1 Het Psychosociaal Interventieplan (PSIP) Wim Hermans Psychosociaal Manager (PSM)
2 Introductie Psychosociaal Interventie Plan (PSIP)
3 Introductie Ergens in Vlaanderen: een brand in een appartementsgebouw
4 Introductie - Enkele minuten later komen de hulpdiensten ter plaatse. - De brandweer bevrijdt de slachtoffers en blust de brand.
5 Introductie - De politie zet de buurt af en doet de eerste vaststellingen
6 Introductie - Medische hulpverleningsketen wordt ontplooid - MUG-teams en ambulances zorgen voor de afvoer van gewonden Situatie opgelost?
7 Neen! - 75 niet gewonden werden geëvacueerd en staan in nachtkledij op straat (-1 C) - Gewonden werden in allerijl naar het ziekenhuis gevoerd, maar hebben geen idee hoe het met hun verwanten gaat. Omgekeerd evenmin. - Het nieuws over de brand verspreid zich en mensen proberen hun kennissen te bereiken: onmogelijk want de gsm ligt nog in het gebouw. - Enkele uren later blijkt dat de volledige 3de verdieping onbewoonbaar werd verklaard: een tiental bewoners kan niet terecht bij vrienden of familie en zoekt een oplossing Conclusie????
8 Wettelijk kader Psychosociaal Interventie Plan (PSIP)
9..wat vooraf ging (< 2006) - Nood aan systematiek om antwoord te geven aan psychosociale noden (Ruisbroek)-> ontstaan verschillende diensten (jaren 80 ) - Overheid wordt bewust van nood aan gestructureerde psychosociale hulpverlening -> onderzoek (DSI; CCP; SISU) VRAAG OM PSYCHOSOCIAAL LUIK TE INTEGREREN BINNEN NOODPLANNING
10 KB 16/02/2006: wettelijke basis PSIP - Art 11 1 2 : psychosociale zorg voor slachtoffers is taak van discipline 2 - MO 26/10/2006 (NPU-1) legt een monodisciplinair plan op, zo ook voor de psychosociale acties
11 Verduidelijking in NPU- 1 (MO 26/10/2006)
12 D2: Medische, psychosociale en sanitaire hulpverlening
13 DRAAIBOEK PSIP Wettelijke bepalingen Onderzoeksproject (1996) Good practices Monodisciplinaire, praktische handleiding voor de psychosociale acties Instrument waarmee het psychosociale luik van nooden interventieplannen kunnen worden uitgewerkt
14 Draaiboek PSIP Psychosociaal Interventie Plan (PSIP)
15 Draaiboek PSIP - Monodisciplinair plan voor de activatie en coördinatie van de psychosociale acties - Bij collectieve noodsituaties (collectief? grootschaligheid; complexiteit; draagkracht lokale actoren) - Voor ALLE getroffenen - Opdrachten acute fase en (nafase) en scharnierpunten - Lokale en (bovenlokale) actoren - Focus op gemeentelijk niveau - Onder verantwoordelijkheid van de FGI (PSM)
16 Draaiboek PSIP: opdrachten acute fase Opdrachten Structuren Actiekaarten - Groeperen van niet-gewonden op rampterrein - Transport en opvang van niet- gewonden naar een onthaalcentrum (OC) - Ondersteuning MIP voor vaststelling identiteiten van getroffenen (gewonden; overledenen) - Eenvormig registreren - Opvang familie van overledenen en vermisten - Opvang van verwanten (OV) - Openen telefooninformatiecentrum (TIC) - Openen van een centraal informatiepunt (CIP) - Ev. inrichten van een rouwkapel en opvang van nabestaanden - Scharnierpunten (PCB < 24-48u)
17 Draaiboek PSIP: structuren acute fase Opdrachten Structuren Actiekaarten
18 Draaiboek PSIP: opdrachten nafase - Bepaling van de behoeften alle getroffenen Opdrachten Structuren Actiekaarten - Opvolgen van de collectieve noden van de getroffenen en hieraan een antwoord bieden. - Relais- en coördinatiefunctie voor wat betreft de gedetecteerde individuele behoeften. - Informeren groep getroffenen (IAC) - Organisatie gerichte acties in de nazorg: informatiebijeenkomst, herdenkingsmoment, weergave persoonlijke spullen overledenen,
19 Draaiboek PSIP: structuren nafase Opdrachten Structuren Actiekaarten
Activatie van het PSIP Vaak bij: Afkondiging Medisch Interventie Plan (MIP) of afkondiging Nood- en InterventiePlan Zonder MIP en/ of NIP indien: Op vraag van administratieve overheid > collectieve noodtoestand buitenland en / of grensoverschrijdend Afkondiging door de FGI, na analyse door de PSM
21 Ontplooiing PSIP in de praktijk Psychosociaal Interventie Plan (PSIP)
22 Ontplooiing PSIP in de praktijk FGI PSM
23 Ontplooiing PSIP: onthaalcentrum FGI PSM
24 Onthaalcentrum - Meest voorkomende interventies (verantwoordelijkheid gemeenten) - Prioriteit onthaalstructuur - Kortdurende en/of preventief <> Langdurige en/of complexe - Vaste locaties in gemeenten - Collectieve benadering - Voornaamste taken Onthaal Registratie Informatie Praktische noden en behoeften Ondersteuning (herberging)
25 Onthaalcentrum 1. Onthaal Primaire behoeften Tot rust laten komen Verhaal laten vertellen 2. Registratie Focus op Welke getroffenen zijn aanwezig? Context van registratie verschilt.
26 3. Informatie - Periodiek & collectieve wijze - Door verschillende actoren - Aandachtspunten Onthaalcentrum 4. Praktische noden en behoeften Individueel <> Globaal 5. Ondersteuning 6. Herberging
27 Ontplooiing PSIP: onthaalcentrum 15 februari 2012: brand appartement Boom - Evacuatie 64 niet- gewonden - Aanwezigheid enkele verwanten - 11 personen naar ziekenhuis voor controle
28 Gemiddelde interventies in Vlaanderen 22 januari 2012: brand appartement Berchem - Evacuatie 28 niet- gewonden - 2 personen vanuit OC naar ziekenhuis voor controle - Heberging noodzakelijk voor 9 personen
29 Onthaalcentrum 5 Januari 2012: brand appartement Hoboken - Evacuatie 217 niet- gewonden naar 2 OC s - Overleden (1) 19 gewonden naar 4 ziekenhuizen - Groot deel appartement onbewoonbaar
30 Ontplooiing PSIP: Gemeenschappelijk OC FGI PSM
31 Gemeenschappelijk onthaalcentrum (GOC) - Strakke scheiding tussen getroffenen en verwanten niet altijd mogelijk of wenselijk - Bij kleinschalige situaties weinig complexe situaties > focus voornamelijk op getroffenen - Bij complexe situaties > onderscheid tussen getroffenen en verwanten vervaagt mbt ondersteuningsnoden
32 Steekpartij fabeltjesland (23-01-2009) Ontplooiing PSIP: GOC - 3 overleden; 9 gewond; 13 niet- gewond - Grote impact gebeurtenis - Aanwezigheid van getroffenen (kinderen, opvoedsters) én verwanten (opvoedsters; kinderen; ouders; enzovoort) - Moeizame identificatie kinderen
33 Ontplooiing PSIP: Onthaal Verwanten (OV) FGI PSM
34 Onthaal Verwanten (OV) - Afstand is tussen de gebeurtenis (getroffenen) en verwanten - Zelfde opdrachten als in het onthaalcentrum 1. Onthaal 2. Registratie 3. Informatie 4. Praktische noden en behoeften 5. Ondersteuning MAAR: focus ligt vooral op INFORMATIE
35 Busongeval Sierre (15-03-2012) Onthaal Verwanten (OV) - Onthaal verwanten - Informatievoorziening complex - Link met identificatieproces - Nazorg langdurig
36 Telefoon Informatie Centrum (TIC) FGI PSM
37 - D2 <> D5 Telefoon Informatie Centrum (TIC) - Informatienummer voor ongeruste verwanten - Lokaal en bovenlokaal niveau - Opdrachten (1) Verzamelen, verwerken en verspreiden van (slachtoffer) informatie (2) Bieden van ondersteuning
38 Telefoon Informatie Centrum (TIC) Treinongeval Buizingen (15-02-2010) - 18 dodelijke slachtoffers 162 gewonden - Oprichting bovenlokaal TIC (Leuven DSI) - Link met identificatie overleden slachtoffers (DVI)
39 Ontplooiing PSIP: Centraal Informatie Punt (CIP) FGI PSM
40 Centraal Informatie Punt (CIP) - Verwerking geregistreerde (slachtoffer) gegevens - Lokale verwerking (back- office) <> Centrale verwerking (CIP) - Manueel en/of digitale verwerking - Produceren van slachtofferlijsten
41 Centraal Informatie Punt (CIP)
42 Informatie over getroffenen (1) - Grote tijdsdruk vanuit verschillende hoeken Bestuurlijke overheid, pers, verwanten, brede publiek <> in contrast met complexiteit proces - Burger niet langer (geheel) afhankelijk van de overheid
43 - Opdracht van Discipline 2 Informatie over getroffenen (2) - Betrekking op verschillende locaties en diensten VMP, onthaalcentra, ziekenhuizen, TIC,.. - Heeft betrekking op informatie over: Niet- gewonden; Gewonden; overledenen Verwanten & vermisten
44 PSIP: Psychosociale Actoren - Lokale versus bovenlokale actoren Lokaal: Psychosociaal Hulpverleningsnetwerk (PSH); slachtofferbejegening; OCMW; sociale dienst gemeente; enzovoort Bovenlokaal: DSI; sociale dienst ziekenhuis; CAW slachtofferhulp; sociale dienst/team bedrijf; privéinitiatieven; enzovoort - Actoren met focus op acute fase <> actoren met focus op nafase - Psychosociale actoren voor opvang eigen hulpdiensten (bv. FIST, STRESS- team, DSI) > nazorg
45 Psychosociaal HulpverleningsNetwerk (PSH) - Samenwerking tussen lokale partners voor onmiddellijke psychosociale acties bij noodsituaties op gemeentelijk niveau (OCMW; slachtofferbejegening; enzovoort) - Snelle opstart - Inzetbaarheid bij kleinschalige noodsituaties - Werken volgens PSIP- structuren (OC; TIC; OV;CIP) - Uitbouw verschilt tussen provincies
46
47
48
49
50
51 Dringende Sociale Interventie (DSI/SISU) - Richt zich op psychosociale ondersteuning van getroffenen sinds jaren 80 (voortrekker) - Provinciaal georganiseerd - Werken volgens PSIP- structuren (OC;OV;GOC;TIC;CIP) - Vrijwilligers met doorgedreven opleiding/specialisaties: Hulpverlening tijdens acute fase interventie : coördinatoren, socia s & behandelaars Gespecialiseerd in verwerking van informatie (CIP) Doorgedreven begeleiding (individuele begeleiding; samenwerking met DVI)
Psycho Sociaal Manager (PSM) - Federaal vertegenwoordiger (FOD VVVL) van het PSIP bij de provincies - Psychosociaal raadgever van de Federaal Gezondheidsinspecteur (FGI) - Taken: Preventief: ondersteuning bij de implementatie van het PSIP in lokale noodplannen Operationeel: coördinatie van de psychosociale hulpverlening tijdens de acute en de nazorgfase
53 Verwerking schokkende gebeurtenis (1) - Ondergaan schokkende gebeurtenis (onverwacht; controleverlies; angst; machteloosheid) - Spectrum van reacties op.. - Normale reacties op een abnormale gebeurtenis Peritraumatische fase -> Acute fase (24-48u) -> doorwerkingsfase (2-3 maanden) -> verwerking/chronificatie Herbeleving Vermijding Tijd
54 Verwerking schokkende gebeurtenis (2) The NATO guidance identifies that, after the same event: - Most people are shocked, upset or distressed in the immediate aftermath - Most people are proportionately and temporarily distressed sometime in the 2 weeks after the event, but they recover and are able to function satisfactorily in the short- and medium- terms (they are resilient people) - Some people appear to be disproportionally distressed or distressed and dysfunctional in the short-, medium- and longterms depending on whether or not the event (the primary stressor) provokes secondary stressors or they are becoming psychologically unwell - A tiny number of people develops a mental disorder in the short- term - A minority of people develops a mental disorder in the medium- or longer terms
55 Verwerking schokkende gebeurtenis (3) Getroffenen zijn veerkrachtig!
56 Astrid Fortuin Astrid.fortuin@gezondheid.belgie.be Psychosociaal Manager West- Vlaanderen & Oost- Vlaanderen Ketelvest 26/bus 201 9000 Gent België Gsm: 0479 96 83 47 Meer informatie? Wim Hermans Wim.hermans@gezondheid.belgie.be Psychosociaal Manager Vlaams- Brabant Victor Hortaplein 40/10 1060 Brussel België Tel: 0473/43 22 07 FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu Basisgezondheidszorg & Crisisbeheer