TUBERCULOSE door Dr. Uydebrouck (VRGT)



Vergelijkbare documenten
Tuberculose in Vlaanderen 2002

FR 7,2 / Tuberculose kan eender wie treffen maar komt vaker voor bij mensen uit landen met een hoge incidentie. Incidentie /100.

Figuren en Tabellen. Tuberculose in Nederland 2011 surveillance rapport. behorend bij. Incidentie 0-2 >2-4 >4-6 >6-10 >10-20 >20-35

TUBERCULOSE IN VLAANDEREN IN 2017

TUBERCULOSE IN VLAANDEREN IN 2015

TUBERCULOSE IN VLAANDEREN IN 2016

Het gevaar van tuberculose

TUBERCULOSE IN VLAANDEREN. Analyse van de in 2013 gemelde gevallen

/ 0 2. D ossiers va n het Observatorium voor Gezondheid en Welzijn van B russel-h oofdstad. Tu b e rc u l o s e

Figuren en Tabellen. Tuberculose in Nederland 2010 surveillance rapport. behorend bij. Incidentie 0-2 >2-4 >4-6 >6-10 >10-20 >20

Tuberculose Kerncijfers 2016

TUBERCULOSEREGISTER BELGIË 2017

Tuberculose Kernpunten 2015 Bron: Nederlands Tuberculose Register, RIVM-CIb

Waarom tijdig en correct melden zo belangrijk is. in 2009 Evolutie van de incidentie. Een probleem van de grote steden

TBC Algemene toelichting

TUBERCULOSEREGISTER BELGIË 2016

TUBERCULOSE IN NOORDWEST NEDERLAND. GGD Amsterdam

Opvolgen van tuberculinehuidtest: een behandeling voor latente tuberculose-infectie instellen of niet?

Figuren en Tabellen. Tuberculose in Nederland 2008 surveillance rapport. behorend bij. Incidentie <

Tuberculose Kernpunten 2014 Bron: Nederlands Tuberculose Register, RIVM-CIb In 2014 werden 823 tbc-patiënten gemeld aan het NTR (in ).

Resistente Tuberculose

Tuberculoseregister België 2013

Een tuberculinehuidtest opvolgen: een behandeling voor een latente tuberculose-infectie instellen? Agentschap Zorg & Gezondheid

Tuberculose & risicogroepen

Advies ad-hoc commissie CPT ten aanzien van de binnenkomstscreening asielzoekers

TUBERCULOSE IN NOORDWEST NEDERLAND. GGD Amsterdam

COLLEGE VAN AIDS-REFERENTIELABORATORIA. HIV/AIDS IN BELGIE Toestand op 31 december 2008

Gezondheid Statushouders

Tuberculoseregister België 2012

Voorwoord. Mocht U suggesties hebben met betrekking tot de inhoud of de vorm van dit rapport, aarzel dan niet ons dit te laten weten!

Resultaten voor Brussels Gewest Cardiovasculaire Preventie Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Cardiovasculaire Preventie Gezondheidsenquête, België, 1997

Tuberculose Kernpunten 2013, update juli Figuur 1:

Tuberculose. Ziektebeeld. Incubatieperiode

COLLEGE VAN AIDS-REFERENTIELABORATORIA HIV/AIDS IN BELGIE

Ga verder naar de volgende vraag

Tuberculose in Nederland Surveillance rapport inclusief rapportage monitoring van interventies

Vlaams Agentschap Zorg & Gezondheid

Brusselse bevolking per nationaliteitsgroep - alle leeftijden (2014)

Jaarverslag 2012 Tuberculosebestrijding

TBC-JAARCIJFERS GGD ROTTERDAM-RIJNMOND & DIENST GEZONDHEID EN JEUGD ZUID-HOLLAND ZUID

Tuberculose in Nederland Surveillancerapport

LEDEN VAN DE WERKGROEP MONITORING SCREENING RISICOGROEPEN (MSR) (IN ALFABETISCHE VOLGORDE):

Arbeidsmarkt allochtonen

Onderstaande gegevens zijn afkomstig van het referentielaboratorium van het Pasteur Instituut in Brussel, Dienst Tuberculose en Mycobacteriën.

Collectieve toeristische logiesverstrekkende bedrijven BELGIË 2011 Kerncijfers

Samenvatting. Adviesvraag

Epidemiologische surveillance van Lyme borreliose Borrelia burgdorferi s.l

Klinisch redeneren. Tuberculose. Yolanda Vis 17 december 2015

Voorwoord. Het rapport is ook beschikbaar op

Collectieve toeristische logiesverstrekkende bedrijven BELGIË 2012 Kerncijfers

Tuberculose in Nederland -Onderweg naar eliminatie? -Ontwikkelingen in 2013

EPIDEMIOLOGIE VAN AIDS EN HIV- INFECTIE IN VLAANDEREN Toestand op 31 december 2009

Resultaten voor België Cardiovasculaire preventie Gezondheidsenquête, België, 1997

THEMA IV.1. Tuberculose

Rapportering voor het jaar 2011 Referentiecentrum voor Salmonella en Shigella. Instelling: WIV-ISP Straat: Wytsmanstraat 14 Stad: 1050 Brussels

EPIDEMIOLOGIE VAN AIDS EN HIV-INFECTIE IN BELGIË PATIËNTEN IN MEDISCHE OPVOLGING

Hotels en gelijkgestelde inrichtingen

EPIDEMIOLOGIE VAN AIDS EN HIV- INFECTIE IN BELGIE. Toestand op 31 december 2009

Jaarverslag 2013 Tuberculosebestrijding

Urban TB Control in Nederland

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

Jaarverslag afdeling Tuberculosebestrijding. Uitgave GGD Amsterdam, mei Tekst P. Kouw, A. Reusken, W. Meijer

Spotlight. Een onderwerp telkens beknopt uitgelicht. 1 Inleiding. 3 Resultaten. 3.1 Gewest en jaar. 2 Methodologie

Figuur 1: aantal nieuwe gevallen (incidentie) van influenza in functie van de leeftijd.

RAC scholingsmiddag. Diagnostiek in de tuberculosebestrijding. Margreet Kamphorst-Roemer RTC. RAC scholingsmiddag 29 september 2014

DIENST EPIDEMIOLOGIE VAN INFECTIEZIEKTEN. EPIDEMIOLOGIE VAN AIDS en HIV INFECTIE IN BELGIË

TB zonder positieve kweek: hoe hard is de diagnose? Cecile Magis-Escurra, longarts Consulent klinische tuberulose KNCV/NVALT NTDD 20 juni 2013

8. Werken en werkloos zijn

TBC-JAARCIJFERS GGD ROTTERDAM-RIJNMOND

TBC-JAARCIJFERS GGD ROTTERDAM-RIJNMOND

FORUM Factsheet Jeugdwerkloosheid,

Gezondheidsenquête door middel van Interview België 2001

12. Vaak een uitkering

De gezondheidstoestand

TUBERCULOSEOPSPORING EN PREVENTIE IN HET WERKMILIEU

nr. 811 van TOM VAN GRIEKEN datum: 10 augustus 2015 aan JO VANDEURZEN Kinderbijslag - Kinderen die worden opgevoed in het buitenland

Neimed Krimpbericht. Veel Westerse en weinig niet-westerse allochtonen in Limburg SEPTEMBER 2015

Streptococcus pneumoniae

Wereldwijd overzicht ebolavirusinfecties

Tuberculose in Nederland Surveillancerapport inclusief rapportage monitoring van interventies

Hepatitis C in penitentiaire inrichtingen Een onderzoek naar prevalentie

Diversiteit en Gezondheid: Geslacht, SES, Etniciteit

Tbc-bestrijding regio Utrecht

Klassiek wordt de mate van cariës voorgesteld door een cariës-index (DMFT-index = gemiddeld aantal gecarieerde, afwezige of gevulde tanden).

Solidariteit: een zinkend schip? Toegankelijkheid en betaalbaarheid van de gezondheidszorg

Tuberculose als beroepsziekte: criteria m.b.t. diagnose en blootstelling aan het beroepsrisico

LEDEN VAN DE WERKGROEP MSR (IN ALFABETISCHE VOLGORDE): Drs. C.G.M. (Connie) Erkens, arts maatschappij en gezondheid, KNCV Tuberculosefonds, Den Haag

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

G E M E E N T E L I J K E F I C H E S M I N D E R H E D E N editie 2009

Steeds meer niet-westerse allochtonen in het voltijd hoger onderwijs

Monitoringrapport 2012

Cultuur-sensitieve aspecten in de zorg

Feiten en cijfers. Beroerte. Aantal nieuwe patiënten met een beroerte. Definitie. Uitgave van de Nederlandse Hartstichting.

Wij ondersteunen, stimuleren en begeleiden het Vlaamse integratie- en inburgeringsbeleid

Onderzoeksteam : (in alfabetische volgorde)

Leefstijl en preventie

FORMAT REGIONALE RAPPORTAGES TBC-BESTRIJDING (CPT agendapunt 6b)

Dienst Infectieziekten in de Algemene populatie EPIDEMIOLOGIE VAN AIDS EN HIV-INFECTIE IN BELGIE

Tuberculose in Nederland 2007

Transcriptie:

TUBERCULOSE door Dr. Uydebrouck (VRGT) DEFINITIES - DETERMINANTEN DEFINITIES Actieve tuberculose omvat alle pulmonale en extra-pulmonale tuberculosevormen bevestigd door een bacteriologisch, radiologisch of anatomopathologisch onderzoek of door een associatie van deze. Haar aangifte aan de Gezondheidsinspectie is verplicht. Het register is gebaseerd op de aangiften aan de provinciale gezondheidsinspectie. De betrouwbaarheid van de gegevens wordt gecontroleerd door navraag te doen bij de behandelende arts. In het Vlaams Gewest gebeurt de analyse van de gegevens door de Gezondheidsinspectie, in het Waals Gewest door de FARES en in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest door VRGT en FARES samen. Tuberculose-incidentie In het Belgisch register worden alle gevallen van actieve tuberculose opgenomen inclusief recidieven waarvan de diagnose in het betreffende jaar werd gesteld. Multiresistente tuberculose wordt volgens de WGO gedefinieerd als een tuberculose veroorzaakt door een kiem resistent tegen minstens Isoniazide en Rifampicine, de twee meest efficiënte tuberculostatica (1-4). DETERMINANTEN Tuberculose is een besmettelijke ziekte die veroorzaakt wordt door Mycobacterium tuberculosis complex (M. hominis, M. bovis, M. africanum). Bij de factoren die de overdracht beïnvloeden kunnen vernoemd worden: de besmettelijkheid (open longletsel en afwezigheid van behandeling), de frequentie van blootstelling aan besmettingsbron, de woonomstandigheid (groot aantal mensen in kleine weinig verluchte plaatsen met weinig zonlicht). Vandaar dat risicogroepen werden omschreven m.n. gedetineerden, asielzoekers, illegalen, kansarmen, contactpersonen. Daarnaast lopen sommige personen een verhoogd risico de ziekte te ontwikkelen, meestal door verminderde immunitaire weerstand (HIV-seropositiviteit, hoogbejaarden). Ook minder gezonde voeding, het overmatig gebruik van alcohol of drugs, een concomitterende ziekte (anthraco-silicose bij voormalige mijnwerkers, diabetes, kanker) zijn risicofactoren (5). vroeger behandelde tuberculose minimum 1 jaar genezen verklaard

EPIDEMIOLOGISCHE GEGEVENS EPIDEMIOLOGIE De hiernavolgende gegevens zijn alle afkomstig uit de rapporten van de VRGT (Vlaamse Vereniging voor Respiratoire Gezondheidszorg en Tuberculosebestrijding) en de FARES (Fondation contre les Affections Respiratoires et pour l'education à la Santé (6-9), organisaties verantwoordelijk voor de tuberculosebestrijding in België. I. TUBERCULOSE-INCIDENTIEREGISTER 1. Evolutie van de incidentie in België en per gewest Tussen 1980 en 1989 is de tuberculose-incidentie in België, zoals in de meeste Westerse landen, exponentieel gedaald met ongeveer 5% per jaar (tabel 1). Indien deze trend zich had blijven voortzetten, zou de incidentie in 2000 gedaald zijn tot minder dan 8 per 100.000 terwijl ze 12,8 per 100.000 bedraagt. De breuk die vanaf het jaar 1993 in de trend is opgetreden, is hoofdzakelijk te wijten aan het toenemend aantal tuberculosegevallen in het allochtoon gedeelte van de bevolking dat uit landen met hoge tuberculoseprevalentie komt. De hoogste cijfers blijven die van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de laagste die van het Vlaams Gewest. In 2000 ligt de incidentie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest viermaal hoger dan in het Vlaams Gewest en ruim driemaal hoger dan in het Waals Gewest terwijl dit in 1980 slechts respectievelijk iets meer en iets minder dan 2 bedroeg. Vlaams Gewest 60 50 Waals Gewest Brussels Hoofdstedelijk Gewest 40 /100.000 30 20 10 0 1980 1981 1982 1983 1984 1985 1986 1987 1988 1989 1990 1991 1992 1993 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 jaar Figuur 1. Evolutie van de tuberculose-incidentie in de drie Belgische gewesten (1980-2000) 2

Jaar 1980 1981 1982 1983 1984 1985 1986 1987 1988 1989 1990 1991 1992 1993 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 Tabel 1. Evolutie van de tuberculose-incidentie in de drie Belgische gewesten (1980-2000) Vlaams Gewest Waals Gewest Brussels Hoofdstedelijk Gewest N Incidentie N Incidentie N Incidentie /100.000 /100.000 /100.000 1.242 1.233 1.131 989 955 891 928 837 758 752 755 653 615 721 677 630 613 554 544 544 569 23,3 21,9 20,1 17,5 16,9 15,7 16,4 14,7 13,3 13,1 13,2 11,3 10,6 12,4 11,6 10,7 10,4 9,4 9,2 9,2 9,6 950 1.036 1.001 760 719 662 628 574 478 527 504 475 430 436 483 418 384 388 349 421 378 29,4 32,1 31,1 23,7 22,4 20,6 19,6 17,9 14,9 16,3 15,5 14,6 13,1 13,2 14,6 12,6 11,6 11,7 10,5 12,6 11,3 495 568 520 441 475 403 337 361 352 369 318 334 290 346 361 332 355 347 310 305 366 49,1 56,8 52,3 44,6 48,3 41,1 34,5 37,1 36,3 38,0 33,0 34,8 30,5 36,4 38,0 34,9 37,4 36,5 32,5 32,0 38,2 N 2.687 2.837 2.652 2.190 2.149 1.956 1.893 1.772 1.588 1.648 1.577 1.462 1.335 1.503 1.521 1.380 1.352 1.289 1.203 1.270 1.313 België Incidentie /100.000 28,1 28,8 26,9 22,2 21,8 19,8 19,2 18,0 16,1 16,6 15,8 14,6 13,3 14,9 15,1 13,6 13,3 12,7 11,8 12,4 12,8 2. Verdeling van de incidentie naar nationaliteit Tabel 2 geeft de tbc-incidentie per 100.000 in België per Gewest en naar nationaliteit. De niet-belgen hebben steeds een hogere incidentie dan de Belgen. Tabel 2: Actieve tuberculose in België naar nationaliteit (2000). Incidentie (/100.000 inwoners) en aantal nieuwe gevallen (tussen haakjes). Vlaams Gewest Waals Gewest Brussels België Hoofdstedelijk Gewest Belgen 6,8 (385) 8,4 (252) 17,6 (120) 8,1 (757) niet-belgen 62,7 (184) 38,2 (126) 89,5 (246) 62,0 (556) Totaal 9,6 (569) 11,3 (378) 38,2 (366) 12,8 (1.313) 3

De allochtonen (ongeveer 9,5% van de bevolking in België) zijn qua herkomst zeer verscheiden. Bij de ongeveer twee derden die uit Westerse landen komen, treffen we een tuberculose-incidentie aan van dezelfde grootteorde als bij de autochtonen in België. Ongeveer één derde (38%) van de allochtonen is afkomstig uit niet-westerse landen [Centraal- en Oost-Europa (inclusief Turkije), Azië (exclusief Japan), Afrika, Midden- en Zuid- Amerika], die te kampen hebben met een hoge tot zeer hoge tuberculoseprevalentie. Er is dan ook een duidelijk verschil tussen de tuberculose-incidentie van de Westerse en nietwesterse allochtonen en dat verschil is sinds 1993 nog toegenomen (tabel 3). In 1993 werd bij de allochtonen uit landen met een hoge tuberculoseprevalentie (LHP) die 3,4 % vertegenwoordigden van de populatie in België een tuberculose-incidentie gevonden van 119,6 per 100.000, terwijl bij Belgen en allochtonen uit landen met een lage tuberculoseprevalentie (LLP) de tuberculose-incidentie 11,1 per 100.000 bedroeg (11 maal minder). In 2000 was het aandeel in de bevolking van de allochtonen uit LHP iets gedaald (3%), terwijl de tuberculose-incidentie bij hen gestegen was tot 162,2 per 100.000 vs een incidentie van 8,1 per 100.000 bij Belgen en allochtonen uit LLP (20 maal minder). LHP-allochtonen, die in 2000 dus nauwelijks 3% van de bevolking uitmaakten, stonden in voor 38 procent van de nieuwe tuberculosegevallen. Tabel 3. Evolutie van de tuberculose-incidentie naar nationaliteit (België 1993-2000) Aantal allochtonen uit LHP* % van populatie Aantal tbcgevallen bij allochtonen uit LHP % van totaal aantal tbcgevallen tbc-incidentie (per 100.000) allochtonen uit LHP Belgen en allochtonen uit LLP** 1993 347.254 3,4 416 27,8 119,6 11,1 1994 351.533 3,5 419 27,7 119,2 11,2 1995 349.002 3,5 385 27,9 110,3 10,2 1996 334.424 3,3 381 28,1 113,9 9,9 1997 330.376 3,2 348 27,0 105,3 9,6 1998 318.686 3,1 354 29,4 111,1 8,6 1999 299.810 2,9 405 31,9 135,1 8,7 2000 311.301 3,0 505 38,4 162,2 8,1 * LHP: landen met hoge tuberculoseprevalentie ** LLP: landen met lage tuberculoseprevalentie 3. Verdeling naar leeftijd en geslacht Terwijl tuberculose bij de Belgen in het Vlaams en het Waals Gewest vooral aangetroffen wordt bij bejaarden, wordt tuberculose in het Brussels hoofdstedelijk Gewest reeds aangetroffen op jongere leeftijd (25-34 jaar), zelfs meer dan bij de ouderen, vooral bij de niet- Belgen. Bij niet-belgen ligt de tuberculose-incidentie in iedere leeftijdsklasse duidelijk hoger dan bij Belgen. Opvallend hierbij is de hoge incidentie in de jongste leeftijdsklassen nl. 34,5/100.000 bij kinderen < 15 jaar (incidentie van 34,5/100.000 bij de niet-belgen tegen 1,6/100.000 bij de Belgen). 4

Mannen, van welke nationaliteit ook, worden ongeveer tweemaal frequenter door tuberculose aangetast dan vrouwen. Zo bedroeg in 2000 de incidentie op landelijk niveau 17,5/100.000 bij mannen en 8,4/100.000 bij vrouwen. 70+ 60-69 50-59 Belgen niet-belgen leeftijd 40-49 30-39 20-29 10-19 vrouwen mannen 0-9 140 120 100 80 60 40 20 0 20 40 60 80 100 120 140 incidentie /100.000 Figuur 2. Tuberculose-incidentie naar geslacht, leeftijd en nationaliteit (België 2000) 4. Verdeling naar risico Tuberculose is in de Westerse landen hoofdzakelijk een aandoening van personen die in een omgeving vertoeven waar ze een verhoogd risico lopen met tuberculose besmet te worden, allochtonen uit landen met hoge prevalentie, sociaal marginalen, gedetineerden, personeel uit de gezondheidssector, contactpersonen van een besmettelijke tuberculosepatiënt. Daarnaast zijn er personen die een risicofactor vertonen: patiënten met een concomitant gezondheidsprobleem (HIV positief, alcoholisme, IV-druggebruik, immunosuppressieve ziekte of behandeling, diabetes, ). In 2000 vertoonde 51% van het totaal aantal tuberculosepatiënten minstens 1 risicofactor zoals zojuist gedefinieerd. 5. Verdeling naar lokalisatie en bacteriologisch resultaat 73% (964) van het totaal aantal tuberculosegevallen (1.313) waren pulmonale vormen; 48% ervan waren positief op microscopisch onderzoek en dus zeer besmettelijk, 79% waren positief op cultuur. 5

II. REGISTER MULTIRESISTENTE TUBERCULOSE Naast het incidentieregister wordt sinds 1992 door VRGT/FARES met de medewerking van de laboratoria die gevoeligheidstests verrichten een register bijgehouden van de MR TBC. Gemiddeld worden er per jaar in de laboratoria 10 nieuwe gevallen van MR tuberculose vastgesteld (tabel 4). Opvallend is ook hier het aandeel van de allochtonen uit LHP (64%). Tabel 4. Multiresistente tuberculose in België (1992 2000) Aantal patiënten MR (oud en nieuw) nieuwe MR Incidentie / met positieve cultuur N % 100.000 inw. 1992 1.290* 15 1,2 10 0,1 1993 1.266* 17 1,3 10 0,1 1994 1.168* 11 0,9 6 0,06 1995 832 (763) 9 1,1 (1,2) 4 0,04 1996 823 (750) 13 1,6 (1,7) 8 0,08 1997 841 (791) 16 1,9 (2) 11 0,1 1998 870 (834) 14 1,6 (1,7) 6 0,06 1999 919 (894) 20 2,2 (2,2) 18 0,2 2000 993 (963) 17 1,7 (1,8) 14 0,4 * dubbel geregistreerde gevallen niet geëlimineerd ( ) bij wie gevoeligheidstests verricht werden 6

INTERNATIONALE VERGELIJKINGEN Tabel 5 geeft een overzicht van het aantal geregistreerde gevallen van tuberculose in verschillende landen van West-Europa (10), in de meeste van die landen is er trendwijziging tussen 1995 en 1998. Tabel 5. Tuberculose-incidentie per 100.000 in 1998 trend t.o.v. 1995 en % allochtonen in het tuberculoseregister. Land Incidentie 1998 Trend t.o.v. 1995 Aantal allochtonen in het tuberculoseregister 1998 Denemarken 10 + 65% Frankrijk 11-24% Duitsland 12,7-32% Nederland 8,6-60% Portugal 53,3 -? Verenigd Koninkrijk 10,5 = 48% België 11,9-35% Alle landen opgenomen in de tabel hebben een incidentie lager dan 20/100.000, behalve Portugal. In Denemarken, Nederland en het Verenigd Koninkrijk is het aantal van de allochtonen in het tuberculoseregister gelijk of groter dan de helft van het totaal aantal tuberculosegevallen. In de meeste landen is er terug een daling van het totaal aantal gevallen vastgesteld. Opvallend is echter de toename van het aantal allochtonen in het tuberculoseregister. De bijdrage van een HIV-infectie lijkt in de meeste West-Europese landen, met uitzondering van Spanje, eerder marginaal. In België was in 2000 4% (52 patiënten) van het totaal tuberculosepatiënten ook HIV seropositief. Het betrof vooral Afrikanen (77%). 7

PREVENTIE (11-12) De belangrijkste pijlers van een efficiënte tuberculosebestrijding zijn: 1. - een tijdige onderkenning van tuberculosepatiënten vooral deze met een besmettelijke vorm van tuberculose; - een adequate isolatie van (potentieel) besmettelijke patiënten; - een adequate behandeling met controle op therapietrouw zonodig door Directly Observed Therapy (DOT) = toediening van medicatie onder rechtstreekse supervisie (doorslikken onder toezicht) 2. systematische opsporing van tuberculosebesmetting en -behandeling bij contactpersonen van een besmettelijke tuberculosepatiënt 3. systematische screening van risicogroepen 4. epidemiologische surveillance: - bijhouden van een nationaal register om risicogroepen te omschrijven (surveillance) - van de resistentie aan antituberculeuze geneesmiddelen (teneinde de therapeutische schema s aan te passen) Opmerking: BCG vaccinatie is slechts in enkele zeldzame gevallen aangewezen m.n.: - allochtone kinderen < 5 jaar die teruggaan naar een land met hoge tuberculoseprevalentie (LHP) - gezondheidswerkers die in een LHP tussen de bevolking gaan werken voor meerdere maanden 8

SAMENVATTING Incidentie (per 100.000 inwoners) in 2000 1999 2000 België 12,4 12,8 Vlaams Gewest 9,2 9,6 Brussels Hoofdstedelijk Gewest 32,0 38,2 Waals Gewest 12,6 11,3-20 x hoger bij allochtonen uit LHP dan bij Belgen en allochtonen uit LLP. - in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 3 tot 4 x hoger dan respectievelijk in het Waals en Vlaams Gewest. - toename met de leeftijd bij Belgen alle leeftijden (ook kinderen) bij allochtonen uit LHP - tweemaal meer bij mannen dan bij vrouwen - frequenter bij risicogroepen en bij personen met onderliggende aandoeningen Determinanten - besmettelijkheid van de patiënt - frequentie van blootstelling contact met besmettingsbron afkomstig uit land met hoge tuberculoseprevalentie - omgevingsfactoren; zonlicht, verluchting. - risicofactoren (concomitterende ziekten: diabetes, silicose, kanker) of immuundepressie (HIV-infectie, hogere leeftijd, IV-druggebruiker) - risicogroepen: gedetineerden, asielzoekers, illegalen, daklozen - therapietrouw 9

BESLUIT Na een regelmatige daling in de jaren 80 is er in 1993-1994 een piek vastgesteld in de tuberculose-incidentie. Sindsdien wordt er weer een lichte daling vastgesteld doch het aantal jaarlijkse gevallen ligt nog steeds hoger dan verwacht, had de trend van de jaren tachtig zich verder gezet. De belangrijkste verklarende factor is de toename van het aantal allochtonen uit landen met hoge prevalentie die tuberculose ontwikkelen, evenals een verslechtering van het socio-economisch klimaat in bepaalde delen van de bevolking. Daarom is waakzaamheid geboden: een systematische opsporing van tuberculose in risicogroepen en een strikte opvolging van de behandeling blijft noodzakelijk. Lokale medewerkers van VRGT en FARES hebben daarin een belangrijke rol te vervullen in nauwe samenwerking met de behandelende arts en lokale preventieve of welzijnsdiensten. 10

LITERATUUR 1. Schwoebel V, Lambregts-van Weezenbeek C, Moro M.L, Drobniewski F, Hoffner S, Raviglione M, Rieder H. Standardization of antituberculosis drug resistance surveillance in Europe. Eur Respir J 2000; 16:364-371. 2. Loddenkemper R. The need for antituberculosis drug resistance surveillance in Europe. Eur Respir J 2000, 16:195-196. 3. Bastian I, Colebunders R. Treatment and prevention of MR TBC. Drugs 1999; 58 (4):634-657. 4. Schluger NW. Diagnosis and treatment of drug resistent TB. Up to date Vol 8, n 2. 5. Migliori GB, Raviglione C, Schaberg T et al. TB management in Europe. Task Force of ERS, WHO and Europe Region of IUATLD. Eur Respir J 1999;14:978-992. 6. VRGT Tuberculoseregister België 2000. 7. FARES Registre de la Tuberculose Belgique 2000. 8. Wanlin M, Uydebrouck M, Vermeire P, Bartsch P, Schandeyvl W, Dierckx P. Recent trends in tuberculosis incidence in Belgium. Arch Public Health 2000, 58, 241-251. 9. Fortuin M, Uydebrouck M, Wanlin M, Vermeire P, Schandevyl W, Gyselen A. Tuberculosis incidence and surveillance in Belgium. Arch Public Health 1998,56:199-208. 10. Surveillance of TB in Europe EuroTb (InVS/KNCV) and national coordinators in Europe Region. Report on tuberculosis cases notified in 1998, Febr 2001. 11. Targeted tuberculin testing and treatment of latent tuberculosis infection. Am J Respir Crit Care Med 2000;661-692. 12. Rieder H. How to combat TB in the year 2000 Respiration, Karger:1998; 65:423-431. 11