Monitor Kwetsbare Meiden



Vergelijkbare documenten
Enquêteresultaten Lokaal Steunpunt Huiselijk Geweld (LSHG) met betrokkenheid regionale SVO s

Invoering van de meldcode in de jeugdzorg

Behoefte van jongeren aan kennis over de problemen van kwetsbare meiden. 2e onderdeel onderzoek 'Monitor Kwetsbare Meiden'

EVALUATIE ADVIES- EN STEUNPUNT HUISELIJK GEWELD FRYSLÂN 2008

De bruikbaarheid van adviezen en consulten van het AMK

Een Aanpak Seksueel Geweld voor elke regio!

2010D Lijst van vragen totaal

De bruikbaarheid van adviezen en consulten van het AMK

Cliëntenonderzoek Wet maatschappelijke ondersteuning Gemeente Zutphen 2015

Convenant Integrale Aanpak Huiselijk Geweld Den Haag

VROEGSIGNALERINGJONGEREN VROEGSIGNALERING BETALINGSACHTERSTANDEN JONGEREN JAAR GEMEENTE DOETINCHEM

FLEVOMONITOR 2010 Kwetsbare Groepen en Huiselijk Geweld. Annemieke Benschop & Dirk J. Korf m.m.v. Bobby Steiner

Informatiebijeenkomst IB-netwerken

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 29 januari 2018 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Samenwerkend Toezicht Jeugd/ Samenwerkend Toezicht Sociaal Domein Ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport

Er heeft een oriëntatie met en in het veld plaatsgevonden rondom de aanpak van loverboyproblematiek.

Advie zen en Meldingen over Kindermishandeling in 2003

Landelijk cliëntervaringsonderzoek

Cliëntervaringsonderzoek Jeugd. Gemeente Bloemendaal. 5 oktober 2016 V1.0

Management samenvatting

TEVREDENHEIDSONDERZOEK KETENPARTNERS SUN GRONINGEN

TKM Online, april 2012

Aan de Voorzitter van de Tweede kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Literatuur 145. Het Nederlands Jeugdinstituut: kennis over jeugd en opvoeding 173

Internetpanel Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Resultaten peiling 30: Communicatie nieuw Gemeenschappelijk Landbouwbeleid

Advies en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling. Sociaal medische contractering Jeugd. Organisatie wijkteams

Huiselijk Geweld in 's-hertogenbosch. Omvang, kenmerken en meldingen

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling cent per minuut

Jaarverslag Professionaliseren en versterken van de ketens

Rapport 833 Derriks, M., & Kat, E. de. (2020). Jeugdmonitor Zeeland Amsterdam: Kohnstamm Instituut.

Draagvlakmonitor huisvesting vluchtelingen. Rapportage derde meting juni 2016

Werken met. ESAR werkt! Werken met ESAR werkt! betere en snellere hulp

Memo Bekendheid Meldpunt Huiselijk Geweld

Aanpak huiselijk geweld centrumgemeentegebied Amersfoort

STICHTING BASISVOORZIENING PEUTERSPEELZAALWERK ERMELO

Effecten van cliëntondersteuning. Samenvatting van een haalbaarheidsonderzoek naar de meetbaarheid van door de cliënt ervaren effecten

Centrum voor Jeugd en Gezin. Bouwstenen voor de groei

De jeugdgezondheidszorg als bondgenoot bij preventie en begeleiding van jongeren en seks

MBO-instellingen en gemeenten

Klanttevredenheidsonderzoek. Dienstverlening team Werk en Inkomen, gemeente Olst-Wijhe

de jeugd is onze toekomst

Monitor verslaafden en daklozen Enschede 2006

FREELANCE MARKT INDEX

Kinderen in Nederland - Bijlage B Respons, representativiteit en weging

De Wet meldcode Hoe zit het?

Huishoudelijke hulp in de beleving van PGGM&CO-leden

Internetpanel Dienst Regelingen

Uitkomsten enquête POH-GGZ voor jeugd. Inleiding

KWALITEITSKADER VEILIG THUIS ONDERDEEL: ZICHT OP VEILIGHEID

Uitwerking workshops 'Avond voor de Jeugdhulp ' 30 augustus in de Kunstmin.

Wijkbezoeken. persoonlijke contacten persoonlijke meningen

Klanttevredenheid consultatiebureaus Careyn

Vervolgonderzoek AMK Utrecht

LEERWIJZER JEUGD UITKOMSTEN VAN EEN ENQUÊTE ONDER DE BEZOEKERS VAN HET CONGRES TOEKOMST VAN DE JEUGDZORG

Werkinstructie benaderen intermediairs Sense

Presentatie Integrale jeugdhulp Kennisdag 25 januari 2016

Aan de raad van de gemeente Lingewaard

Aanpak: GRIP-aanpak. Beschrijving

Het geheel moet meer worden dan de som der delen

0 SAMENVATTING. Ape 1

Risicomanagement bij onder toezicht gestelde kinderen Een notitie naar aanleiding van onderzoek van de Inspectie jeugdzorg oktober 2008

Cyberpesten in Olst-Wijhe Nederlandse samenvatting van het onderzoek naar cyberpesten onder 12 tot 18 jarigen in de gemeente Olst-Wijhe

Stimuleren van eigen kracht en sociale netwerken. Ervaringen uit het veld

Onderzoeksopzet wijkplatforms gemeente Barneveld

UITKOMSTEN ENQUÊTE POH-GGZ VOOR JEUGD

Monitor verslaafden en daklozen Enschede 2009

Ontwikkelingen in de vrijwillige inzet. Resultaten onderzoek onder lidorganisaties Mezzo

ERVARINGEN VAN INSTELLINGEN NA EEN JAAR DECENTRALISATIE

Gemeente Maastricht - Onderzoek & Statistiek

In 2015 is NV schade opnieuw goed beoordeeld door werknemers en werkgevers

Aanpak: CJG-aanpak. Beschrijving

Wat vinden kijkers en luisteraars van de Omroep Organisatie Groningen?

Aanpak: Bemoeizorg. Beschrijving

De Limburgse Jeugdmonitor

Scharlaken Koord: ,00 ( = een gedeeltelijke bijdrage aan het totale programma, zie bijlage offerte Gebaseerd op de werkelijke uren 2011 )

Transitie jeugdzorg. Ab Czech. programmamanager gemeente Eindhoven. januari 2013

Onderzoek Beeldend Trainen Beeldend Trainen in de praktijk

Een gezond leven in een gezond ROC. ZAT structuur MBO Rotterdam

1. Bestuurlijke opdracht

Onderwerp Convenant Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Regio Brabant Noord

De meldcode en de aandachtsfunctionaris. Tea Hol Coördinator Landelijke Vakgroep Aandachtsfunctionarissen Kindermishandeling

Aanpak: Er op af aanpak vanuit zorgnetwerken. Beschrijving

SAMENVATTING. Inleiding

Vragenlijst Ketensamenwerking Sociaal Kwetsbaren

Werkbelevingsonderzoek 2013

Inhoudsopgave Beginpagina...1 Vragenlijst...2 Afsluitende pagina...7

17R RAADSINFORMATIEBRIEF 17R i-*

Samenwerking Bureau jeugdzorg Stadsregio Rotterdam en de William Schrikker Groep na 2015

Begrippen vullen. Directeur/bestuurder Socius

Onderzoek burgerinitiatief. Tevredenheid van indieners

Resultaat tevredenheidsonderzoek externe relaties Odion

De prins op het witte paard is een loverboy!

Totaal in begeleiding 2015

SIGNS OF SAFETY EN DE MELDCODE KINDERMISHANDELING EN HUISELIJK GEWELD

Verzamelen gegevens: december 2013

Totaal in begeleiding 2015

FIER FRYSLÂN IN EEN NOTENDOP

Rapportage Wmo onderzoek Communicatie

Instellingenonderzoek 2010 Rapport

Transcriptie:

Monitor Kwetsbare Meiden Een onderzoek naar de kwaliteit en de effectiviteit van het Expertisecentrum Kwetsbare Meiden Flevoland en van de behoefte van jongeren aan informatie over kwetsbare meiden. 1

Colofon: Dit is een uitgave van CMO Flevoland. Dit rapport is mede tot stand gekomen door de provincie Flevoland Auteur: Drs. R. Canwood Drs. J. Doodkorte Drs. N. Bosscher Datum: oktober 2012 2

Inhoudsopgave 1. Inleiding 5 2. Het Expertisecentrum kwetsbare meiden Flevoland 5 3. De Centrale onderzoeksvragen 6 4. Doel en doelgroep van het onderzoek 7 5. Opzet en werkwijze onderzoek 8 6. Respons en representativiteit 9 6.1 Inleiding 9 6.2 Respons op de monitor kwetsbare meiden Flevoland 9 6.2.1 Respons naar sector 10 6.3 Respons van klanten van het Expertisecentrum kwetsbare meiden 11 6.4 Respons T1 meting naar de effectiviteit van het ECKM 11 6.5 Representativiteit 11 7. Resultaten onderzoek 12 7.1 Inleiding 12 7.2 Professionals en de doelgroep kwetsbare meiden 12 7.3 Professionals en de subdoelgroepen kwetsbare meiden 13 7.4 Spreiding doelgroep naar instelling 14 7.5 Behoefte aan kennis en deskundigheid onder ketenpartners 15 7.5.1 Behoefte aan kennis onder partners van het ECKM 15 7.5.2 Behoefte aan deskundigheidsbevordering door professionals 17 7.6 Bekendheid en bereik Expertisecentrum kwetsbare meiden 18 7.7 Het gebruik van het Expertisecentrum kwetsbare meiden 19 7.7.1 Inleiding 19 7.7.2 Websitebezoek Expertisecentrum kwetsbare meiden 19 7.7.3 Tijd op de website en het bouncepercentage 20 7.7.4 Toegankelijkheid van de website van het ECKM 21 7.7.5 Het gebruik van het Expertisecentrum kwetsbare meiden door klanten 21 7.7.5.1 Inleiding 21 7.7.5.2 Contact met het Expertisecentrum kwetsbare meiden 21 7.7.5.3 Aantal vragen van klanten aan het Expertisecentrum kwetsbare meiden 22 7.7.5.4 Aard van de vragen van klanten aan het ECKM 24 7.7.5.5 Tevredenheid klanten met de afhandeling van de vragen. 25 3

7.8 Toegevoegde waarde van het Expertisecentrum 25 7.8.1 Toegevoegde waarde van het Expertisecentrum voor ketenpartner 25 7.8.2 Toegevoegde waarde van het Expertisecentrum voor de professional 26 7.8.3 Toegevoegde waarde van het Expertisecentrum voor de doelgroep 27 7.9 Het effect van het Expertisecentrum 29 7.9.1 Effectiviteit van het Expertisecentrum op provinciaal en lokaal niveau 29 7.9.2 Effectiviteit van het Expertisecentrum op organisatieniveau 30 7.9.3 Effectiviteit van het Expertisecentrum op het niveau van de professional 31 7.9.4 Effectiviteit van het ECKM op doelgroepenniveau 31 7.10 Positie van het ECKM binnen de keten 31 7.10.1 De centrale positie van het Expertisecentrum onder klanten 31 7.10.2 De positie van het ECKM als centrum van expertise 32 7.11 Visie van partners op het Expertisecentrum 33 7.11.1 Inleiding 33 7.11.2 Visie van partners op het ECKM als centrum van expertise 33 7.11.3 Visie van partners op het ECKM als regisseur bij casuïstiekbehandeling 33 7.11.4 Visie op de aanvullende of faciliterende functie van het ECKM 34 7.11.5 Visie op de integrale functie van het ECKM 34 7.11.6 De preventieve functie van het ECKM 35 7.12 Financiering van het ECKM 39 7.12.1 Inleiding 39 7.12.2 Structurele financiering van het ECKM 39 8. Hoofdconclusies 40 8.1 Inleiding 40 8.2 Hoofdconclusies onderzoek Expertisecentrum kwetsbare meiden 40 9. Adviezen onderzoek het Expertisecentrum 47 9.1 Inleiding 47 9.2 Adviezen m.b.t. het bezoek aan de website van het Expertisecentrum 47 9.3 Adviezen m.b.t. het bereik en het gebruik van het ECKM 48 9.4 Adviezen m.b.t. de kwaliteit, effectiviteit en het waarborgen van de legitimiteit 48 4

1. Inleiding Het Expertisecentrum kwetsbare meiden (ECKM) is in juni 2011 opgericht en heeft als primair doel 'Het centraliseren en verspreiden van aanwezige kennis over kwetsbare meiden in de provincie Flevoland en het ontwikkelen en verspreiden van nieuwe kennis over deze meiden.' Het expertisecentrum draagt bij aan het vergroten van de kennis en deskundigheid van professionals in de provincie Flevoland over deze doelgroep. Andere doelen van het Expertisecentrum betreffen het tot stand brengen van onderling overleg en contact tussen professionals die werken met de doelgroep (netwerkfunctie), het signaleren van hiaten in de hulpverlening en/of sociale kaart en fungeren als vraagbaak. Het voor u liggend onderzoek bestaat uit twee delen. Ten eerste is het onderzoek een voortgangsevaluatie van het werk van het Expertisecentrum kwetsbare meiden Flevoland na ongeveer 1 jaar operationeel te zijn in de provincie Flevoland. Ten tweede biedt het onderzoek zicht op de behoefte van Flevolandse jongeren aan informatie over kwetsbare meiden. De resultaten uit beiden onderdelen zullen worden gebruikt om de routekaart voor het Expertisecentrum verder vorm te geven. Het onderzoek wordt uitgevoerd door CMO Flevoland in samenwerking met LSG-Rentray, waar het Expertisecentrum organisatorisch onder valt. Het onderzoek wordt uitgevoerd in opdracht van de stuurgroep van het Expertisecentrum kwetsbare meiden Flevoland. 2. Het Expertisecentrum kwetsbare meiden Flevoland Het Expertisecentrum kwetsbare meiden Flevoland is een initiatief van Provincie Flevoland en Traverse Flevoland, onderdeel van LSG-Rentray. Het expertisecentrum wordt onder andere ondersteund door gemeente Almere, Triade, Bureau Jeugdzorg, ROC Flevoland en CMO Flevoland. Het Expertisecentrum startte in juni 2011 zijn activiteiten met de volgende kwaliteitscriteria. Ten aanzien van het verzamelen, centraliseren en verspreiden van kennis wil het expertisecentrum over actuele kennis beschikken m.b.t. de problematiek en de aanpak van de problemen van kwetsbare meiden. Het Expertisecentrum stelt zich ten doel professionals proactief (door middel van nieuwsbrieven en inhoudelijke bijeenkomsten) en reactief te informeren. Het reactief informeren van professionals omhelst het beantwoorden van verzoeken en vragen die binnenkomen via e-mail, telefoon of persoonlijk contact. Ten aanzien van de netwerkfunctie, bekendheid en toegankelijkheid zal het Expertisecentrum bijeenkomsten organiseren, aanwezig zijn bij reeds bestaande overleggen in de provincie Flevoland en zoveel mogelijk aansluiten bij de voorzieningen/instanties in de provincie. Het Expertisecentrum zal in dit kader niet 'het wiel opnieuw uitvinden' en zal bij alle acties eerst in kaart brengen wat reeds voorhanden is in de provincie en/of daarbuiten. Samengevat: de kwaliteit van het Expertisecentrum Flevoland zal worden bepaald door de kwaliteit van (proactief en reactief) aangeboden informatie, het verbinden van professionals, de snelheid van reageren en de tevredenheid van de gebruikers. De volgende hoofdstukken hebben betrekking op het onderzoek over de kwaliteit en de effectiviteit van het Expertisecentrum kwetsbare meiden. Het tweede onderzoeksdeel dat betrekking heeft op de behoefte van jongeren aan informatie over kwetsbare meiden, is apart opgenomen in dit onderzoeksrapport. 5

3. De Centrale onderzoeksvragen Het onderzoek naar de kwaliteit en de effectiviteit van het expertisecentrum dient antwoord te geven op de volgende vragen: A. Wat is de behoefte van de doelgroep van het Expertisecentrum m.b.t. kennis en deskundigheidsbevordering? Het gaat hier om professionals die in hun werkpraktijk te maken hebben met kwetsbare meiden. B. Wat vinden professionals van de kwaliteit en de effectiviteit van het Expertisecentrum? Deze hoofdvragen zijn geconcretiseerd in een aantal subvragen: Ad. A. Kennis en deskundigheid van professionals - Wat voor behoefte aan kennis hebben professionals m.b.t. de problematiek van kwetsbare meiden - Wat voor behoeftes hebben professionals m.b.t. deskundigheidsbevordering over de problematiek van kwetsbare meiden. Ad. B1. Kwaliteit van het ECKM - Hoe staat het met de bekendheid van het Expertisecentrum onder Flevolandse professionals? - Hoe vaak en waarvoor maken Flevolandse professionals gebruik van het Expertisecentrum? Het gaat zowel om het gebruik van de website als om het gebruik van de diensten van het ECKM. - In hoeverre zijn klanten tevreden over het Expertisecentrum? - Welke rollen vervult het ECKM binnen Flevoland? - Wat is de functie van het ECKM binnen Flevoland volgens de ketenpartners? - In hoeverre versterkt het werk van het ECKM dat van de ketenpartners? Ad. B2. Effectiviteit van het van het ECKM volgens Ketenpartners: - Wat is de toegevoegde waarde van het werk van het ECKM? - Wat is het effect van het werk van het ECKM volgens de ketenpartners? - Hoe zou het ECKM haar financiële toekomst kunnen waarborgen? 6

4. Doel en doelgroep van het onderzoek Het onderzoek heeft een tweetal doelstellingen: 1. Zicht krijgen op de stand van zaken met betrekking tot het functioneren en de huidige positie van het Expertisecentrum kwetsbare meiden in Flevoland sinds de lancering in juni 2011. 2. Versterken van de positie van het Expertisecentrum kwetsbare meiden binnen Flevoland. Op basis van de uitkomsten van het onderzoek wordt nagegaan op welke wijze het functioneren en de positie van het Expertisecentrum versterkt of verbeterd kan worden. In dit onderzoeksverslag worden de resultaten van de stand van zaken m.b.t. het functioneren en de positie van het Expertisecentrum beschreven. Het gaat met name om de ervaringen van ketenpartners met het werk van het ECKM. Binnen de stuurgroep van het Expertisecentrum zal de nodige aandacht geschonken worden aan de versterking van de positie van het centrum in Flevoland. Doelgroep van het onderzoek Het onderzoek is gericht op de ketenpartners van het expertise centrum kwetsbare meiden. Kwetsbare meiden zijn meiden die behoren tot een of meer van de volgende profijtgroepen: - Meisjes die voor hun 20-ste moeder worden - Slachtoffers van loverboys - Slachtoffers van eergerelateerd geweld Het gaat zowel om de klanten als om potentiële klanten van het Expertisecentrum. Potentiële klanten van het Expertisecentrum zijn professionals die gericht zijn op de doelgroep kwetsbare meiden en die nog geen beroep hebben gedaan op het Expertisecentrum kwetsbare meiden Flevoland. 7

5. Opzet en werkwijze onderzoek Het onderzoek naar de behoeften van de professionals en de beleving van de kwaliteit en effectiviteit van het Expertisecentrum kwetsbare meiden Flevoland onder professionals werd afgenomen in verschillende stappen: 1. Schriftelijke afname van een monitor Expertisecentrum kwetsbare meiden onder professionals in Flevoland. 2. Een analyse van het bezoek van de website van het Expertisecentrum (gebruik website). Het gaat om een analyse van website gegevens over het bezoek van de website die via Google Analytics zijn verzameld. 3. Een analyse van de vragen die door professionals zijn gesteld aan het Expertisecentrum gedurende de periode juni 2011 tot en met december 2011. De analyse heeft plaatsgevonden aan de hand van een databestand over vragen die klanten deponeren bij het Expertisecentrum. In dit bestand zijn gegevens opgenomen over de klant, de vraag van de klant, contactvorm, de antwoorden op de vraag van de klant en de tevredenheid van de klant met het antwoord van het Expertisecentrum kwetsbare meiden. 4. Mondelinge afname van de T0 meting die in 2011 voorafgaand aan de start van het ECKM is gedaan. De T0 vragenlijst is enigszins aangepast om de kern van het onderzoek (effectiviteit van het ECKM). zoveel mogelijk te weerspiegelen. Van LSG Rentray is een lijst ontvangen met namen en overige gegevens van ketenpartners die benaderd moesten worden. De partners zijn benaderd door twee adviseurs van CMO Flevoland om afspraken te maken voor het afnemen van de interviews, die gemiddeld een uur zouden duren. 5. Daarnaast is een selectie van klanten van het Expertisecentrum gemaakt. Deze groep klanten is aangeschreven en verzocht mee te werken aan het onderzoek. Het ging om in totaal 17 klanten. Dit onderzoeksdeel is uitgevoerd van medio januari tot begin februari 2012 en is gedaan omdat de reactie op de monitor tegenviel. Dit kwam doordat de meeste bezoekers van de conferentie geen klanten waren van het ECKM. De monitor en de T1 meting zijn ontwikkeld in overleg met LSG Rentray. Alle verzamelde gegevens uit de interviews, vragenlijst(en), website en databestand van het ECKM zijn geanalyseerd door CMO Flevoland en verwerkt in dit rapport. Onderstaande figuur geeft een overzicht van de verschillende methoden en de aspecten die bevraagd of bekeken zijn in het kader van dit onderzoek. 8

6. Respons en representativiteit 6.1 Inleiding Deze paragraaf over de respons zal betrekking hebben op de respons op de monitor kwetsbare meiden en de respons op de T1 meting. Allebei de instrumenten waren gericht op de professionals van wie verondersteld kan worden dat die een werkrelatie hebben met het ECKM. Het gaat dus om klanten van het ECKM, maar ook om de potentiële klanten van het ECKM. 6.2 Respons op de monitor kwetsbare meiden Flevoland Het onderzoek was gericht op professionals die te maken (kunnen) hebben met de doelgroep kwetsbare meiden. In totaal hebben 58 professionals de monitor Expertisecentrum kwetsbare meiden ingevuld. Daarvan is 26% klant en 74% geen klant van het Expertisecentrum kwetsbare meiden. Tabel 1. Respons onderzoek ECKM algemeen % Aantal Klant van het ECKM 26% 15 Geen klant van het ECKM 74% 43 Totaal 100% 58 Klanten van het Expertisecentrum kwetsbare meiden zijn professionals die werkzaam zijn bij LSG-Rentray, Raad voor de Kinderbescherming, ROC Flevoland, GGZ Centraal, GGD Flevoland, Politie Flevoland, Zorggroep Oude en Nieuwe Land en Stichting Welzijn Lelystad. Van de professionals die geen klant zijn van het Expertisecentrum (n=43) is 56% potentiële klant van het centrum, 44% heeft niets te maken met de doelgroep kwetsbare meiden of is hierbij niet als professional betrokken (politici, beleidsmedewerkers). Tabel 2. Respons klanten en potentiële klanten van het ECKM % Aantal Klant van het ECKM 44% 15 Potentiële klant ECKM 56% 24 Totaal 100% 43 Een potentiële klant is een professional die in de directe beroepspraktijk werkt met de doelgroep kwetsbare meiden en/of bekend is met het Expertisecentrum, maar die nog geen beroep heeft gedaan op het Expertisecentrum. 9

6.2.1 Respons naar sector Professionals die aan het onderzoek hebben meegedaan, vertegenwoordigen verschillende maatschappelijke sectoren. De meeste professionals die aan het onderzoek hebben meegedaan, zijn werkzaam binnen de sectoren jeugdzorg (24%), onderwijs (22%), gehandicaptenzorg (12%) en welzijn (10%). Onderstaande tabel geeft een overzicht van het aantal professionals per sector. Tabel 3. Sectoren % Aantal Klant ECKM Geen klant ECKM Instellingen Jeugdzorg 24% 14 5 Vitree 2 1 LSG Rentray 1 Nieuw Veldzicht 3 Bureau Jeugdzorg 1 1 RvK Onderwijs 22% 13 4 Basisscholen 1 WSNS 1 Eduvier 1 Taalcentrum 1 Praktijkonderwijs 2 2 ROC Flevoland 1 Mind at Work Gehandicaptenzorg 12% 7 6 Triade 1 MEE Flevoland Geestelijke 7% 4 2 1 GGz Centraal gezondheidszorg 1 Fornhese Gemeenten 7% 4 2 Gemeente NOP 1 Gemeente Urk 1 - Gemeente (onbek.) Politiek 5% 3 1 SP 1 Politieke Partij 1 Gemeente raadslid Jeugdgezondheidszorg 7% 4 1 CJG 1 Icare JGZ 1 GGD Flevoland 1 ZONL Politie 3% 2 1 1 Politie Flevoland Welzijn/maatschappelijke 10% 6 1 Humanitas Lelystad dienstverlening 1 Leger des Heils 2 Welzijn Lelystad 1 St. Balans 1 St. Gewoon Anders Onbekend 2% 1 1 Onbekend Totaal 100% 58 15 43 10

6.3 Respons van klanten van het Expertisecentrum kwetsbare meiden Uit de administratie van het Expertisecentrum kwetsbare meiden blijkt dat in de periode juni 2011 tot en met eind december 2011 in totaal 17 klanten een beroep hebben gedaan op het expertisecentrum. Van deze klanten hebben 15 positief gereageerd op het verzoek om mee te doen aan het onderzoek, dat is een respons van 88%. 6.4 Respons T1 meting naar de effectiviteit van het ECKM Van het ECKM is een lijst ontvangen met de namen van de partners die benaderd moesten worden in het kader van de T1 meting. De T1 meting zou mondeling afgenomen worden onder klanten van het ECKM. In totaal zijn van de 22 ketenpartners benaderd voor deelname aan het onderzoek. Daarvan hebben 20 partners positief gereageerd op het verzoek om mee te doen aan het onderzoek, een respons van 90%. Onderstaande lijst geeft een overzicht van de partners die meegedaan hebben aan het onderzoek in alfabetische volgorde: 1. Centra voor jeugd en Gezin Lelystad (CJG Lelystad) 11. De Waag Almere 2.. De Schoor 12. Fiom 3. Fornhese 13. Gemeente Almere 4. I-Psy 14. JOW Urk 5. Maatschappelijke Dienstverlening Flevoland (MDF) 15. Stichting Mee Flevoland 6. Mind At Work (MAT) 16. Nieuw Veldzicht 7. Ontrack 17. Politie Dronten 8. ROC Flevoland 18. Triade 9. Steunpunt Huiselijk Geweld Flevoland (SHG) 19. Vitree 10. Stichting Welzijn Lelystad (SWL) 20. William Schrikker Groep 6.5 Representativiteit De onderzoeksresultaten zijn niet representatief of generaliseerbaar voor de grote groep professionals die te maken hebben met de doelgroep kwetsbare meiden in Flevoland. Deze onderzoeksgroep is niet gedefinieerd en moeilijk te bepalen omdat deze professionals in nagenoeg alle maatschappelijke sectoren werkzaam (kunnen) zijn. De resultaten van het onderzoek zijn wel representatief voor de klanten van het Expertisecentrum. De meeste analyses (bij voorbeeld over het gebruik van het Expertisecentrum, het gebruik van de website) zijn gebaseerd op de totale klantenpopulatie van het Expertisecentrum kwetsbare meiden. Daarnaast is de respons op de enquête, wat een representatieve steekproef was van de klanten van het Expertisecentrum, ook bijzonder hoog (88%). 11

7. Resultaten onderzoek 7.1 Inleiding In deze paragraaf worden de resultaten van het onderzoek naar de effectiviteit en de kwaliteit van het Expertisecentrum kwetsbare meiden uiteengezet. 7.2 Professionals en de doelgroep kwetsbare meiden In totaal hebben 58 respondenten c.q. professionals de vragenlijst ingevuld. 67% van de professionals geeft aan te maken te hebben met de doelgroep kwetsbare meiden in hun werk, 29% van de professionals heeft niets te maken met de doelgroep kwetsbare meiden, terwijl 4% aangeeft nog niet met de doelgroep te maken te hebben gehad, maar te verwachten dat dit zo kan veranderen. Tabel 4. Mate waarin professionals te maken hebben met kwetsbare meiden Percentage Totaal ECKM klanten Ov. professionals Wel mee te maken 67% 39 15 24 Niet mee te maken 29% 17-17 Nog niet mee te maken gehad 4% 2-2 Totaal 100% 58 15 43 Onderstaande tabel geeft de spreiding weer van de professionals die te maken hebben met kwetsbare meiden (n=39) als percentage van het totaal aantal respondenten per sector weer. Uit de tabel blijkt dat professionals die te maken hebben met kwetsbare meiden nagenoeg binnen alle relevante maatschappelijke sectoren vertegenwoordigd zijn. Tabel 5. Doelgroep kwetsbare meiden naar sector Percentage Aantal Totaal Jeugdzorg 100% 14 14 Onderwijs 46% 5 13 Gehandicaptenzorg 57% 4 7 Welzijn & Maatschappelijke dienstverlening 67% 4 6 Geestelijke gezondheidszorg 75% 3 4 Jeugdgezondheidszorg 100% 4 4 Gemeenten 50% 2 4 Politiek - - 3 Politie 100% 2 2 Onbekend 100% 1 1 Totaal 39 58 Professionals die het minst of helemaal niets te maken hebben met de doelgroep kwetsbare meiden komen uit de politieke sector en de deelsector basisonderwijs. 12

7.3 Professionals en de subdoelgroepen kwetsbare meiden Van de professionals die in hun werk te maken hebben met de doelgroep kwetsbare meiden (n=39) geeft 82% aan dat het om tienermoeders gaat, 80% zegt te maken te hebben met slachtoffers van loverboys en 41% geeft aan te maken te hebben met slachtoffers van eergerelateerd geweld. Tabel 6. Subdoelgroepen kwetsbare meiden Percentage Totaal Jonge moeders 82% 32 Slachtoffers van loverboys 80% 31 Slachtoffers eergerelateerd geweld 41% 16 N=39 Klanten van het ECKM hebben vaker te maken met slachtoffers van loverboys en eergerelateerd geweld en minder met tienermoeders dan potentiële klanten van het ECKM. Tabel 7. Subdoelgroepen kwetsbare meiden naar klanten en potentiële klanten van het ECK ECKM Klanten Overige professionals Jonge moeders 87% 13 97% 19 Slachtoffers van loverboys 93% 14 71% 17 Slachtoffers eergerelateerd geweld 47% 7 38% 9 N=15 N=24 Tabel 8 geeft de spreiding van het aantal professionals over de verschillende doelgroepen kwetsbare meiden per sector weer. Hieruit blijkt dat de sectoren jeugdzorg, het onderwijs en welzijn het meest te maken hebben met zowel tienermoeders als slachtoffers van loverboys en eergerelateerd geweld. De sectoren jeugdgezondheidszorg en gehandicaptenzorg hebben vooral te maken met tienermoeders en slachtoffers van loverboys. Tabel 8. Subdoelgroepen kwetsbare meiden naar sector Tienermoeders Loverboys Eergerelateerd geweld Jeugdzorg 9 12 6 Onderwijs 6 6 5 Gehandicaptenzorg 3 1 - Geestelijke gezondheidszorg 1 3 1 Gemeenten 2 2 1 Politiek - - - Jeugdgezondheidszorg 4 2 - Politie 2 2 1 Welzijn 4 2 2 Onbekend 1 1 - Totaal 32 31 16 13

7.4 Spreiding doelgroep naar instelling De professionals die meegedaan hebben aan het onderzoek vertegenwoordigen 33 instellingen of organisaties. 67% van de instellingen (n=33) heeft te maken met de doelgroep kwetsbare meiden, 33% heeft niets te maken met de doelgroep kwetsbare meiden. Tabel 9. Mate waarin instellingen te maken hebben met kwetsbare meiden % Aantal instellingen Met doelgroep kwetsbare meiden te maken 67% 22 Niets met kwetsbare meiden te maken te hebben 33% 11 Van die instellingen die met de doelgroep kwetsbare meiden te maken hebben (n=22), heeft 41% te maken met zowel tienermoeders als met slachtoffers van loverboys en eergerelateerd geweld. 36% heeft te maken met tienermoeders en slachtoffers van loverboys en 5% met slachtoffers van loverboys en eergerelateerd geweld. 13% van de instellingen heeft alleen met tienermoeders te maken en 5% alleen met slachtoffers van loverboys. Tabel 10. Spreiding subdoelgroepen kwetsbare meiden over de instellingen % Instellingen Tienermoeders, slachtoffers loverboys en eergerelateerd geweld 41% 9 Tienermoeders en slachtoffers van loverboys 36% 8 Tienermoeders 13% 3 Slachtoffers van loverboys en eergerelateerd geweld 5% 1 Slachtoffers van loverboys 5% 1 Totaal 100% 22 Binnen de sector jeugdzorg zijn het vooral Vitree, Bureau Jeugdzorg en de Raad voor de Kinderbescherming die te maken hebben met jonge moeders en slachtoffers van loverboys en eergerelateerd geweld. Binnen de sector onderwijs gaat het vooral om ROC Flevoland. 14

7.5 Behoefte aan kennis en deskundigheid onder ketenpartners Aan de partners is gevraagd met wat voor hiaten in kennis en deskundigheid ze mee te maken hebben in het werk gericht op kwetsbare meiden? 7.5.1 Behoefte aan kennis onder partners van het ECKM Ketenpartners geven aan behoefte te hebben aan kennis m.b.t. de problematiek van kwetsbare meiden opgenoemd: 1. Opvangproblematiek bij kwetsbare meiden 2. Data of cijfermateriaal over de problematiek van kwetsbare meiden op lokaal niveau 1. Kennis over achtergronden van de problematiek van kwetsbare meiden 2. Kennis m.b.t. doorverwijsmogelijkheden/aanbod van partners/sociale kaart 3. Kennis m.b.t. de hulpverlening aan specifieke doelgroepen 4. Gebrekkig aanbod Ad 1. Opvangproblematiek van kwetsbare meiden Het gebrek aan adequate opvang is een groot probleem voor de hulpverlening aan kwetsbare meiden. Er wordt op dit moment veelal gebruikt gemaakt van commerciële woningen om jongeren onder te brengen. Voor loverboys is dit echter een ideale situatie omdat ze alsnog één op één kunnen opereren met hun slachtoffers. De lange wachttijden voor huisvesting gekoppeld met het gebrek aan motivatie bij de meiden, leidt al te vaak tot uitval uit het hulptraject. Het ECKM zou een provinciale rol kunnen hebben in het oplossen van de opvangproblematiek van kwetsbare meiden. Ad 2. Data en cijfermateriaal over de problematiek kwetsbare meiden op lokaal niveau Er ontbreekt meer cijfermateriaal (over tienermoeders, eergerelateerd geweld en loverboys). Het blijkt namelijk zeer moeilijk om goede cijfers te hebben (er is te veel overlapping van gegevens of te veel verschillende cijfers). Gemeenten en instellingen willen betere cijfers hebben. Het ECKM heeft of zou voldoende materiaal moeten hebben om deze cijfers te genereren. Ad 3. Kennis over de achtergronden van de problematiek kwetsbare meiden op lokaal niveau Er ontbreekt vooral kennis en inzicht van de problematiek van kwetsbare meiden op lokaal niveau. Zo ontbreekt er vooral informatie of kennis van de demografie, wijken, scholen en de sociaal economische kant van de problematiek rondom kwetsbare meiden. Verder is er behoefte aan kennis over de manier waarop jongeren met elkaar omgaan, in het algemeen. De problematiek van kwetsbare meiden heeft namelijk ook te maken met de ontwikkelingen in de omgang van jongeren onderling. Het ECKM zou meer sociologisch inzicht kunnen verschaffen in dergelijke ontwikkelingen onder jongeren. Inzicht in deze ontwikkelingen geeft inzicht in hoe de problematiek te voorkomen, anders is het ECKM aan het dweilen met open kraan. 15

Ad 4. Kennis m.b.t. doorverwijsmogelijkheden van partners of sociale kaart Er ontbreekt kennis bij onderwijsgevenden die betrokken zijn bij de zorg aan kwetsbare meiden. Het gaat daarbij vooral om kennis m.b.t. de doorverwijsmogelijkheden. Medewerkers hebben redelijk zicht op het aanbod, maar het gaat eerder om kennis rondom de schotten (wachtlijsten, procedures, financieringsvoorwaarden, regelingen en toelatingscriteria waaraan de meiden moeten) die de hulp aan de meiden bemoeilijkt. Welzijn, zorg en onderwijs zijn allemaal gescheiden werelden. Ook ontbreekt er een direct aanbod voor de meisjes. Ad 5. Kennis m.b.t. hulpverlening aan specifieke doelgroepen Volgens een aantal partners is er behoefte aan kennis over de hulpverlening aan specifieke doelgroepen. Het gaat om specifieke kennis over: interculturele aspecten m.b.t. de hulpverlening aan kwetsbare meiden, wat gevolgen kan hebben voor een effectieve hulpverlening (te witte benadering) aan kwetsbare meiden. het verschil in de hulp aan kwetsbare meiden met een lage, gemiddelde en bovengemiddelde intelligentie. Het ECKM zou rekening moeten houden met dit verschil en geen algemene lijnen trekken of uitzetten als het gaat om de aanpak van de problemen bij deze jonge moeders. geweld in afhankelijkheidsrelaties en de achterliggende processen rondom de problematiek van kwetsbare meiden en zwakbegaafdheid. best practices in the field. Dit is geen "evidence based" project, maar het is ook niet een aanbodgerichte benadering (zoals in de medische sector). kennis rondom de problematiek van meisjes die uit multiprobleem gezinnen komen en slachtoffers van geweld zijn. Bij jonge moeders met een meervoudige problematiek (jong zijn, grote schulden, die geen systeemnetwerk hebben etc) is dit onderscheid vanuit de meiden en de hulpverlening wel van belang voor de aanpak van de problematiek. Ad 6. Behoefte aan een `breder aanbod' Partners geven aan behoefte te hebben aan een breder aanbod. Het gaat om: een integraal aanbod bestaande uit een netwerk van professionals of organisaties die een bredere rol kunnen spelen in de problematiek en de aanpak van de problematiek rondom kwetsbare meiden en die de weg weten in het vervolgtraject om wachtlijsten aan elkaar te sluiten. relevante literatuur over het onderwerp kwetsbare meiden en de mogelijkheid om in te bellen bij workshops of forums. In het kader van deskundigheidsbevordering zou het ECKM een verdiepingsslag kunnen maken met thema's zoals zwangerschap of eerwraak. Wat eerwraak betreft is de kennis in Flevoland nog steeds beperkt en wordt er voornamelijk buiten de provincie gezocht naar kennis (via Friesland met name). Als laatste mist er een aanbod voor de jongeren zelf. 16

Een van de partners is van mening dat er geen kennis ontbreekt op het gebied van kwetsbare meiden. Partners hoeven derhalve niet alles te weten als maar helder is waar kennis te halen is. Het ECKM is de spin in het web en heeft daarin een duidelijke rol m.b.t. het verzamelen en verspreiden van kennis. Het ECKM is een goede plek om je netwerkpartners te ontmoeten, om bij te praten en om op de hoogte te blijven van projecten en ontwikkelingen. Dat als je weet ik loop hier tegenaan, dan kan ik daar terecht, aldus deze partner. Twee andere partners opteren dat kennis ook buiten Flevoland gehaald kan worden, maar dan wel met gesloten beurzen. Het ECKM kan veel baat hebben hieraan en zou op basis van dergelijke ervaringen in het land hierover een eigen visie moeten ontwikkelen over de opzet en werkwijze van het ECKM (bijvoorbeeld het thema geweld in afhankelijkheidsrelaties). 7.5.2 Behoefte aan deskundigheidsbevordering door professionals Professionals is gevraagd op welke terreinen er behoefte is aan deskundigheidsbevordering. 95% van de professionals (n=37) die met de doelgroep kwetsbare meiden te maken (n=39) heeft, zegt behoefte te hebben aan deskundigheidsbevordering. In totaal zijn er 153 vragen voor deskundigheidsbevordering geformuleerd door 39 professionals. 56% zegt behoefte te hebben aan meer kennis over de culturele problemen en achtergronden van kwetsbare meiden. 51% van de professionals geeft aan meer kennis te willen over het verschijnsel loverboys. 41% zegt meer te willen weten over straatgeweld. Tabel 11. Behoefte aan deskundigheidsbevordering van professionals ECKM Overige Totaal % klanten professionals Culturele problemen/in 2 culturen opgroeien 11 11 22 56% Loverboys 9 11 20 51% Geweld op straat/door derden/vrienden 10 6 16 41% Huiselijk geweld en mishandeling 6 9 15 39% Seksueel misbruik 8 6 14 36% Huisvestingsproblemen bij kwetsbare meiden 8 6 14 36% Gedwongen prostitutie 7 7 14 36% Tienermoederschap en verzorging 5 6 11 28% Opleiding en werk 3 8 11 28% Huwelijks dwang 5 4 9 23% Financiële problemen van kwetsbare meiden 2 4 6 15% n=39 74 79 153 45% van de behoefte aan deskundigheidsbevordering wordt geformuleerd door de klanten van het Expertisecentrum (n=15) zelf, 55% daarvan door potentiële klanten van het Expertisecentrum (n=24). 17

Per professional die met de doelgroep kwetsbare meiden te maken heeft, zijn 4 vragen om deskundigheidsbevordering geformuleerd. Klanten van het Expertisecentrum hebben gemiddeld 5 vragen naar deskundigheidsbevordering, potentiële klanten van het Expertisecentrum hebben gemiddeld 3 vragen naar deskundigheidsbevordering. De meeste vragen naar deskundigheidsbevordering doen zich voor bij professionals binnen de sectoren Jeugdzorg (39%), Onderwijs (20%), Welzijn (9%) en de Jeugdgezondheidszorg (9%). Binnen de sector Jeugdzorg hebben professionals vooral behoefte aan deskundigheid op het gebied van loverboys, gedwongen prostitutie, culturele problemen, huiselijk geweld en seksueel misbruik. Binnen de sector welzijn en maatschappelijke dienstverlening is er vooral behoefte aan deskundigheid op het gebied van huisvesting en culturele problemen/het leven tussen 2 culturen. Op onderwijsgebied is er vooral behoefte aan deskundigheid op het gebied van straatgeweld. 7.6 Bekendheid en bereik Expertisecentrum kwetsbare meiden Professionals is gevraagd hoe bekend ze zijn met het Expertisecentrum kwetsbare meiden Flevoland en of ze een beroep op het centrum hebben gedaan. 82% Van de professionals (n=39) die met kwetsbare meiden werken, zegt bekend te zijn met het Expertisecentrum, 18% geeft aan niet bekend te zijn met het Expertisecentrum. Tabel 12. Bekendheid professionals met het Expertisecentrum kwetsbare meiden % Aantal ECKM Klanten Overige professionals Bekendheid 82% 32 15 17 Onbekendheid 18% 7-7 100% 39 15 24 Het Expertisecentrum is zeer goed bekend, hoewel iets minder goed binnen de sectoren jeugdzorg (57%) en de gehandicaptenzorg (50%). Het Expertisecentrum is niet of nauwelijks bekend onder politici en binnen het basisonderwijs. Van de professionals die in hun dagelijkse werk te maken hebben met kwetsbare meiden (n=39) heeft 38% een beroep gedaan op het Expertisecentrum; 62% heeft daarop geen beroep gedaan. Tabel 13. Mate waarin een beroep is gedaan op het Expertise Centrum % Aantal Beroep gedaan op het Expertisecentrum kwetsbare meiden 38% 15 Geen beroep gedaan op het Expertisecentrum kwetsbare meiden 62% 24 Totaal 100% 39 Onderstaande tabel geeft het aantal professionals dat met kwetsbare meiden werken per sector weer en die een beroep heeft gedaan op het Expertisecentrum (c.q. het bereik van het Expertisecentrum per sector). Hieruit blijkt dat vooral professionals in de sectoren jeugdzorg en gehandicaptenzorg onvoldoende zijn bereikt. 18

Tabel 14. Bereik per sector Procent Klanten ECKM Potentiële klanten Jeugdzorg 21% 3 14 Onderwijs 60% 3 5 Gehandicaptenzorg 0% - 4 Welzijn & MD 50% 2 4 Geestelijke gezondheidszorg 50% 2 3 Jeugdgezondheidszorg 50% 2 4 Gemeenten 50% 1 2 Politiek - - - Politie 50% 1 2 Onbekend 100% 1 1 Totaal 26% 15 39 7.7 Het gebruik van het Expertisecentrum kwetsbare meiden 7.7.1 Inleiding Dit hoofdstuk over het gebruik van het Expertisecentrum is onderverdeeld in een aantal paragrafen die betrekking hebben op het bezoek aan en de toegankelijkheid van de website van het Expertisecentrum, de tijd op de website en het bouncepercentage, het gebruik van het Expertisecentrum door klanten en de tevredenheid van klanten met de wijze waarop de vraag van de klant is afgehandeld c.q. beantwoord door het Expertisecentrum. Voor de analyse van de gegevens over het bezoek aan de website van het Expertisecentrum is data ingezet die verzameld is door Google Analytics over de periode augustus 2011 tot en met december 2011. 7.7.2 Websitebezoek Expertisecentrum kwetsbare meiden Onderstaande grafiek laat het aantal bezoekers en unieke bezoekers van de website van het Expertisecentrum zien na de lancering in juni 2011. 19

Het totaalaantal bezoekers van de website van het ECKM lag in de periode augustus - december 2011 op 1330, het totaal aantal unieke bezoekers in die periode op 1030. In september lag het aantal bezoekers (368) en het aantal unieke bezoekers (288) op zijn hoogst. Het gemiddelde aantal bezoekers ligt op 266 bezoeken per maand en 206 unieke bezoekers per maand. De trend in het aantal bezoekers en unieke bezoekers over de meetperiode is nog steeds positief of stijgende. Het aantal unieke bezoekers maakt over deze onderzoeksperiode gemiddeld 73% uit van het totaal aantal bezoekers. Of dit nu veel of weinig is is zeer moeilijk te bepalen. 7.7.3 Tijd op de website en het bouncepercentage De volgende grafiek toont aan het aantal bezoekers afgezet tegen het bouncepercentage in de periode augustus 2011 tot en met december 2011. Het grafiek laat zien dat bezoekers van de website van het Expertisecentrum, gedurende de onderzochte periode, steeds minder tijd op de site doorbrengen, van gemiddeld 7 minuten en 20 seconden in augustus tot 3 minuten en 42 seconden in december. De gemiddelde tijd op de site is in december meer dan de helft minder dan in augustus 2011. Gemiddeld brengt een bezoeker 5 minuten en 39 seconden door op de site van het Expertisecentrum. Tegelijkertijd is het bouncepercentage in diezelfde periode gestegen van 27% naar 46%. Het bouncepercentage geeft het percentage bezoekers weer dat direct de instappagina op de site weer verlaat. 20