Woordenschat Spinnen Bij de methode In vogelvlucht is er voor groep 7 een woordenschatprogramma om de woorden extra aan te bieden. Helaas is er niet altijd voor iedereen een computer beschikbaar en even een moment de uitleg lezen is niet voldoende om alle begrippen te leren kennen. Daarom deze woordkaartjes met platen uit de methodeboeken/woordenschatprogramma. Graag hoor ik wat je er van vindt. Eventuele aanpassingen zijn altijd mogelijk. Ik bekijk ook nog even of ik een poster erbij kan maken met alle begrippen.
woordenschat: de verf voor de kruk Weer nieuwe materialen voor groep 3 om aan de woordenschatontwikkeling te werken. Daarbij is er ook zeker aandacht voor het lezen. Dit keer passen de materialen bij het Leeslijnboekje de verf voor de kruk (avi E3) Klik op de afbeelding om de memorykaartjes te downloaden:
Het schip heeft pech! Helaas het schip heeft pech, maar dit verhaal levert weer materiaal op om lekker te lezen maar ook om woordenschatspelletjes te spelen.
Het boekje uit de leeslijnserie is op E3 niveau. Je kunt aan het werk met de volgende spelletjes: memory en zinnen afmaken. Download hier de materialen door op de afbeelding te klikken:
Woordenschat & lezen: Bob heeft het koud! Bij het leeslijn boekje: Bob heeft het koud! (avi M3) zijn er nieuwe materialen. Als doel hebben we om de woordenschat te stimuleren en ook te blijven lezen.
Bob heeft het koud (uit de leeslijnserie) Hierbij heb ik gemaakt: Woordkaartjes waarbij aan de volgende woorden aan de orde komen: de aanbieding- de afdeling- de bewaker- de diefstal- de etalage, de euro- de kassa, de klant- de koper- de korting- de munt- de prijs- de reclame- de rekening- de toonbank- de verkoper/verkoopster- de winkelier- het bedrag- het briefjeafrekenen- betalen- de temperatuur- zonnig- bewolkt Op welke manier ik gebruik maak van de woordkaartjes kun je lezen op de pagina woordenschat.
Verder mogen de leerlingen aan de slag met het spel: zinnen maken afmaken. Over welk woord gaat de zin?
Een muis in de kooi Ook met dit leeslijn boekje oefenen we met lezen en vergroten we tevens de woordenschat. Dit doen we allemaal met onderstaande spelletjes bij het boekje: een muis in de kooi. Vooraf leest de leerling thuis het boekje of een gedeelte ervan. Tijdens onze sessie lezen we het boekje nogmaals. Hierna spelen we memory: de leerling zoekt de juiste woorden bij de plaatjes. De zinsbouw oefenen we door de kaarten door elkaar te schudden en op tafel te
plaatsen. Laat de leerling nu met de kaarten goede zinnen maken. De volgende woorden worden tijdens deze sessie aangeboden: de kooi, de was, de waslijn, de hut, de mat, het hooi, de wei, de rat, de muis, het voer, het weiland, de akker, de geit, de koe, de kruiwagen, de moestuin, het vee, de oogst, de akker. (deze woorden zijn o.a. overgenomen uit Digiwak groep 3) Leesweg: Pas op! de vos! Voor een leerling ben ik gestart voor extra hulp voor lezen, zinsbouw en woordenschat in één. Hier maak ik gebruik van de boekjes van leeslijn en de woordenlijst van Amsterdamse Kinderen (http://digiwak.nl) voor groep 3.
Pas op! de vos! Aan te bieden woorden: de aarde de lucht de maan- de nacht de roofdieren de zon de zonnestraal het maanlicht het zonlicht snel/ langzaam- ver/dichtbij- het voer- ren- vos heg- het hok de kip de tak- de ren- de mus de hen de haan Je start de sessie met een stuk voorlezen uit het boekje. Je gebruikt hier de extra aan te bieden woorden. Je praat met elkaar over wat je ziet op de plaatjes. Je schenkt hierna extra aandacht aan de klank die centraal staat deze sessie: herhaling va korte klanken. Je oefent ook met het schrijven van deze klank en je laat hem bij elk woord benoemen. Je oefent hierna met een woordrijtjes: je zoekt eerst de centrale klank op en geeft deze een kleur. Je herhaalt deze klank auditief. Je laat de leerling de woordrijtjes eerst goed lezen. Eventueel kun je de scores noteren in een grafiek. woordenlijst Spel: zoek het woord bij het plaatje Spel: bouw een zin
van de woordkaartjes. Of gebruik bovenstaande knijpkaart met de woorden Hoe en wat?: stimuleren van woordenschat in thuissituatie (2) Om de woordenschat te optimaliseren is de thuissituatie erg belangrijk. Sociale interactie en taalstimulatie is erg belangrijk voor de vroege taalontwikkeling. Het is goed om ouders ook te betrekken bij de woordenschatontwikkeling. Ik denk dat het heel belangrijk is om ouders bewust te maken van woordenschat en op welke manier je de woordenschat van jouw kind kunst stimuleren. Tevens zou het ook fijn zijn als de woorden die op school aangeboden worden ook thuis herhaalt worden. Om ouders te activeren om mee te denken en mee te werken aan de woordenschatontwikkeling van zijn of haar kind moet de volgende onderwerpen zeker besproken worden: Wat is woordenschat en waarom is de woordenschatontwikkeling zo belangrijk? Waarom is het herhalen van woorden zo belangrijk?
Hoe lees je voor? -> woorden uitleggen en interactief voorlezen Belang van biebbezoek Vergroten van woordenschat door het lezen van boeken. Alles wat je doet in huis, benoem het en leg het uit. Als school is je doel om ouders te activeren om de rol te vergroten in woordenschatontwikkeling, maar ouders moeten de keuze maken om hier ook echt mee verder te gaan. Hoe en wat: woordenschat (1) Wat is woordenschat? Woordenschat is het (aan)leren van nieuwe woorden door de leeromgeving daarvoor geschikt te maken zoals de juiste werkvormen te kiezen, kinderen strategieen aan te leren en de juiste instructie te geven. Het gaat bij woordenschat niet om het uit de hoofd leren van woorden, of het plaatsen van woorden in een goed netwerk. Het gaat om het goed gebruik van woorden in zinnen en teksten. Enkele aspecten die samenhangen met woordenschat: leesbegrip vlot lezen decoderen luisteren Wat is er nu belangrijk in een woordenschatles? Verhallen kent de volgende 4 fases: * Fase 1: voorbewerken: zorg voor betrokkenheid en aandacht voor het aan te leren woord. * Fase 2: semantiseren: je hebt een gerichte oefening waarin de betekenis wordt
verduidelijkt (uitbeelden/uitleggen) * Fase 3: consolideren: gebruik verschillende werkvormen om de woorden te herhalen. Blijf oefenen totdat de leerlingen de woorden kennen. Herhaal de woorden op verschillende (speelse) manieren en zorg ervoor dat de woorden zichtbaar in de klas aanwezig zijn. * Fase 4: controleren: Je controleert in hoeverre de leerlingen de woorden begrijpen en gebruiken. Als leerkracht kun je natuurlijk niet alle woorden aanleren. Kinderen leren zelf ook woorden binnen en buiten de school. Wanneer kinderen veel lezen, komen ze in aanraking met veel (nieuwe) woorden. Fase 2: voorbewerken Een aantal werkvormen waarbij je duidelijk aandacht kunt hebben voor de woordenschatontwikkeling: Interactief voorlezen: woorden uitleggen/vragen stellen Praatplaat: bespreek met elkaar wat je op de plaat ziet. Bekijk een filmpje van bijv. HBB over het onderwerp Maak een poster met de woorden (evt. met plaatjes) en hang deze op Maak een schema met woorden die in verband staan en hang deze op in de klas. Fase 3: Consolideren Uit ervaring blijkt dat Fase 1 en 2 nog redelijk hanteerbaar zijn, maar dat vooral fase 3 wat meer moeilijkheden geeft. Want hoe herhaal je meerdere keren dezelfde woorden op een leuke manier? Hier enkele activiteiten: 5 minuten activiteiten: * galgje: laat de kinderen de woorden raden * raadsel: geef een omschrijving van één van de woorden. * hints: laat één van de kinderen het woord uitbeelden * Liedje: zing een liedje wat ermee te maken heeft Spelletjes: * Memory of trimemory: leg de kaartjes op z n kop en probeer de 2 juiste plaatjes bij elkaar te zoeken. Bij trimemory zoek je 3 plaatjes bij elkaar: woord, plaatje en omschrijving * Knijpkaart: zoek het plaatje bij het woord óf zoek het woord bij de omschrijving
* Communicatiespel: bij elke praatplaat kun je een figuur aanbrengen. Laat leerling een leerling benoemen wat hij daar ziet en daar een verhaal over vertellen. Fase 4: Toetsingen Er zijn in Nederland een aantal methodegebonden en niet-methodegebonden toetsingen: CITO woordenschat voor groep 3 t/m 8; Taal Op Maat voor groep 4 t/m 8 (toetsing binnen gewone methodetoets); Taal Actief Woordenschat voor groep 4 t/m 8; Nieuwsbegrip XL woordenschattoets De samenhang tussen woordenschat en begrijpend lezen is groot. Je kunt dus ook zeker informatie halen uit de CITO begrijpend lezen.