Examen VMBO-KB 2010 gedurende 250 minuten landbouw-breed CSPE KB Naam kandidaat Kandidaatnummer Bij dit examen horen uitwerkbijlagen en een digitaal bestand. Dit examen bestaat uit 17 opdrachten. Voor dit examen zijn maximaal 89 punten te behalen. Voor elk opdrachtnummer staat hoeveel punten met een goede uitvoering behaald kunnen worden. PK-0986-b-10-1-o
Onderdeel A werken in het magazijn tijdsduur 40 minuten Voor dit onderdeel heb je het bestand voorraadbeheer.xls nodig. Je werkt in het magazijn van een groothandel. Het magazijn is digitaal ingericht. Je kunt met de computer de voorraad in het magazijn zien. Je gaat een bestelling in het bestand voorraadbeheer.xls verwerken. Hieronder staat de bestelling. telefoonnotitie bestelling: P. de Boer Akkerlaan 23 1123 BA Holwerd Tel. 0519 234236 e-mail: deboer@hotmail.com Klantnummer: 26349 De bestelling: 3 spades 5 houten stelen 3 stuks van artikelnummer 10010 1200 meter schriklint van het merk ARGO, moet 4 cm breed zijn en wit van kleur 600 meter schrikdraad, wit van kleur, merk LETA en met 9 RVS draden erin een paar blauwe laarzen, maat 38 een paar laarzen, maat 43, groen basisbrok van Havens voor paarden, 200 kg paardenvoer artikelnummer 12253, 5 zakken 3p 1 Maak een factuur en een pakbon van de bestelling. Open het bestand voorraadbeheer.xls. Verwerk de bestelling. 3p 2 De bestelling is niet meteen helemaal leverbaar. Op de pakbon staat de kolom 'na te leveren'. Vul op de juiste rijen de aantallen in van de materialen die niet geleverd zijn. Print de factuur en de pakbon. Sla het bestand niet op. PK-0986-b-10-1-o 2 lees verder
2p 3 In het bestand voorraadbeheer.xls staan op de factuur ook de prijzen en de btwtarieven van de verschillende materialen. Welk bedrag aan btw moet de klant afdragen per spade? Sluit het programma Excel af. Lever de pakbon en de factuur in bij de examinator. 16p 4 Maak de minitoets bij opdracht 4. Onderdeel B eigenschappen van grond vergelijken tijdsduur 150 minuten Voor dit onderdeel heb je uitwerkbijlage 1 nodig. Je werkt bij een tuincentrum. Een klant, meneer/mevrouw Keizer zaait zelf eenjarigen voor de tuin. Zaai- en stekgrond is speciaal ontwikkeld voor het opkweken van zaailingen, maar deze klant vindt die grond duur. Hij/Zij vraagt zich af, of de goedkopere gewone potgrond of bemeste tuingrond even goed is voor het opkweken van planten. Om een antwoord te geven aan deze klant ga je zes soorten grond vergelijken. Je bepaalt het vasthoudend vermogen en de ph van deze soorten grond. Je laat zaden kiemen in verschillende soorten grond. Tenslotte maak je een prijsvergelijking. Op de zakken van de zes soorten grond die je gaat onderzoeken, staan eigenschappen van de grond. In uitwerkbijlage 1 is een deel van de eigenschappen van de zes soorten grond opgenomen. PK-0986-b-10-1-o 3 lees verder
8p 5 Als een grond slecht vasthoudt, zullen zaden slecht kiemen in die grond. Om een goede conclusie te kunnen trekken uit de resultaten van de kiemproef, ga je het vasthoudend vermogen van de zes grondsoorten bepalen. Voor het bepalen van het vasthoudend vermogen heb je nodig: 6 soorten grond (zie tabel); luchtdroog 6 plastic koffiebekers 6 trechters een maatcilinder 200 ml een grammenweegschaal 6 papieren (koffie)filters een vaste viltstift uitwerkbijlage 1 Bepaal het vasthoudend vermogen van de zes grondsoorten en noteer de resultaten in de tabel 'vasthoudend vermogen grondsoorten'. Zet op elke beker de code van een grondsoort, zie tabel. Weeg per grondsoort 75 gram luchtdroge grond af en doe die in een trechter met filter. Plaats de trechter op de juiste koffiebeker. Giet op elke grondsoort voorzichtig 150 ml. Laat 10 minuten staan. Meet met de maatcilinder hoeveel is doorgelopen. Noteer de hoeveelheden. Bereken hoeveel in elke grondsoort is blijven 'hangen' per 75 gram grond en hoeveel per 100 gram grond. Noteer de uitkomsten. Neem de uitkomsten van de laatste kolom over in uitwerkbijlage 1. Opmerking: Je hoeft geen rekening te houden met het dat door het papieren filter wordt vastgehouden, want dat is bij elke grondsoort evenveel. grondsoort zand zaai- en stekgrond universele potgrond tuinturf cocopeat bemeste tuinaarde tabel vasthoudend vermogen grondsoorten code grondsoort Z ZS UP TT CCP BT hoeveelheid doorgelopen (ml) hoeveelheid hang in 75 g grond (ml) hoeveelheid hang per 100 g grond (ml) PK-0986-b-10-1-o 4 lees verder
4p 6 De ph van grond heeft invloed op de kieming en de groei van planten. De ph van tuinturf en van zand is niet bekend. Van deze twee soorten grond ga je de ph bepalen. Voor het meten van de ph heb je nodig: 2 plastic koffiebekers een ph-meter (of universeel indicatorpapier) een maatschepje van 10 ml een maatcilinder 200 ml een roerstaafje of lepel gedestilleerd tuinturf en zand uitwerkbijlage 1 Bepaal de ph van tuinturf en zand. Doe in een koffiebeker 10 ml zand en in de andere 10 ml tuinturf. Voeg aan beide bekers 50 ml gedestilleerd toe. Schud of roer 5 minuten intensief. Laat het mengsel 15 seconden staan. Meet de ph. Noteer de ph-waarden in uitwerkbijlage 1. 1p 7 De meeste zaden kiemen niet goed in zure grond. In welke van de zes soorten grond zullen de zaden het slechtste kiemen als je alleen let op de zuurgraad? Je gaat de volgende onderzoeksvraag beantwoorden: 'Welke van de zes grondsoorten is het meest geschikt om mosterdzaden te laten kiemen?' Daarom ga je een kiemproef uitvoeren. Je weet niet of de grond nat genoeg is voor het kiemen van zaden. Daarom zaai je in elke grondsoort twee keer, één keer voeg je toe en de andere keer niet. Voor het uitvoeren van de kiemproef heb je nodig: 12 potten met een doorsnede aan de bovenkant van 13 cm maatcilinder of maatbeker zand (Z) zaai- en stekgrond (ZS) universele potgrond (UP) tuinturf (TT) cocopeat (CCP) bemeste tuinaarde (BT) mosterdzaad 12 steeketiketten PK-0986-b-10-1-o 5 lees verder
1p 8 Je gaat straks per grondsoort twee potten vullen. 9,6 cm pot 13 cm VOL 1.136 804 cc VOL = inhoud pot = hoogte pot = aantal per verpakking Hoeveel liter van elke grondsoort is nodig voor het uitvoeren van de kiemproef? Gebruik bovenstaande afbeelding. Schrijf de berekening op. Rond af op één decimaal. 1p 9 Hoe groot is de oppervlakte in m 2 op de vloer of op een tafel die nodig is om de 12 potten met een doorsnede van 13 cm na het zaaien neer te zetten? Je zet de potten tegen elkaar aan in vierkantsverband. Schrijf de berekening op. Schrijf de uitkomst op in vier decimalen. PK-0986-b-10-1-o 6 lees verder
5p 10 Je gaat zaden laten kiemen in zes verschillende grondsoorten. Je vult met elke grondsoort twee potten, één met extra en één zonder. Schrijf op elk etiket je naam, de datum en de afkortingen van de verschillende grondsoorten en '' volgens het schema hieronder. Z ZS UP TT CCP BT Z ZS UP TT CCP BT Vul per grondsoort twee potten ruim met grond. Strijk de grond gelijk met de bovenrand van de pot. Tik enkele keren met de pot op de tafel om de grond te laten inzakken. Maak het oppervlak vlak, bijvoorbeeld met de onderkant van een andere pot. Geef de potten met '' op het etiket 100 ml. Giet voorzichtig, je mag het vlakke oppervlak niet verstoren. Laat je werk beoordelen door de examinator. 4p 11 Zaai op regelmatige afstand van elkaar 25 mosterdzaden per pot. Neem alleen zaden van dezelfde (goudgele) kleur. Gebruik geen afwijkende zaden. Druk de zaden licht in het oppervlak. Laat je werk beoordelen door de examinator. Bedek het gezaaide oppervlak met een dun laagje (even dik als het zaad) van dezelfde grond als waarmee de pot gevuld is. Vraag aan de examinator waar je de potten neer kunt zetten. Zet de potten weg op de plaats die de examinator heeft aangegeven. Lever het opdrachtenboekje en uitwerkbijlage 1 in bij de examinator. Je bent nu klaar met dit deel van het examen. Over één of anderhalve week ga je de resultaten bekijken. PK-0986-b-10-1-o 7 lees verder
Onderdeel C resultaten beoordelen tijdsduur 60 minuten Lees de opdracht eerst helemaal door. Voor dit onderdeel heb je de uitwerkbijlagen 1 en 2 nodig. Je hebt mosterdzaad gezaaid in verschillende soorten grond en met verschillende hoeveelheden. Je gaat nu de kiemresultaten vergelijken en beoordelen. Voor het beoordelen van de resultaten heb je nodig: de 12 potten met kiemplanten die je zelf hebt ingezaaid 10p 12 Beoordeel het resultaat van de kiemproef. Schrijf je beoordelingen op in de tabel op uitwerkbijlage 2. Tel in elke pot het aantal levende kiemplanten op dit moment. Bereken het kiempercentage van elke pot. Rond af op hele procenten. Beoordeel de groei van de kiemplanten in elke pot: goed = kiemplanten zien er normaal uit (zie foto) slecht = een aantal kiemplanten is klein of misvormd (zie foto's) Waardeer in de kolom 'algemeen resultaat' de kieming in elke pot door de gegevens van de voorgaande kolommen samen te voegen: goed = meer dan 90% van de zaden heeft kiemplanten gevormd en is normaal gegroeid voldoende = tussen de 60% en 90% heeft kiemplanten gevormd en is normaal gegroeid matig = tussen de 60% en 100% heeft kiemplanten gevormd en is slecht gegroeid slecht = minder dan 60% heeft kiemplanten gevormd Schrijf in de kolom 'verklaring kiemresultaat' een reden op voor het goede of slechte kiemresultaat. Maak daarbij ook gebruik van het vasthoudend vermogen van de grond en van de ph. Vul de tabel volledig in. normale kiemplanten kiemblaadjes horizontaal kiemplanten klein in vergelijking met de andere kiemplanten misvormd (gedraaid) PK-0986-b-10-1-o 8 lees verder
2p 13 Welke drie grondsoorten zijn op grond van jouw resultaten het meest geschikt om mosterdzaden te laten kiemen? grondsoorten:... Leg uit waarom je deze grondsoorten kiest. Deze uitleg kun je later ook gebruiken om de klant te adviseren. 3p 14 Behalve de kwaliteit is de prijs van grond ook van belang voor de klant. Je gaat de prijzen uitrekenen van de drie grondsoorten die het meest geschikt zijn. Wat is de prijs voor 10 liter van deze grondsoorten? Schrijf de berekening op. Rond af op hele eurocenten. Welke grondsoort kun je de klanten van het tuincentrum het beste adviseren als je rekening houdt met de kwaliteit en met de prijs? PK-0986-b-10-1-o 9 lees verder
7p 15 Vandaag is de klant, meneer/mevrouw Keizer, die zich afvroeg welke grond het beste is voor zaailingen, weer in de winkel. Hij/Zij komt nu naar je toe voor een advies. Gebruik de uitkomsten van de proeven die je zelf met potgrond deed om de vragen van meneer/mevrouw Keizer te beantwoorden. Je hebt 5 minuten tijd om het gesprek met meneer/mevrouw Keizer voor te bereiden. Voer het gesprek met meneer/mevrouw Keizer. Beantwoord zijn/haar vragen en geef adviezen. 3p 16 Je hebt een gesprek gevoerd met een klant. Je gaat nu je eigen werk beoordelen. Schrijf drie aandachtspunten op die belangrijk zijn bij het voeren van een gesprek met een klant. Beoordeel in welke mate je voldaan hebt aan elk aandachtspunt. Gebruik één van de volgende cijfers voor je beoordeling: 3 goed 2 gedeeltelijk goed 1 niet goed Geef een uitleg bij elke beoordeling. In de eerste rij staan al voorbeelden van een aandachtspunt, een cijfer en een uitleg. aandachtspunt cijfer uitleg klanten aanspreken in de u-vorm 2 Ik heb dat bijna steeds gedaan, maar ik vergiste me een keer en toen zei ik toch 'je'. 16p 17 Maak de minitoets bij opdracht 17. Lever het opdrachtenboekje en uitwerkbijlage 2 in bij de examinator. 907-0986-b-PK-1-o* PK-0986-b-10-1-o* 10 lees verder einde