaanslag gespreid in het eerste kwartaal wordt opgelegd komen de belastingontvangsten met name in het 2 e en 3 e kwartaal binnen waardoor de liquiditeitsprognose in de aangehaalde periode een positiever beeld laat zien dan in de overige twee kwartalen. Verder is het beleid van het waterschap erop gericht om de rentekosten te minimaliseren binnen de hiervoor gestelde kaders. Gelet op de huidige rentestand wordt bij liquiditeitstekorten getracht zo lang mogelijk te profiteren van de korte debetrente. De liquiditeitsprognose en de ontwikkelingen op de financiële markten hebben dan ook de constante aandacht. Vervolgens vraagt de heer Wolters of de inhoud van bijlage K, het meerjarig investeringsplan, niet anders gepresenteerd kan worden. Wat is nieuw, wat is urgent/minder urgent? De voorzitter deelt mee dat het DB al besloten heeft om een en ander in de volgende begroting inzichtelijker te presenteren, met meer concrete informatie. De informatieve waarde zal zodoende toenemen. Tenslotte constateert de heer Wolters dat het waterschap ongeveer 10 projecten in uitvoering heeft, terwijl er maar liefst 50 in voorbereiding zijn. Spreker vraagt of dit niet onzinnig is. De voorzitter zegt dat dit alles te maken heeft met de vaak heel lange voorbereidingstijd van projecten. Het signaal van de heer Wolters is echter helder. In de nieuwe opzet van het meerjarig investeringsplan zal een en ander meer geconcretiseerd worden. De voorzitter constateert dat de commissie niet negatief ten opzichte van de voorliggende begroting staat. Een definitief oordeel zullen de diverse fracties eerst tijdens de ABvergadering uitspreken. 8 Wijziging Verordening verontreinigingsheffing, Verordening zuiveringsheffing en Verordening watersysteemheffing De voorzitter licht toe, dat een eventuele aanpassing van de tarieven in de programmabegroting uiteraard ook zal leiden tot wijziging van de voorliggende concept-besluiten. Positief. Als hamerstuk agenderen voor het AB. 9 Rondvraag en sluiting De heer Uitterhoeve zegt dat in het verleden al vaker is gesproken over het koppelen van kwijtschelding van gemeentelijke belastingen aan kwijtschelding van waterschapslasten. Tot dusverre wordt nog steeds 2x dezelfde inkomens- en vermogenstoets uitgevoerd. Spreker vraagt welke stappen gezet zouden moeten worden om te komen tot de door hem bedoelde koppeling en welke consequenties een dergelijke koppeling zou hebben. Verder vraagt de heer Uitterhoeve of het in dit verband voor de burger wat uitmaakt of een gemeente bij de BsGW is aangesloten. Te zijner tijd integrale notitie omtrent het kwijtscheldingsbeleid in de commissie aan de orde stellen. 111513/WIJ 6/7
De voorzitter zegt toe dat een en ander zal worden uitgezocht c.q. op de rij zal worden gezet. Aangezien, zoals eerder in deze vergadering al werd meegedeeld, het kwijtscheldingsbeleid in bredere zin binnenkort ook bij de Unie van Waterschappen op de agenda staat, zal een en ander worden meegenomen in een te zijner tijd aan de commissies en/of het algemeen bestuur voor te leggen integrale notitie omtrent het kwijtscheldingsbeleid. Naar aanleiding van een vraag daarover van de heer Lambie, deelt de voorzitter mee dat op woensdag 2 november a.s. te Wijlre op initiatief van DLG een informatieavond zal worden gehouden over de voorgenomen velling van populieren in Zuid- Limburg. Niets meer aan de orde zijnde, sluit de voorzitter onder dankzegging voor de geleverde inbreng om 19.30 uur de vergadering. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de commissie Middelen en Financieel Beleid van De secretaris wnd., De voorzitter, P.M.C. Daelmans R.L.M. Sleijpen 111513/WIJ 7/7
LIJST VAN OPENSTAANDE VRAGEN EN ACTIES UIT DE COMMISSIE MIDDELEN EN FINANCIEEL BELEID DATUM VERGADERING VRAAG/ACTIE UIT DE COMMISSIE MIDDELEN EN FINANCIEEL BELEID RICHTDATUM VOOR AFHANDELING STAND VAN ZAKEN 01/11/2011 Gevraagd is om een evaluatie van de Stimuleringsregeling NKG. 01/11/2011 Gevraagd is om de ontwerpprogrammabegroting voortaan eerst tijdens een plenaire vergadering van de commissies te presenteren. 01/11/2011 Toegezegd is, dat te zijner tijd een integrale notitie omtrent het kwijtscheldingsbeleid in de commissie aan de orde zal worden gesteld (zie ook lijst van openstaande acties AB). 01/09/2012 01/09/2012 Het dagelijks bestuur heeft besloten de programmabegroting voortaan eerst in een themabijeenkomst voor het algemeen bestuur te presenteren en deze daarna te agenderen voor de commissies. De programmabegroting 2013 zal worden gepresenteerd tijdens de themabijeenkomst voor het algemeen bestuur op 23 oktober 2012. Behandeling in de commissievergaderingen is voorzien op 30 oktober 2012. 01/07/2012 120139