Integratie van minderheden: een pleidooi voor conceptuele zuiverheid Norbert Vanbeselaere, Joke Meeus & Filip Boen Labo voor Exp. Soc. Psychol., K.U.Leuven maart 2007 Belgische samenleving = etnisch-cultureel divers = multicultureel? Diversiteit is vooral een gevolg van arbeidsimmigratie, vooral vanaf 1946-1974 gastarbeiders : evolueerden van tijdelijk naar permanent verblijf 2 1
Vreemdeling = een persoon die in België verblijft maar die de Belgische nationaliteit niet bezit Immigrant = een persoon die haar/zijn oorspronkelijke verblijfplaats tijdelijk of permanent heeft verlaten Oorspronkelijke gastarbeiders = immigranten en vreemdelingen 3 Genaturaliseerde gastarbeiders = immigranten maar geen vreemdelingen meer Italianen, Marokkanen, Polen, Turken, van de 2 e /3 e generatie: zijn in België geboren geen immigranten hebben vaak Belgische nationaliteit geen vreemdelingen Nederlanders, of Fransen, of die in België komen wonen: zijn vreemdeling en immigrant worden vaak buitenlanders genoemd Italianen, Marokkanen, Polen, Turken van de 2 e /3 e generatie: zijn geen vreemdelingen noch immigranten maar Belgen worden wel vreemdelingen/migranten genoemd 4 2
Belgische bevolking = etnisch-cultureel divers een etnisch-culturele meerderheidsgroep verschillende etnisch-culturele minderheidsgroepen Niet alleen leden van de meerderheidsgroep maar ook leden van de minderheidsgroepen maken een onderscheid en vinden dat belangrijk. Er is vaak geen juridisch verschil maar wel een verschil in zelfbeleving. Allochtoon: een persoon die in België woont en die zichzelf verbonden voelt met en zichzelf definieert als lid van een etnisch-culturele minderheidsgroep Autochtoon: een persoon die in België woont en die zichzelf verbonden voelt met en zichzelf definieert als lid van de etnischculturele meerderheidsgroep 5 Citaat uit een interview met een jonge Marokkaanse (in België geboren, Belgische nationaliteit): Ik ben daar heel trots op dat ik Marokkaanse ben en ik zal daar blijven voor vechten om op dat vlak erkenning te krijgen. 6 3
Samenleven van verschillende etnisch-culturele groepen resulteert in een proces van ACCULTURATIE Acculturation refers to those phenomena which result when groups of individuals having different cultures come into continuous first-hand contact, with subsequent changes in the original culture pattern of either or both groups (Redfield, Linton & Herskovits, 1936) Het samenleven van diverse etnisch-culturele groepen resulteert in veranderingen Mensen hebben verwachtingen/voorkeuren i.v.m. deze veranderingen = ACCULTURATIEHOUDINGEN 7 Acculturatiehoudingen van ALLOCHTONEN Oudere visie: een ééndimensionaal model separatie bi-culturalisme assimilatie acculturatie = een geleidelijk vervangen van de oorspronkelijke cultuur door de cultuur van het gastland combineren van elementen uit beide culturen = overgangsfase succesvolle acculturatie = assimilatie alleen nieuwkomers maken een acculturatieproces door monoculturele maatschappijvisie: etnisch-culturele diversiteit is tijdelijk Tegengesproken door de feiten o.a. Leman, 2000; Roosens, 1998 8 4
Nu: Tweedimensionale modellen acculturatie wordt bepaald door de houding t.a.v.de eigen groep/cultuur en t.a.v. de meerderheidsgroep en meerderheidscultuur betrokkenheid op eigen groep: laag hoog betrokkenheid op meerderheidsgroep: laag hoog deze twee dimensies zijn onafhankelijk succesvolle acculturatie = bi-culturalisme multiculturele maatschappijvisie Hoe worden deze dimensies ingevuld? 9 Berry: contact/participatiemodel Wens ik de cultuur van de eigen etnisch-culturele groep te behouden? Wens ik via contacten met de meerderheidsgroep te participeren aan de maatschappij van het gastland? Deze twee dimensies zijn onafhankelijk van elkaar cultuurbehoud JA NEEN contact/ participatie JA integratie assimilatie NEEN separatie marginalisatie 10 5
Bourhis: cultuurovernamemodel Wens ik de cultuur van de eigen etnisch-culturele groep te behouden? Wens ik de cultuur van de meerderheidsgroep over te nemen? Deze twee dimensies zijn onafhankelijk van elkaar cultuurbehoud JA NEEN cultuur overname JA integratie assimilatie NEEN separatie marginalisatie 11 Acculturatiehouding bepaald via identiteitspatronen Hutnik: - identificatie met de eigen etnisch-culturele groep - identificatie met de meerderheidsgroep identificatie met minderheisgroep JA NEEN acculturatieve assimilatieve JA identificatie met identiteit identiteit meerderheidsgroep NEEN dissociatieve identiteit marginale identiteit Verschillende onderzoekers gebruiken metingen van identificatie om de acculturatiehouding te bepalen (Hutnik zelf niet!) 12 6
Deze verschillende modellen worden door elkaar gebruikt Terecht? Onderzoek bij Turkse allochtonen in Vlaanderen Globale hypothese: Het is voor leden van een etnisch-culturele minderheidsgroep psychologisch gemakkelijker om in te stemmen met contact/participatie dan met cultuurovername. Instemmen met cultuurovername is gemakkelijker dan zich identificeren met de meerderheidsgroep Gevolg: Een integratiehouding komt het meest voor bij het contact/participatiemodel, het minst bij het identificatiemodel. Separatie komt het meest voor bij het identificatiemodel, het minst bij het contact/participatiemodel 13 Het effect van het acculturatiemodel op de acculturatiehoudingen van Turkse allochtone jongeren in Vlaanderen Participatiemodel (Berry) Cultuurovernamemodel (Bourhis) Identificatiemodel (Hutnik) Integratie 82% 37% 10% Separatie 10% 56% 80% Assimilatie 6% 3% 2% Marginalisatie 1% 4% 8% 14 7
Belangrijkste conclusies: jonge allochtonen in Vlaanderen willen hun eigen cultuur behouden, willen contact/participatie, staan ambivalent tgo. cultuurovername, definiëren hun identiteit op basis van de eigen groep, wijzen een Belgische zelfdefinitie af is dit integratie? separatie? hangt af van het gebruikte acculturatiemodel eenzelfde begrip, bv. integratie, krijgt een andere betekenis afhankelijk van het gebruikte acculturatiemodel niet alleen theoretisch maar ook maatschappelijk belangrijk contact/participatie en cultuurbehoud: onafhankelijke dimensies cultuurovername en cultuurbehoud: onafhankelijke dimensies 15 Acculturatiehoudingen van AUTOCHTONEN deze houdingen: impact op maatschappelijk debat en op de houding van allochtonen contact/participatiemodel = cultuurovernamemodel houding t.a.v. 2 dimensies Ik vind het goed/belangrijk dat allochtonen hun eigen cultuur behouden Ik vind het goed/belangrijk dat allochtonen goede en regelmatige contacten hebben met de Belgen en zo effectief meedraaien in de Belgische samenleving / Belgische cultuurovernemen Aanvaarden van cultuurbehoud JA NEEN aanvaarden van contact/participatie JA integratie assimilatie NEEN separatie marginalisatie (exclusie) 16 8
Belangrijk verschil tussen allochtone en autochtone acculturatiehoudingen allochtone houding: wat zij zelf wensen te doen autochtone houding: wat men van anderen (= allochtonen) wenst/aanvaardt Autochtone integratiehouding: integratie-tolerantie: men aanvaardt het cultuurverschil en het is geen hinderpaal voor maatschappelijke participatie integratie-transformatie: men is bereid de publieke instellingen (onderwijs, gezondheidszorg, arbeidsmarkt ) aan te passen zodat allochtoon cultuurbehoud mogelijk wordt Integratie-transformatie multiculturele samenleving Integratie-tolerantie cultureel diverse samenleving 17 Onderzoek bij Vlaamse ASO leerlingen Hun eigen acculturatiehouding: integratie assimilatie segregatie marginalisatie 28% 33% 7% 32% Welke acculturatiehouding schrijven ze toe aan allochtonen: integratie assimilatie segregatie marginalisatie 8% 5% 77% 10% (82%) (6%) (10%) (1%) Overeenkomst tussen gemeten acculturatiehouding en zelfbeschrijving slechts 42% een juist beeld van acculturatiehouding integrationisten : 78% een assimilatiehouding, 12% een integratiehouding assimilationisten : 65% een assimilatiehouding, 24% een marginalisatiehouding, 10% een integratiehouding marginalisatie en segregatie komen praktisch niet voor 18 9
Algemene houdingen van deze ASO leerlingen i.v.m. acculturatie integratie is een matig positieve houding, assimilatie neutraal/licht negatief, segregatie en vooral marginalisatie zijn negatieve houdingen (gevoelens van bedreiging geen racisme) sterkere Vlaamse identificatie negatievere houding ze verwerpen allochtoon cultuurbehoud en verwachten cultuurovername allochtoon cultuurbehoud wordt gezien als een hinderpaal, als een weigering van intercultureel contact en maatschappelijke participatie houdingen tgo. allochtoon cultuurbehoud en tgo. contact/participatie zijn niet onafhankelijk cf. oude assimilationistische acculturatiemodellen 19 Vlaamse en Waalse BSO/TSO leerlingen 50% allochtone, 50% autochtone leerlingen, zowel in een Vlaamse als in een Waalse school, uit een regio waar veel allochtonen wonen intercultureel contact: resulteert dit in een positievere houding bij de autochtonen? Autochtone acculturatiehoudingen: integratie assimilatie segregatie marginalisatie Vlamingen: 54% 35% 2% 9% Walen: 49% 37% 7% 7% Vlaamse BSO/TSO leerlingen veel positiever dan ASO leerlingen Vlaamse leerlingen even positief als Waalse leerlingen 20 10
Hoe zien de allochtone leerlingen de acculturatiehouding van hun autochtone medeleerlingen? integratie assimilatie segregatie marginalisatie Vlaamse 46% 36% 6% 12% allochtonen (54) (35) (2) (9) Waalse 66% 16% 9% 9% allochtonen (49) (37) (7) (7) percepties vrij accuraat Waalse allochtonen schatten de acculturatiehouding van hun schoolgenoten positiever in dan de Vlaamse allochtonen gevolg van het meer gepolariseerde Vlaamse debat? 21 Algemene houdingen van Vlaamse en Waalse autochtone BSO/TSO leerlingen 56% van Vlaamse leerlingen en 56% van de Waalse leerlingen stemt in met cultuurbehoud (bij ASO: 35%) 89% / 86% wenst intercultureel contact (ASO: 61%) Vlaamse en Waalse autochtonen verschilden niet voor wat betreft hun affectieve houding tgo. allochtonen dagdagelijks contact en samenwerking gaat samen met een positievere houding men ervaart dat samenwerking met mensen uit een andere cultuur effectief kan 22 11
Een eendimensionaal of een tweedimensionaal acculturatiemodel? bij allochtonen: wens tot cultuurbehoud en wens tot participatie of cultuurovername zijn onafhankelijk van elkaar de mate van cultuurbehoud zegt niets over de bereidheid tot participatie/cultuurovername = een tweedimensionaal acculturatiemodel bij autochtonen: zij zien allochtoon cultuurbehoud als een afwijzen van intercultureel contact en van maatschappelijke participatie de twee dimensies zijn niet onafhankelijk = een eendimensionaal acculturatiemodel dagdagelijkse effectieve samenwerking gaat dit tegen 23 Een belangrijke afsluitende opmerking Dé allochtonen, dé autochtonen, dé allochtone cultuur, dé autochtone cultuur: dit zijn abstracties die in de realiteit niet eens bestaan. Elk van deze woorden verwijst naar een grote verscheidenheid van personen en culturele gebruiken. Dit betekent dat een stelling als zij moeten zich aan ons aanpassen (van welke kant die ook komt) zinloos is want de facto onuitvoerbaar. 24 12