Regionaal Inkoopdocument Wlz 2016. Zorgkantoren Zuid-Holland Noord en Amstelland en de Meerlanden



Vergelijkbare documenten
Aanvulling 2019 op Deel 2 Regionaal inkoopkader nieuwe zorgaanbieders Wlz 2018

CONCEPT Wlz Zorginkoopbeleid mr. Daphne Koch, beleidsadviseur ZN

Aanvulling 2020 op deel 2 regionale inkoopkader nieuwe zorgaanbieders Wlz 2018

Wlz Zorginkoopbeleid drs. Ineke Wever, manager Zorg ZN

Inkoop WLZ Presentatie zorgaanbieders 8 juni 2016

Wlz Zorginkoop Regionale informatiebijeenkomst voor zorgaanbieders Datum 16 en 18 juni 2015

Team Zorginkoop (071) Zorgkantoor

Welkom. Inkoopdocument Wet langdurige zorg 2017

Addendum Zorginkoop langdurige zorg 2015

Zorginkoopbeleid 2015

Toelichting bij Zorginkoodocument Wlz 2016 sector GGZ n.a.v. de vragen gesteld voor de Nota van Inlichtingen.

Addendum Zorginkoop langdurige zorg 2015

Inkoop Langdurige Zorg

Bijeenkomst Inkoop Wlz Wet Langdurige Zorg 1 juni 2017

Nota van inlichtingen Wet langdurige zorg 2017 Regionaal inkoopkader Midden IJssel

Bijeenkomst Zorgaanbieders Wlz inkoopbeleid 2017

Inkoopprocedure Inkoopkader Langdurige Zorg 2016 Zorgkantoren Coöperatie VGZ

Zorgkantoor Friesland Inkoopdocument Wlz 2016

Zorginkoop 2013 Nieuwe aanbieders

Zorgkantoor Zorg en Zekerheid

Regionaal Inkoopdocument Wlz Zorgkantoren Zuid-Holland Noord en Amstelland en de Meerlanden

Zorgkantoor Friesland Nota van Inlichtingen II, Inkoopdocument Wlz juni 2018

Informatiebijeenkomst zorginkoopbeleid Wlz Gehandicaptenzorg

Toelichting bij het Zorginkoopdocument Wlz 2017 sector GGZ en Overeenkomst 2017 sector GGZ n.a.v. de vragen gesteld voor de Nota van Inlichtingen:

Regionale marktanalyse Wlz

Nota van Inlichtingen behorende bij. Zorginkoopdocument 2016 Wlz SECTOR GZ

Zilveren Kruis Zorgkantoor

Zorginkoop Wlz

Zilveren Kruis Zorgkantoor zet in op zorg en ondersteuning die past bij de manier waarop klanten hun leven willen leiden

Informatiebijeenkomst zorginkoopbeleid Wlz Verpleging & Verzorging

Inkoopbeleid Wlz 2017 gehandicaptenzorg. Bijeenkomst zorgaanbieders Zwolle - Nieuwegein 1 juni 2016

Financiering AWBZ instellingen in 2013 Zorgkantoren Zuid-Holland Noord en Amstelland en de Meerlanden

Publicatie Zorgkostenraming Wlz Periode 7 September 2017

Nota van Inlichtingen behorende bij. Zorginkoopdocument 2016 Wlz SECTOR GZ

TOEDELING CONTRACTEERRUIMTE 2017 en 2018 (update oktober 2017) SECTOREN VERPLEGING EN VERZORGING, GEHANDICAPTENZORG, GEESTELIJKE GEZONDHEIDSZORG

Zorgkantoor Friesland Nota van Inlichtingen III - Aanvulling, Inkoopdocument Wlz oktober 2016

3.1 Budgettair kader Wlz Het totale financiële kader dat beschikbaar is voor de Wlz-uitvoerders.

BELEIDSREGEL CA-BR Budgettaire kader Wlz 2015

Geestelijke gezondheidszorg

Informatiebijeenkomst financieel beleid Wlz januari 2016

Publicatie Zorgkostenraming Wlz Periode 2 April 2017

TOEDELING CONTRACTEERRUIMTE 2017 en 2018 (update december 2017) SECTOREN VERPLEGING EN VERZORGING, GEHANDICAPTENZORG, GEESTELIJKE GEZONDHEIDSZORG

Inkoopprocedure Wet langdurige zorg voor goede zorg zorg je samen

Telefoonnummer

Publicatie Zorgkostenraming Wlz Periode 7 September 2018

Aanvulling 2019 bij inkoopkader Wlz juni 2018

Publicatie Zorgkostenraming Wlz Periode 3 Mei 2017

Regionaal inkoopkader nieuwe zorgaanbieders Wlz Zorgkantoren Zuid-Holland Noord en Amstelland en de Meerlanden. 1 juni NW ZA 1

Zorginkoopbeleid Wlz 2016

3.1 Budgettair kader Wlz Het totale financiële kader dat beschikbaar is voor de Wlz-uitvoerders.

TOEDELING CONTRACTEERRUIMTE 2018 en 2019 SECTOREN VERPLEGING EN VERZORGING, GEHANDICAPTENZORG, GEESTELIJKE GEZONDHEIDSZORG

3.1 Budgettair kader Wlz Het totale financiële kader dat beschikbaar is voor de Wlz-uitvoerders.

TOELICHTING BIJ HET CZ ZORGINKOOPDOCUMENT Sector V&V Wlz Publicatiedatum: 28 juni 2019

Landelijk inkoopbeleid 2020 Regionaal Kader 2020

Nota van Inlichtingen behorende bij. Zorginkoopdocument 2017 Wlz SECTOR GGZ

BELEIDSREGEL BR/REG Budgettair kader Wlz Bijlage 2 bij circulaire Care/Wlz/16/13c

INKOOPSYSTEMATIEK 2020

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Publicatie Zorgkostenraming Wlz Periode 4 Juni 2017

Inkoop Wlz 2017 Menzis Zorgkantoren

Informatiebijeenkomst financieel beleid Wlz januari 2017

Vragenlijst AWBZ zorgcontractering 2014

Behandeld door Telefoonnummer adres Kenmerk directie Regulering Wlz/16/21c /

Cliëntervaring. De bron voor verbetering. Petra Meijer 21 maart 2016

Publicatie Zorgkostenraming Wlz Periode 9 November 2017

Behandeld door Telefoonnummer adres Kenmerk directie Zorgmarkten Care Care/AWBZ/11/10c 11D

Toelichting bij het CZ Zorginkoopdocument GGZ Wlz Publicatiedatum: 30 juni 2017

Voorlichtingsbijeenkomst inkoopbeleid Zorgkantoor Midden IJssel 5 juni 2013

Zilveren Kruis zet in de Wlz-zorginkoop de cliënt centraal en biedt ruimte aan nieuwe zorgaanbieders

Financieel beleid Wlz 2018

Zorginkoopbeleid Wlz 2019

Behandeld door Telefoonnummer adres Kenmerk directie Zorgmarkten Care Care/AWBZ/14/06c /

Aanvulling 2019 bij het Regionale inkoopkader Wlz

Publicatie Zorgkostenraming Wlz Periode 10 December 2018

Met hart voor zinnige zorg Voor nu en later. Zorgkantoren Coöperatie VGZ Juni 2018

Publicatie Zorgkostenraming Wlz Periode 12 Februari 2018

SECTORVREEMDE EN INSTELLINGSVREEMDE ZZP S. Geldig in jaar: 2011 Versie: 1.0

3.1 Budgettair kader Wlz Het totale financiële kader dat beschikbaar is voor de Wlz-uitvoerders.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Inkoopkader Langdurige Zorg 2016

De NZa berekent de totale contracteerruimte voor 2014 met inachtneming van de volgende punten:

Zorgcontractering AWBZ 2015 Zorgkantoor Utrecht

Nadere nota van Inlichtingen

Nota van Inlichtingen behorende bij. Zorginkoopdocument 2016 Wlz SECTOR GGZ

Monitoring uitgaven Persoonsgebonden budget en individueel aangepaste Wlz-hulpmiddelen

Marktanalyse Sector Gehandicaptenzorg Regio Zuid-Hollandse eilanden

TOEDELING CONTRACTEERRUIMTE 2018 SECTOREN VERPLEGING EN VERZORGING, GEHANDICAPTENZORG, GEESTELIJKE GEZONDHEIDSZORG

Inkoopbeleid Wlz V&V 2017 Zilveren Kruis Zorgkantoor. Ingrid Renes 1 juni 2016

Aanvulling Wlz zorginkoop 2019

Inkoopbeleid 2018 Pro Life

Voorlichtingsbijeenkomst Financiering WLZ februari 2015

PLANNING & INKOOPPROCEDURE 2020

Inkoopdocument Wlz 2016

Zorginkoop langdurige zorg 2015 Versmalde AWBZ (Wlz) Jelle Boomgaardt Zorgkantoor Friesland / DFZ 01 - juli 2014 Gewijzigde versie

BELEIDSREGEL BR/REG-17141b. Budgettair kader Wlz Bijlage 4 bij circulaire Wlz/16/21c

Monitoring uitgaven Persoonsgebonden budget en individueel aangepaste Wlz-hulpmiddelen CA-NR /

Landelijk Inkoopkader Langdurige Zorg 2017 Geestelijke Gezondheidszorg

Vragenlijst AWBZ/Wlz zorgcontractering 2015

Voorlichtingsbijeenkomst Financiering AWBZ januari 2013

Inkoopkader Wlz 2016 (deel 2) Gehandicaptenzorg

Transcriptie:

Regionaal Inkoopdocument Wlz 2016 Zorgkantoren Zuid-Holland Noord en Amstelland en de Meerlanden

Inhoud 1. Leeswijzer... 4 2. Regionale inkoopprocedure... 5 2.1 Algemeen... 5 2.2 Inkoopprocedure bestaande aanbieders... 5 2.2.1 Tijdspad... 5 2.2.2 Indienen van de offerte... 7 2.2.3 Overzicht in te vullen en in te dienen formulieren... 7 2.3 Inkoopprocedure nieuwe aanbieders... 7 2.4 Reacties op definitief inkoopkader... 8 3. Regionaal Beoordelingskader... 9 3.1 Zelfanalyse welke leidt tot ontwikkelpunt(en)... 9 3.2 Voorstel voor ontwikkelplan(nen)... 9 3.3 Dialoog... 9 3.4 Normering en resultaatafspraken... 10 3.5 Tariefbepaling... 11 3.6 Tweejarige overeenkomst... 11 4. Inkoopmodel Zorg met verblijf...13 4.1 Model zorg met verblijf... 13 4.2 Budgetberekening... 13 4.3 Hoe komt de P tot stand... 13 4.4 Hoe komt de Q tot stand... 14 4.5 Zorgportfolio... 14 4.6 Sectorvreemde ZZP s... 15 4.7 Meerzorg... 15 4.7.1 Inleiding... 15 4.7.2 P-bepaling... 15 4.7.3 Q-bepaling (Alleen GZ sector)... 15 4.7.3 Meerzorg voor sector V&V en GGZ... 15 4.8 Knelpuntenprocedure... 16 5. Inkoopmodel Zorg zonder Verblijf...17 5.1 Zorg zonder Verblijf MPT en overbruggingszorg... 17 5.1.1 Inleiding... 17 5.1.2 P bepaling... 17 5.1.3 Q bepaling... 17 5.1.4 Geld volgt klant... 18 5.2 Huishoudelijke hulp... 18 6. Inkoop overig...19 6.1 Capaciteit... 19 6.1.1 Klant wens... 19 6.1.2 Verzwaring:... 19 6.1.3 Inkoop van bedden... 20 6.1.4 Nieuwbouwprojecten... 21 6.2 Doelmatigheid... 21 6.3 Meerzorg... 22 6.4 Hulpmiddelen en woningaanpassingen... 22 6.5 Subsidieregelingen... 22 6.6 Innovatie... 23 6.9 Moeilijk plaatsbare cliënten... 23 7. Nieuwe zorgaanbieders...24 7.1 Algemeen... 24 2

7.2 Financiering... 24 7.3 Selectie en gunning... 24 7.3.1 Eerste selectie... 24 7.3.2 Tweede selectie... 24 7.3.3 Derde selectie... 25 7.2.3 Gunning... 25 7.3 Onderaanneming... 25 3

1. Leeswijzer Het document waarin het regionale inkoopdocument Wlz 2016 staat beschreven vloeit mede voort uit de volgende documenten: - Landelijk inkoopdocument Wlz 2016 - De door het zorgkantoor uitgevoerde marktanalyse - Kaderbrief Wlz 2016 Voor een goed begrip waarom bepaalde keuzes in het regionale inkoopdocument zijn gemaakt is het raadzaam voornoemde documenten eveneens te raadplegen. Zoals beschreven in het landelijk inkoopkader Wlz 2016 hebben de Wlz-uitvoerders de zorgkantoren gemandateerd om in 2016 de zorginkoop Wlz uit te voeren. Het regionale inkoopdocument Wlz 2016 is als volgt opgebouwd: in hoofdstuk 2 wordt de regionale Inkoopprocedure beschreven. In hoofdstuk 3 komt het regionaal beoordelingskader aan bod. Het Inkoopmodel zorg met verblijf wordt in hoofdstuk 4 toegelicht, waar hoofdstuk 5 toegespitst is op het Inkoopmodel zorg zonder verblijf. In hoofdstuk 6 worden sector brede, sectorspecifieke onderwerpen en aanvullende zorgthema s omschreven. In hoofdstuk 7 wordt het beleid rondom nieuwe aanbieders en onderaannemers toegelicht. Zorgaanbieders worden in dit document eveneens aangeduid als aanbieders. Disclaimer De documenten opgesteld door het zorgkantoor ten behoeve van de inkoop van langdurige zorg 2016 zijn onder voorbehoud van wijzigend beleid van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en de Nederlandse Zorg autoriteit (NZa). Het zorgkantoor behoudt zich het recht voor om een correctie in de inkoopdocumenten, de procedure en wijziging of aanpassing van de voorschriften van de inkoopprocedure toe te passen indien na bekendmaking van deze documenten maatregelen door de overheid worden getroffen die van invloed zijn op de beschikbare contracteerruimte, de afspraken die het zorgkantoor met zorgaanbieders op grond van deze maatregelen dient te maken dan wel een wijziging betreffen van de Wlz-regelgeving. 4

2. Regionale inkoopprocedure 2.1 Algemeen Het zorgkantoor koopt in 2016 voor twee kavels zorg in, voor bestaande en nieuwe aanbieders. Dit heeft tot gevolg dat in aanvulling op de landelijke inkoopprocedure uit het landelijk inkoopkader Wlz 2016 onder paragraaf 2.2 twee regionale procedures zijn opgesteld, te weten: 1. Inkoopprocedure bestaande aanbieders 2. Inkoopprocedure nieuwe aanbieders 2.2 Inkoopprocedure bestaande aanbieders In aanvulling op het landelijk kader, waarbij er voor bestaande aanbieders voldaan kan worden met een bestuursverklaring wordt door het zorgkantoor nagegaan wordt of de persoon die de bestuursverklaring heeft ondertekend ook degene is die als bestuurder bij de Kamer van Koophandel staat ingeschreven. De zorgaanbieder hoeft niet statutair gevestigd te zijn in de regio om in aanmerking te komen voor een overeenkomst. 2.2.1 Tijdspad Het tijdspad voor de inkoop Wlz is landelijk vastgesteld en deze wordt gevolgd door het zorgkantoor. Daarnaast zijn er activiteiten en procedures die regionaal door de zorgkantoren wordt ingevuld. Hieronder vindt u het volledige tijdspad, welke gebaseerd is op het landelijke tijdspad. In de kolom wanneer is terug te vinden welke documenten wanneer beschikbaar zijn of ingeleverd dienen te worden. De inkoopdocumenten worden niet per post verstuurd. De zorgaanbieders worden per e-mail op de hoogte gesteld van de publicatie op de website. Tijdens een voorlichtingsbijeenkomst is er gelegenheid voor de zorgaanbieders om aanvullende vragen te stellen. Vragen kunnen ook schriftelijk via de e-mail gesteld worden. De antwoorden worden gepubliceerd op de website in Nota van Inlichtingen. 5

Hieronder treft u het totale overzicht: Wat Wie Wanneer Verzending e-mail publicatie inkoopdocumenten Zorgkantoor Maandag 1 juni 2015 Publicatie inkoopdocument en 2016 op de website Zorgkantoor Maandag 1 juni 2015 www.zorgkantoorzorgenzekerheid.nl Voorlichtingsbijeenkomst inkoop 2016 Zorgkantoor Woensdag 3 juni 2015 Indienen schriftelijke vragen inkoop 2016 Zorgaanbieder Uiterlijk zondag 21 juni 2015 Publicatie Nota van Inlichtingen op de website Eventuele publicatie aangevuld inkoopdocument 2016 Indienen opmerkingen op (onderdelen van) de definitieve inkoopdocumenten Zorgkantoor Uiterlijk vrijdag 3 juli 2015 Zorgkantoor Uiterlijk vrijdag 3 juli 2015 Zorgaanbieder Uiterlijk donderdag 23 juli 2015 Indiening offerte digitaal Zorgaanbieder Uiterlijk vrijdag 31 juli 2015 vóór 17.00 uur per e-mail aan Zorgkantoor@zorgenzekerheid.nl Dialoog Zorgkantoor/Zorgaanbieder 10 augustus t/m 2 oktober 2015 Voorlopige gunning en eenjarige/tweejarig overeenkomst Zorgkantoor Vrijdag 9 oktober 2015 Opmerkingen indienen over de voorlopige gunning Indienen definitieve budgetformulieren Zorgkantoor Zorgaanbieder Binnen 20 dagen na datum communiceren voorlopige gunning Uiterlijk vrijdag, 16 oktober 2015 vóór 17.00 uur bij het Zorgkantoor Indienen definitieve budgetformulieren bij NZa Zorgkantoor Uiterlijk vrijdag 30 oktober 2015 vóór 17.00 uur Indien nodig, verzending zorgaanbieder gebonden deel / addenda Zorgkantoor Uiterlijk vrijdag 18 december 2015 6

2.2.2 Indienen van de offerte De zorgaanbieder kan een offerte indienen. De spelregels voor het indienen van de offerte is hieronder beschreven. Op vrijdag 31 juli 2015 uiterlijk om 17.00 uur, dient de offerte digitaal te zijn aangeleverd. De offerte bestaat uit alle documenten zoals vermeld in het landelijk inkoopkader. De genoemde verklaringen en formulieren zijn digitaal beschikbaar via: www.zorgkantoor-zorgenzekerheid.nl - De digitale versie van de offerte dient uiterlijk op vrijdag 31 juli 2015 om 17.00 ingeleverd te zijn via zorgkantoor@zorgenzekerheid.nl. De zorgaanbieder ontvangt een automatische reply bij ontvangst. Alle informatie en toelichtingen met betrekking tot de beoordeling van de offerte dienen bij de offerte te worden aangeleverd. Elk formulier moet apart in een PDF aangeleverd worden. De verantwoording per ontwikkelplan wordt gebundeld per plan. De verzonden e-mail kan niet groter zijn dan 10 Mb. Als de e-mail de maximale grootte overschrijdt, kan de mail door technische redenen niet ontvangen worden door het zorgkantoor. Dit betekent dat de documenten mogelijk in meerdere mails naar het zorgkantoor verstuurd dienen te worden. Graag de naam van het document als volgt samenstellen: soort document_ aanbieder (bijv. bestuursverklaring_xx); - Zorgaanbieders moeten op de uiterste offertedatum, 31 juli 2015, kunnen aantonen dat er aan alle gestelde eisen wordt voldaan. Nieuwe zorgaanbieders leveren conform het landelijk document bijlage 5 Aanvullende toetredingseisen nieuwe aanbieders alle documenten aan als bewijslast voor bestuursverklaringen en uiteraard de andere documenten benodigd voor de offerte-indiening; - De informatie in de offerte, aangeleverd voor sluitingsdatum en tijdstip, neemt het zorgkantoor mee als start van de dialoog; - Nieuwe zorgaanbieders die in de loop van 2015 (na het verstrijken van de offertedatum) een overeenkomst met het zorgkantoor willen afsluiten, worden niet geaccepteerd. Per jaar is er slechts één moment om een overeenkomst te sluiten. 2.2.3 Overzicht in te vullen en in te dienen formulieren In deze paragraaf wordt een overzicht gegeven van de onderdelen van de offerte en de in te dienen formulieren. De documenten zijn terug te vinden op de website van het zorgkantoor: www.zorgkantoor-zorgenzekerheid.nl. Het zorgkantoor vraagt nadrukkelijk aandacht voor het feit dat alle documenten ten behoeve van de offerte in aparte PDF bestanden aangeleverd dienen te worden via zorgkantoor@zorgenzekerheid.nl. NB: het formulier voorstel portfolio 2016 dient naast een PDF versie ook in Excel te worden aangeleverd. Overzicht onderdelen offerte: - Bestuursverklaring; - (facultatief) Format Zelfanalyse en Ontwikkelplan; - Formulier Voorstel portfolio 2016. 2.3 Inkoopprocedure nieuwe aanbieders Voor nieuwe aanbieders geldt hetzelfde tijdspad als die in 3.2 genoemd voor bestaande aanbieders. Wel zijn er voor nieuwe aanbieders aanvullende documenten vereist bij de indiening van de offerte. Hiervoor verwijzen wij u graag naar bijlage 5 Aanvullende toetredingseisen nieuwe aanbieders. 7

2.4 Reacties op definitief inkoopkader Indien u zich onverhoopt niet kan verenigen met (onderdelen van) het definitieve inkoopkader met publicatiedatum 03-07-2015 dan wel beslissingen van het zorgkantoor die daaruit voortvloeien (waaronder de voorlopige gunning), dan dient u dit op de kortst mogelijke termijn maar in ieder geval binnen 20 kalenderdagen na bekendmaking van het vorenbedoelde inkoopkader en/of beslissing schriftelijk dan wel per e-mail in zijn volledigheid en onderbouwd ter kennis te brengen van het zorgkantoor. Dit houdt dus in dat daarin vermeld dient te staan met wat u het niet eens bent en waarom. Opmerkingen waardoor het zorgkantoor zijn beleid moet aanpassen, worden in een addendum op het inkoopbeleid gepubliceerd. Wij willen u er attent op maken dat het indienen van voornoemde reactie geen schorsende werking heeft op de inkoopprocedure. Het voorgaande geldt ook voor wijzigingen en/of aanvullingen op het inkoopkader, echter met dien verstande dat uw reactie enkel kan zien op deze wijziging en/of aanvulling zelf (dus niet op het gehele inkoopkader of eerder gepubliceerde wijzingen en/of aanvullingen). Indien een zorgaanbieder nalaat om binnen voornoemde termijn zijn reactie op de voorgeschreven wijze kenbaar te maken aan het zorgkantoor, heeft die zorgaanbieder zijn recht verwerkt om dit alsnog te doen. Deze rechtsverwerking geldt tevens voor het instellen van rechtsmiddelen. Reacties die niet voldoen aan het voorgaande, zal het zorgkantoor niet in behandeling nemen. Door het indienen van een inschrijving verklaart een zorgaanbieder zich integraal en onvoorwaardelijk akkoord met het definitieve inkoopkader met inbegrip van reeds gepubliceerde wijzigingen dan wel aanvullingen. De onderdelen van het inkoopkader waartegen tijdig conform voorgaande is gereageerd vormen op vorenbedoelde akkoordverklaring een uitzondering 8

3. Regionaal Beoordelingskader In hoofdstuk 2 van het inkoopkader langdurige zorg 2016 wordt aangegeven in welke stappen gekomen wordt tot de inkoopafspraken 2016. Bij de inkoop 2016 is nadrukkelijk gekozen voor een nieuwe invalshoek waarbij in dialoog met zorgaanbieders gekomen wordt tot ontwikkel- en resultaatafspraken. Het op deze wijze van inkopen is nieuw voor de zorgkantoren en er wordt afgezien van uitgebreide vinklijsten etc. om te komen tot prijsopslagen. De lijn die aangehouden wordt is er één van zelfanalyse die leidt tot een voorstel van de aanbieder om te komen tot ontwikkelpunten. Om recht te doen aan deze lijn wordt in deze paragraaf nader beleid geformuleerd wat gehanteerd wordt bij zelfanalyse, ontwikkelplan, dialoog, normering en tariefbepaling. In onderstaand schema is een vereenvoudigde, chronologische volgorde van de stappen die doorlopen worden. 1. Zelfanalyse, welke leidt tot ontwikkelpunt(en) 2. Voorstel voor ontwikkelplan(nen) 3. Dialoog 4. Normering en resultaatafspraken 5. Tariefbepaling 6. Meerjarenafspraak 3.1 Zelfanalyse welke leidt tot ontwikkelpunt(en) In deze paragraaf gaat het zorgkantoor in op haar visie op de zelfanalyse. Het landelijk format voor de zelfanalyse is nadrukkelijk een handreiking. Het zorgkantoor verwacht dat zorgaanbieders zich in de zelfanalyse zorgvuldig oriënteren op alle mogelijke sterktes en ontwikkelpunten van de organisatie. Dit impliceert dat het format zelfanalyse niet gebruikt dient te worden als vinkenlijst, maar dat de zorgaanbieder breed naar de eigen organisatie kijkt en beoordeelt wat verbetering behoeft. Dat kan verder gaan dan kwaliteit. Vandaar de mogelijkheid tot invulling van overig onderwerpen in de zelfanalyse. De zorgaanbieder gaat in de zelfanalyse in op de gedefinieerde thema s en / of eigen onderwerpen. Voorbeelden van eigen onderwerpen kunnen zijn: personeelsbeleid/scholing, rol en functie cliëntenraden en inzet netwerk van de cliënt, maar kunnen ook onderwerpen meer toegespitst op de bedrijfsvoering zijn (iwlz). Deze onderwerpen kunnen benoemd worden in het format zelfanalyse in de regel Overige ruimte voor de zorgaanbieder, of een gelijkwaardig format van de zorgaanbieder zelf. Onderwerpen voor ontwikkelplannen worden als uitkomst van de zelfanalyse geprioriteerd (focus aanbrengen). Voor deze onderwerpen leveren zorgaanbieders beknopte voorstellen voor ontwikkelplannen aan. Op alle voorstellen voor ontwikkelplan(nen) zijn de elementen zoals aangegeven in het landelijk inkoopkader Wlz 2016 onder de paragrafen 2.2.3 en 2.2.4. van toepassing. 3.2 Voorstel voor ontwikkelplan(nen) Bij indiening van de offerte heeft de zorgaanbieder de mogelijkheid om de zelfanalyse en ontwikkelplan(nen) in te dienen. Het ontwikkelplan dient aan te sluiten bij de prioriteiten van de eigen organisatie en de zorgaanbieder specifieke onderwerpen die het zorgkantoor van belang acht, zie format (bijlage 4). 3.3 Dialoog In het landelijk inkoopkader Wlz 2016 onder paragraaf 2.2.4 wordt beschreven hoe de dialoog kan leiden tot (keuze voor) een definitief ontwikkelplan en waar dit ontwikkelplan aan dient te voldoen. In 9

de dialoog kunnen zorgaanbieder en zorgkantoor komen tot het vaststellen van ontwikkelplannen en bijbehorende resultaten evenals het komen tot prijsopslagen voor de zorginkoop 2016. Waarbij het zorgkantoor haar beeld en onderwerpen t.a.v. van de zorgaanbieder zal spiegelen aan de aangeleverde ontwikkelplannen. Tijdens deze dialoog bestaat tevens de mogelijkheid in gezamenlijkheid te onderzoeken op welke ontwikkelplannen er mogelijkheden zijn te komen tot een meerjarenafspraak. In dialoog tussen de zorgaanbieder en het zorgkantoor volgt de vaststelling van de ontwikkelplannen waarbij de ambitie, het resultaat en de voorgestelde tariefopslag voor 2016 in verhouding dienen te zijn met de te plegen inspanning en de omvang van de zorgaanbieder. Het zorgkantoor benadrukt dat de dialoog wordt beschouwd als een continu proces waarbij gedurende het gehele jaar voortgangsgesprekken gevoerd kunnen worden. De zorgaanbieder past na vaststelling van de ontwikkelplannen en te behalen resultaten het voorstel voor het ontwikkelplan aan tot een uitgewerkt definitief ontwikkelplan conform het landelijk inkoopkader Wlz 2016 onder paragraaf 2.2.4. Het definitieve ontwikkelplan wordt vervolgens beoordeeld aan de hand van het beoordelingskader zoals benoemd in het landelijk inkoopkader Wlz 2016 onder paragraaf 2.2.4 (opgenomen in onderstaande paragraaf). 3.4 Normering en resultaatafspraken In de dialoog worden impact, ambitie en proportionaliteit van het ontwikkelplan in termen van de te behalen resultaten en de toe te kennen prijsopslag in balans gebracht. Het zorgkantoor beoordeelt vervolgens ieder definitief ontwikkelplan en bepaalt de opslag op het tarief aan de hand van de volgende landelijke elementen (uit het landelijk inkoopkader Wlz 2016 paragraaf 2.2.4): Landelijk - Het effect van de voorgestelde ontwikkelingen voor de cliënten binnen de regio s van de zorgkantoren van Zorg en Zekerheid (Impact). Het zorgkantoor weegt mee in welke mate het te behalen resultaat ingrijpt op de organisatie / bedrijfsvoering en kwaliteit van de zorg. - De mate waarin de ambitie van het ontwikkelplan in verhouding staat met de aard, omvang en verbetercapaciteit van de zorgaanbieder (Ambitie). - De ontwikkelplannen zijn realistisch kijkend naar de mogelijkheden van de zorgaanbieder. Het zorgkantoor zal deze plannen spiegelen aan in het verleden ingediende/uitgevoerde (verbeter)plannen van de zorgaanbieder. Een zorgaanbieder met een beperkte beleidscapaciteit wordt anders gewogen i.r.t. omvang van beoogde resultaten. De mate waarin de implementatie van de voorgestelde ontwikkelingen haalbaar is gegeven de huidige sterktes en ontwikkelpunten van de zorgaanbieder (Realiteit). - De ontwikkelplannen dienen proportioneel te zijn (Proportionaliteit). Dat betekent, dat een eigen ontwikkelplan en te behalen resultaten gewogen worden op basis van de te leveren inspanning en/of het resultaat in relatie tot de te behalen financiële incentive. Regionaal Het zorgkantoor heeft naast het landelijke beoordelingskader de volgende onderwerpen als regionaal beoordelingskader benoemd: - Indien een zorgaanbieder in de zelfanalyse aangeeft dat hij aan alle landelijke thema s voldoet en daarom naar mening van de zorgaanbieder geen ontwikkelplannen nodig acht gaat het zorgkantoor ervan uit dat de zorgaanbieder in de zelfanalyse eigen zorgaanbieder specifieke onderwerpen aandraagt. Hierop kunnen ontwikkelplannen en resultaatafspraken gemaakt worden. Het zorgkantoor zal in deze situatie zorgaanbieder specifieke kenmerken van de zorgaanbieder uit het verleden (Bijv. IGZ rapportages, score op inkoopbeleid voorgaande jaren, al dan niet aangedragen verbeterplannen en bijbehorende uitkomsten) meewegen in haar beoordeling. - Aanbieders zijn vrij te bepalen welk onderwerp (landelijke thema s dan wel eigen onderwerpen) in de zelfanalyse prioriteit krijgt door aanlevering van een ontwikkelplan. In dialoog wordt bepaald welk ontwikkelplan tot resultaatafspraken leidt. - Het indienen van 1 ontwikkelplan leidt niet per definitie tot een volledige opslag van 3,0% op het tarief 2016 maar wordt gewogen op het landelijke en regionale beoordelingskader. 10

- Indien een (eigen) ontwikkelplan (anders dan zelfanalyse) raakvlakken vertoont met een plan van aanpak wat in het verleden al eerder door de zorgaanbieder is aangedragen én beloond is in de vorm van prijsopslag in voorgaande jaren dan verwacht het zorgkantoor dat nieuwe resultaten benoemd worden. - Plannen die gefinancierd worden vanuit een ander domein/subsidie kunnen niet dubbel gefinancierd worden en worden daarom uitgesloten. - Het beoordelingskader van de zorgkantoren is gericht op de zorginkoop en het generen van toegevoegde waarde voor cliënten. Indien een plan van een zorgaanbieder in het kader van verbetervoorstellen n.a.v. het Plan van Aanpak Waardigheid en Trots door VWS geselecteerd wordt dan kan dat initiatief worden ingediend als ontwikkelplan in het kader van de zorginkoop. Afhankelijk van de wijze waarop het betreffende plan bijdraagt aan kwaliteitsverbetering voor cliënten wordt bekeken in welke mate dit kan bijdragen aan het behalen van de tariefsopslag. Goedkeuring voor VWS leidt niet per definitie tot het verkrijgen van een opslag. - Uitgangspunt is dat in dialoog gekomen wordt tot resultaatafspraken (SMART geformuleerd) gebaseerd op definitieve ontwikkelplannen. De ingediende plannen leiden niet per definitie tot (deel)opslagen op al die plannen. Op basis van bovenstaande wordt de tariefopslag voor 2016 per ontwikkelplan vastgesteld. 3.5 Tariefbepaling Bij de aanlevering van ontwikkelplannen zijn er een aantal regionale voorwaarden ontwikkeld, die naast de voorwaarden uit het landelijk inkoopkader Wlz 2016 onder paragraaf 2.2.4 in ogenschouw genomen dienen te worden, puntsgewijs: - Een definitief ontwikkelplan (of alle ontwikkelplannen samen) kan alleen in aanmerking komen voor de volledige tariefopslag (maximaal 3,0% totaal) indien volledig voldaan wordt aan de onder normering en resultaten benoemde elementen. - De omvang van de tariefopslag komt voort uit beoordeling en kan per ontwikkelplan verschillend zijn. - Het zorgkantoor wil zoveel mogelijk in dialoog overeenstemming over de prijs bereiken. Echter, het finale besluit ligt bij het zorgkantoor. Voor de bepaling van het tarief 2016 heeft het zorgkantoor gekozen voor een tweedeling in de tarieftoekenning. Enerzijds geldt er een opslag als inspanningsbeloning die betrekking heeft op de goedgekeurde ontwikkelplannen en resultaatafspraken (50% in jaar t-1), anderzijds geldt er een resultaatbeloning (50% in jaar t; herschikking 2016). De volgende punten geven de werkwijze weer: - In dialoog zijn de definitieve ontwikkelplannen tot stand gekomen. Het zorgkantoor kent per goedgekeurd ontwikkelplan de prijsopslag 2016 toe, bij realisatie van de afgesproken resultaten met een maximum van 3,0% (indien van toepassing: voor alle plannen bij elkaar opgeteld). - In het addendum bij de overeenkomst 2016 worden afspraken vastgelegd over de te behalen (deel)resultaten en tarifering daarvan. - Per 1-7-2016 wordt op basis van de uitkomst van de (tussen)evaluatie vastgesteld of de resultaatafspraken zijn behaald. Indien alle benoemde resultaten behaald zijn komt de zorgaanbieder in aanmerking voor de resterende 50% van de prijsopslag 2016. Deze prijsopslag wordt geëffectueerd bij de herschikking 2016 (jaar t). - Voornoemde systematiek geldt per ontwikkelplan. - Indien de resultaten niet (volledig) behaald zijn treden zorgaanbieder en zorgkantoor in overleg om te kijken of het ontwikkelplan bijgesteld dient te worden om doorgang te kunnen vinden. In dat geval wordt niet de volledige 50% resterende opslag (jaar t) toegekend. De beloning is in dit geval afhankelijk van de wel behaalde (deel)resultaten. 3.6 Tweejarige overeenkomst Instellingen die in aanmerking willen komen voor een tweejarige overeenkomst dienen te voldoen aan de voorwaarden zoals beschreven in het landelijk inkoopkader Wlz 2016 onder paragraaf 2.2 evenals aan onderstaande. Aanvullend worden regionaal de volgende eisen gesteld voor instellingen die in aanmerking willen komen voor een tweejarige overeenkomst: 11

- In de inkoopronde 2015 (vorig jaar) heeft de zorgaanbieder maximaal gescoord op de criteria integrale benadering, innovatie en kwaliteit. - De zorgaanbieder heeft bij de inkoopronde 2016 de maximale prijsopslag van 3,0% behaald bij de beoordeling van de ontwikkelplannen en bijbehorende resultaatafspraken. Indien bij de herschikkingsronde blijkt dat de resultaten niet zijn behaald, zal in dialoog worden bepaald op welke wijze het ontwikkelplan in het perspectief van de tweejaren overeenkomst doorgang kan vinden. Voor de goede orde: dit kan consequenties hebben voor de prijsopslag van de resultaatbeloning 2016 (jaar t). - De zorgaanbieder levert intramurale Wlz zorg (dus intramurale ZZP s en niet enkel VPT en/of MPT). - Voor een ontwikkelplan wat qua tijdpad en te behalen resultaten doorloopt in 2017 worden de afspraken ten aanzien van resultaten en prijsopslag bij het inkoopgesprek 2017 vastgelegd. - Indien een tussenevaluatie van de meerjaren(ontwikkel)afspraak niet wordt behaald, treden zorgaanbieder en zorgkantoor in overleg voorafgaand aan herschikking 2016 en productieafspraken 2017. Dit leidt tot wijziging in gemaakte afspraken met betrekking tot te behalen resultaten en tarifering (In het landelijk inkoopkader Wlz 2016 onder paragraaf 3.5 Tariefbepaling en Fasering ). In verband met de jaarlijkse zorginkoopcyclus die gebonden is aan de vaststelling van landelijke en regionale contracteerruimte, geldt ook voor de instellingen met een tweejarige afspraak dat er in de zorginkoop ronde 2017 nieuwe prijs-, budget- en volume afspraken gemaakt zullen worden voor het jaar 2017. Verbeterafspraken en afspraken over monitoring van resultaten op basis van het ontwikkelplan en de dialoog in het inkoopoverleg worden voor de instellingen met een meerjarenafspraak bij de inkoopronde 2017 geëvalueerd en waar nodig bijgesteld. Instellingen die in aanmerking komen voor een tweejarige overeenkomst krijgen een Wlz overeenkomst aangeboden met een langere looptijd, namelijk tot en met 31 december 2017. 12

4. Inkoopmodel Zorg met verblijf In dit hoofdstuk beschrijft het zorgkantoor zijn financiële beleid voor intramurale zorg inclusief zorg door middel van het Volledig Pakket Thuis (VPT) betreffende de sectoren Verpleging en Verzorging, Gehandicaptenzorg en Geestelijke Gezondheidszorg 4.1 Model zorg met verblijf De berekening van het budget is exclusief de middelen voor de normatieve huisvestingscomponent. Deze worden bij het invullen van het budgetformulier 2016 automatisch toegevoegd. Het zorgkantoor houdt rekening met de kaderbrief van het ministerie van VWS d.d. 19 juni 2015. Uitgangspunten van het zorgkantoor die onder andere voortvloeien uit de kaderbrief zijn: - Korting langer thuis; - Efficiency korting Wlz zoals opgenomen in het regeerakkoord Rutte-Asscher. Dit betreft landelijk 45 miljoen. De regionale korting wordt door de NZa verwerkt over de zorgkantoorregio s. De korting wordt niet verwerkt in de beleidsregelwaarden. Het zorgkantoor verwerkt deze maatregel in de generieke korting op de prijs; - Korting op de contracteerruimte in verband met de GGZ-B uitstroom. Deze korting wordt in zijn geheel op de GGZ-sector regionaal doorgevoerd; - Het budget in de GZ sector wordt voor de lage ZZP s gekort met 10%. Hiervoor wordt op peildatum 1 juni 2015 gekeken naar het aantal personen in zorg. - Alle regionale afbouwafspraken moeten leiden tot budgetafspraken die passen binnen de beschikbare contracteerruimte c.q. voor intramurale zorg per sector geoormerkte gelden. - Het zorgkantoor hanteert een generieke prijskorting van 3 % op de maximale NZa tarieven. NB. De regionale verdeling van de landelijk beschikbare contracteerruimte heeft ten tijde van het publiceren van het zorginkoopbeleid nog niet plaatsgevonden. Hierdoor bestaat het risico dat er regionaal minder contracteerruimte beschikbaar is dan op basis van het in dit hoofdstuk geschetste model verdeeld wordt. Indien dit het geval is, ziet het zorgkantoor zichzelf genoodzaakt om het financiële beleid aan te passen. 4.2 Budgetberekening Het budget zorg met verblijf bestaat uit een tweetal onderdelen: - Zorg met verblijf (exclusief de normatieve huisvestingscomponent) - Volledig pakket thuis Voor zorg zonder verblijf geldt een andere budgetberekening. Deze wordt in hoofdstuk 5 beschreven. Het budget is afhankelijk van de volumeafspraken die in dialoog met de zorgaanbieder gemaakt worden (zie hoofdstuk capaciteit 6.1) en de hoogte van het af te spreken tarief. In tegenstelling tot voorgaande jaren worden de budgetten daarom gecommuniceerd nadat de onderhandelingen met de zorgaanbieders gevoerd zijn. De budgetten 2016 zijn daarom de uitkomst van het overleg en niet het beginpunt van overleg. Wij willen benadrukken dat de verwachting is dat er in 2016 minder financiële middelen beschikbaar zijn om de productie te kunnen financieren. In de financiële brief die het zorgkantoor naar verwachting begin 2016 publiceert (en die als nadere toelichting onderdeel uitmaakt van het contracteerbeleid) geven wij meer informatie over o.a. de beschikbare financiële ruimte en de wijze van herschikking. 4.3 Hoe komt de P tot stand Het zorgkantoor gaat bij haar berekeningen uit van de NZa tarieven 2016. Alle berekende percentages die het zorgkantoor hanteert zijn t.o.v. de 100 % NZa tarieven. Voor de berekening van de budgetten wordt gebruik gemaakt van de NZa tarieven 2016 en de overeengekomen prijspercentages 2016. Op deze wijze is de landelijke prijsindex verdisconteerd in de budgetten. 13

Rekening houdend met de door het Ministerie van VWS ingeboekte efficiencykorting, worden de tarieven generiek gekort met 3 %. Dit betekent dat maximaal een tarief kan worden behaald van 97% van het NZa-tarief. Het basistarief voor 2016 is door ons vastgesteld op minimaal 94%. Concreet betekent dit dat de gecontracteerde tarieven 2016 zich begeven tussen de 94 % en 97%. In hoofdstuk 3 is beschreven hoe de tariefsopslag van 0% tot maximaal 3% kan worden behaald. Het zorgkantoor beoogt hiermee de middelen zo doelmatig mogelijk in te zetten waarbij het landelijke beleid als uitgangspunt is genomen. Voor de prijsbepaling voor de 1 e ronde van november 2015 geldt, dat het zorgkantoor maximaal de helft van het percentage dat wordt toegekend aan de ingediende ontwikkelplannen, meeneemt in de tariefsopslag op het minimale prijspercentage van 94%. Uiterlijk 1 juli 2016 zijn de plannen geëvalueerd en vindt al dan niet de toekenning van de andere helft plaats. De prijswijziging wordt vervolgens in het herschikkingsformulier verder geformaliseerd. In het hoofdstuk beoordelingskader wordt nader ingegaan op het onderwerp ontwikkelplannen. Indien de tarieven aangepast worden gedurende het jaar 2016 dan heeft dit gevolgen voor het beschikbaar gestelde budget. De betreffende zorgaanbieders ontvangen na de beoordeling van de resultaten van de ontwikkelplannen, een brief met de aanpassing van het initieel toegekende budget. Bij de herschikking worden de reeds toegekende clickmomenten in relatie tot het eventueel bijgestelde budget verwerkt. 4.4 Hoe komt de Q tot stand Er is een landelijke taakstelling om in 2016 de intramurale capaciteit verder af te bouwen. Het zorgkantoor gaat er van uit dat er naar alle waarschijnlijkheid minder intramurale capaciteit ingekocht kan worden dan voorgaande jaren. Uitgangspunt voor de dialoog met de zorgaanbieder voor de volumebepaling is onder andere het aantal cliënten dat op 1 juni 2015 in zorg is. Hiernaast wordt ook nadrukkelijk de ontwikkeling van de wachtlijsten zowel van actief- als wens-wachtenden meegewogen. Voor alle andere punten die meewegen in deze dialoog, verwijzen wij u naar het onderwerp capaciteit (zie pagina 19). Mocht blijken dat de financiële vertaling uit dialogen met de zorgaanbieders leidt tot een overschrijding van de regionale contracteerruimte, dan houdt het zorgkantoor zich het recht voor om het totaal gecontracteerde volume aan te passen, zodat de regionale contracteerruimte niet overschreden wordt. Toekenningspercentage In tegenstelling tot 2015 hanteert het zorgkantoor voor 2016 geen maximum budgetten voor zorg met verblijf. Om invulling te geven aan de landelijk afgesproken uitgangspunten, wordt bij zorg met verblijf een gedeelte van het beschikbare regiobudget niet bij aanvang van het jaar verdeeld over de zorgaanbieders. Zowel de cliëntkeuze als de ingekochte capaciteit speelt een belangrijke rol bij het verdelen van het volume bij zorg met verblijf. Om de cliëntkeuze meer leidend te laten zijn bij de verdeling van het volume, is gekozen voor het geld volgt klant-systeem. In het landelijke inkoopbeleid wordt aangegeven dat het toe te kennen percentage van het volume bepaald wordt aan de hand van de mutatiegraad per sector, leveringsvorm en het beleid van voorgaande jaren. Er is gekozen voor de volgende toepassingspercentages voor zorg met verblijf: Sector VV: 85 % Sector GZ: 90 % Sector GGZ: 90 % Om zorgaanbieders gedurende het jaar te voorzien van de uitnutting van het gehele regiobudget wordt de maandelijkse realisatie op het beveiligde webportaal gepubliceerd. Tevens is het zorgkantoor voornemens om de clickmomenten voor het onderdeel zorg met verblijf opnieuw in te voeren. Meer informatie hierover wordt vermeld in de financiële notitie, die begin 2016 wordt bekendgemaakt. 4.5 Zorgportfolio Alle zorgaanbieders maken kenbaar bij het indienen van de offerte voor welke ZZP s en extramurale zorgprestaties zij in 2016 op basis van de benodigde kwaliteit en deskundigheid volgens de 14

productspecificaties, in aanmerking willen komen (zie formulier Voorstel Zorgportfolio ). Doelstelling van de zorgportfolio is om af te spreken welke zorg de zorgaanbieder wel en welke zorg de zorgaanbieder niet kan leveren. De zorgportfolio is uitgangspunt voor het inkoopgesprek. De uitkomst wordt vervolgens vastgelegd in het voorlopig budgetformulier. Deze ingevulde range aan ZZP s geldt voor het gehele jaar 2016 en bepaalt welke ZZP s de zorgaanbieder in 2016 kan leveren en mag declareren. Aanvullingen hierop zijn gedurende het jaar 2016 niet mogelijk. 4.6 Sectorvreemde ZZP s Zorgkantoren gebruiken voor het omzetten van sectorvreemde ZZP s de vertaaltabel, dit is een bijlage van het voorschrift zorgtoewijzing 2016. Het is niet altijd mogelijk om het geïndiceerde ZZP om te zetten naar een instellingseigen ZZP, een cliënt kan dan in principe niet in zorg bij de betreffende instelling. Indien de zorgaanbieder hiertoe toch een noodzakelijkheid ziet, dan wordt hierover in overleg getreden met de zorginkoper. 4.7 Meerzorg 4.7.1 Inleiding Sinds 2014 zijn de kosten voor de levering van meerzorg voor de GZ sector onderdeel van de contracteerruimte. In de kaderbrief van VWS is aangegeven dat de huidige meerzorg regeling wordt uitgebreid naar de sectoren V&V en GGZ. 4.7.2 P-bepaling Net zoals voorgaande jaren geldt voor meerzorg dat het prijspercentage van zorg met verblijf van toepassing is op de deelproducten van meerzorg. 4.7.3 Q-bepaling (Alleen GZ sector) Het zorgkantoor kiest er voor om meerzorg het regiobudget te maximeren op het op het niveau van de herschikking 2014. Evenals voorgaande jaren oormerkt het zorgkantoor deze middelen voor het leveren van meerzorg. Dit betekent dat de in 2016 geleverde zorg binnen deze financiële ruimte moet passen. Het zorgkantoor zal in beginsel geen verschuiving naar andere onderdelen toepassen. Voor de eerste afspraak 2016 wordt gekeken naar de productiemonitor meerzorg tot en met juli 2015. Op basis van deze productiemonitor wordt een jaarprognose gemaakt voor alle zorgaanbieders. In het geval dat de som van alle prognoses binnen de regionale contracteerruimte past wordt deze prognoses als basis genomen voor de eerste budgetafspraak 2016. Indien de beschikbare regionale contracteerruimte voor meerzorg lager is dan de optelsom van de berekende prognoses van alle aanbieders, dan zal dit via een generieke korting gecorrigeerd worden. Ook in het onderdeel Meerzorg wordt in 2016 gewerkt met het geld-volgt-klant principe. Om deze reden vindt na de hierboven gemaakte berekening een toekenning plaats van 80 %. De overige middelen worden verdeeld volgens het geld-volgt klant principe. Aangezien het zorgkantoor de Meerzorg als apart onderdeel van de contractering beschouwt, is het aanbieders niet toegestaan om intern te schuiven van of naar Meerzorg vanuit de andere gecontracteerde onderdelen. 4.7.3 Meerzorg voor sector V&V en GGZ Voor de sectoren V&V en GGZ geldt dat in 2016 ook meerzorgaanvragen mogen worden gedaan. Indien een zorgaanbieder uit een van deze sectoren meerzorg wil gaan leveren in 2016, dient deze dit aan te geven in de offerte, in de zorgportfolio. De middelen voor meerzorg zullen apart worden geoormerkt door het zorgkantoor op basis van informatie van de NZa. Omdat het zorgkantoor niet vooraf kan voorspellen hoe de ontwikkeling van meerzorg verloopt, is gekozen om geen initieel budget toe kennen voor meerzorg. Gedurende het jaar 15

wordt de ontwikkeling van meerzorgaanvragen gemonitord en deze wordt ook gepubliceerd op het beveiligde webportaal. 4.8 Knelpuntenprocedure Het zorgkantoor mag de regionale contracteerruimte niet overschrijden. Tegelijkertijd bestaat er een zorgplicht. In dit spanningsveld zal zo optimaal mogelijk gebruik worden gemaakt van de beschikbare ruimte. Indien er tekorten ontstaan worden andere zorgkantoren (in verband met de mogelijkheid tot overhevelingen), het Ministerie van VWS en de NZa hierover geïnformeerd en zal mogelijk de knelpuntenprocedure worden ingezet. 16

5. Inkoopmodel Zorg zonder Verblijf 5.1 Zorg zonder Verblijf MPT en overbruggingszorg 5.1.1 Inleiding Onder zorg zonder verblijf vallen in dit inkoopbeleid modulair pakket thuis (MPT) en overbruggingszorg, het gaat hierin bij beiden om prestaties en tarieven zoals beschreven in de beleidsregel prestaties en tarieven modulaire zorg. In 2016 blijft de mogelijkheid bestaan om zorg zonder verblijf te leveren aan verzekerden die een hoge ZZP indicatie hebben. Anders dan in 2015 geven indicaties op lage ZZP s geen toegang meer tot het leveren van zorg aan cliënten thuis vanuit de Wlz. Deze cliënten dienen ofwel te kiezen voor een plaatsing zorg met verblijf in een Wlz instelling, dan wel hun zorg thuis te financieren vanuit een ander domein. Daarnaast wordt in 2016 voor het eerst in de Wlz door het zorgkantoor ook huishoudelijke hulp ingekocht. 5.1.2 P bepaling Het zorgkantoor volgt het landelijke beleid ten aanzien van de bepaling van het prijspercentage voor zorg zonder verblijf. Dit houdt in dat de tariefsopslag op het basistarief 3% is. De beoordeling van de ontwikkelplannen bepaalt de hoogte van de tariefsopslag. Meer informatie hierover is te lezen in hoofdstuk 3. Door het volgen van het landelijke inkoopbeleid waarin de keuze is gemaakt voor een 3 % tariefopslag, is de bandbreedte van de prijspercentages zorg zonder verblijf veel beperkter dan in voorgaande jaren. Om niet een te grote generieke korting te moeten toepassen, is gekozen voor een wisselend basistarief per zorgaanbieder. Voor de bepaling van het basistarief wordt voor elke zorgaanbieder afzonderlijk gekeken naar de gegunde prijspercentages in de eerste budgetronde 2015. In 2015 zijn twee prijspercentages zorg zonder verblijf gehanteerd, afhankelijk van de landelijke tariefkorting op de betreffende prestatie in 2014. Allereerst wordt een gewogen gemiddelde berekend over de twee prijspercentages zoals die in 2015 golden. Dit wordt gedaan op basis van de productieafspraken 2015 eerste ronde inclusief de aanvullende afspraak voor de Wlz-indiceerbaren (het aantal Wlz-indiceerbaren vermenigvuldigd met het gegunde tarief 2015). Dit gewogen gemiddelde wordt naar beneden afgerond op een halve punt. Evenals in 2015 geldt voor 2016 dat aanbieders een minimaal tarief kennen van 85%. Vervolgens wordt voor het basistarief 2016 een percentage van 2,5 afgehaald van het berekende afgeronde gewogen gemiddelde prijspercentage. Voorbeeld berekening Zorgaanbieder A heeft in 2015 de volgende prijspercentages voor zorg zonder verblijf: 91,4% en 86,6 %. Hierbij heeft de zorgaanbieder in de eerste budgetronde 2015 inclusief de aanvullende afspraak WLZ-indiceerbaren een budget van respectievelijk 150.000 en 200.000. Het gewogen gemiddelde wordt vervolgens bepaald aan de hand van deze budgetten: 150.000 * 91,4 = 13.710.000 en 200.000 * 86.6 = 17.320.000. Vervolgens levert de volgende berekening het gewogen gemiddeld 31.030.000/ (150.000 + 200.000) = 88,6571. Afgerond op een halve punt levert dit een gewogen gemiddelde van 88,5%. Het basistarief van deze zorgaanbieder is dan 88.5 % - 2,5 % = 86 %. Met een maximale tariefsopslag van 3 %, is het maximaal te behalen prijspercentage voor deze zorgaanbieder 89 %. 5.1.3 Q bepaling De Q per aanbieder wordt bepaald op basis van de extrapolatie van de gerealiseerde productie tot en met juni 2015 (CGD). Bij deze extrapolatie wordt alleen productie meegenomen die ook in 2016 uit de Wlz wordt bekostigd. Met ingang van 2016 hebben cliënten met een laag ZZP, zoals beschreven in artikel 11.1.2. lid 2 van de Wlz (overgangsrecht), alleen nog recht op verblijf in een instelling en niet op andere aanspraken (die de cliënt wel had toen deze nog onder de AWBZ viel, zoals PGB). Deze 17

cliënten met een lage ZZP-indicatie 1 worden bij de bepaling van de Q 2016 niet meegenomen. Immers deze cliënten dienen voor 2016 een keuze te maken voor intramuraal verblijf in de Wlz of voor extramurale zorg bekostigd vanuit een ander domein. 5.1.4 Geld volgt klant Gezien de onvoorspelbaarheid van de productie zorg zonder verblijf, heeft het zorgkantoor besloten om voor dit onderdeel het geld volgt klant principe ook in 2016 toe te passen. Zorgaanbieders krijgen een budget zorg zonder verblijf toegekend ter hoogte van 70 % van de extrapolatie. Er is gekozen voor een omvang van 70 % omdat in een verdere afbouw van cliënten is voorzien en het zorgkantoor de mogelijkheid heeft om de financiële stromen aan te passen op basis van mogelijke cliëntstromen in 2016. Dit betekent dat de gerealiseerde productie zorg zonder verblijf voor financiering in aanmerking komt, mits er voldoende ruimte is binnen de geoormerkte contracteerruimte zorg zonder verblijf. Net als in 2015 en voorgaande jaren zal de uitnutting ten opzichte van de contracteerruimte maandelijks gepubliceerd worden en de productie door middel van clickmomenten worden vastgesteld. In de financiële brief die het zorgkantoor in het begin van 2016 publiceert (en die als nadere toelichting onderdeel uitmaakt van het contracteerbeleid) zullen wij naar verwachting meer informatie kunnen verstrekken t.a.v. de beschikbare ruimte ten opzichte van de (op dat moment reeds gecontracteerde 70 %). In de financiële brief wordt tevens beschreven welke spelregels gehanteerd worden indien de contracteerruimte zorg zonder verblijf onvoldoende blijkt te zijn. 5.2 Huishoudelijke hulp Vanaf 2016 behoort de huishoudelijke hulp die geleverd kan worden in de leveringsvorm MPT, ook tot de Wlz. Het zorgkantoor sluit bij het inkopen van huishoudelijke hulp aan op het landelijke Inkoopbeleid. Dit is nader uitgewerkt in de nota van inlichtingen m.b.t. landelijk inkoopkader Wlz 2016, Bijlage A. 1 Onder lage ZZP s wordt het volgende verstaan: VV 1 t/m 3, VG 1 en VG 2, LG 1 en 3, ZGaud 1 en ZGvis 1. 18

6. Inkoop overig In dit hoofdstuk worden een aantal beleidsthema s beschreven die betrekking hebben op inkoop 2016. De onderwerpen zijn uiteenlopend van aard en worden per paragraaf hieronder benoemd. 6.1 Capaciteit 6.1.1 Klant wens De landelijke beleidslijn omtrent de Wlz is erop gericht mensen langer thuis te laten wonen. Dit heeft gevolgen voor de omvang van het aantal in te kopen bedden in intramurale voorzieningen. Voor de V&V geldt dat de vraag naar intramurale zorg zich moeilijk laat voorspellen. De instroom van het aantal intramurale cliënten met een laag ZZP neemt af en door instroom van het aantal intramurale cliënten met een hoger ZZP neemt de gemiddelde verblijfsduur af. In de sector GZ en GGZ heeft verzwaring het omgekeerde effect. Voor zwaardere intramurale cliënten is het relatief moeilijker om op den duur naar een meer zelfstandige, extramurale setting te groeien, in deze sectoren wordt de verblijfsduur door verzwaring dus relatief langer. Ter ondersteuning van het inkoopproces van voldoende, passende en doelmatige zorg heeft het zorgkantoor vorig jaar voor de sector V&V een richtsnoer ontwikkeld. Op basis van demografische gegevens per gemeente is een aanname gemaakt over het aantal in te kopen bedden (x aantal bedden per 1.000 inwoners van 80 jaar en ouder). Om de vraagontwikkeling niet op een te smalle wijze te benaderen wil het zorgkantoor meer dan voorheen rekening houden met de klantwens en reële vraag. Via een dialoog met de zorgaanbieder wil het zorgkantoor komen tot concrete afspraken in bedden. Het zorgkantoor neemt als uitgangspunt voor de dialoog de formele wachtlijsten (zowel actief als wenswachtend) die bekend zijn bij zowel de zorgaanbieder als het zorgkantoor via iwlz. Startpunt van de dialoog is de geëxtrapoleerde productie voor het jaar 2015 zoals bekend op de peildatum en de afbouw afspraken voor 2015. Zorgaanbieders worden uitgenodigd voorafgaand aan het eerste inkoopoverleg een capaciteitsvoorstel in te dienen bij hun eerste inkoper. Bij dit capaciteitsvoorstel wordt nadrukkelijk gevraagd om een onderbouwing van de gewenste capaciteit en /of afbouwplannen (o.a. op basis van verwachte vraagontwikkeling). Ontwikkelingen in de klantwens kunnen gevolgen hebben voor reeds ingezette afbouwtrajecten. Om hierbij aan te kunnen sluiten kijkt het zorgkantoor te allen tijde of het kwalitatief verantwoord is om hier aan te voldoen. Bij het centraal stellen van de klantwens is gekozen voor financiering van intramurale zorg via het geld-volgt-klant systeem. Voor een beschrijving van dit systeem wordt verwezen naar het hoofdstuk inkoopproces. 6.1.2 Verzwaring: In de kaderbrief van het ministerie van VWS is geen apart budget opgenomen ten behoeve van verzwaring van zorg. Dit impliceert dat verzwaring moet komen uit de afbouw van capaciteit dan wel een lager gedeclareerde productmix per aanbieder (daargelaten dat uiteraard de vraag naar zwaardere zorg expliciet aanwezig moet zijn). Lopende het jaar kan op basis van geld-volgt-klantontwikkeling worden gemonitord. Hieruit zal blijken of er ruimte is voor verdere verzwaring. Het omschakelen van het leveren van zorg met verblijf naar zorg met verblijf en behandeling blijkt voor aanbieders een intensieve stap. Een belangrijk aandachtspunt voor het zorgkantoor ligt hier op het onderwerp kwaliteit van zorg. Aanbieders die de intentie hebben de behandelcomponent in 2016 uit te breiden, indien hier gelden voor beschikbaar zijn, dienen voor deze gewenste uitbreiding aan te geven: - Of en hoe wordt voldaan aan de beschreven productspecificaties van de sector waarbinnen ze werkzaam is (zie Programma van Eisen); - Of zij over het personeel op het benodigde niveau beschikken om de zorgverzwaring te kunnen leveren; - Hoe de zorgorganisatie de behandelcomponent vorm geeft; - In hoeverre de huisvesting geschikt is voor zwaardere zorg; 19

De gegevens uit de marktanalyse maken duidelijk dat de gedeclareerde ZZP s (1 e kwartaal 2015) zijn verzwaard ten opzichte van de gedeclareerde ZZP s in 2014 ( 1 e kwartaal). Of de wens tot het inkopen van zwaardere ZZP s te allen tijde gehonoreerd kan worden is afhankelijk van meerdere factoren. Deze overwegingen worden hieronder beschreven. Het verzwaren in levering van zorg kan zich in twee vormen voor doen; - Het omzetten van levering van ZZP s zonder behandeling naar ZZP s met behandeling ; - Het leveren van gemiddeld zwaardere ZZP s-mix dan het jaar ervoor. Sector V&V In de afgelopen jaren is een eerste aanzet gemaakt met de afbouw van capaciteit. In 2015 is dit beleid verder voortgezet. In dialoog met de zorgaanbieder over de in te kopen intramurale capaciteit 2016 houdt het zorgkantoor rekening met het volgende (in willekeurige volgorde): - Verdere afbouw ZZP s 1,2, 3; - Ontwikkelingen in cliënten in zorg en de wachtlijst per aanbieder/locatie (actief, en wenswachtenden) in relatie tot de kwaliteit van het vastgoed. Het zorgkantoor gebruikt hierbij de gegevens uit het iwlz-systeem; - Regionale dekking; - Veranderende zorgvraag; - Aanwezigheid van al bestaande capaciteit voor langdurige zorg welke aansluit bij de actuele vraag; - Reeds ingezette afbouwtrajecten; - Het financiële kader in relatie tot vraagontwikkeling/wachtlijst; - Spreiding van capaciteit over de regio; - Keuzevrijheid voor cliënten, etc. Wellicht ten overvloede; het zorgkantoor wil hier nog een keer benadrukken dat het omzetten van intramurale capaciteit naar volledig pakket thuis niet wordt gezien als het afbouwen van intramurale capaciteit. Beide worden gefinancierd uit de intramurale contracteerruimte. Via het zorgportfolio kan worden aangegeven voor welke ZZP/VPT de zorgaanbieder in aanmerking wil komen. Sector GZ Het tempo van extramuraliseren in de GZ sector ligt lager dan in de sector V&V. In de GZ sector is in 2014 gekozen voor een financiële taakstelling die verwerkt is in het intramurale budget. Daarnaast zijn GZ zorgaanbieders op basis van met het zorgkantoor gedeelde transitieplannen voortvarend aan de slag gegaan met extramuralisering. Op basis van de verdere afname van indicaties ZZP s VG 1 en 2, ZZP s LG 1 en 3 kiest het zorgkantoor de volgende lijn in 2016 Het zorgkantoor verlengt de financiële regel van 2014 en 2015 naar 2016 in het kader van de afbouw van capaciteit: - De afspraak 2015 wordt verlaagd met 1/10e van de aantallen ZZP VG 1 en 2 en LG 1 en 3. Hierbij wordt gekeken naar het aantal cliënten in zorg op peildatum 1 juni 2015. - Voor de financiële vertaling zie het hoofdstuk inkoopproces. - Het zorgkantoor taxeert of de reductie van het volume voor 2016 met betrekking tot afbouw groter of gelijk is aan de korting op de regionale contracteerruimte 2016 intramuraal voor de sector GZ. Indien de vertaling van de cumulatieve afbouw kleiner is dan de korting op de contracteerruimte behoudt het zorgkantoor zich het recht voor een generieke korting toe te passen op het intramurale budget 2016 en daarmee op de in te kopen Q per aanbieder. Sector GGZ Binnen de sector GGZ zijn nog een aantal onduidelijkheden omtrent afbouwpercentages GGZ B. In het inkoopoverleg worden de laatste inzichten gedeeld. 6.1.3 Inkoop van bedden De ontwikkeling in de toekomstige zorgvraag is moeilijk te voorspellen. Dit maakt dat het zorgkantoor in dialoog wil komen tot een afspraak over het aantal in te kopen bedden per specifieke doelgroep. Door in dialoog het aantal en type bedden te concretiseren, is er voor het zorgkantoor makkelijker een regionaal beeld te creëren in hoeverre deze goed in regionale samenhang zijn ingekocht. De concrete aantallen dienen als uitgangspunt om te komen tot een financiële vertaling van de afspraken. In dialoog wordt bekeken of rekening gehouden kan worden met de zogenoemde kas-jaarbasis-effecten als gevolg van bijvoorbeeld nieuwbouwprojecten. 20